Inhoud blog
  • Arme Joden
  • Hoorspel deel 4
  • Hoorspel deel 3
  • Hoorspel deel 2
  • Hoorspel deel 1
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Hoorspel WOI

    20-06-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoorspel WOI
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Een gezin met vier kinderen is een huis ondergedoken diep in het donkere bos.  De vader heeft een oproepingsbrief ontvangen met de vermelding dat hij gemobiliseerd zou worden om te gaan vechten.  Iedereen was daar het hart van in, en begonnen allen schrik te krijgen voor de oorlog.

    Om zich niet te vervelen begon de oudste dochter met een dagboek.  Zo zou ze zich stil kunnen houden.  Algauw werd hun onderduikadres ontdekt, maar er werd hen niets in de weg gelegd.  In het huis zaten ze veilig.

    Ondertussen was er ook iemand gevlucht, zo vertelde men op het nieuws.  Hij was ook opgeroepen, maar had absoluut geen zin in al dat geweld, dus is hij weggetrokken naar een ver land en trekt als het ware op bezinning, en later loopt hij ook iemand tegen het lijf die met hem meetrekt.

    Een muzikaal en meeslepend verhaal over mensen die moed scheppen door elkaar te vertrouwen.  Veel poëzie en muziek maken dit resultaat tot een mooi geheel.

    VEEL LUISTERPLEZIER

    20-06-2009 om 00:00 geschreven door roelsmaarten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)
    21-09-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoorspel deel 1

    Deel 1

     

    Inleiding

    (achtergrondmuziek Willem Vermandere CD Onderweg nr. 1: Morgen in de Moeren)

     

    Een koude winterdag midden december 1914.  De Grote Oorlog was nog maar net begonnen, of er was al overal hongersnood.  De hele dag stormde het al, en niemand kon zijn huis uit.  Een gezin met 4 kinderen waren in een huis ondergedoken te midden van het bos.  Het was er nat en koud.  Ten gevolge van al die ellende braken er allerlei ziektes uit.  Zo hadden de kleinste kinderen hun kinderziektes nog niet doorgemaakt.  Hun moeder hield zich de hele dag bezig met het huishouden, terwijl de kinderen ongeduldig zaten te wachten op antwoorden die ze graag hadden geweten in verband met “De Grote Oorlog”.  De kinderen werden er zich stilaan van bewust dat ze hun vader wel eens konden kwijtraken, want hij was opgeroepen om mee te gaan naar het front.  Hij heeft nog geprobeerd, in het belang van zijn gezin om als soldaat afgekeurd te worden, maar kon zich de moeite besparen.  Allen zaten ze gespannen te wachten op het ogenblik dat de soldaten zouden aanvallen.  De vader zelf, was druk in de weer met de voorbereiding om voor lange tijd te vertrekken.

     

    Diezelfde dag nog kregen ze een opsporingsbericht te horen van iemand die vermist was.  Hij was ook opgeroepen, maar hij is er uiteindelijk in geslaagd om te ontsnappen.  Hij besloot om een vermoeiende tocht te ondernemen naar een ver land, waar er geen oorlog was.  Op die reis werd hij geconfronteerd met vreemde culturen, en trekt als het ware op bezinning door de wereld.

     

    In het huis van het gezin hield een meisje haar dagboek bij.  Ze schreef er alles in op wat ze die dag beleefd had.  Met iets anders kon ze zich niet bezighouden.  Het moest stil zijn.  Niemand mocht weten dat ze er ondergedoken waren.  Vader had alvast een schuilkelder gebouwd, voor het geval dat de soldaten toch iets zouden ontdekken.  Hij had hen op het hart gedrukt dat áls ze iets zouden ontdekken, ze er niet zo makkelijk van af zouden komen, dus werd er de hele dag niet gesproken.

     

    Vele onzekerheden kwamen naar boven.  Wat zou er met ons gebeuren?  Waarom moet al dat geweld?  Waarom kan er geen vrede zijn?

    ___________________________________________________________________________

     

    Vandaag was voor mij een bewogen dag.  Het leven is plots onzeker geworden.  De hele tijd heb ik diep nagedacht over alles wat mij die dag bezighield.   Ik denk dat ik nog niet goed besef wat er allemaal gebeurt.  Het is precies of alles veranderd is in mijn leven.  Ondergedoken zitten, mijn vader die soldaatje moet gaan spelen, mijn moeder die onder de hele situatie lijdt, alles was gewoon zo veel veranderd.

     

    Vader heeft aan mij gezegd dat ik stil moest zijn.  Ik moest mij bezighouden met iets dat geen lawaai maakte.  Daarom ben ik een dagboek begonnen.  Elke dag zal ik daar iets in opschrijven, en zal ook een paar gedichten schrijven over vrede.  Hopelijk kan ik daar mijn dagen mee vullen.  Tegelijkertijd zit       ik met angsten.  Ik ben tenslotte het oudste kind van het gezin en voel mij een stuk verantwoordelijk voor mijn kleine zusjes.

    Nu de dag bijna voorbij is, de zon ondergaat en het gevaar geweken zing ik wat liedjes om de

    tijd te laten voorbijgaan.  Na dat ritueel ga ik me omkleden en kruip ik onder de wol.  Hier in het bos zijn het altijd koude nachten, vooral ’s winters.  Vader waakte vroeger altijd bij mij.  Toen woonden we nog in een mooi huis.  Hij vertelde mij mooie verhalen over de Middeleeuwen, over ridders en kastelen.  Ik luisterde heel aandachtig en kon daarna goed slapen.  Nu zal alles veranderen.  Vader zal er niet meer zijn.  Ik heb er even aan gedacht om tegen vader te zeggen dat hij ook moest proberen te vluchten, maar heb dat dan toch maar niet gedaan.  Morgen is weer een nieuwe dag, een dag waarop weer veel zal gebeuren.

    ......................................................................................................................................................

    (zachte muziek  CD Woodlands nr. 1: Winter)

     

    Iedereen van het gezin had dus wel zijn bezigheid, maar zaten met vele vragen over de oorlog.  Ze wisten niet wat er zou gebeuren met hun vader.  Hun vader is altijd een harde werker geweest.  Hij is loodgieter van beroep en houdt wel van dit werk.  Maar de oorlog, daar had hij minder zin in.

     

    De vader vertelde over zijn dochter het volgende:

    Na het opsporingsbericht van aanstaande zaterdag gaf mijn dochter mij de raad hetzelfde te doen.  Ik zei daarop: dit is geen goed idee, mijn kind.  Ik sta bekend als een harde werker en iedereen in het dorp kent mij hier, en het volk weet zeker een paar plaatsen waar ik zou kunnen onderduiken.

    Dus dochterlief, ik geef jou de raad om stilletjes te doen wat de legermacht van ons eist.

     

    (30 seconden achtergrondmuziek Willem Vermandere CD Omzwervingen nr. 2: Donker land en daarna verdergaan met lezen terwijl de muziek speelt)

     

    Plots was zover: de soldaten kwamen aangerend en bonsden hard op de deur.  De moeder deed open en de kolonel had een bevel meegegeven om de vader te komen halen.

     

    In het kampement aangekomen, gaven ze de man propere legerkleren en stevige laarzen.

    Hij kreeg meteen een spoedcursus in het bestrijden van de vijand, en kreeg vervolgens zware driloefeningen, want een soldaat moet gedisciplineerd zijn en het vaderland goed kunnen verdedigen.

    - - - - -

     

    Eenmaal ongekleed begon de commandant meteen het hele reglement uit de doeken te doen.  Één van de regels was dat iedere soldaat een andere naam kreeg.  Bij deze is dat dan ook gebeurt: vanaf nu heette Jozef Patrick.  Iedere soldaat kreeg ook een nummer, want ze werden niet aangesproken met naam of voornaam.  Jozef alias Patrick kreeg het nummer 7221.

     

    Nu, zo zei de commandant zul je een opleiding krijgen in het hanteren van een wapen.  Om de vijand goed te kunnen bestrijden heb je zowel kennis van theorie als praktijk nodig.

    Daarna liet de commandant de hele fanfare oprukken om het bekende lied ‘Alte Kameraden’ te spelen.  Daarop moesten de nieuwelingen hun marcheerkunsten tonen.

    Start de muziek zei de commandant, en de fanfare begon meteen te spelen.

     

    (Alte Kameraden: geluid van YOUTUBE http://www.youtube.com/watch?v=6viEBkWBpA0)

    ......................................................................................................................................................

    Nu vader vertrokken is voel ik mij eenzaam.  Mijn dagboek helpt mij er weer bovenop.  Vandaag hebben ze vader meegenomen om te gaan vechten.  Mijn moeder is ervan geschrokken.  Ik heb haar beloofd dat ik er altijd voor haar zal zijn als ze het moeilijk heeft.  Vader heeft belooft af en toe eens te schrijven, en hopelijk schrijft hij iedere keer dat hij het zal overleven, want als hij het niet overleefd, dan denk ik dat ik het ook niet zal overleven.

     

    Mijn eerste gedicht is nu al klaar.  Deze gedichten schrijf ik speciaal voor vader.  Als hij terugkomt wil ik dat hij trots is op zijn gezin en vooral op de manier waarop wij steun vinden bij elkaar.

     

    (aangepast gedicht van de site http://www.1001gedichten.nl/gedichten/450/samen/)

     

    Samen zijn is nog een groot woord,
    Want heel wat mensen hebben ons samenzijn doorboord!
    Samen huilen en lachen.
    Samen besloten om even ergens anders tot rust te komen, in de hoop dat het toch zal lonen.
    Samen praten zonder geschreeuw.

    Samen zijn met veel liefde.
    Samen zeggen ik hou van jou, dan weet ik dat alles goed komen zal.
    Zonder al die haat
    Samen verder gaan tot het einde.

     

    Van zodra vader ons een brief geschreven heeft, zal ik meteen bereid zijn hem een brief terug te schrijven.  Daarin zal ik dan mijn gedicht stoppen.  Ik zal hem vragen of het niet te lastig is daar in het leger, of hij daarna nog een tweede brief wil schrijven en of hij ons een bezoekje komt brengen met Kerstmis.  Want met Kerstmis zit niemand graag alleen.

    ......................................................................................................................................................

    (achtergrondmuziek CD Voyage à Compostelle nr. 1: Dum pater familias)

     

    Ik ben vertrokken op een lange reis.  Ik heb per brief vernomen dat ik ook opgeroepen was om te gaan meestrijden, maar heb daar hoegenaamd geen zin in.  Zaterdagavond hoorde ik op de radio dat ik gezocht werd wegens het niet naleven van de regels die het leger me oplegde.  Ik heb dan uiteindelijk besloten om naar het buitenland te vluchten.

     

    Ik ging naar mijn verlaten huis aan de rand van het bos.  Ik pakte mijn valies, en ging op pad.  De eerste dagen verliep alles zoals gepland: het was koud, maar draaglijk.  Onderweg bad ik wat, en las wat gedichten.  Ik las onder andere een gedicht over tijd, want ik vond dat dit wel op mij van toepassing was.

     

    (gedicht van de site http://www.frieschdagblad.nl/index.asp?artid=24849)

     

    Tijd van vloek en tijd van zegen

    tijd van droogte tijd van regen

    dag van oogsten tijd van nood

    tijd van stenen tijd van brood.

    Tijd van liefde nacht van waken

    uur der waarheid dag der dagen

    toekomst die gekomen is

    woord dat vol van stilte is.

    Tijd van troosten tijd van tranen

    tijd van mooi zijn tijd van schamen

    tijd van jagen nu of nooit

    tijd van hopen dat nog ooit.

    Tijd van zwijgen zin vergeten

    nergens blijven niemand weten

    tijd van kruipen angst en spijt

    zee van tijd en eenzaamheid.

    Wie aan dit bestaan verloren

    nieuw begin heeft afgezworen

    wie het houdt bij wat hij heeft

    sterven zal hij ongeleefd.

    Tijd van leven om met velen

    brood en ademtocht te delen –

    wie niet geeft om zelfbehoud

    leven vindt hij honderdvoud.

     

    Wat ik zeker niet mocht vergeten was pen en papier.  Eigenlijk was het de bedoeling om tegelijkertijd een bezinning te houden voor mezelf.  Ik heb bang afgewacht op het moment dat ik zekerheid kreeg over mijn lot bij het leger.  Toen ik mijn oproepingsbrief kreeg was mijn besluit meteen genomen.  Ik moest en zou vluchten.  Ik zou niet terechtkomen bij een bende die er alleen op uit was om oorlog te voeren, en het vaderland te verdedigen.  Ik zou een vredig bestaan leiden.

     

    Ik wist alleen niet wat ik zou doen als ik onderweg gekwetst raakte.  Ik veronderstel dat ze mijn opsporingsbericht ook naar de buurlanden zouden verzenden.  Daarom heb ik mijn voorzorgen genomen en een EHBO-kistje samengesteld.  Zo zou ik mezelf kunnen verzorgen tot ik ver genoeg gevlucht ben.

     

    Mijn eerste zorg was veilig in Nederland geraken.  Een auto had ik niet.  Wat ik wel had was een fiets, maar daar kon ik moeilijk mee over zee gaan.  Geld had ik ook niet, dus moest ik een manier zoeken om aan geld te geraken, wat niet makkelijk is.  Iedereen zou mij herkennen en mij gaan verklikken bij het leger.  Over die manier zou ik nog eens moeten over denken. Werk zoeken zou niet helpen, want dan verraad ik dat ik in het land ben.  Ik dacht bij mezelf: laat ik er nog maar eens een nachtje over slapen.  TIJD brengt raad.

    ......................................................................................................................................................

    Na een vermoeiende dag ging soldaat 7221 naar zijn barak om te gaan slapen.  De omstandigheden in de barak waren alles behalve hygiënisch.  Een toilet was er niet.  De soldaten moesten hun behoefte doen in de vrije natuur.  Het bed was een doodgewone matras die al jaren versleten leek.

     

    Al bij al had soldaat 7221 het nog niet zo slecht.  Hij werd niet slecht behandeld, maar wel zwaar gedrild.  Hij was erg moe na zo’n dag.  Hij was iedere keer blij dat hij mocht gaan slapen.

     

    Van het eten mocht hij ook niet klagen, want er werd hem iedere keer een vers klaargemaakte maaltijd voorgeschoteld die enkele andere soldaten moesten maken in opdracht van hun commandant.

     

    Als er nog tijd over was schreef hij een brief naar huis in de hoop dat hij zou terechtkomen.  Z’n dochter was zijn oogappel, daarom dat hij iedere keer iets schreef speciaal voor haar.  Hij was er zeker van dat zijn dochter hem nooit in de steek zou laten.

     

    (zachte muziek Willem Vermandere CD Omzwervingen nr. 12: Treurzang voor Stefan)

    21-09-2009 om 23:16 geschreven door roelsmaarten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoorspel deel 2

    Deel 2

     

    Inleiding

    (achtergrondmuziek Armand Amar CD Lévon Minassian – Songs from a world apart nr. 2: Tchinares)

     

    Nu vader vertrokken was naar het front en moeder heel alleen achterbleef met haar vier dochters, lag het hele huishouden overhoop.  Moeder wist niet meer wat ze moest doen.  Vader had een verontrustende brief geschreven dat hij zijn hele gezin miste, en vooral zijn oudste dochter.  Hij had ook geschreven dat het comfort er niet zo goed was, en dat het eten wel meeviel.  Maar toch miste hij iets heel belangrijks: LIEFDE.  Ook de dagen waren erg lang.  Soms kon je wel eens de moed verliezen.  Als hij de gedichten las van zijn dochter kon het wel eens gebeuren dat hij een traantje wegpinkte.  Dan vond hij alleen steun bij zichzelf.  In het leger had hij wel een paar vrienden gemaakt, maar die zouden hem toch niet kunnen helpen met het verwerken van zijn verdriet.

     

    Toen hij op een morgen opstond trof hij vier dode soldaten aan.  Deze soldaten waren al langer in het leger dan hij, en moesten voor het eerst écht gaan vechten aan het front.  De commandant had hem de lijken toevertrouwd.  De vader moest ervoor zorgen dat de lijken begraven werden.  Deze klus moest binnen twee uur geklaard zijn.  De vader was daar alles behalve tevreden mee, want lijken in een put dumpen was niet bepaald een prettige opdracht.  Hij begon al schrik te krijgen om zelf te gaan vechten, en ook te eindigen zoals die vier soldaten: dood en begraven op een wijze die je je ergste vijand niet zou toewensen.  Ze werden begraven in een put diep onder de grond.

     

    Op lange termijn werd je veel strenger behandeld in het leger.  Je werd voorbereid op het serieuze werk, namelijk het vaderland verdedigen.  Zo is het ook gegaan bij soldaat 7221.  Hij werd ook stilaan voorbereid om te gaan vechten.  In het leger word je getemd als een leeuw.

    ___________________________________________________________________________

     

    Het hele huishouden lag dus al dagen overhoop.  Het begon allemaal fout te lopen toen ze de vader komen halen zijn om naar het leger te vertrekken.  De moeder-dochterrelatie was nu sterker dan ooit tevoren.  De oudste dochter had aangeraden om ook gedichten te schrijven, maar moeder had daarna nog een veel beter plan: ze zou niet alleen gedichten schrijven, maar ook een boek over ‘de stilte’.  Ze was ervan overtuigd dat ze een heel boek kon schrijven over iets waar je totaal geen verhaal kunt over maken.

     

    Later zou ze dit boek dan gebruiken om aan haar man te tonen, en te laten zien dat het leven meer is dan alleen maar vechten.  Ze vond dat de jongen die gevlucht was groot gelijk had.  Alleen wist ze niet te bedenken hoe hij uit het land zou geraken.  Iedereen zou hem meteen herkennen, maar dat was haar zorg niet.  Haar enige taak was voor de kinderen zorgen en hopen dat alles goed afloopt.

     

    Ze maakte haar wel grote zorgen in het slagen van hun missie.  Hun missie bestond erin dat niemand mocht weten dat er ergens diep in het bos een huis staat waar er mensen in ondergedoken zitten.  Hopelijk zou niemand het ontdekken.

     

    De moeder vertelde tegen haar dochter het volgende:

    Ik hoop dat we samen nog lang mogen leven en gelukkig mogen zijn, want nu staan we er slecht voor.  Laat ons samen bidden en smeken dat we allemaal samen mogen blijven, en dat er niemand ooit nog oorlog voert.

    ......................................................................................................................................................

    Nu ben ik definitief vertrokken.  De enige manier die ik kon verzinnen om in Nederland te geraken, was om te bedelen en hopen dat er mij niemand zou herkennen.  Hopelijk zou ik genoeg geld bijeen rapen om veilig op mijn eerste bestemming te geraken.  Van zodra ik het geld heb zou ik met een helikopter veilig in Nederland kunnen geraken.  Vanaf het moment dat ik uit België ben, zou niemand mij meer herkennen en zou ik een voorlopige job kunnen zoeken om nog wat centjes bij te verdienen.  Al was het maar 20 frank per dag, dan nog zou ik tevreden zijn.

    Ondertussen ben ik ook op zoek geweest naar teksten van liederen die mij inspireren om onderweg tijdens mijn bezinningsmomenten even bij stil te staan.  Ik vind de tekst van het lied ‘De Vluchteling’ erg mooi en ook op mij van toepassing.

     

    (Lied: ‘De Vluchteling’ CD Liesbeth List zingt Theodorakis nr. 3)

     

    Oh vluchten wil ik nu naar huis

    Geen prikkeldraad houdt mij nog op

    Vlieg hart van mij

    Want ik ben vrij

    En over land en over zee wil ik naar huis

    Ja over land en over zee wil ik naar huis

     

    Geef mij toch brood want het is ver

    En ver zal ik nog moeten gaan

    Over het strand

    Bergen en land

    Zo vlucht ik verder want ik wil zo graag naar huis

    Zo vlucht ik verder want ik wil zo graag naar huis

     

    Oh Christenmensen hoort mij aan

    Gelooft ik ben geen moordenaar

    Weest niet beducht

    Ik ben gevlucht

    Omdat, omdat ik nimmer mensen doden kan

    Omdat, omdat ik nimmer mensen doden kan

     

    Altijd wordt op hem gejaagd

    Altijd vindt hij schrik en vrees

    Waar hij ook gaat

    Overal haat

    Oh mensen, hoedt u voor de man, hij is gevlucht

    Oh mensen, hoedt u voor de man, hij is ontvlucht

     
    Oh nooit was iemand zo alleen

    Alleen in het land van Berthold Brecht

    Hij geeft het op

    Hem wacht de strop

    Ook nu, ook nu heeft de SS het laatste woord

    Ook nu, ook nu heeft de SS het laatste woord
    woord
    ......................................................................................................................................................

    Ik heb mijn eerste brief verstuurd naar vader.  Ik hoop dat hij er blij mee is.  Bij ons thuis weet moeder geen blijf meer met haarzelf.  Daarom heb ik haar voorgesteld om ook eens een gedicht te schrijven.  Het verzet je gedachten en tegelijkertijd helpt het om je verdriet te verwerken.

     

    Mijn tweede gedicht gaat over de oorlog, en hoe zinloos het geweld wel is.

     

    (gedicht van de site http://www.tienergedichten.nl/content/view/345/54/)

     

    Er zijn kinderen op deze wereld
    die leven tussen wapens
    leven in een hel.

     

    Met diepe scheuren in hun leven
    hun gezicht verhard.
    hun vriendjes liggen in ondiepe graven.

     

    Geen moed meer in hun ogen
    slechts droefheid
    leven met de geur van de dood.

     

    Bang om te schreeuwen
    zonder moed
    kinderen die zich hier bevinden,

     

    Hun vaders omgebracht.
    moeders verkracht
    maar niemand stelt de vraag waarom.

     

    Een generatie die in haat wordt doorweekt.
    geen moed meer in hun ogen.
    slechts droefheid.

     

    Wie gaat er tegenin
    en vecht voor kinderen
    straft het onrecht

     

    Geef God geen schuld
    want wij doen het zelf
    wij zijn niet bij machte.

     

    Toen ik zei dat ik niets tegen vader zou zeggen over vluchten heb ik mij bedacht.  Ik heb het hem toch verteld.  Uiteindelijk heeft hij niet naar mij geluisterd en is nu toch vertrokken.  Toen moeder de deur opendeed voor de soldaten die vader kwamen halen schrok mijn moeder zich een bult.  Ze hadden toch ontdekt waar we ondergedoken zaten, wat uiteindelijk niet erg was, want deze soldaten beloofden dat ze hen niet zouden verraden, als de oorlog echt losbarstte.  Moeder geloofde hen, en is nu reeds begonnen met het schrijven van haar eerste gedicht.

    ......................................................................................................................................................

    Nu de oorlog pas echt begonnen was, liep het bij het gezin thuis helemaal mis.  De kleinste kinderen kregen de windpokken, en de oudste dochter kreeg een longontsteking.  Nu begon ze haar vader pas echt te missen, en begon haastig in haar dagboek te schrijven.  Ze schreef veel gedichten en las veel boeken over prinsessen, zoals vader vroeger altijd verhaaltjes vertelde aan haar.  Ze ontving nog een tweede brief van haar vader, en schreef meteen een brief terug.

     

    De vader vertelde in zijn eerste brief het volgende:

    ......................................................................................................................................................

    Mijn teergeliefde dochter en vrouw,

     

    Ik ben blij dat ik eens tijd gevonden heb om jullie een brief te schrijven.  Ik word stilaan klaargestoomd om mee te gaan vechten zoals de grote mensen.  Hier in het leger wordt je zwaar gedrild en voorbereidt om het vaderland met fierheid te verdedigen.  Als er iemand niet luistert word je zwaar gestraft en kan het soms gebeuren dat ze ons nachten wakker houden.

     

    Ieder moet om de beurt de wacht houden om te zien of alles rustig blijft terwijl de anderen slapen.  Ik heb al vaak de wacht moeten houden, en hou het soms niet uit van de kou.  Gelukkig duurt het niet lang voor ik afgelost word.

     

    ’s Avonds proberen we het gezellig te maken met onze kameraden.  We drinken wat bier en zingen wat liederen.  Dan proberen we een paar uur te slapen om de volgende dag weer hetzelfde te doen, namelijk ons trainen om binnenkort te gaan vechten.

     

    Dochterlief: ik hoop dat je mij niet te hard mist, en mij gauw een antwoord geeft op mijn eerste brief.  Als ik wat tijd heb schrijf ik nog een tweede brief.

     

    Tot gauw,

     

    Je vader, Jozef.

    ......................................................................................................................................................

    De oudste dochter schreef in haar tweede brief dat ze haar erg ziek voelde, en het spijtig vond dat ze zich moesten stilhouden.  Moeder deed zoals gewoonlijk de hele dag haar huishoudelijke taken en maakte eten klaar voor de kinderen.  In de tweede brief die ze ontving van haar man stond er een gedicht dat hij zelf geschreven had.  In het antwoord op de eerste brief had de oudste dochter al een gedicht gestopt voor haar vader.  Blijkbaar had hij die brief al snel ontvangen, en meteen weer geantwoord.  Zo kon ze haar ziekte vergeten en haar pijn uitdrukken in haar gedichten.

     

    De vader vertelde in zijn tweede brief het volgende:

    ......................................................................................................................................................

    Mijn teergeliefde vrouw en dochter,

     

    Ik heb nu niet veel tijd om iets te vertellen maar wil jullie toch een gedicht bezorgen:

     

    (gedicht van de site http://www.vredesmuseum.nl/gedicht/gedicht3.html#avond)

     

    Ik legde 't boek ter zijde
    Bij 't duistren van den dag,
    En staarde naar de weide,
    Die voor mij open lag;
    Ik zag het zwarten van het gras,
    Waar 't door de zon verlaten was,
    Het avondlijk gebeuren
    Van sterven en verkleuren.

     

    Een koele wind streek over
    De weiden en 't gerucht
    Van 't lichtbewogen loover
    Doorruischte de avondlucht.
    Toen, voor den nacht, die komen ging,
    Kwam eene lichte huivering,
    Als wind door popelblaren,
    Mij door de ziel gevaren.

     

    Ik dacht, hoe ook mijn leven
    Als deze dag vergaan
    En einden zou en even
    Deed dit mij droevig aan.
    Als zand, dat door de vingers glijdt,
    Verging mijn lente en zomertijd,
    En mijn najaarsdagen
    Vergaten vrucht te dragen.

     

    "Ik kom met leege handen" ...
    Maar al mijn bitterheid
    Verging in 't zachte branden
    Van Gods afwezigheid,
    Die ruischte door de stilte alom
    En zachtkens sprak mijn ziel: "Ik kom,"
    - En zoet scheen mij die schande -
    "Ofschoon met leege handen ..."

     

    Als wind door popelbladen,
    Bewoog zich iets in mij,
    Als waar met Zijn genade
    Mijn God mij zeer nabij.
    Mijn handen rustten in mijn schoot,
    Mijn hoofd was naar het avondbrood,
    Dat blinkend was gebleven,
    In stil geluk geheven.

     

    "Gij zult mijn dagen vullen
    Met Uw zeer zoet gemis
    En mijne nachten hullen
    In Uwe duisternis..."
    Ik zag het zwarten van het gras,
    Waar 't door de zon verlaten was,
    En kon niet eens betreuren
    Dit duistren en verkleuren.

    ......................................................................................................................................................

    Ik heb het tweede deel van mijn gedicht over de oorlog nu afgewerkt.  Ik ben eens benieuwd of mijn vader het mooi zal vinden.

     

    (gedicht van de site http://www.tienergedichten.nl/content/view/354/54/)

     

    Het verhaal van een mooie dag
    waarvan ik als klein kind
    hoopte dat die dag gevuld was met vrede.

     

    Het verhaal van een liefde
    die ik in het leven verwacht.

     

    Het verhaal
    van een wapenstilstand
    waarom ik had gevraagd.

     

    Het verhaal van een zon
    waarop ik had gehoopt.

     

    Voor de hele wereld
    waar ik hoopte
    dat de vrede heer en meester was.

     

    Maar alles blijft hetzelfde
    nee, niets verandert.

     

    En toch blijven mensen
    elke dag
    zingen, schrijven, praten.
    Toch blijven mensen
    elke dag
    handen vouwen, bidden.
    Maar toch elke dag
    op TV
    slechts onrecht, geweren, honger en…..
    zoveel.
    Wie kan mij dat uitleggen.

    Ik zie een kind
    omgeven door soldaten.
    ik zie een kind
    dat vraagt: waarom?
    Steeds denk ik over al die dingen na,
    al deze zaken
    gaan me aan het hart.
    Langzaam komt er een traan.

     

    En toch
    blijf ik zingen
    schrijven
    praten en bidden
    over onrecht en geweld.

     

    Nu vader er al een tijdje niet meer is, ben ik meer gaan nadenken over hoe kort het leven kan zijn.  Ik ben nog maar 14 jaar, maar toch speelt die gedachte al in mijn hoofd.  Mensen zeggen wel eens tegen mij: geniet van het leven nu je nog jong bent.  Nu begrijp ik wat ze daar mee bedoelen.

    ......................................................................................................................................................

    Op een dag moest het hele regiment, waarvan soldaat 7221 ook lid was op trektocht.  De commandanten wilden met hun eigen ogen zien wat de mannen in hun mars hadden, daarom organiseerden ze die tocht.  De zwakkelingen die op het einde van de tocht niet voldeden, moesten nog even wachten om naar het front te gaan.  Die zouden nog verder ontwikkeld worden.

     

    Onderweg verzonnen ze wat liederen die ze dan de hele tijd zongen:

     

    Eens komt het uur
    gloeiend tot vuur.

    Wie niet dapp’ren is kan bij ons niet zijn,
    wie niet durven kan moet ten onder gaan.
    komt straks ten harden strijd,
    wij zijn bereid.

     

    Eens komt het uur
    gloeiend tot vuur.

    Wie niet dapp’ren is kan bij ons niet zijn,
    wie niet durven kan moet ten onder gaan.
    komt straks ten harden strijd,
    wij zijn bereid.

     

    Ook lazen ze veel gedichten over de vrede.  Iedereen vond dat gedichten je helpen om meer moed te scheppen en hen te helpen bij hun zware missie:

     

    (gedicht van de site http://www.wereldoorlog1418.nl/oorlogsverzen/gedichten/gedicht-burssens-vredelied.html)

     

    Kanongebulder en straatgezang.
    In een vuile stadsregen fiets ik door de straten,
    helder in 't licht van de schitterende uitstalramen.
    Gelaten
    doe ik onverpoosd mijn fietsschel gaan,
    en kronkel ik tussen soldaten,
    bourgeois en parvenu's
    onder glimmende paraplu's
    als uitgespreide vlerken van vledermuizen.
    Tegen de gevels van de huizen
    in de halve duisternis, mat
    van 't regenwalmen,
    slaan de golvende galmen
    uit het tumult van de vredevierende stad.

    Op de grote mart,
    onder bengalese verlichting van de katedraaltoren,
    en de elektriese lampions
    van het kiosk, getemperd door neteldoeken regen,
    speelt de muziek van het tweede lansiers
    marseillaisen en brabanconne's,
    meegezongen
    met vervrongen
    mond door eene oude patriot
    naast me, met groenomrande
    brokkeltanden.

    O de psyche van dat volk te voelen
    in de regenavend. Hoor het juichen,
    hoor het joelen!
    en 't klapperen van de natte vlaggen langs de gevels.

    De nooit rustende psyche van dat volk staat bloot
    en massaal als een grazende koe,
    die maalt en herkauwt, nooit moe
    de wijde wei verslindend poot vóór poot.
    De oproerige psyche van dat volk hangt boven
    en in de stad,
    maar in de zijsteeg, die ik binnenzwenk
    en waar het ruikt naar ammoniak,
    komen de kreten verdoven
    en zit het weer in zijn dageliks pak.

    Mijn schel blijft rustig
    en ik word door de laatste straten gewiegd
    op het stille druipen van de regen
    - hitteverdrijvende betting
    op deze straten -
    en 't monotone ruisen van de ketting.

    Nu is de laatste lantaren voorbijgeschoven.
    Vóór me ligt de landelike weg.
    Nog even komt gerekt bazuingeschal
    kreunend verdoven,
    en ver klokkegelui sterft weg.
    als de klank van een vingertik tegen kristal.
    Nog even klinkt in mijn oor de stem
    van het oudje met de groene tanden.
    Vóór me ligt de landelike weg,
    niet zichtbaar in de zwarte korelanden,
    niet hoorbaar in het vreedzaam ruisen van de regen.
    Mijn hand die schelt haakt soms in de doornen van een heg.
    Ik voel de weg,
    geleid door 't licht - als uit de duimpjessprook
    onder de tinnen
    van een verwijderd dorpskasteel...
    't Is leeg! 't Is goed. Is 't niets hier niet zoveel...
    zoveel...
    En schellend fiets ik de vrede binnen...

     

    Iedereen moest zware proeven ondergaan en absoluut gehoorzamen aan de bevelen van de chefs die hun de opdrachten gaven.  Discipline en gehoorzaamheid zijn de eerste vereisten om te gaan vechten.  Vervolgens moesten ze op een lied nog eens hun marcheerkunsten tonen.

     

    (marsmuziek van de LP ‘DEUTSCHE MARSCHMUSIK’ nr. 5: Preußens Gloria)

    21-09-2009 om 23:23 geschreven door roelsmaarten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (2 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoorspel deel 3

    Deel 3

     

    Inleiding

    (achtergrondmuziek CD The Passion of the Christ nr. 9: Mary goes to Jesus)

     

    Nu de vader pas echt de knepen van het vak kende, werd hij onmiddellijk naar het front gestuurd.  Dit kwam voor hem wel zéér onverwacht.  Hij dacht dat hij wel bij de zwakkelingen zou horen en voorlopig nog niet naar het front moest.  Hij dacht verkeerd.

    Na alle instructies gekregen te hebben, gingen ze in verschillende groepen naar hun bestemming.  Ze moesten zich warm kleden en hun eerste voorzorgen nemen tegen de vallende granaten.  Ze kregen ieder een helm en een geweer in de hand gestopt.

    Algauw kwamen ze terecht in de loopgraven waar de lijken zomaar op de grond lagen: morsdood.  Het stonk er verschrikkelijk en iedereen zat angstig te wachten tot de volgende aanval.  Die wachttijden waren ondraaglijk.  Het kon uren duren voordat de tegenpartij iets van zich liet horen.

    Iedereen was druk in de weer met zichzelf te beschermen.  Er waren er zelfs die druk brieven aan het schrijven waren naar het thuisfront hoe verschrikkelijk het wel is in de loopgraven.  Iedereen schreef zowat ongeveer hetzelfde, namelijk dat het er qua comfort en hygiëne absoluut niet goed was.

    Iedereen werd voortgestuwd door de persoon die achter hem liep.  Sommigen hadden hun Paternoster meegenomen om te bidden tot God en te smeken dat er niet veel doden zouden vallen.  Eén van hen had een kleine bijbel meegenomen van thuis die hij absoluut niet kon loslaten.

    Als er ’s avonds niet meer gevochten werd, probeerden ze de tijd te doden door een potje te kaarten.  Dan was het algauw tijd om te gaan slapen.

    Het slaapcomfort was ook niet al te best.  Allemaal lagen ze met hopen op elkaar.  Zoals elke avond moest er ook iemand de wacht houden om te zien of er toch niemand probeerde om aan te vallen terwijl de anderen sliepen.

    Het sociale contact moest wel sterk zijn om te overleven.  Als je niet sociaalvoelend was, kon je je leven maar beter op je buik schrijven.

    ___________________________________________________________________________

     

    Vandaag heeft vader ons laten weten via zijn commandant dat hij nu écht aan het front zat.  Nu kon hij even geen brieven meer schrijven.  Toch heb ik voor hem nog een klein gedichtje uitgevonden in de vorm van spreuken:

     

    (gedicht van de site http://www.ouderalleen.nl/pagina.php?pagina=197)

     

    Vrede
    is geen weg, geen doel,
    maar een staat van zijn.

    Plant
    een beetje Vrede
    in de onrust op de aarde.
    Zoek in de aardse puinhoop
    de wezenlijke waarden.

    Hoe

    zwaarder de innerlijke strijd,
    hoe sterker de persoonlijke Vrede.

    Ieder
    akkoord bestaat uit verschillende klanken.

    Rijk
    is de mens
    die de schat van Vrede en Stilte bewaart.

    De wijze
    mens vecht niet, hij leeft.

     

    Ik ben nu min of meer van mijn ziekte verlost.  Ik heb wel veel pijn moeten doorstaan en heb ondertussen een beetje geholpen met het boek dat moeder aan het schrijven is voor vader.  Het eerste stukje is al volledig klaar:

     

    Het geluid van stilte is het mooiste geluid dat er bestaat.  Je kunt er uren naar luisteren.

     

    Reis de wereld rond en kijk naar het paradijs dat ons geschonken is.

    Kijk naar de zee, zie wonderen gebeuren
    en blijf geloven in een betere wereld.

    Droom van een wereld waar vrede is.

     

    Vele mensen worden vaak misbruikt door anderen.

    Velen misbruiken de anderen.

    Hou je hoofd omhoog en hou moed
    om met Jezus op weg te gaan.

     

    Als we allen samenwerken aan die wereld waar ieder mens van droomt,
    zal er een bondgenootschap ontstaan tussen alle volkeren.

    Er zal geen onderscheid meer gemaakt worden.

    Geen rijken of armen meer,
    geen blanken of zwarten meer.

    Allen gelijk aan elkaar.

     

    Moge God ons daarin steunen en met ons op weg gaan.

    ......................................................................................................................................................

    (achtergrondmuziek CD Voyage à Compostelle nr. 10: Stella splendens)

     

    Ik ben gevlucht.  De enige uitweg die ik zag was zo snel mogelijk iemand ontmoeten die met mij wilde meetrekken.  Als jong meisje alleen rondlopen is zeer gevaarlijk.  Het heeft een hele tijd geduurd vooraleer de oorlog écht begonnen was.  Voordien waren er wel gevechten, maar zeker niet zo erg als ze nu zijn.  Ik werd bang en ben meteen weggetrokken.  Ik wilde zó ver reizen dat niemand me ooit zou terugvinden.  Ik ben tot in Nederland gereisd.  Het ging vlotter dan ik had gedacht.  Tot mijn grote verbazing zag ik daar iemand die net hetzelfde idee als ik.  Toen hebben we beslist om samen verder te trekken.  Ik ben nu volop aan het nadenken hoe we verder zouden reizen.  De enige manier die ik voor ogen had, was nog een paar dagen in Nederland blijven en afwachten tot we genoeg geld hadden om voor de tweede maal met een helikopter verder te vliegen.

    ......................................................................................................................................................

    10 seconden muziek

     

    Ik ben blij dat ik iemand gevonden heb om met me mee te reizen.  Samen zullen we veel vredevolle momenten beleven.  Alleen is tenslotte maar alleen.  We hebben samen al een paar spreuken bedacht om tijdens onze bezinningsmomenten even bij na te denken.

     

    (spreuken van de site http://www.ijzertoren.org/indexnew.php?section=3&chapter=22&

    subchapter=45)

     

    Vrede is de noodrem van de wereldgeschiedenis.  Waar onwetendheid heerst, is ware vrede onmogelijk.  Aangezien oorlogen ontstaan in de geesten van de mensen, moet de verdediging van de vrede daar opgebouwd worden.  Vrede is de lont van een aardbol vol liefde.  Oorlog is mensenwerk, vrede ook.  Velen vergeten waar de vredespijp ligt, maar weten wel precies waar de strijdbijl ligt begraven.  Eén minuut geduld kan tien jaar vrede betekenen.  Vrede begint met een glimlach en een glimlach is het begin van de liefde.  Verdraagzaamheid is de rode loper naar vrede.  Er is geen weg naar vrede, vrede is de weg.  Wie anderen niet kan vergeven, maakt de brug kapot, waar hijzelf nog overheen moet.  Oorlog: een laffe vlucht uit de problemen van de vrede.  Wanneer volkeren vrede willen, moeten ze de speldenprikken vermijden die aan kanonschoten voorafgaan.  Vrede wordt niet gehandhaafd door strijdkracht, maar door het gezond verstand.  Er is nog nooit een goede oorlog of een slechte vrede geweest.  Vrede is, net als het leven zelf, geen uitbarsting van liefde of een mystieke eenwording van vijanden, maar een eerlijk en verstandig compromis tussen tegenstrijdige belangen.  De mensheid maakt een einde aan de oorlog, of oorlog maakt een einde aan de mensheid.  Vrede kan niet bewaard worden door middel van strijdkracht, het kan alleen bereikt worden door middel van verstand.  Als de vrede ergens verbroken is, dan is de vrede overal in gevaar.  Zij die in oorlog zijn met anderen, zijn niet in vrede met zichzelf.  Vrede begint met het onvoorwaardelijke respect voor het individu.  Iedereen wil de vredespijp roken, maar niemand gaat de tabak halen.  Woorden zijn stiller, maar sterker dan wapens.  Elke hand die uitgestrekt wordt naar verzoening, is een stap tot vrede in de wereld.  Oorlogen kennen geen overwinnaars.  Geweld brengt nooit vrede.  Slimme bommen bestaan niet, alleen domme gebruikers.  Vrede mag niet uit de loop van het geweer komen, maar uit het hart van de mens.  Geen enkel conflict is de vernietiging van mensenlevens waard.  Wie zich verzet tegen wapenhandel blijft moreel overwinnaar.

    ......................................................................................................................................................

    10 seconden muziek

     

    Nu zijn we in Duitsland.  Hier is de oorlog nog erger dan in België.  Eerlijk gezegd hoop ik dat we hier vlug weg zijn.  Ik heb al een klein plannetje bedacht maar moet het hier geheim houden.  Als ze in dit land iets te weten komen van mijn plan, zullen ze er ons niet doorlaten.

    Ik hoor een kanonschot in de verte.  Het is duidelijk dat we hier niet lang kunnen blijven.  We zullen ons verkleden in soldaat en zo het land proberen uit te geraken.  Het klinkt misschien belachelijk, maar het valt toch te proberen.

    Hoe we aan die kleren zouden geraken was mij nog een raadsel.  Ik had gedacht om ze te stelen, maar dat zou teveel opvallen.  Misschien moeten we ze maar lenen van iemand die ik nog ken van vroeger.  Maar dat is een zorg voor binnen een paar dagen.  Eerst moeten we aan eten zien te geraken.  Ik heb namelijk een reuzenhonger.

    ......................................................................................................................................................

    Door het schokkende nieuws die de commandant gebracht had, kreeg heel het gezin het erg benauwd.  Iedereen was plots druk in de weer om hun schuilkelder zo comfortabel mogelijk te maken.  Op het nieuws werd verteld dat heel het land nu bezet was door de Duitsers.

    Gelukkig waren alle kinderen ondertussen verlost van hun windpokken, en de oudste dochter van haar longontsteking, want als zij er niet waren geweest zou ik het niet overleven, zo zei de moeder.  De commandant schreef in zijn aankondigingsbrief het volgende:

     

    Geachte leden van het gezin betreffende soldaat 7221,

     

    Ik meld u het nieuws dat de oorlog tot volle uitbarsting is gekomen, en u zeker niets hoeft te vrezen.  Uw onderduikadres is dan wel ontdekt, maar u en uw kinderen zal niets ten laste worden gelegd.

     

    Soldaat 7221 is naar het front vertrokken en liet het volgende bericht nog na:

    Teergeliefd gezin, vrees niet, God is dicht bij je.  Ik zal zeer voorzichtig zijn.

     

    Als er iets ingrijpends staat te gebeuren, mag u er zeker van zijn dat u de eerste bent die op de hoogte zal gebracht worden.

     

    Ondergetekende,

     

    Commandant Devries.

     

    Diezelfde dag nog begon de oudste dochter haar erg op haar ongemak te voelen.  Ze was bang dat ze haar vader zou verliezen.  Ze zei tegen haar moeder: ik ben bang dat ik mijn vader nooit meer zal terugzien.

     

    Ze begon meteen een tekening te maken van haar vader om boven haar bed te hangen.  Zo zou ze haar vader nooit vergeten.

     

    De oudste dochter schreef verder in haar dagboek het volgende fragment:

    ......................................................................................................................................................

    Vandaag voel ik me niet zo goed.  De commandant van het leger wist ons te vertellen dat vader moest gaan vechten in de loopgrachten.  Ik weet er persoonlijk nog niet zoveel over.  Ik weet alleen dat het er erg krap is, en dat er niet veel hygiëne is.

     

    Ik heb nog een kort gedichtje geschreven over hoe zinloos al dat geweld in de wereld is.  Zo denk ik erover.  Niets kan er opgelost worden met geweld.

     

    (gedicht van de site http://www.gedichtenweb.nl/gedicht/Antwoord-voor-vrede.html)

     

    Oorlog brengt geen verlossing,
    wapens evenmin.
    Als iedereen roept "Vechten is geen oplossing",
    waarom geloven we er dan nog steeds in?
    Als we strijden voor de vrede,
    waarom dan met geweld?
    Waarom trekken we het zwaard weer uit zijn schede?
    Het antwoord is me nog nooit verteld.

     

    Ik denk meer dan ooit aan vluchten.  Ik wou dat ik vader kon helpen om het vaderland te verdedigen.  Jammer genoeg zijn meisjes niet toegelaten in het leger.  Onze taak is het zorgen voor de andere kinderen en voor onszelf.  Als oudste moet ik al veel helpen met moeder, want ze kan niet veel meer alleen.  Ze is namelijk ook ziek geworden, en smeekt om hulp.

    ......................................................................................................................................................

    Voor het eerst moest soldaat 7221 al zijn krachten bundelen om te strijden voor het vaderland.  Lang zou het niet duren zei de commandant.  We zullen die Duitsers eens laten zien wat de Belgen kunnen.

     

    Eens het donker werd stopten de aanvallen.  Gelukkig maar, want van zo’n hele dag te strijden word je moe.  Iedereen had het gevoel dat ze niet lang meer te leven hadden, en wilden daarom goed uitgerust zijn om toch nog te kunnen vechten en misschien te blijven leven.

     

    Als ze zich verveelden konden ze nog altijd kaarten en zingen.  Af en toe kregen ze de kans om brieven te schrijven naar huis.  Die werden dan meegegeven met de commandant en bezorgd aan de betrokken personen.  De oudste dochter schreef verder in haar dagboek het volgende fragment:

    ......................................................................................................................................................

    Het is stiller dan ooit bij ons thuis.  Iedereen zit met zijn gedachten bij vader.  We hebben een nieuwe brief ontvangen waarin hij persoonlijk verteld dat hij strijdt voor het vaderland.  De aankondigingsbrief die de commandant geschreven had, was voor moeder de druppel die de emmer deed overlopen.  Nu we de brief kregen van vader, barstte moeder in tranen uit.  Ze schreef meteen een brief terug, en ik stopte er een tekening bij.  Moeder had speciaal een gedicht geschreven over de vrede.  Ik vind het prachtig.

     

    (gedicht van de site http://www.gedichtensite.nl/content/view/2733/134/)

     

    Wees erbij in donk're nacht,
    als de eenzaamheid mij wacht,
    wees erbij, want niemand weet
    hoe ik mijn bestaan vergeet.

    Geef een hand als ik moet dwalen
    om verdriet in woorden te vertalen,
    geef een hand, verlicht mijn angst, o God,
    bewerk een ommekeer in mijn geketend lot.

    Geef een hand om het gebroken hart te strelen,
    om mijn geschokte wereldbeeld te helen,
    geef mij vleugels om tirannen te vertreden
    en de kracht om zwaard tot ploegschaar om te smeden.

    Geef vrede, Heer, geef vrede,
    herschep de mens zoals bedoeld,
    met sprank'lend licht dat duister overspoelt,
    geef vrede, Heer, geef vrede!

    ......................................................................................................................................................

    Toen soldaat 7221 de volgende morgen opstond, trof hij weer een paar dode soldaten aan.  Deze soldaten waren de dag voordien erg ziek geworden en hebben het blijkbaar niet overleefd.  Het was weer zijn taak om ervoor te zorgen dat de lijken begraven werden.  Hij kon ze niet eens begraven, want als hij zijn hoofd boven de zandzakken hield zou hij er binnen de kortst mogelijke tijd ook zijn geweest.  Dus werden lijken een paar kilometer verderop gedumpt.  Hij zei nog tegen de commandant: ik voel me ook niet al te best.  Mag iemand anders het niet doen?  Maar de commandant was onverbiddelijk.

    ......................................................................................................................................................

    (zachte muziek Soeur Marie Keyrouz CD Psaumes  pour le 3ème milénaire nr. 3: Anta ya man ’amarta-L-baHr)

     

    Italië, vier jaar later.  De vluchteling en zijn reisgenoot waren zonder veel moeite uit Duitsland weggetrokken.  Nu zouden ze daar blijven en verder samenleven.  Ze schreven nog altijd gedichten en waren nu erg gelukkig samen.  Ze wisten wel nog niet wanneer de oorlog zou eindigen, maar daar lagen ze voorlopig niet wakker van.

    ......................................................................................................................................................

    Nu we beiden het land zijn uitgeraakt, vond ik het weer eens tijd om een gedicht te lezen.  Nu zijn we in Italië, en hebben een verre reis achter de rug.  Ik ben moe en wil nu even uitrusten.  Mijn reisgenoot vond dit een goed idee.  Hier is de oorlog niet zo erg en we denken dat we hier zullen blijven tot de oorlog helemaal voorbij is.

     

    (achtergrondmuziek CD 1 Highland woods nr. 2: Highland Cathedral)

     

    (gedicht van de site http://wo1.be/ned/evenementen/erbij/2004/november/poelkapelle1111/

    body1.htm)

     

    Met trotste dank, een moeder voor haar kind,
    rouwt Engeland om haar doden, hier aan de overkant.
    Vlees van haar vlees, geest van haar geest,
    gevallen voor een naam, die vrede heet.

     

    Plechtig huiveren de trommels: een dode augustus
    vol koningsliederen, verdriet dat zingt in onsterfelijke tonen.
    Er is daar zelfs een liedje, in 't midden van die leegte
    als een glorie die schijnt, maar in de diepte van onze kloven.

     

    Met deze liederen gingen zij; naar de oorlog, en jong waren ze nog:
    Rechte ruggen, steevast, een waarheid blinkend in hun ogen.
    Ze waren trouw tot over 't einde, zelfs toen de kansen keerden:
    Gevallen voor de vijand, maar diep hun ogen ingekeken.

     

    Oud zullen ze niet worden, terwijl oud ons enkel rest.
    Geen kommer om de jaren; geen schuldgevoel om dragen.
    Wanneer de zon haar stralen laat; 's morgen vroeg de verte raakt
    zullen we hen herdenken.

     

    Hun lach vertoeft niet meer onder vrienden.
    Hun plaats aan tafel is leeg.
    Arbeid is niet langer aan hen besteed.
    Ze slapen, Engeland heeft hen zacht toegedekt.

     

    Maar waar onze verlangens, onze diepste hoop,
    een goede inval daar, een verloren droom,
    zijn z'in Engeland, met 't diepste hart verbonden
    als sterren, zoals de nacht dat enkel weet.

     

    Wanneer ze schitteren, en wij tot stof en as zullen zijn,
    gaan zijn vooruit, in rechte rijen langs 't hemels veld.
    Als sterren helder, en wij slechts duister,
    staan zijn aan 't einde…ze zullen blijven.

     

    Oud zullen ze niet worden, terwijl oud ons enkel rest.
    Ze kommeren niet om jaren en hebben geen schuldgevoel om dragen.
    Wanneer de zon haar stralen laat; 's morgen vroeg de verte raakt
    zullen we hen herdenken.

    21-09-2009 om 23:28 geschreven door roelsmaarten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hoorspel deel 4

    Deel 4

     

    Inleiding

    (achtergrondmuziek CD In Flanders Fields – ensemble Grupetto nr. 19: Roses of Picardy)

     

    11 november 1919.  Eindelijk was de oorlog voorbij en kon iedereen weer op adem komen.  De vader was weer thuis, en bij het gezin kwam alles weer stilaan op zijn plooi.  De oudste dochter stopte met haar dagboek en verzegelde het met een slot.  Ze legde het op een plaats waar niemand het ooit nog kon vinden.  Alleen zij wist waar het lag.

     

    De reiziger en zijn reisgenoot waren in Italië en hadden besloten daar te blijven.  Het volgende gedichtje zinderde bij hen nog na:

    Daar alleen kan liefde wonen

    Daar alleen is ’t leven zoet

    Waar men stil en ongedwongen

    Alles voor elkander doet

     

    De vader zelf had het erg druk met allerhande herstellingen aan hun huisje, want al die tijd had moeder het huishouden gedaan en had geen tijd gevonden om timmerwerk te verrichten.

     

    Vader had wel enkele verwondingen overgehouden door het ploeteren in het slijk.  Hij had een gedicht geschreven voor zijn dochter terwijl hij daar zat te lijden:

     

    (gedicht van de site http://www.gedichten-freaks.nl/183883/)

     

    Zij aan zij tuurden we over de rand,
    kijkend naar het Niemandsland.
    Toen er plots een schot weerklonk
    en mijn beste vriend in elkaar zonk.
    Tussen zijn ogen was er een gat, rond en rood.
    Kort daarop schonk die verdomde kogel hem de dood.
    Toen zat ik opgezadeld met mijn ontroostbaar verdriet
    terwijl mijn beste vriend mij achterliet.

    We stonden aan de rand en hoorden
    hoe verschillende kogels zich voor onze neus in het zand boorden.
    Toen plots een helse pijn mij overmande.
    Mijn vriend begroef mijn gezicht in zijn handen.
    Terwijl zijn tranen vielen op mijn gezicht
    zag ik in de verte een wit licht.
    Net voor ik vertrok hoorde ik zijn getreur
    dat verging in de storm van een mitrailleur.

    Ze stonden met hun tweeën te kijken
    over het slagveld, bezaaid met vele lijken.
    Dan tekende zich op de een zijn gezicht een rode klodder,
    waarna zijn bloed zich vermengde met de modder.
    De ander had zich over zijn vriend gebogen,
    en jankte een regen tranen uit zijn ogen.
    Toen kwam de vijand die uit zijn loopgracht kreten kraaide
    tot ik hem met suizende kogels genadeloos neermaaide.

    ___________________________________________________________________________

     

    Eindelijk.  Vader is terug thuis.  Moeder heeft meteen het boek getoond dat ze geschreven had over de stilte.  Het volgende fragmentje dat ze geschreven had vond ik heel mooi:

     

    Hoor, het ruisen van het water.

    Hoor, de stilte van de zee.

    Hoor, de stemmen in de verte.

    Wie reist er met me mee?

     

    Zie, het water dat er voor ons is.

    Zie, de mensen die zwijgen om het geweld.

    Zie, hoe God de wereld wil.

    En wij moeten er aan werken, al zijn de dagen nog zo kil.

     

    Mijn dagboek ligt vanaf nu op een veilige plaats.  Het is verzegeld en niemand weet waar het ligt, alleen ik.  Maar wat mijn ouders niet weten, is dat ik nog iets aan het schrijven ben.  Ik ben namelijk iets aan het schrijven over de liefde, en hoe gaarne je elkaar moet leren zien.  Zo wil God het, en zo zal het gebeuren.

    ......................................................................................................................................................

    Het gezin was weer herenigd.  Maar na dagen van goede gezondheid brak er een griep uit binnen het gezin.  Dit was weer een tegenslag die ze moesten overwinnen, maar geen nood.  De oudste dochter had weer een gedicht geschreven om toch wat afleiding te hebben.

     

    (gedicht van de site http://www.gedichtensite.nl/index.php?option=com_content&task=view&id=10552&Itemid=132)

     

    Breek de tijd van machteloosheid
    tijd van boosheid en verdriet
    breek de tijd van alle hardheid
    en de stugheid die je ziet.

    God wil werken dwars door alles
    tonen Zijn barmhartigheid
    tijden breken, doen verdwijnen
    leer en luister en belijdt.

    Breek de tijd van de terugval
    alle kloven die er zijn
    door moeilijkheden, zware tijden
    liep ook jij aan Hem voorbij.

    Dwaal jij nog op duistere wegen
    keer terug en ga tot God
    laat Zijn licht jouw hart bereiken
    donkere tijden zet Hij stop.

    Breek de tijden van verdrukking
    laat een ieder mens toch vrij
    vrij de keuze zelf bepalen
    blijf in Hem en bid en strijd.

    Weg jaloersheid, tijd van afgunst
    alle hebzucht, alle pijn
    door de mensen Hem te tonen
    kan de wereld anders zijn.

    Breek de tijd die nog gaat komen
    door er anders in te staan
    breek het met Gods grote liefde
    door Zijn Geest reik jij Hem aan.

    Weg de tijden van verdrukking
    van de zelfzucht, oorlog, haat
    Hij wil nú jouw tijden breken
    wanneer jij Gods weg inslaat.

    ......................................................................................................................................................

    Nu de oorlog definitief voorbij is zijn mijn reisgenoot en ikzelf toch nog verder getrokken naar Ierland.  Daar hebben we een vredeswens gehoord die zeer toepasselijk is voor heel de wereld en misschien nog wel veel verder.

     

    (gedicht van de site http://www.kuleuven.be/thomas/pastoraal/vieringen_archief/4ing_volledig/volwassene/Campagnes/Welzijnszorg/WZZ_2001/kerst4ing.htm)

     

    Niet dat geen enkele wolk van smart over jou mag komen,

    niet dat je toekomstig leven een lang pad van rozen zij

    niet dat je nooit een traan van spijt zou vergieten,

    niet dat je nooit pijn zou voelen, neen,

    dit alles wens ik je niet.

     

    Want tranen zuiveren het hart, smart adelt het gemoed,

    pijn en nood brengen ons dichter bij de liefdevolle moeder

    van het kind van Betlehem en verzekeren ons de troost van haar glimlach.

     

    Mijn wens voor jou is: dat je voor altijd

    in je hart de gouden herinnering bewaren moogt

    van elke rijke dag die je hebt gekend.

    Dat je dapper moogt zijn in het uur van beproeving

    wanneer het kruis je op de schouders wordt gelegd,

    wanneer de berg die je moet beklimmen heel hoog schijnt

    en de lichtbakens van hoop zeer ver.

     

    Dat iedere gave die God je schonk mag groeien met de jaren

    en de harten van hen die je liefhebt met hun vreugde vervult,

    dat je in ieder uur een vriend mag hebben

    die je vriendschap waard is,

    die je vertrouwend de hand kunt reiken wanneer het moeilijk is,

    met wie je stortvloeden kunt trotseren en de toppen kunt bereiken.

     

    En dat in ieder uur van vreugde of leed

    de vredebrengende glimlach van het kerstkind met jou mag zijn,

    en je dicht bij God mag blijven.

    ......................................................................................................................................................

    We zijn allemaal ziek.  Ik denk dat vader die ziektekiemen meegebracht heeft uit de loopgraven.  De dokter is al langsgekomen en heeft ons de raad gegeven om veel te rusten en niet meer te denken aan die gruwelijke oorlog.  Ik herinner me nog steeds wat de dokter tegen ons zei:

     

    Al zouden wij zelf een breekijzer hebben en proberen alles te breken, dan zou het ons nog niet lukken. Maar zoals je zegt: door zijn Geest kunnen wij en zal God de tijden breken van oorlog, haat en liefdeloosheid.
    Zo wil God door ons heen zijn weg banen tot dit alles gebroken is.

     

    De dokter zei dat hij dit ergens gelezen had op een steen.  Blijkbaar hadden ze die steen gemaakt omdat de oorlog eindelijk voorbij was.  Ze wilden protesteren tegen de wreedheid die de oorlog met zich meebracht.

     

    We deden wat de dokter zei, en na enkele dagen waren we al stukken beter.  Na vele dagen van wreedheid, spot en geweld konden we nu eindelijk gezond verdergaan met ons leven.

    Eén zinnetje uit de bezinningstekst die moeder geschreven had kon ik mij goed herinneren:

    God steunt ons en gaat met ons op weg.  Doorheen de wereld waar er hopelijk nooit meer gruwel zal zijn.

    ......................................................................................................................................................

    De griep die binnen het gezin heerste, bereikte nu zijn hoogtepunt.  Iedereen lag in bed met hoge koorts en een verschrikkelijk zware hoest.  Gelukkig waren ze na een drietal dagen al een heel stuk beter en kon het leven weer verdergaan.  Iedereen was uiteraard blij dat de oorlog eindelijk voorbij was en weer naar vrede kon gestreefd worden.  Vader vertelde elke avond aan de kinderen wat hij zoal had meegemaakt in de loopgraven.  Zo vertelde hij dat als ze een fluitsignaal hoorden iedereen moest gaan liggen omdat er een aanval was door de vijanden.  Het hele regiment was doodsbang, en niemand kon één woord uitbrengen.  Als de aanvallen ophielden kon iedereen weer gewoon doen.  In de loopgraaf zelf kon je niet veel doen.  Het was er erg krap en de hygiëne liet vaak te wensen over.  De vader vertelde onder het volgende op 1 december 1919:

    ......................................................................................................................................................

    Het was op een zonnige maandagmorgen toen we allen werden gewekt door de commandant.  Er bleek geen vuiltje aan de lucht.  Dus wat dachten we: laten we vandaag eens iets leuks doen.  Maar onze woorden waren nog niet koud, of de vijand kwam weer toeslaan.  Voor ons kwam dit totaal onverwacht.  Eén van mijn kameraden dacht dat het niet echt was, en stak even zijn hoofd boven om te zien wat er gaande was.  Dit was natuurlijk niet slim.  Meteen klonk een schot, en mijn beste vriend zonk als een pudding in elkaar.  Iedereen was geschokt.  Ze  renden allen op de gewonde af om te zien of ze hem nog konden redden, maar het was tevergeefs.  Zoals gewoonlijk was het mijn taak om het lijk te begraven.  Omdat het mijn beste vriend was heb ik een kleine plechtigheid gehouden.

    ......................................................................................................................................................

    De kinderen luisterden aandachtig naar de verhalen die vader vertelde.  De oudste dochter had samen met haar zus een gedicht geschreven voor hun vader die ze met trots voorlazen.

     

    (gedicht van de site: http://www.wereldoorlog1418.nl/oorlogsverzen/gedichten/gedicht-verwey-loopgraaf.html)

     

    Wie in de loopgraaf ligt, wie hoop op leven
    En liefde en lust voor goed heeft opgegeven,
    Kan zich niet langer troosten met de droom
    Dat door zijn dood hij land en volk zal baten:
    Want alle volken, alle staten
    Zijn één als golven van een stroom.
    Het leed, de vreugd van d'een doorcirklen d'ander,
    Bloed, hier gestort, kleurt ginds de spiegling rood,
    De baar rolt voort, schoon gij met zwaard en stander
    Hem aan uw grens stilstand geboodt.
    Waar strijdt gij voor? Alleen opdat de volken
    Zich te eerder eenen in hun nieuw verband.
    Geen haat duurt voort. Een god maakt in de kolken
    Van zijn bedoeling al uw doen te schand.
    Omdat de machtgen die u leiden meenen
    Dat zij het volk zijn dat gij zijt,
    Omdat gij dwaas zijt en uw bloed en weenen
    Getroost aan 't waanbeeld van hun wijsheid wijdt,
    Omdat de droomen van uw vaadren woelen
    In u die eigen wereld niet verstaat,
    Omdat de glimring rottende op uw poelen
    U blind maakt voor de gloor die vóór u gaat,
    Daarom verdwaalt ge en stort in woede en wrijten,
    Volk tegen volk, naar de einder waar uw schaar,
    Gaande naast andre schaar, de kimmen moest doen splijten
    Van het gemeenzaam juichen om 't vereenings-jaar.
    Nu komt ge, in bloed en wonden, tusschen graven
    Van vriend en vreemd, erheen.
    Nu komt ge, als vrijen niet, maar als geslagen slaven,
    Naar d'eigen einder heen.
    Van broedervolken die ge er thans zult vinden
    Dooddet ge de zonen,
    Rookwolken vlammen op de winden
    Uit de steden waar zij wonen,
    Gij hebt de kindren, de vrouwen
    Van uw nieuwe genooten
    Doen hongren en rouwen,
    Verkracht en verstooten:
    Klaag het nu, klaag het nu voor elkaar,
    Nu uw nieuwe jaar,
    Het jaar van de menschheid zich heeft ontsloten,
    En vraag: "welk een dwaasheid heeft ons bevangen?
    Een eeuw en langer ging ons verlangen
    Naar een droom van gemeenschap: nu werd hij waar,
    En nu zijn we onwaardig hem te ontvangen!"
    Wie in de loopgraaf ligt, wie hoop op leven
    En liefde en lust verloor,
    Hij wete dat zijn dood geen baat zal geven
    Aan 't volk dat zich hem uitverkoor
    Als strijder tegen zijn naasten;
    Hopen kan hij alleen
    De komst te verhaasten
    Van het rijk dat ons allen vereen.

    ......................................................................................................................................................

    Jammer genoeg krijg ik ook veel nachtmerries over die wrede tijd die ik doorgebracht heb in de loopgraven.  Zo hoor ik nog altijd het geluid van de marcherende soldaten.

     

    (5 x geluid van de site http://www.ilovewavs.com/Effects/War/War.htm “Sound Effect - Marching.wav”)

     

    Gelukkig krijg ik veel steun van iedereen om me heen.  Vooral van mijn oudste dochter.  Met haar gedichten en liefde ben ik al die tijd blijven aan mijn gezin denken.  Ik heb het vaak moeilijk gehad, en dacht op een bepaald moment dat ik nooit meer naar huis zou komen.  Nu is alles terug op zijn plooi en kunnen we streven naar een betere wereld waar iedereen verdraagzaam is.

    ......................................................................................................................................................

    Dit zijn de laatste woorden die ik nu zeg.  Ik heb nog een laatste gedicht geschreven om toch nog maar eens de VREDE te benadrukken.

     

    (aangepast gedicht van de site http://www.vredesmuseum.nl/gedicht/gedicht4.html#stem)

     

    Ik ben de Stem van een Kind,
    ergens een kind.
    Waar ook ter wereld,
    Ik ben de stem van een Kind.
    Onschuldig kind,
    Wereldkind,
    ergens een kind,
    HOOR ME! LUISTER! -
    Ben Ik een Kind met een Stem?
    Ben Ik een Kind zonder Stem?

    Ik ben de stem van een Kind,
    zomaar een kind,
    Ergens een kind,
    Ik ben een Kind met een Stem - ZONDER STEM -
    Ik ben een kind,
    Mijn stem wordt niet gehoord.
    Mijn stem wordt niet geteld.
    Ik ben een Kind met een Stem.
    Niet gehoord, niet geteld.
    Ik ben een Kind, zonder stem.
    Op deze aarde
    Ben Ik een Zonnekind,
    gekomen om te groeien - IN LIEFDE, IN VREDE -
    Me ontplooien, uit te bloeien.
    Mijn kindertijd te spelen.
    Vrij, zonder angst te leven
    Blij! Even - Kind Zijn.

    Ik ben een kind met een stem,
    Vol vreugde, onschuldig, blij.
    Mijn stem, wil jubelen, wil zingen,
    over het wonder aller dingen,
    Een wolkje in de lucht, de blauwturkooise zee.
    Mijn hond, de poes, de regenworm,
    een vlinderdansje rond een bloem.
    Een aai en een kus.
    Twee veilige armen waarin ik ´s avonds rust.
    Ik ben de Stem van de Droom van een kind,
    Van vrede, van simpel geluk, van zomaar een kind - ERGENS –

    ......................................................................................................................................................

    Ik ben de Stem van een Kind.
    Voel de dreiging die nadert.
    Lucht, zwaar, geelgrijs, vol vrees.
    Dondertaal rolt knallend - IK WIL HET NIET HOREN! -
    Oorlogsbliksem doorklieft - IK WIL HET NIET ZIEN! -
                - HAAT ONTSTAAT -
    Ik ben een kind, fluister.
    Ik kan niet meer spelen, niet meer slapen,
    Voel dreiging, Haat.
    Ik ben een kind en stilaan raakt mijn stem verloren
    In die atmosfeer van Haat.

    Ik ben de Stem van een Kind.
    Ik ben de stem, die klaagt aan,
    Jullie Groten, Groten der aarde
    In jullie waan,             eigenwaan, waanzin.
    Mijn stem klaagt jullie aan.
    De stem van een kind,            mensenkind -ERGENS -
    Klaagt aan!
    Jullie KLEINE Groten, denkbeeldige heersers op aarde,
    jullie "grote", kleine, machtswellust -JULLIE HAAT -
    Jullie geweld, hebzucht, oorlogszucht.
    Vernietigers der aarde, creators van Haat.

    Ik, de Stem van een Kind, vraagt
    Waar zijn de echte, de Groten, die weten: -REGEREN IS MOGEN DIENEN IN WIJSHEID TOT WELZIJN VAN AL -
    Regeren is samen respectvol beheren,
    in dienst zijn van Al.
    Waar zijn jullie Groten?
    Verhef jullie stem, -SAMEN
    Met de Stem van ergens een Kind.
    Met een stem voor de Vrede
    Wordt de stem van een kind, ergens in de wereld - GEHOORD, GETELD?
    OF?
    Een Kind zonder Stem?
    Ergens ter wereld,
    Door de Groten vermoord.

     

    Dat was wat de oudste dochter wilde zeggen.  Daarna kon ze geen woord meer uitbrengen.  Ze dacht aan haar vader die maandenlang in de loopgrachten moest ploeteren.

    ......................................................................................................................................................

    Ik wil verdergaan met mijn leven.  Niemand zal mij ooit nog verdriet aandoen.  Niemand zal ooit nog zeggen wat ik moet doen en laten.  Na de vierjarige oorlog ben ik nu eindelijk volwassen genoeg om alleen te gaan wonen.  Ik ben nu 18 jaar.  Ik ben van plan om op zoek te gaan naar een huisje waar ik het knus en gezellig kan maken.  Geen groot huis.  Neen dat wil ik niet.  Verder zal ik een campagne opstarten om de vrede te promoten, en zal de mensen ervan overtuigen dat vrede HET belangrijkste is waar een mens moet voor streven.

     

    De laatste bezinningstekst die moeder in haar boek geschreven had sluit zeer goed aan bij mijn droom:

     

    Zer probetxu da bide luzeari lotzeaz, gogo duen lekhura heltzen espada?

    Een toepasselijke uitdrukking uit het Baskenland die uitleg geeft over het levenspad die mensen volgen.

     

    De betekenis van deze uitdrukking luidt als volgt: welk belang heeft het om de lange weg te volgen als men zijn bestemming niet kent?

     

    Een mooiere weerspiegeling van onze maatschappij kan deze uitdrukking niet zijn.

    Ieder heeft zijn eigen rol.

    Ieder individu heeft zijn eigen wensen en dromen.

    Als wij in de maatschappij daarvoor respect hebben, kan iedere droom misschien nog uitkomen.

     

    God heeft in den beginne iets moois willen maken van onze wereld, en probeerde ervoor te zorgen dat iedere droom en wens die ter goeder trouw bedoeld was te laten uitkomen.

     

    Mogen al diegenen die van de aarde een vredevolle plaats willen maken vertrouwen op God.

     

    “I have a dream, a song to sing”.

     

    (Lied: ‘I have a dream - ABBA)

     

    I have a dream, a song to sing                                        Ik heb een droom, een lied om te zingen
    To help me cope with anything                                          Om me te helpen met alles om te gaan
    If you see the wonder of a fairy-tale                                  Als je het wonder van een sprookje ziet
    You can take the future even if you fail                       Kun je de toekomst grijpen, ook als je faalt
    I believe in angels                                                                                            Ik geloof in engelen
    Something good in everything I see                                                In alles wat ik zie zit iets goeds
    I believe in angels                                                                                            Ik geloof in engelen
    When I know the time is right for me                                      Wanneer ik weet dat het mijn tijd is
    I'll cross the stream - I have a dream                  Zal ik de stroom oversteken – ik heb een droom
    I have a dream, a fantasy                                                               Ik heb een droom, een fantasie
    To help me through reality                                               Om me door de werkelijkheid te helpen
    And my destination makes it worth the                            En mijn bestemmin maakt het de moeite

    while                                                                                                                                     waard
    Pushing through the darkness still another mile       Door het donker geduwd, nog een kilometer
    I believe in angels                                                                                            Ik geloof in engelen
    Something good in everything I see                                                In alles wat ik zie zit iets goeds
    I believe in angels                                                                                            Ik geloof in engelen
    When I know the time is right for me                                      Wanneer ik weet dat het mijn tijd is
    I'll cross the stream - I have a dream                  Zal ik de stroom oversteken – ik heb een droom
    I'll cross the stream - I have a dream                  Zal ik de stroom oversteken – ik heb een droom

    ......................................................................................................................................................

    Hier in Italië hebben we het nu goed samen.  We zijn zelfs iemand tegengekomen die ons een gedicht heeft aangeleerd.  Het is een Frans gedicht over de vrede.  Ik vind het prachtig.

     

    (gedicht van de site http://www.lexode.com/poemes/mon-imagination,43943.html)

     

    Mon imagination m'emmène loin,
    Loin de cette vie ignoble
    Où la souffrance se joint
    A une haine sans semblable.

    Je quitte la terre pour voir
    Un monde sans personne
    Car seule, il m'est possible de croire
    A la paix éternelle, à une vie sans bornes.

    Un monde sans voix, sans guerre
    Un monde sans erreur, sans rage
    Juste moi et les merveilles de la Terre
    Pour devenir une grande sage

    Dans ce monde si réel
    Le sentiment de haine fait fureur
    La seule vue d'une force supérieure révèle
    Chez l'Homme la peur de la dernière heure.

     

    Wij hebben besloten om met z’n drieën verder te trekken, en te gaan wonen in Frankrijk.  Het land van de wijn en de champagne.  Hopelijk komt er nooit meer oorlog en moeten we nooit meer vluchten.

    ......................................................................................................................................................

    Dit is dan het einde van het 2 uur durende hoorspel.  Bedankt aan iedereen die meewerkte:

     

    Fleur Van Liefferinge die de inleidingen voorlas

    Anneleen Leloup die de dagboekfragmenten voorlas

    Kristof Ryckaert die de reizigersfragmenten voorlas

    Sonja Cornillie die de vertelmomenten voorlas

    Noël Delaere die de vaderfiguur was

    En Mallory Lagaet die de vriendin van de reiziger was

     

    Ikzelf heb ook vertelmomenten voor mijn rekening genomen.

     

    Zonder al deze vrijwillige medewerkers zou dit project nooit tot stand zijn gekomen.  DANKUWEL.

    21-09-2009 om 23:30 geschreven door roelsmaarten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    02-10-2009
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Arme Joden
    Hier kun je de gezongen versie van het lied 'Arme Joden' downloaden dat ik geschreven heb voor het toneelstuk '070456'

    Bijlagen:
    Arme Joden - zang Maarten.mp3 (2.8 MB)   

    02-10-2009 om 21:42 geschreven door roelsmaarten  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)


    Archief per week
  • 28/09-04/10 2009
  • 21/09-27/09 2009
  • 15/06-21/06 2009

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs