Inhoud blog
  • Een Logee
  • Kattenschatjes
  • Het eerste zonnetje
  • De Aristocraat en de woeste Ninja
  • siesta en zo (vervolg)
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek

    Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Poezenstreken
    Belevenissen van 2 katten en hun tweebenige dienaar
    22-07-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Inleiding: Onder zachte maar redelijk expliciete dwang....
    Doe er iets mee, riepen de vriendinnen. Maak er een boek van, schrijf een blog. Er zijn mensen die daar rijk mee worden, weet je, en het is zooooo leuk om je verslagen te lezen. Je moet daar echt iets mee doen. 
    Ik heb heel wat maanden tegengesputterd, immers, het lezen van  de exploten van een vriendin of kennis is nog wel leuk, maar vinden jullie, wildvreemden, hier iets aan? Heeft iemand die mij niet kent en de poezels waarmee ik samenleef nog niet heeft gestreeld, toch plezier aan de beschrijvingen van de soms hilarische, soms intrieste belevenissen van twee katten en een tweebenige onhandige nepkat? Eentje die wel probéért gedachten te lezen, zoals echte katten dat kunnen, maar daar vaak niet in slaagt. Eentje die de laatste maanden vaker dan haar lief was heeft wakker gelegen, want het waren de laatste maanden van Jozefien, mijn allereerste, allermooiste, allerslimste. Geknoei met eten, geknoei met medicatie, plassen en erger op ongepaste plekken, terwijl nieuwkomer Sir William zich achter de zetel verschanste, en vanuit zijn versterkte burcht stapje per stapje moedig zijn angst voor mensen (en vooral voeten) overwon.
    De komst van Donna Elvira, die volstrekt geen angst voor mensen heeft, maar gromt en blaast naar die lieve Sir Wililam die zo snakt naar een kattenvriendje.
    Exit Donna Elvira, entree van de mooie Helena.
    En natuurlijk moet er iets in over Maurits, ingeslapen op 13 november 2013, zwarte kater, gestart als weggegooid katje, gevonden als een vaal zakje met botjes, uitgegroeid tot ordehandhaver van de buurt. Zwart, gezond, glimmend en blinkend, en toch plots die diagnose.
    Maar het is niet al kommer en kwel, er zijn ook hilarische momenten, en als het me ooit lukt om foto's op dit ding te krijgen, zijn ook die de moeite. Een beeld vertelt vaak meer dan 1000 woorden.
    Vooreerst zijn het verslagen, meestal met de nodige humor geschreven. 
    Misschien hebt u er iets aan, op welke manier dan ook. In elk geval ben ik nu van de druk van de vriendinnen af . Ik heb namelijk eindelijk die blog opgestart.
     

    Bijlagen:
    13 maart 2010 Mau&Fien 115.JPG (2.5 MB)   

    22-07-2014 om 00:00 geschreven door KDW  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (4 Stemmen)
    Tags:inleiding blog dwang
    >> Reageer (0)
    17-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een Logee

    Hongerige bedelaar.  Overgroeide kitten.  Knullige klungelaar.  Verwende edelman.  Gezelschapsjonker.  Eeuwige over-enthousiasteling.  Jaloerse egocentricus.  Immer lege maag.  Doorwinterd boefje.  Ultieme speelvogel.  Dat en veel meer is Sir William.  Gelukkig is het mechanisme in zijn hoofdje niet heel erg moeilijk te doorgronden.  En lijdt hij verschrikkelijk aan ADD, waardoor hij, in geval van nood, zeer makkelijk af te leiden is.  Enigszins vermoeiend is hij ook wel.  En hij leert.  Soms heel traag, soms verbazend snel.

    Hij heeft er bijvoorbeeld een hele tijd over gedaan om tweebenen te vertrouwen, maar uiteindelijk heeft hij zich gesmeten.  Ik vraag me vaak af of dat nu een gunstige evolutie is.  Immers, met zijn diefstalneigingen zou hij af en toe maar beter op zijn tellen passen.  OK, ik ben geen ooggetuige, en alle bewijzen zijn indirect, maar geef toe dat het redelijk verdacht is om in huis regelmatig te struikelen over kippebotjes, ribbetjes of koteletbeentjes.  Vooral als je voor jezelf nooit vlees bereidt.  Rond de kerstdagen moet ik zowat de botten van een volledige kalkoen en de skeletjes van een drietal kwartels in de vuilnisbak hebben gesmeten (vaak nadat ik ze eerst had horen kraken onder mijn voeten).

    Maar er is niet aan te doen, hij heeft besloten dat er van tweebenen bij nader inzien geen onheil te verwachten valt.  Dus als er hier 8 man zit te repeteren komt hij rustig de woonkamer binnengewandeld, kijkt eens rond, maakt een keuze en loopt dan recht naar de winnende tweebeen.  Hij maakt oogcontact en ploft dan op zijn zij, en er is niemand die er aan twijfelt wat hij wil zeggen.   Twee keer op rij was dat de banjospeler, die hem dan uitgebreid moet krauwelen met van die metalen banjospeeldingen om zijn vingers.  Dat heeft  hem de bijnaam “Kinky Cat” opgeleverd. 

    Wat hij niet leert is het concept “mijn eten” en “andermans eten”.  Hij kent enkel het concept eten, en dat doet steevast stoppen doorslaan.  “Eten” of zelfs “mogelijkerwijs eten” zet hem in storm-modus, recht er op af, met omverloping, omduwing of platwalsing van al wat daarbij in de weg staat.  Een tijdje geleden probeerde hij de kaas tussen mijn boterham vandaan te halen.  Niks uitdrukking, gewoon letterlijk.  Dus ik trok mijn boterham weg.  Dan komt er een soort tijdelijke waanzin over hem, eten dat hem wordt ontzegd, het kan niet waar zijn.  Dus gaat hij in de aanval, zelfs tegen een tweebeen die toch ettelijke malen groter is dan hijzelf.  Size doesn’t matter voor Sir William.  Dat Helena de helft kleiner is dringt niet tot hem door, dat ik een behoorlijk pak groter ben evenmin.   

    Groot was dan ook mijn verbazing toen Streepke kwam logeren. Streepke woonde bij een bevriende tweebeen die drie weken naar Frankrijk ging.  Ze was een oude dame van rond de twintig, wat voor een poes een zeer respectabele leeftijd is.  De tweebeen in kwestie vond het maar niks om Streepke alleen thuis te laten, zelfs met regelmatige etengevers, en dus probeerden we eens wat het zou geven als Streepke hier een poosje zou intrekken.  De proefnamiddag verliep al enigszins verrassend:  de draagmand werd midden in de living neergezet en geopend.  Onmiddellijk verscheen er een kopje, dat alert links en rechts keek, en toen besloot Streepke zonder omhaal op verkenning te trekken.  Ze liep daarbij zowat onmiddellijk na het verlaten van haar transportmand vlak voor Sir William langs (er was nog ongeveer een halve cm tussen zijn neus en haar flank)  maar trok zich geen sikkepit van hem aan.  Hij was te verbouwereerd om te reageren en bleef overdonderd zitten kijken.  Helena was vermoedelijk aanwezig om het ganse schouwspel te bekijken, maar zij liet zich daarbij  -naar Heleniaanse gewoonte- zelf niet zien.  Streepke voelde zich wel thuis in de living, blies eens uitvoerig naar Sir Wiliam toen ze hem de tweede keer passeerde, en nestelde zich in de zetel.  Toen Sir William van zijn verbazing was bekomen, en, zoals gebruikelijk als hij een kat ziet, vriendjes wilde worden, maakte Streepke duidelijk dat de sofa hààr plekje was, en dat hij maar elders moest gaan vriendjes zoeken.

    Sir William huppelde weg.  Dat beest is echt een boeddhistisch leermeester.  Hij is teleurgesteld tot op het bot, legt zich neer, maakt zielige geluidjes, kronkelt en draait om toch maar vriendjes te worden.  (Hij had er natuurlijk geen idee van dat Streepke pot-en potdoof was, en dat al zijn lieve geluidjes haar dus compleet onberoerd lieten).   Als hij dan inziet dat het niet voor vandaag is (dat moet wel even met knipperende neonletters worden duidelijk gemaakt) staat hij recht en huppelt welgemutst een volgend avontuur tegemoet. 

    Toen hij ongeveer twee jaar geleden pas buiten mocht, en op elke kat die hij zag afstormde, heb ik er een paar dagen over gedaan om te beseffen dat hij geen troost behoeft.  Ik zag hem, woest, enthousiast, in volle galop en vooral heel erg on-kattig op een buurtpoes afstormen, ik zag die poes in blaas-modus gaan, met rechtstaande haren en dubbeldikke staart.  Dat had hij dan pas in de gaten wanneer hij vlak voor dat adrenaline pompende beest stond.  Hij snapte er niks van, want hij wilde toch alleen maar spélen? Dus plofte hij op zijn flank, rolde door op zijn rug en begon uiterst zielige frazelgeluidjes te maken.  Mijn hart brak toen meermaals per dag.  En als hij dan terug binnenkwam wilde ik hem troosten, en hij keek dan naar mij met grote ogen en een immer lege maag:  is er iets te eten?  Nee? Spelen dan? Oh kijk, daar vliegt iets.  En daar koerste hij dan alweer dolenthousiast achteraan.  Sir William is echt altijd, helemaal en volledig in het nu.  En hij smijt zich.  Of het nu in een spel is, op eten, in een knuffelsessie of in gesoes, hij doet het met alles wat hij heeft.

    Dat was natuurlijk waarvoor Streepkes tweebeen en ik nogal beducht waren.  Een frèle oude dame zou wel eens last kunnen ondervinden van zoveel overenthousiasme in een behoorlijk stevig katerlijf.

    Maar ze leek het aan te kunnen.

    Dat bleek achteraf zelfs een understatement. 

    Maar goed, na de proefnamiddag besloten we het erop te wagen.  Vaak is het nogal een risico, zomaar katten bij elkaar zetten, zeker als het maar voor korte tijd is.  Dan is het vaak alle moete niet waard.  Maar ik heb hier twee zeldzame exemplaren die andere katten echt wel zien zitten.  Elk op hun manier.  Helena leest hen.  Ze kijkt, observeert, is onwaarschijnlijk nieuwsgierig, maar kan zich ook meesterlijk beheersen.  Zij beheerst de kattentaal door en door, vanaf het topje van haar neus tot in het puntje van haar staart en haar poezelige teentjes. Van haar leerde Sir William ondertussen dat je een onbekende kat niet zomaar bestormt.  Het kost hem moeite, je ziet hem zwoegen en onzeker zijn.  Maar hij doet ook oh zo zijn best, soms weet ik niet of ik een lachstuip ga krijgen of tranen in mijn ogen bij zoveel zelfoverwinning.  Want de beelden die dat oplevert:  Sir William op het terras, buik tegen de grond, één voorpoot in vertraagde slowmotion (ja, als hij iets doet dan doet hij het ook met overdreven toewijding he, hij is nu eenmaal Sir William) aan het naar voor zetten.  Ik moest mij even oriënteren.  Sir William.  Extra Slow motion.  Waar kwam dat in ’s Hemelsnaam vandaan.  Ik bekeek de verdere omgeving: aha, andere kat.  En hij stormde daar dus niet op af als een uitgebroken hengst of een wilde stier.  Toen keek hij naar mij, ik zag de inspanning op zijn snoetje, en de vraag “doe ik het goed”. 

    Natuurlijk deed hij het niet goed, ik zag zelfs dat het er niet echt uitzag.  Dus die andere kat zal ook wel gedacht hebben “wat is dat voor een rare”.  En ondanks het feit dat Sir William ongetwijfeld de sterkste kat van de buurt is, wordt hij soms een beetje gepest.  Niet zo lang na dat slow motion voorval hoorde ik hem buiten zielig miauwen.  Ik ging kijken en zag hem, een beetje ineengedoken, zitten op het dakje van de veranda (enfin, het redelijk onstabiele, bijzonder Vlaamsche, plastieken achterbouwsel).  Dus ik moedigde hem aan naar beneden te komen, en snapte niet direct waarom hij daar zielig zat te doen.  Tot ik keek naar het afspringpunt.  De hoek van het dakje van waarop je -kat zijnde, gelieve dat hier niet als tweebeen te komen proberen- op de tuinmuur kan springen.  En daar zat één van de twee katers van de buren.  Fijn gebouwd, kan ongeveer twee keer in Sir William.  Beetje een Helena-modelletje.  Zat daar in zijn vuistje te lachen.  Had al voorpret.  En nog snapte ik het niet helemaal.  Ik riep Sir William nogmaals, en toen schoot hij uit de startblokken, probeerde op zo hoog mogelijke snelheid langs dat pestduiveltje te geraken, maar was net niet snel genoeg.  Hij kreeg daar in het voorbijgaan een tik van jewelste.

    Maar hij is stevig gebouwd, hij kan iets hebben, en aangezien ik hem had geroepen zou er misschien wel iets te verhapstukken vallen, dus wederom was de tik sneller vergeten dan hij hem had gekregen.  En natuurlijk kreeg hij iets lekkers, hoe zou ik anders kunnen. 

    Eigenlijk had ik een stukje willen schrijven met als titel “Sir William for president”.  Omdat hij zo oprecht is.  En omdat hij eindeloos onderhandelt over vriendschap.  En omdat hij pas heel laat en altijd bijzonder kortstondig naar geweld grijpt.  Hij deelt pas tikken uit als hij het hoekje van de kaas dat tussen een boterham uitsteekt in zijn bek heeft, en als dàn, oh vreselijke gruwel, die boterham wordt weggetrokken.  Of als hij al twee weken meermaals per dag probeert vriendjes te worden, waarbij hij telkens wordt onthaald op geblaas en gegrom, én op een occasionele tik van Streepke.  Want Streepke bleek, naast een frèle dame op leeftijd, ook een straffe tante te zijn.  Ze was er erg duidelijk over: “de sofa’s zijn van mij, ga maar elders liggen of spelen.  Enne, dit eten hier he, da’s van mij”.  Hoé ze het gedaan kreeg begrijp ik nog steeds niet ten volle, maar haar eten, dat, apart van dat van Helena en Sir William, in de woonkamer stond, is niet aangeraakt door mijn vaste residenten.  Helena heeft er zelfs niet naar gekeken, en Sir William, die arme jongen…

    Hij keek er altijd naar als hij er passeerde, het was dan ook éten.  Elke keer streed hij met zichzelf, maar Streepkes verbod was ultiem, hij schond het niet.  Als hij volgens haar te dicht in de buurt kwam, of er iets te uitgebreid naar keek, siste ze hem vanuit de zetel toe dat hij er zelfs niet over moest peinzen.  En dan besloot hij vaak nog maar eens een vriendschapsonderhandeling in te zetten.

    Misschien komt het door zijn Waaslandse afkomst dat hij de Antwerpse variant der Kattentaal niet verstaat, maar ik vrees dat het eerder te wijten is aan een klein maar schattig defectje. 

    Eén van zijn kennismakingspogingen speelde zich af terwijl Streepke op mijn benen lag (en die benen lagen dan weer in de zetel).  Sir William kwam aangelopen, en Streepke begon zich al een beetje druk te maken.  Hij zette zijn voorpootjes op de zetel, bracht zijn hoofdje dichtbij het hare. Je moet dan die blik zien, zo argeloos.  Hij snapt duidelijk niks van al dat geblaas.  Maar hij probeert, telkens opnieuw, en op dat moment doet hij iets waardoor ik echt het gevoel krijg dat het een clash tussen culturen is.  Je bent ergens op reis, in een ver land waarvan je de begroetingsrituelen niet kent, en je besluit toch een poging te wagen.  Dus hij blaast terug, maar vergeet er gemeen bij te kijken, dus het slaat sowieso al nergens op.  En dan voegt hij er, in één en dezelfde adem, een reeks kleine lieve frazelgeluidjes aan toe.  Die Streepke uiteraard niet kan horen.  Zij ziet een onnozele kater die gekke bekken trekt.

    En daarom moet hij president worden.  Hij kan niet huichelen, en hij wil met iedereen vriendjes zijn.  En hij respecteert verdragen, zelfs als ze over eten gaan waar hij niet mag aankomen. En er zijn momenteel presidentskandidaten met grotere defecten in hun brein dan Sir William.

    Hoe het ook zij, Streepke was niet geïnteresseerd in Sir Williams vriendschap.  Eventueel wel in zijn en Helena’s eten.  Het idee om haar eten in de woonkamer te zetten, terwijl mijn vaste residenten hun eetplekje in de keuken hebben, was aanvankelijk bedoeld om Streepke te beschermen.  Maar op dag drie wandelde Streepke haar eten voorbij, de keuken in, tot op een halve meter van de plek waar Sir William en Helena vredig naast elkaar aan het smikkelen waren, en blies. Het was een impressionant geblaas, gelardeerd met gegrom.  Ik ben helemaal overdonderd en sta perplex de gebeurtenissen te aanschouwen.  Ik vrees even dat ik Streep ga moeten redden, want nu gaat ze toch echt haar bevoegdheden te buiten.  Maar wat dan gebeurt is nog onwaarschijnlijker:  Helena en Sir William doen, tegelijkertijd, als was het een goed ingestudeerde choreografie, een aantal passen naar achteren, weg van elkaar en van hun etensbakjes.  Geen van beiden gaat ook maar enige strijd aan, alles in hun lichaamshouding zegt: “OK, it’s all yours”.

    Het knettert een beetje in mijn brein, want dit was niet echt een scenario waar ik op enigerlei wijze was op voorbereid.  En natuurlijk wil ik Streepke goed verzorgen, en haar beschermen tegen eventueel te woest gedrag van Sir William, maar dit, dit is erover.  Dus ik pak haar op.  Onder hevig protest, ze draait haar hoofdje naar mij en gromt en blaast.  Ik zet haar neer voor haar eten, en doe de deur dicht.  Dat was altijd al een plan geweest, die deur dichtdoen.  Vandaar dat haar eten ook daar was gezet.  Het verwarrende was alleen dat er een andere partij moest beschermd worden dan we hadden vermoed.

    Streepke blijkt bijzonder slim.  Ze heeft na die ene keer door dat ik niet echt onder de indruk ben van haar gegrom en geblaas.  Ze is wel graag de baas, maar ziet ook in wanneer haar strijd nutteloos is, dus ze ziet af van verdere pogingen om Helena en Sir William van hun eten te beroven.  Wel wandelt ze regelmatig de keuken in als die twee er niet zijn, om dan met veel goesting hun restjes op te kuisen. 

    De regels zijn duidelijk, mijn vaste residenten zijn flexibel en passen zich moeiteloos aan.  Wil Streepke de living?  Ok, dan leggen wij ons des avonds al op het bed, en dan knuffelen we lekker als jij komt slapen.  Laat die rare dunne dan maar op de zetels en op jouw schoot liggen, wij doen daar niet moeilijk over.  Streepke doet op geen enkel moment een poging om naar boven te komen, dus er is ruimte genoeg voor iedereen.  En ik zorg er natuurlijk voor dat iedereen elke dag wat aparte aandacht, een snoepje, wat gespeel of een knuffeltje krijgt.  Na enkele dagen is de toon dus gezet, en loopt het twee weken heel erg vlotjes.  Tot er iets misloopt in Streepkes hoofdje.  Waarschijnlijk heeft ze, aan het begin van week drie, een kleine beroerte, maar ik heb dat niet onmiddellijk door.  Ik zie haar wel tegen dingen aanlopen, en ik zie een grijzig waas in haar oogjes, dus ik denk ”ze heeft staar, het arme prutske, en ’t is blijkbaar nogal plots verergerd”.  Dat is geen logische gedachte, achteraf beschouwd, staar gaat altijd stelselmatig, maar goed, achteraf weten we allemaal hoe het zit natuurlijk  En het had weinig uitgemaakt, want zelfs als ik haar op dat moment naar de dierenarts zou hebben gebracht, zou haar toestand niet meer te verbeteren zijn geweest.  Tot op dat moment zijn er geen echt clashes geweest, waarmee ik bedoel dat Sir William haar nooit heeft geslagen.  Hij accepteerde de paar tikken die ze hem vanuit de zetel gaf als passend bij haar gezagspositie. 

    Maar nu vergeet ze dat ze niet verondersteld wordt Helena en Sir William weg te jagen bij hun eten, ze loopt er grommend en blazend op af, en, doordat ze niet goed meer ziet en rare wendingen maakt, loopt ze ook tégen Sir William, zelfs als die haar poogt te ontwijken.  Zij mept als eerste, maar dan is Sir Williams geduld op en slaat hij terug.  In haar laatste dagen heeft ze zo toch een drietal gevechtjes.  Waaruit ik haar telkens red door haar op te pakken en bij haar eigen eten te zetten.  Maar ik berisp Sir William niet, ik vind echt dat hij  ontieglijk veel geduld heeft gehad.  En vanuit zijn positie zoékt zij het ook: ik lok hem van haar weg, hij komt ook braaf, en dan neemt zij een niet te voorziene rare bocht en botst tegen hem, het lijkt wel of ze hem uitdaagt.  En dan slaat ze ook nog als eerste, ik kan niet verwachten dat hij helemaal met zich laat sollen. 

    Ik neem ook haar niks kwalijk, ik voel haar ongemak.  Hoe beangstigend moet het niet zijn om plots nog amper te zien, terwijl je ook al niks kan horen.  En, in retrospectief: geen volledige controle meer te hebben over je motoriek.  Ik schreef toen die rare bochten enkel toe aan haar slecht zicht, en ik dacht dat haar bochtenwerk een tactiek was om de omgeving opnieuw te ontdekken.  Achteraf bleek er een andere verklaring.

    Ik ben blij dat ik haar die dagen veelvuldig kattensnoepjes heb gegeven.  Ik had met haar te doen, en poogde haar zo ook te kalmeren en af te leiden als ze zich weer eens boos had gemaakt.  Ik kon haar niet eens troostend toespreken, want ze was en bleef stokdoof.  Maar ze bleef spinnen als ik haar streelde, en ze spon met zeer veel overtuiging als ze kattensnoepjes kreeg.

    En toen vond ik haar.  Liggend op haar zij, haar voorpootjes nat van bloed dat ze had opgegeven, af en toe gefrustreerd grommend terwijl ze haar kopje poogde op te heffen maar daar niet naar behoren in slaagde, terwijl haar vier pootjes stuiptrekkende bewegingen maakte. 

    Gelukkig was Lieven onmiddellijk bereid om te komen, ook al was hij niet van wacht of had hij geen spreekuur.  Ik was erg blij dat ik dat meisje niet moest vervoeren, omdat dat volgens mij alleen maar tot meer ongemak had kunnen leiden.  Ik kon Streepkes tweebeen niet bereiken, haar gsm bleek op dat moment op die plek geen ontvangst te hebben.  Een echte beslissing moest ik niet nemen, dat had ik zelf ook al gezien, maar de diagnose van de dierenarts maakte het helemaal duidelijk: terminale epilepsie, als gevolg van iets anders in de hersenen.  Hier viel niks meer aan te doen, behalve haar uit haar lijden verlossen.

    Omdat ze niet hoorde en amper zag, heb ik mijn nabijheid proberen kenbaar te maken door haar zachtjes over haar bolletje te aaien.  Ik heb wél tegen haar gesproken, maar horen kon ze dat niet.  Voelen misschien.  Ik zei haar hoe jammer ik het vond dat de tweebeen die haar met het flesje had grootgebracht er nu niet kon zijn om haar uitgeleide te doen.  Ik kende haar slechts drie weken –los van de keren dat ik haar bij Thea had gezien- dus mijn geur en mijn aanraking konden wellicht niet de troost bieden die zij haar had kunnen bieden, maar we kunnen maar doen wat we kunnen doen.

    Streepke ging naar de kattenhemel op een vrijdag.  De daaropvolgende zondag kwam haar tweebeen terug uit Frankrijk.  Ze hebben elkaar net gemist.

    Streepkes geest heeft hier nog even rondgewaard.  Tot een week na haar verscheiden keken Sir William, maar vooral Helena, nog bezorgd over hun schouder als ze een snoepje  kregen.  Ze verwachtten nog steeds een boze blazer die kwam aanlopen.  Tot zeker een week na haar afscheid in den vleze keek ik naar mijn zetels, telkens ik door de woonkamer passeerde, om te checken of ze daar lag.  Om mij vervolgens te realiseren dat ze daar nooit meer zou liggen. 

    We zijn nu enkele weken verder.  Helena en Sir William verkiezen nog steeds het bed ’s avonds.  Het lijkt alsof ze de living nog steeds niet heroverd hebben. 

    Ik slaag er beter in Sir William van mijn broodbeleg te houden.  Ik heb een voorbeeld genomen aan Streepke.  Niet dat ik blaas.  Maar als zij zonder fysiek overwicht kon bewerkstelligen dat hij niet aan haar eten kwam, zelfs wanneer het onbewaakt was, dan moet mij dat ook lukken.  Hoewel.  Ik moet hem af en toe van tafel duwen.  Enfin, sturen naar de rand van de tafel en dan een duwtje onder zijn oksels om de afsprong te initiëren.  Dan kan ik een hap nemen terwijl hij aan de andere kant alweer op de tafel springt.  Zucht.  Onlangs heb ik hem met mijn voet een paar tikken op zijn bips gegeven.  Zachte tikjes he.  Maar het bleek de enige manier om hem van Helena’s eten te doen blijven.  Na enkele tikken hoorde hij mijn “neens” ook weer.  Voor die tikjes was hij Oost-Indisch doof.   Het is een geval apart, dat stormachtig jongetje.  Hij kan zich op mijn arm nestelen, zijn voorpootjes op mijn schouder, en genoeglijk spinnen, terwijl hij me even later een stevige linkse verkoopt omdat hij mijn broodbeleg niet mag pikken.  Hij accepteert ook dat ik hem dan een tik op zijn voorhoofd geef met mijn wijsvinger.  Om de één of andere reden werkt dat.  Hij komt er terug van bij zinnen.  En verder loopt hij mij zodanig voor de voeten dat ik af en toe op hem trap.  Enkel in de keuken, want het is daar dat zijn favoriete bezigheid zich mogelijkerwijs op elk moment van de dag zou kunnen afspelen.  En volgens hem is er meer kans op het verschijnen van voedsel als hij mij voor de voeten loopt.  Er is een deeltje van mijn keuken waar ik mij ondertussen bijna uitsluitend schuifelend voortbeweeg, om zoveel mogelijk accidenten te vermijden.

    Helena is een superslimme griet.  En De Grote Roze Badsloef zij geprezen, we hebben eindelijk een hechte relatie.  Dat heeft wat voeten in de aarde gehad, Helena heeft er uren, dagen, maanden observatie opzitten, maar eindelijk vertrouwt ze me.  Ze deinst niet meer terug als ik haar wil strelen.  Ze komt er zelfs regelmatig om vragen.

    Af en toe komt ze me ook melden dat Sir William op voedselveilige afstand is, en of ze nu alstublieft eens rustig zou mogen eten.  En dan geef ik dat meisje een portie, waarmee ze dan de koning te rijk is. 

    Ze heeft wat te verduren van die veel te sterke overjaarse kitten.  Niet allen steekt hij vaak verkeerdelijk zijn kop in haar etensbakje, bij het krijgen van extraatjes gaat hij altijd met het leeuwendeel aan de haal, hoe geraffineerd Helena en ik het ook proberen te spelen.  We hebben kleine, stille signaaltjes, zodat zij iets krijgt op een ander plekje en zonder dat hij het merkt.  Dat is toch de bedoeling.  Maar het gaat over eten.  Op dat vlak is hij nauwelijks te misleiden.  En hij is een enorme slokop.  Dus ook haar andere plekje moet snel en stil veranderd worden, en hij moet snel een nieuw stuk krijgen zodat zij dat van haar rustig kan opeten.  Ook bij het spelen gaat het vaak mis.  Zij is een speelvogel, en heviger dan zij zijn er weinig.  Maar hij is te robuust en kent zijn krachten niet.  Dus zegt ze vaak nee tegen spelen, omdat ze voorziet dat het mis gaat lopen.  Ze kiest heel verstandig de spelletjes waarbij hij niet boven op haar kan eindigen, dus geen woeste achtervolgingen die hem ophitsen en waardoor hij helemaal loos gaat.  Wel elk aan een kant van de deur elkaars pootjes proberen te tikken.  Of samen achter hetzelfde speeltje dat ik hanteer.  Ook samen een liquide snoepje oplikken, tong aan tong, lukt goed.  Eigenlijk zijn het dikke vriendjes.  Maar het is geen sinecure om alleen Sir Williams enthousiasme te moeten opvangen.  Dus heb ik er al dikwijls aan gedacht een derde resident te verwelkomen.  Maar zoals Streepke heeft bewezen gaat dat niet altijd zoals verwacht.  Ik zou echt audities moeten organiseren.  En om deel te nemen moet u voldoen aan volgende specificaties*:  Felien van aard zijn, bijzonder speels, heel erg ingesteld op andere feliene creaturen, graag fikfakken en niet bang zijn van 10 pond kater boven op je, kunnen omgaan met een eeuwig kinderlijke ingesteldheid, over ongebreidelde energie beschikken, je drang naar eten en knuffels regelmatig even kunnen uitstellen ten voordele van een overdreven sterke enthousiasteling die je desnoods -zonder enige kwade bedoeling- pal omver loopt, kunnen bemiddelen tussen kwaaie buurtpoezen en je onbezonnen enthousiaste vriend die zich niet goed kan uitdrukken in de kattentaal, maar die, als het erop aan komt, wel de sterkste is.  Want als ik nu naar de toestand buiten kijk, kan ik alleen maar veronderstellen dat Sir William ten langen leste eens een keer heeft terug gemept.  Het pesten is immers volledig opgehouden.  


    17-04-2016 om 00:00 geschreven door KDW  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Tags:logee, Sir William, kat, poes, kater, sterk, kattentaal, speels
    >> Reageer (0)
    16-09-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Kattenschatjes

    Het is geweldig om van dichtbij te mogen meemaken hoe een feline viervoeter zich ontwikkeld, blijft groeien, evolueert en leert (van zijn stiefzusje bijvoorbeeld).

    Er was een tijd –toen hij pas vanachter de zetel tevoorschijn was gekropen- dat Sir William wel een granieten beeld leek als ik hem optilde. Nu ligt hij, ontspannen als een lappenpop, luid te spinnen op mijn arm.  Terwijl het kleine zwarte poppemietje enigszins beledigd miauwt, want waarom krijgt zij niet ook een beetje aandacht?  Ik word er helemaal warm en gelukkig van, van die twee.

    Ze hadden deze vakantie een geweldige poezensit, die veel met hen gespeeld heeft, en die zo in de smaak viel dat ze zelfs blaadjes cadeau kreeg van Helena.  Compleet met geluidje en eis tot streeltje alvorens je dat blaadje dan voor je voeten gelegd krijgt.  Toen die poezensit gisteren langskwam voor een babbeltje, en omdat ik haar een cadeutje uit Turkije had meegebracht, vond Sir William dat ze hem dan maar direct onmiddellijk eten moest geven.  Dat vindt hij tegenwoordig van zo ongeveer iedereen die binnenkomt.  Het loopt op twee benen en kan dus aan de kast met kattenvoer, het lijkt voor die rare grote kat die bij ons woont OK, dus dan vraag ik maar even of die tweebeen mij en passant wat te eten kan geven. Jammer voor Sir William verstaan niet allee tweebenen even goed Kats. 

    Maar goed, zowel hij als Helena hebben ondertussen toch een speciale boon voor die grote rare kat waarmee ze samenwonen.  Toen ik om twee uur ’s nachts mijn valies in de gang hees, kwam er per direct een zwart-wit koppetje om de livingdeur piepen.  Dat doet hij altijd, ook als ik maar vijf minuten ben weggeweest.  Hij weet dus precies wanneer ik ga verschijnen, en als ik de voordeur opendoe verschijnt prompt dat koppetje.  Wat verrassender was, was dat onmiddellijk na dat zwart-witte koppetje een zwart koppetje met mooie oogjes verscheen.  Ook Helena verwelkomde mij thuis na 26 dagen.    Onnodig te zeggen dat ik alles liet vallen in de gang en onmiddellijk naar mijn twee wachtende poezels stormde.  Er werd rond mijn benen gedanst, er werden kopjes gegeven, er moesten streeltjes zijn, en toen volgde een simultane spurt naar de etensbakjes.  En hoewel ik wist dat ze overdag al het eten hadden gekregen dat nodig was, kon ik toch niet anders dan mijn thuiskomst vieren met een extra portietje lekkers.  Helena vleidde zich in bed tegen me aan en bleef daar  tot ik opstond.  Het leek wel alsof mijn afwezigheid onze band had verstevigd.  Zowel Sir William als Helena waren aanhankelijker dan ooit, en ik genoot met volle teugen. 

    En toen kwam de inbreker.  Ik was nog net geen week terug thuis, toen ik rond half vier wakker werd, gestommel en geschuif hoorde, en mij realiseerde dat er iemand in huis was.  Doodsangst was het, toen ik op mijn tussenverdiep stond, niet wetend wat te doen, terwijl mijn hart zo snel en hevig tegen mijn ribben bonkte dat ik dacht dat die het niet gingen houden.  En toen kwam het de gang in, dat pillicht, en begon het de trap op te klimmen.  Ik moést iets ondernemen of ik stond over 3 seconden oog in oog met – dus ik knipte het licht aan.  En weer uit.  Het licht stopte met bewegen, toen snel gestommel de trap af, gedoe met de voordeur die inderdaad lastig te openen valt, er zit een pin voor die in de grond gaat, en ze hapert dan ook nog een beetje. Ik supporterde in stilte dat hij nu maar snel die deur open zou krijgen. 

    Daarna stond ik daar nog, niet wetend wat aan te vangen, zou hij inderdaad weg zijn, en was hij maar alleen? Ik durfde pas bewegen toen Sir William de trap op kwam en vragend miauwde.  Oef, als hij door keuken en living naar de trap durfde, dan zou het wel OK zijn.  Dus toen durfde ik eindelijk naar beneden, om te bellen.  Eerst mijn ouders, toen de politie.  Dat bleek de verkeerde volgorde, want de politie stuurde onmiddellijk combi’s om de wijk af te zoeken naar verdacht gedrag, maar ik had hem te veel voorsprong gegeven.

    Of ik een beschrijving kon geven. Nee dus, want ik heb alles in het werk gesteld om een confrontatie te vermijden.  Ik was superblij met de twee vriendelijke wetsdienaars die mij voorgingen naar de kelder,  want de ongewenste gast had zich toegang verschaft via het oude kolenkelderluik –dat inmiddels zo stevig is verankerd dat het geen millimeter meer wijkt.

    De deur van het kolenhok stond open, en door de rommel die daar nog van de vorige eigenaars staat heeft hij zijn entree niet zachtjes kunnen maken.  Bovendien heeft hij moeten prutsen aan de kelderdeur, die met een schuifslotje dicht was, en is hij vanuit de kelderdeur direct tegen de kattenbak in de gang aangelopen.  Vervolgens heeft hij de deur naar de keuken geopend, waardoor mijn valies, die daar nog lag, verschoof en het droogrek rammelde.  Enfin, zijn route was bezaaid met lawaai veroorzakende obstakels, waardoor ik dus op tijd ben wakker geworden en heb kunnen verhinderen dat hij het ganse huis kon doorzoeken.  Ik heb mij de ganse tijd dat ik stond te bedenken wat ik moest, met bonkend hart en knikkende knieën, stijf van de adrenaline, geen moment druk gemaakt om wat hij mogelijk zou kunnen meenemen.  Ik was enkel begaan met mijn lijfbehoud.  Gelukkig was de hulp zo goed als maar mogelijk.  De man aan de telefoon in de centrale bleef aan de lijn tot de combi met de twee die poolshoogte kwamen nemen voor mijn deur stopte.  Dat deed hij heel bewust, nadat hij had gevraagd of ik alleen was, en ik dat had bevestigd.  De twee jonge politiemannen waren meer dan begripvol, en terwijl de ene het kelderluik teruglegde, doorzocht de andere het ganse huis nadat hij zei ”als er zich nog ergens eentje verstopt kan ik hem beter vinden dan jij”.  Daar kon ik het alleen maar volledig mee eens zijn.  Later, toen de twee politiemannen aan de keukentafel zaten om een PV op te maken, en Sir William bijna bovenop hun laptop zat, realiseerde ik mij dat Helena wel heel erg afwezig was.  Het arme meiske durfde niet meer binnenkomen.  Ik ben haar gaan halen, heb haar opgepakt en in de keuken neergezet, ze heeft even een spurt getrokken naar de living, eens gesnoven, en in een mum van tijd was ze weer buiten.  Ze durfde nauwelijks in de keuken komen eten later op de morgen.  En ze heeft enkele dagen nodig gehad om weer wat in haar normale doen te komen.  En dat heb ik die vermaledijde insluiper nog het meest van al kwalijk genomen, dat hij het vertrouwen van dat meisje weer maar eens ondermijnd heeft. 

    Zelf ben ik geschrokken van de impact.  De volgende avond was ik om 19:30u doodmoe, want ik had de vorige nacht amper geslapen.  Dus kroop ik in bed, om er tegen elven ontredderd, bezweet, alweer met bonkend hart uit te komen, nadat ik vreselijke nachtmerries had gehad.  De rest van de nacht heb ik wakker gelegen, het kelderluik gecheckt (hoewel dat dus verankerd was en echt niet meer kan bougeren) voor-en achterdeur gecheckt, en van elk geluid opgeschrikt alsof het een bom was die afging. 

    Afgelopen nacht ging het beter, en dat merkte ik ook aan Helena, die weer vele uren tegen mij aan heeft gelegen, en gebruik maakte van elke halfwakkerheid die ze bij mij bespeurde om een knuffel te eisen.

     

    En verder zie ik die twee groeien, en leren.  Zo heeft Sir William van Helena geleerd dat het in volle galop benaderen van andere poezen niet slim is.  Hij heeft haar geobserveerd in haar trage manier van andere katten benaderen, en hij doet dat nu helemaal na.  Soms erg grappig om te zien, want hij moet zich daar echt toe dwingen, het gaat hem niet vanzelfsprekend af.  En zij heeft geleerd zich een beetje in te houden.  Ze lanceert zich niet meer van hoogtes met de bedoeling pal op hem te landen, omdat ze heeft ondervonden dat hij daar helemaal speelziek van wordt, en dan wordt hij haar net iets te veel.  Zij gaat in op bepaalde van zijn spelverzoeken, maar zegt radicaal neen tegen anderen, omdat ze heeft ondervonden hoe bepaalde acties (haar achtervolgen bijvoorbeeld) hem zo euforisch maken dat hij van geen ophouden meer weet.  En eens een bepaalde grens over beseft hij niet meer hoe zwaar hij weegt, hoe licht zij is, hoeveel kracht hij in zijn spelekletsende poten heeft. Dus zegt zij neen.  En als het toch nog tot een soortement van gevecht komt, begint ze alvast te gillen terwijl er eigenlijk nog niks aan de hand is.  Slimme meid, die Helena.  En superlieve onbevangen dappere Sir William.  Zelfs de aan mijn keukentafel gezeten politieman, die moest zorgen dat de Sir niet op zijn laptop ging zitten, noemde hem dapper.  Maar vooral open.  Als hij iets niet fijn vindt, laat hij dat weten (desnoods krijg je een tik van een van zijn sterke poten) maar als hij het fijn vindt laat ie het ook merken.  Niks achterbaks, what you see is what you get. En Helena kijkt en leert.  Hopelijk durft ze het aan om te leren vertrouwen zoals haar stiefbroer.  Maar dat ze allebei toch maar net genoeg blijven wantrouwen om ongenode gasten uit de weg te gaan.  Hoewel ik Sir William ook al heb toegefluisterd dat hij ingeval van ongenode gasten mag krabben en bijten.  

    16-09-2015 om 21:15 geschreven door KDW  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het eerste zonnetje

    Wat een heerlijk weer, hoe goed voelt dat in elke cel van je llichaam, dat zonnetje dat op je rug schijnt.  De poezels voelen het ook in elke cel van hun lijfjes, en ze worden er helemaal zottekes van. En dat leidt tot hilarische taferelen. Wilde spurten van het uiteinde van de tuin helemaal door tuin-veranda-keuken-living, en dan weer in de andere richting. Want de deuren staan even open, en ik heb zelfs mijn broodje gegeten op mijn terras, in het zonnetje.

    Toen ik terug in de keuken stond om water te koken voor een tas koffie, schoot ik nog bijna hardop in de lach van een uitschuiver van Sir William, hij kwam zo woest aangestormd dat bij de overgang van veranda naar terras zijn achterste uit de bocht vloog. Zijn achterpootjes  schoven, zijn poep vloog opzij de lucht in terwijl zijn voorpoten bleven galopperen.  Was dat al redelijk hilarisch, de rest van het tafereel mocht er ook weer zijn. Hij spurtte haastig verder tot in het gras, draaide zich om en legde zich, met wiebelend achterwerk en kronkelende staart op de loer, klaar om aan te vallen. Kwam daar lustig aangewandeld, eens links kijkend en rechts snuffelend, juffrouw Helena.  Toen ze hem daar zal liggen, klaar voor de aanval, ging ze helemaal mee in zijn spel, zette zich op de vermolmde houten dorpel van de krakkemikkige veranda in dezelfde houding, bijna liggend, wiebelend achterwerkje, kronkelend staartpuntje, het was nog een kwestie van enkele seconden en dan zou de strijd in volle hevigheid losbarsten.

    Tot haar aandacht plots en volledig werd getrokken door…

    Tja, door wàt eigenlijk?

    Ze vergat Sir William, vergat alle woeste aanvalsplannen en ging totaal op in een losgekomen houtsplintertje (of een imaginaire muis) en ze draaide, uithalend met haar voorpootjes, rondjes in het deurgat, gebiologeerd door iets onooglijks dat haar aandacht volledig opslokte.  Zij ging helemaal op in haar solospel, en ondertussen lag Sir William beteuterd in het gras.  Hij hief zijn kopje vragend, probeerde nog haar aandacht weer te trekken, maar het mocht niet baten, de juffrouw was met Zeer Belangrijke Zaken bezig die voor onbepaalde tijd haar Volledige en Onverdeelde Aandacht opeisten.

    Hij ligt nu onder de perzikboom, met één achterpoot recht omhoog,  ongegeneerd zijn achterste onderdelen te likken, en zij, tja, haar zie ik momenteel niet vanuit mijn raam.  Gelukkig is het rustig, voor het eerst sedert donderdag.  Blijkbaar heeft iemand iets ondernomen voor het Arme Krolse Poesje dat hier sedert vrijdag rondhing.  Mijn hart is verschillende keren gebroken, maar ik kon haar helaas niet lokken en dus ook niet troosten. Het is een klein meisje, ze is vast nog geen jaar. Zwart-wit, maar uiteraard anders getekend dan mijn aristocraat.  En ze riep zich schor op zoek naar een kater die nog al zijn onderdelen heeft.  Helaas voor haar zijn die in dit huizenblok niet aanwezig. Dat maakte haar leed natuurlijk alleen maar groter. Dag en nacht liep ze te kermen, ik ben er een paar keer van wakkere geworden, en had zo met haar te doen. Tegelijk vreesde ik ook dat iemand het op zijn zenuwen zou  krijgen en haar iets zou proberen aan te doen, want haar gekrijs was echt hemeltergend.  En ik vreesde daar bovenop nog dat iemand die weinig van poezen kent per vergissing Sir William, ook een zwart-witte katachtige, iets zou doen.

    Ik hoop dus maar dat haar eigenaars het licht hebben gezien en haar naar de dierenarts hebben gebracht voor sterilisatie, zodat ze vanaf morgen rustig mee van het zonnetje kan genieten. 

    16-03-2015 om 00:00 geschreven door KDW  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    23-01-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.De Aristocraat en de woeste Ninja

    Objectieve bewijzen zijn er niet. Zijn titel werd vermoed op basis van zijn mooie smoking, zijn hemd met witte bef, zijn witte sokjes, zijn uit het vilt der verbeelding opgetrokken hoge hoed die altijd een tikje scheef staat.  Eerlijkheidshalve moet worden toegegeven dat zijn sokjes niet altijd hagelwit zijn. Maar ook een aristocraat is onderhevig  aan het stof op aardse wegen. En zelfs het vilt der verbeelding is niet bestand tegen wat stof en een streepje groen, vermoedelijk van een takje dat er tegenaan streek.

    Ook de Ninja beschikt niet over authentieke Japanse geloofsbrieven.  Zij dankt haar predicaat volledig aan haar bijzondere acties. Haar zwarte oogmaskertje en haar korte zwarte capeje, dat het zwevende van haar elegante sprongen accentueert, zijn eveneens gesponnen uit de draden der fantasie. 

    Voor mij zijn alle attributen echt, en ik geniet dagelijks van de avonturen, grappen en grollen, krijgslisten, plaagacties en onmogelijke acrobatische toeren van mijn bijzonder tweetal.  In gedachten schrijf ik elke dag over hen, want elke dag gebeuren er vermeldenswaardige dingen. Helaas, of gelukkig, kom ik er niet altijd toe om effectief de tijd te nemen mijn letters uit het stof der fantasie om te zetten in getypte.  (Hoe echt die letters zijn zolang ze niet zijn afgeprint en effectief in zwarte inkt op wit papier staan, is nog maar de vraag.  Maar leesbaar zijn ze wel, eens ik op de juiste toetsen heb getikt, in een welbepaalde volgorde.)

    Over kerstbomen heb ik geschreven, in die verbeeldige letters.  Een bijna vallende kerstboom, een gevallen kerstboom, een engeltje met een gebroken vleugel, de net op het nippertje voorkomen diefstal van een gedeeltelijk losgeprutste slinger, die in een zwart wit bekje werd weggedragen met bijna medeneming van alweer die kerstboom, die een tijdje een behoorlijk actieve rol heeft gespeeld in onze levens.  Aangezien onze kerstboom 11 van de 12 maanden mag slapen, lijkt het mij ook niet verschrikkelijk erg dat hij gedurende een maand een iets actievere rol moet spelen dan de gemiddelde kerstboom.  Hij zag er bijwijlen wat verfomfaaid uit –bijna zo verfomfaaid als Sir Williams hoge hoed- maar volgens mij was hij eigenlijk best in zijn nopjes.  Ninja Helena kon tegen het einde van  de actieve kerstboommaand met één gerichte sprong een appeltje bij het lusje in haar bek nemen, het af de boom trekken en landen met het zelf bemachtigde object netjes in haar bek.  Op dat moment was het object ook nog heel.  Maar zelf bemachtigde objecten moeten getest worden, op de grond gelegd -al is leggen misschien iets te voorzichtig uitgedrukt- en dan met een pootje aangetikt, voortgestuwd, tegen de plint geketst.  Ik heb 8 rode appeltjes minder terug opgeborgen dan ik een maand eerder uit de doos met kerstversierselen had opgediept. Eigenlijk valt dat aantal reuze mee, want ik heb heel wat keren het net uit de boom geplukte appeltje redelijk snel terug kunnen bemachtigen, en het intact of slechts zeer licht beschadigd terug in de boom gehangen.  De grootste beschadigingen waren ook aan het zich actief neerleggen van de kerstboom te wijten, en niet aan de plukacties.

     

    Verder heb ik in mijn fantasieletters geschreven over de onmogelijke plekken waarvan Ninja Helena zich lanceert om, elegant zwevend met wapperende cape en haar ogen glinsterend achter dat zwarte ninja-maskertje, te landen bovenop Sir William.  Het is één van haar geliefde hobby’s, en het feit dat Sir Williams hoge hoed er altijd een beetje verfomfaaid uitziet, is natuurlijk ook een beetje aan die hobby van haar te wijten.  Gelukkig heeft ze nog poezelige voetjes, en is ze licht als een pluimpje.  Als ze echter in haar ongetwijfeld onstuimige puberjaren zou besluiten tot het dragen van zwarte hoge laarzen met naaldhakken, om haar schitterende outfit te completeren, zou dat wel eens tot pijnlijkere ontmoetingen kunnen leiden.  Voorlopig kan Sir William nog steeds veel verdragen, al heeft hij ook wel elke dag nood aan een paar solo katerwandelingen, waarbij hij rustig en ongestoord zijn ding kan doen.

     

    Ninja Helena leert gestaag bij, en hoewel dat mij ook wel met trots vervult, vrees ik toch de dag dat ze geen nonchalante blunders meer zal begaan.  Die maken het samenleven met haar zo onwaarschijnlijk grappig.  Ze doet onmogelijke dingen, waarmee ik bedoel dat ze op een ondeelbaar ogenblik verplaatsingen maak die met geen natuurkundige wetten te verklaren zijn, dat ze hoger springt dan ik enige kat of kitten ooit zag springen, dat ze taken kan verfijnen tot motorische hoogstandjes waarvan mijn mond openvalt. En dan doet ze iets zo stoms dat ik moeite moet doen om niet hardop in lachen uit te barsten.

    Zo stond ze bijvoorbeeld onlangs op de leuning van een keukenstoel.  Die leuning is vrij smal, en alle vier haar pootjes stonden in één rechte lijn achter elkaar op die leuning. Zijzelf was perfect in balans, de stoel kantelde niet, ze voerde dat onwaarschijnlijke evenwichtskunstje volledig beheerst uit. Vanuit die positie begon ze met één voorpoot woest te spelen met een propje dat op de keukentafel lag.  Nog steeds bleven zij en de stoel perfect in evenwicht.  Vervolgens sprong ze helemaal op de keukentafel, en ging volledig op in het spelen met dat propje. Waarbij ze vergat dat ze zich op de tafel bevond, en op een bijzonder klunzige manier op de grond belandde.

    Ach, ik had natuurlijk ook kunnen schrijven: De Aristocraat en het Kleine Meisje.  Ze is klein, en bij wijlen hartveroverend schattig. Zoals daarnet, toen ze op mijn benen kwam liggen terwijl ik TV keek. En dan vooral dat ene korte moment waarop ze met haar wondermooie hazelnootbruine oogjes in de mijne keek.  Lang houdt ze dat natuurlijk niet vol, want er moeten schatten gevonden worden, vliegende roze muizen gevangen, werelden ontdekt.  Maar ze deed het een tijdje later nog een keer over. Uiteraard net op het moment dat ik de TV had uitgezet en mij wilde prepareren om te gaan slapen.  Ik heb haar dan maar even vast gegrabbeld, nog steeds het probaatste middel om haar spartelend op de vlucht te jagen. 

    Helena heeft dus besloten mij stilaan te vertrouwen.  Andere tweevoeters daarentegen blijft ze angstvallig uit de weg gaan. Als ik hier bezoekers heb laat ze zich niet zien. Sir William twijfelt nog aan sommige tweevoeters, maar zijn nieuwsgierigheid begint het te winnen, en hij laat zich door de meesten over zijn bol aaien.  Wie attent genoeg is om een speeltje te pakken en hem uit te nodigen tot een spelletje krijgt altijd gehoor.  Hij blijft een speelvogel, en zoals hij al spelend millimeter voor millimeter achter de zetel is uitgeraakt, is hij ook bereid al spelend contact te maken met elke bezoeker.

     

    Ik ben nog steeds verwonderd als ik zie hoe deze Sir blijvend evolueert. Ik heb er dan ook alle vertrouwen in dat de kleine Helena nog stapjes gaat zetten.  Wat mij betreft hoeft ze niet alle mensen te vertrouwen. Dat doet Sir William ook niet zomaar, en ik zou alle katachtigen dezelfde voorzichtigheid aanraden.  Ik weet helaas maar al te goed dat sommige tweevoeters in het geheel geen vertrouwen waard zijn.  Trouwens, als ik mag zou ik aan de tweevoetige lezers dezelfde boodschap willen geven.  Maar met voldoende zelfzekerheid en een groot vertrouwen in je intuïtie  kom je een heel eind, of je nu een aristocraat bent of een ninja, of gewoon een klein meisje.

    23-01-2015 om 00:00 geschreven door KDW  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    16-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.siesta en zo (vervolg)




    Ik heb hier eigenlijk niet genoeg plaats, ga eens opzij, dit nestje is véél
    te klein voor mij.
     
    Ik mag dan wel klein zijn, maar zevert zo niet en laat mij slapen.
     
    Ok ok, en nu ben ik ook nog betrapt, ik pas eigenlijk wel in dit
    nestje.
     













    16-12-2014 om 16:15 geschreven door  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.siesta en zo




    Maar ik zal dan toch eens zwaaien, voor de foto, en als ik dan toch mijn
    poot heb opgehoffen zal ik die ineens wassen, geeuw, maar hij is dan toch
    gewassen he.











    16-12-2014 om 16:09 geschreven door  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    07-12-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zo kijken wij TV




     









    07-12-2014 om 12:53 geschreven door  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zo eten wij




     





    07-12-2014 om 12:50 geschreven door  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zo.....




    ....worden de poezesnoepjes meestal niet
    bewaard.



    07-12-2014 om 00:00 geschreven door KDW  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)

    Archief per week
  • 11/04-17/04 2016
  • 14/09-20/09 2015
  • 16/03-22/03 2015
  • 19/01-25/01 2015
  • 15/12-21/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 04/08-10/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 14/07-20/07 2014
  • 07/07-13/07 2014
  • 30/06-06/07 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 02/06-08/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 28/04-04/05 2014
  • 14/04-20/04 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 31/03-06/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 10/03-16/03 2014
  • 03/03-09/03 2014

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs