Geschiedenis van het oude grafmonument gelegen op het oude kerkhof naast de kerk
en de verhuis en heroprichting op het nieuwe kerkhof
Al sinds het prille begin werden mensen in kerken begraven. Vooral de rijken en adellijke families zagen dit als een voorrecht. Een privilege voor al wie dit soort van begrafenissen kon betalen. Getuige hiervan in onze eigen Schriekse kerk zijn de 16 grafzerken die nog steeds te zien zijn in de vloer. Doorheen de tijd zijn er in onze kerk honderden mensen begraven, de kerklijken. Aan deze gewoonte werd echter abrupt een einde gesteld door het edict van Jozef II op 26.06.1784 die tijdens het Tweede Oostenrijks Tijdvak verbood om nog mensen in kerken te begraven.
Onze Schriekse heer Karel Lodewijk Van der Stegen werd in 1748 nog in de kerk begraven[i]. Zijn zoon en opvolger Philippe Norbert Marie Van der Stegen, die de laatste feodale heer van Schriek zou worden, werd op het kerkhof van Putte begraven[ii], dus buiten de kerk. Waarschijnlijk was het toen al verboden om nog in een kerk begraven te worden. Hij stierf immers op 11 april 1799, in een periode dat vele kerken gesloten waren door de Franse overheersers.
Na het overlijden van Fulvie Caroline Antoinette de Longpré (° 04.09.1794 - 21.10.1826), eerste echtgenote van Philippe Norbert Marie II Van der Stegen de Schrieck en toenmalige bewoonster van het kasteel van Schriek, werd zij op 24 oktober, drie dagen na haar dood, te Schriek begraven. Zij moet hier in een loden kist begraven zijn op het kerkhof. Er was immers nog geen grafmonument geplaatst !
Ook de schoonvader van deze Fulvie Caroline Antoinette, nl. Joseph Constantin Philippe Van der Stegen de Schrieck (° 06.12.1768 - 12.01.1828) werd in een loden kist op het kerkhof van Schriek begraven op 15 oktober 1828.
Als compensatie dat men niet meer in de kerk mocht begraven worden ging de adel gebruik maken van obiits of rouwblazoenen. Zo werden ze toch nog in de kerk vertegenwoordigd. Zon obiit is een ruitvormig schilderij waarop het wapenschild van de adellijke persoon en de datum van zijn overlijden geschilderd werd. Tijdens de begrafenis werd het bord bij de katafalk opgesteld en later in de kerk opgehangen. In de kerk van Schriek worden er niet minder dan tien rouwblazoenen van de adellijke familie Van der Stegen de Schrieck en aanverwanten bewaard.
Nu er al twee leden van zijn familie op het kerkhof van Schriek hun laatste rustplaats hadden gevonden vond Philippe Norbert Marie II Van der Stegen de Schrieck het tijd worden om er een deftig grafmonument te plaatsen. De nakende vergroting van de kerk leende zich daar uitstekend toe. Philippe Norbert Marie II begiftigde deze vergrotingswerken aan de kerk op voorwaarde dat hij op het kerkhof van Schriek een grafmonument mocht plaatsen waar hij en zijn nakomelingen mochten begraven worden. Dit vinden we althans in een document gedateerd van 21 oktober 1839[iii].
Op 1 februari 1840 schrijft Philippe Norbert Marie II Van der Stegen de Schrieck de kerkfabriek nog eens aan. In deze brief vraagt hij om op het kerkhof van Schriek een stuk grond van 5 ½ meter in het vierkant te kopen om er een grafkelder op te richten. Hij is bereid om de som van 800 frank te betalen en daarbovenop een gift te geven van 200 frank.
Op 28 februari 1840 komt uiteindelijk de gemeenteraad van Schriek bij elkaar en besluit
overwegende dat het kerkhof deze gemeente zeer groot is, en dat dezelfs uytgestrektheyd gemakkelyk toelaet op het zelve een gedeelte grond aftestaen, zonder eenig verhinderingen of ongemakken te komen veroorzaeken. Daer daerenboven de aldaer opgerichte graftombe eenigzins zal dienen tot verschooning van het kerkhof
heeft eenstemmeglyk besloten toetestaen mits betaeling door mynheer den graef Van der Stegen eener somme van achthonderd francs aen de fabriek der kerke
. Kort nadien zou dus het grafmonument gebouwd worden. De twee stoffelijke overschotten die al op het kerkhof van Schriek begraven werden, werden na de voltooiing van het grafmonument ontgraven en kregen hun rustplaats in het statige monument.
|
In 1897 richt Rodolphe Van der Stegen de Schrieck een verzoekschrift aan het gemeentebestuur van Schriek. Hij ziet zich genoodzaakt om het grafmonument te verplaatsen naar de noordkant van het kerkhof (kant van de Tecno en Spar). Dit omdat de zuidkant van het kerkhof zeer laag gelegen is en waardoor in de grafkelder van zijn familie steeds water binnen sijpelt. De doodskisten zouden daardoor binnen de kortste keren vernield en beschadigd zijn. Voor zijn nieuw monument zou hij een perceel van niet minder dan 24 vierkante meter nodig hebben. Rodolphe Van der Stegen bedenkt zich echter omwille van het negatief advies van de bouwmesteer en verplaatst het familiegraf niet maar laat het echter vergroten met meer dan 5 vierkante meter. De stoffelijke overschotten werden echter wel in nieuwe loden kisten geplaatst.
Vanaf 1956 denkt de gemeente eraan een parkeerterrein rond de kerk aan te leggen. De graven die zich nog rond de kerk bevonden moesten op kost van de familie verhuisd worden naar het nieuwe kerkhof gelegen in de Tuindijk. De familie Van der Stegen hadden echter in 1926 hun kasteel te Schriek verkocht. Dertig jaar later moest het gemeentebestuur dus op zoek gaan naar nog levende afstammelingen van de familie Van der Stegen de Schrieck. Er moest immers een imposant grafmonument verhuisd worden ! Die afstammelingen vond de burgemeester van Schriek dan ook maar beide partijen kwamen tot geen oplossing. In 1961 stond het grafmonument nog steeds op het kerkhof rond de kerk. Op 21 september van dat jaar kwam de gemeenteraad bij elkaar en men meldde dat één van de erfgenamen van graaf Van der Stegen de Schrieck niet akkoord ging met de stelling dat de kosten van afbraak en eventuele verplaatsing van het grafmonument ten laste zouden vallen van de concessiehouder. Men besloot dan maar een proces te voeren tegen de familie Van der Stegen de Schrieck. Het zou echter nog een hele tijd aanslepen voor het grafmonument echt verplaatst werd.
Op 19 januari 1970 kwam er een gerechtsdeurwaarder de toestand van het grafmonument (dat zich nog steeds op het kerkhof aan de kerk bevond) bekijken en beschrijven. Hij schreef:
Dit monument staat rechts van de kerk nabij de pastorij in afbraak[iv]; het is ongeveer zes à zeven meter lang en vier à vijf meter breed, met links een uitstekende grafkelderopening. Het schijnt te bestaan van onder uit bakstenen overdekt met afbrokkelend cement, deze slechts goed zichtbaar langs ene kant en langs de andere zijden bijna volledig overdeelt met aarde en gewas; boven deze bakstenen twee rijen steenblokken van circa een half meter lang en veertig centimeter hoof ieder en waarop over gans de oppervlakte een platform arduinsteen en daarenboven steeds kleiner wordende nog drie platformen arduinsteen en gans het midden op een hoge voet in arduin een kruis; de onderste platform schijnt oorspronkelijk, minstens langs drie kanten omringd te zijn geweest met een balustrade, insgelijks in arduin, bestaan hebbende uit twee plus vier plus twee grote pilaren onderling verbonden door arduinstenen onder en boven, deze insgelijks onderling verbonden door kleine pilaren. De onderhoud ervan blijkt sedert lang verwaarloosd te zijn geweest. De stenen, bizonder aan de basis, zijn overdekt met mos, gras en ander gewas; op het monument wast zelfs een kleine boom. De basis van het monument is zwaar aangetast door vocht en de cement vertoont gaten, verbrokkelingen en barsten; een van de grote stenen ontbreekt; van de balustrade blijft er zelfs niet veel meer over; een van de grote pilaren is omgevallen en van de overblijvende zijn er slechts twee onderling verbonden door arduinsteen en kleinere pilaren. Ten grond, rondom het monument, liggen trouwens verschillende stukken arduinsteen blijkbaar voortkomende van het grafmonument en met de tijd omgevallen
.
De deurwaarder maakte ook nog enkele fotos van het monument die zijn bevindingen op het proces moesten kracht bijzetten.
Op 15 maart 1970 maakte het gemeentebestuur uiteindelijk bekend dat men ging overgaan tot de afbraak van het grafmonument van de familie Van der Stegen de Schrieck. Er werd aan de vergunninghoudende familieleden op het nieuwe kerkhof een grondvergunning voorzien met gelijke oppervlakte. De materialen van het oude grafmonument werden ter beschikking gehouden voor de leden van de familie Van der Stegen de Schrieck voor een termijn van vijf jaar. Omdat niet alle erfgenamen van deze familie bekend waren werd dit bericht in verschillende kranten gepubliceerd.
Op 26 en 27 maart 1970 werd uiteindelijk het grafmonument ontruimd. Uit het grafmonument, dat 40 begraafmogelijkheden bevatte, werden 16 kisten aangetroffen. Onder die kisten waren er vier in hout en die waren reeds volledig vergaan. De andere kisten waren in zink en nog in goede staat. Een lichaam dat in 1826 begraven[v] werd had zelfs nog lange witte haren tot over de schouders! Alles wat overbleef werd in kleine kistjes overgeladen en naar het nieuwe kerkhof overgebracht. U moet echter wel weten dat die kisten in geen kelder meer liggen maar gewoon in de aarde werden begraven.
Ook de heropbouw van het monument op het nieuwe kerkhof bleef uit. Vandaag dekt enkel een platte arduinen steen zonder tekst de begraafplaats van onze kasteelheren.
(Op de foto is het grafmonument te zien anno 1970. Op de achtergrond de pastorij in afbraak. Onder het kruis is het wapenschild van de familie Van der Stegen de Schrieck te zien: de leeuw met dubbele staart. Het monument is één van de vele restanten uit het verleden die het einde van de 20ste eeuw niet haalden).
Personen die begraven werden in het grafmonument te Schriek:
naam
|
voornaam
|
geboortedatum
|
sterfdatum
|
|
|
|
|
de Longpré
|
Fulvie-Caroline-Antoinette
|
04/09/1794
|
21/10/1826
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Joseph-Constantin
|
06/12/1768
|
12/01/1828
|
d' Onyon
|
Catherine-Isabelle
|
30/10/1766
|
24/11/1842
|
van der Fosse
|
Justine-Anne
|
14/09/1795
|
11/03/1853
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Philippe-Norbert-Marie
|
25/07/1796
|
02/06/1874
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Albert
|
22/09/1819
|
20/01/1884
|
Van Oldeneel tot Oldenzeel
|
Carolus Marie Alexander
|
09/10/1885
|
04/12/1885
|
Van Oldeneel tot Oldenzeel
|
NN
|
06/06/1889
|
06/06/1889
|
Van Oldeneel tot Oldenzeel
|
NN
|
03/01/1894
|
03/01/1894
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Amélie-Julie-Jacqueline
|
27/08/1858
|
02/02/1897
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Marie-Julie-Josephine
|
13/06/1817
|
13/03/1898
|
de Pret Roose de Calesberg
|
Odile-Françoise
|
16/05/1830
|
01/06/1907
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Nicole-Barbe
|
27/05/1898
|
22/05/1910
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Louis-Léopold
|
25/08/1831
|
02/05/1916
|
Geelhand
|
Marthe-Emilie-Barbe
|
08/02/1870
|
30/12/1934
|
Van der Stegen de Schrieck
|
Rodolphe-Alexander
|
09/12/1864
|
13/04/1942
|
Gedurende een periode van 39 jaar bleef enkel bleef het familiegraf van de Van der Stegens er onaangeroerd bijliggen. Er werd zelfs geen identificatie aangebracht op het graf. Daar kwam verandering in...
Ik, en de familie Van der Stegen de Schrieck, hebben gezocht naar een "nieuw" monument. Dat hebben we gevonden op de stadsbegraafplaats van Leuven. Er waren daar enkele honderden graven waarvan de concessie vervielen en die moesten afgebroken worden. Ik ben deze grafzerken gaan bekijken om te zien of er niets tussen zat dat we op het graf van de familie Van der Stegen te Schriek zouden kunnen plaatsen, zodat zij weer een eenbiedige laatste rustplaats krijgen. Al in de maand augustus van 2009 werd er een grafmonument afgebroken en op vraag van mij naar Heist-op-den-Berg gebracht. Het gemeentebestuur zorgde voor het transport. Op 20 oktober werd dan het graf per vrachtwagen van de loodsen van de Technische Dienst naar het kerkhof van Schriek gebracht. Op 21 oktober, heeft het gemeentebestuur van Heist-op-den-Berg het grafkruis opgesteld op de oude voet van het originele grafmonument. Het monument is ongeveer 3 meter hoog en zal vanaf nu het graf sieren van onze oude kasteelheren van Schriek.
(foto genomen op zondag 17 juli 2011 na de plechtige inzegening van het vernieuwe grafmonument van de familie van der Stegen de Schrieck. Rond de foto staan de verschillende nazaten van de voormalige kasteelheren van Schriek die voor deze speciale dag nog eens hun bakermat opzochten.
17de persoon begraven in het grafmonument!
Tot voor kort dachten we dat er zestien personen begraven lagen in de grafkelder van de familie van der Stegen te Schriek. We baseerden ons op enkele krantenartikels die verschenen in de lente van 1970 toen men het grafmonument ging afbreken.
Twee artikels hadden het over 16 kisten. Een derde (en veel kleiner) artikel had het over een 17de kist.
Als we de parochieregisters erbij namen kwamen we inderdaad bij 16 personen die in de kelder werden begraven. Slechts één van de zestien vonden we niet terug. Het ging om mevrouw Geelhand, overleden in 1934. Toch lazen we op haar rouwbrief "inhumé a Schrieck". Wellicht vond de pastoor het niet meer nodig om de personen die elders stierven, maar te Schriek werden begraven, niet langer te noteren in zijn registers.
Voor de publicatie van mijn boek "Eeuwige rust" voerde ik een onderzoek om de begraafplaats te vinden van Cécile Philippine Eulalie Fulvie van der Stegen de Schrieck (°Antwerpen 26 nov 1855), de dochter van graaf Albert van der Stegen de Schrieck en mevrouw de Pret Roose de Calesberg.
Deze Cécile trouwde op 6 mei 1882 met baron Raymond de Maere. Na diens dood op 6 oktober 1892 trouwde ze op 7 februari 1903 met diens broer Georges de Maere. Deze heer overleed reeds enkele jaren nadien, op 19 januari 1906.
Cécile van der Stegen bleef helemaal alleen en kinderloos achter. Ze stierf te Gent op 31 augustus 1934.
Voor mij waren er twee mogelijkheden. Ze lag ofwel begraven bij haar éérste man op het kerkhof Campo Sancto in St.-Amandsberg (Gent), waar de familie de Maere een grafkelder had. Of ze lag bij haar tweede man begraven, die rustte in de grafkapel van de familie de la Roche in Thieusies.
Na beide begraafplaatsen gecontacteerd te hebben was ik nog geen stap verder. Cécile lag bij geen één van beide mannen begraven. Ook aanverwante families wisten in éérste instantie niet waar deze vrouwe begraven lag.
Na lang zoeken kon de stad Gent (waar Cécile van der Stegen overleden was) me een antwoord geven. In het stadsarchief hadden ze een document gevonden waarin staat dat het stoffelijk overschot van Cécile overgebracht werd naar Schriek om er daar begraven te worden. Enkele dagen later kon de familie de Maere dit bevestigen. In een studie dat destijds gemaakt werd over waar hun familieleden begraven lagen, werd vermeld dat Cécile van der Stegen de Schrieck te Schriek begraven lag.
Net als mevrouw Geelhand (die tevens ook in 1934 te Schriek werd bijgezet) had de pastoor Cécile van der Stegen niet genoteerd in de overlijdensregisters. De zoektocht werd nog meer bemoeilijkt omdat er van haar geen doodsbrief bekend was.
Gelukkig vonden we nog op tijd een antwoord op dit mysterie. De naam van Cécile staat samen bij de rest van haar familie vereeuwigd op de arduinen plaat dat het vernieuwde grafmonument te Schriek siert.
(Met dank aan mevrouw Claude Mali en de familie de Maere)
Categorie:Grafmonument Van der Stegen
|