Inhoud blog
  • Van Preguntono tot Muxia: 5dagen, 96km
  • Van Berducedo tot Preguntoño: 6dagen, 164km
  • Van Villaviciosa tot Berducedo: 5 dagen, 158km
  • Van San Vicente tot Villaviciosa: 4 dagen, 114km
  • Van Bilbao tot San Vicente de la Barquera: 6 dagen , 165km
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Jens naar Santiago de Compostella
    Een reis om nooit te vergeten! Reacties zijn altijd welkom en voor mij heel leuk om te lezen!
    Voor foto's: check mijn Instagram of Facebook pagina (Jens Willemse)
    25-05-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Preguntono tot Muxia: 5dagen, 96km

    Dag 88: Preguntoño-Monte de Gozo: 30km

    Na een korte nacht van nachtelijke toiletbezoeken was ik blij om 6.30 op te staan. Zak maken, de laatste was drogen en en ontbijten. Tegen 8u konden we dan eigenlijk vertrekken. Iedereen nam zijn eigen tempo aan, maar de eerste stop hadden we nog gezamenlijk. Na 1,5u stappen stopten we in een barretje waar we allemaal samen iets dronken en een tweede ontbijt hadden. Vanaf daar gingen we dan onze eigen weg. Ik ging goed vooruit en genoot van de waanzinnige grote eucalyptusbomen die me uit de zon hielden. Iets na Pedrouzo had ik een veel te dure lunch en vloog ik verder de baan op. De frances people stak ik snel voorbij en tegen 14u kwam ik aan in Monte de Gozo waar er een grote verrassing op me stond te wachten. Op het pleintje zaten Dirk en Isabelle op me te wachten. Na een goede 10 dagen waren we terug verenigd. Het was alsof we nooit uit elkaar waren geweest. We wachtten daar 2u tot iedereen van de familie primitivo was aangekomen. Niet veel verder was de albergue waar was ons installeerden en even konden ontspannen. Snel langs de winkel en allemaal samen koken voor de mis. Een super avondmaal bereid door Agatha en konden met een volle maag naar de kerk gaan. Een prachtige mis waar ik een miscommunicatie had met de priester en dus een zin in het Duits moest opdragen. Geen probleem, dus hield mijn vloeiendste Duits te boven en zo werd de mis succesvol voltooid. Erna gingen we dan naar het uitkijkpunt om voor de eerste keer te genieten van het stralende zicht op Santiago. Zo ver maar toch zo dicht… na nog een uniek toiletavontuur gingen we Bart en de rest opzoeken in de bar omdat de albergue toe ging om 22u. Eenmaal iedereen binnen was konden we dan ons bedje inkruipen en wachten op morgen. Santiago zou er morgen zijn maar het besef is er nog lang niet


    Dag 89: Monte de Gozo-Santiago de Compostella: 5km

    Na een goede nacht waren we om 6.30 wakker en konden we ons allemaal klaarmaken om Santiago te betreden. In een grote groep kwamen betreden we de stad en was er nog niets aan de hand. Er waren nog niet veel andere pelgrims en plots waren we er dan. Een kathedraal onder constructie. Veel knuffel en proficiats, maar moest toch even een moment voor mezelf nemen. Net zoals de broer had gedaan zette ik me tegen een van de gigantische pilaren en dan begon het. Onbeschrijfelijke tranen. Trots op mezelf. Jammer dat het gedaan is. Blij dat het gedaan was. Ik wist het gewoon niet meer. Ik kon het niet geloven dat ik er was geraakt. Eenmaal alle tranen gedroogd gingen we onze Compostella halen waar al gauw bleek dat wij meer om dat papier gaven dan diegenen die het uitdeelden. Maar dan hadden we het toch, mijn eerste Compostella geweldig gewoon! We beloonden ons met een ontbijt met spek en ei. Erna wat postkaarten kopen, een kamer reserveren in Roots&Boots. Even een frisse cola drinken en we konden ons klaarmaken voor de mis. Een uur lang rechtstaan en samen met honderden, misschien wel duizenden pelgrims zingen, bidden, lachen en wenen. Het had iets uniek. Ger en ik gingen voor de massa dan de apostel een knuffel geven en bezochten de tombe waar hij lag begraven. Tegen dan was het 13.30, gingen we ergens lunchen. Een goede lap vlees met frieten en ik schreef ondertussen al mijn postkaarten en stuurde ze op. Erna zette ik me dan even terug op het plein om te ontsnappen aan de hitte. Daar begon het wrange gevoel dan op te komen. Bezig zijn met busuren en het besef dat het wandelen gedaan is, nog vanalles regelen,... Het was niet tof, maar ooit moest het eindigen! Ik kocht dan een busticket en ging terug naar het hostel om een douche te nemen en me te installeren en wat uit te rusten. Tegen 19u konden we serieus gaan zoeken om te eten. Een niet zo geweldige entrecote en Bart die me als afsluiter van de avond whiskey liet proeven. Tegen 23.30 waren we dan terug de kamer in en konden we ons bed in. Een dag van zware emoties en om nooit te vergeten.


    Dag 90: Santiago de Compostella-Olveiroa: 23km

    Na een verschrikkelijke nacht van veel hoesten, nadenken en andere geluidmakers stonden we om 7.30 op. Beneden in het hostel aten we dan een eerste ontbijt in afwachting van Bart, Melanie en Michael die naar onze albergue zouden komen. Om 8u was Bart er maar van M&M’s geen spoor. Tijdens het ontbijt hadden we allerlei plannen om richting Finisterra en Muxia te stappen. Zo kwamen we Carmen van de USA nog tegen die onze plannen wel zag zitten en zo wou meekomen. Omdat sommigen in tijdnood zaten besloten we vandaag een stuk te doen met de taxi en dus een etappe over te slaan. We namen nog wel eerst afscheid van Isabelle omdat zij naar huis ging en van Bart die te voet wilde gaan. Om 9.30 waren de 2 taxi's er dan en gingen we tot in Vilacerio. Een 35km uit Santiago. Het deed vreemd nog eens in een auto te zitten en voor we het wisten waren we er. Een tweede ontbijt in het café waar we waren afgezet en we konden vertrekken. Veel macadam, heel warm maar we merkten dichter bij de zee te komen vanwege de lekkere zeebries. Een twee uur later kwamen we dan aan in Santa Mariña waar we een derde ontbijt of vroege lunch hadden. Iedereen bijgetankt en door het heuvelachtig terrein en wat vette platen van de Dire Straits namen Dirk en ik een kleine voorsprong en besloten in Ponte de Olveira even te wachten op de anderen en iets te drinken. Een grote cola en een verfrissend ijsje. Eenmaal iedereen samen en sommigen hadden gegeten konden we verder stappen tot aan de albergue. Daar konden we ons installeren in de kamer en een afwisselende koud, warme douche nemen. Even op het bed wat uitrusten want voelde dat ik nood had aan rust. Tegen 18.30 vervoegde ik de andere dan in het restaurant voor iets te eten. Een goede menu in een te hete zon, een thee in de schaduw die dan te koud werd en dan terug de zon in om de plannen voor morgen te bespreken. Wat die zijn zullen jullie morgen wel zien. Tegen 20.30 kropen we ons bed in en gingen bij ons de lichtjes uit.


    Dag 91: Olveiroa-Fisterra: 38km

    Om 4.15 werd ik op mijn been getikt en zag ik dat Agatha me wakker had gemaakt. We hadden namelijk afgesproken om 4.30 te vertrekken. Zo konden we dan toch eens in de nacht stappen. Om 4.30 konden we dan toch vertrekken. Met de koplamp op en onder een geweldig prachtige sterrenhemel. Duizenden sterren die het pad verlichten, een temperatuur die heerlijk is. Zo blij dit gedaan te hebben. Na een uurtje stappen kwamen we dan aan in een barretje waar een plakkaat hing dat dit de laatste was voor de volgende 15km. Natuurlijk was het nog gesloten, dus stapten we verder. De sterren begonnen te verdwijnen en achter ins verscheen de maan en blijkbaar ook Venus (volgens de app). Een prachtig zicht en niet veel later begon de zon achter de windmolens te schijnen. Uiteindelijk kwamen we dan tegen 10u aan in Cee waar we ontbijtje hadden. Vanaf daar was het nog een 12km. We vingen de eerste blikken op van Kaap Fisterra en het einde van de wereld naderde. Het laatste stuk voor het strand legde ik samen met Dirk af. Vlak voor het strand wachtte we iedereen op en konden we allen tezamen de laatste 3km inzetten. Langs het prachtige strand met helderblauw water. Een broeiende  temperatuur en al gauw besloten Janek en ik gewoon in het water te duiken om af te koelen. In sandalen zetten we dan de laatste kilometer in en kwamen we aan in de albergue die mooi verzorgd was. Nadat we ons allemaal geïnstalleerd hadden gingen we dan naar restaurant Los Piratos voor een grote schotel met schaaldieren. Ik at dan ook nog de helft op van team Polen en had dan genoeg schaaldieren voor een lange tijd. Het gekste op het bord leek op schildpadpoten wat het alle geluk niet waren. Na een zware discussie over het ontbijt voor morgen omdat niet iedereen wist wat ze gingen doen, konden we toch onze inkopen gaan doen. Ondertussen begon het alleen maar heter en heter te worden en besloten schaduw op te zoeken in de albergue waar het nog warmer was. We besloten dan maar al onze spullen bijeen te rapen en te vertrekken naar het nulpunt op Kaap Fisterra. We kwamen dan tegen 19.30 aan en konden een magische avond beginnen. Hapjes, wijn, tranen, unieke ervaringen delen hoorden daar bij. Maar voor mij was het mooiste moment tijdens de unieke zonsondergang. Tranen stroomden over mijn wangen en plots schoot er iets mij te binnen. Na 91 dagen stappen, wist ik de eigenlijke reden waarom ik onderweg ben geweest. De camino was voor mij daar op die moment afgesloten. Het avontuur was nog niet gedaan vanwege het vrijwilligerswerk in Guemes, maar het was toch anders. Mijn wandelinghoofdstuk kon ik eindelijk afsluiten. De reden is mij te persoonlijk om zomaar online te gooien maar wie weet komen jullie ze wel te weten. Dit kan ik wel zeggen: Mensen zeggen dat ze op zoek zijn naar antwoorden op de camino. Een antwoord begint bij een vraag, maar voor mij is dit anders. Ik heb op deze camino eindelijk mijn vraag gevonden waar ik graag een antwoord op wil vinden in de toekomst. We moesten nog een heel eind terugstappen naar de albergue en konden dan eindelijk tegen 1u in ons bed kruipen. Dit was misschien wel het prachtigste moment uit de hele tocht.


    Dag 92: Fisterra-Muxia

    De laatste dag. Om 8u opstaan wat ontbijten en besluiten samen met Dirk, Ger en Agatha de taxi te nemen. Het was een dubbel gevoel, maar mijn lichaam moest rusten. Ik vond het ook niet zo erg want had op een hele mooie manier afscheid genomen van de camino. Een afscheid op caminowijze. Ik kon het vergelijken met afscheid nemen van mensen op de camino. Als je echt afscheid moet nemen van iemand wil je die moment uniek maken en dat is niet goed. Het is lastig afscheid te nemen. Wanneer je iemand op de camino verliest, blijf de hoop van weerzien daar en is dat ook niet zo erg. Zo heb ik ook afscheid kunnen nemen van de camino. Ik wist gisteren niet dat het mijn laatste stapdag ging zijn en dat maakte hem juist zo uniek en eerlijk. Een caminolike afscheid van de camino.

    Na een wilde rit in de taxi kwamen we aan, moesten we even bekomen en konden we een albergue gaan zoeken. Zo kwamen we terecht bij albergue Aribbada. Een marginaal zalige albergue. Automatische deuren, stapelbedden met een trap, handdoek, … geweldig gewoon, en dat voor 12 euro. We konden het niet geloven. Eenmaal we ons dan wat hadden geïnstalleerd trokken we naar het strand voor een verfrissende duik. Het was al snel veel te warm en ik besloot dan snel terug te keren naar de albergue voor een goede siësta. Tegen 17u werd ik dan terug wakker en was de rest ondertussen aangekomen. Iedereen installeerde zich en dan konden we tegen 18u vertrekken naar de kerk op het einde van het mini schiereiland. Wederom een mega emotioneel moment. Het weggooien van een aantal dingen die ik heb heel de tijd heb meegedragen. Een schelpje, een boucheeke en een steen. Bij het weggooien probeerde ik zo veel mogelijk lasten mee weg te gooien en tranen van opluchting begonnen al gauw op te spelen. Ik deelde dit moment met Dirk en sloot mijn camino dus af met de eerste pelgrim die ik ontmoette. Na nog wat leuke foto's gingen we dan naar de mis waarna we dan terug naar de albergue gingen om te eten. Een klein misverstand, maar uiteindelijk vonden we toch een gezellig restaurantje om iets te eten. Om mijn laatste dag af te sluiten als pelgrim trakteerden Dirk en ik de groep er nog eentje en konden dan tegen 23.30 terug naar de albergue gaan om te slapen. Ik schreef nog rustig mijn blog bij en kwam tot het besluit dat dit waarschijnlijk mijn laatste blog zal zijn. Morgen ga ik terug naar Santiago met Dirk, spendeer de avond daar en neem de volgende ochtend de bus richting Santander. Daar blijf ik dan de nacht en zou de volgende dag mijn vrijwilligerswerk aanvangen. Mocht er toch nog iets speciaal gebeuren komt er misschien nog wel een blog, maar ik ga er vanuit dat dit de laatste is. Bedankt aan iedereen die dit gelezen heeft en vooral bedankt aan degenen die gereageerd hebben, zo weet ik toch dat ik de blog niet voor niets schrijf. Het koste me soms veel moeite om te schrijven maar ben blij dat ik het gedaan heb! Merci allemaal voor de steun en hopelijk hebben jullie van mijn blog kunnen genieten! 

    25-05-2017 om 00:09 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    19-05-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Berducedo tot Preguntoño: 6dagen, 164km

    Dag 82: Berducedo-Castro: 26km

    Na een verschrikkelijk warme en lawaaierige (snurken en andere geluiden) was ik blij om 6.30 wakker te zijn en mijn zak te kunnen beginnen maken. Een pover ontbijt met stenen toast en konden uiteindelijk weer als laatste tegen 8u beginnen. Ik had goede benen dus vloog er meteen in en raakte al gauw voorop. In de bergop langs de macadam trok ik nog eens goed door en kon dan heel snel genieten van een uitzicht over het meer. De afdaling erna was enorm uniek. Tussen de afgebrande dennenbossen die een unieke geur verspreidde die me verdacht veel doet denken aan het kamp, geweldig gewoon. Diep in en uitademend kwam ik dan beneden aan bij de dam van Saline, waar er zich een oude mijn bevond dat veel weg had van Minas Titith. Vanaf daar was het 6km licht klimmen naar boven en trok nog eens goed door. Genietend van de bergen en het meer, kwam ik tegen 12u aan in Grandas de Salime waar ik de 3 Fransen tegenkwam. In het cafeetje had ik 3 Cola's en at ik iets om de laatste 5km in te zetten. Vol nieuwe energie en een volle maag begon ik eraan en zo kwam ik om 13.30 tussen het uitgestrekte heuvellandschappen als eerste aan in de jeugdherberg van Castro. Ik kon me dan rustig installeren en wachten tot de andere pelgrims mondjesmaat toestroomden. Bart, de 3 Fransen, Ger, de. 2 Poolse, Janek en Marthe. Eenmaal iedereen er was aten we samen wat tapas en vieren we het afscheid van Marthe (die examen had dinsdag) en Christiaan (die te moe was en moeilijk kon recupereren). Na een gezellige avond en een uitdaging van Janek kropen we tegen 23u in bed. Janek had me uitgedaagd morgen samen te vertrekken en om ter eerste aan te komen in de kerk. Ik ging graag de uitdaging aan!


    Dag 83: Castro-Padrón: 22km

    Om 6u werden we gewekt door Marthe die afscheid wou nemen. Het was weer jammer dat iemand ons moest verlaten maar het is nu zo. Ik kroop erna wel terug even mijn bed in want had nog net dat uurtje meer slaap nodig. Om 7u kroop ik er dan uit en laden we onze zak in. Een ontbijt met veel fruit en Janek en ik konden als laatste erin vliegen. Op het eerste klimmetje ging ik hem al eens testen en wat bleek. Die ene versnelling was goed genoeg om hem voor de rest van de dag achter me te laten. Mijn benen waren waanzinnig goed, dus besloot er tegenaan te vliegen. Wederom enorm mooie paden en uitgestrekte landschappen. Het was weer prachtig wandelen. Vlak voor A Fonsegrada liep ik nog even verkeerd en dacht ik verloren te zijn. Ik volgde dan de macadam tot in het dorp, ging erdoor en kwam dan tegen 11.40 aan in Padrón. Er was niemand in de albergue, maar belde het nummer dat op de deur hing. Ik mocht me rustig installeren, al een eerste wasje doen en wachten tot 13u omdat dan de hospitalero zou aankomen en ik een douche zou kunnen nemen (er was dan pas warm water). Een uurtje later kwam Janek aan, nog wat later al de rest. Zo konden we rustig genieten van het stralende weer en een boekje lezen. Eenmaal de was gedaan was konden tegen 18u naar de mis gaan maar tevergeefs. Er was geen brood dus besloten we maar richting het centrum van A Fonsagrada te stappen om wat inkopen te doen en iets te eten. Daar kwamen we Michael en Melanie waar we dan samen mee iets gingen eten. Wederom een gezellige avond van bulderend gelach. Buikje helemaal vol keerde we de 2km terug onder een stralende zonsondergang. Om 22u terug in de albergue en wat rondbellen voor de rugzaktransportdienst voor Agata en konden zo tegen 22.30 ons bed in kruipen.


    Dag 84: Padrón-Castroverde: 30km

    Een goede nacht en vroeg uit de veren. 6.30 opstaan, iets ontbijten en even wachten op de rugzaktransportdienst. Agata had last van haar knieën en stuurde afgelopen dagen haar rugzak voorop. Met mijn vloeiend Spaans moest ik dan natuurlijk helpen. Tegen 7.40 konden we dan uiteindelijk vertrekken. Langs de aangelegde weg voor pelgrims een stukje stijgen maar vooral dalen tot in Paradavella. Daar was het eerste barretje van de dag waar alle pelgrims samentroepten. Daar leerden we het Duitse koppel kennen, Sany en Felix. Na een wat povere chocomelk vertrokken we dan met de 2 nieuwe amigos naar de volgende plek. Een enorm korte maar pittige klim verraste ons allemaal, maar eenmaal boven konden we welverdiende cola binnenwerken. Vanaf daar was het praktisch alleen maar afdalen tot in Cadavo. Een marginaal eentonige weg in de zon die me deed baden in eigen zweet. Eenmaal aangekomen in het dorpje gingen we weeral op zoek naar het eerste, beste café voor meer water, cola en ijsblokjes. Dat vonden we dan ook en eenmaal terug vocht bijgetankt, zetten we de laatste 7km in richting Castroverde. Een mooi slingeren paadje tussen de “Schotse” en beboste muurtjes. De bossen en stromende riviertje langs de weg zorgde voor een heerlijke verkoeling. Met wat muziek van Eric Clapton arriveerden Ger en ik samen bij de enorm propere albergue. We verschoten ervan hoe goed dit onderhouden werd. Een geweldige douche, kort iets eten en een wasje doen (same as always e). Eenmaal dat dan klaar was konden we naar de winkel gaan en iets gaan zoeken om te drinken en eten. Na een goeie hamburger en pizza konden we dan terug keren naar de kamer om ons bedje in te kruipen, 22u en oogjes toe.


    Dag 85: Castroverde-Lugo: 23km

    Een lastige nacht van veel hoesten kwam ten einde om 7u. Wederom zak inladen, ontbijten, bla bla bla. Tegen 8.15 vertrokken we dan. Al de rest van de albergue was al meer als een uur vertrokken dus waren we weer de laatsten. Door de weidse landschappen en opstijgende mist uit de bomen konden we genieten van weer een prachtige wandeling. Janek en ik wandelden de ganse tijd samen en gingen in 1 trek door tot in Lugo. We kwamen dan tegen 12u onder luide live marcheermuziek aan op de Plaza Major en dronken iets in afwachting van de andere maar tevergeefs. Niemand kwam dus gingen we maar naar het officina de tourisme en richting Hostel Roots en Boots. Daar konden we dan een brakke douche nemen en ons rustig installeren tot iedereen klaar was. Een wasje doen en dan richting het centrum om wat aan sightseeing te doen. Het museum over de muur rond Lugo, dan even over muur zelf en de geweldig grave kerk bezocht waar ik van Bart een priverondleiding kreeg. Erna kuierden Bart en ik nog door de straatjes op zoek naar een plek om te eten. Op plaza major hadden we dan om 19u een afspraak met andere pelgrims om iets te eten. Een lekker stukje octopus en dan 2 schijven ananas uit blik als dessert. Dat deed ons weer goed lachen en konden zo tegen 21.30 terug naar de albergue. Een laatste the en een goed gesprek met de Oostenrijker en kon dan uiteindelijk tegen 22.30 mijn bed in.


    Dag 86: Lugo-As Seixas: 30km

    Een slechte nacht waarbij mijn hoofd en voeten tussen de tralies vast zaten. Om 6.30 kropen we er dan wederom als laatste uit en gingen we beneden in de bar goed ontbijten. Vol energie konden we dan vroeger als afgelopen dagen vertrekken, 7.40. Over de oude brug en vervolgens de macadam volgen, een hele dag weliswaar. Het was echter een rustige weg tussen de bomen en waar geen auto's reden dus was het wel aangenaam stappen. We (Janek en ik) hielden drie stops. Ergens onder de eucalptusbomen, in O Burgo waar we in de regen bij een particulier standje met thee, koekjes en fruit heerlijk wat energie bijtankten en in Ferreira dronken we Sam iets met Soul de lithouwer en … de Oostenrijker. Zij zouden hier stoppen, maar voor ons was het nog te vroeg (13u) dus stapten we verder. Onderweg redde Janek me van een hongerklop met zalige koekjes en voor we het wisten kwamen we aan in As Seixas. Een verlaten dorp waar het enige café in het dorp gesloten was op donderdag (en dat was het ook) dus moesten we een andere oplossing vinden om te eten. Alle geluk kwam er voorbij de albergue een voedselwagen gereden rond 14.30. We installeerden ons en zouden in beurtrol de wacht houden. Net toen ik in de douche ging en Bart de wacht ging houden reed de wagen zonder stoppen voorbij. We dachten al snel dat we honger zouden lijden, maar 20min later was hij er dan toch en kocht Bart alles voor een goede maaltijd voor 6. Ik schreef ondertussen mijn blog wat bij en ging eens door de foto's. Na een gezellige avond van tafelen (vanalles en nogwat door elkaar) en het uitproberen van verse the (munt, citroen, …) kropen we tegen 20.30 onze nest in.


    Dag 87: As Seixas-Preguntoño: 33km

    Eindelijk nog eens een goede nacht achter de rug. Om 6.30 wakker en niet veel later sprong het licht aan omdat de onbeleefde en snurkende Spanjaarden blijkbaar ook al wakker waren. Tegen 7u konden we dan ontbijten. Een gigantisch zwaar boerenbrood en confituur vulde onze maag aardig goed en konden we de koude morgend trotseren. We bleven onder een misterieuze en mistieke mistlaag die als een zacht deken over ons heen dwarrelden. Een 2u later klaarde de mist op en konden we in het eerste café van de dag een goede warme choco drinken. Daar kwamen we team Polen weer tegen en wandelden we eigenlijk voor de rest van de weg samen. In Melide waren we dan plots alle rust kwijt. De camino Frances kwam hier samen met de primitivo en er waren pelgrims overal waar we keken. Ágata, Domenika, Janek, Ger en ik besloten dan in een pulperia octopus te eten (in deze stad zit hij het beste zijn). Het was inderdaad geweldig lekker, in aanvulling met de langoustines, salade en frieten. Na een lange pauze stapten we verder en raceten we langs de tientallen pelgrims. Een korte race met een Australisch meisje van 10jaar en het gokken van nationaliteiten voor punten hielden ons bezig maar tijdens de laatste 3km moesten we ons mentaal en fysiek wat pushen. Een saaie weg, maar tegen 17u waren we dan eindelijk aangekomen. Douchen, wassen, bezighouden, … deden we voor het eten (pizza en paella) dat we buiten hadden. Na het eten dan een verse muntthee binnen uit de druppelende regen. Na wat telefoontjes met het thuisfront later en het schrijven van de blog kon ik tegen 23.30 toch gaan slapen. Nog 35km , spannend !

    19-05-2017 om 23:26 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    13-05-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Villaviciosa tot Berducedo: 5 dagen, 158km

    Dag 77: Villaviciosa-Oviedo: 48km

    Na een cava nacht opgestaan met een licht grieperig gevoel. Het eten was dus moeizaam en het afscheid ook. Dirk en Isabelle gingen de norte doen en ik moest mijn plan trekken op de primitivo. Om 8.30 scheidden onze wegen, maar we zouden elkaar nog zien, dat was zeker! Ik had vandaag het plan om te stappen tot het niet meer ging. Dat resulteerde in een eerste stuk van 20km tot in La Vega de Sariego. Een lange grote asfaltweg die slingerend naar boven ging. Perfect om even goed door te knallen. Eenmaal boven werd ik dan beloond met een prachtig zicht over de mystieke en wilde Picos Europe. Man, ik wilde daar echt zo graag zijn. In het dorpje aangekomen at ik iets en dronk een warme chocomelk. Ik keek op mijn horloge en zag dat het nog maar 11.30 was. Het ging goed en stapte dus al gauw verder tot in Pola de Siero. 10km langs bosweggetjes en macadam zorgde voor een mooie afwisseling en jaagde het tempo de hoogte in. Onderweg kwam ik Sebastiaan van Marseille tegen waar ik nog een stukje met samenstapte. Al gauw liet ik hem achter me en om 13u was ik er dan. De eerste 30km zaten erop en dronk 2 verfrissende Cola's vooraleer verder te stappen. 5km macadam tot in El Berron, daar dan iets eten en verder stappen. Ik had eens gekeken in de stapgids en zou niets meer tegenkomen tot in Oviedo, dat 13km verder lag. Gewoon doorstappen dus. Onderweg kwam ik Ger van Rotterdam en Victor van Namen tegen waar ik dan tot in Oviedo samenstapte. Zij zouden er vandaag 53 hebben gedaan, chapeau. In Oviedo namen we dan afscheid van Victor omdat hij nog wat verder wilde stappen, alsof 53 nog niet genoeg is. Ger en ik gingen dan op zoek naar de herberg waar we ons konden installeren en de was doen (en we hadden beide dezelfde onderbroeken, alle geluk waren de mijne al afgeleefd dus kon er een onderscheid gemaakt worden). Er heerste een enorme drukte omdat er blijkbaar een bus toeristen was aangekomen. 18 personen die de camino zouden doen met de bus en te voet. Ieders zijn camino zeker. Tijdens het wachten op de was even de blog bijwerken en erna konden we dan even naar de winkel gaan. Ik merkte wel dat de 48km mijn limiet was want mijn knie en voeten waren kapot, maar ik had het nodig. We zullen morgen zien hoe ik recupereer. Wat houterig naar het centrum van de stad om wat inkopen te doen en snel terug voor de regen naar de herberg. Samen met Ger maakten we de salade en microgolfmaaltijden klaar en konden bijna ongestoord praten. De Brazilianen waren redelijk luid dus was het niet rustig tafelen. Het smaakte althans en dat was het belangrijkste. Eenmaal het buikje vol was gegeten konden liet Ger me nog een paar handige Apps zien voor de camino en na wat communicatie met het thuisfront kon ik om 22.30 het bedje in.


    Dag 78: Oviedo-San Juan de Villapañada: 30km

    Een goed nachtje en was redelijk goed gerecupereerd. Samen met Ger een klein ontbijtje en merkte al gauw dat we de laatste in de albergue waren. Geen probleem want we waren getraind. Ger had namelijk al 2 keer de camino gelopen. Tegen 8u vertrokken we dan. Een lang en saai stuk door Oviedo waar we de eerste pelgrims voorbij staken. Het was de grote groep en voelde aan als een toeristische tour. Ik snelde er voorbij en al gauw kwam terecht tussen de velden verscholen in de mist. Een prachtig stukje mystiek en zo kwam ik aan in Requejo waar ik in het plaatselijk barretje een warme chocomelk en fruitsap dronk. Ik kreeg deze gratis van de enorm zatte man die onder de indruk was dat ik een pelgrim uit Flamenco was. Weer wat kosten bespaard en dan wanneer Ger er dan was konden we verder stappen. Licht hellend en de zon begon erdoor te kopen wat resulteerde in een gigantische zweetpartij. Langs de mooie paadjes en bloeiende bloemen kon ik even een korte pauze nemen om iets te eten. Nog even verder tot in Grado waar we dan een echte pauze namen in een cafeetje waar we een eclair hadden. Even langs de winkel, alles inladen in de rugzak en dan verder de berg op in de ergste regen tot nu toe. Donder, bliksem en kletsnatte broek en schoenen zorgde voor een nieuw avontuur en uiteindelijk kwamen we toch veilig aan in de albergue van San Juan de Villapañada. Daar wachtten een Amerikaan en 2 Poolse vriendinnen ons op en legden ons de albergue wat uit. Dan konden we ons lekker installeren en een warme douche nemen. We moesten nog even wachten tot de hospitalero terug was, maar ondertussen leerden we elkaar wat beter kennen. Toen de hospitalero er dan was nam hij alle tijd van de wereld om ons in te schrijven en omdat ik de eerste was begon ik met koken. Pasta met zalm en salade. Het was berekend voor Ger en ik alleen, maar we waren ontzettend blij dat er veel mensen waren. Zo had ik deze avond gekookt voor 9 andere pelgrims. Het verlangen om hospitalero te zijn is groot :) na het avondmaal gingen we allen naar de kamer en kropen we tegen 22u ons bedje in. Ik ging als laatste slapen en kreeg nog even een klaaghalfuurtje van Domingo omdat de afwas niet was weg gezet. Hij verweet mij niks omdat ik gekookt had, maar was teleurgesteld in de anderen. Morgen zouden we het oprommelem, en anders zou ik het wel doen.


    Dag 79: San Juan de Villapañada-Bodenaya: 25km

    Een goed nachtje achter de rug en een smakelijk ontbijt. Ger en ik waren weer als laatsten om te vertrekken. Zo kon het oprapen van de pelgrims om 8.15 beginnen. De regen van gisteren zorgde ervoor dat de valleien met een donzige mist bedekt werden. Het was als een schilderijtje. De prachtige paden, de pittige beginklim en machtige uitzichten zorgden ervoor dat ik terug wat kon genieten. In Cornellana besloten we dan een korte pauze in te lassen en kwamen we de 3 Fransen tegen en de 3 fietsers die gisterenavond laat nog waren aangekomen in onze albergue. Van Christiaan, 1 van de 3 Fransen kregen we een hapje en een drankje omdat we gisteren gekookt hadden. De tweede dag op rij dat ik mijn drankje niet moet betalen. Toch mooi die camino. We stapten verder tot in Salas met hetzelfde gevoel en gelijkaardige paadjes. Het deed zo een deugd. In Salas ging ik even langs de winkel en at ik wat voor de kerk in de stralende zon. Genoeg kracht voor de volgende 7km die heel de tijd naar boven te stappen. Heerlijk, ik vloog naar boven en voor ik het wist was ik aangekomen in een prachtige albergue. David runt een albergue voor 18 personen en is een oase van rust. Het was juist hetgeen wat ik nodig had. Het was ook de eerste keer vandaag dat ik iets vergeten was. Mijn bakje met zeep, maar Ger snelde mij ter hulp en gaf mij een stuk van de zijne. Een heerlijke douche, misschien wel de mooiste van de hele tocht en even ontspannen in de warme zaal in afwachting van de mis die Amerikaan Bart voor ons zou houden. Een grappige maar niet zo spectaculaire mis zal me wel bij blijven omdat het door en voor pelgrims was. Toen we terug waren stond de tafel klaar en konden we met zijn allen beginnen eten. Salade en soep maakten ons vanbinnen ook heel warm wat de vermoeidheid extra aanwakkerde. Zo kropen we allemaal om 22u ons bed in.


    Dag 80: Bodenaya-Campiello: 25km

    Wat is nu de beste manier om op te staan op de camino? Die van vandaag was in ieder geval bijna perfect. Om 6.30 klonk het hemelse geluid van Ave Maria door de boxen. Ik was er als eerste uit, ging naar beneden om mijn vers gewassen en klaargelgde kleren aan te doen en kon boven mijn zak beginnen inladen. Tegen 7u was iedereen dan beneden en werden we verwelkomd met een uitgebreid en heerlijk ontbijt. Een half uur later namen we dan afscheid van David en Victor, de twee geweldige hospitaleros. De plek was zo prachtig dat ik ook iets moest achterlaten. In de loop der jaren hadden pelgrims kleine spullen achtergelaten en die werden dan opgehangen aan de muur en het plafond. Ik gaf mijn ketting met ijzeren sintjacobsschelp af en samen hingen we hem op bij de ingang. Erna nog een snelle foto en Ger en ik konden aan onze inhaalrace beginnen. Het was een prachtige wandeling. Bospaden met uitzicht over de Picos, modder tussen de bomen,... geweldig gewoon! Een prachtig stuk natuur. Het enige barretje onderweg was een kilometer voor Tineo. Ik was er al eerste aangekomen had een uitgebreid tweede ontbijt en al gauw kwamen de andere pelgrims ook toegestroomd. Iedereen had een koffiebreak en mondjesmaat vertrok iedereen terug. Wederom een geweldige wandeling. Het was lang geleden dat ik nog zo van de natuur kon genieten. Tegen 13.30 kwamen ik en priester Bart aan in Campiello waar we ons konden installeren in de albergue. Ger was niet veel achter ons en vanaf hij zich had geïnstalleerd gingen we naar het barretje voor een chocomelk. Ik pakte mijn boek ook mee in de hoop tijd te hebben eens verder te kunnen lezen. Tevergeefs,samen met de 3 Fransen Christiaan, Michel en Catherine planden we de route voor morgen en namen we terug een siësta. Van 16 tot 18.30 even slapen doet deugd. De was doen en vervolgens met alle pelgrims aansluiten aan tafel. Soep, kikkererwten met vlees, aardappelen met vlees en een dessert, heerlijk na zo een vermoeiende dag, kuch kuch. Ik bleef nog wat hangen met joungsters Janek (19j, Duits) en Marthe (20, Frans en katholiek).

    Na nog een leuke babbel kropen we dan om 23u ons bedje in, klaar voor de volgende dag!


    Dag 81: Campiello-Berducedo: 30km

    Een goed nachtje en tegen 7.30 gepakt en gezakt naar de bar gaan om te ontbijten. Ik nam rustig de tijd terwijl anderen gehaast vertrokken omdat het een zware etappe zou worden (wat achteraf wel meeviel). Ik en Janek vertrokken dan tegen 8.30 uit de albergue en kwamen al vrij snel de andere pelgrims tegen. Aan de splitsing om de Hospitalesroute te volgen kwamen we dan onze Poolse vrienden Domenika en Agatha, Ger en Martha tegen. Vlak voor de grote klim werd ik dan nog even tegengehouden door Francisco. Een local van Asturias waar ik een half uurtje langs de kant van de weg mee babbelde. Alle pelgrims passeerden me terug en ik besloot dan ook maar te vertrekken. Volgens hem maar 18km of 2u stappen. Ik besloot maar gewoon te stappen want ik vertrouwde de spaanse inlichtingen niet altijd. Bergop kwam ik de anderen al snel tegen en in de wind konden we dan genieten van de heerlijk uitzicht over de groene bergen van de Picos Europe. Enkel natuurgeluiden, ver weg van alle beschaving, pure rust. Over de bergrug en langs de oude ruïnes van pelgrimshospitalen wandelenden we dan verder. In een verlaten dorpje hadden we nog een gigantisch grote “Duitse Herder” (volgens de eigenares) die onze worst wilde opeten. Het leek meer op de de kruising van een hond en een paard, maar het was in ieder geval een lief dier. We stapten verder wat naar boven en konden na een pittige afdaling en mooie paden aankomen in Lago, waar ik tevergeefs de klokken wilden laten luiden. In het lokale barretje dronken we nog iets en kwamen we al gauw alle andere pelgrims tegen die hetzelfde idee hadden. Ger, Bart en ik vertrokken als eerste omdat we een slaapplek wilden hebben en na een mooie boswandeling tussen de dennenbomen kwamen we aan na een prachtige wandeling in Berducedo. Nog maar 4 plaatsen in de albergue, want me wel een lastig gevoel gaf, maar er waren opties genoeg. Zo gingen de 2 Poolse meisjes samen met Janek en Martha naar een andere albergue, de 3 Fransen gingen naar de volgende stad en zo had iedereen een slaapplek. Na de mis van Bart gingen we dan terug naar de albergue waar we een gezellig avondmaal hadden met 9 man. Domenika, Agatha (Pools), Michael, Bart (Amerikaan), Melanie (Singapore), Janek, Martha, Ger en ik hielden de sfeer er in door wat te zingen en onnozel te doen. Uiteindelijk was mijn kaars uit om 21.30 en kroop ik mijn nest in.

    13-05-2017 om 21:35 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    08-05-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van San Vicente tot Villaviciosa: 4 dagen, 114km

    Dag 73: San Vicente-Pendueles:24km

    Wederom goed geslapen. De energie van voorheen terug gevonden en kon als een nieuw mens opstaan. Heerlijk ontbijten, afscheid nemen van de geweldige hospitaleros en vertrekken in de enorme hitte. Het was zelfs de eerste keer dat ik in een t-shirt kon vertrekken. Een pittige klim om te beginnen maar werden beloond met een magnifiek uitzicht over de Picos Europe. Veel macadam tot in Muñorrodero waar Dirk erbij een eerste pauze namen. Isabelle was al verder gestapt en hadden afgesproken in Colombres. Wederom veel macadam en een warme zon zorgden voor een pittig stuk tot in Colombres. Daar wachtten Dirk en ik in de bar op Isabelle om iets te drinken en te lunchen. De Duitse Anja vergezelde ons nog even en ten slotte konden we het laatste stuk inzetten richting Pendueles. Een lang stuk langs de grote baan waar de vrachtwagens vrolijk voor ons klaxoneerden en een stuk langs de kliffen en kust. Een prachtig einde en waren op tijd binnen in de gite. Installeren, het mini stadje verkennen, een glaasje wijn en GT drinken en terug naar de herberg. Daar werd er door Flor (van casa Flor) voor ons gekookt en konden we ons buikje goed vol eten. Vervolgens nog even naar het “centrum” en tegen 20.30 waren we dan terug in de kamer om ins wat bezig te houden en te dutten. Ik benutte De kans voor de laatste afleveringen te zien van temptation en viel uiteindelijk om 23.45 in slaap.


    Dag 74: Pendueles-Poo: 23km

    Vandaag wederom een korte blog want veel is er niet gebeurd. Wederom een goede nacht, een wat sober ontbijt en dan langs de kust voor prachtige wandeling. Het water was te kalm en te laag om onderweg de geisers te kunnen aanschouwen, maar het enorme lawaai zorgde wel voor huiveringwekkende gevoelens. Vervolgens stapten we verder tot in Andrin waar we een koffie hadden. Hop verder stijgen tot over de heuvelrug met een mooi uitzicht over de zee en de stad Llanes. Hier aten we dan onze lunch op en namen we een kleine siësta. Nog 3km langs magnifieke kliffen en een helderblauwe zee. Zo kwamen we dan aan in Poo de Llanes. Een geweldige rustieke albergue waar we volledig konden relaxen. Een bezoekje aan de supermarkt en het strand en dan konden tegen 20u gaan eten. Linzen, bonen, worst, kalfslappen, frieten, salade en brood zorgden voor een volle maag. Tegen 23u ging ik dan mijn bedje in. Een mooie en korte dag.


    Dag 75: Poo de Llanes-Ribadesella: 30km

    Een verschrikkelijke nacht, amper geslapen en om 6u al terug wakker. Misselijk zijn en niet veel kunnen eten. Mezelf toch verplichten en hop de baan op. Volledige focus, mind of zero en kop naar beneden. Zo zou de ganse dag verlopen. Genieten van het landschap was heel moeilijk. De Picos Europe loerden in de verte maar was te futloos om er ten volle van te genieten. In de camping vlak voor Barru ontbeten we een tweede keer en probeerde ik toch iets binnen te spelen. Stap stap stap tot in Nueva waar we terug een pauze namen. Colaatje voor wat energie en me terug op de benen hijsen. Een goed uur later in Pria lunchten we op een grasveldje tegenover de kerk. We passeerden een kleurrijke 100m waar er allerlei boodschappen en tekeningen op de stenen waren gemaakt. Door en voor pelgrims. Het was even terug in gang komen, maar dat was verschrikkelijk moeilijk met de hatelijke weg. Een zandweg, een felle zon en achter elke bocht of helling hoopte ik het stadje te zien. Na een uur stappen waren we dan eindelijk aangekomen. Ik was het echt kotsbeu vandaag dus was blij te zijn aangekomen in de herberg bij het strand. Even een korte powernap om wat energie bij te tanken, vervolgens een douche en naar het cafeetje op de hoek voor een pincho en cola. Vanaf de wind te extreem begon te worden, gingen we terug naar de albergue om te kijken hoe het met de was gesteld was. Nog niet klaar dus even kijken naar het strand en binnen in de living wat ontspannen in afwachting van. Uiteindelijk was de was dan klaar en konden we naar het restaurant gaan. Spaghetti, snitzel en ijs vulde de maag, maar door de warme zon, het slechte slapen en het wandelen was mijn kaars helemaal uit. Tegen 21u kroop ik dan mijn bed in hopend dat deze K*Tdag snel voorbij zou zijn.


    Dag 76: Ribadesella-Villaviciosa: 37km

    Amai, blij dat ik deze nacht toch wat kon slapen. Om 7u kroop ik eruit, laadde de zak in en ontbeten we samen de leftovers van gisterenmiddag omdat de bar nog gesloten was. We stapten dus 5km richting Vega waar we onze inkopen deden en een 2e iets deftige ontbijt hadden. Het was een stuk van veel macadam en het zicht op de picos verdween ook omdat er teveel bomen waren. Eenmaal terug wat energie bijgetankt stapten we verder langs de grote saaie weg, dus was het mind of en stappen. In Colunga eenmaal aangekomen kochten we een brood en aten we iets verder onze lunch op. Tot in Sebrayu was het nog 11km maar vonden dat iets te weinig en wilden nog wat verder stappen. In Sebrayu was er ook absoluut niets te doen en omdat het de laatste dag was dat we samen waren wilden we graag nog iets eten en drinken. We stapten dus nog wat verder tot in Villaviciosa. In de albergue aangekomen konden we ons installeren en kon ik al eens kijken hoe het zat voor de komende periode. Morgen was het de eerste dag dat ik terug alleen zou zijn. Ik keek er naar uit om mezelf nog een fysiek te pushen en af te zien want heb het nodig. Eenmaal de was was bijgewerkt gingen we in een sideria een typische drank drinken van de regio. Een sider, die eigenlijk helemaal niet lekker was, die ze van hoog in het glas horen en alles er bijna naast kapten. Blijkbaar voor de smaak, al liet die van zich afweten. Vervolgens gingen we naar het restaurant voor een goed pelgrimsmenu van vis en salade en dronken we nog iets vooraleer we gingen slapen. Het zal wennen zijn na 5weken samen te stappen met Dirk, maar het zal mezelf deugd doen me te verliezen in de bergen. Camino primitivo, here I come!

    08-05-2017 om 00:00 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    04-05-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Bilbao tot San Vicente de la Barquera: 6 dagen , 165km

    Dag 67: Bilbao-Pobeña :29km

    Wat een heerlijke nacht, helemaal fris en monter stond ik om 7.30 op om goed te gaan ontbijten. Enorm uitgebreid en moest het ontbijt van gisteren inhalen. Tegen 9u konden we dan vertrekken en het eerste wat op ons programma stond waren 310 verschrikkelijk kuttrappen. Achja die horen ook bij de camino ! Vanaf daar werden de eerste schiftingen gemaakt en liep iedereen zijn eigen weg. Uiteindelijk liep ik de berg op samen met Francesca en eenmaal boven wachtten we op Dirk en Roberto die maar niet kwamen. Even wat verdwalen bij de voorsteden van Portugalette. Francesca en ik besloten maar dan even een pintje te drinken en nogmaals te wachten op Dirk en Roberto tevergeefs. Verder dan door de grote stad en na nog een uurtje wachten kwamen we aan in Portugalette. Daar probeerde we contact op te nemen met Raoul die blijkbaar hier zou stoppen omdat hij te veel pijn had aan zijn voet. Ik was wel zeker hem in de toekomst nog te zien. Francesca en ik aten nog even iets aan de kerk en vertrokken dan verder.  Een lange saaie macadame van 15km. Het was verschrikkelijk. Ondertussen  kwamen we plotseling Dirk tegen en stapten we de laatste 8km samen. Langs de hatelijke weg kwamen we dan aan in playa de arena waar we even onze weg moesten zoeken tot Pobeña. Eenmaal daar aangekomen stikte het van de pelgrims. Zo kwamen we Storm (Noorwegen), Isabelle (Duitsland/Brussel) en Andreas (Zwitserland) tegen. Met een gezellige bende wat drinken en samen eten en konden we na een rustige pelgrimsdag tegen 22.30 ons bedje in.


    Dag 68:Pobeña-Laredo: 23km

    Wat een verschrikkelijke nacht. Een 5tal Spanjaarden die denken dat ze alleen zijn en de hele nacht en ochtend lawaai maken. Het respect voor andere pelgrims is ver te zoeken. Om 6.30 dan de zak al beginnen inladen en met een nieuwe bende naar het café gaan om te ontbijten. Samen met Dirk, Francesca, Isabelle, Andy en Storm vertrokken we richting Islares. Wederom pittige trappen om te beginnen maar vervolgens was het 15km langs de kustlijn langs een aangelegde weg. Prachtig om zo te wandelen. De wind zorgde voor de eerste wegvliegende hoofddeksels (van Andy). De laatste kilometers van die 15km legde is samen af met Andy, waarmee ik veel gemeen bleek te hebben. In Castro-Uriales kwamen we dan vrij snel aan. Goed weer, goede gesprekken en een prachtige weg waren de redenen hiervoor. Even wachten op Dirk in het café, passeren langs de supermarkt en vertrokken verder. Al gauw begon het te regenen en zouden we voor 2u in een verschrikkelijk strontweer vast zitten. Ik en Andy liepen aan kop en in Islares aangekomen merkten we dat de albergue gesloten was. Dan maar even naar het plaatselijke café om op te drogen en wat energie bij te krijgen. Daar moesten we de zaken nog eens bekijken en al gauw kwamen we tot het besluit de bus te nemen tot Laredo. Het wet zou blijven tegenzitten, we waren allemaal zeiknat of hadden het ijskoud en de andere albergues zaten vol of hadden niet genoeg plaats. We gingen dan tegen 15u naar de bushalte, en voor we het wisten waren we in de gietende regen aangekomen in Laredo. Klodernat dan aankomen bij de zusters van Trinitarias. Een warm en welkom onderkomen en waren blij ons te kunnen installeren. Eenmaal iedereen gedoucht, gingen we even iets drinken en keerden Dirk, Andy en ik terug om het eten klaar te maken. Ik de pasta met groenten, tonijn en zalm, Andy de salade en Dirk hielp iedereen. Eenmaal iedereen er was konden we gezellig iets eten samen. Een kleine NAperitief voor het slapen en voor we het wisten was het 23u en kroop iedereen zijn bed in dromend van een zonnige dag morgen. Vandaag kregen we ook te horen dat Roberto en Raoul achter blijven. De eerste familie brokkelt af maar een nieuwe vormt zich. De camino!


    Dag 69: Laredo-Güemes: 28km

    Een goede nachtrust en een over ontbijt met cake zorgde voor een redelijk begin van de dag. Alles inpakken en vertrekken richting de overzetboot. Vijf kilometer langs het strand wandelen was prachtig! Lekker hard zand die net zacht genoeg was om aangenaam te wandelen en een heerlijke zeebries, perfect om de dag zo te beginnen. Ondertussen hielp ik Andy nog wat met advies te geven over zijn scheenbeen en hem wat op te vrolijken omdat zijn huissituatie niet ideaal was. Met een goed gesprek en 5km langs het strand kwamen we aan bij de veerboot en begonnen de andere pelgrims toe te stromen. Een volle kade en tegen 9u was de overzetboot er dan en konden alle pelgrims hun tocht verder zetten. Even een 2e “deftig” ontbijt in een cafeetje in Santoña waar Storm de dag begon met een the-cognac. Daar kwamen we Viviane tegen van Nieuw-Zeeland die ons groepje voor vandaag zou vervoegen. Een prachtig stukje langs een heuvel aan de kust waar we met de nieuwe familie onze eerste foto namen. Ik stel jullie even voor aan de nieuwe familie:

    • Dirk en Francesca kennen jullie,

    • Andy, Zwitser vertrokken vanaf Irun, toffe pee die soms teveel nadenkt

    • Isabelle, Duitse wonend in Brussel, vertokken uit Irun, brengt sarcasme op een heel nieuw niveau.

    • Storm, Noor vertrokken zonder enig idee en drinkt enorm veel, Boem!

    • Viviane, Nieuw-Zeeland, open en spontaan

    Beneden aan de heuvel konden we genieten van de wilde, woeste, en tegelijk rustgevende zee tussen de rotsen.

    Een lange wandeling langs het strand van 7km stond er nu op het programma en het was wederom prachtig. Echt een heerlijk gevoel. In Noja ontspannen we even om wat krachten bij te krijgen voor de laatste 14km. Daar kwam ik plots Gilles weer tegen, de man wie ik tegenkwam na Bazas. Een korte babbel en een leuk weerzien, maar ik moest verder. Een stuk met veel macadam en mentaal had ik een klein dipje. Hoe dat kwam weet ik niet maar besloot wat allen te stappen om mijn gedachten wat te ordenen. Voor ik het wist kwam ik dan aan in de Albergue la Cabaña del Abuelo Peuto (pater Ernesto Bustio). Een prachtige herberg, een oase van rust. De perfecte plaats om mijn gedachten op een rij te zetten en even na te denken over wat ik precies wilde. Het verhaal van Ernesto en zijn filosofie achter de albergue is prachtig. Voor jullie eigen goed ga ik dit niet uitleggen. Ik kan wel vertellen dat dit voor 18 jaar een pelgrimsherberg is en voor 35jaar een sociaal projectenonderneming is. Om de filosofie en de pracht te herkennen van deze herberg, moet je langskomen. Samen met de 53 andere pelgrims kregen we een hele uitleg en konden we tegen 20u allemaal samen eten. Soep, pasta, wijn en brood zoveel als je wou en samen aan tafel met vele pelgrims. Dit was exact hoe ik het pelgrimeren me had voorgesteld. Al gauw raakte ik aan de babbel met een Engelsman die hier zijn tocht had gestaakt in vrijwilligerswerk te komen doen. Al gauw volgde mijn besluit ook. Op de terugweg zou ik 2 weken vrijwilligerswerk doen in de albergue. Het was een heerlijke atmosfeer en was er al langer over bezig dat ik graag hospitalaro wilde zijn. Een uitgelezen kans om andere pelgrims te helpen en nieuwe verhalen te horen. Tenslotte nog een kleine rondgang in de kapel en kon ik tegen 23u mijn bed inkruipen. Een dag van veel nadenken, rollercoaster van emoties en gedachten eindigde in avond van geluk en het gevoel van voldoening! Ik ben blij dat de familie me ook wat geholpen heeft. Zelfs na 2 maanden blijft de camino hard. De camino krijg je niet. Die moet je verdienen!


    Dag 70: Güemes-Santander: 16km

    Na een nacht op het derde verdiep stonden we om 6.45 op, maakten we onze zak. Om 7.30 konden we dan weer met een heleboel pelgrims ontbijten. De Koreanen die naast me zaten waren enorm geïnteresseerd in mijn schelp. Ik verstond er niets van wat ze zeiden maar lachte vriendelijk terug. Even afscheid nemen van Ernesto die ik binnenkort weer zou zien. We vertrokken dan tegen 8u en moesten het eerste uur stappen langs de grote weg tot aan de kust, waar ik touche had bij de 2 Koreaans dames (ze vonden me een handsome boy). Vanaf daar was het prachtig. Er heerste veel wind en de zee was wild. Het zorgde voor magnifieke uitzichten. Nog even langs de duinen, de afgesloten bruggen en het strand tot in Somo waar we iets aten en dronken. Daar kregen we ook het bericht dat Andy terug is gegaan naar de herberg omdat hij teveel pijn had aan zijn scheen. Wederom was het jammer om iemand achter te laten maar dat is de camino. Eenmaal Dirk en Francesca aangekomen waren konden we naar de overzetboot gaan. Die was juist vertrokken dus moesten we nog een half uurtje wachten op de volgende. Het half uur op de boot werd goed benuttigd voor het selecteren van foto's en dergelijke. Voor we het wisten waren we dan aangekomen aan de haven van Santander. Een wijntje om mijn 70dagen en Francesca’s laatste dag te vieren. Ondertussen probeerde ik nog wat slaapplek te regelen. Zo konden we dan tegen 16u naar ons pension gaan om ons te installeren. Onderweg kwamen we onze hospitalero tegen van in Irun (een gezellig weerzien). Tegen 18u konden we dan eindelijk naar het stadje gaan om onze stempel te krijgen en om iets te drinken en eten. Storm en ik gingen iets eten in het eerste beste café terwijl Dirk en de dames naar ergens ergens anders naar toe gingen. Storm had dan het idee om een bloem te halen voor de dames en liet hem dan maar doen. Samen de stad afhandelen om 20.30. Ofcourse was die dan gesloten en kregen we ze niet te pakken op de telefoon. Een plastieken dan maar als ketting en hop naar de bar waar we hadden afgesproken. Iedereen dan geval blij terug samen te zijn en konden we terug naar de herberg na een rustig maar gezellig en lachen avondje. Om 12u was het dan dodokestijd.


    Dag 71: Santander-Santillana del Mar: 34km

    Heerlijk geslapen, om 7.30 op en dan om 8u vertrekken. We aten samen nog iets met Francesca omdat ze vandaag terug naar Italië ging. Ineens liet Storm dan nog een Boem vallen. Hij had genoeg antwoorden gevonden op de camino de afgelopen 3 dagen en besloot vanavond naar Londen te gaan. Over een impulsieve beslissing gesproken. We moesten dus wederom een triestig afscheid nemen waar wederom tranen vloeiden. Dirk had het toch het moeilijkste omdat hij een unieke band had met Francesca. Een beetje zoals ik met Roberto had. Tegen 9u besloten Dirk, Isabelle en ik te vertrekken en nieuwe avonturen tegemoet te gaan. Om onze zinnen wat te verzetten besloten we goed te stappen. Een avontuur over de treinsporen en in Mogro namen we dan onze eerste pauze. Niet te lang want hadden nog een lange weg te gaan. Vervolgens 6km langs de macadam tot in Requejada waar we een tweede pauze namen. Dan was het nog een laatste stuk tot in Santillana langs de grote baan. Daar aangekomen gingen we naar de pelgrimsgite en konden we na een saaie dag in het mooie stadje ontspannen. Langs de winkel en dan iets zoeken om te eten. Na lang zoeken dan toch een restaurant tegen gekomen waar ik 2 pelgrimsmenus bestelde omdat 1 absoluut niet genoeg was. Paella en kip met frieten. Tegen 21u waren we dan terug in de herberg en kropen we allemaal ons bedje in om wat slaap in te halen.


    Het blijft toch moeilijk om face to face afscheid te nemen. Het is veel gemakkelijker als men elkaar onderweg verliest. Mooie momenten deel je en met het gevoel van een echt afscheid denk je elkaar niet meer te zien. Als men elkaar onderweg verliest blijft de hoop er misschien elkaar weer te zien. Mooie momenten zorgen toch telkens weer voor tranen.


    Dag 72: Santillana del Mar-San Vicente De la Barquera: 35km

    Na een wiebelige maar wel goede nacht werden we wakker gemaakt door het lawaai van de 2 fietsers die als eerste opstonden (en misschien als laatste vertrokken). Zo konden we dan tegen 7u onze zak inladen en iets eten. De eerste keer dat we buiten ontbeten. Niet dat het warm was, maar het kon. Na een kort toilet konden we dan tegen 8u vertrekken. Over de weg viel niet veel ze zeggen. Het waren mooie landschappen maar wederom veel macadam. Dat betekende dus niet nadenken en stappen. Daarom dat er niet veel over te vertellen viel. Twee km voor Cobreces namen we een typische pelgrimspauze bij iemand thuis die voor zijn huis een klein kraampje had gemaakt voor pelgrims. In Comillas stopten we nogmaals om wat brood te kopen en te lunchen. De lange brug over en stijgen tot de kerk van San Vicente De la Barquera waar ik wachtte op Dirk en Isabelle. Daar had ik weeral touch van de hospitalero. Ik doe toch iets met al die oudere vrouwen... Eenmaal ze daar dan waren konden we ons installeren en nadenken voor de komende dagen en het avondeten. Ik regelde alles voor de slaapplekken, gingen even aperitieven, even langs de winkel en dan een heerlijke menu in het pelgrimsrestaurant. Om 21u waren we dan terug in de herberg om wat te internetten en te gaan slapen. 

    04-05-2017 om 21:44 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-04-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Irun tot Bilbao: 6 dagen, 158km

    Dag 61: Irun-San Sebastiaan: 26km

    Paf, na een geweldige nacht was ik om 6u al wakker maar had besloten nog een half uurtje te blijven liggen. Onze Nederlandse hospitalero zou iedereen om 6.30 met muziek. Even later klonk de klassieke muziek door de gangen en sprong ik uit bed. Althans was dat springen enorm moeilijk want lag beneden in het stapelbed en er was amper ruimte om recht te zitten. Dat even terzijde … Tegen 7u konden we dan met iedereen samen ontbijten en vertrokken alle pelgrims mondjesmaat. Dirk en ik vertrokken tegen 7.20 en al gauw kwamen we de eerste pelgrims tegen van onze gite. Een nieuwe geur kwam ook meteen te voorschijn en herinnerde me er nog eens aan dat ik langs de kust zou wandelen, zoute mosselgeur. Toen de bergop begon, merkte ik het al. Mijn beentjes waren helemaal in vorm en ik voelde me voor de eerste keer in de tocht helemaal herboren. Een nieuwe adrenaline had me helemaal overgenomen. Had ik meegedaan in Parijs-Roubaix, dan had Van Avermaet zelfs geen kans gehad. In een mum van tijd was ik dan halverwege bij de kerk van Guadalupe. Hier troepten de pelgrims samen om te kunnen genieten van het prachtige uitzicht over Irun. Vervolgens zette iedereen zijn tocht verder en ik week wat af van de route om naar het topje van de heuvel te stappen op 545m. Zo had ik een prachtig zicht over het Baskenland en de zee. Tijd genoeg in wat uit te puffen en te genieten. Ik wachtte op Dirk maar die kwam maar niet, waarschijnlijk had die de andere route genomen of de afslag gemist. Na een dik half uur wachten vertrok ik dan maar verder. Een prachtige afdaling over de heuvelrug langs de oude ruïnes van Jaizkibel. Vlak voor Pasal Donibane moest ik stijl afdalen langs de trappen. Een magnifiek zicht van de Ria die naar de zee stroomt was mijn beloning. Het is werkelijk een heel nieuwe omgeving hier op de camino del norte. Geuren, kleuren, mensen,... gewoon schitterend. Voor de overzetboot wachtte ik nog even op Dirk, die ik ondertussen aan de lijn had gehad. Eenmaal hij er dan was wachtte we op Alain, Raoul en Francesca om iets te drinken. Na een frisse pint gingen we dan met de veerboot de rivier over en stapten we verder. Er volgde nog 1 uitdaging en dat waren de massa's trappen naar boven. Het beloonde ons echter wel met een waanzinnig uitzicht. Het volgende stuk langs de heuvelwand was schitterend en wandelde ik zo goed als alleen, losstaand van de miljoenen gezinnen die er ook aan het stappen waren. Het laatste stuk naar beneden wandelde ik dan samen met Francesca en kon ik mijn eerste Spaans terug bovenhalen. Samen arriveerden we dan beneden aan het eerste strand van San Sebastiaan. Een moment waar ik al 2 maanden op wachtte. Schoenen uit, sokken uit en over het strand en in de zee lopen. Magnifiek gewoon, het zout op de lippen deed zo deugd. Ik was precies in een nieuwe wereld. Eenmaal we terug met 5 waren vertrokken we verder richting de albergue. Alain had ergens iets gereserveerd en wij 4 zouden door een lief mevrouwtje geleid worden naar de herberg. Daar installeerden we ons dan en gingen we een pintje drinken in afwachting van de was. Na 20 minuten gingen Dirk en ik terug en was er iemand die ons gewoon voorgestoken had, terwijl wij onze was op de machine hadden gelegd. Ik besloot dus de wacht te houden en de was in te steken wanneer we konden. Uiteindelijk konden we dan toch tegen 18u de was in de droger steken en vertrokken we naar de stad. De Lage Landen via de zee en en Italië langs de dijk. Zo raakten we uit elkaar, Dirk en ik gingen dan even naar de winkel en gingen een lekkere Leffe drinken. Daar kwamen we dan toch kamp Italië tegen. Vanaf daar besloten we dan de Spaanse pintxo-cultuur op te snuiven. Kleine hapjes aan de toog met heerlijke glaasjes wijn zorgde voor een mega gezellige avond. Ieder trakteerde ombeurt en na een gezellige avondwandeling keerde we om 23u terug naar de jeugdherberg om te gaan slapen.


    Dag 62: San Sebastiaan-Zaraust: 22km

    Om 7u ging de wekker en konden we allen onze zak inladen. Een gezamenlijk ontbijtje met chocomelk vanuit de automaat zorgde voor weinig energieopname. Niets wat prinsenkoeken niet kunnen oplossen. Het begin van de dag was enorm pittig. Een stijl klimmetje en daar werd al snel een schifting gemaakt en nam ieders zijn eigen tempo aan. Zo kwam ik nog andere pelgrims tegen, Amerikanen, Nederlanders, … Onderweg kwam ik Mona tegen. Een 21jarige katholieke Duitse die low budget naar Compostella wou gaan. Iets voor Orio installeerden Mona en ik ons aan de kerk om wat te eten al gauw kwamen de rest van de groep. Italianen Roberto die helemaal kapot was, en Francesca en Raoul kwamen ook al snel. Dirk kwam ook wat later aan en zo aten we gezellig samen een hapje in de zon in het gras. Samen daalden we dan af tot in Orio waar we dan een pintje en koffie dronken. Vervolgens zette we de tocht verder richting Zarautz. Daar was de jeugdherberg helemaal vol dus gingen we terug naar het centrum waar we ergens een andere plek zochten. Zo kwamen we dan in in hotelletje uit waar we een grote kamer kregen voor 20€ persoon. Dat was wat lastig voor Mona maar uiteindelijk stemde ze mee toe. Op ons terassje gingen we dan rustig uitblazen terwijl we in estafette een douche namen. Vervolgens gingen we dan naar het strand waar we voor de eerste keer gingen zwemmen, het was heerlijk. Een perfecte temperatuur en het zout dat je overal voelt en proeft. Om dan wat te drogen liep ik nog even langs de kustlijn. Eenmaal terug bij onze bende gingen we langs de supermarkt en het hotel voor al het zout en zand af te spoelen. Een aperitief vooraleer we iets gingen eten was een uitstekend idee en was het begin van een prachtige avond. Een bordje pinxtos en heerlijk stukje vis smaakte enorm. Als pelgrims deelde we alles met elkaar. Hop terug naar het hotel om nog iets te drinken. Onze familie werd maar hechter en hechter en het was wederom een heerlijke avond. Op een bepaald moment was mijn kaars uit en kroop ik mijn bed in.


    Dag 63: Zarautz-Deba: 23km

    Wat een nacht. In 1 stuk doorgeslapen. En om 7.30 wakker worden. Hoofdje wel een beetje zwaar, maar niets wat een goed ontbijt niet kan oplossen. Mona was al om 7u vertrokken, maar wij 5 hadden rustig de tijd nodig om de rugzak in te laden en beneden een koffie of thee te drinken. Het eerste stuk was enorm goed om wat te bekomen en er een beetje in te komen. Vlak langs de zee, de heerlijke frisse wind die in je gezicht blaast en de golven die kabbelen over de rotsen. Het was letterlijk uitwaaien aan de kust. Na het tweede klimmetje waren Dirk en ik er helemaal bovenop en kregen we terug goede moed.  Tussen Getaria en Zumaia raapten we Mona op. In Zumaia dronken we nog iets voor aan de volgende klim te beginnen. Daar liepen Dirk en ik terug apart tot aan de picknickplek waar we samen met Mona en Roberto onze lunch hadden. Wederom deelde iedereen met elkaar en hadden we een uitgebreide maaltijd. Confituur, worst, 2 soorten sardientjes, foie gras, tomaat, … heerlijk gewoon. Ondertussen lachten we nog met de strontrijder of bemester die andere pelgrims kostte wat het kost wilde vermijden. Vanaf daar volgden Dirk en ik de GR 121 tot in Deba. Een prachtige 8 kilometer langs de kliffen naast de zee. Ik had nog nooit zoveel magnifieke rotsformaties gezien, sommigen waren blijkbaar 50miljard jaar oud. Het enige wat Dirk en ik konden doen was wow zeggen en lachen. Zelfs de donder in de verte en de regen konden onze mood niet verpesten, heerlijk gewoon! Met een big smile kwamen we aan in Debat waar de 4 anderen van onze crazy familie stonden te wachten aan het officina de tourismo. Zo konden we dan samen naar de herberg waar we ons installeerden en de was deden. Tegen 18u gingen we dan de stad in voor een lekker aperitiefje dat we van Alain getrakteerd kregen. We waren hem weer spontaan tegengekomen. Even inkopen doen, in de herberg afzetten en op zoek naar een restaurant om te eten. Een gezellig cafeetje aan de kerk waar we voor 11euro een hele menu peregrino kregen. Een gezellig etentje met 4 en het werd steeds duidelijker hoe hecht we als familie waren. Nog een klein slaapmutsje voor het slapengaan (duh) en erna kropen we ons bedje in (logisch na een slaapmuts e, duh). Het is prachtig wat voor banden de camino kan scheppen. Ik kan alleen maar aanraden de camino te doen en het ook mee te maken. We kennen elkaar 3 dagen en het lijk al heel ons leven. Uniek, prachtig, onbeschrijfbaar.


    Dag 64: Deba-Markina-Xemein: 24km

    Een nacht zoals een ander. Ik was in ieder geval vroeg wakker en was dus ook bij de eersten die klaar was. Ik wachtte op Dirk om wat te ontbijten en vervoegden ons kleine gekke familie. Ik zal jullie nog eens deftig aan hen voorstellen:

    • Dirk, Nederland, stap ondertussen al ongeveer 3 weken met hem, heeft een enorme vrolijkheid en sprankel in de ogen.

    • Raoul, Italiaan, ken ik vanaf Irun een creme van een kerel. Vanaf moment een hadden wij een unieke band. Ik ben zijn pelgrimszoon.

    • Francesca, Italiaan, ken ze vanaf Irun. Op zoek naar hoop. De dame in de familie.

    • Roberto, Italiaan, vanaf Irun. Beer van een vent met een klein hart.

    • Mona, Duits, ken ik van San Sebastiaan. Jong, katholiek en op zoek naar zichzelf. De onschuld in de familie.

    Nog een laatste fruitsapje voor we vertrokken. Mona was al iets vroeger vertrokken vanwege de stille klim. Met zijn vijven vertrokken we samen en door het inderdaad stijle klimwerk raakten we allemaal uit elkaar. Onderweg kwamen we nog wel wat pelgrims tegen en konden we genieten van het majestueuze binnenland. Valleien, prachtige bergen, de regen die rustig verdampte uit de bossen en een mysterieuze en tegelijk machtige sfeer creëerde. In Olatz waren we terug verenigd, dronken we een koffie en konden we terug verder stappen. Het ging aardig naar boven en boven verzamelden we terug. Een gezamenlijk appeltje en hop vertrekken. In deze omgeving voelde ik me zo klein, het mysterieuze landschap en opstijgende mist verbergde het onbekende. Na een lange klom van 500m wachtte ik even om te eten en besloten Raoul en Francesca verder te stappen en wachtte ik op Mona, Dirk en Roberto. Al gauw viel snel op dat het met Roberto niet goed ging. Hij had enorm veel pijn en met zijn drie probeerde we hem wat te verzorgen. Drinken, eten, zalf en medicatie werden rondgedeeld maar al gauw was dat niet genoeg. Mona was al door en Dirk en ik waren bleven bij Roberto. Uiteindelijk zei ik tegen Dirk al verder te gaan om een slaapplek te zoeken. Ik zou bij Roberto blijven. Ik gaf hem mijn stokken en zo konden we aan de afdaling beginnen, maar hij had enorm veel pijn. Al gauw begon hij te huilen en als medepelgrim steunde in hem en beloofde hem bij hem te blijven. We waren er nog lang niet. Het was maar 8km maar daar deden we 3 a 4u over. Hoe moeilijk hij het ook had, ik bleef bij hem want zou mijn familie niet in de steek laten. Grappen maken, persoonlijke ervaringen vertellen en aanhoren, mentaal er voor hem zijn en hem helpen waar nodig. Om het dan allemaal nog wat zwaarder te maken begon het nog eens gigantisch hard te hagelen en te regenen. De ijskoude wind hielp ook niet echt. Samen gingen we stap per stap aan de traag tempo verder. Tranen, vloeken, roepen en lachen. We zouden er raken en de familie zou samen zijn. Bijna beneden aan de stille klim en in het stadje kreeg ik aan de telefoon te horen dat er een albergues was gevonden. De blijdschap die ons overviel was enorm. We waren er bijna, omhelsden elkaar, en tranen begonnen te vloeien. Een kort bezoek aan de kerk van Markina-Xemein waar een prachtige kerk uit rots wad vervaardigd. Achter het hoekje stonden Dirk en Raoul ons op te wachten. Bij het weerzien kregen we het allemaal wat moeilijk maar waren blij herenigd te zijn. We werden daar opgehaald om naar de albergue te gaan. Helemaal bevroren van de koud aten we iets, namen we een douche en konden we even wat energie terug vinden. Dirk, Francesca, Raoul en ik trokken de stad in om iets te drinken wat ons opwarmde. Wonder boven wonder kwamen we ook weer Alain tegen. Samen een klein aperitief, naar de winkel en naar het restaurant voor de menu peregrino. Een gigantisch kom vissoep, een stuk dun vlees en een ijsje lapten ons wat op en konden nog even gaan poolen, waar de Lage Landen glorieus triomfeerden met 2-0 tegen Italië. Tegen 22u keerden we terug naar de albergue waar we nog een uniek moment meemaakten. Het kwam ter sprake dat ik wat gedichten had geschreven en vroegen of ik er wou voorlezen. Ieders had zijn eigen favoriet maar zal mijn persoonlijke favoriet meedelen (zie schuingedrukte tekst). Het is geschreven in de ochtendmist in Vezelay. Een emotioneel moment en het deed me wel iets dat ik iedereen stil kreeg met mijn woorden. Misschien was het de sfeer, ik weet het niet. We genoten in ieder geval. Tegen 12u, na het schrijven van mijn blog kon ik eindelijk gaan slapen en deze crazy dag achter mij laten.


    Mist als pelgrimservaring


    Het is als de mist in Vezelay,

    Hij komt en gaat, bedekt en toont.


    Het laat geheimzinnigheid toe,

    Maar kan ook de ware aard laten zien.


    Maar toch toren je er boven uit.


    De mist raakt je voeten,

    En draagt je verder.


    Een stap verder en de mist neemt weg,

    Wat je voorheen dacht te zien.


    Een stap in het onbekende.


    Dag 65: Markina-Xemein-Gernika: 25km

    Een heerlijke nacht en een uitgebreide ontbijttafel. Lekker veel eten want het was vandaag weer een dag met koude temperaturen van 10℃. Roberto voelde zich ook weer wat beter dus zou vandaag nog mee stappen. Tegen 8.15 namen we afscheid van onze geweldig sympathieke hospitaleros en vertrokken we. Roberto merkte al gauw dat hij iets vergeten was en ging terug en we mochten al verder stappen. Ik had hem mijn stokken gegeven om te stappen dus rekende er niet meer op ze terug te zien. Ik vond het ook niet erg omdat ze nu een nieuw goed doel hadden. Zo stapten we verder richting de abdij van Zenarruza. Prachtige landschappen, mooie trappen en leuke paden zorgden voor een aangename wandeling. In Munitibar dronken Raoul Francesca en ik een koffie in een verschrikkelijk pisgeurende taverne. Snel naar buiten en verder stappen om onze longen frisse lucht te geven. Al gauw begon het vreselijk te hagelen en regenen en zette ik een stapje bij om het wat warmer te krijgen. Zo passeerden ik Mona en vond ik Dirk terug die het café gemist had. Het begon weer prachtig op te klaren en konden dan in Zarrabenta iets eten, al gauw begonnen de leden van de familie aan te komen. Plots was met grote vreugde Roberto daar met de stokken. Weer goed eten en de rest vertrok langs de macadam en ik ging langs de route. Modder, prachtige bossen en een stralende zon. Ik was blij het advies niet gevolgd te hebben van de dame tijdens het eten. In de voorstad kwam ik Dirk en Roberto tegen. Roberto had het nog steeds lastig en er begon ook pijn in het scheenbeen op te komen. Hij zou een dag rust nemen. We kwamen dan uiteindelijk aan in de herberg waar we ons konden installeren. Rugzak en slaapzak in een locker en het andere materiaal in een plastieken zak om naar de kamer te gaan. Allemaal tegen de bedwantsen. Ik zag dat Roberto het moeilijk had dus stelde voor aan de rest om allemaal een boodschap te schrijven om hem er wat bovenop te helpen wanneer hij hier morgen is. Het is moeilijk iemand achter te laten maar iedereen moet de camino zelf doen en op eigen manier. Na de dag die ik gisteren met hem had, zal ik hem toch missen. Erna trokken we de stad in voor de Picasso te zien en om iets te drinken. Tegen 19u gingen we terug naar de albergue want de Italianen zouden voor ons koken, de rest kon gewoon lekker ontspannen op het terras. Le moment supreme was dan gekomen. Een gigantische pasta met tonijn, olijven, basilicum. Gevolgd door een salade met mozzarella en als dessert een gebak met bosbessen. Al gauw werd het ook gedeeld met andere pelgrims die het ook waanzinnig vonden. En als het eten nog niet perfect en mooi genoeg was, moesten we er nog een schepje bovenop doen. We gaven de papieren af die we geschreven hadden voor Roberto en we hadden het allemaal enorm zwaar. Tranen vloeide bij iedereen rijkelijk. We vonden het zo vreemd dat we na slechts een paar dagen zo een band hadden. Roberto gaf dan nog een laatste rondje in het café. Een flesje wijn raakte er ook nog wel bij en in het plezier van de hele avond besloot hij toch bij ons te blijven. Hij zou in de voormiddag naar de dokter gaan en stokken kopen. Erna zou hij dan de bus pakken tot in Bilbao. Wanneer de kaars helemaal uit was viel ik als een blok in slaap.


    Dag 66: Gernika-Bilbao: 38km

    Samen met de anderen om 7u opstaan met een toch wel zwaar hoofd. Aan de ontbijttafel was het niet gemakkelijk iets binnen te krijgen. Wat krakers, chocomelk en fruitsap gaven me net voldoende energie om te kunnen vertrekken. Raoul was al vertrokken, Mona moest nog vertrekken en Roberto ging naar Bilbao met de bus. Dirk, Francesca en ik vertrokken dan om stipt 8u zoals we gepland hadden. Het begon met klimwerk wat goed was voor gisteren er wat uit te zweten. Onderweg raapten we Raoul op. Zo stapten we met 4 nog een stuk samen. Een klimmetje, en glibberige afdaling, het meelopen van een lief hondje (en mijn verhoogd tempo als finale inspanning om erbovenop te komen) waren het einde van de eerste 17km van de dag. In Goikolexea wachtte ik dan op de rest om iets te drinken en te eten. Krachten bijgevuld en verder stappen. Dirk en ik gingen verder terwijl de 2 Italianen nog moesten roken. Vanaf daar was het eigenlijk enorm saai. Langs de grote baan voor 8km, even voeten luchten, een leuk klimmetje van 4km en een afdaling tot aan de kathedraal van Bilbao door de gigantisch hé voorsteden. Hier stonden we nog even in de belangstelling bij Duitse toeristen die nog per se een foto moesten hebben van Dirk en ik. Na deze fotoshoot vertrokken we naar de jeugdherberg die veranderd ver verwijderd was van her centrum. Een gigantisch lange en saaie weg richting voor 5km. Het was echt vreselijk. Zelfs een pintje als pauze hielp niet. Tegen 18u kwamen we dan eindelijk aan en konden we ons installeren. Van Roberto kregen we dan te horen dat Mona naar de camino frances is overgestapt en dat Raoul zich vergist had van albergue. We zouden hem dus morgen zien en gingen Roberto, Dirk, Francesca en ik met de bus naar het centrum voor wat te shoppen en voor wat pinxtos. Na een lekker hapje gingen we terug net de bus naar het hostel en konden we ons bedje opzoeken. Tegen 23u waren mijn avondrituelen afgerond en kon ik gaan slapen. Een bewogen periode en vaarwel Baskenland

    28-04-2017 om 00:00 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    22-04-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Saint-Jean-Pied-du-Port naar Irun: 4 dagen 95km

    Dag 57: Saint-Jean-Pied-du-Port-Bidarray: 42km

    Wat een vreselijke nacht… er was 1 iemand die ervoor gezorgd heeft dat de andere 15 in de kamer niet geslapen hebben. Hij snurkte zo hard, dat had ik nog nooit gehoord. Vreselijk, ik wou op een bepaalde moment zelfs mijn matras pakken en in de keuken gaan liggen. Swat, om 6.30 was ik dus wakker en begon ik rustig mijn zak in te laden. Om 7.15 kon ik samen met Dirk aan de ontbijttafel aanschuiven. Bijna alles was op maar hadden nog net genoeg om wat energie binnen te spelen. Tegen 7.40 namen we afschzidvan de andere pelgrims en vertrokken we tegen de stroom in. Een colonne van pelgrims vertrok richting Ronceveaux terwijl wij de andere kant opgingen. Dat zorgde er wel voor dat we heel wat afvragende blikken passeerde. Na even stappen waren we uit de drukte van de stad en voelde we ons terug op ons gemak. De eerste 4km liepen we samen, maar op een bepaald moment scheidden onze wegen. Ik zou vandaag de GR 10 volgen terwijl Dirk langs de aangegeven weg ging gaan. We zoude. elkaar vanavond wel terug in de gite zien. Bij mij begon het ineens pittig. Ik moest stijgen tot 1021m. Het eerste stuk viel nog redelijk mee. Een weg met veel losse keien en oude botten van beesten. Dit laatste was een logisch gevolg van de tientallen aasgieren die over de berg vlogen. Ik voelde me wel een echte bergbeklimmer. Goed wat zonnecreme op de neus, zonnebril en buff over de oren. De softgel ging al snel uit maar vanaf ik hoger en hoger kwam deed ik hem al snel terug aan. De wind was enorm sterk en zorgde er ook voor dat het heel fris was. Het laatste stuk tot boven was heel intens. Geen pad maar een grasvlakte met een heel oneffen grond. Het was puffen en blazen voor die laatste stijl meters, maar uiteindelijk was ik er, de berg Munhoa. Een magnifiek uitzicht over de Pyreneeën. Zitten en genieten was het enige wat ik kon doen. Van de inspanning was mijn been wat beginnen trillen dus snel wat eten om energie bij te krijgen. Erg lang genieten was wat moeilijk omdat het enorm koud begon te worden en er nergens beschutting was van de wind. Ik kon dan beginnen aan de afdaling tussen de schapen en paarden. Het enige wat ik kon doen was glimlachen en rondkijken, niet te veel natuurlijk want dat resulteerde af en toe in bijna valpartijen. Na een lange afdaling kwam ik dan aan in Saint-Étienne-de-Baïgorry waar ik even besloot uit te blazen en even iets te eten en drinken. In de namiddag zou er een tweede col op het programma staan dus had de kracht nodig. Stijgen tot 1044m en wat op die hoogte slingeren voor een aantal km. Na een frisse pint en een goede salade kon ik er aan beginnen. Het eerste stuk was warm maar viel op zich nog mee, vanaf ik de boomgrens boven was veranderde het helemaal. Het was stijl stijgen langs een klein padje. Langs de linkerkant van de berg was ik wat uit de wind, maar toen ik de berg over ging, kreeg ik toch wat schrik. Ik moest me laag bij de grond houden want het was zo hard aan het waaien dat ik opzij werd geblazen. Vanaf de wind ging liggen probeerde ik rustig verder te stappen en mijn stokken te gebruiken als extra houvasten. En het bleef maar stijgen, geen bochten, gewoon over de rotsen recht naar boven. Het was om dood te gaan. Na heel wat zweet en tandenbijten kwam ik aan bij de Col de Buztanzelhay op 843m. Maar ik was er nog niet. Ik moest nog stijgen tot 1022m tot aan de berg Buztanzelhay. Vanaf daar werd het allemaal wat moeilijker. De benen begonnen zwaar te worden. Het stappen op de rotsen als veel te grote trappen zorgde voor de nodige pijn, fysiek als mentaal. Vloeken, roepen en toch blijven knallen tot ik er was. Ik wist dat ik beloond ging worden. Eenmaal boven was dat ook zo, het was een magnifiek zicht over de Pyreneeën. Onbeschrijfelijk. Daar begon ik ook door te hebben dat ik toch een enorme misrekening had gemaakt en me te weinig had voorbereid. Dat zou me nog duur te komen staan. Als ik dan keek naar waar ik moest wandelen zakte de moed me helemaal in de schoenen. Het was nog heel veel berg op en af. Volgende traject moest in 10km worden afgelegd. Col d’Astate op 957, berg Astate op 1022m, col d’Harrieta op 808m, berg Pic de Tutulia op 983m, berg Pic d’Iparla op 1044m, col d’Iparla op 950 en dan afdalen tot Bidarray op 200m. Het was niet dat de weg makkelijk bewandelbaar was. Het was stijl, veel rotsen, veel gravelachtige grond en veel losse keien. Dit zorgde voor een schuifbui af en toe en de eerste omgeslagen voet. Mijn benen werden maar zwakker en zwakker en het bleef maar duren. Op deze grens met Spanje begon ik me gewoon helemaal op te voelen, ik was zo tegen mijn limiet aan het wandelen. Het was afzien en genieten tegelijk. Na enige tijd, nadat mijn benen als spaghetti begonnen aan te voelen, was het dalen zo zwaar dat ik alles probeerde om de last van mijn knieën te halen. Heel traag stappen, lopen, veren,... niets hielp. De tranen van pijn en het tegenkomen van mezelf was hard, maar met elke stap dat ik zette dacht ik: dat is weer een stap minder. De joggers die aan het trainen waren voor de wedstrijd in de bergen liepen vrolijk langs me, maar deden me alleen maar meer zeer. In de verte zag ik dan voor de eerste keer se zee, Spanje kwam dichterbij. Een paar km voor Bidarray kwam ik Karim tegen en zijn hondje Bonsai (hij slaapt in een hangmat, ziet er heel alternatief uit, en draagt ook iets heavy mee, net als Numa zet hij me aan tot denken). Hij had het ook niet gemakkelijk en voelde me niet zo eenzaam meer op de route. Ik was niet de enige die het moeilijk had. Na de Pic d’Iparla was het dalen tot in Bidarray en was blij uiteindelijk de kerk te zien. Voor het eerst was ik ook blij op macadam te stappen. Een grond die niet onder mijn voeten bewoog. In het café aan de kerk dronk ik een verfrissende Cola en 1l water want om het allemaal nog wat zwaarder te maken, was mijn water 2u voor aankomst helemaal op. Ik kwam dan na 10,5u wandelen aan in de gite waar Dirk alles al had geregeld. Blij dat ik dat niet meer kon doen. Ik plofte me in het gras en kon geen pap meer zeggen. Ik zat er zo door. Snel een douche voor wat nieuwe energie en konden dan samen met Karim, Dirk en een andere Fransman iets gaan eten in het restaurant. Lam op 2 wijzen met massa's brood gaven me ook nieuwe energie. De stijfheid in de benen begon op te komen en eenmaal terug in het huisje hield ik me bezig met mijn avondrituelen voor ik in bed kruip. Ik wou graag gaan slapen, maar anders zou ik alleen maar uitstellen, korte pijn. Tegen 22.30 kroop ik dan uiteindelijk mijn bedje in. Het was de koninginnenetappe van de camino tot dusver en ook zeker de mooiste. Ik denk niet nog zo een etappe mee te maken deze camino, maar je weet nooit. Een unieke dag met mentaal en fysiek afzien was gedaan en kon gaan toeleven naar de volgende dag. (Een marathon met een stijgenshoeveelheid van boven de 2300m, een uniek gegeven)


    Dag 58: Bidarray-Espelette: 18km

    Losstaand van de stijve spieren heb ik heerlijk geslapen. Tegen 7.30 bedje uit, rustig klaarmaken en samen met Dirk en Helmut (een Duitser die de GR10 was aan het volgen) sober ontbijten. Tegen 8.15 vertrokken we dan en ik had besloten om vandaag, en de komende dagen, de lage route te volgen naar Irun. Deze passeerde namelijk langs de pelgrimsdorpjes en de GR niet. Al gauw merkte ik dat het niet super vlot ging gaan vandaag. Het begon stijl naar beneden en dat voelde ik aan de bovenbenen. Wat een stijfheid. Bergop was minder een probleem. Langs de Nive volgden we de macadam tot in Laxia (bij Pas de Rolland). Onderweg nog wat reality tv met een ontsnapt paard en wat boeren die er achter liepen maar voor de rest was het een rustig stuk. In het café Ondoria dronken we nog iets op het terrasje onder de blauwe regen. Enkel de koude wind maakte het niet zo prettig. Vanaf daar was het nog 7km tot in Espelette. Achter het café was het stijl naar boven tot aan de Col de Légarré. Een kleine 300 m stijgen, wat na gisteren een stuk cake was (piece of cake, haha). Boven wachtte ik op Dirk om samen een hapje te eten. Een plekje uit de frisse wind zoeken en een heerlijke couscous met avocado eten. Het stijle afdalen voelde in nog steeds in de bovenbenen maar we waren er bijna. Her uitzicht van de zee deed al heel wat vergeten. Zo kwamen we om 14u aan in oude gemeentehuis en office de tourisme. Een oud kasteel/vestiging waar we de sleutel/code moesten halen voor de herberg. Daar konden we ons dan installeren en een ijskoude douche nemen (dit wisten we wel want hadden daar korting voor gekregen. De was nog even ophangen op de zelf gefabriceerde waslijn met veters en erna gingen we even langs de kerk en naar de spar om inkopen te doen. Na een moeilijke beslissing tussen pasta en paella. Even een pintje om te uit te blazen van de zware keuze (in een café met een gevel bedekt met espelette pepers) en dan terug naar de herberg om wat te genieten van het zonnetje met een glaasje wijn. Tegen 18.30 dan wat koken. Een heerlijke spaghetti met tomaatolijfsaus en sardientjes. Het buikje weer helemaal volgegeten. Erna maakte ik mijn zak klaar voor morgen en dronk ik nog een lekker theetje (tisane nuit calme). Om 21u had ik dan mijn klopke en kroop meteen in bed.


    Dag 59: Espelette-Ascain: 17km

    Wat een zalige nacht, bijna gerecupereerd van de koninginnenetappe van eergisteren. Om 7.20 eruit. Toast met veel te zoete confituur binnenspelen en in 8u konden we de gite verlaten. Eerst nog wel even naar de bakker. De eerste kilometers gingen gestaag naar boven wat ideaal was om de stijve spieren wat los te maken. Iets na de brug van Amotz, na 9km te wandelen, moesten Dirk en ik even uitblazen. Het continu stijl stijgen en afdalen maakte de etappe vermoeiender als verwacht. Ook Karim die we onderweg tegenkwamen dacht er hetzelfde over. Even op adem komen en verder stappen naar Mendiondokoborda. Daar zouden we samen wat lunchen vooraleer we de laatste 4,5km zouden inzetten. Boven wachtte ik dan op Dirk en genoot ik van het uitgestrekte landschap. Niet veel later was hij er en zag er helemaal als nieuw uit, we besloten dus op het hoogste punt van de etappe iets te eten. Zo hoopten we lunchen met uitzicht op zee. Dat was het ook! Hierna begon de lange afdaling naar Ascain. Een zand/grindweggetje dat zorgde voor de nodige schuivers. Bijna beneden had ik nog een bijna dood ervaring met een wild paard dat me achtervolgde, maar ik leef nog. Tegen 14u kwamen we dan aan in Ascain en dronken we een fris pintje. Tegen 15u konden we ons dan installeren in het hotelletje. Fris gewassen gingen we de stad in en gingen we de eerste 3weken onderweg van Dirk vieren. Een paar glazen waarvan 1 van het huis deden enorm deugd en zorgde voor het nodige plezier. Tegen 18.30 gingen we dan langs de spar om wat aan impulsief shoppen te doen. Helemaal het tegengestelde als vorige keer. Om 19u kwamen we dan in de hotelkamer terug waar we nog een kort aperitief namen vooraleer we gingen eten. Vanavond zou de avond worden dat we decadent zouden doen. Elks de andere opties van de menu, waardoor we een 6gangen menu hadden. Bordje ham, salade, vispuree in een peper, gehakt met tomatensaus, crème brûlée en een Baskisch taartje. Een slaapmuts voor te slapen en tegen 22.30 kropen we beiden ons bed in.


    Dag 60: Ascain-Irun: 18km

    Wat moeilijk om op te staan, maar we hadden de wekker wat later gezet. Zo stonden we om 8u op en aten we een banaan en yoghurtje als ontbijt om wat aan te sterken na gisteren. We hadden ook geen zin om 7,5 euro te betalen voor een ontbijt. Eenmaal gepakt en gezakt gingen we betalen en lieten we de rekening snel achter ons. Omdat we zulke goede klanten waren kregen we van de mevrouw die ons gisteren bediend had een gratis ontbijt aangeboden. We hadden geluk dat we er niet voor betaalde want het was absoluut niet rijkelijk. Het deed wel deugd om wat te eten en te drinken. Tegen 9u konden we dan eindelijk vertrekken. Het was wel wat lastig om ons in gang te zetten, maar na de eerste bergop vonden we ons oud ritme terug. Zo kwamen we 8km later aan in Urrugne waar we een stempel haalde bij de zeer bevallige dame van het office du tourisme. Een fris glas water en chocolademadeleineke in het café aan de kerk en konden de tocht helemaal als nieuw terug inzetten. Een leuk klimmetje en juist erachter zetten we ons in het gras voor een goede lunch: vleestomaat, camembert en tonijn. De wilde bokjes kwamen ons nog even bezoeken en dan tegen 13u konden we onze laatste trek inzetten richting Spanje. Een lang stuk door de straten van Hendaye en eenmaal over de brug Saint Jacques kwamen we Irun binnen en waren we in het warme Spanje. Ik was helemaal klaar voor een nieuwe taal, nieuwe mensen en een nieuwe gids. Lang het gekanaliseerde beekje kwamen we het centrum binnen. Het duurde al niet lang of we kwamen een Italiaanse pelgrim tegen, Raoul (dit was de vijfde keer dat hij naar Santiago stapte). Omdat de refuge pas open ging om 16u gingen we nog een pintje drinken waar we par hazard Alain nog tegen kwamen. Samen met Raoul konden we ons dan installeren met alle andere pelgrims. Een leuk herberg en het was een hele uitdaging alle namen te onthouden. Samen met Dirk ging ik dan een terrasje doen in de bruisende stad tussen de Spaanse furies. Erna  naar de winkel om wat inkopen te doen voor het avondeten. Een heerlijke salade en pasta vulde de maag, maar de gezelligheid met de andere pelgrims vulde mijn ziel. Met Raoul, een andere Italiaanse en een française Estelle tafelden we gezellig. Ieders eigen bordje gemaakt en toch delen met elkaar. Samen dan even de afwas doen en dan voor de rest van de avond rustig bezig houden. Wat praten met pelgrims, schrijven in de blog en fotootjes fixen. Zo had ik nog een geweldig leuk gesprek met de enorm vrolijke Ierse Rita die in stukken van een week naar Compostella ging. Tegen 22u kroop ik dan mijn bed in om morgen helemaal klaar te zijn voor de camino del norte !

    22-04-2017 om 21:48 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    18-04-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Saint-Sever tot Saint-Jean-Pied-du-Port: 5 dagen, 114km

    Dag 52: Saint-Sever-Hagetmau: 18km

    Om 7u stond ik samen met Dirk op en voelde me nog steeds wat raar. Ik was in ieder geval niet alleen, dus kon mijn zinnen een beetje verzetten. Ik denk dat Dirk opmerkte dat ik het niet gemakkelijk had en bracht me dus een kop thee op bed. Heerlijk! Tegen 7.45, na het inladen van de rugzak, namen Dirk, Jörg en ik een ontbijt. Dirk en ik deelden wat en konden dan tegen 8.30 terug naar het centrum om een brood te kopen en omdat Dirk een koffie wou drinken. Ik vond het leuk dat hij het geen probleem vond dat ik met hem zou optrekken want had het wel wat nodig. Tegen 9u konden we dan goed en wel Saint-Sever verlaten. Het was heel de tijd macadam, het weer was mooi en passeerde 2 kleine dorpjes, Audignon en Horsarrieu. In het eerste probeerde we het kerkje binnen te gaan maar tevergeefs en bij het tweede kregen we nog een stukje cake aangeboden door 2 vriendelijke wandelaars die de andere kant opgingen. Voor we het wisten kwamen we om 12.30 al aan in Hagetmau. We zochten de sleutel op bij het zwembad en moesten dan naar de andere kant van de stad (1,5km) om naar de herberg te gaan. Een kort intermezzo waarom we hier zo vroeg waren: We moesten hier wel stoppen omdat de refuge in Beyries gesloten was en het anders een etappe van 45km zou zijn. Ze waren namelijk aan het werken in die herberg tot eind juli, midden in het seizoen van de pelgrims, ook handig. Eenmaal in de herberg konden we douchen en onze kleren wassen. Tijdens de lunch (een uur of 13) kwam Jörg aan. Hij was helemaal kapot en kon geen pap meer zeggen. Hij had blijkbaar een hongerklop, wou dit dan compenseren door goed te eten in de middag, maar al gauw kwam dat er allemaal terug uit. Hij besloot dan maar snel een douche te nemen en te gaan slapen. Dirk en ik gingen dan even terug naar de kamer waar Dirk zijn materiaal nog wat organiseerde en ik begon met het schrijven van de postkaarten. Tegen 15u trokken we dan de stad in. Even langs het postkantoor voor postzegels, dan naar de Carrefour voor eten en waar Dirk een beetje onnozel deed met het passen van hoeden, langs de sportwinkel om ook eens te kijken voor een hoed en dan naar het café om iets te drinken en wat te internetten. Tegen 17u kwamen we dan terug aan in de refuge waar Jörg al wat meer kleur had gekregen en naar de supermarkt zou gaan. Dirk en ik zette ons dan in de zon voor een lekker aperitief en ik schreef ondertussen nog wat postkaarten. Jörg kwam dan wat later terug waar we een chocolade en kokoswater van aangeboden gekregen. Tegen 18.45 begon het buiten dan wat te koud te worden en besloten we wat te koken. Salade met noten en citroen, koeskoes met ratatouille en romanescokool. De aardbeien die we hadden gekocht zouden voor morgen zijn want ons buikje zat helemaal vol. Dirk stelde dan voor om de afwas te doen zodat ik mijn laatste postkaarten kon afwerken. We merkten ook al gauw op dat Jörg veel te veel kilo's op de rug had. Hij had in de ijskast al 3l drinken liggen (1l cola, 1l water en 1l dat hij als thee gebruikt) en dan had hij nog een 1,5l fles in zijn zak zitten. Wie weet wat had hij er nog allemaal inzitten. Erna even kort bellen met België en na een kop thee gingen we naar de kamer. Ik blogde nog wat terwijl Dirk wat las en tegen 22u ging het lichtje uit. Ik was blij vandaag met Dirk opgetrokken te hebben want had het wel nodig. We hadden veel gelachen, goed gebabbeld en ik kon mijn zinnen wat verzetten. Een leuke dag die toch wat onwennig was begonnen. Zo zie je maar dat elkaar helpen, ook als je elkaar niet goed kent enorm veel deugd kan doen. Pelgrims onder elkaar, het is iets prachtig!


    Dag 53: Hagetmau-Orthez: 28km

    Om 7u ging Dirks wekker. Ik had er een prachtige nacht opzitten. Ik had nieuwe energie en voelde me stukken beter als gisteren. We ontbeten wat mislukte havermout en bokes met confituur en konden tegen 8u vertrekken. Ik bracht de postkaarten naar de postbus en Dirk ging naar de bakker. Vanaf daar scheidde onze wegen voor vandaag omdat we elks op ons eigen tempo gingen wandelen. Zoals afgelopen dag was het weer veel macadam, maar de weg was wel prachtig. We begonnen de pyreneeën te naderen en dat begon men ook aan het landschap te zien. Wat meer stijgen en dalen. Geen lange saaie dagen van Les Landes meer! In het prachtige dal tussen Labastide-Chalosse en Argelos had ik een aanvaring met twee honden. Ik hield ze wat op afstand met mijn 2 stokken langs weerszijden en was ontzettend blij ervoorbij te zijn. Na Beyries kon ik het departement Landes echt achter mij laten en begaf ik me in het département Pyrénées Atlantique. Juist over de departementsgrens kwam ik Marc, Theresa en Ann-Sofie tegen die een korte pauze namen. Samen stapten we dan verder tot in Sault-de-Navailles waar ik mijn baguette met kaas op at. Hier merkte ik dat mijn regenjas wat stoffig werd doordat ik hem onderaan mijn rugzak had gebonden. Ik stofte hem even af en stak hem in de rugzak. Eenmaal terug op de benen kon ik hem er na 5 minuten al terug uithalen want het begon ineens enorm hard te regenen. Ik begon het al te missen na 12 dagen schitterend weer. Het was alle geluk niet koud want had mijn thermische broek terug naar huis gestuurd. Vanaf daar was het in 1 ruk door naar Orthez in de regen. Bij aankomst om 13.30 begon het op te klaren, zocht de sleutel van de gite en installeerde me. Het was een prachtige gite. Bij het binnenkomen van de grote poort, kwam ik terecht op een klein binnenplein en voor mij verscheen de hoge middeleeuwse toren waar ik deze nacht in zou overnachten. Even later ging ik dan op zoek naar een bar met Wi-Fi om een back-up te maken van mijn foto's en iets te drinken. Na ook wat geskyped te hebben keerde in tegen 16u terug naar de gite waar Dirk ondertussen was aangekomen en twee andere dames die afgelopen 12 dagen langs de route van Le Puy hadden gelopen. Vandaag was hun laatste dag. Samen met Dirk trok ik dan de stad in om wat inkopen te doen. Inkopen afzetten in het huisje en wonder boven wonder was Jörg ook aangekomen. Dirk en ik gingen dan nog even naar het cultureel centrum en iets drinken. Tegen 18u waren we dan terug voor onze credencial en betaling. Niet veel later maakten we onze salade en lasagne klaar en konden we tegen 22u ons bed in kruipen.

    Vraagje aan de lezer: hoe zeg je tegen iemand die je niet kent dat die stinkt (nog steeds na de douche). Als die naast je staat wordt je zelfs niet goed en moet je je hoofd wegdraaien. Iemand tips voor me die ik in de toekomst kan gebruiken? Reageer maar in de reacties!


    Dag 54: Orthez-Osserain: 26km

    Na een goede nachtrust te hebben gehad, ondanks de de nachtelijke toiletpartijen van mijn medeherberggenoten, kon ik om 7u opstaan. Een goed ontbijtje met baguette, yoghurt en confituur konden we tegen 8.15 de stad verlaten. De stad verkeerde op deze paaszondag nog steeds in rusttoestand en de mist die door de straten hing versterkte dat beeld nog eens. Dirk ging nog een koffie halen en ik stapte al verder. Eenmaal de stad uit een gevaarlijk stukje langs de grote weg (mist, geen voetpad en de auto's rijden zonder lichten aan) en konden na een goede kilometer de velden en bossen induiken. De wegen waren vandaag prachtig. Veel bos en graspaden en magnifieke uitzichten. Een beeld dat ik nooit zal vergeten. Op een bepaalde moment zag ik in de verte iets wat leek op een besneeuwde bergtop maar was er niet zeker van. Een half uurtje later en wat meters hoger liet ik de mist achter me en daar werd mijn vermoeden bevestigd. Ik zag een majestueuze muur van besneeuwde bergtoppen boven alles uittorenen. Een glimlach verscheen op mijn gezicht die er de ganse dag niet afging. Ik vond het zo jammer dat ik er niet dwars door ging maar daar en op die moment had ik mezelf iets belooft. Dit zou niet de laatste meerdaagse staptocht zijn die ik in mijn leven zou maken. Het wandelen heeft iets verrijkend en landschappen zoals vandaag roepen me. Aan de kant van de weg besloot ik dan ook wat te genieten en wachtte op Dirk. Niet veel later kwam hij aan en deelde me mee dat hij geen bakker was tegen gekomen die open was dus had hem de helft van mijn brood gegeven. Samen leven, samen delen, alles wat we hebben dat is pelgrimeren! Vanaf daar stapte we dan een stuk samen en beneden in L’Hôpital-d'Orion kwamen we ineens Jörg tegen. Hij had blijkbaar ergens een kortere route genomen en was hier al 15 minuten. Dat konden we moeilijk geloven maar lieten het niet aan ons hart komen. Op de bergop namen we elks ons eigen tempo aan en hadden we besloten op een plekje op de top iets te eten. Ik zocht dan een plekje uit met een prachtig uitzicht en even later kwam Dirk aan. Kaas, droge worst en een lekker blikje sardientjes vulden de maag en gaven energie voor het laatste klimmetje van de dag. Nog steeds waren de pyreneeën gelegen voor ons en konden we niet anders dan genieten. Vier kilometer voor Sauveterre de Bearn gingen we dan een koffie en thee drinken bij mensen thuis die op de route een wegwijzer en uitnodiging hadden geplaatst. Een schitterend koppel dat 15 jaar geleden met de fiets naar Compostella was geweest. Ondertussen was de fleur wat uit de relatie want hadden een hilarische discussie over wanneer de abrikozen zouden uitkomen. De man kon niets anders dan blijven lachen maar na een klein half uurtje was het welletjes geweest en vertrokken we terug. Tussen de felgele koolzaadvelden verscheen de mooie kerk van Sauveterre de Bearn. Daar aangekomen zagen we iemand afdalen met een rugzak. En ja hoor, het was Jörg, hij had blijkbaar weer een shortcut genomen en had de stad in al helemaal bezocht. We vonden het nog steeds heel erg vreemd, maar Jörg had nu eenmaal iets heel vreemd over hem hangen. Wij gingen de 175 trappen omhoog en hij ging verder op stap op zoek naar een slaapplaats. Een mooie kerk maar al gauw slapen we verder. Een kort avontuur tussen de doornstruiken om de brug op te raken en dan nog een kilometer langs de grote macadam waar we in de chambre d'hôte Le Pehau terecht kwamen. We hadden afgelopen avond als wat rondgebeld voor een slaapplek, maar hadden ondervonden dat dit met Pasen en paasmaandag heel moeilijk bleek te zijn omdat veel mensen familie ontvingen. We hadden ons er dus bij neergelegd de luxe te moeten opzoeken en chambre d'hôtes if gite d’etappes te boeken. Zo kwamen we terecht bij de immer sympathieke Martin en Helen Grimes. Een prachtige studio die we zouden delen met 2 andere Duitse pelgrims. Wij installeerden ons alvast, namen een douche en konden ons nog eens afdrogen met een echte handdoek, heerlijk gewoon. Die sneldrogende handdoeken van decatlon zijn goed omdat ze niet veel wegen (en snel drogen, duh), maar afdrogen met een echte grote handdoek blijft toch iets geweldig. In de zon schreef ik mijn mijn blog al wat bij terwijl Dirk wat facetimede met zijn vrouw. Tegen 17.30 kwamen de twee Duitsers dan aan terwijl ik de was aan het ophangen dus kon even nog niet kennismaken. Ik genoot erna met Dirk van wat heerlijke jazz in de grote tuin. Vanaf de zon achter de grote bomen verdween gingen we naar binnen om te aperitieven met Jutta en Kay. Jutta was al 7 jaar onderweg en deze 14 dagen kwam haar man voor het eerst mee. Geweldig sympathieke mensen. Niet veel later mochten we dan aan tafel aanschuiven om heerlijk te tafelen. Een heerlijke soep met spek en bonen waar ik wel 3 borden van at, dan een koeskoes met lamsvlees en groenten (lam wordt hier blijkbaar gegeten met Pasen) en als dessert kaas en fruit. De wijn vloeide ook weer lekker en zorgde voor het nodige vertier. Een kaneelstokje in het eten werd al gauw als sigaar of hout beschouwd en de filmpjes van “Amerika First … second” waren ook schitterend. Tegen 22u gingen we dan rustig naar de eigen kamer en even later kropen we in bed. Een heerlijke dag!


    Dag 55: Osserain-Ostabat: 21km

    Wederom een prachtige nacht gehad. Een beetje warm maar ik denk dat zo goed slaap omdat de bedden afgelopen dagen geen houten rand hadden vanachter, waardoor ik deftig in een bed kan liggen. We hadden gisteren besloten het vandaag rustig aan te doen, het was ten slotte paasmaandag. We begonnen uitgebreid te ontbijten en namen afscheid van elkaar. Dirk en ik verlieten de gite om klokslag 9u. We zouden afspreken in Saint-Palais. Wederom zalige uitzichten links (besneeuwde bergtoppen) en rechts (de heuvels van het baskenland) en voor me het eerste korte klimmetje van de dag door de bossen. Was ik hier blij? Enorm, ik kon hier anders doen dan genieten, plezier hebben in het wandelen en me goed voelen op deze levendige wegen die heen en weer slingerden. Op deze manier waren de eerste 12km van de dag afgerond en zette ik me aan de kant van de weg in het zonnetje in afwachting van Dirk. Ongeveer een half uurtje later was hij daar. We gingen nog even een brood halen in de bakker en dronken nog snel een pintje voor we de heuvel opgingen. Een marginaal stijle klim, van 60m tot 280 en recht naar boven, het was gegarandeerd meer dan 15% stijgingspercentage. Het was puffen, zweten en blazen maar even later was ik toch boven en kon ik genieten van het machtige uitzicht. De pyreneeën, magnifiek prachtig. Hoe een paar bergen alle zorgen doen vergeten en je gewoon in verliefdheid naar kan kijken. Geen foto die dat gevoel kan vastleggen. Ik wachtte even op Dirk en eenmaal hij was aangekomen lunchten we samen. Na wat kaas brood en tomaat daalden we stijl af en konden we niet veel later terug stijgen tot aan Chapelle de Soyarza. Hier kwamen de routes van Tours en Le Puy samen, en het duurde al niet lang tot we andere pelgrims tegen kwamen. Een Belg Alexander die vanuit Genève vertrok, een Duitse die tot in Saint-Jean-Pied-du-Port ging stappen en een Zwitser die ook tot in Compostella ging. Een leuke korte babbel en Dirk en ik zetten onze tocht terug verder. Met het heerlijke uitzicht over de pyreneeën konden we beginnen aan de afdaling tot in Ostabat. We dachten het allemaal al overwonnen te hebben maar het was nog een langer stuk dan we dachten. Nog veel stijgen en dalen en de benen begonnen de pittige dag te voelen. Beneden in Ostabat kwamen we de 3 anderen nog tegen en werden we uitgenodigd om morgen mee feest te vieren. Het was de Duitse haar laatste dag en Alexander zou morgen de mijlpaal van de duizend kilometer bereiken. Dirk en ik moesten dan nog een stukje verder stappen, maar eerst moesten we even uitpuffen in een Basks cafeetje. Nog een laatste kilometer tot aan de gite Izarrak waar we ons dan uiteindelijk konden installeren om 17u. We waren zo opgelucht te zijn aangekomen en konden een verfrissende douche nemen. Het was niet helemaal wat we verwacht hadden. We betaalden 5€ meer dan gisteren maar misschien was gisteren dan ook zo uitzonderlijk. Tegen 19u konden we dan aan tafel gaan en leerden we Stephanie (française die in etappes van Le Puy kwam) en haar Chinese vriendin. Het was een iets of wat saaie avond met wat slap eten. Een waterige groentesoep met weinig smaak, een niet genoeg gebakken en gekruid omelet, een vleesschotel met aardappelen die ook niet geweldig was en een stukje zwetende kaas en een lekker amandeltaartje. De Chinese had er zin in en schrokte alles naar binnen. Ook met de thee moesten we rap zijn want ze was anders met alles weggeweest. De gastvrouw stond een hele avond wat bij de tafel te staan en er was weinig warmte te bespeuren. Dirk en ik waren dus blij om tegen 21u in de kamer te zijn. Hier ontdekte we dat de katten onze open deur hadden gevonden en het brood uit mijn rugzak hadden gehaald en onder bed was beginnen op te eten. Eenmaal de kat verjaagd hield ieders zich nog wat bezig en tegen 22.30 ging ik dan slapen. Het was een lange dag met een prachtige natuur maar hadden het toch een beetje onderschat vermoed ik.


    Dag 56: Ostabat-Saint-Jean-Pied-du-Port: 21km

    Tegen 7u ging de wekker weer. Niet top geslapen want had last van buikkrampen. In de ochtend waren ze over en kon ik na het inladen van mijn zak samen met Dirk naar de ontbijttafel. Wederom was onze gastvrouw te aanwezig en was het wat lastig om op het gemakje te eten. Dirk en ik besloten al gauw te vertrekken. Om 8.15 waren we de deur maar moest ik nog even terug om mijn dagelijkse foto van het bed te trekken. Een kwartier later was ik dan deftig op stap en al gauw kwamen we vele pelgrims tegen (6 in totaal waaronder Jörg). Het stuk tot in Gamarthe was uniek. De grote weg lieten we af en toe links en af en toe rechts liggen, maar we moesten de ganse tijd door grote schapenweiden. Als je wou, kon je ze gewoon aaien. En met het uitzicht over het Baskenland deed het me soms denken uit stukken vanuit The Hobbit of Lord of the Rings (2 prachttrilogieen mocht je ze nog niet gezien hebben). In Gamarthe wachtte ik dan op Dirk en gingen we op zoek naar een coffieshop waar ze organische/biologische koffie maakte en dat moest Dirk zeker weten geproefd hebben. Jammer maar helaas waren we er blijkbaar voorbij gelopen en 1km terug lopen zagen we ook niet zitten. Het was zeer vreemd, want ze maken reclame 20km ervoor en aan het huis hangen ze dan niets… dat is Frankrijk zeker? We stapten dan wat verder tussen de velden en bergen over een rustig macadammetje. Zo kwamen we dan aan in Saint-Jean-le-Vieux waar we een verfrissende pint konden drinken. Nog een broodje met kaas en we konden de laatste kilometers naar Saint-Jean-Pied-du-Port inzetten. Na een half uurtje stappen waren we er. Ik voelde me niet zo speciaal zoals toen in Vezelay. Misschien omdat het gevoel van de eenzame pelgrim gedaan was en ik ineens overal rugzakken en schelpen zag. Het bureau van Compostella was nog even gesloten dus gingen Dirk en ik nog even shoppen. Sandalen, een hoed, en andere zaken maakten de rugzak wat zwaarder maakten. Het besluit volgde dus al snel en besloot wat dingen dingen op te sturen. Nadat we ons dan in de gite hadden geïnstalleerd gingen we de stad in. Uiteindelijk werd dat alleen naar de post, naar de Carrefour (waar ik nog een ongemakkelijk moment had met “gestolen” kaas) en iets gaan drinken. Ondertussen probeerde ik met Numa contact te zoeken en kon dan tegen 17.30 met hem afspreken. Een geweldig weerzien en heel wat pinten en  gesprekken later keerde ik terug om wat te koken. Numa en ik zouden zowiezo nog contact houden. Pasta koken met de waterkoker lukte aardig en na een goede avondmaaltijd besloten Dirk en ik nog iets te drinken. Nog een laatste tegen 21.30 kroop ik in het bedje

    18-04-2017 om 21:31 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    13-04-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Sainte-Foy-la-Grande tot Saint-Sever: 7 dagen, 191km

    Dag 45:Sainte-Foy-la-Grande-Monségur: 37km

    Vandaag was het om 6.40 opstaan met mixt feelings. Vandaag vertrokken mama en Jo terug naar huis en ik was er redelijk zeker van Dirk niet meer te zien komende periode. We ontbeten eerst nog samen en passeerde langs de bakker. Om 7.30 namen we dan toch een jammerlijk afscheid. Zelfs ik had het wat moeilijk. Dat wil dan toch zeggen dat ik enorm genoten heb van de afgelopen 6 dagen. Zij vertrokken richting het station en ik richting de camino. Ik had me sterk gehouden, maar eenmaal de binnenstad uit vloeide er toch een traantje of 2 (en misschien een beetje meer ook). Ik vond het moeilijk om ineens terug in dat pelgrimsleven te vieren, maar besloot het te behandelen als een pleister. Kort en pijnlijk. Ik stapte goed door en kon in het begin mijn gevoelens wat wegzetten door de mooie natuur te aanschouwen die begon te ontwaken. De zon begon te pieren tussen de bomen over de berg, de planten en het gras begonnen te ontdooien en de bloemen begonnen hun mooiste kant te laten zien. Na 1,5u stappen was dit mooi bosrijk gebeuren gedaan en liep ik voor de rest van de dag in de felle zon tussen de wijngaarden. Hier vond ik het toch moeilijker mijn gedachten af te zetten. Die constante rare gevoelens zorgde ervoor dat ik niet van de huidige omgeving en tocht kon genieten. Ik kon alleen denken hoe gezellig het was afgelopen 6dagen. Ik had geen honger, rare gevoelens in de buik en wist niet goed wat te voelen. Na 18km nam ik dan mijn eerste pauze in het zonnetje tussen de wijngaarden en belde even met de mama om te horen of ze al in de auto waren en gewoon even te babbelen. Het rare gevoel ebde wat weg en ik probeerde toch wat te eten. Ik probeerde toch wat te genieten en stapte verder. Ergens onder Saint-Ferme nam ik een 2e pauze in de schaduw van een huis om wat te ontsnappen van de felle zon. Wederom verplichten om een beetje te eten en de voeten een beetje laten luchten. Het nare gevoel begon een beetje weg te ebben en zette de tocht verder richting Monségur. Tegen 14.40 kwam ik daar dan al aan, passeerde langs het bureau van toerisme en zocht mijn verblijf op. Een 84 jarige vrouw, Nelly genaamd, deed open, liet me mijn kamer zien en nodigde me even uit voor een Marokkaanse muntthee. Ze vertelde me over al haar kinderen, overleden man en andere dingen vanuit haar leven. Voor ik het wist was het 16u en ging ik de stad even bezoeken. Gezellig en proper. Ik passeerde langs de Carrefour om wat spaghetti bolognese te halen voor vanavond. Ik smeet me meteen in het pelgrimsleven. Korte pijn, dan zou ik het snelst mijn ritme terug vinden. Om dat ritme terug te vinden besloot ik ergens op zen gezellig terrasje wat blog te schrijven en te genieten van het mooie weer. Tegen 18.30 keerde ik terug naar Nelly. Hier nam ik een douche en praatte ik nog wat met haar over haar verhalen vanuit Marokko. Tegen 19.30 begonnen we samen wat te koken. De warmte dat Nelly uitstraalde was niet even warm als het water van de vaatwasser. Eerst een tas soep, vervolgd door overgare spaghetti bolognese met koude saus, dan een stuk kaas met toast omdat het brood steenhard was en als dessert nog een bakje verse aardbeien (geplukt deze ochtend). Na het warme maar lekkere citroenwater ging in naar mijn kamer om me rustig bezig te houden. Uiteindelijk viel ik dan tegen 23u in slaap.


    Dag 46: Monségur-Brouqueyran: 42km

    Een zalige nacht! Zo goed als niet wakker geworden, heerlijke temperatuur en bangelijke matras. Bijna helemaal als nieuw stond ik tegen 7u op en laadde ik mijn zak in. Iets later klopte ik dan boven aan om te gaan ontbijten en het leek alsof Nelly in haar nachtjapon in de zetel had geslapen. Eerst alle lampen aan doen om wat licht te hebben en dan konden we samen het ontbijt klaar zetten. Alle geluk hielp ik wat want ze was er niet meer goed bij en vergat telkens weer wat ze moest halen of waar ze iets gezet had. Ik had haar op een bepaalde moment al water ingeschonken voor de thee en even erna goot ze er een heleboel koffie bij waardoor alles in het ondertasje goot. Ze dronk vrolijk verder en begon de verhalen die ze gisteren had verteld helemaal opnieuw op te zeggen. Ondertussen at ik mijn bokes met confituur. Na 4 boterhammen merkte ik ineens op dat de confituur van 21 augustus 2015 was. Ik besloot dan maar te stoppen met eten en het zeker voor het onzekere te nemen. Na een zoektocht naar het gastenboek kon ik tegen 8.15 mijn tocht inzetten. Als ik de route zou volgen zou ik 43km morgen wandelen en had daar eigenlijk geen zin in. Op het gevoel volgde ik dan de macadam en zorgde ervoor dat ik 5km minder moest stappen. Het was niet altijd makkelijk te oriënteren maar was uiteindelijk in Saint-Hilaire-de-la-Noaille aangekomen. Hier at ik mijn resterende kaas (die wat begon te stinken) en stokbrood op. Ik wilde zoveel mogelijk kilometers maken als het nog niet te warm was dus deed mijn softgel uit en begon eraan. Alleen werd het al snel heel heet. In La Réole passeerde ik dan een gezellig marktje en kon ik het verschrikkelijkste stuk van de dag beginnen. Heel de tijd plat, heel de tijd rechtdoor, massa's zon en continu macadam. Ik was blij in Pondaurat te zijn aangekomen. Vlak voor het binnengaan maakte ik wel weer iets uniek mee. Voor de zoveelste keer liepen er 2 honden naar het hek en begonnen verschrikkelijk te blaffen. Plots liep er een klein blond kindje ook naar het hek. Ik denk dat hij juist 3 jaar was en ineens begon hij woef woef te roepen. Echt mega schattig. In het centrum legde ik me dan op een grasveld in de schaduw en deed mijn schoenen uit. Zalig die verfrissing. Na een kwartiertje vloog ik er terug in en was het weeral macadam volgen in een broeidende hitte. Tussen de bijennesten kwam ik dan aan in Savignac. Vandaar was het nog 12km. Ik volgde de weg maar voor ik het wist was ik veel te ver gelopen en had ergens een afslag gemist. Ik wou niet teruglopen dus besloot de zon aan mijn linkerkant te houden en dan zou ik zowizo uitkomen in Auros. Bunkerend in de helse zon door de velden en bossen kwam ik plot terug op de route. Achteraf bekeken had ik 4km extra gedaan, dus toch 42km. Ook in Auros nam ik een verfrissende pauze en besloot dan mijn laatste trek in te zetten richting Brouqueyran. Een kort en gestaag klimmetje en in de verte zag ik dan een kasteel opduiken, Château Mirail. Dat was de plek waar ik vanavond zou slapen. Het is een pelgrimsopvang van in de middeleeuwen en de eigenaars doen het nu al 20 jaar. Een heerlijke douche en afdrooghanddoek waren ter mijner beschikking en ik kon dan een toertje doen op het gigantisch grote terrein. Tenslotte zette in me op een bankje in de schaduw tussen het tennisveld en zwembad en genoot van het magnifieke uitzicht. Gezellig avondeten: pastasoep, gebakken rijst met spek, sla, kaas, pannenkoeken en pudding. Tegen 20u was mijn kaars uit en ging naar de kamer om wat te rusten. Tegen 22u besloot ik dan te gaan slapen en mijn voeten rust te geven, want ze doen wat pijn.


    Dag 47: Brouqueyran-Captieux: 29km

    Als een koning geslapen in het kasteel, heerlijk. Om 6.45 wakker, spullen bijeen rapen en ontbijten. Tegen 7.45 kon ik dan met een prachtige zonsopkomst vertrekken. Beneden aan het meer kwam ik de eerste drie pelgrims van de dag tegen. Ze hadden overnacht aan het meer in een tent. Ook prachtig om hier op te staan. De zon die over het meer scheen en de mist die over het meer gleed. Een korte babbel en ik liet ze verder inpakken. Een mooi stukje wandelen langs het meer, plots stijgen naar boven en de macadam volgen tot in Bazas. Onderweg nog 2 honden tegengekomen die de weg versperden. Ik had hier geen zin in, stelde me dominant op en begon te roepen en er achteraan te lopen. Ze waren snel weg. In Bazas deed ik mijn inkopen en bezocht ik de kathedraal. Bijna de stokken terug vergeten in de Carrefour. Het volgende stuk was 17km langs de oude spoorlijn. In de verte zag ik dan iemand stappen met een rugzak, wandelde er rustig naar toe en ja hoor, mijn vierde pelgrim van de dag. Gilles was vertrokken in Saint-Foy-la-Grande en was ook met de tent. Ik stapte een 7km samen en wisselden heel wat verhalen uit. Plots kwamen we dan iemand tegen die bij een wandelvereniging was aangesloten. Hij gaf ons allebei een soort sleutelhanger en koker waar we iets speciaal mee moesten doen op de weg van Compostella. We moesten foto's trekken onderweg waar de sleutelhanger op stond en die delen op Facebook of Instagram. Met een bepaalde # konden we dan mensen van de vereniging meenemen op de camino. Als ik dan terug was in België moest ik de man contacteren en dan zou ik een diploma van de vereniging krijgen. Ik vond het wel iets tof en ging op het aanbod in. Bezigheid op de camino. Erna liet ik Gilles achter me en ging de uitdaging met de lange saaie rechte weg aan. Tegen 14.00 kwam ik dan aan in de gite, installeerde me en ging naar het café om een pintje, cola en pakje friet met mayo binnen te spelen. (Kort intermezzo: Op de plakkaat voor het café stond dat het 31℃ was). Daar ontmoette ik de vijfde en zesde pelgrim van de dag. Een Zwitser die 10 dagen langer als mij onderweg was en een vrouw van Dijon die vertrokken was vanuit Limoges. Zij sliepen vanavond ook in de gite. Tegen 16u keerde ik dan terug naar de gite om de 2 pelgrims beter te leren kennen. Juist toen ik aankwam vertrokken zij naar de winkel, even wachten dus. Eenmaal ze terug waren konden we gezellig wat bijpraten. Zo werd het probleem van de mysterieuze man met het mysterieuze handschrift opgelost. Dankzij het prachtige weer konden we dan onder de veranda iets eten. De eerste keer dat het mogelijk was buiten te eten deed enorm veel deugd. Na een ravioli, waarna bleek dat deze 3 maanden vervallen, was konden we rustig de opruim doen en ons bedje inkruipen. Het was een leuke dag vol plezante ontmoetingen.


    Dag 48: Captieux-Roquefort: 35km

    Zo vroeg ben ik nog nooit wakker geweest, 6.20. Rustig de zak maken en samen ontbijten. Snel een stempel halen in het café en kon dan samen met Marie vertrekken richting de route. Eenmaal op de route nam ik mijn eigen tempo aan en kon de uitdaging aangaan met de lange route. 10km rechtdoor in de mist. In het begin had het iets magisch. De bomen die tussen die hun gedaante wilden bekend maken en de weg die mysterieus bleef. Het was leuk voor een goed half uur maar vanaf dan was het saai. Ik was het rechtdoor stappen beu en ik kon geen spel meer maken van het mysterieuze bos. Na 11km moest ik links afslaan om de autostrade over te gaan en besloot op de vangrail de saaie weg te vergeten met een leuk smiley koekje met aardbeiensmaak. Iets later kwamen Marie en Numa aan en stapten we een stuk samen. We kwamen de regio Les Landen binnen. Het was heel de tijd rechtdoor, een bocht van 90° rechts of links en terug rechtdoor. Ik besloot terug wat op mijn eigen tempo te wandelen en liet ze achter me. Het stuk voor Bourriot-Bergonce was wel echt prachtig. Een zandweggetje tussen de lage dennenbomen en prachtige gele bloemen. Onderweg liet ik nog een geheime boodschap achter aan Numa en Marie. Ik had in de grond “Ultreia” geschreven. (Ga verder en hoger). In Bourriot-Bergonce wachtte ik dan op mijn 2 amigos. Het “kleine” herbergje over de kerk was nog open en besloten daar gezellig iets te drinken. Numa trakteerde en na een kort bezoekje aan de kerk konden we verder gaan. Misschien wel de saaiste 13km tot zo ver. Het bleef maar rechtdoor gaan, af en toe eens links, af en toe rechts maar vooral rechtdoor. We maakten er zelfs een liedje op terwijl we met onze handen zwaaiden. §A gauche, à droite, tout droit, tous le temps§. Na veel teleurstelling (we wilden echt aankomen want het begon warm te worden en het was een droge “zeeomgeving”) kwamen we aan tegen 15.20. We zochten de sleutel in het café en Marie en ik vertrokken al naar de herberg om ons grief neer te ploffen terwijl Numa rustig een pintje dronk. We hadden geen sleutel mee gekregen omdat er al iemand was. We raakten wel niet binnen dus belde het café op en Numa kreeg de sleutel mee. Uiteindelijk raakten we toch binnen en konden we even ontspannen. Daar ontmoeten we David en Paul, twee Engelsen die ook onderweg waren! Na een heerlijke douche vertrok ik dan richting het stadje want had afgesproken met Sam. Hij zou tot vrijdag meestappen. Ik wachtte aan de kerk en “all of a sudden” wie verscheen daar achter het hoekje? Ann-Sofie, mijn vriendin. Ik was niet helemaal mee maar bij een pintje in het café kon ik terug helder nadenken, ongeveer toch. We namen afscheid van Paul en Mieke die haar hadden afgezet (waarvoor dank) en zette ons grief af in de herberg. Erna vertrokken Ann-Sofie en ik naar de winkel omdat ik had gezegd dat ik zou koken vanavond. Een pittige wandeling van 20 minuten naar boven en terug liften naar beneden. Eenmaal terug in de herberg bereidde Ann-Sofie en ik het eten voor en toen Numa was aangekomen konden we iets eten. De twee Engelsen aten niet mee maat zouden later nog voor een onvergetelijke avond zorgen. Een rijke salade, pasta, eend en kaas vulden ons buikje helemaal en tegen het einde kwamen Paul en David aan. Samen wat kaas eten en wijn delen + drinken en dan gebeurde er iets wonderbaarlijk. Dave vroeg aan Numa om iets te zingen en hij begon een prachtig Duits nummer te zingen. Vervolgens zongen Paul en Dave een zalig duet, en dan liet ik me van mijn beste kant zien met “Aan de oever van de Schelde". Voor de rest van de avond zongen we, maar vooral het Engelse kamp. Het mooiste moment was dat ze zo een emotioneel lied zongen dat ze het moeilijk hadden om verder te zingen. Kiekenvlees! Prachtige liederen en een unieke avond. Misschien wel de prachtigste tot nu toe. Eerst de wandeldag met amusante Marie en unieke Numa, vervolgens de aankomst van de de vriendin en ten slotte de avond van uitbundig zingen, plezier maken en zelfs soms met tranen in de ogen zitten. Een avond om nooit te vergeten !


    Dag 49: Roquefort-Bougue: 18km

    Iedereen was al wakker toen Ann-Sofie en ik opstonden. Ze zouden vandaag een grotere etappe maken dus iedereen had al ontbeten en was klaar om te vertrekken. We namen afscheid en hoogstwaarschijnlijk zou ik ze binnenkort terug zien. Ann-Sofie en ik maakten rustig onze zak en namen een lekker ontbijtje. Tegen 10u vertrokken we dan. Aan de kerk moest dievanons al een steentje uit haar schoen halen en benutte ik dus deze tijd om de sleutel terug te brengen naar het café. Terug samen konden we de weg inzetten. Het eerste stuk was leuk, het gevoel van de kalmthoutse heide. Het enige verschil waren de grote naaldbomen en het stuifmeel dat schoenen, camera en al de rest geel kleurde. Onderweg een korte pauze bij een oude everzwijnenschedel en vanaf Corbleu werd de weg een stuk saaier. Dit zorgde ervoor dat we vaak pauzeerde. De volgende stop was de pelgrimshalte in Bostens. Het was een klein maar gezellig lokaal waar basisvoorzieningen aanwezig waren. De kerk was al even magnifiek. Heel klein en bij het binnenkomen sprongen de lichten aan en werd er kerkmuziek afgespeeld. Ik besloot even te gaan zitten en te genieten van dit moment. Een kwartiertje later vertrokken we richting het volgende dorpje, Gaillères. Macadam, macadam macadam dam dam dam en nóg steeds ne stenen weg. In het cafeetje tegenover de kerk namen we dan terug een pauze en genoten we van een goed pakje frieten. Het zonnetje begon er ook wat door te komen en al gauw vlogen de kleren uit. Het was nog 7km vanaf Gaillères tot Bougue en begonnen er goed aan. Eenmaal over de autostrade begon Ann-Sofie het wat moeilijk te krijgen en besloten we een pauze in te lassen. We hadden genoeg tijd want het was nog maar 14.30. Na een korte rustpauze vlogen we er weer in en kwamen we aan tegen 15.15. De sleutel vragen in het café en lekker installeren. Ik was trots op mijn madammetje dat ze er was geraakt en beloonde haar op een goed aperitief. Even ontspannen voor de gite terwijl de was droogde en tegen 18.30 konden we koken. Pasta bolognese en pesto. Njom njom, wat was me dat lekker. Ik kreeg erna even mijn klopje en legde me in bed. De afwas zou ik later doen. Toen ik rond 20u naar de keuken ging om iets te drinken merkte ik dat Ann-Sofie de afwas al had gedaan. Lief hé! Erna toonden we elkaar wat foto's van italiereis en afgelopen camino. Tegen 22u was onze pijp dan uit en kropen in bed.


    Dag 50: Bougue-Mont-de-Marsan: 9km

    Na een vreselijk koude nacht deed het wel eens deugd om “uit te slapen”. Tegen 8.30 kropen we uit bed en rommelden we op. Rustig ontbijten, sleutel afgeven en de korte dag kon beginnen. 9km langs een fietspad tot in het centrum van Mont-de-Marsan. Het deed me enorm denken aan het stuk richting Namen. Het weer was goed en konden sommige stukken langs een bospad lopen in plaats van de verharde macadam. Een korte pauze en door de boeiende gesprekken waren we al snel daar. Vijf minuten voor sluitingstijd liep ik naar de Aziatische supermarkt voor de sleutel, maar had pech. Hij was gesloten, dus moesten we nog 2u (tot 14.30) wachten. Haha, nu had ik jullie weer beet hé. Ik was op tijd en konden ons dus installeren in de ruime gite. Alle kleren wassen en ophangen om te drogen. We trokken dan de stad in voor terrasje en toeristische wandeling. Langs de winkel voor het avondeten en ontbijt en plots kreeg ik telefoon. Ik had een briefje achtergelaten bij de gite omdat we de sleutel meehadden. En wie was er aan de telefoon? Niemand minder dan Dirk, hij die er ook was in de periode dat ik stapte met mama en Jo. We hadden toen geen deftig afscheid kunnen nemen, en kon dit dus opvatten als een tweede kans. Een geschenk van de Camino. Eenmaal terug in de herberg was het een geweldig weerzien. Leuk bijbabbelen op het binnekoertje bij een goede pint en glas wijn. Dirk ging dan nog even de stad bezoeken en kreeg plots weer een telefoon. Ik was mijn papiertje van de deur vergeten halen. Er stond een Duitser Jörg voor de deur. Hij was al onderweg maar had te maken met pech. Een gebroken knie en been door een aanrijding met een vrachtwagen zorgden ervoor dat hij zijn weg moest stoppen. Nu ging hij opnieuw de uitdaging aan. Hij ging dan ook naar de stad en Ann-Sofie en ik begonnen de groenten al te snijden. Eenmaal Dirk terug was begonnen we alles wat klaar te maken. Ondertussen kwamen de 3 pelgrims die ik ontmoet had ook aan en waren we met een recordaantal pelgrims aan tafel (7). Weer een heerlijke salade met avocado en radijsjes en een hoofdgerecht dat overheerlijk was. Snijbonen, rode ui, courgette, champignons, beetje Chinese rijst, zalm en philadelpia kaas. Het was echt overheerlijk! Iedereen, buiten Jörg, proefde en vonden mijn coockingskills buitengewoon (om niet te stoefen). Erna dronken we nog een tisane en kropen we tegen 22u ons bedje in.


    Dag 51: Mont-de-Marsan-Saint-Sever: 21km

    Voor de ene een koude nacht en voor de andere een warme. Toch moesten we beiden om 7u opstaan zodat we rustig konden stappen richting Saint-Sever. Ik begon dan met de eieren te bakken voor de bende en mondjesmaat kwamen de anderen aan tafel. Ik voelde me een echte hospitalero. Ann-Sofie en ik vertrokken als laatste om 8.45. Even langs de Carrefour passeren, waar ze dachten dat we een stokbrood gestolen hadden, en dan konden we Mont-de-Marsan achter ons laten.  Heel wat macadam tot in Benquet waar we een eerste pauze namen. Een kerk zoals er zovelen zijn. We kwamen nog even Jörg tegen en vertrokken verder. Langs de oude en prachtige kerk van Saint-Christau en bij het verlaten van de macadam aten we onze bokes met ham op. Wederom kwam Jörg aan toen wij vertrokken. Ann-Sofie haalden ons beste Duits naar boven en namen afscheid. Vijf kilometer voor aankomst kreeg Dievanons het een beetje lastig dus kon ik mijn ridderlijke hoffelijkheid naar boven halen. Met mijn rugzak op de rug en de hare voor mij stapten we verder. We namen nog een korte pauze in Sainte-Eulalie en konden dan het laatste stuk inzetten. Nog een heel korte en pittige klim tot de kerk maar we waren er geraakt. Ik was enorm fier op Ann-Sofie! Ze had dat uitstekend gedaan. Even de sleutel halen bij het office de tourisme en we konden ons installeren. Daar kreeg ik het dan ook weer heel moeilijk omdat ik besefte dat ik morgen terug alleen zou stappen. Ik had er zo van genoten afgelopen dagen dat er ook nu weer een traantje (of meer) vloeide. Na een douche en het wassen van de kleren relaxten we nog wat in de zetel met een lekker kopje thee. De hospitalero kwam dan tegen 16.30 aan om alle praktische zaken uit te leggen en dan konden Ann-Sofie en ik naar het stadje gaan om iets te drinken. Een gezellig lang aperitief, waar we Dirk en de 3 tentgangers nog tegenkwamen, tot 20u. Het was Ann-Sofies laatste dag en om 20u kwamen Paul en Mieke, haar ouders, haar ophalen. Eerst gingen we nog wel een heerlijke pizza eten, waarvoor veel dank. Nog even de verborgen boodschap op de wc zoeken en konden we naar de herberg gaan om het grief op te halen en afscheid te nemen. Op deze manier wil ik toch ook nog Paul en Mieke eens bedanken voor de leuke cadeau. Ik nam toch weer een jammerlijk afscheid. Ik was blij dat dit het laatste afscheid was want had het er heel moeilijk mee. Zoals ik al had gezegd, ik had zo genoten van deze dagen dat het niet simpel was om afscheid te nemen. Een gite waarin iedereen slaapt, een jammerlijk afscheid en ik zat weer ineens met een leegte… pfff, hopelijk zou dit morgen voorbij zijn en zou ik wat kunnen slapen. Tegen 22u probeerde ik het dan en we zouden morgen zien hoe het allemaal zou verlopen. Bedankt voor alles !!!g

    13-04-2017 om 22:05 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    06-04-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Limoges tot Sainte-Foy-la-Grande: 8 dagen, 208km

    Dag 37: Limoges-Flavignac: 29km

    Na een wat woelige nacht met vage dromen ging de wekker al om 6.45. Ik zou om 8.30 buitengezwierd worden en moest mijn zak nog maken, ontbijten en deelnemen aan de mis (dit was wel vrijwillig). Tegen 7u was ik dan klaar om mijn nest te verlaten en mijn zak in te laden. Het volgende was de mis van 7.30. Deze keer moest ik niet enkel volgen, maar kreeg ook de verantwoordelijkheid om helemaal alleen een paar zinnen op te noemen. Ik haalde mijn beste Frans naar boven en legde dit mondeling examen vlekkeloos af. Tenslotte kon ik ontbijten en me klaarmaken voor het vertrek. Tegen 8.30 was ik dan effectief buiten. Nog rap even passeren langs de Carrefour en het stappen kon echt beginnen. Vandaag was het ook geen heel speciale dag. Veel macadam of groene berm en af en toe een bospad. Limoges is tenslotte een grote stad met vele voorsteden. Ik hield me tijdens het wandelen wat bezig met het te proberen herinneren van alle slaapplekken en leuke ontmoetingen. Zo vloog de dag snel voorbij want na 36 dagen had ik al heel wat meegemaakt. Hetgeen wat me wel opviel tijdens het wandelen waren de uitgestrekte felgroene landschappen met duizenden gele “pisbloemen”. In Aixe-sur-Vienne haalde ik een stempel voor in het stempelboeke en in Saint-Martin-le-Vieux at ik mijn chocoladebroodjes op. Uiteindelijk kwam ik dan om 15u aan in Flavignac waar ik bij het gemeentehuis de sleutel haalde van de herberg. Zakken neerploffen, silkliner en slaapzak pakken en bij het bommatje om de hoek, die ik eerder ontmoet had,een paar kleine scheurtjes repareren. Tegen 15.30 nam ik dan mijn spullen om de zwaarste uitdaging van de hele tocht aan te gaan. Lekker zonnebaden en zwemmen in het meer van Flavignac. Zwemmen mocht helaas niet, en de regels breken ging niet want er was een opzichter. Wel jammer. Het was 22 graden, het water voelde zalig en had er echt zin in. Het is dus toch niet altijd mogelijk om je zin te krijgen (had echter geen zin in problemen). Ik genoot dan maar van het lekker zonnebaden. Zo kon ik eindelijk eens proberen die ingebrande T-shirt, short en sokken weg te werken, maar tevergeefs. De zon van de afgelopen dagen had al fameus zijn werk gedaan. Het deed mijn voeten ook enorm deugd om eens om door het gras en zand te wandelen. Geen schoen of sok dat ze verstikken. Een natuurlijke scrubbeurt. Heerlijk. Tegen 17.30 wandelde ik nog wat rond het meer en vanaf het te fris begon te worden, keerde ik terug naar de herberg om wat op te warmen, te douchen en te eten. Als voorgerecht een klein blik ravioli en als hoofdgerecht strikjespasta bolognese. Mmm, helemaal terug opgewarmd en ruim voldoende gegeten. Het zonnetje scheen nog dus besloot ik toch mijn gezond dessertje bij zonsondergang aan het meer op te eten. Een prachtig moment. Een zachte zon, bijna geen rimpeling op het water door de afwezigheid van de wind en de vogeltjes die rustig zaten te fluiten. De beweegloosheid van het water werd af en toe verstoord door de kleine muggen die over het water sprongen waardoor het bijna leek dat het begon te regenen. Dan plots… een grote plons… ik kijk naar de kringen in het water en zie een vis opspringen uit het water. Ik had nog nooit zoveel vissen zien opspringen in anderhalf uur als nu. Als ik een euro kreeg voor elke vis dat ik zag opspringen had ik zeker drie euro. Dat komt natuurlijk omdat ik niet dagelijks langs vijvers vissen lig te spotten. Dus alles meer als één is sowieso een record. Ondertussen pelde ik met uitmuntende perfectie mijn clementine. Ik nam de tijd om elk pelletje eraf te halen en beschouwde het zelfs op een bepaald moment als een kunst. Smaken deed het zeker ook. Tegen 20.30 begon het dan donker te worden en moest ik dringend naar de wc. Eenmaal binnen kon ik eindelijk ontspannen en dronk ik nog een infusion voor het slapengaan. Tegen 22u legde ik dan allemaal propere lakens op bed en kon als een gelukkig mens na deze bijna perfecte avond gaan slapen.


    Dag 38: Flavignac-Chantecor: 31km

    Pff, wat een woelige nacht. Niet goed geslapen. Om 7.30 hoorde ik het slot opengaan en iemand binnenkomen. Die zag dan dat ik er nog was en vertrok dan snel terug naar buiten. Een klein ontbijtje tegen 8u en was om 9u al de baan op. Het begin was niet zo aangenaam. Veel macadam en regen. Dat goede weer van gisteren was ver te zoeken. Daar kon nu eenmaal niets aan veranderd worden dus moest ik de regen maar trotseren er dan een man naar mij. Het was iemand van de winkel die continu de promoties door de microfoon aan het meedelen was. Een korte babbel en hij kon terug aan het werk. Toen ik mijn zak op mijn rug smeet hoorde ik ineens door de luidsprekers: “ “ Au revoir et bon courage aux le chemin de Saint Jacques! Go go go”. Die luide aanmoediging die door gans de winkel weergalmde deed heel wat hoofden draaien en ik kon met goede moed het volgende stuk inzetten. Wederom een weg die leefde. De regen was niet tof maar creëerde wel leuke bemodderde wandelpaden. Beetje smerig kwam ik dan aan in Firbeix. In het plaatselijk café even opwarmen met een warme chocomelk en de krachten wat bijvullen met chocoladebroodjes. De laatste 10km waren ook weer heel speels. De regen stoorde enkel op het laatste stuk van La Coquille tot in Chantecor. Ik kwam tegen 16.30 aan in de B&B die ons mama had vastgelegd. Een warme douche en even rusten op bed deden veel deugd na deze natte dag. Tegen 19.30 kon ik dan naar de eetkamer gaan om samen met de andere gasten iets te eten. Uiteindelijk waren ze er dan om 20u en konden we effectief beginnen eten. Pâte, lasagne, appelcrumble, brood en wijn in overvloed. Ik doneerde samen met een koppel uit Greboble. Zij had de camino francés al bewandeld in 2 stukken en hij leek verschrikkelijk hard op Johnny Depp. Maar echt niet normaal, ik geloofde mijn ogen bijna niet. Alleen zijn accent was enorm verschillend. Na een leuke babbel en gezellige avond keerde ik terug naar mijn kamer. Nog niet om te slapen deze keer, maar in afwachting van hoog bezoek. De ideale moment om een back-up te maken van de foto's, blog te schrijven,... Uiteindelijk kwam het hoog bezoek dan na 00.00 aan. Wat dus wil zeggen de volgende dag. Spannend hé. Oké het is goed, ik zeg het nu. Het waren… haha toch niet. Kijk maar bij de volgende dag.


    Dag 39: Chantecor-Thiviers: 20km

    Om 00.45 kwam … ons mama en jo aan in de B&B. Ik moest hen wel even de weg wijzen want in den donkere was het niet zo makkelijk te vinden. Een korte inspectie van de kamer, wat knuffels van de mami en een korte samenvatting van de afgelopen dagen voor we ons bed konden inkruipen. Snurk snurk snurk, en de dag kon om 7.45 echt beginnen. Een gigantisch uitgebreide ontbijttafel en afscheid nemen van onze Grenobelse vrienden, Grégoire en Frédérique, en van onze Jo stonden het eerst op het programma. Die ging eerst een paar dagen naar zoon Lennard in de Montluçon. Ik kon dan tegen 9u samen met ons mama de rugzak inladen en vertrekken richting de Carrefour, 2km verder. Een lunchpakket inkopen voor de middag en hop terug de vertrekken. Nog geen 5 minuten later stopten we een tweede keer. Een lauwe koffie en kokendhete thee in een vuil cafeke. Maar als iemand, ik noem geen namen, vergeet om naar de wc te gaan, dan moet je wel ergens stoppen. Op deze manier zou het nog lang duren voor we aankwamen (twee kilometer op een uur). Tegen 10.45 konden we dan echt vertrekken. Eenmaal uit La Coquille was het prachtig om te stappen en ging het beter vooruit als de eerste twee kilometer. De zon begon wat tussen de wolken te pieren en de uitzichten waren prachtig. Tot in Pont Fermier was het een bospad dat ons beide heel hard aan de Ardennen deed denken. Zelf de korte regenbui deed ons niet stoppen. Op een boomstronk langs de weg namen we een eerste echte pauze om wat brood en kaas te verorberen. Vanaf dan was het nog vrij veel macadam en dat begon ons mama te voelen. Zo stopten we 4km verder terug om wat te rusten in het gras en de voeten te luchten. Vanaf het dan terug begon te druppelen, zetten we onszelf op de voeten voor de laatste trek richting Thiviers. Onderweg hiernaartoe kwamen we dan de eerste echte pelgrims onderweg tegen. Grappig wel. 38 dagen alleen en niemand onderweg tegenkomen en dan de eerste dag dat ik niet alleen stap kom ik andere pelgrims tegen. Het waren 2 nichten van 65+ die vanuit Limoges met een karretje richting Compostella vertrokken. Elk duo hield zijn eigen tempo aan en we gingen ze dus rustig voorbij. Het was namelijk ook niet altijd even evident met een karretje. Een paar kilometer voor Thiviers zagen we een gigantisch zwarte wolk naderen. Regenjas aan en goed ingepakt waren we klaar om ondergeregend te worden. Zo hard als de laatste 20 minuten had het nog niet gegoten deze reis, maar we waren er bijna dus beten even door en kwamen dan om 15u aan in de chambre d'hôte. We konden onze jas ophangen en een warme douche nemen. Dit gaf ons de energie om eens rond te wandelen in het stadje en op zoek te gaan naar een avondmaal. Al gauw bleek dit dorp een verschrikkelijke horecareputatie te hebben. 2,5u rondzoeken en een warmechocomelk later hadden we nog steeds niets gevonden en keerden we hongerig terug naar de chambre d'hôte. Jos, de Nederlandse uitbater, stelde dan voor om iets klaar te maken en waren hier dan ook ontzettend blij mee. Anders had het een beetje brood en kaas geweest als avondmaal. Met een heerlijke paella met een stukje vis en een puddingkje als dessert voelden we ons helemaal warm en bijna opgeladen. Zelfs in tijden van nood komt op de camino de hulp vanuit onverwachte hoek. Gisteren, tijdens het bellen, was het echter niet mogelijk om iets te eten of te koken en ineens stond er een lekker bord voor onze neus. Na het avondeten voelden ons mama en ik dat de regen en het zoeken naar eten ons hadden vermoeid en kropen dus tegen 20u al onder de dekens. Ons mama viel na wat klungelen met het stopcontact bijna meteen in slaap en ik volbracht mijn avondritueel. Tegen 21.30 was het dan voor mij tijd om deze dag van primeurs (verder even samengevat) slaapwel te zeggen. Een leuke dag van bijpraten, andere ritmes en beleven op een andere manier.


    Primeurs van de dag:

    • Niet alleen stappen,

    • Eerste pelgrims onderweg tegenkomen,

    • De ergste regenbui tot nu toe,

    • Enorm lang zoeken naar eten,

    • Eerste keer echte vis op de camino.


    Dag 40: Thiviers-Sorges: 19km

    Een kort maar rustig nachtje. Dankzij de spanning van temptation island kon ik het niet laten om niet 1, niet 2, maar 3 afleveringen te zien. Tegen 8.15 kon ik samen met ons mama lekker ontbijten. Erna even langs de winkel en de bakker waar we de nichten weer tegenkwamen. Een korte babbel over het weer en we gingen elke onze gang. Het weer was goed (af en toe buitje) en de wandelpaden prachtig (weinig macadam). Omdat we genoeg tijd hadden konden we vaak pauzeren. Koekje hier, een brood met kaasje daar. Een fruitje hier, een broodje met worst daar. Het is hier blijkbaar ook de regio van de ganzenlever, dus verschoten we er niet van dat we een ganzenfabriek tegen kwamen. Ik had al veel stinkende dingen geroken, maar dit stond toch mee bovenaan het lijstje. Het was als een kamptoilet of HUDO (hou u darmen open) dat 2 weken in de blakke zon stond. Echt vreselijk! In Négrondes namen we dan een lange pauze om de komende dagen eens uit te dokteren. Een cola en lauwe chocomelk hielpen daarbij. De humor van de caféuitbater liet van zich afweten, maar wij hielden de sfeer erin. Tegen 15.30 kwamen we dan aan in Sores waar we ons konden installeren in de gite van Michel. Een klein aperitiefje in het hotel wat verderop. Alle, geen klein maar een groot pintje. Ondertussen werd ik op de hoogte gehouden door de broer hoe het zat met de Ronde van Vlaanderen. Zo kon ik hem toch een beetje volgen. Tegen 17.30 keerde we terug naar de gite en waren we niet meer alleen. De 2 nichten waren er ook en een derde Nederlandse pelgrim. Wat bijpraten en tegen 19u konden we dan aan een calorierijke maaltijd beginnen. Eerst een frisse salade als voorgerecht, maar dan begon het. Pâte chinoise als hoofdgerecht. Patatten, mais en gehakt met een cremesaus, maar als dessert … een fruittaartje. Niet gewoon fruittaart met een super gesuikerde caramelsaus. Helemaal voldaan hielpen de vrouwen met de afwas en scheef ik mijn blog rustig bij. Tandjes poetsen en tegen 22u bed in. Leuk om anderen tegen te komen en eens niet alleen te stappen, maar ik merk wel dat het schrijven van de blog iets moeizamer gaat omdat je in de dag minder oplet. Een heel andere beleving van de camino, maar wel aangenaam.


    Dag 41: Sorges-Périgueux: 23km

    Ditmaal had ik geen wekker gezet en werd ik tegen 6.45 wakker gemaakt door het gerommel in de kamer. De 2 nichten wilden al om 7u ontbijten en dit was voor de rest geen probleem. Ik sprong uit het stapelbed en was meteen klaarwakker. Het trage ontbijt met geroosterd brood en confituur sloegen een beetje tegen omdat ik het ondertussen toch gewoon was goed en veel te ontbijten. We hadden nog wat eten in de rugzak dus lieten het niet aan ons hart komen. Tegen 8.15 konden we dan vertrekken richting Périgueux. Het was niet warm maar de zon scheen en er was geen wolkje aan de hemel. Het beloofde een prachtige dag te worden. De eerst 17km waren prachtig. Leuke bospaden, geen macadam, lopend tussen de oude muurtjes en het werd alleen maar warmer. Iets voor La Croix du Rat was er een heel speciaal bungalowdomein met allemaal tentbungalows. Nergens een receptie te bespeuren en ergens stond een kleine plakkaat waarop geschreven was: “Welkom aan de wandelaars”. Onderweg waren er ook 2 prachtige kastelen te bewonderen. We kwamen nergens een dorpje tegen waardoor we dus in de bossen in het zonnetje wat pauzes konden nemen. Zo kwamen we telkens Dirk, de Nederlander, tegen. Telkens even korte babbel en dan stapten wij door. Een zalige 17km. De volgende 6km waren niet zo ideaal en ook wat zwaar voor de mama. Een lange saaie macadam naar boven en dan 4km dalen via de macadam tot in Périgueux. Energiek was ze nog, maar de voeten voelden zwaar. Toch waren we al om 14.30 aangekomen en besloten we even uit de felle zon te gaan zitten en een goede pint te drinken. Een rarara, wie kwam daar aan, Dirk. Die zette zich er vrolijk bij en tegen 15u vertrokken we dan samen naar de pelgrimsherberg. Even later waren we er dan, maar voelden al van het begin dat de warmte van onthaal ver te zoeken was. Nog wat administratieve problemen met het stempelboekje van ons mama, maar na veel vijven en zessen konden we ons toch wat opfrissen. Vervolgens bezochten we de stad. In de kathedraal kregen we een gratis uitgebreide informatietour en wisten we weer meteen heel wat meer over deze prachtige byzantijnsachtige kerk. Nog een korte aperitief in het café hiervlakbij en wie kwamen we dan weer tegen: Dirk. Wederom dronken we dan met 3 iets en gingen we samen naar de winkel omdat we samen zouden koken en eten. Teruggekomen in het appartement merkten we da de 2 dames waren aangekomen maar die zouden buiten iets gaan eten. Wij begonnen aan het prepareren van een gigantische salade met sla (logisch), paprika, avocado, radijsjes en een zelf geprepareerde vinaigrette. Heerlijk was dat. Een goede aanvulling op de zware lasagnes uit een pak. Tijdens de afwas kwamen Elisabeth en Marievonne terug en dronken we gezellig samen een tas tisane. Dirk, mama en ik, dekten en versierden de tafel al voor morgen en tegen 21.30 lag iedereen in de eigen kamer om te gaan slapen. Ik schreef nog wat in de blog, terwijl ons mama al goed zat te knorren. Uiteindelijk kon ik dan toch tegen 23u gaan slapen.


    Dag 42: Périgueux-Saint-Astier: 24km

    Vannacht had ik weer heerlijk geslapen. Alleen voelde ik me zo stijf. Ik voelde me dan ook super oud. Misschien kwam dat ook omdat HET MIJN VERJAARDAG WAS, JOEPIE. Oké nee, om 6.30 stond ik helemaal niet stijf en oud op en maakte me klaar voor het ontbijt. Een prachtig versierde tafel. Twee kaarsjes in het brood en zelfs slingers! Dit laatste was een creatie van Dirk met wc-papier, maar het was meer wat ik me ooit kon wensen op deze dag. Met z’n vijven begonnen we dan rustig te ontbijten en tegen 8.20 namen we afscheid van de dames en vertrokken mama, Dirk en ik richting Saint-Astier. Het tempo bij ons mama zat er van in het begin stevig in en al gauw lieten we Dirk achter ons. De eerste 7 kilometer waren niet zo interessant. We moesten de grote stad uit, dus dat betekende veel bebouwde kom. Hierna volgende een paar opeenvolgende klimmetjes en afdalingen. Er waren soms stukken bij waarvan we dachten dat de twee dames met het karretje het moeilijk zouden hebben. Schuine boswegen met veel keien en bladeren zouden een probleem kunnen vormen voor hen, maar ik vond het geweldig. Halverwege namen we een lange pauze van 45 minuten waar we een hert zagen vlak voor Dirk ons kwam vergezellen. We wandelden wederom een stuk samen en na een aantal kilometer waren we weer een stukje voor. In het stralende zonnetje namen we nog een korte pauze juist buiten Gravelle. Hierna begon ons mama te merken dat ze snel begonnen was en temporiseerden we wat. Ik moet zeggen dat ze het goed volhoud. Trotse zoon. De ene al wat afgematter als de andere kwamen we aan in Saint-Astier waar we in de verte een toerist zagen zwaaien. We wuifden vrolijk terug en al gauw merkten we dat dit Jo was. We wisten dit natuurlijk wel want hadden met hem afgesproken. Even op café voor een babbel bij een goede eerste (twee) verjaardagspint(en). Plots was Dirk er weer bij en gingen we allemaal samen met de auto naar de supermarkt voor een lunchpakket voor morgen en zeiden we Dirk gedag. Misschien dat we hem morgen weer zouden zien want hij zou morgen ook in Mussidan blijven slapen, maar ging vandaag nog 2 km verder stappen. Wij vertrokken dan met de auto richting de Chambre D'hôtes van Claudette Delugin (de enige plek die aangeraden werd in alle stapgidsen die ik heb gebruikt of zal gebruiken). Even installeren en organiseren en we vertrokken met de auto terug richting het stadje. Ik vond het als pelgrim niet helemaal kosjer, maar het was mijn verjaardag en het was niet dat ik vooruitgang boekte met de auto. Even wat rondkuieren in de kerk en een aperitief drinken. Tegen 19u kwamen we dan terug aan bij Claudette. Zij was ondertussen aan het koken geweest, en hoe... (ze werd niet voor niets aangeraden). Om 19.30 konden we het in levende lijve ondervinden. Van aperitief tot dessert was alles zelf gemaakt, gekweekt en geprepareerd. Eerst een volle soep met groenten van eigen kweek en gepocheerde eieren, vervolgens een zelfgemaakte paté van eend, dan zelfgekweekte groene kool en zelfgedraaide worsten (die echt overheerlijk waren). Erna volgde een kleine kaastafel met witloofsalade en als afsluiter een kokosflantaart met de gebruikelijke kaarsjes. Wat een heerlijk feestmenu. Mijn maag, net zoals die van mama en Jo waren volledig rond gegeten en konden dan tegen 21.30 naar de kamer. Rustig wat bloggen en dergelijke en tegen 23u kon ik dan gaan slapen. Een unieke ervaring verjaren op de camino. Ik heb er enorm van genoten en vond het enorm tof om dit met mijn ouders te kunnen delen.


    Dag 43: Saint-Astier-Mussidan: 28km

    Na een heerlijke maar gigantisch warme nacht kon ik om 7u opstaan om iets later aan de ontbijttafel aan te schuiven. Het was weer fantastisch! Alles zelfgemaakt en speciaal een cakeje dat we konden meenemen. Met pijn in het hart namen we afscheid van Claudette en konden we om 8u de tocht naar Mussidan inzetten. Geen regen, geen wind en geen zon zorgden voor een magische ochtend. Wel een gigantische mist die de stralen van de zon blokkeerden en die de kerktoren sprookjesachtig boven de stad liet rijzen. Een leuke helling tot aan Château Puy Ferrat en daar zagen we in de verte een andere pelgrim wandelen, hoogstwaarschijnlijk Dirk. Een prachtige eerste 10km, leuke bospaden tussen de loofbossen die leefden. Af en toe zagen we Dirk in de verte wandelen, tot op een bepaald moment. Hij wist niet goed naar links of rechts te gaan, maar met mijn oriëntatieskills die ik geleerd heb bij de scouts konden we allemaal samen de juiste weg inslaan (rechts). Bij een klein stroompje met een mooi gemetst muurtje konden we gezellig voor de eerste keer wat kaas, worst en brood eten. Dan volgde de volgende 10km. Een mooie brede halfverharde weg tussen de dennenbossen. Bij het jagershutje onderweg stopten we even zodat we alle 4 terug samen waren. Doordat we samen waren en eigenlijk niet meer zo goed opletten, raakten we van de route (althans dat dachten we toch). Zo moesten we wel door Douzillac waar we de markering terug vonden. In het café tegenover de speciale, maar mooie, kerk namen we een tweede pauze voor een koffie/cola en taart. Zo konden we even onze voeten laten rusten. Eenmaal de wind begon op te zetten werd het plots heel fris en besloten we verder te stappen. De laatste 8km waarbij Jo zich volledig liet gaan als vuilnisman. Dan een pittige klim die gevolgd werd door een lange mooie weg. Wederom een halfverharde brede weg met loof en naaldbomen aan weerszijden. Met de felle zon in het gezicht en het verkoelende windje was het heerlijk te stappen. Vlak voor het betreden van de bebouwde kom hielden we op een mooie picknickplek een inzetten tot in Mussidan. We volgden het kiezelfietspad langs het water en kwamen uiteindelijk tegen 16u aan. Op zoek naar een gezellig café was onze eerste taak, maar tevergeefs. Er was enkel een klein kroegje op de hoek van de 2 hoofdstraten. Dirk trakteerde en we namen afscheid tot de volgende dag. We sliepen namelijk op andere plekken. Wij drieën gingen dan nog even langs de rare communistische winkel naast het café en zochten een restaurant voor vanavond. In tegenstelling tot in Thiviers, hadden we dit heel snel gevonden. Om 18u konden we dan binnen bij onze B&B. Bij de hypnotherapeute namen we een goede douche en maakte we ons klaar voor het avondmaal. In het restaurant over het water kregen we een grote eetsoep, quiche, worst, patatjes, rosbief, ratatouille en een dessert naar eigen keuze (île flottant en chocomousse) voor een spotprijs van €13. Helemaal voldaan, want we kregen zelfs niet alles op, keerden we terug naar de hypnotherapeute om ons bedje op te zoeken. We waren allemaal blij te kunnen gaan slapen. Ik schreef nog wel eerst in mijn blog en skypte met het thuisfront vooraleer ik in bed kroop. Helemaal doodop op viel ik tegen 22.30 als een blok in slaap. Opladen voor de laatste dag waarbij ik niet meer alleen stap met bekende gezichten. Het zal terug wennen zijn binnenkort.


    Dag 44: Mussidan-Saint-Foy-la-Grande: 34km

    En niet zo denderende nacht door de nachtelijke slaapgeluiden van mama en Jo. Ik heb het over snurken en raar ademen. Ik was om 6.45 wel klaarwakker dus konden we samen om 7u gaan ontbijten. We wilden namelijk vroeg vertrekken want hadden een lange etappe voor de boeg. De eerste 3 uren waren koud maar gingen fantastisch. Vlak buiten het dorp kwamen we Dirk weer tegen. Op de bergop lieten we hem enkele meters achter ons maar 3u later op onze eerste was hij slechts 10 minuten achter. Hij stapt enorm goed. Ik verschiet ervan. Mits wij al even zaten, lieten we Dirk zitten en vertrokken wij al naar de volgende rustpauze. 11km langs de macadam. Niet recht op recht maar langs open velden en bossen met heel veel afwisseling. Het was wel de eerste keer dat het opviel dat de natuur zo hard begon te veranderen. Door de harde regen van vorige week en de stralende zon de voorbije dagen en vandaag had de natuur een enorme groeishot gekregen. Enorme kleurschakeringen in het groen sprongen in het oog. Varens die begonnen te groeien langs de kant van de weg en loofbomen die van blaadjes wisselden. Op een paar dagen tijd was de natuur enorm veranderd. Prachtig om dit mee te maken. Aan de vijver ten noordoosten van Monfaucon namen we een tweede pauze, geen cafetaria open van de camping dus gewoon ontspannen aan het meer. Jo deed een dutje, mama deed haar schoen uit en ik genoot van het lekkere stokbrood en worst. Niet veel later kwam Dirk weer aan. Vanaf daar was het nog 13km en was het 13u. Met zijn vieren begonnen we eraan. Iedereen liep om toer eens vooraan of achteraan maar bij de grote helling werden we opgesplitst in 3 groepjes. Jo en Dirk apart, maar ik bleef bij ons mama om ze wat mentale steun te geven. Eenmaal boven begonnen de voeten van ons mama teveel zeer te doen en schakelde ze over naar de immer elegante look: sokken in sandalen. Het hielp in ieder geval en zo konden we dan toch de laatste 6km inzetten. Nog een pittige maar prachtige afdaling en voor we het wisten waren we rond 16u in Sainte-Foy-la-Grande aangekomen, waar we een leuke babbel hadden met een Amerikaanse lieve oma van 87 jaar.  In het stadje hadden we een aantal taken te volbrengen.

    • Taak 1: stempel halen in het gemeentehuis.

    • Taak 2: een verdient pintje drinken op een gezellig terrasje in de zon

    • Taak 3: inkopen doen voor morgen

    • Taak 4: treintickets kopen voor de ouders. Zij zouden morgen vertrekken. Het zal raar zijn.

    • Taak 5: naar de B&B gaan en ons installeren. Hier had ik touche van een geweldig oud vrouwtje. Ze was enorm in de ban van me en het leek alsof mama en jo niet meer bestonden. Echt heel schattig hoe ze bezig was.

    • Taak 6: pizza en moelleux geen eten bij de pizzeria. Een super toffe bediening, lekker pizza's en een gezellige sfeer. Een geweldig laatste avondmaal met de ouders. Ik zal het toch wat missen.

    • Taak 7: het avondritueel volbrengen en gaan slapen tegen 23u.

    Het waren een prachtige 6 dagen. Een kleine luxeperiode voor tijdens de verjaardag. Het heeft me opgeladen om verder te gaan, maar zal afgelopen week niet snel vergeten en het misschien zelfs missen. Bedankt mama en Jo !

    06-04-2017 om 22:41 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    29-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Saint-Marcel tot Limoges: 5 dagen, 163km

    Dag 32: Saint-Marcel-Crozant: 42km

    Geen geweldige nacht. Niet zo lang geslapen en niet zo diep. Het deed dus toch pijn om tegen 7.45 op te staan. Er was niemand te bespeuren dus in ontbloot bovenlijf even boodschappen gaan doen in de badkamer en bij het verlaten van de kamer kwam Françoise in de gang. Ze keek snel weg, maar ik zag duidelijk dat ze geïmponeerd was door mijn tempel van een lichaam. Tegen 8.20 kon ik dan mijn ¾e baguette met confituur binnenspelen. Zak inladen en de tocht richting Crozant kon tegen 9.40 beginnen. De eerste 12km waren verschrikkelijk. Ik geraakte niet in mijn ritme. Eerst langs de bakker, dan nog even passeren langs de Carrefour, maar dan begon de miserie pas echt. Neen, ditmaal niet het weer, maar het verschrikkelijke feit dat alles lastig deed. Eerst zaten mijn steunzolen niet goed, dan mijn jas, dan de rugzak, vervolgens mijn onderbroek, dan mijn broek, dan terug mijn steunzolen, dan de hoogte van de stokken,… Echt hatelijk dat ik om de 10 a 20 minuten moest stoppen om alles terug deftig te steken of in te stellen. Maar na die 12km, aan de Barrage de la Roche Bat l’Aigue, zou de hele toch een nieuwe wending krijgen. Om verder te kunnen moest ik een prachtig pad volgen. Alles was begroeid met heldergroen mos en een klein stroompje dat stilletjes tussen de rotsen gleed. En dat was maar één deel van het wonder. Het pad naar boven was gewoonweg zalig. Heel stijl, stukken met modder, bij andere delen met trappen voorzien en vooral klauterwerk met de handen en voeten om toch boven te geraken. Heerlijk gewoon. De “verloren” tijd van ervoor was ik helemaal vergeten en de komende 3km vond ik een geweldig ritme. Zalig wat zo een helling en een stukje natuur met een mens kan doen. Je voelt je één met de natuur, zweetdruppels lopen langs je voorhoofd van de pittige inspanning en voelt je gewoon herboren. In Gargilesse at ik mijn eerste deel baguette met choco en appelsien op en haaste me snel op weg om die goede vibe te behouden. Een 20 minuten stijl naar boven langs een smal macadametje en dan een lang stuk tussen de velden. De zon begon erdoor te komen en al gauw werd de vest aan de rugzak gehangen. Het volgende uur was misschien zelfs nog zaliger als die geweldige helling van de voormiddag. Ik volgde voor het grootste deel de Historische Vezelay Route (HVR) en week af en toe hier van af door de GR654 te volgen. Op het moment dat de HVR richting Cuzion ging, nam ik de GR langs de La Creuse. Magnifiek gewoon. Langs de bergwand stijl klimmen en dalen en het privilege hebben om te kunnen genieten van magische uitzichten. De paden waren net breed genoeg voor 1 persoon en er waren weer stukken bij om van te smullen. Modder, klauterwerk, kliffen en afgronden. Wat genoot ik hier toch van. Op de eerste point de vue was ik getuige van een geweldig prachtig natuurfenomeen. Er waren 4 buizerds of valken (ze waren ver weg dus kon ze moeilijk identificeren) aan het vliegen door de vallei tot er plots één naar beneden zoefde en iets ving tussen de bossen. Vervolgens vloog hij terug naar boven en liet hij datgene wat hij ving naar beneden vallen. Of het inderdaad een muis was weet ik niet, maar ik vermoed niet dat het een exotische noot was dat hij probeerde te kraken. Met een geweldige glimlach wandelde ik langs het prachtige pad van uitkijkpunt tot uitkijkpunt. Uit geluk liep ik soms de helling af, sprong als een bok van rots tot rots en genoot van de prachtige uitzichten die Moeder Natuur ons heeft gegeven. Ik kan het gewoon niet beschrijven hoe prachtig dit allemaal was. De tijd leek gewoon stil te staan. Aan Pont des Piles nam ik terug een stukje chocobaguette en een tweede appelsien. Bij het kijken in de stapgids merkte ik op dat er voor het volgende stuk 2 mogelijkheden waren. De HVR van 11km of de GR654 die wat langer was (hoeveel wist ik toen nog niet). Ik moest niet te lang nadenken en nam de HVR. Nene, natuurlijk nam ik de GR-route. Nu had ik jullie lezers goed beet hé. Alle, genoeg gelachen. Althans dat dacht ik toch want het lachen zou de komende kilometers niet ontbreken. De GR-route langs de oostelijke kant van het meer van Eguzon was ook weer fenomenaal. Het pad dat ook door mointainbikers gebruikt wordt had alles weg van een enorme speeltuin. Rotsen, modder, de zon die glinstert in het lichtgolvende meer, bruggen over kleine stroompjes, watervallen, omgevallen bomen, schuiven, vallen, klauwteren, lopen en springen, het was puur genieten. Het was geen tocht voor watjes want af en toe voelde ik het melkzuur in de benen opborrelen (of dit correct is wat ik zeg weet ik niet, maar ik zeg het toch zo). De geweldige route werd aan het strand van Bonnu even onderbroken. Ik moest op de macadam wandelen maar besloot aan het strand mijn laatste chocobaguette en appelsien op te eten. Ik had dit plekje niet zomaar gekozen. Er was namelijk een wedstrijd bezig op het strand. Een nationaal kampioenschap van de derde divisie. Een hele eer om hier toch een half uur van te genieten. Maar wat was er nu gaande? Het was een viswedstrijd. Na de vangst van een paar niet indrukwekkende vissen keek ik op de klok en zag dat het 16.40 was. Ik dacht dat de tijd had stil gestaan maar dat bleek dus niet zo. Ik had nog 7km te gaan (had ondertussen ergens een bord gevonden me de afstand en de GR-route was 8km langer) dus vertrok voor het laatste stuk richting Crozant. Wederom prachtig. De avondzon scheen zalig in het gezicht en de paden deden me denken aan de prachtige wandelingen aan de Tarn toen ik klein was. Uiteindelijk kwam ik tegen 18u aan in Crozant waar ik bij het plaatselijk café een pintje ging drinken als beloning van mijn tweede marathon. Ik vroeg er ook meteen de sleutel van de pelgrimsherberg. Na een zalige douche had ik het plan om zelf iets te koken, maar ik had hier absoluut geen zin in, dus deed ik dat ook niet. Ik ging naar het cafeetje en kreeg voor €14 een gigantische portie frieten, een miljoen boontje en een gigantische entrecôte, bleu zoals het hoort. Met een volle maag vol vitaminen, proteïnen en heel den bazaar, kon ik tegen 21u naar mijn herbergje gaan voor het avondritueel. Het nazien van de foto's was geweldig en het schrijven van de blog moeilijk. Voor de schoonheid, pracht, fysieke uitdaging, rust, stilte en het genot van vandaag bestaan er gewoonweg niet genoeg woorden. Misschien wel de prachtigste dag tot nu toe.


    Dag 33: Crozant-La Souterraine: 26km

    Na een rustige nacht was het toch vreemd om op te staan. Ik merkte het dat het uur was veranderd en had dus een uur minder slaap dan gepland. Vanaf ik uit mijn slaapzak was gekropen ging het wel alleen maar beter en beter. Er heerste nog een lichte stijfheid in de benen. Niet één waarvan je mank loopt maar één die je aangenaam voelt trekken als je je beenspieren opspant. Om 8.15 ging ik naar de bakker voor een ongesneden granenbrood (ze hadden geen snijmachine) en keerde terug naar de herberg om te ontbijten en mijn boterhammen te smeren voor de middag. Tegen 10u was ik dan helemaal gepakt en gezakt, klaar om te vertrekken. De eerste kilometer was prachtig. Lang een bosweggetje naast de La Sedelle. Een prachtige rivier met grote rotsblokken bedekt met glibberig mos en algen. Na die kilometer kwam er weer een punt waar ik moest kiezen tussen de HVR en de GR. Ditmaal verkoos ik dan toch de HVR omdat deze minder lang was en omdat ik gisteren een pittige etappe had gedaan. Haha, Nene zot, ik heb natuurlijk gekozen voor de langere GR-route. Nu had ik jullie een 2e keer beetgenomen e. Anfin, de zon was zalig aan het schijnen en ik wilde echt in de natuur lopen en niet over de macadam. Het begon met een pittige helling naar boven die de stijfheid in de benen helemaal deed verdwijnen. Vervolgens was het afdalen tussen de velden en de oude, uit steen vervaardigde, muurtjes tot aan de La Sedelle. Nog even stijgen terug tot in, wat ik dacht een Gallische stad te zijn, Villemoneix. Een gewoon boerendorpje, niets Gallisch aan. Ik zocht me er een bankje uit en at de eerste reeks bokes met hesp op. Lang genieten deed ik niet want wou genieten van het zalige weer en het wandelen. Het volgende stuk was ook weer prachtig. Zalig zonnetje en magnifieke landschappen. Al dit moois kleurde de wandeling extra hard. Het mooiste van dit stuk waren ongetwijfeld de 7 reeën die in het veld stonden te grazen en bij mijn aankomst vrolijk weg huppelden. Als ik de GR niet had gevolgd had ik dit mooie plaatje misschien gemist. Al weet ik niet wat ik op de HVR zou gezien hebben. Zo kwam ik dan aan in Saint-Germain-Beaupré. Op het pleintje voor de kerk at ik de rest van de bokes op en deed een klapke met een vriendelijke pessimist. Hij vond het chapeau dat ik de weg naar Compostella wandelde, maar dacht niet dat ik het zou kunnen, voor mij is dat alleen maar extra motivatie. De laatste 10km (de GR en HVR liepen samen) tot in La Souterraine waren ook weer ontzettend mooi, alleen begon de hitte vrij zwaar te worden. Insmeren en buff aan voor de nek te beschermen. Tegen 16u kwam ik dan aan in La Souterraine waar ik niet zo vriendelijk ontvangen werd. Een kraai vloog over en besloot zijn boodschap te doen. Alle geluk was het 5 cm naast me. Na een kort bezoekje aan de kerk genoot ik nog even in het zonnetje en kwam om 17u aan op de plek waar ik zou slapen. Hier leerde ik Claudine kennen. Een vriendelijke mevrouw die me in dit magnifieke weer een pintje aanbood. Tijdens het praten vroeg ik wat haar beroep was en ze antwoordde: “dit hier”. Ik vond het enorm raar dat een particulier haar brood verdient met de donaties die ze krijgt van pelgrims. Achja, dat was niet mijn zorg. Ik nam een douche, waste mijn kleren en hing ze voor het eerste maal deze tocht buiten te drogen in de zon en de wind. Ondertussen keek ik nog wat in mijn stapgids voor de volgende etappe terwijl de zachte avondzon op mijn gezicht straalde. Hierdoor straalde ik nog meer.Tegen 19.30 ging ik dan via de voordeur binnen om te gaan eten en daar viel mijne frank, alle euro e. Er stonden prijzen op van maaltijden, verblijven en pelgrimstarieven. Ik sliep dus niet bij particulieren thuis maar in een chambre d'hôte (foutje in de gids). Achja het was nu zo en besloot dan maar te genieten van het lekkere avondeten. Een Kirr, doritos chips natuur, aardappelsoep, aardappel/kaas/room-puree, worst, wijn, kaas, brood, pudding, koekjes en een infusion. Wederom lekker gesmuld en vele calorieën binnen gepakt. Ik repareerde mijn slaapzak nog even omdat er een klein scheurtje onderaan was en zo kon ik na mijn avondritueel tegen 23u mijn bed inkruipen.


    Dag 34: La Souterraine-Châtelux-le-Marcheix: 38km

    Heerlijk geslapen. Mijn systeem was het nieuwe uur bijna gewoon en het bed lag zalig. Om 8.15 kroop ik er uit en maakte meteen mijn zak omdat ik niet in de chambre d'hôte zou ontbijten. Ik rekende af met Claudine en vertrok tegen 9u naar de Carrefour die 1,5km uit de richting lag. Wat fruit, wat kleine baguettes en een pot choco waren de extra kilo's die ik ging meezeulen. Ik zette me buiten op en bankje om mijn eerste baguette op te eten en onderweg 2 bananen. Ik had vandaag niets gepland of nog niets vastgelegd om te slapen. Ik belde dus wat nummers op die in de stapgids stonden voor een slaapplek vanavond. Nergens plek in Saint-Goussand, nergens plek in Arrènes, niemand die opnam in Châtelux Le Marcheix, te dure plekken in La Besse en in Billanges nam ook niemand op (deze 2 laatsten waren wel enorm vee stappen). In heel deze chaos merkte ik dan 2 kilometer verder dat ik mijn stokken vergeten was bij het bankje bij de Carrefour. De eerste auto die passeerde hield ik tegen en vroeg voor een lift. Direct prijs en ze zette me af vlakbij het bankje. Wat had ik geluk, ze waren er nog. Geen goed begin van de dag. Ik ben niet echt bijgelovig maar had deze ochtend mijn gekregen ketting niet aan en ook niet mijn sint-jacobsschelp. Het zou een warme dag worden en wilde daarom niet te veel aan hebben. Ik besloot al snel de 2 kettingen uit de rugzak te pakken, aan te doen en te beginnen stappen. Zo begon mijn wandeling om 10u terug opnieuw. Tweede keer, goede keer. Het eerste stuk tot in Chamborand was zalig. Een niet te warm zonnetje langs een klein macadammetje. Daar at ik dan mijn tweede chocobaguette op. Ik wist dat ik Arrènes moest passeren en zag een bord staan richting daar. Ik dacht zelfs niet na en volgde de weg. Na enige tijd viel me ineens op dat er geen signalering meer was van de route en dat ik ook van de kaart was geraakt. Het was wel een mooie route. Uitgestrekte glooiende landschappen en een zon die toch wat feller begon te schijnen. Ik vraagde aan passerende auto's de weg richting Arrènes en kwam daar dan uiteindelijk aan tegen 15u. Er was geen plek in het dorp om te slapen dus had me voorgenomen om verder te stappen in Châtelux. Hier had niemand opgenomen, maar dat wil niet zeggen dat er geen plaats was. Voor ik vertrok speelde ik nog een proteïnenbar, banaan en energiereep binnen omdat de volgende 4 kilometer pittig gingen worden. Even wat fris water vragen, de voeten luchten en tegen 15.20 begon ik het volgende stuk. Ik moest 300m stijgen en begon er vol goede moed aan. De eerste 2km vielen mee. Licht hellend, een makkelijk begaanbare weg maar een felle zon. De laatste 2km waren net iets pittiger. Het werd een pak stiller en er waren veel losliggende keien verstopt onder het verdorde bladerdek maar er was beschutting van de zon tussen de bomen. De verzuring begon in de benen te kruipen, het zweet druppelde lang mijn gezicht naar beneden, de tanden fel op elkaar gebeten en af en toe een kreet om mezelf te pushen. Het deed pijn, maar voelde me zo levend. Heerlijk gewoon. Ik had natuurlijk ook rustig naar boven kunnen wandelen, maar dit wou ik niet dus deed dat ook niet. Eenmaal boven in Saint Goussand, bijna badend in het zweet, kon het geluk niet op. Ik had namelijk ergens op de helling mijn eerste 1000km afgerond! Zalig, nog maar 1500 te gaan… Ik beloonde mezelf met een derde chocobaguette en zette om 16.20 het laatste stuk in richting Châtelux. Zes kilometer naar beneden. Dat ging vlot, alleen moest ik wel opletten voor de enkels want er lagen heel veel losliggende keien, blij dat ik de stokken nog had. In Châtelux-le-Marcheix begon de zoektocht naar een slaapplek. Er was een pelgrimsherberg en 3 B&B’s. Ik vraagde aan een aantal mensen waar de herberg was en na nog geen 10 minuten zoeken was ik er gearriveerd. Een volledig uitgeruste herberg waar ik dan om 17.45 eindelijk kon uitblazen. Nog een laatste uurtje genieten van de avondzon en dan tegen 19u naar binnen voor een douche en wat te koken. Rarara, spaghetti bolognese. Na de afwas en de tanden gepoetst te hebben kroop ik om 22u mijn hygiënisch bed in. Er waren namelijk wegwerphoezen voor de matrassen en de kopkussens voorzien. Vanaf nu ook besloten om de kettingen altijd aan te doen.


    Dag 35:Châteaux-la-Marcheix-Saint-Léonard-de-Noblat: 32km

    Zalig geslapen en vandaag was mijn systeem het nieuwe uur helemaal gewoon. Tegen 8.30 uit bed, at een slappe baguette met choco (na deze nog 2 te gaan) en een banaan. Net voldoende energie voor het eerste stuk van de tocht. Na een klein half uur merkte ik dat ik weer iets vergeten was. Ik was de vuilzak vergeten buiten zetten. Ik had er niet veel in gedaan dus besloot verder te stappen. Volgende keer denk ik eraan, want al je iets eenmaal vergeet ga je er achteraf extra op letten (ketting, stokken,...). Na een vijftal kilometer kwam ik aan een bocht waar een klein beekje onder stroomde. Langs dat beekje liep een klein paadje. Ik wist niet waarheen dat leidde maar mijn instinct zei: Volgen! Zo week ik af van de route, wat nog 5km macadam was, en stapte ik in het onbekende. Wat een prachtbeslissing. Een klein modderpad dat van de linker- naar de rechteroever van het beekje slingerde. Er waren een aantal motorsporen die me de weg wezen, al vroeg ik me af of deze vaak bereden werden én of het praktisch was hier te rijden. Niet mijn zorg. Het pad ging soms de heuvelwand op maar zolang ik het beekje hoorde was ik gerust. Stroomafwaarts is altijd slim. Je komt uiteindelijk altijd iets van beschaving tegen, een kleine beekje voedt normaal gezien een grotere rivier, dat op een bepaald punt naar een dorp leidt. Al gauw wist ik me te oriënteren want kwam bij Le Thaurion uit. Een mooi stukje rivier met een ongerepte natuur langs de oever, losstaand van het smalle pad natuurlijk. Hier had ik dan mijn dichtstbijzijnde ontmoeting met een hert. Ik zag hem niet en hij zag mij niet. Toen ik even pufte en alle spinnenwebben van het gezicht wreef keek het op en sprong weg. Dat gebeurde allemaal op minder dan 1,5m van me. Ik kon niets anders dan perplex blijven staan. Mijn ogen volgden de sierlijke sprongen die de heuvelwand op gingen. Op een bepaald moment, 10m verder bleef hij op een uitstekende rots staan en keek me nog eens diep in de ogen, kippenvel. Na een luide kreet, zoals je het beeld hebt bij een wolf die jankt op een rotsblok, sprong hij verder de bossen in en zag ik hem niet meer terug. Ik stapte verder en kwam inderdaad op een bepaald moment een brug tegen en zag een plakkaat staan richting Les Billanges, een dorp waar de HVR ook langs liep. Ik volgde de macadam naar boven en met het afgelopen magische uur in de gedachte was ik er voor ik het besefte. Hier at ik dan mijn voorlaatste chocobaguette op, smeerde me in tegen de zon en zette de tocht voort. De eerste 5km waren niet zo aangenaam, een grote macadam tot aan Le Pont du Dognon. De 5km daarop waren dan weer wel zalig. Continu bergop in het zonnetje tot in Le Châtenet-en-Dognon. Deze keer beklom ik de helling wel rustig aan en kon boven op het gemak de laatste chocobaguette en banaan opeten. Vanaf daar was het nog 11km tot in Saint-Léonard-de-Noblat. De zon scheen fel en de weg was aangenaam, soms macadam, soms graspaden, bergop en -af, links en rechts,... een weg die leefde. In de verte zag ik soms de klokkentoren piepen boven de bomen.  Tegen 16u kwam ik dan aan en zocht de pelgrimsgite op. Wat voor een gite was me dat, €10 voor een slaapplek, wasmachine en een voedselkast waar we gratis gebruik van mochten maken. Ik had mijn eigen eten al mee maar besloot wel in de groentewinkel nog wat extra gezonde vitaminen te kopen, deze waren namelijk niet beschikbaar in de gite. Ik kreeg van de sympathieke uitbater nog een gratis gezond dessert mee, een peer. Snel een pintje en tegen 18.00 keerde ik terug naar de herberg voor de was te doen, mijn eerste blein/blijn (iemand help weet niet welke van de 2) en wat te koken. Deze keer was het wel echt culinair. Het zag er niet zo uit, maar voelde wel zo. Eerst in hete olie de ajuin bakken, vervolgens een hele courgette en 10 grote boschampignons erbij kieperen. In een andere pan met hete olie de kippenblokjes uit blik krokant aanbakken terwijl de pasta in het gezouten water werd gekookt. Eenmaal de groenten en kip waren gebakken, alles in een grote pan, goed wat room bij voor de calorieën en afkruiden met peper, zout en provencaalse kruiden. De afgegoten pasta dan mee in de pan, omroeren en smullen maar. Met een lekker glaasje grenadine en een sappige peer als dessert voelde ik de energie terug in mijn lichaam kruipen en besloot in de zetel rustig mijn blog bij te werken en wat te lezen in het gastenboek. En ja hoor, de volgende pelgrim was dichtbij. Iemand -kon zijn naam niet lezen- van ergens -kon het land ook niet lezen- was hier vanochtend vertrokken -de datum kon ik wel lezen-. Het zou niet lang meer duren of ik kom mij collega's tegen. De was drogen en tegen 22u kroop ik mijn bed in. Wat een heerlijke 4 dagen al!


    Dag 36: Saint-Léonard-de-Noblat-Limoges: 25km

    BAM..., BAM..., BAM..., BAM..., BAM… 5u en de eerste keer dat de klokken luiden, even iets drinken, omdraaien en verder slapen. BAM..., BAM..., BAM..., BAM..., BAM..., BAM..., BAM… 7u, die van 6u had ik blijkbaar niet gehoord. Rustig nog wat snoozen en tegen 8u naar de bakker om wat brood te halen. Eten kopen als je honger hebt, nooit een strak plan. Een dikke grote granenbaguette en een klein brood. Op zich valt dat mee maar had nog vanalles in de herberg liggen. Eenmaal terug in de herberg kon ik mijn bovenste broekknop los doen en beginnen eten. 2 broden, 20 sneetjes salami, een omelet met 4 eieren en een avocado. Natuurlijk kreeg ik niet alles op, maar had nog ruim voldoende over om als lunchpakket mee te nemen. Tegen 9.30 was ik dan eindelijk de baan op en eigenlijk was enkel het begin aangenaam. Een kort maar pittig klimmetje tot in Chigot. Vanaf dan was het eigenlijk niet zo speciaal. Constant langs de macadam of groene berm richting Limoges. Enkel in Aureil nam ik een korte pauze om iets te eten. In de kerk, die ik even bezocht, stond een plaat waarop stond dat het nog 1422km was tot in Compostella. Maar via welke route stond er niet bij. Achja, het korte in ieder geval. Tegen 14u kwam ik aan in Limoges deed een klapke met iemand aan de kathedraal. Erna dropte ik mijn rugzak en stokken bij de Franciscanen zusters. Hop naar het office du tourisme en ik kon in een broeiende zon de stad verkennen. Leuke stad, mooie pleinen en kerken. De moeite om eens een dagje rond te kuieren. Ook hier kwam de goede scout en pelgrim in me naar boven. Ik had nog een aantal boterhammen met salami en gaf deze aan een arme man die samen met zijn hond stond te bedelen. Een clementine moest hij niet hebben maar was blij hem voedsel te hebben gegeven. Ik vind het altijd lastig om geld te geven want dat gaat soms naar de verkeerde dingen. Ik passeerde wat later langs een trekkingswinkel waar ik mijn bijna versleten schokabsorbetende zolen kon vervangen. De nieuwe zolen zaten zalig en waren eindelijk diegene die mijn broer had aangeraden (sidas). Even een cafeetje opzoeken om te skypen met de mami en kon tegen 17.30 naar het klooster gaan voor een heerlijke douche. De zon scheen nog fel, dus besloot hiervan optimaal te genieten in de Jardins de l’Évêché. De grassprieten tussen te tenen, een frisse bries die de zon wat deed afkoelen en wat rustige muziek. Gevaarlijk om niet in slaap te dommelen, maar ideaal om te ontspannen. Vanaf het te fris begon te worden keerde ik terug naar het klooster om wat te koken. Spaghetti met provencaalse saus. Ik had dit gekozen om eens geen bolognese te moeten eten, maar volgende keer grijp ik er toch terug naar. Het was geen topper. Wel voldoende gegeten om de krachten bij te vullen. Tegen 21u zocht ik mijn kamer op, volbracht het dagelijkse avondritueel en ging slapen.

    29-03-2017 om 21:15 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    24-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Bourges tot Saint-Marcel: 4 dagen, 121km

    Dag 28: Bourges-Chârost: 30km

    Een vreselijke nacht achter de rug. Om de 2u wakker worden is echt hatelijk. Tegen 7.30 was ik dus ook enorm blij de wekker te horen. Het inladen van de zak stond als eerst op de planning van de dag. Ondertussen begon Jacqueline wederom zorgeloos het ontbijt klaar te maken. Za-lig! Spiegeleieren was juist hetgeen wat ik nodig had om de nacht achter mij te laten en de dag te beginnen. Tegen 8.30 begon de wandeling richting Chârost. Het was rustig aan het regenen en duurde wel even vooraleer ik Bourges goed en wel achter me had gelaten. Het kopen van een granenbaguette en het instellen van de stapstokken, wat me zeker 20 minuten duurde, zorgde een beetje voor de “vertraging". Niet dat ik in tijdnood ging zitten hoor. De eerste 8km van de dag waren maar saai. Heel de tijd door de buitensteden van Bourges en door de regen die wat beter zijn best begon te doen. Toch al redelijk nat kwam ik aan in La Chapelle-Saint-Ursin waar ik een eerste pauze pakte. In het bushokje voor de kerk (om te schuilen voor de regen) pakte ik mijn verse baguette en choco om wat calorieën op te nemen, maar bij het scheuren van het brood merkte ik dat er iets niet klopte. De binnenkant van het brood zag geel. Ik rook eraan en ja lap, net wat ik dacht. Was ik toch zo slim geweest om een baguette me currysmaak te kopen. Wie maakt dat zelfs en wie koopt dat zelfs (expres). Achja, ik ging het niet aan mijn hart laten komen en besloot het gewoon te proberen. Choco op het currybrood was een aangenamere verrassing als verwacht. Al gauw nam ik nog een stuk, maar begon de kou te voelen. Ik besloot dus snel verder te stappen om het wat warm te krijgen. Het warmde me wel op, maar dit was het verschrikkelijkste stuk van de tocht tot nu toe. In de gietende regen langs de grote baan tussen allemaal bedrijven en fabrieken. Dit zorgde dus ook voor een grote hoeveelheid vrachtwagens die een gigantisch hoeveelheid wateropspattingen en nevel veroorzaakte. Er was ook geen ruimte om verder in de groene berm te lopen want dan liep ik in de gracht en zou ik tot aan mijn schenen in het water staan. Ik probeerde dit stuk zo snel als ik kon af te werken. Het kleine stukje bos van 1km zorgde toch nog voor een beetje plezier. In Villeneuve-sur-Cher zocht ik het plaatselijke café op aan de kerk om te vragen of ik er mijn boterhammen mocht opeten. Geen probleem en ik was blij dat ik dat niet moest doen in de gigantisch harde regen. Respectvol als ik ben bestelde iets om te drinken om hier toch niet zo even rap-rap te eten en alles nat te maken. Een goedgevulde theekan, met thee weliswaar, zorgde dat ik me van binnen toch ook een beetje kon opwarmen. Tegen 13u kon ik dan het laatste stuk inzetten tot Chârost. Er waren 2 keuzes: ofwel langs de drukke D16 (10km) ofwel  een stuk langs de GR41 (14km). Ik koos voor het langere traject omdat ik echt geen zin had om 2u langs een drukke te wandelen. Dat betekende wel dat ik ongeveer een uur langer in de verschrikkelijke regen moest stappen, maar vond dat het wel waard. De eerste 2km waren wel gelijklopend over de drukke baan. Op dit stuk had ik weer een enorm unieke ontmoeting. Een groene Ford zoefde voorbij en stopte 20 meter voor me. Een dame stapte uit met een metalen koekendoos en gaf me een heleboel snoepjes, chocolaatjes en een Joker (van een boek kaarten, ze had er wel 50 in het doosje zitten). Het zou me geluk brengen als ik deze bij me zou hebben. Ze stond er ook op me iets te geven voor te drinken. Ze rende terug naar de auto, begon wat te rommelen en kwam met een drankje terug. Ze nam eerst zelf een slok om te laten zien dat het geen vergif was en gaf me het flesje. Het had een heel aparte smaak (ik vermoed iets met cocos en andere kruiden) maar als het mij zou doden, haar ook. Niet iets om in grote hoeveelheden van te drinken, maar door af en toe een slokje nemen viel het best mee. Toen ik haar wilde bedanken, onderbrak ze me, kuste mijn hand en zei: “Het ben ik die u moet bedanken”. Ik snapte niet goed waarom maar voor ik het wist was ze vertrokken. Ik zette mijn tocht verder en kwam uiteindelijk zeik, maar-dan-ook-echt zeiknat aan in Chârost waar ik bij het gemeentehuis de instructies kreeg voor de toegang tot de pelgrimsherberg. Een enorm mooie, propere en afgewerkte herberg boven een klein schooltje was de plek waar ik me eindelijk kon opwarmen. Alles rustig uitladen, een heerlijk warme douche nemen en de natte kleren wassen en drogen. Een tijd geleden had ik ook wat zoute chips gekocht en besloot me op deze manier even te verwennen. Thee en zoute chips, een aperitief als een ander. Tegen 19u begon ik dan wat te koken. Natuurlijk weer haute-cuisine. Spaghetti, en neen deze keer geen bolognese, maar carbonara uit een potteke. Met een zure mandarijn als dessert was het avondeten afgerond en moest iets zoeken om me bezig te houden want begon me te vervelen. Ik was aan het ijsberen door het klein appartementje, had wel 10 keer naar de grote kaart gekregen om te zien hoe ik al gewandeld had en nog moest wandelen en had al mijn spullen al geordend en klaargelegd voor morgen. Zolang ik bezig ben is het niets, maar het is vaak na het avondeten dat het besef telkens terug komt. Helemaal alleen, niemand om deze unieke ervaring te delen. Het is hard maar dat maakt denk ik de camino net zo mooi. Na een eenzame en stille avond kroop ik tegen 21u mijn bed in, in de hoop beter te slapen als afgelopen nacht.


    Dag 29: Chârost-Neuvy-Pailloux: 28km

    Wat een zalige nacht. 10u bijna non-stop geslapen. De temperatuur was perfect om op te staan en toen ik door het raam keek, werd mijn glimlach alleen maar groter. Geen wolkje aan de lucht, een helderblauwe hemel en stralende zon. De dag was dus goed begonnen. Ik maakte wat thee klaar en kon aan de ontbijttafel aanschuiven. Currybrood met choco aangevuld met 5 chocoladebroodjes en een mandarijn. Rustig op het gemakje de zak inladen en kon dan tegen 9.30 de volgende dag beginnen. Er heerste wel een fris briesje dus was blij mijn vest en sexy panties te hebben aangedaan, maar na een uur stappen was dit niet meer nodig. Vest en panties uit en laat die kleur maar komen. 1,5u wandelen tussen de velden in een zalig zonnetje zorgde ervoor dat het verschrikkelijke weer van gisteren al gauw werd vergeten. Tegen 12u kwam ik dan aan in Issoudun. Even langs de supermarkt voor wat fruit en brood en bij het buitenstappen zag ik iets in mijn ooghoek verschijnen. Ik wist niet goed of ik er naar toe moest gaan of niet. Ik besloot het gewoon te doen. Stilletjes sloop ik dichter bij en deed de deur open. Ik tikte een paar keer op een groot scherm en zette me neer. En daar kwam hij dan. De BigMac menu met extra baconburger van de McDOnald's. Ik weet dat het niet meteen het meest voedzame is, dat men dat geld aan andere (meer voedzame) dingen kan spenderen en dat ik hoogstwaarschijnlijk terug honger zou hebben over een uur. Maar dat kon me allemaal niet veel schelen want had er zin in en als je ergens zin in hebt, moet je het soms gewoon doen. Na een kwartiertje was dit heerlijke menuutje binnen gespeeld en vertrok ik richting centrum Issoudun. De kerk was gesloten, net zoals het bureau van toerisme en vele andere winkels. Ik ging dan maar op “Place du 10 juin” een terrasje zoeken om te kunnen genieten van het zonnetje. Dit keer bestelde ik pintje op gezondheid van onze Jo. Het was vandaag zijn verjaardag en ook daar mag op gedronken worden. Dus bij deze (mocht je het lezen): Schol, op u gezondheid en een gelukkige verjaardag! Voor ik het wist was het dan 14u, kon ik dan toch mijn stempel halen bij het bureau van toerisme en verder stappen richting Neuvy-Pailloux. De zon begon wat weg te trekken en wolken begonnen zich te vormen. Op een bepaalde moment zag ik het in de verte heel donker worden. Regenjas aan en me voorbereiden op het ergste. Ik kon ook nergens schuilen want zat tussen de graslanden. Er zat dus maar 1 ding op en dat was knallen door het onweer. Maar wonder boven wonder ontweek ik de regenbui en bleef zo goed als droog tot in Neuvy-Pailloux. Hier kwam ik aan om 17u, belde de vrouw op die me de instructies gaf om binnen te raken en na wat gesukkel kon ik me toch neerzetten. Een stukje cake en een pintje stonden me op te wachten en was een heerlijk welkom. Nog geen half uur later kwam Isabelle aan. Niet de mevrouw van het huis maar een andere pelgrim die van Compostella terug onderweg was naar Parijs. Het was de 5e en laatste etappe vooraleer ze terug thuis zou zijn. De eerste indruk was een beetje vaag. Dit kwam misschien omdat ze juist was aangekomen en ik haar vanalles begon te vragen óf misschien wou ze gewoon liever alleen zijn. Uiteindelijk vertrok zij als eerste naar boven voor een douche en kon ik rustig beneden mijn blog wat bijwerken. Na haar kon ik de douche dan gebruiken en babbelden we wat bij. Op het moment dat er een gênante stilte viel werden we gered door Monique die net binnen kwam. Een super sympathieke gepensioneerde vrouw die als politiecommandant werkte van de stad waar ze nu woont. Na een uitgebreide rondleiding van de kerk konden we eenmaal terug binnen aan het avondeten beginnen. Een groene soep en dan als hoofdgerecht een lokale specialiteit:aardappel, room, ui en peterselie in een krokant gebak (pâte du pomme de terre), heerlijk. Nog een uitgebreide kaastafel en een in rumbadend dessert zorgde voor de afsluiting van dit heerlijk avondmaal. De fles wijn was leeg, net zoals de vaatwasser dus laadde Isabelle en ik deze in en zochten we elks onze kamer op waar ik dan uiteindelijk tegen 22.30 in slaap viel.


    Dag 30: Neuvy-Pailloux-Châteauroux: 25km

    Na wederom een goede nacht, kon ik tegen 7.30 naar de ontbijttafel gaan. Het was Isabelle haar voorstel zo vroeg te eten omdat ze wat trager stapt en op die manier dat wat compenseert. Ik vond dat geen probleem en na wat geroosterd brood en pannenkoeken met confituur nam ik afscheid van Isabelle die helemaal gepakt en gezakt na het ontbijt vertrok. Ik nam rustig de tijd om mijn zak te maken en kon tegen 9u vertrekken richting Châteauroux. Het was wat bewolkt maar er zou al snel verandering in komen. Die gigantische regenbui die ik gisteren ontweken had kwam me al na 15 min stappen opzoeken. Het rest van de dag zou ik goed ingepakt en in de gietende regen stappen. Hierdoor had ik ook mijn kaart weggestoken en had besloten de signalering te volgen. Al gauw was ik van de route geraakt en vertrouwde ik op mijn oriëntatievermogen om verder te stappen, en hopla ineens terug een kaartje van de route. Het bleef ook niet bij die ene keer. Dit gebeurde me 5 keer vandaag. Maar zoals ze zeggen:”Alle wegen leiden naar Rome”, zullen alle wegen ook wel naar Compostella leiden zeker.. In Fourges zocht ik me een plekje om te zitten voor wat baguette met choco te eten.Tijdens het wandelen had ik wederom 2 unieke ontmoetingen. Het eerste was met een ree dat aan de kant van de weg dat zat te eten (voor het middageten in de buurt van Ablenay). Om een foto te kunnen trekken probeerde ik zo geruisloos mogelijk te naderen. Op een bepaalde moment keek het reetje op en bleef ik stokstijf stilstaan. Dit resulteerde in een 3 minuten durende staargevecht dat ik had gewonnen. Zij/hij was weg gesprongen maar had geen foto kunnen nemen. Door het schrijven van deze blog is het toch mogelijk de herinnering te bewaren. De tweede ontmoeting was iets minder positief. Het was de vierde keer dat ik van de route was geraakt en moest vervolgens door een louche en brakke woonwagenwijk wandelen vlak voor het binnenkomen van Déols. In de verte hoorde ik al wat honden blaffen maar besloot door te stappen. Op een bepaald moment stonden er 4 honden agressief te blaffen op de weg en besloot ik toch een kleine omweg te maken. Één of 2 honden zou nog gaan, maar als ze met 4 staan te blaffen op de weg en je hoort er in de verte nog, is het soms verstandiger de confrontatie te vermijden. Oké ja, ik zal het toegeven… ik was ook bang ja… Door om te lopen kwam ik wel terug terecht op de route. Uiteindelijk kwam ik tegen 13.30 aan in Châteauroux. In het bureau van toerisme haalde ik een kaartje en bezocht alle plekken die ze op het plan aanraadde:

    • Justitiepaleis

    • Chapelle des Rédemptoristes

    • Equinoxe: cinema en bibliotheek

    • Kerk Notre Dame

    • Poort van Saint-Martin (waar ik bijna werd overreden door ne zot in ne die door die kleine straatjes vlamde)

    • Kasteel Raoul

    • Huis van Père-Adam

    • Oude Hotel de Ville

    • Het enige grote flatgebouw in de de stad “Le Building”

    • Place Napoleon

    • La CCI

    • Een middeleeuws huis

    • Het museum Bertrand

    • Couvent des Cordeliers

    • Kerk Saint André.

    Heel veel dingen maar ik zou er geen speciaal verlof voor nemen. Dan zou ik eerder naar Troyes of Vézelay gaan. Ik had me wel 2u kunnen bezig houden en besloot dan nog even iets te gaan drinken in afwachting om te kunnen arriveren bij de mensen waar ik zou gaan slapen. Tegen 16.30 kwam ik aan bij Marie (die net als ik op 4/4 verjaard) en Jacques die al 7 keer te voet waren aangekomen in Compostella. Ik pakte snel een douche en ging beneden naar beneden om bij een pintje te luisteren naar hun indrukwekkende en prachtige verhalen. Voor het avondeten hielden we ons elks op eigen manier bezig en tegen 19.30 konden we dan aan tafel aanschuiven. Voor we konden beginnen eten zong Marie nog een zegening voor het eten en de pelgrim op het lied “ we will, we will rock you”. Ik en Jacques klopten mee op tafel op de beat en konden dan beginnen eten.Groentesoep, geroosterde groenten en aardappelen, varkenslapjes, kaas, brood, salade, cake en appelcompote zorgde ervoor dat mijn immense honger gestild werd. Na nog wat andere verhalen te delen bij een tas infusion (slaapthee) en het koken van mijn pasta voor de volgende dag kroop ik tegen 22u mijn bed in om op te laden voor de dag die morgen zou komen.


    Dag 31: Châteauroux-Saint-Marcel: 38km

    Lekker geslapen, om 7.30 aan de ontbijttafel voor warme chocomelk, cake, kaas, confituur en brood, en na het nemen van een foto, zetten van een stempel en een kleine donatie kon ik tegen 8.45 vertrekken richting Saint-Marcel. Over het wandelen kan ik eigenlijk niet veel zeggen. Heel veel tussen de velden gewandeld (maar afgeschermd van de wind door de bomen langs de kant van de weg), veel bochten en kleine hoogteverschillen,... allemaal kleine dingen die de weg wat leven gaf en het enorm aangenaam maakte om te wandelen. In de voormiddag was het weer zalig, bewolkt en een heel aangename temperatuur. Na 19km kwam ik aan in Velles waar ik het plaatselijk café binnenstapte om iets te drinken. Ik vroeg er ook meteen of ik mijn pot met pasta mocht opwarmen. Geen probleem en na een goede bak spaghetti bolognese en een cola kon ik terug de baan op voor de volgende 19km. Het was ondertussen beginnen regenen en deed dus mijn regenjas terug aan. Na een half uurtje stappen stopte het weer, dus regenjas uit. Even later begon het terug, dus regenjas aan. En dan even later terug van dat, regenjas uit. Voor de rest bleef het dan heel zacht druppelen dus besloot mijn regenjas uit te laten en zo verder te stappen. Tussen Velles en Saint-Marcel waren er heel wat mooie kastelen die toch de moeite waard waren om er even voor te stoppen, maar niet te lang natuurlijk. Toen ik de kerk van Saint-Marcel voor me zag, zag ik links van me een enorme regenbui naderen. Ik besloot door te stappen om ze voor te blijven maar tevergeefs. Regenjas dus terug aan en de slaapplek zoeken. Om 16.30 kwam ik in de Sint-Jacobsstraat (heel passend) terecht bij een gepensioneerde kunstenaar en zijn vrouw. Ik mocht meteen een douche nemen en mezelf omkleden. Erna naar beneden voor een tas thee en weer leuke babbel. Hij was (en is nog steeds) een kunstenaar die schilderijen, houtsculpturen en steensculpturen maakt. Zijn vrouw reist heel veel en maakt daar veel foto's en films die hij dan erna monteert in een soort aftermovie. Ze waren al naar overal geweest: Cambodja, Nepal, IJsland, Bali Kroatië, Peru,... Dit laatste sprak me natuurlijk heel erg aan omdat ik hier zelf 10 maanden had gewoond. Ze vroegen dus of ik de film wou zien en knikte ik dus  uitbundig JA. Dit zou ik me al gauw beklagen. Ze hadden van de 10 dagen dat ze in Cuzco, het Titicacameer en omstreken waren een film gemaakt van 3u. Het waren 3 dvd's maar hoe het gemaakt was, was nog veel erger. De kwaliteit leek alsof ze een camera hadden van 50 jaar oud en ze bespraken elk kleinste detail dat ze hadden gezien met historische achtergrond. Ik had gedacht dat het een filmpje ging zijn van 10 à 20 minuten max. Het was wel  leuk dat in veel plekken herkende, maar 3 uur vond ik er een beetje over. Alle geluk werd ondertussen het aperitief, Kronenburg NA, geserveerd en kon ik wachten op het eten. Radijsjes, currypasta, kip in currysaus, kaas, brood en een abrikozen dessert laadde mijn batterijen weer helemaal op. Na het filmfestival en diner ging ik dan naar boven voor de dagelijkse avondrituelen en kon dan tegen 22.30 in bed kruipen.

    24-03-2017 om 00:00 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    20-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Vezelay tot Bourges: 5 dagen, 143km

    Dag 23: Vezelay-Mhers: 29km

    Toch een zaligheid om uw wekker te horen, naar uw klok te kijken en dan te merken dat er 6.40 weergegeven staat. Ik had er wel zelf voor gekozen dus moest maar niet zagen. Om 7u nam ik namelijk deel aan de mooie mis met wederom prachtige gezangen. Op het einde van de mis kreeg ik dan een zegening van de oudste priester. Om 7.45 besloot ik me te laten bevangen door de magie van Vezelay. Een gigantische mistbank die de stad op de heuvel omringde. Het was een prachtig schilderijtje. Enkel de koude speelde een rol. Ik ging mezelf dan maar opwarmen met een tas thee, wat boterhammen met confituur en ei. Ik smeerde er ook meteen wat voor de lunch in de hoop die van Trui te kunnen verslaan. Na het ontbijt de babbel met de dorpsgek, maakte ik dan mijn zak en besloot nog even te genieten van de prachtige stad en de mistbank die begon op te klaren. Op het grote plein voor de kathedraal maakte ik nog een praatje met de pelgrims die ik gisteren ontmoet had, en al gauw werd ik het middelpunt van de belangstelling. Een groep van Aziaten en Amerikanen vroegen of ze met mij op de foto mochten. Ik vroeg er natuurlijk wel iets voor, want my time is money e. Ik vroeg of ze me de foto's konden doormailen, niet dat ik geld of zo vroeg (zo erg ben ik niet). Om 10.30 kon ik dan eindelijk de magische stad verlaten en beginnen stappen. Het eerste stuk was zalig. De zon begon lekker warm op me neer te schijnen en ik moest door een zalig loofbos lopen. Alle bladeren lagen over het pad en waren nooit opgeruimd, weggewaaid of verplaatst door eender welk transportmiddel. Dit zorgde er natuurlijk wel voor dat het pad niet altijd even zichtbaar was, maar vond niet erg. Alles stond goed aangegeven en kon dus op de krakende bladeren onder mijn voeten verder stappen naar La Maison Dieu. Hier at ik mijn boterhammen dan op en kwam tot een verschrikkelijke ontdekking. Mijn bokes waren niet beter als die van Trui… misschien niet genoeg gewandeld, verkeerd weer,... wie weet. Op een zoektocht naar water kwam ik dan terecht bij een metaalsmid/kunstenaar die me ook enkele van zijn werken liet zien. Het waren unieke werken waar hij op levenloze objecten van de natuur, zoals stenen en hout, metalen armen en dergelijke plaatste en ze leven in blies. Ik vond het echt iets prachtig, zoek maar op BRUNO GOURY (http://bruno.goury.free.fr). Ik kreeg hier dan nieuw en fris water en een glaasje zelfgemaakte “Vin de Pine”, wat dat ook moge zijn. Iets van 18 graden en best lekker en merkte als snel dat niets toevallig was. Ik merkte op het weerstation op dat het buiten ook 18 graden was… wow. Het volgende stuk begon de zon weer goed te branden en kon ik nergens eens beschutting zoeken. Aan de 16de eeuwse kapel van Saligny at ik dan een stukje fruit en een koek en besloot even af te koelen achter de enige boom op het pleintje. Tegen 15u zette ik dan het laatste stuk in richting Cuncy-les-Varzy. In de enorme maar nog steeds aangename hitte kwam ik er dan om 17u aan. Ik belde de man waar ik zou slapen op en die kwam me 15 minuten later oppikken omdat in een gehucht verder woont, namelijk Mhers. Hij zou me morgen terug afzetten aan de kerk. Na een douche, toffe babbel, avondmaal (spaghetti, sla, kaas, brood en mandarijn) en het avondritueel kon ik tegen 22u gaan slapen. Het was een lange dag.


    Dag 24: Mhers-Arbourse: 30km

    Na een verschrikkelijk koude nacht, was ik blij om tegen 7.30 aan de ontbijttafel te zitten met een warme tas thee. Na goed ontbeten te hebben kon ik mijn zak inladen en ook vandaag kwam ik tot een lastige vaststelling. Omdat de man, Philippe, geen verwarming heeft waren nog niet al mijn kleren droog. De short viel mee, de T-shirt was nog wat klammig op sommige plekken maar als ik ze even zou aan doen zou ze meteen droog zijn, de onderbroek was droog en de sokken waren nog nat. Ik besloot na 24 dagen dan eens te stappen met een ander paar sokken omdat ik toch geen valling wou krijgen. Ik bond de sokken aan de rugzak om te drogen en Philippe zette me terug af aan de kerk waar ik om 8.45 dan kon vertrekken. Het stappen zelf vandaag was niet zo speciaal. Een lange weg rechtdoor door het bos, een bocht, terug een lange weg, dan terug een bocht, dan een lange weg tussen de velden, enzoverder (heel veel lange rechte wegen). Het weer hielp dan ook niet echt. Het was net iets te warm voor een jas, dus deed ik hem uit, had ik het te koud… hetzelfde met mijn handschoenen en met mijn muts. Verschrikkelijk. Er bestaan wel ergere dingen maar het was toch niet zo leuk. Vooral niet als het een hele dag zo is. In Varzy ging ik even naar de winkel, tussen Varzy en Champlemy bewonderde ik de 13e eeuwse kapel Saint-Lazare (het indrukwekkendste van de hele dag), in Champlemy at ik mijn bokes op en was enorm blij om tegen 15.30 aan te komen in de pelgrimsgite in Arbourse. Het duurde nog een half uurtje voor ik binnen mocht, maar toen ik binnen was, was ik aangenaam verrast. Een aantal bedden, warme douche, wc, een keuken met allemaal ingrediënten aan spotprijzen en een kleine wasmachine. Een rommelen tussen de ingrediënten en vanavond zou het spaghetti bolognese worden (ik denk dat ik dit nog veel ga eten deze reis -Dees, je hebt gelijk-). De kans om al mijn kleren te wassen greep ik met beide handen vast en waste al mijn kleren op 1 onderbroek na. Die had ik namelijk aan. Nu vooral hopen dat alles droog is morgen. Anders heb ik mijzelf goed gepest. Om 18.30 wat koken, de droge was wegleggen en natte was dichter bij de verwarming hangen. De rest van de avond hield ik me bezig met mijn gewoonlijke avondactiviteiten. Ik kroop dan tegen 20.30 mijn bed in want was steendood. Ik was blij dat deze saaie dag voorbij was.


    Dag 25: Arbourse-Bondonnat: 39km

    Wat een vage nacht. Om 4u begon het wc ineens door te spoelen en de kamer was mega vochtig. Waarschijnlijk van al het drogen van de was. Even prullen aan de wc-bak en even de was checken. Voor even speelde volgende gedachte door mijn hoofd: “Als ik me nu al zou klaar maken (want was toch al uit mijn bed), zou ik de volgende 39 kilometer heel rustig kunnen afronden”. Ik stapte al gauw van deze gedachte af en kroop snel terug mijn bed in. Drie uur later stond ik dan echt op, nam ik een stevig ontbijt, maakte alles wat proper en kon mijn zak inladen. Alle geluk waren al mijn kleren droog, dus kon ik met een volledige verse set kleren de baan op. Even kijken en voelen buiten hoe het weer was en besloot toch om mijn regenjas nog eens aan te doen. Om 8u vertrok ik dan richting La Charité-sur-Loire. De eerste twee uren waren zalig, mega veel regen, maar het was niet koud. Nog eens leuk door de bossen ploeteren en de druppeltjes op blaadjes horen vallen. Na Murlin had ik even een moment van “Oh My God” een weg van 15 kilometer, die lichtjes op en af ging maar praktisch heel de tijd rechtdoor met in de verte uitzicht op La Charité. Even een koek en banaan binnenspelen en gaan! De regen was ondertussen gestopt maar het ploeteren door de modder bleef. Tegen 12u had ik dan mijn eerste 20 km van de dag afgelegd. Wat inkopen doen in ”Den Aldi” -en nee, geen boecht uit een kartonnen doos- en de dan op weg naar de grote kerk van La Charité-sur-Loire. In de kerk ontmoette ik dan een klein oud mevrouwtje die vroeg of ik mee iets kwam eten. Ik besloot op het aanbod in te gaan maar zou al gauw de vele positieve en minibeetje negatieve kanten ondervinden. Onderweg naar haar huis was ze maar aan het praten en aan het praten dat ze er gewoon uitgeput van werd. Het was nu ook niet meteen de meest sportieve dame en het ging ook nog eens naar boven. Het was niet altijd even gemakkelijk om te verstaan wat ze bedoelde maar begreep de grote lijnen toch. Het was een Poolse die in Polen als inspecteur voor veiligheid, hygiëne en werk werkte. Een beetje wat ik later zou gaan doen. Bij haar thuis mocht ik me neerploffen in de zetel. Ze had me gevraagd om mee iets klein te komen eten maar voor ik het wist stond ze met al haar potten en pannen te kletteren in de keuken. Als voorgerecht paella en als hoofdgerecht de koudste en droogste kip die ik ooit heb gegeten met een soort aardappel-en- groenten gratin. Mijn buikje, allee buik, was weer goed gevuld maar voor ik kon vertrekken, moest ik nog naar van alles en nog  wat luisteren en kreeg ik nog van alles mee:  

    • Twee oude katholieke gazetten van 2000 om wat te lezen mocht ik me vervelen.

    • Een foto met gebed van Jezus.

    • Een ketting met kralen en een kruis (ben de naam even vergeten hoe doet precies noemt).

    • Een gigantische pot met eten.

    • Een appel.

    • Twee chocoladebroodjes.

    • Ze bood me ook nog een jas aan omdat ze vond dat mijn regenjas te dun was en ik het te koud zou hebben, maar deze heb ik toch vriendelijk geweigerd. Mijn jas is mega goed en koud heb ik het niet echt als ik stap.

    Echt super vriendelijk van haar maar er was al gauw een keerzijde aan het verhaal. Ik moest het allemaal meezeulen. Een super sympathiek verblijf en als ik het niet vergeet stuur ik haar een kaartje op als ik ben aangekomen in Compostella. Maar toen gebeurde het tweede en laatste “negatieve” ding van de ontmoeting. Ik keek op mijn klok en het was 14.30 wat ik dacht een klein uurtje wat bokes me confituur te eten was al snel veranderd in een gezellig en sympathiek 2,5u durende ontmoeting. Ik moest nog wel 18km stappen tot Bondonnat. Ik had namelijk gisteren gevraagd of ik bij een particulier zou kunnen blijven slapen dus had als het ware een reservatie open staan. Ik besloot dus een stapje rapper te gaan. Het was wat vechten met mezelf, maar kon ook altijd afbellen, of vragen of ze me ergens konden ophalen. Ik raapte mijn kl**** op en beet door. Maar natuurlijk had de dag nog een aangename verassing in petto. Een heel prettige bries die zorgde voor wat verfrissing. Was dat maar waar. Er was zoveel wind die in mijn zij blies dat ik soms opzij geslingerd werd. Wanneer ik dan terug duwde tegen de wind stopte ze en slingerde ik naar die kant. Verschrikkelijk gewoon. Ik riep elke scheldwoord vanuit mijn woordenboek in de hoop dat de wind misschien zou gaan liggen. Tevergeefs. Het gevecht eindigde om 17.40, toen ik na een goede 9,5u onderweg te zijn aankwam bij een lief alleenstaand mevrouwtje van 82 dat al 30/40 jaar pelgrims onderdak bood. Een zalige douche, even ontspannen en ik kon me beneden zetten voor de klassieke pelgrimsbabbel (wie ben je, wat doe je, wat drijft je,...). Na een goede slasoep, gebakken aardappelen, spek me egg, salade, augurken, kaas, brood en yoghurt met confituur was mijn maagje, allé maag, weer goed gevuld en kon ik na het avondritueel van blog, foto's enzoverder om 22.30 in bed kruipen.


    Dag 26: Bondonnat-Brécy: 23km

    Na een zalige nacht van 10u slaap kon ik volledig uitgerust opstaan om … (22.30 + 10u slaap e, alle ik zal helpen) 8.30. Ik voelde me helemaal herboren, en zag er zelfs fris uit (om dat ego toch wat te strelen hé). Het was ook zondag en na de lange en zware etappes van vorige week kon ik een rustige dag gebruiken. Ik kon om 8.45 aan de ontbijttafel aanschuiven voor wat toast met confituur en begon tegen 9.15 rustig mijn zak in te laden. Tegen 10u kon ik dan afscheid nemen van de gastvrije mevrouw Potier en begon ik met stappen. Het miezerde een beetje, maar zoals ze wel eens zeggen; “La pluie du matin, n’arrête pas le pèlerin!” en besloot op deze “rustdag” rustig aan te doen. Op het dooie gemakske kuieren ik tussen de velden en besloot om 12u in de boerderij Montifault, 2km voor Baugy, te vragen of iets mocht drinken. Geen probleem en mocht me installeren in de zetel. Bij het krijgen van een tas thee werd ik ook ineens uitgenodigd om mee iets te eten wanneer de man zou thuis komen. Net zoals gisteren ging ik hier maar al te graag op in met het enige verschil dat ik nog maar ongeveer 12 km (2u à 2,5u) zou moeten stappen en geen 18km. Ik hield me dan rustig bezig in de zetel in afwachting van het middagmaal. Toen iedereen dan thuis was konden we aan tafel aanschuiven en wat een feest. Eerst wat salade met eieren en dan iets waar ik ooh zo van hou: lamskoteletten (de eerste keer echt vlees vlees in 26 dagen). Het enige nadeel was het verschrikkelijk botte mes en dat niemand de kleinste stukjes sappig vlees van het bot peuzelde. Desalniettemin smaakte het enorm. Met wat aardappelen en wortelen had ik terug wat vitaminen binnen. Maar het feest was nog niet gedaan. Nog een kaasschotel en een gigantische bosvruchten crumble. Met het buikje helemaal vol kon ik tegen 15.15 de weg verder zetten richting Brécy. Ik was blij een zalige pauze te hebben gehad van 3 uur want de komende 12km waren verschrikkelijk saai. Grauw weer en heel de tijd langs de grote baan. In het kleine stukje bos dat ik door moest, dacht ik voor een fractie van een seconde of ik geen kamp zou bouwen en daarin te overnachten. Toen het dan wat begon te miezeren besloot ik toch maar door te stappen. Misschien dat ik dat wel eens doe als het goed weer is ‘s nachts, ik zou niet graag willen dat alles klets klets nat is. Tegen 17.30 kwam ik dan toch opgelucht in Brécy aan. Het plaatselijke café “Chez Claudette” opzoeken voor de sleutel te vragen van het pelgrimslokaal. Eenmaal daar kon ik me lekker ontspannen maar vond nergens een douche of wc. Na wat zoeken vond ik dan toch een papier dat ik met de sleutel van het lokaal ook toegang had tot de feestzaal beneden. Alles bijeen pakken om me te wassen en toen ik beneden kwam, wist ik het even niet goed. Er was een gigantisch feest bezig voor een 75-tal mensen, allemaal 65+. Wat ongemakkelijk ging ik naar binnen, vroeg waar ik naar de wc kon gaan en een douche nemen. Eenmaal opgefrist kon ik terug naar de kamer om iets te eten. Vanavond op het menu: bokes met choco. Niet meteen het meest voedzame, maar had geen keuken om iets klaar te maken en had teveel eten in mijn rugzak. Om mijn tas thee af te wassen moest ik dan terug naar beneden. Het feest was al afgerond maar het bleek dat de harde kern van de groep nog wat was blijven plakken om iets te eten. Ik werd al gauw uitgenodigd om mee iets te komen drinken. Ik zette me gezellig bij aan tafel en kreeg wat kaas, sla, taart en mandarijnen voor me gesmeten. Zo kreeg ik dan toch nog wat vitaminen binnen deze avond. Het viel me al snel op dat er met de 4 mannen van het gezelschap niet veel meer viel aan te vangen omdat de wijn al rijkelijk had gevloeid. De spontane lachbuien en komische niesbuien zorgde ervoor dat de sfeer er goed in bleef. Tegen 20.30 hielp ik dan nog even mee om alles op te ruimen en ging dan naar het café om er eentje te drinken op Dees zijn verjaardag. Bij deze (mocht je het lezen): schol en ne gelukkige verjaardag! Het is er wel maar bij eentje gebleven want er hing in het café een vrij onaangename geur. De geur van een oud urinoir dat al lang niet meer was gepoetst. De manier waarop het café ook uitgebaat werd, was ook vreemd. Niet zoals de grote broer me geleerd had. In een karaf wijn 2 verschillende wijnen gieten, een glas cava met 2 soorten cava, overal lege glazen, flesjes,... maar ik was blij met mijn pintje en kon dan uiteindelijk voldaan tegen 21.30 mijn bedje inkruipen.


    Dag 27: Brécy-Bourges: 22km

    Na wederom een zalige nacht te hebben gehad kon ik tegen 8u mijn bed uit kruipen, iets eten en me klaarmaken voor de komende dag. Toen ik tegen 9u beneden kwam, kwam ik de man van gisteren tegen die toen toch niet helemaal meer recht liep. Hij was aan het opruimen en zag dat hij een zware kop had. Nog een korte leuke babbel en kon voor de volgende 10 langs de macadam wandelen. En de verte zag ik de kathedraal van Bourges maar bij elke stap die ik zette, werd de kathedraal minder scherp. De wolken erboven kleurde donker grijs en voor ik het wist zat ik ook in de mistregen. Regenjas aan en doorgaan! Soms stopte het even, soms goot het weer even, maar stap per stap kwam ik dichter bij de kathedraal van Bourges. Het was ook de eerste keer dat ik luidkeels maar nog steeds muzikaal correct aan het zingen was. Ik voelde me dolgelukkig. Tegen 12.30 was ik dan aangekomen bij de kathedraal en bezocht hem uiteraard. Tot wel zeer imposant. Of hij imposanter is dan die van Antwerpen,... dat nooit. Voor de kerk tijdens wat orgelmuziek mijn bokes opeten en wachten op de vrouw bij wie ik kon slapen vanavond. Al gauw verscheen ze, en bleek dat ze nog in topvorm was op haar 65+. Ze had in 2001 de camino Frances afgelopen en huppelde vrolijk door de straten van Bourges. In haar gezellig appartementje kreeg ik dan een thee en wat plannen van Bourges en tegen 14u kon mijn toeristische toer beginnen. Na een bezoek aan het office de tourisme bleek al gauw dat er niet veel open was en besloot ik me ergens op café te te zetten met ne Grimbergen. Tegen 17.30 keerde ik dan terug naar het appartement voor een warme douche en wat te ontspannen in de zalige bompastoel. Ondertussen maakte Jacqueline zorgeloos het avondeten klaar. Het was een geweldig moment. Ik die rustig zat te schrijven in mijn schriftjes terwijl zij al zingend en fluitend in de potten stond te roeren a la “hakuna matata”.Op het menu, de geheimzinnige bokaal van Krystyna (La Charité-sur-Loire). Hopelijk was dat wat te eten want at er niet alleen van. Jacqueline had zelf nog wat rijst over en zou de aanvulling zijn bij de geheimzinnige bokaal. Het bleek een heerlijk stoofpotten te zijn met wortelen, olijven en kip. Echt heerlijk. Na een stukje kaas en fruit even het nieuws zien en dan tegen 20.30 gaan slapen.

    20-03-2017 om 00:00 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    15-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Troyes tot Vezelay: 4 dagen, 135km

    Dag 19: Troyes-Forêt-Chenu: 27,5km

    Om 8u ging de wekker zodat ik samen met Fanchic en France-Odile kon ontbijten. Ik vond het al jammer dat dit mijn laatste ontbijt hier was… Na wat boterhammen met confituur, kon ik mijn zak maken en afscheid nemen van deze zalige mensen. Ik nam ook meteen afscheid van Martine die juist beneden was toen ik op punt stond te vertrekken. Met toch wel een beetje pijn in het hart stapte ik de zon tegemoet en wandelde het eerste half uur langs “Voie verte de Viennes” waar ik een ouder koppel leerde kennen die toch een half uur hebben meegestapt. Na het tweede afscheid van de dag kon ik dan in de blakke zon mijn tocht verder zetten. Tussen de velden deed ik al snel mijn vest uit om verder te wandelen in mijn T-shirt. Fluitend, zingend, met hippe zonnebril en genietend van de zon kwam ik tegen 12u aan in Laines-aux-Bois waar ik een plekje zocht om miijn gisteren klaargemaakte spaghetti op te warmen. Het eerste huis was meteen het goede. Corine, de gastvrouw schonk me een Leffe uit in afwachting van de opwarmprocedure van de spaghetti in de microgolfoven. Om 13u kon ik dan mijn tocht verder zetten. Na nog geen 5 minuten kreeg ik een lift aangeboden tot boven aan de heuvel. Ik vond het nogal “nen louchen type” en zou de zon en heuvel op eigen kracht overwinnen. Vooraleer ik de “forêts communale de laines aux boix et de bouilly” moest ik toch even genieten van het goede weer tijdens het eerste bostoilet van de tocht. Putje graven, boodschap doen, afdekken, steen en takken erover en klaar is kees. Een paar gram lichter kon ik het bos induiken voor de komende 10km. En wat voor een bos, och jongens wat een bos was dat, en in dat bos daar was veel mos, van dat prachtig mos dat alles bedekte. En op dat mos daar waren veel vlinders en vogels, och jongens wat een mooi en levendig bos was dat. De laatste 5km die ik dan moest afleggen was weer in de blakke zon en begon mijn rechter steunzool lastig te doen. Na een paar keer gestopt te hebben en proberen goed te steken kwam ik dan toch aan in Forêt-Chenu waar ik een klein eigen huisje kreeg toegewezen. Na een ijskoude douche (warm water werkte niet) besloot ik dan als een “klein en eenzaam” kind naar het huis te stappen om te vragen of ik misschien iets mocht drinken met hen omdat het maar saai was alleen in mijn klein huisje. Geen probleem natuurlijk en kreeg een lekker aperitiefje aangeboden. Na de groentesoep, aardappelomelet, kaas en yoghurt kon ik dan tegen 22u rustig mijn bed inkruipen en de rust verzorgen voor de volgende dag.


    Dag 20: Forêt-Chenu-Roffey: 32km

    Na een niet zo schitterende nacht stond ik om 8u op om iets te eten en klaar te maken voor de middag. Na het inladen van de zak, het afscheid nemen van de gastvrouw kon ik tegen 9.15 vertrekken. Het beloofde weer een speciale dag te worden. Na nog geen 5 minuten stappen sprongen er vrolijk 3 reeën over de weg (geen 10 meter van me vandaan). Na een uurtje gestapt te hebben begon ik het al aardig warm te krijgen en de zon deed daar ook geen goed aan. Softgel uitdoen en zalig in de T-shirt verder wandelen. Het was een enorm mooi en afwisselend parcours. Gewone bossen, bossen met een grastapijt en witte bloemen (geen mei-of sneeuwklokjes), weilanden, macadam, dorpen, stijgen, dalen, plat,... hielden het wandelen boeiend. Drie kilometer voor Ervy-le-Châtel stond ik oog in oog met een woest en wild dier. Een moordlustige wolf stond tussen mij en de weg, maar ik moest verder gaan. Veilig achter mijn stokken dreef ik de hond terug op zijn domein. Oké, ik heb misschien een beetje overdreven maar het was wel een vrij agressief blaffende Duitse Herder. Ik ben wel blij dat hij niet op me afkwam, maar had mijn stokken toch veilig voor me uitgestoken. Eerlijk gezegd had ik er wel wat bang van, maar niet doorvertellen hé! Aja, dit is een openbare blog… Aan iedereen dus: ik was wat bang op die moment. Een honderdtal meter erna besloot ik dan in een gite even uit te puffen en mezelf uit te nodigen. Een thee en 3 krokante grannykoekjes gaven me de energie om verder te gaan tot in Ervy-le-Châtel. Hier ging ik dan op zoek naar de supermarkt om zonnecreme en een stuk fruit te kopen. Eerst even een ¾ stokbrood met hesp en een chocoladebroodje binnenspelen en dan in de “Atac” supermarkt nog 2 ronde rozijnenkoffiekoeken en 2 bananen aankopen om mijn lunch te vervolledigen en maag te vullen. Ik moet wel eerlijk toegeven dat ik het een rare naam vind voor een supermarkt, maar ik zou al snel te weten komen waarom deze zo heet. Bij het verorberen van mijn koffiekoeken was ik “under attack”... Een wilde dingo had geroken dat ik aan het eten was en begon rond me heen te cirkelen. Hij was niet zo eng als de “wolf” van voorheen maar kon toch niet op mijn gemak eten. Ook hem, trouwens gewoon een middelgrote witte hond van kweetniwelkras, kon ik verdrijven met mijn stokken. Even ter zijde voor de hondenliefhebbers onder jullie. Ik heb de honden nooit aangeraakt of pijn gedaan. Ik heb op de grond voor hen liggen tikken zodat ze naar achter gingen. Eenmaal de hond verdreven was, kon ik me snel even insmeren met zonnecreme en terug de weg vervolgen naar Roffey. Wederom een heel afwisselend landschap en was blij af en toe tussen de bossen te lopen omdat de zon toch vrij fel aan het schijnen was. Wat hier wel enorm leuk was, was de aanwezigheid van de vele dieren. Kikkers die in de plassen. wegsprongen, spechten die de bomen als trommels gebruikten, vlinders die weer fladderend meezweefden maar het strafste bleven de 6 gigantische buizerds. Op het moment dat ik even moest toegeven aan mijn blaas, hoorde ik een krijs boven me. Ik keek naar de plek van het geluid en zag 6 buizerds als aasgieren boven me rondcirkelen. Ik was allegeluk nog springlevend dus aan mijn karkas konden ze nog niet beginnen.  Vlak voor La Chapelle Vieille Forêt was mijn derde ontmoeting met een duivelshond en dacht dat de buizerds misschien nu wel meer geluk zouden hebben. De hond sprong over zijn hek (en dat is geen mop) en probeerde me terug te drijven. Ik liep rond hem heen, probeerde het niet in mijn broek te doen en klopte met mijn stokken op de grond en had op deze manier de derde hindernis van de dag overwonnen. Nog een uurtje langs het kanaal wandelen en kon dan om 17u eindelijk aankomen in Roffey. Een zalige douche bracht me er weer helemaal bovenop en kwam ineens tot het besef dat geen van mijn schenen zeer deden of lastig hadden gedaan vandaag. Maar ik weet al te goed dat ik best kan afwachten tot morgen. Ik kreeg dan een tas soep (die niet super lekker was) voorgeschoteld en mocht daarna eindelijk mijn ravioli opeten. Ik had namelijk in Reims een pot van 800 gram gekocht en was zo blij deze eindelijk te kunnen opeten. Met een volle maag schreef ik dan rustig deze blog bij, ordende mijn foto's en ging om 21u slapen omdat het morgen weer een lange dag zou worden.


    Dag 21: Roffey-Cravant: 42,5km

    Pff, om 7u ging de wekker omdat ik een lange dag voor de boeg had. Ik hees mezelf uit bed om tegen 7.30 te kunnen ontbijten, wat me trouwens beter en beter lukt (3 chocoladebroodjes, een croissant, een banaan en een mandarin). Om 8.45 kon ik de mist trotseren om de eerste kilometers in te zetten. De voormiddag verliep moeizaam. Ik kon me niet goed oriënteren en al gauw liep het op de 21e dag mis(t). De eerste 6 kilometer werden er al rap 9 en na Vézannes juist vant zelfde. Een verkeerde weg ingeslagen en weer een kilometer erbij. Bunkerend dwars door de omgeploegde velden kwam ik dan terug op de route uit. Tegen 12u kwam ik dan aan in Chablis waar ik wat inkopen deed en mijn maag goed vulde met een megabroodje kaas ham. Hier begin ik ook al eens te kijken waar ik zou gaan slapen. De zon was erdoor gekomen en besloot daarom wat kilometers te maken. Nog ongeveer 20 kilometer tot in Cravant had ik me voorgenomen. Het eerste stuk zag er wel veelbelovend uit op de kaart. Heel veel bos was het verdict. Maar al gauw zou ik iets heel anders ondervinden. Het waren wijngaarden dus er was nergens beschutting voor de opkomende felle en brandende zon. Er toch van genieten en onderweg eens bellen naar het gemeentehuis van Cravant om eens te horen voor een slaapplek. Geen priester of parochie in de stad, geen particulieren maar wel een goedkoop hotelletje. Ik besloot dat dan maar vast te leggen. Na 42km te stappen mag ik mezelf al eens belonen. Tussen de wijngaarden, op en af in de blakke zon kwam ik in Saint-Cyr-Les-Colons aan waar ik me toch in de schaduw van de kerk zette om wat af te koelen en een koekje te eten. Om 15u kon ik mijn tocht dan verder zetten richting Cravant. De hitte was een beetje gaan liggen, maar het zonnetje deed nog steeds zijn werk. Uiteindelijk kwam ik dan toch tegen 16.45 aan in een verlaten hotel. Niemand aanwezig, alle deuren toe en alles zag er een beetje krakkemikkig uit. Na 45min  te liggen rondzoeken naar de eigenares of een gsm-nummer kwam er dan toch iemand aan en werd ik het precies vervallen hotel rondgeleid. Ik kreeg mijn toch wel chique kamer toegewezen waar zelfs de kleine zoon van de eigenares naar de wc wou gaan. Juist op tijd kon ze hem tegen houden en kon ik een douche nemen en al mijn kleren eens wassen. Rap een 2e groot broodje van de dag naar binnen spelen en wat skypen met het thuisfront. De blog wat bijwerken, foto's ordenen en dan tegen 23u bedje in. Even een kort intermezzo, vandaag voor de eerste keer in mijn leven een marathon gelopen/gewandeld. Ben er wel trots op en nog iets wat op mijn bucketlist kan schrappen. Nu nog skydiven, Mongolië, IJsland en Nieuw-Zeeland bezoeken.


    Dag 22: Cravant-Vezelay: 33km

    De dag begon voor mij om 8u met wederom dezelfde rituelen; wc, eten, zak inladen en mezelf het goede pad opsturen. Om 9.20 verliet ik het hotel en kon al gauw beginnen zweten. Recht de heuvel op, zonder enig bochtenwerk. Erna recht de heuvel af. Ik was blij dat dit maar een 4 kilometer was, anders zouden ze mij kunnen uitwringen. Het volgende stuk tot in Saint-Moré was prachtig. In een groot bos langs de rivier kronkelen over helling van de heuvel. In Saint-Moré at ik dan mijn koude pot ravioli op, allée, hetgeen wat er in zat (de pot gooide ik in de vuilbak). Een paar prinsenkoeken als dessert en kon vertrekken richting Vezelay. Gewoon wat door de bossen en tussen de velden, niets speciaal op zich, maar vanaf Les Herodats gebeurde er iets magisch. In de verte zag ik een kerk staan op een eenzame heuvel. Neen, het was niet Erebor of The Lonely Mountain, maar het was de kathedraal van Vezelay. Ik wist niet wat er gebeurde, ik liet mijn stembanden eens goed gaan en begon te juichen alsof mijn toch erop zat. Misschien komt dit omdat ik mijn tocht in 3 grote stukken had verdeeld (tot Vezelay, tot Saint-Jean-Pied-du-Port en tot Compostella). Het volgende stuk ging stijl naar beneden via een pad van veel losliggende keien, maar dat hield me niet tegen. Ik liep, of beter gezegd stortte me naar beneden met een gigantische glimlach op mijn gezicht. Eenmaal beneden bleef ik dan lopen tot ik opeens in de verte 2 rugzakken zag stappen. Ik besloot dan terug op staptempo verder te gaan en haalde ze al gauw in. Het waren 2 oude pelgrims die van Parijs naar Vezelay stapten. Ik had de indruk dat ze de laatste kilometers op zichzelf wilden stappen, dus na een korte babbel liet ik er achter me. Achter elke bocht, boom en huis werd de kathedraal van Vezelay groter en groter tot ik aan de voet van de heuvel stond en enkel het bospad kon zien dat richting de top leidde. Ik vloog, alle stapte heel snel,  als een razende naar de top en kwam om 15.30 aan op het plein voor de kathedraal. Er verscheen een glimlach op mijn gezicht en kon enkel vol bewondering naar de kathedraal kijken. Ik zette me op een bankje en al gauw kwam ik in contact met enkele toeristen. Even een kijkje nemen in de kathedraal en dan toch maar zoeken naar een slaapplek. Zo kwam ik dan terecht in nonnencentrum “Saint Madeleine”. Een grote slaapzaal, op het tweede verdiep met een ouderwetse draaitrap, met 11 bedden, 1 douche en 1 wc, helemaal voor mij alleen. Lekker ontspannen, douchen en kleren wassen en kon iets gaan zoeken om te eten. In het lokale supermarktje kocht ik wat groenten en andere spullen en zette deze af in het centrum. Voor ik om 18u zou deelnemen aan de liederen en mis zette ik me voor de kathedraal in de ondergaande zon om wat persoonlijke ervaringen neer te pennen. Maar toen… een paf van op het plein achter een auto en vlak voor mijn neus viel er een duif dood op de grond. Noch ik, noch de andere toeristen snapte wat er gebeurde maar al gauw werd het duidelijk dat hij van de ongediertebestreiding was en het recht had duiven neer te schieten die de kathedraal -sorry voor volgende woordkeuze- willen onderschijten. Tegen 18u ging ik dan naar de mis waar ik vanalles voelde dat ik amper kan beschrijven. Ik kan alleen maar zeggen dat ik tijdens de waanzinnig mooie liederen die de broeders en zusters zongen een paar tranen moest laten. De reden hiervoor weet ik niet, het waren geen tranen van geluk, geen tranen van verdriet, maar misschien tranen van onverklaarbare afkomst. Misschien wel de mooiste van allemaal. Na een mis van 1u15 kon ik dan toch beginnen koken. Pasta, eieren, 2 tomaten, een courgette en tonijn allemaal bijeen gekapt en smullen maar. Niet meteen “haute culinaire”, maar het vulde mijn maag. Tijdens het eten kwam er een oude man binnen, Jacques, een praatje slaan. Hij was al 4 keer naar Compostella gewandeld, een keer van Bretagne naar Istanbul, tochten in Korea, China en Japan en ging morgen beginnen aan een volgende tocht richting Lourdes. Chapeau! Tegen 21u besloot ik mijn kamer dan op te zoeken en na het avondritueel te gaan slapen. Hopelijk zou de nacht even magisch worden als de dag. 

    15-03-2017 om 22:29 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    11-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Moussy tot Troyes: 5 dagen, 135,5km

    Dag 14: Moussy-Baye: 29km

    Om 7.45 ging de wekker en voelde me wonderbaarlijk goed. Helemaal in form begaf ik me naar de buffetontbijttafel waar ik me bewonderenswaardig goed kon volsteken. Chocoladebroodjes, fruit, yoghurt, sandwiches, kaas, hesp, choco maar ook natuurlijk veel confituur. Nam, nam, nam, lunchpakket maken en hop naar de kamer om alles bijeen te rapen want ik kon niet vlug genoeg vertrekken. Om 9.45 kon ik dan de baan op na afgerekend te hebben. De voormiddag was zalig. Een frisse bries, veel zon, prachtige uitzichten over de wijngaarden, geen macadam en ook niet super veel last meer van de schenen. Onderweg kwam de spoorwegen in mij toch ook weer naar boven. Gisterenavond had ik namelijk het facebookprofiel van Martine ontdekt en begon in de modder verse voetsporen en wandelstokafdrukken terug te vinden. Één van de dagen… wacht maar af! Aan het meer of vijver  “Grande Folie” at ik mijn lunchpakket op en voor ik het goed en wel besefte was ik om 13.30 al aangekomen in Montmort . Ik besloot dus een pintje te drinken in het plaatselijk café en even te bellen naar het thuisfront. Om 14.30 zette ik dan de laatste 12km in tot in Baye. De zon scheen -ik heb zelfs voor de eerste keer mijn zonnebril aangehad-, ik was aan het zingen en fluiten en voelde me helemaal nieuw. Maar pech is niet veraf. Dagen in de regen stappen en altijd droge voeten en nu de zon scheen … uitgeschoven en met een stuk van mijn rechtervoet in een plas beland. Alle geluk niet helemaal ondergedompeld en kon dus de tocht verder zetten. Tussen de velden en smalle bossen kwam ik dan aan in Baye en ging op zoektocht naar een slaapplek. Het kon dan toch niet continu goed weer blijven en dus lieten de weergoden het nog even drashen. Maar bij het eerste huis, bam, direct prijs. Het was namelijk een kasteel waar een christelijke gemeenschap leeft die pelgrims een bed en voedsel aanbieden. Achteraf gezien stond het adres ook in de stapgids. Maar ik was ergens aangekomen en kon mezelf en de kleren een schrobbeurt geven. Om 18u nam ik dan deel aan een kleine mis voor het avondmaal. Het begon met een klein lied gevolgd door 45 minuten stilte. Dan begint u brein toch in werking te treden en ga je toch over vanalles en nog wat beginnen denken. Erna volgende nog 5 minuten gezang en konden we om 19u aanschuiven aan tafel. Witloof, brood, pizza, aspergesoep, kaas, yoghurt,... alles werd gewoon op tafel gezet en alles werd door iedereen door elkaar gegeten. De gesprekken waren nog vager. Iedereen was tegen elkaar bezig en ik moest maar luisteren naar iedereen tegelijk, maar tevergeefs. Ik wou gewoon wat eten en besloot dus in sommige gevallen te lachen, knikken en reageren zoals de andere dat deden. Na dit toch wel ongemakkelijk avondmaal hielp ik nog mee in de keuken en kroop tegen 21u mijn bedje in.


    Dag 15: Baye-Vindey: 25,5km

    Na een lange maar zalige nacht moest ik toch weeral om 7.45 opstaan. Ik werd namelijk om 8u aan de ontbijttafel verwacht. Kaas, fruit, brood maar weeral confituur in overvloed. Buikje vol eten, nog een laatste babbel slaan en zak inladen. Om 9.30 kon ik dan terug de baan op en ik had geluk. Het weer was zo zonnig als gisteren… Haha NOT. Het was zo een leuke koude kletsnatte mieserende mistregen die ik in de voormiddag moest trotseren. In Soizy-aux-Bois besloot ik mezelf dan wat op te warmen met wat koekjes in het bushokje. Tevergeefs… ik had wel terug energie om verder te gaan en de koud te trotseren. Op het stuk tot aan Lachy begon ik dan pelgrimssporen te ontdekken (als het effectief van een pelgrim zou zijn). Om dan toch met iets anders bezig te zijn dan met de regen begon ik me allerlei scenario's in te beelden voor mijn eerst ontmoeting met een andere pelgrim. Zou gewoon de coole mezelf blijven, overenthousiast worden of gewoon voorbij stappen. Dat laatste waarschijnlijk niet maar ik ben toch benieuwd. Ik hoop het over een paar dagen te weten. Toen het in de namiddag wat begon op te klaren besloot ik om een kilometer buiten Lachy mijn lunchpakket van brood, kaas en water op te eten. Een geweldig uitzicht over de velden en pure rust, zalig! Met nieuwe energie kon ik dan verder stappen tot in Sezanne waar bij een pelgrimswoning langs ging voor een tas thee. Echt deugd dat dat deed. Alleen vond ik het jammer dat het geen thee was. Ook geen warm water en ook niet binnen. Niemand had namelijk opengedaan dus moest ik maar water drinken uit mijn kamelenzak. Ik kon dan voldoende gehydrateerd de laatste 5km inzetten tot in Vindey. Bij het binnenkomen van het kleine dorpje was het dan zo ver. Ik ontmoette mijn eerste medepelgrims! Alleen hadden ze geen zin meer om te stappen. Het waren namelijk artistieke metaalgeplooide pelgrims. Met pijn in het hart vond ik bij een gepensioneerd koppel onderdak en spijs. Een cakeje en thee in combinatie met een warme douche en snelle handwash van de kleren zorgde ervoor dat ik nieuwe energie kreeg. Na een warm bord wortelsoep, een ¾ quiche en een lekker plattekaasdessert met koekjes en vers fruit kon ik me naar de kamer begeven en na het avondritueel in slaap vallen.


    Dag 16: Vindey-Méry-sur-Seine: 31km

    Na misschien wel de beste nacht te hebben gehad tot nu toe, door het zalige zachte lichtverende nieuwe bed kon ik om 8u aanschuiven aan de niet zo mega rijkelijk gedekte tafel. 2 boterhammen met confituur en een klein gebakje vulden de maag voor een stuk dus besloot ik bij mijn vertrek om 9.30 nog een energiebar en stuk fruit naar binnen te spelen. Vandaag zag de dag er weer simpel uit. De oude sporen  (die spekglad waren) volgen tot in Anglure om dan langs het kanaal verder te stappen. Het was ideaal weer om te vertrekken, een koel briesje en de zon die lichtjes probeerde te schijnen tussen de wolken maar toen ik aankwam bij Barbonne-Fayel zag ik over de heuvel een enorme mistbank naderen en voor ik het wist zat ik weer in een regenbui dit tot 13u zou duren. Onder een boom at ik mijn lunch op en besloot al snel verder te stappen. Al gauw begon het weer op te klaren en in Anglure werd ik dan uitgenodigd om een thee te komen drinken en hier maakte ik de ontdekking van de dag. Martine zou vanavond bij deze vrouw slapen. Ik had ze dus ergens gepasseerd, misschien met een rustdag in Troyes zou ik ze tegenkomen. Ik zette de laatste kilometers dan in richting Mery-sur-Seine waar ik bij de Marianistengemeenschap onderdak en voedsel kreeg. De 2 inwonenden moesten naar een vergadering en vertrouwde me hun huis toe. Na een douche, kledijwasserij en het eten van een zalige hutsepot, kon ik voldaan in mijn nest kruipen en toeleven naar de volgende dag.


    Dag 17: Mery-sur-Seine-Troyes: 30km

    Na een korte ochtendmis met de 2 marianisten, konden we samen iets eten. Vers brood, confituur, choco en appelcompote. Na nog wat administratief en materieel gerommel kon ik tegen 9.30 vertrekken richting Troyes. Vanaf het begin had ik het gevoel alsof ik op mijn tweede dag was (Hofstade-Heverlee). Eerst 5 minuten stappen naar het kanaal en dat blijven volgen tot de voorsteden van Troyes. Er waren echter wel enkele verschillen. Ik moest niet op de macadam lopen maar op een leuk lopend graspad. Het weer in de voormiddag was bewolkt maar na het middagmaal begon het op te klaren en moest ik in T-shirt en zonnebril verder. Echt een zaligheid. Op bepaalde stukken dwarrelden zelfs de vlinders rondom me en ritselden de salamanders tussen de verdorde afgevallen bladeren bij het aankomen van mij imposante gestalte -kuch kuch-. Om de voorsteden van Troyes te betreden moest ik nog wel eerst een stuk weg overwinnen dat ondergelopen was door de regen van de afgelopen dagen. Voorzichtig baadde ik me een weg door het water en voor ik het wist was ik in Troyes. Een enorm leuke en gezellige stad met een heel middeleeuwse uitstraling. Het bezoeken waard! Ergens in een steegje mijn lange strakke sexy thermische broek uitdoen omdat het gewoonweg te warm was en kon de "Running 3" winkel zoeken om een steunzool te kopen die me zou helpen met mijn scheenbeen. Whu knows… Nog snel wat energiebars in de rugzak laden, een stempel en bezoek brengen aan de kathedraal en mezelf aan den toog zetten met een halve liter bier… gewoon perfect. Het weer was goed, ik had niet meer zoveel last van mijn scheenbeen maar kon wel pas om 18u binnen bij mijn adresje. Maar de tijd doodde ik graag met een Affligem au fut. Om 18 dan aankomen bij France-Odiel en haar man waar ik een tas thee en koekjes aangeboden kreeg en plots was er nog een tweede bezoeker. Iemand van de bloemenwinkel die aan de hand van het interieur, lichtinval, … de ideale kamerplant wou verkopen voor op een kast. Anfin, na dit vage bezoek een snelle douche, was spinaziesoep en linzen eten en hop het bed in voor de usual stuff.


    Dag 18: Troyes-Troyes: 10-20km

    Om 8u ging de wekker op mijn eerste rustdag. Vandaag zou ik “den toerist” uithangen in Troyes. Maar dat kon niet zonder een stevig ontbijt. Maar toen gebeurde er iets uniek. Er belde niemand anders dan Martine. Zij wou vanavond bij dezelfde mensen slapen. Ik kreeg ze dan aan de lijn om alles wat uit te leggen omdat de communicatie wat moeilijk was tussen de Franse gastvrouw en de Nederlandse pelgrim. Ik kreeg ook ineens te horen dat ze liever alleen wou stappen en ze had ook andere plannen voor de komende dagen dus zou ik op zoek moeten gaan naar een andere meewandelende pelgrim. Het stadscentrum van Troyes kan ingedeeld worden in 2 delen: de kop van de champagnekurk en het lichaam van de kurk (je moet maar eens met Google maps fzo kijken om de vorm te zien, dan snap je het wel). Ik begon met een een bezoekje aan de markt “Les Halles” waar ze vanalles en nog wat verkochten. Vervolgens zette ik mijn toeristische tour met bijhorende foto's verder. In de voormiddag stonden volgende zaken op het programma:

    • Kathedraal

    • La Cité du Vitrail: een museum met kerkglaswerken

    • De decadent dure hotels La Maison de Rhodes(209-349 per nacht) en Le Champ des Oiseaux (199-389 per nacht). Beide een heel mooie middeleeuwse buitengevel. Maar voor mij het geld niet waard.

    • Museum van Moderne kunsten

    • Musée de Saint-Loup: het mooiste en leukste museum van de dag. Veel opgezette dieren, archeologie van de streek en het oude Egypte.

    Om dan de voormiddag af te sluiten ging ik nog even langs de Fnac om een schrijfschriftje te kopen. Ook nog even naar de Carrefour om wat inkopen te doen voor de volgende dagen en deze middag waar ik wederom een vreselijke ontdekking deed. Ik wou wat kaas kopen voor op mijn baguette en het eerste pak kaas dat ik vast pakte was helemaal beschimmeld… ik besloot dan maar wat droge worst te kopen om mogelijk dodelijke maaginfecties te ontlopen. In het verblijf ging ik dan snel middageten om mijn toeristische tour in Troyes af te ronden. In de namiddag stonden volgende zaken op het programma:

    • Rue Paillote de Montabert, Ruelle des Chats, Cour du Mortier d’Or en rue Émile Zola. Allemaal kleine gezellige middeleeuwse straten.

    • Kerk Saint Pantaleon waar ik een kaarsje brandde voor het goed verloop van de tocht.

    • Musée de Vauluisant waar er vanalles te zien was over het lokale stoffenweven. Hier vervulde ik weer een goede daad door een oude vrouw van de scheve trap te helpen. Wat een held ben ik toch.

    Tegen 15.30 kwam ik dan terug aan Hôtel de Volle waar ik genoot van een “goei Chouffke”. Het was namelijk zalig weer en dan ben je wel verplicht er ene te drinken op het terras. Tot aan het avondeten ging ik dan nog wat genieten van het straatfeest met Country, Afrohouse, R&B, Hip-Hop, Soul en Salsa muziek+dans en een Zuid-Amerikaanse cocktail Horchata om de Peruaanse herinneringen wat op te halen. Mijn dag kon echt niet meer stuk. Zo blij dat ik een dag pauze heb genomen. Tegen 17.30 kwam ik dan aan in mijn verblijf, nam een douche en leerde al gauw Martine in levende lijve kennen. Een sympathieke dame die net als iedereen op de Camino haar eigen verhaal heeft. Na een langdurend avondmaal met bloemkoolsoep, salade, yoghurt en ijs (met koffiesmaak, dus dat was een aangename verassing… Not) nam ik afscheid van Martine omdat zij morgen zou uitslapen kon ik dan toch tegen 23u mijn bed inkruipen. 

    11-03-2017 om 23:53 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (4 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    06-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Rocroi tot Moussy: 5 dagen 140,5km

    Dag 9: Rocroi-Signy-l’Abbaye: 30km

    Om 7.45 ging de wekker, kon ik me omkleden en werd ik verwacht aan de ontbijttafel. Het enige probleem was dat mijn scheenbeen terug enorm veel pijn deed. Na een sober ontbijt met enkel confituur en brood (wat ook de lunch was) besloot ik dan nog even te liggen om mijn been laatste rust te gunnen voor ik ging stappen. Toch ook ineens de ideale moment om mijn guilty pleasure te bekijken online (temptation island). Na nog eens goed gelachen te hebben kon ik dan tegen 10u toch vertrekken richting Signy-l’Abbaye. De voormiddag was vrij zwaar. Veel wind en de pijn in het been zorgde ervoor dat het lastig stappen was. Het was kop naar beneden, niet nadenken en gewoon gaan. Onderweg hiernaartoe merkte ik al gauw dat die adventure en decathlon winkels me hadden beetgenomen en voorgelogen. Ik mij goed ingepakt in mijn windstopper, maar tevergeefs, de wind was niet gestopt…(haha). In L’Échelle besloot ik dan mijn boterhammen met confituur en confituur te benuttigen, uit de wind en in de zon uiteraard. Wonder boven wonder hadden al die confituurbokes een mirakel verricht na de middag. Ik kon ineens het prachtig glooiende landschap met opgeheven hoofd overvliegen en begon zelfs een nieuwe route te volgen -niet omdat ik het oorspronkelijke pad kwijt was hoor (kuch kuch)-. Uiteindelijk kwam ik dan aan de boerderij Faleul uit. Hier besloot ik dan aan te kloppen en mezelf vriendelijk uit te nodigen om iets te drinken. Al gauw besefte hoe klein de wereld eigenlijk is. De eigenaar was van Antwerpen en zijn kinderen waren op bezoek. Zij waren ,zoals ze bij ons zeggen, “van achter den hoek”, namelijk van Deurne. Met een warme thee in de maag zette ik dan de laatste 7km in. Ik had zoveel energie en voelde me zo goed dat ik letterlijk bijna over de heuvel liep. Aangekomen in Signy-l’Abbaye ging ik een stempel zoeken voor in mijn stempelboekje en een plaats om te slapen. Al gauw kwam ik bij de B&B uit van madame Créquy. Hier nam ik dan een douche, waste ik mijn kleren en liep naar de winkel om te kunnen beginnen koken. Massa's wortelpuree, 2 spiegeleieren, 2 kalkoenschnitzels, een avocado, yoghurt en 2 croissants. Met een zeker voldane maag trok ik me terug in de kamer voor mijn vast avondritueel. Wat lezen in de stapgidsen, wat schrijven in mijn blog, iets laten weten aan het thuisfront, foto's selecteren en in juiste albums zetten, tandjes poetsen en slapen.


    Dag 10: Signy-l’Abbaye-Château-Porcien: 30km

    Om 7.40 ging de wekker, rustig opstaan en om 8.15 stond de ontbijttafel netjes gedekt. Rarara met brood en confituur, wat ook het middageten zou worden. Ik begin de indruk te krijgen dat ze in Frankrijk veel confituur en brood eten. Het wandelen vandaag was niet echt spectaculair. Gewoon wat op en af, geen zon en geen regen. Tussen velden en bossen en dat was het eigenlijk. Hetgene wat me wel opviel is dat in elk dorpje waar ik passeerde een dode en stille sfeer hing. Geen kat die op straat liep, geen auto die over de baan reed en huizen waarvan je je afvraagt of ze bewoonbaar zijn of niet. Best raar. In Wasigny at ik mijn boterhammen met confituur op en kon ik verder stappen tot in Château-Porcien. Tegen Hauteville begon ik het wat moeilijk te krijgen. De pijn die ik voorheen had aan mijn rechterscheen had zich verplaatst naar de linkerkant. Misschien iets wat mijn twee schenen moeten doormaken om Compostella te bereiken. Het was toen nog maar 14u en besloot dus nog verder te stappen. Op de tanden bijten en geregeld vloeken zorgde ervoor dat ik de laatste 8km kon afronden tegen 15.30. Ik zocht naar het café dat mij de code gaf van de pelgrimskamer wat verderop. Een verschrikkelijk vuile en slechtliggende matras en vuile douche. Zeker weten, de slechtste verblijfplaats tot nu toe. MAAR ik was er aangekomenen waar het warm was en was een tevreden mens. Ik nam een douche, waste mijn kledij en besloot iets te gaan drinken in het café waar ik vanavond ineens zou gaan eten. De beleefdheid en vriendelijkheid dat de mensen hier hebben is niet zoals we bij ons kennen. Bij het binnenkomen geeft men iedereen een hand alsof men elkaar al jaren kent. Eén van die gekke dingen die je kan ontdekken op de camino. Na een lekker driegangenmenu:

    • Wortelsalade, half ei en gebak met kaassaus en hesp

    • Koeientong met pasta

    • Banaan, American cookies, chocoladesaus en slagroom

    Was mijn maag lekker vol en kon ik tegen 20.30 gaan slapen.


    Dag 11: Château-Porcien-Pomacle: 28km


    Na een wazige nacht van dromen:

    • Denken dat er een hond aan het blaffen is voor de deur en dat er iemand binnen wil komen en kei hard beginnen roepen (ben blij dat ik dus alleen in de kamer was);

    • Denken dat de politie de kamer binnenvalt;

    • Denken dat je nog helemaal niet op tocht bent naar Compostella;

    • …

    besloot ik om 8.15 uit mijn bedje te kruipen, mijn zak in te laden en iets te eten. Ik was blij zelf eten te hebben voorzien want had niet veel zin in boterhammen met confituur. Op het menu, chocoladebroodjes, mmm… Voor het vertrek nog rap iets schrijven in het gastenboek en daar deed ik een opmerkelijke ontdekking. De hollandse die ook in de B&B had geslapen in Rocroi, was gisterenochtend hier vertrokken. Dat wilde dus zeggen dat ik dichter en dichter in de buurt kwam van Martine Bakker. Nog een dag of 2 denk ik. Tegen 9.20 vertrok ik dan met mijn hebben en houwen richting Pomacle. De voormiddag was zalig. Niet te warm, wel wat regen, en enorm veel dieren gezien. Vogeltjes die vrolijk in het rond floten, tientallen reeën die over de weg en door de velden liepen, twee vossen die net hetzelfde deden en massa’s konijnen deelde die mening van de vossen en reeën. Onderweg dacht ik ook dat elke andere voetstap die ik tegenkwam of ze van Martine zou zijn of niet. Als een ware spoorzoeker kwam ik dan aan in L’Ecaille waar ik mijn overige chocoladebroodjes op at en stapte verder richting Bazancourt. Het weer begon wat op te klaren maar begon me te ergeren aan iets. Niet mijn schenen, niet mijn voeten, niet mijn rugzak, ook niet het weer, ook niet de temperatuur, MAAR de vogels. Voor twee uur lang waren er piepkleine vogels die een verschrikkelijk “tshirpend” geluid maakte. De eerste tien minuten is dit allemaal leuk en dan maakte ik er een spel van om de juiste “tshirp” bij de juiste vogel te plaatsen. Maar ze waren soms zo klein dat ik geen vogel zag en continu “getshirp” hoorde. Op een bepaald moment dacht ik zelf dat ik zot werd omdat ik geen vogels zag maar wel massa’s “getshirp”. Na dus twee uur in het “getshirp”, “tshirp”, “tshirp”, “tshirp”, “tshirp”, “tshirp”, “tshirp”, “tshirp”, … (je hebt het misschien wel door hoe lastig dit nu was) te hebben gewandeld kwam ik aan in Bazancourt waar ik in de supermarkt een banaan, cola en nog chocoladebroodjes ging halen. Ik tankte dus een beetje bij voor de laatste 6 km en net toen ik vertrok begon het gigantisch hard te regenen en te waaien, maar die uitdaging ging ik met alle plezier aan. Om het natuurlijk nog wat harder te maken was de grond tussen de velden zo plakkerig geworden dat er denk ik aan elke schoen twee kilo was bij gekomen en dus ook compleet mijn grip verloor. Al “schaatsend” bereikte ik toch het kleine Pomacle waar ik vriendelijk ontvangen werd bij Joël, die zijn huis helemaal zelf gebouwd had. Na een theetje en een warme douche kon ik nog een beetje ontspannen. Tegen 18.30 kwam Patrice (vrouw) en twee kinderen thuis (Thibaut 6, Caroline 8). Tussen de drukte van de kinderen konden we met 3 toch goed aperitieven met een glas echte champagne van de streek. Het avondeten was als voorgerecht wortelsoep en als hoofdgerecht een lokaal gerecht (gemarineerd gehakt in bladerdeeg). Met een lekker glaasje wijn erbij en een goed intiem en open gesprek kroop iedereen tegen 23u -misschien een beetje licht beschonken- zijn eigen bedje in. Joël en Patricia, jullie zijn absoluut twee toppers en zal jullie niet snel vergeten!!!


    Dag 12: Pomacle-Rilly-la-Montagne: 26,5km

    Om 8u rustig wakker worden om dan tegen 8.30 rustig aan te schuiven aan de ontbijttafel. Boterhammen (eens geen rare baguette) met choco en confituur. Nog snel een foto met de kids en kon dan in mijn proper gewassen kleren om 10u de dag inzetten. De voormiddag was weer wat ploeteren door de klei maar al gauw begon ik in de verte de kathedraal van Reims zien. Nu ik mijn doel (voor de middag) in zicht was op het einde van een lange rechte weg werd het tempo wat verhoogt. Maar met een verhoging van tempo begon het ook meer te regenen. Toen ik de voorsteden bereikte van Reims was het gigantische hard aan het gieten. Met ijskoude handen probeerde ik de regen en verschrikkelijk koude wind te trotseren en had al spijt dat ik geen warmtezakjes had meegenomen. Nog voor Reims kwam ik en pannenkoekenkraam tegen waar ik me even ging opwarmen met een nutellapannenkoek en warme thee. Dat gaf me de energie om de laatste 4km naar de kathedraal te volbrengen. Bijna daar aangekomen stopte er ineens een auto voor mij die vanalles zei met “Compostella” en “sécher” en voor ik het wist was ik ingestapt en aangekomen in een klein maar gezellig appartementje dat op 200m van de route lag. Mijn spullen werden te drogen gelegd enkreeg een warme thee. Ik werd mee uitgenodigd om iets te eten met Mathias, Stephanie en de 2 kinderen. Na de kirr als apéritif mocht ik dan aan de tafel plaatsnemen. Respectvol als ik was wachtte ik met eten tot iedereen voedsel op zijn bord had en voor ik wist begonnen ze samen een eetgebed te zingen. Na dit muzikaal intermezzo kon ik dan in de sla, pasta, hertengebraad en platteland met framboos vliegen. Wat was me dat smullen. Ook hier snel wat contactgegevens uitwisselen, een foto trekken en kon dan om 15u het laatste stuk van de dag inzetten, en het was gestopt met regenen. Nog een stempel halen in de kathedraal en na 10minuten stappen had ik weer prijs. Het begon weer te regenen en deden beide schenen weer pijn. En om het dan nog wat erger te maken, begon het een half uur voor ik Rilly-La-Montagne bereikte te gieten. Het zicht dat zich eerst kilometers ver uitstrekte was nu maar een 100tal meter geworden. Zeiknat en ijskoud kwam ik dan bij de champagnemakers aan waar ik niet zo geweldig werd ontvangen door de vrouw des huizes. Ik was nat dus mocht niet binnen (de slaapplek was ergens anders in het dorp), en moest zelf vragen of ik in de garage mocht staan om toch even uit de koude te kunnen zijn. Uiteindelijk kwam ze dan toch zelf met de vraag of ik iets van thee of zo wou. Uiteraard! Maar dan moest ik snel de thee opdrinken omdat de man (die wel sympathiek overkwam) was aangekomen en ons met de auto een paar honderd meter verder afzette omdat zij niet door de regen wou stappen. In het huisje kreeg ik dan een snelle rondleiding en werden er concrete regels opgelegd.

    • Voor ik vertrek poetsen.

    • Stempelboekje afgeven in ruil voor de sleutel.

    • Morgen zeker voor 9u de sleutel afgeven.

    • Niet aan de verwarming komen.

    Ik was wel blij weer binnen te zijn en voor ditmaal een badje te kunnen pakken. Lekker wat ravioli opwarmen en hop om 21u bedje in want de regen had me serieus moe gemaakt. Ook wilde ik mijn lichaam voldoende rust geven, met die stomme schenen van me.


    Dag 13: Rilly-La-Montagne-Moussy: 26km

    Om 7.30 ging de wekker al omdat ik op tijd de sleutel moest brengen. Zak inladen, een beetje oprommelen en de nieuwe dag op mij laten afkomen. Ik had eerst  besloten om maar 12 km te stappen tot in Champillon en daar een slaapplek te zoeken. Om 8.45 kon ik de goed en wel op een rustig tempo vertrekken. Het enige wat ik kan zeggen van de voormiddag is dat ik heel hard genoot van de geur van omgezaagde en geschilde dennenbomen. In Champillon zocht ik dan het adres waar ik zou kunnen overnachten. Niemand thuis en ook nergens iemand in de buurt. Ik besloot dus om wat verder te stappen op een heel rustig tempo verder te stappen. Tussen de wijngaarden die allemaal op eenzelfde manier georiënteerd waren, zette ik mijn tocht verder. Het had wel iets speciaal. De champagneboeren die hun struiken zorgvuldig bijknipten en overige takken verbrandde zorgde ervoor dat je in de hele omgeving kleine rookpluimpjes zag en de geur van brand in het dal bleef hangen -Mmm kampgeur-. Maar losstaand van die paar dingen lukte het toch heel moeilijk om te genieten. Ik moest me focussen om rustig te stappen en de twijfel of ik het allemaal wel zou kunnen begon ook weer op te spelen. Maar ik hield me voor het dag per dag te bezien en energie te halen uit mijn overnachting. Uiteindelijk kwam ik dan aan in Moussy waar ik dan in het hotel een douche kon pakken en even te ontspannen. Tegen 19u kon ik dan moederziel alleen de menu van de dag verorberen: risotto, lasagne en taart. Met het buikje vol en het avondritueel afgerond kon ik als gelukkig mens gaan slapen.

    06-03-2017 om 21:16 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (8 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    01-03-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Namen tot Rocroi: 4 dagen 107km

    Dag 5: Namen-Dinant: 28km

    Na een zalige nacht te hebben gehad deed ik om 8u de gordijnen open, genoot van het uitzicht en pakte mijn zak bijeen. De ontbijttafel stond rijkelijk bedekt met brood, kazen en zelfgemaakte confituur.Heerlijk om de dag zo te beginnen. Boterhammen smeren voor de lunch en afscheid nemen van de geweldige gastvrouw Annemarie. Deze keer zou ik me niet laten vangen door de koude, dus kleedde me zeer stijlvol aan, een thermische strakke zwarte “pantie”, een korte groene broek erover en de sokken over de pantie getrokken. Jani, zou er niet mee kunnen lachen, maar ik zou de koude bestrijden. Eenmaal op weg was het simpel, gewoon de Maas volgen tot in Dinant. Het tempo zat er goed in en voor ik het wist zat ik na 2u al in Profondeville. Boterhammen opeten en verder stappen. Even verderop kon ik dan mijn goede daad van de dag als scout en pelgrim volbrengen. De ketting van iemands fiets er weer opleggen. Wat een helden toch die pelgrims. Stap, stap stap, brug over en hop ik was al om 14.30 in Dinant. Snel de abdij zoeken mezelf installeren, douchen en even genieten van een chocolaatje en fruitthé. Voor de mis besloot ik dan nog wel een café te vinden om een leffe te drinken. Dat moet toch gebeuren als je in de abdij van Leffe mag slapen. Om 18.30 nam ik dan deel aan de mis (vêpres). Wederom een magisch moment. De lage stemmen van de 7 priesters galmden door de kerk en raakte elk haartje in mijn lichaam dat vervolgens rechtsprong. Echt een kiekenvelmoment. Op een bepaald moment heerste er ongeveer een minuut stilte die doorbroken werd door de typische geluiden van de orgel. Een bekend en mooi lied (waarvan de naam me tot op heden nog onbekend blijft) maakte me ook van binnen helemaal stil. Na de mis kon ik dan aanschuiven aan mijn eenzame tafel in de pelgrimskamer. Ik wist niet waar eerst te kijken:

    • Brood, sandwiches en pistolets

    • 4 soorten kaas

    • 4 soorten vlees

    • Een grote kom soep

    • Een ovenschotel met aardappelen en gehakt

    • Koud slaatje

    • Ananas

    • Chocolade

    • Yoghurt

    • Pudding

    • Fruit

    Het was gewoon teveel om op te eten. Met een foodcoma besloot ik me dan terug te trekken in de kamer, even op bed te gaan liggen en voor ik het wist waren mijn oogleden toe gevallen en was ik in dromenwereld.


    Dag 6: Dinant-Givet: 24km

    Heerlijk geslapen. Maar iets baarde me zorgen. Een trekkende pijn aan mijn rechter onderscheen maar er was niets te zien dus ging ik als een flinke jongen om 8u naar de ontbijttafel. In mijn eenzame kamer lag er brood en beleg om te verorberen en om te smeren als lunch. Ik dacht ook eens een tasje koffie te drinken maar tevergeefs. Ik kreeg het niet binnen. Ik probeerde verschillende manier door aan te lengen met suiker en melk, maar niets hielp. Gewoon een glas water dan maar en naar de kamer om alles klaar te nemen voor de 6e dag. Die zag er heel rustig uit, 24km langs de Maas wandelen. Eenmaal Dinant uit was het prachtig. Vlak langs het water op een klein smal bospad deed me al mijn zorgen vergeten en begon al te denken: Dit pad kan ik wel kilometers volgen zonder het beu te zijn. Ik passeerde een aantal rotswanden die ongetwijfeld bij warmer weer beklommen zouden worden. Aan de overkant van Waulsort at ik mijn lunch op maar wou al gauw verder stappen. Maar eenmaal Hastière uit begon mijn stemming wat om te slaan. Het was allemaal niet meer zo mooi als de kikkers ervoor en de pijn aan mijn voet begon terug op te spelen. Ik werd er kwaad van op mezelf. Die massa's kilometer zouden voor een andere keer zijn. Aan een slenterend tempo ging ik dan de laatste 6 in. Om het kwartier toch even zitten of uitrusten en zo kwam ik dan toch in Givet. Ik heb gevloekt op mezelf, mezelf moed ingepraat en was blij eindelijk te zijn aangekomen. Ik moest dan nog een klein uurtje wachten tot ik ergens warm kon binnen zitten. Uiteindelijk kon ik dan om 15.45 toch binnen en rusten. Toch nog snel even naar de Carrefour om iets te halen om te eten en ik kon na een warme lange douche met de benen omhoog even ontspannen. En dan begon de eerste mentale krakjes zich te vormen. Bang hebben dat je fysiek je in de steek zal laten… Een telefoontje naar het huisfront gaf me terug wat energie. Een beetje proberen eten en in bed gaan liggen met een boekje en wat verkoelende middelen op de voet. Dan om 20u alle lichten uit en wat proberen slapen. Laat het maar snel morgen zijn.


    Dag 7: Givet-Olloy-sur-Viroin: 29km

    Na een uitputtende 6e dag stond ik om 8u op met nieuwe energie. Rap 2 yoghurtjes binnenwerken, zak inladen, me weer stijlvol kleden en kon dan om 9u de weg verder zetten naar Compostella. Die nieuwe energie waar ik mee opstond werd in de voormiddag alleen maar bevestigd en vergroot. Na de afgelopen 6 dagen bijna alleen maar macadam gezien te hebben, was ik blij eindelijk op gras of bospaden te wandelen. Eenmaal Hierges voorbij begon ik dan helemaal op te fleuren. Een heuvel over via een modderig bospad. De Ardennen waar ik zo van hou. Eenmaal boven speelde ik wat met de Frans-Belgische grens en kon ik genieten van het zalige uitzichten. In Mazée besloot ik dan ergens een microgolf te zoeken voor mijn resterende pasta van gisteren op te warmen. Zo kwam ik terecht bij een alleenstaande man van 35 waar ik nog een knapperig gebakken boerenworst voorgeschoteld kreeg en een koekje meekreeg. Vol energie zette ik dan de laatste kilometers in naar Olloy-sur-Viroin. Na een half uurtje stappen begon het te regenen en dat zou de komende 2,5u niet veranderen. Maar al dat nats kon me weinig doen want was zo blij met het wandelen in de bossen dat ik de regen zelfs niet merkte. Tegen 15.15 kwam ik dan toch kletsnat aan in Olloy-sur-Viroin waar ik nog 1,5u moest wachten om het Europees centrum in te mogen. Tegen 17u kon ik me dan zoals de afgelopen 6dagen installeren en ging ik met een mislukt bord zelfgemaakte  spaghetti met pepersaus -wat uiteindelijk wel smaakte- voor de tv zitten om het nieuws en dergelijke te zien. Ik besloot ook iedereen nog eens op te bellen vooraleer ik morgen de Franse grens zou oversteken. Na wat te bellen, wat tv, een chips en een cola kon ik dan tegen 22u in mijn bedje kruipen. Au revoir Belgique!


    Dag 8: Olloy-sur-Viroin-Rocroi: 26km

    Om 7.45 opstaan, wat zaken regelen met telefonie Enzo en kon mijn zak inladen. Om 9.15 was ik dan de baan op en kon de eerste kilometers inzetten richting Oignies-en-Thiérache. De route was prachtig. Door de modder en onder water gelopen paden en dankzij de constante regen werd dit ook alleen maar erger, maar dat maakte het zelfs zo leuk dat ik met bokkesprongen en bijna al lopend op sommige stukken mezelf voortbewoog. Zalig gewoon. Het was ook de eerste keer dat ik de natuur niet zag maar hem beleefde. De heldergroene kleuren van het mos kleurde de bodem tussen de bomen, de gegroepeerde meiklokjes die helderwit afschenen op het groene tapijt. En de kleurrijke elfenhuisjes die op de berkenstammen waren vastgegroeid. Het had echt iets magisch. Eenmaal het sprookjesbos uit moest ik wederom op zoek gaan naar een microgolfoven om mijn pasta op te warmen en iets te eten. Bij het eerste huis waar ik aanbelde kon ik meteen binnen en kreeg ik er nog een cola bij. Vol energie kon ik dan het volgende bosstuk volgen tot in Rocroi. Maar net zoals het vorige bos merkte ik de kleinste dingen op. Dit keer geen kleuren maar een verscheidenheid aan dieren. Mierenhopen van een meter hoog, buizerds die over de weilanden geruisloos rond zweefden op zoek naar een prooi, een babyree en moeder die verschoten kleinste geluid dat ik onbewust maakte, de everzwijnenpoelen die een hun typische geur verspreidde maar het mooiste van al bleven de wel bijna honderd -en dan overdrijf ik niet- koolmeesjes die bij mijn aankomst opstegen en vrolijk in de buurt bleven ronddwarrelen. Dit geweldig stukje bos liep dan uit op de eerste bewoning dat zou aanhouden tot in Rocroi. Nog even langs de Carrefour passeren, de stapgidsen en ander materiaal dat ik niet meer nodig had opsturen naar huis met een begeleidende brief en kon dan tegen 16u aankomen bij mijn chambre d’hôte Pernelet-Jaschinski. Een uniek stukje gezelligheid. Een aanrader maar je moet er wel voor zijn! In de veranda waar alles een beetje schots en scheef stond en versierd met allerlei kaarten, maskers, doeken en andere unieke zaken, kreeg ik dan een lekkere muntthe die me al gauw deed opwarmen. Het had namelijk van 9u tot het slapengaan gegoten. Ik kreeg dan mijn kamer toegewezen die eenzelfde rustieke unieke sfeer uitstraalde. Ik kon me dan gaan douchen in de badkamer waar honderden lege potjes parfum uitgestald waren en die de geur, in combinatie met het oude interieur, van de kamer bepaalde. Het was een te unieke ervaring om te kunnen beschrijven. Je zou hier zelf eens een nacht moeten verblijven. Tegen 18u ging ik dan naar beneden om wat te praten en al gauw kwam ik te weten dat er een pelgrim een paar dagen geleden hier had overnacht die richting Vezelay ging. Dus met wat geluk zou ik ze kunnen inhalen en zou ik niet alleen zijn op de route. On vera! Na wat quiche, bloemkool met sla en patatten, kaastafel, pudding en een banaan ging ik dan naar boven om nog wat te lezen en te ontspannen om dan tegen 23u in slaap te vallen. Laat Frankrijk maar komen!!! Je suis prêt.

    01-03-2017 om 21:54 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (5 Stemmen)
    >> Reageer (2)
    25-02-2017
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Van Deurne tot Namen: 4 dagen, 120 km

    Dag 1: Deurne-Hofstade: 29km

    Om 7.30 eindelijk was het zover. Gordijnen open het eerste wat opvalt: nat nat nat maar toch kijk ik hier al 2 jaar naar uit en de toch kan eindelijk beginnen. Ontbijten ging nog wel wat moeizaam, maar zal dit gaandeweg wel leren. Yannick, Faya, Sam, Lenderd, Ralph, Dirk, Pat en mama stonden klaar voor een laatste knuffel of kus. Samen met Lenderd kon ik dan de eerste kilometers inzetten. Door het mieserende weer kwamen we aan de vlieghaven van Deurne de eerste persoon die riep “Buen Camino!”. Met een glimlach op ons gezicht volgde we de fietsostrade van Mortsel tot in Duffel. Een eerste foto bij de eerste kapel, en voor we het wisten waren we in Duffel. Hier ontmoette we dan Julie en wandelden we samen met haar tot aan het Fort van Duffel waar ik getrakteerd werd op een zalige kip met frieten en appelmoes, echte boerenkost. Hierna trokken Lenderd en ik vrolijk verder richting Mechelen. Aan het Compostellagenootschap nam ik afscheid van Lenderd en kreeg ik mijn eerste stempel. Ik werd ook voor de eerste keer uitgenodigd om iets te komen drinken bij het genootschap. Alle geluk ging ik op dit aanbod in want het zou me een goede slaapplek voor de volgende dag bieden (aangeboden door Dees van het genootschap). Hierna was het nog een uurtje doorbijten tot in Hofstade waar bij de zus Trui een warme douche, bed en pastagehaktovenschotel op mij stonden te wachten. Nog snel even de guilty pleasure Temptation Island meegepikt voor het slapen en kroop tegen 23u mijn bedje in (wat eens deugd deed omdat ik de laatste nacht maar 4u geslapen had). Een leuke en geslaagde eerste dag.


    Dag 2: Hofstade-Heverlee: 28km

    Verdomme, geslapen tot 16u… althans dat dacht ik toch want dromenwereld had me wederom eens beetgenomen. Toch om 7.30 al uit bed gekropen om de zak in te laden en proberen te ontbijten. Ondertussen maakte Trui voor mij een lunchpakketje klaar, bokes met ei. Om 8.45 poseerde ik nog snel voor een foto en kon terug vertrekken. De dag zag er heel simpel uit. Zolang ik aan het kanaal (Dijle) bleef zou ik in Leuven uitkomen. Ik zette me in de buurt van Tildonk even op de grond om rond 11.30 mijn lunch te verorberen. Allegeluk had ik goed gekeken want was bijna in de hondenpoep gaan zitten… (mensen zouden dit echt wat beter moeten opruimen). Losstaand van dit iets of wat wansmakelijk feit moet ik wel zeggen dat dit misschien wel de beste bokes met ei waren die ik ooit had gegeten -merci Trui-. Het enige wat tussen Tildonk en Leuven een “probleem” vormde was de continu draaiende wind die me af en toe wel eens van mijn wandellijn blies. Bij het binnenkomen van Leuven moesten de weergoden me nog even plagen door eens goed met de wind te draaien terwijl het goed doorgoot. Even de weg vinden in Leuven en kon even uitpuffen in de Sint Pieterskerk. Om 15u zette ik mijn laatste trek door tot in Heverlee waar ik bij het Don Bosco huis de nacht zou spenderen. Hier werd ik ontvangen door de directeur van het huis en kreeg door Dees (die al 2 keer in Compostella was geweest met de fiets) mijn kamer toegewezen. Even installeren, douchen, kleren wassen en drogen en voor het avondmaal nog een praatje slaan met Dees. Samen met hem dekten we de tafel voor de 6 andere broeders, waaronder 4 internationalen (vooral Azië). Ik mocht me hier goed laten gaan en had na een boterham met kipcurry, 2 tassen soep, 2 borden spaghetti, 2 pannenkoeken, een zoetje en een peer toch voldoende gegeten. Samen afruimen en afwassen en werd dan uitgenodigd om het avondgebed bij te wonen. De liederen en toonaard van de samen opgezegde gebeden straalde iets rustiek uit waar ik toch van kon genieten. Erna werd er dan gekeken naar het nieuws van 19u en deelde Dees en ik nog wat verhalen en ervaringen bij het eerste pintje van de tocht. Erna trok ik me terug in mijn kamer om de route voor morgen voor te bereiden en kon ik gerust mijn oogjes toe doen. Dag 2 was ook een succes (als het zo blijft gaan, zullen de komende weken voorbij vliegen, maar ik zal hier maar niet vanuit gaan).


    Dag 3: Heverlee-Gérompont: 36km

    Om 7u ging de wekker na een zalige nachtrust te hebben gehad in het huis van Don Bosco te Heverlee. Ik “moest” -het was uiteraard een eigen keuze- namelijk om 7.30 deelnemen aan de ochtendmis waar ik een pelgrimszegen ontving. Het deed wel iets met me, 10 mensen die samen voor mij aan het bidden waren. Erna konden we meteen aanschuiven aan de ontbijttafel waar de charcuterie en “spek me egg” rijkelijk aanwezig waren. Nog een beetje bijbabbelen, lunchpakket maken en de zak inladen. Nadat Dees me dan de weg had gewezen naar de Compostellasticker namen we afscheid en kon om 9.30 de tocht richting “geplande” Jodoigne ingezet worden. De zon straalde, ik had tonnen energie en was al tegen mezelf bezig dat ik de wereld aankon. Tussen de velden en beboste hoge bermen kwam ik dan aan in Meldert waar ik aan de kerk mijn bokes opat. Na een half uur gezeten te hebben sprong ik recht en zette ik de tocht verder naar Jodoigne. Eenmaal Hoegaarden gepasseerd kon ik de Ravel helemaal volgen tot in Jodoigne. Een ideale route om toch een een tijdritje te houden. 47 minuten voor 5 km, een goede 6,5 km/h. Om 14.30 kwam ik dan aan in Jodoigne en besloot dan toch nog wat verder te stappen omdat ik het te vroeg vond om een slaapplek te zoeken. Hop de Ravel terug op en na een half uur stappen begon de vermoeidheid toch in de benen te kruipen. Terugkeren ging niet want de broer had gezegd “nooit terugkeren, altijd vooruit gaan”. Na dan nog 1,5u gestapt te hebben besloot ik dan toch een slaapplek te zoeken. Verder ging echt niet meer. Het eerste “geschenk van de camino” -quote Dees- was toegekomen. Tis niet dat je je goed voelt dat niet onvermoeibaar bent. In Gérompont besloot ik dan everzwijnentochtstyle een slaapplek te vinden. Snel naar de kerk, even uitpuffen en dan elke deur afgaan. Deur 1, geen optie tot slapen of eten, deur 2 optie tot slapen en eten maar ze vertrok om 18u op reis, deur 3 deden niet open, deur 4 verwees me door naar iemand die de gsm nummer van de priester had. Dus hop naar deur 5 waar niemand open deed. Ik belde nog eens en plots riep er iemand aan de overkant van straat die vroeg wat ik nodig had. Ik heel mijn uitleg gedaan van slapen en eten en hij nam me mee naar deur 6. De man die me verder hielp bracht me dan terug naar deur 5, ging met zijn sleutel binnen en stelde me voor aan de ouders die blijkbaar net waren aangekomen. Ik kreeg echter wel geen nummer van de priester maar wel een warm bed, douche, toilet, drinken, taart en patatten met erwtjes/wortelen/bonen en 2 in sappig spek gewikkelde hamburgers. Ik werd hier op een enorme gastvrije vriendelijke maar toch wel luide manier ontvangen, uniek! Die avond keek ik wat tv met de man des huizes terwijl de vrouw naar de mis ging. We praatte wat over hoe technologie onze wereld overneemt en dat we niet genoeg met elkaar meer praten maar constant op de gsm of tablet bezig zijn en dat de mensen wat meer gewoon samen moeten komen. Het vreemste was wel het programma op La Une waar ze de duurste restaurants en hotels van de wereld lieten zien. Duurste hotel: New York, $75.000/nacht en duurste restaurant: Ibiza, 12 plaatsen, gemiddeld €1.750/pp. Swat toen de vrouw des huizes terug kwam, kookte ze wat voor mij, mocht ik nog even naar het thuisfront bellen en ging ik na een laatste babbel naar boven om de volgende dag voor te bereiden en te slapen. Ik wil nog wel snel zeggen dat ik ondervonden heb dat mensen je rap toch wel persoonlijke dingen meedelen zoals familiale situaties en dergelijke. Dag 3 was hard maar we leven nog.


    Dag 4: Gérompont-Namen: 27km

    “I sing a little prayer om 7.30 dat je rustig wakker maakt, heerlijk gewoon. Wel geen goede super nacht gehad, maar dat vrolijkte me wel op. Om 8u kwam ik dan aan de ontbijttafel en kreeg meteen een warme chocolademelk voorgeschoteld. Snel wat half oud dik wit brood met smeerkaas en confituur eten en een lunchpakket maken. Op mijn tupperwarepot kreeg ik nog wat fruit gelegd en uit klungeligheid en hoeveelheid liet ik de appel toch wel vallen zeker. Nog even een foto en kon dan om 9u mijn tocht inzetten richting Namen. De weg was simpel, 25 km langs de Ravel. Een betonnen fiets/wandelweg. Gewoon macadam knallen. Het had vannacht gevroren want de plassen waren bedekt met een flinterdun laagje ijs, de omgewoelde velden waren steenhard en de zon schitterde op de bevroren dauw op de weilanden. De koude zou zeker een rol gaan spelen vandaag, dat merkte ik maar al te snel. Buff over de oren en kin, pet over de oren, kap over de pet en rits helemaal toe. Aan mijn hoofd kon niets meer aankomen. Enkel de loopneus die werd veroorzaakt door die snedige wind. Maar scouts als ik ben kon het dan toch niet laten om in korte broek te wandelen. De ijskoude wind gierde langs mijn benen en knieën en voelde het kleinste haartje recht op staan. Bijna bevroren, maar telkens de volle zon op me scheen ontdooide ze wat. Stoppen zat er voorlopig niet in. Onderweg kwamen de eerste succeswensingen van fietsers als wandelaars als joggers. Toen de wind wat was gaan liggen besloot ik snel op een bankje in de zon wat boterhammen te eten maar van zodra de wind terug wat kwam opsteken ging de rugzak op de rug en ging ik in één trek door tot in Namen. Ik kwam er dan al aan om 13.30 en kon pas bij mijn gastvrouw binnen om 16u. Ik besloot dan maar en stempel te halen in de kerk, even te bezinnen in de kathedraal en besloot dan om even te gaan schuilen van de schrille koude en mezelf te trakteren op een 2e hot chocolat van de dag. Om 15.30 vertrok ik dan naar mijn pelgrimshuis. Onderweg naar boven zag ik op de richel een huis staan en dacht bij mezelf “hoe graaf zou da ni zijn als ge daar zou wonen”. En wonder boven wonder, dat huis was het huis waar ik zou eten en slapen. Annemarie deed de deur open, kreeg meteen een koek en warme thee voorgeschoteld en werd vervolgens naar mijn kamer en privébadkamer gewezen. Kleren wassen, mezelf wassen en eens goed genieten van het uitzicht, prachtig. Tegen 19 u begonnen de 3 gangen menu:

    • Pompoensoep

    • Spek met bonen en puree à la Annemarie (dit recept zet ik op het einde van deze dag omdat ik dit echt wel goed vond)

    • Pudding

    • The

    Samen de tafel afruimen en hop bedje in om nog even te skypen met het vriendinnetje en den broer. Tandjes poetsen en slapekes doen.


    Recept puree à la Annemarie:

    • ⅓ pompoen

    • ⅓ aardappel

    • ⅓ wortel

    • Dit alles samen koken (mag niet te plat zijn!)

    • Alles kruiden en samen pureren met paar eieren en mogelijk room

    • Kaas erover en nog even in de oven zetten 

    25-02-2017 om 00:00 geschreven door Jens Willemse  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (11 Stemmen)
    >> Reageer (1)

    Archief per week
  • 22/05-28/05 2017
  • 15/05-21/05 2017
  • 08/05-14/05 2017
  • 01/05-07/05 2017
  • 24/04-30/04 2017
  • 17/04-23/04 2017
  • 10/04-16/04 2017
  • 03/04-09/04 2017
  • 27/03-02/04 2017
  • 20/03-26/03 2017
  • 13/03-19/03 2017
  • 06/03-12/03 2017
  • 27/02-05/03 2017
  • 20/02-26/02 2017

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs