(Atréjoe betreedt de troonzaal van de Kleine Keizerin. De pijn aan zijn been is ondergeschikt aan de teneergeslagenheid omtrent het mislukken van zijn opdracht.)
De Kleine Keizerin: Atréjoe
Waarom kijk je zo bedroefd?
(Atréjoe overhandigt haar de Auryn.)
Atréjoe: Ik heb gefaald, Keizerin
.
De Kleine Keizerin: Nee, dat heb je niet. Je hebt hem toch
meegebracht
Atréjoe: Wie?
De Kleine Keizerin: Het mensenkind. De enige die Fantasia kan
redden.
Atréjoe: U wist het. U wist van het mensenkind?
De Kleine Keizerin: Natuurlijk. Ik weet alles.
(Atréjoe verliest een ogenblik zijn zelfbeheersing. Hij raakt tamelijk opgewonden.)
Atréjoe: Mijn paard is verdronken. Ik ben op het
nippertje aan de dood ontsnapt
De gmork
had mijn been bijna verbrijzeld en u wist
alles?!
De Kleine Keizerin: Het was de enige manier om een mensenkind
Atréjoe: Maar ik heb hem niet gevonden!!
De Kleine Keizerin: Toch wel. Hij heeft de hele tijd met jou
meegeleefd. Hij heeft net hetzelfde
doorgemaakt als jij. En nu is hij hier gekomen.
Samen met jou. Hij is vlakbij. Hij luistert zelfs
mee naar dit gesprek. Naar elk woord dat wij
zeggen...
Bastiaan: Wat?!
(Het Niets rommelt op de achtergrond.)
(Hierop verliest Atréjoe zijn zelfbeheersing, pakt zijn mes en steekt de Kleine Keizerin dood)
Bastiaan: Wat doe je nu? Ben je nu helemaal maf
geworden?
Atréjoe: Wat?! Het is allemaal jou schuld!! Waarom
moest je me nu volgen!!
Bastiaan: Mijn schuld?!! Ik heb die vrouw niet
doodgestoken! Trouwens, wie is die vrouw
eigenlijk?
Atréjoe: Dat was de kleine keizerin.
Bastiaan: Waarom heb je haar gedood?
Atréjoe: Ze heeft me maandenlang opgezadeld met
de taak een mensenkind te vinden. Ik heb me
doodgepiekerd om wat er ging gebeuren als
ik aan De Kleine Keizerin ging vertellen dat
ik gefaald had in mijn taak.
(Op dat moment komt er een bewaker binnen en ziet het lijk van De Kleine Keizerin liggen.)
Bewaker: Wie heeft de dood van de machtige Keizerin
op zijn geweten?!
(Atréjoe zet een stap naar voren en knielt nederig voor de bewaker, hij heft zijn hoofd op om vergiffenis te vragen aan de bewaker.)
Atréjoe: Het spijt me zeer maar zij is diegene die me
maandenlang heeft laten afzien.
(Daarop waarschuwt de bewaker de andere bewakers en geeft hen de opdracht Atréjoe in de kerker te gooien. Zonder enig medelijden gooiden de bewakers Atréjoe in de kerker.)
Bastiaan: Maar wie moet er dan in Fantasialand dan
regeren?
Bewaker: Wel jongen, Ik weet zeker dat De Kleine
Keizerin, jou als haar opvolger gewild had. Zou
je deze taak op jou willen nemen?
Bastiaan: Maar
Dat weet ik nog niet
. Ik denk niet dat
ik dat zal kunnen
Bewaker: Zodra je besloten hebt wat
je gaat doen zal ik het aan de bevolking
meedelen, maar vetrouw op jezelf
Bastiaan regeerden Fantasialand nog lang en gelukkig. Wat Atréjoe betreft, hij kreeg de doodstraf.
Marije Van Bouwel en Iris van Reyn
|