Inhoud blog
  • Ze zèn zot, menere. Dat ze zot zèn, menere.
  • Zo'n wijf noemden wij vroeger een smos
  • Over die voile sjoerel mee zaan lank hoer
  • De familie Bucquoy, Bert Ansjo en de Dolle Mol
  • De vrouwen van Claus, Gezelle en Boon
  • Oud is niet out: over het ontstaan van Heibel en de Nestorprijs
  • Wie gaat uit de kleren voor Heibel?
  • "Pak hun dop af!" zegt Kakagurka
  • Hilde Sabbelt zonder zeuren
  • Als een zottin een zottin interviewt...
  • Gewoon ongecontroleerd winden laten kan iedereen
  • Waalse strapatsen, vlaamse fratsen
  • Een stront met een strikje errond stinkt even hard als een stront zonder strikje
  • Aantwaarpen boven: avonturen met de roze biggetjes
  • Le plat pays mais pas le mien
  • PNVD, partij voor pedofilie, naaktloperij, vunzigheid, dierenseks
  • Margootje en haar 'assenkruis'
  • Het kinneke Jezus was een stinkertje
  • 'Helaas men wil mij niet verkrachten' (Kristien Hemmerechts)
  • Bedenkelijk eerbetoon aan Hubert Lampo
  • Karl, Kristien, Midas, Patrick over seks met kippen
  • Hugo Brems schiet naast de roos
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    HEIBEL HET BLAD ZONDER BLAD (voor de mond)
    HEIBEL: het blad zonder blad (voor de mond)
    Satirisch-kritisch literair tijdschrift. Heibel zegt wat de anderen verzwijgen.
    19-11-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hilde Sabbelt zonder zeuren

    Hilde Sabbelt zonder zeuren

    “Zomer zonder zeuren”, dat is de titel van de ‘Eigen kijk’ die madam Sabbe in Het Laatste Nieuws (06.07.07) uit haar dikke correcte duim zoog. Het ging over de overlast in de sociale wijk Schoonbeek te Bilzen.

    Ik citeer verder (cursief van FD): “Geen Parijse toestanden hier, fulmineert burgervader Sauwens, en prompt heeft hij in de deelgemeente Schoonbeek een samenscholingsverbod uitgevaardigd. Even was ik de kluts kwijt: wat bedoelt hij precies met ‘Parijse toestanden’? Schandalige prijzen voor een kop koffie? Langbenige Bluebell Girls in het Lido? Nee, het moet iets met herrieschoppen zijn, anders vaardig je geen samenscholingsverbod uit. Oproer en overlast: zou de zomer begonnen zijn? Je kunt er donder op zeggen: zodra de schoolpoorten openzwaaien voor de grote vakantie, zodra her en der festivals en barbecues worden georganiseerd, volksverhuizingen naar zee plaatsvinden, kinderen en jongeren rondzwerven en terrassen vol raken, duiken de eerste zeurkousen op. Dat ze toch wel véél lawaai maken.”

    We horen in het stuk al dadelijk de subjectieve toon, die nog in de verf wordt gezet door een burgemeester die ‘fulmineert’ en buurtbewoners die ‘zeurkousen’ zijn. Ook verder kan madam Sabbel amper haar politiek correcte geschimp onderdrukken; zo heeft ze het meesmuilend over “het keurig geboende tuinpad”  en “de onberispelijke voordeur” van (uiteraard) autochtone zanikpotten die het wagen hun ongenoegen over jongerenoverlast te ventileren. Ach, doet zij met een schouderophalen, “een beetje lawaai wordt meteen als overlast gecatalogeerd, () waarmee zijn we bezig?”

    Inderdaad, madam Sabbel, waarmee zijn we bezig? Hoe komt het toch dat kallepoepen van uw slag zo maar week na week dezelfde wereld- en volksvreemde kwakkels in het luchtruim mogen loslaten? Dat een klein select groepje, dat via inteelt, kruisbestuiving en lange tentakels in de media is beland, ons een model opdringt dat het failliet van de maatschappij nog sneller doet verlopen? Men zegt wel dat de stomste boeren (en boerinnen) de grootste patatten eten en dat de grootste zeepschuiten de meeste blaaskes maken, maar moet dat nu echt zo blijven?

    Voor madam Sabbel is wat  een jonge allochtoon ooit tegen haar zei, duizendmaal meer waard dan wat de ‘zeurkousen’ van Schoonbeek beweren. “Wij maken nu eenmaal veel lawaai, en jullie kijken altijd zo bestraffend,” aldus de nieuwe Vlaam, “pas in Frankrijk voel ik me weer een beetje op mijn gemak: daar kijken ze van ons getetter niet op.” Terwijl ene verzuurde ‘zeurkous’ Alice het zo verwoordde: “Ze maken hier soms lawijt tot vier, vijf uur ‘s morgens. Het is al gebeurd dat ze daar met 20, 30 man stonden - ook veel volk van buiten de wijk... Kebab en fritten eten, en ‘s morgens lijkt het wel een stort. Ik heb al meerdere malen de hand-schoenen aangedaan om dat op te ruimen.”

    Maar die Alice staat niet alleen, madam Sabbel. Neenee, “tientallen klachten van buurtbewoners liepen binnen,” meldde ook uw krant, en het gaat heus niet over “een beetje lawaai” en wat “getetter”. Ook vandalisme, geweldplegingen, drugs, vechtpartijen, scheldtirades, bedreigingen prijken op het palmares van uw schatjes. Een buurtbewoner die de jongeren aangemaand had om minder lawaai te maken, werd zelfs geslagen en gestampt. Een aannemer die werken uitvoerde in de wijk, werd met stenen bekogeld en achterna gezeten met een knuppel. Arbeiders van de gemeente kregen van hetzelfde laken een broek. Een andere ‘zeurkous’, die haar naam liever niet in de krant heeft, zei: “We zijn bang om 's avonds buiten te komen. IIk durf mijn dochter niet gaan bezoeken. Het lawaai is nog het minste, maar als ze met flesjes smijten, bedreigingen roepen en mensen slaan, is de maat vol.” En het moet toch alweer een verdomd toeval zijn dat de daders (overwegend) allochtone jongeren zijn. Wat ook ik heel erg jammer (maar ook erg reëel) vind, geloof me.

    Jaja, madam Sabbel, en dan hebben we het nog maar alleen over Schoonbeek. Dan zwijgen we nog over bussen van De Lijn, die in het multiculturele Limburg geterroriseerd worden door allochtone jongeren en een boogje om maken, en over de burka’s die her en der opduiken – maar dat zal volgens u ook wel mogen, zeker? - en over de fundamentalistische netwerken in Maasmechelen…

    Maar desondanks: dat beruchte samenscholingsverbod, dat verbiedt dat jongeren na 22 uur - het is ondertussen toch al 23 uur geworden - nog in de wijk rondhangen met meer dan vier personen, en dat de jongeren die niet van de wijk zelf afkomstig zijn, een straatverbod oplegt, de boom in ermee, nietwaar, madam Sab-bel? Een softe aanpak en de praatcultuur van de straathoek-werkers, dát is de juiste methode om de racistisch behandelde lieverdjes op het rechte spoor te brengen. Een kordate aanpak en een lik-op-stuk-beleid maken het aanslepend probleem alleen maar groter, zo is het toch?

    Toch nog even een paar zinnetjes citeren die wakkere Sabbel aan haar mollige vingertjes liet ontsnappen: “Ik weet natuurlijk niet hoe erg de toestand in Schoonbeek is. () Maar zijn geluidsoverlast en de aanwezigheid van zwerfvuil nu écht een reden om maar meteen een samenscholingsverbod uit te vaardigen?”

    Wel, mijn beste hypercorrecte madam, ga voortaan toch maar eens op verkenning uit vooraleer je je catechismus volschrijft. Of weet je wat, ga er eens wonen voor een tijdje, in Schoonbeek, dan zul je misschien begrijpen dat mensen recht hebben op nachtrust. Doen, ja! er is nog hoop voor je om je ooglappen af te gooien.

    Frans Depeuter

    (Dit en veel meer lees je in het laatste nummer van Heibel (126 pagina’s kwartoformaat)

    19-11-2007 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Als een zottin een zottin interviewt...

    Als een zottin een zottin interviewt…

    Het is en blijft een merkwaardig verschijnsel. Terwijl de regionale redacties van ‘Gazet van Antwerpen’ de eeuwenoude morele waarden en tradities respecteren en op betrouwbare en volkse wijze aan verslaggeving doen, gaat de hoofdredactie, die voor het vaste, vaak al te chauvinistisch Antwerps getinte gedeelte zorgt, eerder losbollig, lichtzinnig, zelfs schunnig, onbetrouwbaar averechts en bedenkelijk incompetent te werk.

    Het domste wicht dat ooit in Vlaanderen op cultuur werd losgelaten, is zeker en vast de genaamde Martine Cuyt. Meermaals al poogde ‘Heibel’ de ogen van de hoofdredacteur te openen, maar die man is beslist meneer Eenoog niet.

    Om nog maar eens een staaltje van de verregaand stompzinnige bladvulling van deze Cuyt te geven, haal ik hier een paar fragmentjes aan uit ‘Gratis frieten, graag”, een interview met het letterkundige randgeval Saskia de Coster (vrijdag, 17 augustus)…

    Martine Cuyt: “Vul even een notendop over de ontstaansgeschiedenis van ‘Eeuwige roem’.”

    Saskia de Coster: “Ontstaansgeschiedenis? Het boek was er gewoon. Ik heb het op mijn harde schijf teruggevonden en dan onder eigen naam uitgebracht.”

    Martine Cuyt: “Schreef u het echt in New York?”

    Saskia de Coster: “Klopt. Ik heb het geschreven op een tijdloos moment van goddelijke inspiratie, waarop JHWH Shiva de handen reikte en tante nonneke samen met Joelle Milquet de wereldvrede voor een seconde verzekerde, in een appartement aan Central Park, waar ik viavia in kon.”

    Martine Cuyt: “Ademt u dampen in alvorens u tekst begint door te seinen?”

    Saskia de Coster: “Ja, dat is noodzakelijk. Iedereen die wil beginnen schrijven moet weten dat een eerste voorwaarde drie nachten onafgebroken seks, drugs en seks is. De rest komt vanzelf.”

    Hallo? Niemand thuis in het land der blinden?

     

    Robin Hannelore

    19-11-2007 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    26-08-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Gewoon ongecontroleerd winden laten kan iedereen

    “Gewoon ongecontroleerd winden laten kan iedereen”

    Hoe zwol ons hart niet van trots toen wij ‘Gazet van Antwerpen’, eertijds in de Kempen toch de krant van de pastoors en de kosters en de schoolmeesters en de andere notabelen, het laatste taboe zagen kraken met titels als ‘Winden laten kan iedereen’ en ‘Ik ga eens wat meer met stront doen’!

    De primair-narcistisch geïnspireerde taboesloper van dienst was telkens de heer Filip Marsboom. Voor een interview met Gerrit Komrij (naar aanleiding van de publicatie van ‘Kakafonie’/ ‘Encyclopedie van de stront’) trok hij speciaal naar het Portugese dorpje Vila Pouca da Beira. Daar kon hij ettelijke meters scatologische boeken en pamfletten in ogenschouw nemen. “Zolang dit strontboek ontbrak, was de Nederlandse literatuur niet volwassen,” vertrouwde Komrij hem toe. En verder: “Ik lees alles van Herman (Brusselmans). Zijn fragment over prinses Mathilde die deelneemt aan een kakwedstrijd hoort natuurlijk in dit boek thuis.”

    Aan het einde van het gesprek wordt de heer Marsboom lyrisch. “Heerlijk is het hoofdstuk over petomanie,” laat hij zich ontvallen. “Gewoon ongecontroleerd winden laten kan iedereen,” treedt Komrij hem bij. “Een petomaan beheerst de materie. Dat je daar iets mee wil doen, dat is toch grote kunst? Wist je trouwens dat in Amerika cd’s worden uitgegeven waarop petomanen onder meer kerstliedjes ten gehore brengen? Een echte aanrader hoor.”

    Vanzelfsprekend trok de heer Marsboom een week later naar het Antwerpse antiquariaat De Slegte, waar Gerrit Komrij enkele hoogtepunten uit zijn scatologische collectie tentoonstelde en waar Luc Zeebroek/ Kamagurka de boel nog wat erger deed stinken met zijn mooiste stront- en kaktekeningen. “Het gaat dus over kak, poep, scheten laten en dat soort dingen,” bracht Kamagurka hem aan het verstand.

    Of hij er nooit aan gedacht had zijn stronttekeningen te bundelen, wilde de heer Marsboom weten. “Dat is een goed idee,” repliceerde Kamagurka. “Misschien met als titel ‘Eigen druk eerst’.”

    Had ook hij van onze minister van Cultuur misschien de wenk gekregen de Vlaamse aan-wezigheid in de etalage van de wereld wat meer kleur en geur te geven?

    Een van de meest abjecte figuren uit de geschiedenis was zeker keizer Nero (54 – 68 n. C.). De grote brand van Rome in 64 was voor hem een heerlijk schouwspel dat hij in vervoering bezong. Toen in Gallië en Rome een opstand uitbrak, liet hij zich door een slaaf doden. Zijn laatste woorden waren: “Welk een groot kunstenaar gaat er in mij verloren!”

    Een toppunt van hoogmoedswaanzin, dacht ik altijd. Nu denk ik dat niet meer. Vergeleken met de strontventen die tegenwoordig tegen elkaar op in de media lopen te veesten, was de decadente Nero een zéér groot kunstenaar.  

    Robin Hannelore

    26-08-2007 om 22:04 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (1 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Waalse strapatsen, vlaamse fratsen

    Waalse strapatsen, vlaamse fratsen

     

    Karel de Mestkeververdelger

    heeft de evolutietheorie van Darwin aangevuld. Hij meet het beschavingsniveau van landen af aan het feit of ze al dan niet het homohuwelijk hebben goedgekeurd. Landen die dat niet hebben ingevoerd, staan minder ver in het evolutieproces, zegt hij. Zoals dat achterlijke Rusland, waar die achterlijke Poetin de achterlijke uitspraak heeft gedaan dat holebi’s een “demografisch probleem” zijn. En zoals alle moslimlanden! De Witte, jong, er is werk aan de winkel: stuur Karel, zodra hij hier te lande alle mestkevers met DDT heeft uitgeroeid, als missionaris naar IJsland en het Noord-Siberisch Laagland om al die onontwikkelde eskimo's de Griekse beginselen bij te brengen. En laat hem daarna overvliegen naar de Zuidpool, daar kan hij ook het beschavingsniveau van de pinguïns een beetje opkrikken.


    Andréke Doublementon

    realiseert om de haverklap een verse boerde. Eerst met ‘onze jongens’ in Afghanistan en Libanon, naar wie hij die Dexterse Tanja op kerstmissie wou sturen. Om ‘onze jongens’ aldaar een opkikkertje te geven zou die ‘karakterdanseres’ voor hen even rond een paal komen hangen. Met zo weinig mogelijk aan natuurlijk, zodat ‘onze jongens’ het kwijl over de kin zou lopen. “Mè kesseke voe voelee d’otre poer nowel? Des omonniers?” Noodgedwongen moest Zijne Excellentie zijn project met Tanja afgelasten, maar om ‘onze jongens’ toch een cadeautje te geven, besloot hij, op aanraden van Heibel, met Kerstmis toch oostwaarts te vliegen om zelf een nummertje paal te dansen. Alleen oppassen, Andréke, dat ge uzelve niet te snel naar onder laat zakken, want dat zou schade kunnen aanrichten aan uw okkernoten. Een nogal pijnlijke ervaring, naar het schijnt, en de vrouwelijke korporaaltjes zijn niet zo verlekkerd op de geur van verschroeide sjokkedijzen.

    Een nieuw Flahautje

    kwam alras een paar maand later. André wou per se de film 'An Inconvenient Truth' gaan zien,  waarin Al Gore de mensheid probeert te overtuigen van het gevaar van klimaatverandering. Met de fiets van Evere naar Hasselt dat was niet te doen. Ook de auto was niet aangewezen wegens… te veel verkeer. Dan de grove middelen maar: een  Agusta-helikopter A-109. Kostprijs vervoer: 5000 euro, CO²-braaksel: 30 keer meer dan een deux-chevauxke, maar ’t was ten slotte voor ‘het goede doel’, nietwaar? En hoe zou den Armee Belge anders zijn geld opkrijgen? En ochheere ochgod ,“de vlucht kadert perfect in het jaarplan van de helikopters”, zei Andréke. Heibels voorstel: steek een paar van die rotoren op een verticale as in zijn achterdoos zodat hij als een wentelwiek hoog boven de bomen achter de wolken voor eeuwig in een zwart gat verdwijnt.

     

    Geef Rudy een ‘mot’

    Ook Rudy Demotte heeft het licht gezien. Om Luik een beetje veiliger te maken tegen ‘kleine criminaliteit’ heeft hij besloten vanaf eind 2007 gratis heroïne te verschaffen aan jongelieden die graag hun harses kapotspuiten. ‘Voorlopig’ gaat het om 100 ‘therapieresistenten’ van de meer dan 3000 waarmee de Vurige Stede zit opgezadeld. Ook Laurette heeft haar sterke schouders onder het project gezet. Immers, de fysieke en mentale gezondheid van de heroïneverslaafden zou verbeteren (!), de criminaliteit zou dalen (!) en de maatschappelijke integratie zou worden bevorderd (!). Voilà, niks dan voordelen dus! En och, de kostprijs?… ‘Voorlopig’ slechts 3,3 miljoen euro, dat is amper 132 miljoen befkes… en de Vlamen betalen het toch. En dan kunnen de Luikse madammekes tenminste weer hun jatteke koffie gaan drinken zonder dat ze hun sacoche kwijtraken. Heibels voorstel: geef die twee dringend wat methadon zodat ze kunnen afkicken.

     

    Brice heet hij

    en vanachter is het De Ruyver en hij is doctor criminoloog én veiligheidsadviseur van Blauwe Pinokkio. Ook Brice ziet er geen been in de verslaafden gratis te bevoorraden. Maar… het moet wel kwaliteitsspul zijn natuurlijk en de dokter moet proper injectiemateriaal gebruiken, ah ja, want de sukkelaartjes moesten eens ziek worden. En waarom geen briefke van de ziekenkas, vragen we ons af. En de clochards die niet van hun pinard afraken, die krijgen toch ook wel een gratis rantsoen, of niet? En voor de verstokte rokers elke week ‘ne sloef Boule d’Or? En moeten er geen gevulde damestassen ter beschikking gesteld worden van het ‘therapieresistent’ klein straatcrapuul? En wanneer komen de bordeelpasjes voor de seksueel geobsedeerden?…

     

    Laurette Busjekomtzo

    zal ze wel uitdelen, zeker, want in Wallonië mag dat allemaal. In Paifvé, bij Luik, hebben ze daar ervaring mee. De geïnterneerden worden met een busje naar de rosse buurt gebracht om er hun ding te doen. ‘Geleid stadsbezoek’ heet dat op papier. Terwijl de bewakers een zelfbetaald pintje mogen drinken in café ‘Braguette Fermée’ (‘De gulp dicht’), mogen de arme gevangenen onder de auspiciën van het Misterie van Justitie hun zakje gaan leegschudden bij Marie Saucies. Of beter: moéten, desnoods met viagra. Dat “kadert in de heropvoeding en reïntegratie in de samenleving”. Zo leren wij de pedofielen en verkrachters “weer respect opbrengen voor vrouwen”, luidt het… Heibel stelt voor dat de verantwoordelijke directrice zichzelf ter beschikking zou stellen voor dat soort “heropvoeding”. Of Hare Excellentie zelf misschien, na zo’n heerlijke gangbang van die lieverdjes zou ze wel anders gaan zingen! Of zou ze dan gaan kraaien als een Rode Haan?…

     

    De Gary Hagger

    van de Vlaamse Politiek, de Blauwe Knuffelbeer, de Buikspreker van Guy, de Open Druppelteller, de Jongen op de Laatste Bank, hij mag er wezen, jaja gewis, hij mag er zijn in de Galerij der Groten. De Mechelse kakadoris heeft weer een lumineus idee, ditmaal zélf uitgevonden. Hij wil popmuziek op de Mechelse beiaard. De toeristen zullen van heinde en ver naar de Manenblussersstad komen afgezakt, zegt hij. Jo Haazen, de beiaardier, is het plan van de ideologische moppentapper “genegen”. Geen ‘Tineke van Heulen’ meer, geen ‘Lodderig meiske’, geen ‘Schoon lief’, en o gruwel, zeker geen ‘Vlaamse Leeuw’. Emiel Hullebroeck, Jef Van Hoof, Peter Benoit, Jef Denijn, Staf Nees, Arthur Meulemans, hopla, al die rotzooi de vuilnisbak in want het klinkt allemaal te Vlaams. Laten we The Rolling Stones, Abba, Iggy Pop, Pink Floyd over de daken doen galmen. En hoogstens wat Clouseau of Kate Ryan… maar dan wel in het Engels! zei Bart.

     

    De gewone Vlaamsche jongen

    Robert Stevaert heeft een religieuze bevlieging gekregen. In het kader van de ‘Bijbelronde Limburg’ die het Goede Boek in bredere kring wil promoten, heeft de rooie schavuit in de Virgo-Jessebasiliek van Hasselt voorgelezen uit… de Bijbel! Jaja, weg met het Rode Boekje en Das Kapital. Die Mao en Marx, dat zijn geen benen meer om op te staan. Steve had zelfs zijn brilleke op zijn neus en geleek meer op een bevorderde schoolmeester dan op een provinciale gouverneur. “Voor de socialisten heb ik nooit een tekst afgelezen. Voor de katholieken doe ik dat nu wel. Een mirakel!” Actief pluralisme noemt hij het, want bisschop Hoogmartens, dominee Rigtering en orthodox priester Derewianka waren er ook bij. Nu nog Karel Azijn die te voet naar Scherpenheuvel loopt en het Groen Onderdeurke dat haar Eerste Communie doet en hoera alweer, Christus vincit, Christus regnat, Christu-us imperat. Godfried zijn kaakskes zullen nogal blozen!

     

    Herman, ‘de volksmensch’,

    ook wel De Croo genoemd, heeft geen zit in ’t gat. Hij krijgt elk jaar 4000 invitaties om het glas te komen heffen. Hij ‘doet’ er 1000 van, zegt hij, dat is gemiddeld 2,739726 per dag. Werk genoeg voor zijn vier (!) secretaressen om zijn agenda bij te houden. Meetings, coureurs, postzegels, naaikransjes, Vlaamse kermissen, het gaat er allemaal in. In de nieuwjaarsperiode piekt hij met 63: wie doet het hem na? Ook carnaval is een drukke periode. De outfit ligt al dagen op voorhand klaar, daar zorgt zijn skatteke Françoise voor. Hoedje op, jassie an, medailles niet vergeten en hup, daar gaan we! Zijn stelregels: 1) ,,Als ge ja zegt, moet ge geen neen zeggen.'' – 2) “Pas op voor de skilferkes (=  confetti), dat kruipt overal in, tot in uw onderbroek.” – 3)”Als ge blijft hangen, is het te laat.” – 4) Ge moet geen soep eten met een vork.” –  5) “Tournée zénérale!”

    Frans Depeuter

    26-08-2007 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (10 Stemmen)
    04-08-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Een stront met een strikje errond stinkt even hard als een stront zonder strikje

    Een stront met een strikje errond stinkt even hard als een stront zonder strikje

     

    Liefde gaf u duizend namen

    Het zou de moeite lonen om te onderzoeken over hoeveel bladzijden de Markies van het Reve zijn revisme heeft uitgesmeerd en hoe weinig bladzijden over andere zaken handelen. De ‘verrukkingen’ van wat hij ‘liefde’ noemt, worden steeds weer op dezelfde bombastische wijze ‘bezongen’, want sinds De Taal der Liefde is Reve niet meer aan een andere molen gaan staan. Hugo Bousset zal hem om die reden ongetwijfeld een ‘schrijver van een opus’ noemen, maar voor ons is hij een herkauwer, een koekoekszanger, kortom: een cliché van zichzelf.

    Reve heeft zichzelf constant herhaald, dat geeft iedereen toe, maar men moet erkennen dat hij voor bepaalde ‘onderdelen’ van zijn activiteiten een vindingrijke gevarieerdheid aan de dag legde. Voor zijn belangrijkste orgaan bij voorbeeld, waarvan hier enkele voorbeelden (cursief van FD):

    -“Mijn ongehoorde Zeerovers-deel zit vol schrale plekken, waar mijn stoere metselknuisten het vel er zowat af geschaafd hebben.” (Brieven aan Matroos Vosch)

    -“Ik denk aan hoe jij je Matrozen Liefdesdeel en Mededogenloze Enterhaak in een door mij voor jou medegebracht kam-peerjongetje zijn lieve, bange vosseholletje stoot.” (Brieven aan Matroos Vosch)

    -“Toen ging ik zijn vallei binnen met mijn geweldige, keiharde, geoefende mannen-knuppel.” (De Taal der Liefde)

    -“Trek maar voort, aan je prachtige gouden blonde schuiftrompet.” (De Taal der Liefde)

    -“Maar nu zit mijn Geheime Deel aan het eind vol met zweren, en dat kan nooit goed zijn, hoewel de schrijning die het bij het 'fors raketten' geeft wel verrukkelijk genoemd mag worden.” (Het lieve leven)

    -“Ik zal mijn karabijn maar eens aan mijn bekwame lijfarts Groothuyse voorleggen.” (Het lieve leven)

    -“Ik schoof, duizelend van verrukking, mijn deel in haar liefdesgrot naar binnen, die zijn angel, zíjn liefdesdolk ontvangen en gediend had... “ (Den vierde man)

    Enzovoort enzoverder… Pure mystiek dat alles. Zuivere onversneden schoonheid. Schroom noemt Brusselmans het, want hij “beschrijft de seks niet expliciet, maar abstract, wellicht uit een soort schroom. Woorden als liefdeswapen, tweede mondje en jongensheuvels overstijgen de homoseksualiteit.” En de kampioen van de Vlaamse viespeukerij kan het weten natuurlijk!

     

    Zo rein als een communiezieltje

    En over ‘zuiverheid’ gesproken. Er zijn zelfs van die halve zolen die het woord ‘kuisheid’ laten vallen. Zoals ene Jos Bloemkolk, zangeraar en Parooljournalist (cursief van FD):

    “De stijl van Reve was, ondanks de soms hevig seksuele inhoud, altijd wonderlijk kuis. De lul of de pik zal men tevergeefs in zijn werk zoeken, tenzij het over het grove effect van die woorden gaat. Reve verkoos het Geheime Deel.

    In De Taal der Liefde is mooi te zien hoe zorgvuldig hij het voor de geilheid dodelijke woord onderbroek omzeilt. Gerard vertelt aan Woelrat een verhaal over een erotische ontmoeting op een schip. Wat Reve zelf droeg in deze 'ongehoord treurige scheeps-hut der oceanen': 'alleen een dun paars overhemd en een dun wit linnen onderbroekje, net als een tennisbroekje'. Vanaf dat moment is de onderbroek geheel verdwenen. Gebleven is het tennisbroekje.

    In het latere Oud en Eenzaam bedrijft hoofdpersoon Gerard de liefde nu eens met een vrouw, Jane. Ook daar die kuisheid: 'Een nieuwe reeks van krampachtige schokken doorvoer haar, en een nieuw, hees gegrom ontsteeg aan haar keel. Ze was ten tweede male de waarheid des levens binnen getreden. Driemaal is scheepsrecht, mompelde ik.' Er zijn lelijkere manieren om het woord orgasme of klaarkomen te vermijden.” (Het Parool, 10.04.06)

     

    Vastgebonden in een stoel aan het raam eet hij een banaan

    Ondanks die ‘kuisheid’ begon het vanaf 1997 met het echtpaar Reve-Schafthuizen bergaf te gaan. Bij ‘Grijze Wolf’ openbaarden zich de eerste tekenen van Alzheimer en na een hartoperatie het jaar daarop ging het vrij snel achteruit. Vanaf december 1999 zou de Meester zijn (schrijf-)pen niet meer beroeren. Hij wist zelfs zijn eigen naam niet meer.

    Begin november 2003 werd de Koninklijke Volksschrijver opgenomen in een ziekenhuis. Vlak voor zijn 80ste verjaardag (14 december) kwam hij weer naar huis, maar in februari 2004 werd hij opnieuw in het hospitaal opgenomen. In hagiografische termen luidt dat: “Liefdevol thuis verzorgd door Schafthuizen zo lang het nog kon.”

    Eind mei is hij van het ziekenhuis naar het verpleegtehuis Sint-Vincentius in het Bel-gische Zulte gegaan, waar Joopie hem iedere dag bezocht om de ‘mysticus’ wat “op te beuren” - waarbij ik me niet durf voor te stellen hoe dat wellicht verliep. Die verandering maakte hem aanvankelijk agressief en onhandelbaar, zegt ‘verpleger’ Joop maar later was hij “gewend en heel tevreden”.

    Wat Joop verstaat onder ‘gewend en heel tevreden’ is niet zo duidelijk. Want wan-neer in juli 2004 Volkskrant-redacteur Remco Meijer aan Reve een bezoek brengt, zit hij “(vastgebonden) in een stoel aan het raam en wijst () naar buiten en zegt: ‘Mooi hè, die lucht’. Het verdere bezoek gaat op aan het eten van een banaan, het aantrekken van schone kleren, een paar trekjes van een sigaret en wat gesprekflarden.”

    De volledig demente, zieke Koninklijke Volksschrijver gaf de geest op zaterdag 8 april 2006 om 20.45 uur op de gezegende leeftijd van 82 jaar..

     

    Reve is dood, leve Reve

    En zie, de Revianen stonden klaar met hun trompetten: Reve is dood, leve Reve! De LLLiteratuur stond op zijn kop. Ronkende titels vlogen om de hoofden van de argeloze krantenlezers. De Weldenkende Auteurs schaarden zich in gesloten falanx achter de handige jongen, die met zijn droge, vaak vulgaire humor de hele literaire winkel wist te bedotten.

    Vooral de binnenvaartschippers wisten met hun hoogdravende droefheid geen blijf. Erwin en Tom en Jeroen, enfin al die Blije Jonkers die eindelijk hún Heilige Flikker op een sokkel konden plaatsen. Maar ook achterlijke klojo’s die borstel en steel nog gebruiken voor datgene waarvoor ze in feite ook dienen, zongen de lof van de Markies. Brusselmans bij voorbeeld: “Hij is voor mij met afstand de beste Nederlandse schrijver. Hij heeft geen enkel slecht boek geschreven.”

    Het kon niet op, de kranten reserveerden nog méér bladzijden dan voor de verjaardag van Walter Van den Broeck. Voor nog grotere foto’s. Het ging over “de ontluisterende schande die de betreurde schrijver aan het slot van zijn bewuste leven nog ten deel gevallen is”. En over “de gehele mensheid die van hem afscheid heeft kunnen nemen”.

    Ook Monseigneur Daneels deed zijn duit in het zakje: Gerard Reve was een zeer groot stilist, jazeker, een alternatieve aanwinst voor Onze Moeder de Heilige Kerk. En voor wat betreft zijn levens’stijl’, ach, “een fenomeen valt moeilijk te beoordelen” en Gods mededogen is eindeloos, dat had His Masters Voice toch zelf gezegd. (Godfried-met-de Blozende-Kaken kan dat allemaal zo zalvend zingen, ik hoor hem graag bezig, ja. Om zijn Schaapstal maar met één Lid te vermeerderen, zou hij zelfs een ezel die een catechismus op zijn gat geplakt heeft, onder zijn staart strelen.)

    En Zijne Excellentie Minister Ansjo was minstens even bevlogen: “Met zijn immense oeuvre zal hij onze generatie en de generaties die na ons komen inspiratie bezorgen.” Enzovoort, bim-bam-beieren-de-klokken-leg-gen-eieren. Jaja, Bertje ging wis en zeker De Nachten nog eens herlezen! En nu van voren naar achter!

    Alleen Jeroen Overstijns viel een beetje uit de toon. Die onverlaat durfde een strontje laten in zijn artikel ‘Heer van stand’: “Reve bleef wel altijd deftig. Schrijvend over de vunzigste vormen van de liefde, maar met de ongenaakbare pretenties van een heer van stand”. (De Standaard 10.04.06) Jammer dat W.F. Hermans een bloemhoveke op zijn buik heeft, want contrabas zoals hij was, zou hij zijn vroegere woorden wel herhaald hebben: “Zijn bijzonderste intellectuele prestatie is dat hij het onderscheid tussen schijnheiligheid en ironie bijna volledig heeft weten uit te wissen.”

     

    Erwin Mortier en Tante Truus

    Ook Erwin Mortier legde getuigenis af van wat de Grootmeester voor hemzelf maar “ook voor een belangrijk deel van de Vlaamse en Nederlandse bevolking” had betekend, en niet alleen voor zijn katholieke medegelovigen, neenee, “voor elkeen die vatbaar is voor het mysterie van het menselijk bestaan, en niet alleen voor de letterkunde, maar voor heel de maatschappij.” (Cursief van FD)

    Ja, hij kende Gerard, want in 1997 had hij met zijn Tante, ene Lieven Vandenhaute, een week op diens Geheime Land-goed in het Zuiden van Frankrijk ‘mogen’ logeren. En hij had die week toch wel een dagboek bijgehouden, zeker, met één oog op de Toekomst… en het andere op De Bezige Bij, waar het boekje onlangs verscheen (zie afbeelding). Humo was er als de kippen bij om op 20 februari jl. in nummer 3468 enkele royaal  betaalde bladzijden af te drukken. “Ongecensureerd en onbewerkt”, of wat dacht je? Ter illustratie van het niveau van Mortiers dagboek over de “ontluisterende vakantie, met een totale deconfiture van de destructieve Reve”, een paar fragmentjes:

    -“De dag begint met de mededeling van Gerard dat hij een grote drol van stront wil maken uit zijn eigen achterste. () Hij laat zijn kont van op het deksel van een teerput boven de brem en wilde rozenstruiken in het ravijn hangen.”

    -“’Als je de roede wast, dan gaat ze pas stinken,’ (zei Reve – FD). De schrijver heeft zich sinds zijn aankomst niet meer gewassen. Hij begint te ruiken. De lucht in de nauwe kamers van het Landgoed slaat soms zeer onfrisse aroma’s in mijn neus.”

    -“Ik voel voortdurend de aanvechting om hem (de geur – FD) van mij af te spoelen, maar de aanblik van het douchehok met het trechtervormige gat op de bodem, waarin een kakbruin uitgeslagen toiletborstel rust, roept nog meer afkeer op.”

    -“We keren in de vooravond terug en treffen Gerard aan in zijn rozige onderbroek (). ‘Zie je hoe ik schrijd?’ Alleen jammer dat de roze onderbroek onder het schrijden steeds verder afzakte. Ik kon zijn reet zien.”

    “Als ik de deur van het huis openduw, wordt de stank bijna onverdraaglijk. Gerard ligt poedelnaakt en buiten westen op zijn bed, een fles rum van 45 procent zo goed als leeg op de vloer, naast een omgevallen glas op het doordrenkte vloerkleed.”

    Jawel, zegt zelfs Mortier, “de Gerard Reve die we tot op heden kenden, een minzaam, geestig kankerend mens, lijkt hier, in dit hondenhok op de bergkam, niet meer te zijn dan een laag slecht aangebrachte plamuur ().” Maar toch kan hij het niet laten aan deze vuile onderbroek een bloemig pijpje te breien: “Het werk van Reve is de persoonlijke metafysica van een gekweld mens.” Ja, dat zal dan wel, zeker…

    Frans Depeuter


    Lees het ganse artikel in Heibel, 12. 3

    04-08-2007 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (14 Stemmen)
    14-05-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aantwaarpen boven: avonturen met de roze biggetjes

    AANTWAARPEN BOVEN

    Ge kent toch die mop van die vis, die vogel en die krokodil die over hun voorbije vakantie aan ’t sjauwelen zijn?…

    De vogel zegt: “Ik kan goe vliege en die van ons kan goe vliege en ons klaain manne kunne goe vliege. Welle zen nor de baarge gegoan!” Zegt die vis: “Ik kan goe zwemme en die van ons kan goe zwemme, en ons klaain viskes kunnen oek goe zwemme. Welle zen nor de zie gewest.” Zegt die krokodil: “Ik ‘em een groot bakkes, m’n wijf heeft een groot bakkes en m’n joeng oek… Welle zen in Aantwaarpe gebleve.”

    Ietwat belegen, ja, maar toch nog altijd een goei. En een rake. Want die Sinjoren, ze lijken wel pap gekregen te hebben met de troeffel. Nu voeg ik er onmiddellijk aan toe dat dit uiteraard niet slaat op álle Sinjoren. Er zijn er ook andere, o jawel… vooral tussen de Kempenaars en Waaslanders die naar ‘t Stad verhuisd zijn.

    Hoe het komt, van dat groot bakkes, is me nog altijd een raadsel. Is het omdat de Boerentoren de eerste wolkenkrabber op ons vasteland was en tot in de jaren '50 het hoogste torengebouw van Europa? Of omdat Antwerpen de grootste Europese bananenhaven is? Of is het gewoon omdat een Sinjoor met dat krokodillensyndroom geboren is?

    Hoe dan ook, ik aard niet in Antwerpen. Niet alleen wegens het feit dat ge in de mond van de typische Antwerpenaren uw beddenlaken kunt spoelen, maar ook omdat heel wat Aantwaarpse artiesten meer ‘kunstenmakers’ dan ‘kunstenaars’ zijn. Charlatans dus, flessentrekkers, die de intellectuele snobs brillen zonder glazen verkopen. En daarvoor moet ge niet eens Panamarenko heten, het mag bij voorbeeld ook een Jan met een Hoet zijn.

    Een echte Kempenaar en een echte Sinjoor, dat past bijeen als een gaffel en een wafelijzer. Een Kempenaar houdt niet van dandy’s, en die lopen er met bosjes rond in het Aantwaarpse artiestenmilieu. Neem maar de Roze Dichtertjes, de Pink Poets, die waren daar het beste voorbeeld van. In navolging van de Grote Dandy Paul van Ostaijen paradeerden ze over de Meir met een air van ‘Hebd’e maai gezien?’ Zo roze als de snuiten van Nif-Nif, Naf-Naf, Nouf-Nouf, de drie zwijntjes die te doen hadden met de Grote Boze Wolf (hoewel in de jaren ’70 nog geen Grote Boze Grolf ‘tStad onveilig maakte.)

     

    Hét prototype van zo’n dandy was Patrick Conrad, die ik éénmaal in mijn leven ontmoet heb en dat was voor mij ruimschoots voldoende. Onze ‘kennismaking’ greep plaats in Den Engel, op de Grote Markt te Antwerpen. In de jaren ’60-’70 hingen we daar nogal eens aan de toog. In die tijd hingen de Heibeliers trouwens aan nogal wat togen. Ook aan die van Den Engel dus, die bruine kroeg waar je naast lullende dronkelappen ook dito dichters tegen het lijf liep.

    En daar was het dus dat ik de langverbeide hand heb gekregen van Patrick Conrad, een toen nog welriekende jongeman die leefde en poëzie bedreef op de kosten van zijn vader, wat in de plompe Kempen gewoonweg ‘luieren’ wordt genoemd. Het contact verliep aldus… Patrick komt naar mij en stelt zich voor: “Ik ben Patrick Conrad, de zoon van de voorzitter van Fabrimetal.” Waarop ik argeloos antwoord: “Aangenaam. Ik ben Frans Depeuter, de zoon van een boerke met drie koeikes.” Het knetterde vanaf het eerste moment, de bedrading sloeg zwart uit en bleek onherstelbaar beschadigd. Het is inderdaad nooit meer goedgekomen tussen de zoon van de voorzitter van Fabrimetal en de zoon van het Kempens keuterboerke. En eerlijk gezegd, de laatste treurt er niet om.

    Met een andere Pink Poet had ik ook een onvergetelijke kennismaking. Hugues C. Pernath heette hij, maar hij was als Hugo Wouters geboren en nog wel op dezelfde dag (15 augustus) als keizer Bonaparte, waardoor hij ei zona door zijn vader verdoemd werd om met de doopnaam Napoleon door het leven te gaan. Hugues was 13 jaar lang korporaal van het Belgisch leger geweest en was toen gedichten beginnen te schrijven die niemand begreep.

    Mijn verhaaltje speelde zich af in mei 1966. Davidsfonds-Mechelen vierde zijn 100-jarig bestaan, waarbij ook een literaire avond voorzien was met o.a. de Heibeliers en Hugues C. Tijdens de pauze zouden de luisteraars zich ook pas verschenen werk kunnen aanschaffen, o.m. mijn dichtbundel Rakelings in Pamir en enkele Heibelnummers. Er was veel interesse, de avond verliep soepel. Na de pauze kwam de voorzitter mij toefluisteren dat hij iets onregelmatigs had opgemerkt: Hugues C had een exemplaar van mijn bundel en twee Heibelnummers weggetoverd in de sacoche van zijn groupietje. Om geen kabaal te maken besloot ik de zaak niet ter plaatse af te handelen.

    Dus schreef ik de volgende dag een satirisch briefje naar ‘Napoleon’ om hem erop te attenderen dat zijn verdwijntruc ontmaskerd was en dat hij de Heibelnummers ‘ter lering’ mocht behouden, maar voor mijn bundel verwachtte ik wel een overschrijvinkje van 50 frank. Uiteraard vernam ik niks meer, ik had ook niet anders verwacht.

    Tot zowat een jaar later… Ik was met Hannelore weer eens in Den Engel verzeild geraakt en wie staat daar aan de toog? Juist, Hugues C met een paar andere Aantwaarpse Poweten. Ik had al lang besloten de zaak maar blauwblauw te laten, maar ineens staat de ex-korporaal voor mij. Het scheelde geen haar of hij klakte zijn hielen tegen elkaar en salueerde. “Meneer Depeuter, ik moet u nog 50 frank betalen, geloof ik? Ik heb daarstraks nog de gewraakte som op uw rekening willen storten, maar nu kan ik het beter contant doen.” De Poweet haalde zijn portefeuille al boven, maar als gulle Kempenaar wuifde ik zijn gebaar weg met de woorden dat hij met de ‘gewraakte som’ voor mijn part een paar pinten mocht drinken, ik had de brief alleen maar geschreven als vingerwijzing dat je zo iets niet doet, zo dievelings wat boekjes meenemen. “Had je het aan mij nu gevráágd,” zei ik, “dan had je er wel een gekregen.”

    Ik weet niet meer of Pernath nog een dankwoordje stamelde, maar alleszins zag hij er behoorlijk beteuterd uit, want zo’n openheid en directheid zijn ze daar in Antwerpen niet gewend. Ik vergat de hele kwestie tot Henri-Floris Jespers mij jaren later toefluisterde dat Hugues zijn vingers van lijm gemaakt waren, m.a.w. dat hij in feite een gepokte en gemazelde kleptomaan was. Toen besloot ik voortaan, als de korporaal in de omgeving was, mijn hand toch maar op mijn portefeuille te laten rusten en hem in geen geval ooit op een dinertje te vragen want zilmeta lepeltjes waren nogal duur. En hij zou verdomme mijn Olivetti nog kunnen eschamoteren en dan had ik heel mijn schrijverscarrière wel kunnen vergeten.

    (De rest kun je lezen in Heibel, het blad zonder blad voor de mond)
    (24 euro voor drie nummers van meer dan 100 pagina's kwartoformaat, te storten op 979-3986331-24 van Frans Depeuter, De Heikens 29, 2250 Olen)

    Frans Depeuter

    14-05-2007 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (6 Stemmen)
    10-03-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Le plat pays mais pas le mien

    Le plat pays mais pas le mien

    “Ça stinke” inderdaad, Dimitri

    Tot zover is alles oké. Dimitri (Verhulst) kan schrijven, ja, maar zodra hij zijn mond opendoet over Vlaanderen, zoals in het artikel ‘Ça stinke’ (De Morgen, 16.09.06), komt er een kwalijke geur uit. Inderdaad, “Ça stinke, Dimitri”…

    Ik citeer enkele stupiditeiten, die ik niet eens grondig wens te weerleggen, zo blind en geborneerd zijn ze. In feite is het te belazerd om er woorden aan te verspillen, maar alla, we zijn van goeie wil, en ge moet een ezel zaagmeel geven tot hij panlatten schijt, zei mijn  vader altijd.

    Verhulst zou eens het verschil moeten leren kennen tussen de Vlaamse Volksbeweging en de Vlaams-nationalisten. Hij is een klodderboer die bieten en rapen in één silo bergt. Voor hem is het allemaal één pot nat, dat gebroed dat ocharme aan Onze Gekroonde Spermatozonen alle kansen op verdere ontwikkeling zou willen ontnemen en Laurent uit zijn hutteke verdrijven. Één bende “jongens en meisjes die erop gebrand zijn België te doen barsten” en zich daarbij “beroepen op () naar folklore neigende sentimenten” en “met slogans () finaliter Wallonië willen wegstemmen.” Dat er naast de Vlaamse ‘sentimentalisten’ – laat mij ze zo noemen – nog méér Vlaamse ‘rationalisten’ in dat nat zitten, ontgaat Dimitri volkomen. Die jongen is dringend aan voorlichting toe. Hij zou bij voorbeeld Doorbraak en Actueel kunnen lezen, liever dan de nog maar eens voorgekauwde brokken terug in De Morgenpot te spuwen. De stukken van Matthias Storme, Jacques Claes, Rudi De Ceuster, Dirk Rochtus, Marc Platel, Manu Ruys, Eric Defoort, Bart Maddens, Jan Van de Casteele zijn veel scherpzinniger en gefundeerder dan het stinkend brijtje van Dimitri’s reflux. Elk van hen is tien Verhulstjes waard. Op dat gebied althans.

     

    Van pedofiele priesters en hakenkruisen

    Ook de katholieke scholen moeten het ontgelden natuurlijk, je speelt toch tuba in het linkse orkestje of niet. “Twintig jaar geleden zat ik op een katholiek internaat in Dendermonde. Priesters waren er pedofiel zoals een goede Belgische vertelling dat van de priesters vraagt.” Voilà, zo simpel is het.

    Maar naast het feit dat die internaten en colleges broeihaarden waren van pedofiele activiteiten, waren ze uiteraard ook bronnen van ideologisch vergif en nazistische indoctrinatie: “Niet alleen zat ik op een internaat waar men ongemoeid handel dreef in ideologisch vergif, ik ben ook opgegroeid tussen grauwe muren waarop stond geschreven ‘België barst’, zeer vaak vergezeld van een al dan niet foutief getekend hakenkruis.”

    Nu ja, ook ik heb acht jaar lang op collegebanken gezeten (en daarna nog veertig jaar aan datzelfde college les gegeven), maar ik heb nooit één gewijde hand aan mijn karabietje weten trekken, ondanks mijn allicht inviterend ribfluwelen KSA-broekje. En van hakenkruisen en ‘België barst’ heb ik evenmin wat gemerkt. Maar ja, mijn college was gepatroneerd door Sint-Jozef en dat was waarschijnlijk mijn heilzame redding.

    (Lees verder in Heibel, nieuwe reeks nr. 4)

    Frans Depeuter

    10-03-2007 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (25 Stemmen)
    20-01-2007
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.PNVD, partij voor pedofilie, naaktloperij, vunzigheid, dierenseks

    PNVD = Partij voor Pedofilie, Naaktloperij, Vunzigheid, Dierenseks

     

    Zet maar ‘fiel’ achteraan

    Naar aanleiding van het voorbeeldige Morgen-Beter-‘debat’ omtrent de rechterlijke vrijspraak van de hondenwipper Freki en de unaniem progressievelinkse overtuiging van Karl van den Broeck, Kristien Hemmerechts, Patrick van Krunkelsven en Midas Dekkers, dat seks met dieren moet kunnen, schreven we in Heibel 2:

    “Weg met dat onwelvoeglijke ‘bestialisme’, schrappen dat woord. Zoek maar iets met ‘fiel’ vanachter, dat klinkt heel wat positiever. Hetero- en homofielen, dat hebben we al gehad, de tweekantigen ook, nu zijn de zoöfielen aan de beurt. En straks komen nog de necrofielen, de urofielen, de gerontofielen, de corpofielen, en met een beetje meeval misschien zelfs de pedofielen, zodat ‘meneer‘ Dutroux als een martelaar kan worden gereviseerd. Het moet toch allemaal kunnen in deze ‘beschaafde’ maatschappij, nietwaar Tom de Modderfokker? Al wat van ‘t Griekse filein komt, is gesanctioneerd, want dat woord betekent toch ‘beminnen’. En zelfs de levenswijzen die niet gefield zijn, moeten eindelijk maar eens uit het verdomhoekje worden gehaald. Frotteurisme, exhibitionisme, voyeurisme, sadisme, ach, het klinkt al even onschuldig als kubisme en hobbyisme. What’s dus the problem, meneer?”

     

    ‘Partij voor Naastenliefde’ zei je toch?

    Met aldoor toenemend ge-oof in de toekomst van de mensheid stellen we vast dat onze oproep om die arme minderheden te dediscrimineren alras zijn vruchten heeft afgeworpen. En nog wel in Holland, waar Heibel blijkbaar gulzig gelezen wordt. Daar heeft de Haagse rechtbank, bij monde van de ‘heer’ H.F.M. Hofhuis, geoordeeld dat er geen enkel beletsel is voor de gloednieuwe PNVD, ziinde de Partij voor Naastenliefde, Vrijheid en Diversiteit, om bij de komende verkiezingen op te komen. Het moet kunnen, vond H(is) F(ucking) M(agistrate), een dergelijke partij die de morele opvattingen eindelijk na twintig eeuwen valse preutsheid in goede banen zal leiden.

    De Partij voor Naastenliefde, Vrijheid en Diversiteit, opgericht op 31 mei 2006, heeft o.m. op haar programma staan:

    §    Seks tussen volwassenen en kinderen vanaf 12 jaar (nu is dat nog 16 jaar) moet gelegaliseerd worden en op termijn moet de leeftijdsgrens volledig afgeschaft worden.

    §    Bij afhankelijkheidsrelaties, bijvoorbeeld tussen docent en leerling en bij incest, zal voorlopig een leeftijdsgrens van 16 jaar gaan gelden.

    §    Pornografie mag overdag worden uitgezonden. Gewelddadige porno mag alleen 's avonds laat op het scherm komen.

    §   Vanaf het moment dat zij seksuele contacten mogen aangaan (voorlopig 12 jaar), mogen jongeren ook in een pornoproductie verschijnen als zij dat graag willen.

    §    De leeftijdsgrens vanaf welke men zich mag prostitueren, wordt 16 jaar. Vermits er geen toezicht is tijdens de bezigheden met een klant, mogen jongere personen dit werk niet uitvoeren.

    §    Iedereen mag buiten naakt rondlopen. Wegens de hygiëne moeten naaktlopers wel een handdoek gebruiken als zij gaan zitten op openbare zitplaatsen.

    §    Privé-bezit van kinderpornografie wordt toegestaan. Geld verdienen door (ruil)handel blijft voorlopig wel strafbaar.

    §    Seksuele contacten met dieren zijn volkomen legaal, maar elke seksuele mishandeling van dieren blijft strafbaar.

    §    Basisscholen mogen geen religieuze grondslag hebben. Het is belangrijk dat kinderen geen geloofsvisie wordt opgedrongen.

    §    Vlees- en visconsumptie door mensen wordt verboden. De PNVD is tegen moorden, of het nu om mensen of om dieren gaat.

    §    Softdrugs en harddrugs worden gelegaliseerd. Het gebruik van softdrugs wordt legaal vanaf 12 jaar, van harddrugs vanaf 16 jaar.

    §   Roken, gokken en alcohol drinken worden legaal vanaf 12 jaar. Alcoholische dranken, tabakswaar en drugs worden accijnsvrij. Reclame voor die producten wordt toegestaan.

    §    Het huwelijk wordt geschrapt uit de wetgeving.

     

    Op een bank in het park met een handdoek onder je blote hark

    Heibel vindt dat de partij nog niet ver genoeg gaat en stelt de PNVD voor haar programmapakket uit te breiden met de 12 volgende artikelen:

    §    Het huwelijk wordt strafbaar gemaakt, behalve dat van holebis.

    §    Ouders zijn verplicht hun kinderen seksuele praktijk bij te brengen.

    §    De 3 aveetjes voor het slapengaan worden vervangen door een portie kindvriendelijke pornografie.

    §    In alle dorpen en steden organiseert de overheid kinderpornografische filmvoorstellingen.

    §    Naaktlopers krijgen een reductie bij de aankoop van een buikzakje of sacocheke.

    §    De handdoek van de naaktlopers moet minimum 10 x 10 cm bedragen.

    §    De handdoek mag geen afbeeldingen van Donald Duck of De Profeet dragen.

    §    Seks met dieren moet worden aangepast volgens de voor gebruik bestemde afmetingen.

    §    Men is op straffe van boete verplicht dieren die erom vragen, genoegdoening te geven.

    §    De handel en het gebruik van drugs worden officieel gesubsidieerd.

    §    Scholen met een kruisbeeld boven het bord zullen worden platgebrand.

    §    Het nuttigen van sla en patatten is verboden vermits die een zeker bewustzijn hebben.

    §    Randdebielen mogen vlees en vis eten want zij weten niet wat ze doen.

    Frans Depeuter

    20-01-2007 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (16 Stemmen)
    29-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Margootje en haar 'assenkruis'

    MARGOOTJE EN HAAR ‘ASSENKRUIS’

     

    En weer Margotje, het duimelotje

    Een tijdlang verscheen in De Morgen een brievenrubriek, die gevuld werd door Margot Vanderstraeten (die we al hebben leren kennen van het subtiele interview met Ward Ruyslinck) en Gerda Dendooven, in het eminente gezelschap van het geweten van Vlaanderen Yves Desmet, de groene dominee Jos Geysels, de witgeschrobde Noël Slangen, en de akelig-arrogante Bert Kruismans. Op 15.04.06 schreef Margotje een antwoord op Bert Snorremans, die, niet zonder enig sympathiek maar toch ironiserend krullen van zijn Engelse snor, wat badineerde over zijn katholieke jeugd, toen hij nog een “carrière als misdienaar” uitbouwde, maar die Christus op Goede Vrijdag wel liet sterven om 11 in plaats van om 3 uur.

    Kruismans: “Ik ben blij dat ik ooit een schaap des Heren ben geweest. Dankzij het katholieke geloof kreeg ik een culturele bagage mee die me nog elke dag van pas komt. Ik herinner me zeer goed mijn eerste ontmoeting met een echte atheïst. Zo eentje die het met de paplepel was ingegeven. Vijf broden en twee vissen, hij wist begot niet waar het vandaan kwam. En Jonas en de walvis, Sodom en Gomorra. Qué? Daarom lees ik mijn jongste zoon voor het slapengaan wel ’s voor uit de Bijbel. Want als ongedoopte heiden bezoekt hij enkel nog de kerk tijdens een buitenlandse citytrip. De Bijbel is een vrij bloederig boek, niet zo kindvriendelijk, maar toch vertel ik, in de stille hoop dat mijn zoon zich later nog iets kan voorstellen bij de toren van Babel en dat hij in Samson meer ziet dan een pluchen bobtail die nu al vijftig jaar bij Bert Verhulst inwoont."

    [À propos, ik ben ook lange tijd een “schaap des Heren” geweest, dat in zijn stal vreugden en frustraties heeft gekend, en ben allengs, door massa’s lectuur en jarenlange bezinning en intense gesprekken, uit die stal weggegroeid. Maar bij de supergeniale Bert is dat veel simpeler en sneller verlopen: “En plots was het gedaan. Ik zal een jaar of veertien geweest zijn. Ik zat op een goeie katholieke school. Ook al op internaat. We moesten niet eens naar de kerk, maar veel gevaarlijker voor elk geloof, we moesten kritisch denken. Verplichte kost. () Ik deed dat en hop, daar ging dat geloof. In een maand was ik er vanaf.” Voilà, zo gebeurt dat! Ik durf er mijn navel op verwedden dat die gave Bert ook wel een ‘superbegaafd kind’ zal zijn geweest, zoals er tegenwoordig zovele rondlopen.]

     

    Een schrikbarend katholiek België

    Margotje, geprikkeld door de niet-radicale uitlatingen van Snorremans, orakelt in haar repliek dat “er van het Pasen van weleer in Vlaanderen niet veel meer overblijft” want die hele bedoening van katholieke feestdagen is “stilaan voorbijgestreefd”. En dan geeft ze van beuzze, hè. Over al de folklore die daarrond hangt: over snoep-jes sparen in de vasten, over het ‘assenkruis’ (sic, over welke assen zou Margot het hebben?) op het voorhoofd, over de klokken van Rome, enfin, de hele bataclan. Maar over de essentie van Pasen, die voor heel wat mensen nog wel een realiteit is, rept ze met geen woord; dat kan immers niet in een Morgen-editie van de Yven Desmetten! “Bert,” zucht ze, “hebben deze officiële, katholieke feestdagen nog zin als hun inhoud zo hol is als een leeg ei? Is het in godsnaam (foei, Margot, zo’n reactionaire uitdrukking! – FD) geen tijd om de kerk nu eens echt van de staat te scheiden?”

    Meiske, meiske, denk ik dan, de al-dan-niet-scheiding van kerk en staat gaat wel om iets anders dan de klokken van Rome en een ‘assenkruis’, hè. Vraag dat maar aan uw “oprukkende islam”, voor wie inderdaad “een deel van onze bevolking (terecht!) bang is” – oei, nu kan ik vervolgd worden voor islamofobie. Bij die bende stommeriken hoort Margotje uiteraard niet, o nee. Ik kan me zelfs inbeelden dat zij de eerste zal zijn om samen met haar vriendjes Yves, Jos en Noël haar pootje te zetten onder een petitie om vrije schooldagen te vragen voor de beëindiging van de ramadan. En om in één adem de kruisbeelden te verbieden in elke school en te eisen dat een dame, die dat wenst, zich ook buiten carnaval of Halloween met een boerka mag tooien.

    Het multiculturele en zo tolerante Margotje kan haar braakneigingen niet onderdrukken wanneer ze ook maar denkt aan die bende katholieke droplullen die heel ons land hebben volgeplant met afschuwelijke kerken. “Ik werd vroeger vaak zoet gehouden met dat kinderspel dat eruit bestond om met een potlood genummerde punten met elkaar te verbinden die dan samen een mooie tekening vormden. Doe dat eens met de kerktorens van België: aan u verschijnt een schrikbarend katholiek België.” Jaja, Margotje, dan zijn moskeeën nogal wat sierlijker en minder schrikbarend, hè. Laten we dus al die leeglopende kerken met de grond gelijk maken, of beter: laten we ze gesubsidieerd omtoveren tot moskeeën. Hup! de toren eraf en een minaret erop, de glasramen eruit, de beelden en het altaar naar het containerpark, van de sacristie een ophokruimte maken voor de onzuivere vrouwen, en Allah kan beginnen. Daarvoor wil Margotje beslist wel gaan, o ja!

     

    Beatrix gaat een boerka dragen!

    En voor de boerka dus ook. Want dat zal wel een non-conform teken van emancipatie zijn, zeker.  Zo van: ik laat mijn gezicht en ophitsende haren alleen zien aan diegenen die ik daarvoor uitkies. Een beetje zoals een nog zedig Vlaamsch maagdekijn haar verborgenheidjes voorbehoudt voor haar uitverkorene. In die zin kunnen we de schroom van de geboerka’de moslima’s best begrijpen. Als een soort van stil protest tegen de blootmoraal die alhier te lande heerst. Misschien zou het voor het Vrije Westen niet eens zo slecht zijn als een ietsje islamitische moraal zijn intrede deed. Voor mannen zijn er trouwens nog andere voordelen verbonden aan de Islam: die vier vrouwen die de macho mag hebben (of is dat eerder een nadeel?), de 7 x 7 gesluierde maagden in het hiernamaals, de prioritaire bediening bij het eten, ik noem maar wat. Zo zou een mens zich voorwaar nog gaan bekeren tot Mohammed, dan hoeft hij ook geen hand meer te reiken aan een onreine vrouw!

    Zoals aan koningin Beatrix bij voorbeeld. Wanneer ik lees dat deze hoogedele dame een bezoek plande aan een moskee, maar dat de Nederlandse imams haar lieten weten dat ze alleen ‘welkom’ was indien geen enkele moslim haar bezoedelde hand (laat staan een ander lichaamsdeel) zou dienen aan te raken, en dat die gekroonde tuttebel daarmee akkoord ging, dan begint elke druppel bloed in mijn lijf te stomen als pruttelende gelei. En ik begrijp al evenmin hoe het mogelijk is dat, bij het vernemen van dit soort discriminerende chantage, allerlei blinde kalfjes hun schijnheilige correctigheidjes nog durven uitbazuinen in ‘kwaliteitskranten’? Je hebt gelijk, Margotje-pissepotje: “Is het geen tijd om de kerk nu eens echt van de staat te scheiden”, maar laat er in godsnaam die ‘in godsnaam’ van-af! En laten we het over de islam hebben.

    Maar back to Margotje-kame-lotje. Ze eindigt haar (vinnig geschreven, jawel!) brief met deze wijze woorden: “Vandaag krullen mijn tenen, mijn darmen, krult alles nog altijd (ook haar hersenen blijkbaar! FD) als ik (‘in’ is vergeten. FD) een openbare aan-gelegenheid (‘gelegenheid’ zal ze bedoelen) een kruis (‘kruisbeeld’ bedoelt ze. FD) zie hangen en gedwongen wordt (met dt, jawel  FD) ernaar te kijken. () Daarom ben ik dit jaar, hoewel ik zijn dood ten zeerste betreur, toch ook een tikkeltje blij met die andere – gelovige – God die na zijn dood verrezen is. Ik ben vastbesloten om straks geen eieren, maar woorden van Reve te rapen. En dat klokkengelui, dat neem ik er voorlopig dan maar bij.”

    Weet je wat, Margotje-druipsteengrotje, blijf maar bij je Côte-d’Or-eitjes, want chocola versterkt de brains en je krijgt er zo geen diarree van.

    Frans Depeuter

    29-11-2006 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (7 Stemmen)
    17-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Het kinneke Jezus was een stinkertje

    Het kinneke Jezus in Vlaanderen

    Ja zeg, die Jo Claes is me er eentje. In De Morgen (12.05.06) wordt hij geïnterviewd over zijn nieuwste boek, Het verhaal van Maria. Volgens de apocriefe geschriften, dat hij samen met Alfons Claes en Kathy Vincke schreef. Zonder zweem van ironie verkoopt Jo daar praat die te onnozel is om voor de hennen te brokkelen. Over de moeder van Jezus en de kleine Jezus zelf, dat is uiteraard gefundeness fressen voor een kwaliteitskrant als De Morgen. Wat hij allemaal niet ontdekte in de ‘apocriefe’ (zeg maar: gefalsifieerde) geschriften! Je zou van minder in de beerput springen.

    Op de vraag “Wordt in al die verhalen de onbevlekte ontvangenis nooit in vraag gesteld?” zegt hij met een wetenschappelijke ernst: “Neen, integendeel. Er is het prachtige verhaal van de vroedvrouwen die na de geboorte van Jezus proefondervindelijk willen vaststellen of Maria nog altijd maagd was. De vroedvrouw Salomé, die het verhaal nauwelijks kan geloven, onderzoekt Maria met haar hand en voelt tot haar verbijstering dat het maagdenvlies nog intact is. Prompt verdort haar hand. Een engel fluistert haar in het oor dat ze het kindje Jezus moet aanraken en dat het wel weer goed zal komen. Wat ook gebeurt.”

    Nou, als dat niet kan tellen, zo’n openbaring!  Ze waren er dus al vroeg bij, de controleurs. Hoewel de goddelijkheid van Jezus en het mysterie van de onbevlekte ontvangenis pas 30 jaar later, toen Jezus zijn openbaar leven begon, ter sprake kwam, stond die Salomé met haar vingertje al klaar bij het kraambed. Wie had haar dat ingefluisterd? Die jaloerse Jozef?

    Maar Jo weet nog véél véél meer… Op de vraag “Had Jezus in zijn kindertijd al goddelijke krachten?”, zegt hij resoluut: “Ja. Met het badwater van Jezus werden ‘bezetenen’ genezen en als kind haalde hij minder fraaie fratsen uit. Een speelkameraadje dat zijn zandkanalen kapot maakte, heeft hij plots dood laten vallen. Op school was hij niet echt een flinke leerling. Hij weigerde te luisteren naar de leerkracht, omdat hij ‘het toch allemaal beter wist’. Maria en Jozef waren ten einde raad.”

    Zozo, die stoute Jezus toch. Geen bloempapje dus maar een echt stinkertje!

    En zo gaat dat maar door. Terwijl ik altijd dacht dat men over het leven van de kleine Jezus in feite niks wist en dat het niet eens zo zeker is dat de Jezus van Nazaret dezelfde is als de Jezus van het Passieverhaal, openbaart Jo ons de meest verborgen details. Duivelskunstenaar Dario Fo, die rond Jezuske één grandioze nonsensikale vertelling heeft geweven, heeft er niks aan. In Het Eerste Mirakel van het Kinneke Jezus, een van de Obscene Fabels, laat Fo de goddelijke peuter modderzwaluwen boetseren, die hij daarna met zijn adempje tot leven wekt. Ook die lollige Jo weet dat vaneigens, maar hij weet nog eindeloos meer, want hij was er blijkbaar zelf bij.

    Ja, lieve mensen, dat het Davidsfonds, bekend om zijn ernstige wetenschappelijke edties, dat soort pulp uitgeeft, doet de knopen van mijn jas springen. Maar ja, voor geld zou zelfs de duivel een kaars laten branden.

    Misschien had Jo toch ook eens bij mij moeten aankloppen. Ik heb er ook nog eentje, gevonden in een apocrief geschrift, dat in de 2e eeuw na Christus ontdekt werd in een grot in Capharneum, de vroegere vissersplaats tussen Tyrus en Damascus, waar  Jezus de duivel uit een bezetene joeg en de zieke schoonmoeder van Petrus genas. Naar het schijnt heeft Jezus als baby het ook eens in zijn luier gedaan en daar heeft hij toen Milky Way van gemaakt. Opschrijven, Jo, en direct naar het Davidsfonds hollen!

    P.S. Had ik het niet gedacht: Jo studeerde Germaanse filologie aan de KU Leuven en is thans leraar in het secundair onderwijs. Ik zou er niet eens raar van opkijken als hij ‘godsdienst’ gaf aan een katholieke school…

    Frans Depeuter

    17-11-2006 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (7 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.'Helaas men wil mij niet verkrachten' (Kristien Hemmerechts)

    De geirriteerde eierstokken van Kristien 'Know-all' Hemmerechts

    DE GEîRRITEERDE EIERSTOKKEN VAN KRISTIEN KNOW-ALL
    (lees verder in Heibel)

     

    De spuitbus erop!

    Jaja, ze doet het bijgod weer. Ze kan het verdorie niet laten, onze nationale schoolmeesteres zoals Derk Jan Eppink haar noemde. Haar grote waffel speelt haar danig parten de laatste tijd. Kristien-de-Antikruisvaarder is er heilig van overtuigd dat zij door Hogere Machten ‘geroepen’ is om de wereld te bevrijden van al dat rechtse ongedierte. Hup dus, de spuitbus erop en de dichloorvos en pyrethrine doen hun werk wel! Die hele zwerm van bruine strontvliegen en gele galwespen moet eraan! Zelfs de maïswortelboorder (diabrotica virgifera) zal meedogenloos worden verdelgd.

    Also sprach weduwe De Coninck…

    Ook logeman Luc Van der Kelen vindt dat naarstige gedoe van Dame Duiveljager stilaan welletjes. Op zondag 25.06.06 zat Lady Know-all alweer te ‘panelen’ in Wakker-op-Zondag (ATV). Het ging over de doodslag op Guido De Moor, die toen nog niet was gereduceerd tot ‘busincident’. Luc schreef: “Zondag zat schrijfster Kristien Hemmerechts op de Antwerpse TeeVee. Strenger optreden hoeft niet, weg met de repressie, die jongeren hebben werk nodig, geen straffen, enfin, u kent dat halfzachte gedoe van de modieuze linkerzijde wel. Het zijn dergelijke uitspraken die de mensen met gezond verstand in de gordijnen jagen, recht naar het VB. Een mens zou er op de duur nog begrip voor opbrengen ook.” (Het Laatste Nieuws, 26.06.06)

    Tegelijk pleitte Van der Kelen voor strenge straffen voor die jonge boefjes, die zelfs door Vlaan-derens geweten, genaamd meneer Desmet, ooit in een onbewaakt ogenblik ‘kutmarokkaantjes’ werden genoemd. Oei, dacht ik, wat doet Luc nu toch? En hij heeft al zo’n schichtige blik, die goeierd, net of hij overal muizenvallen ziet. Als hij nu maar niet naar Guantanamo wordt verbannen, want daarop zit Verhofstadt al een paar jaar te wachten.

     

    Helaas wil men mij niet verkrachten

    Kristien trok haar register open zoals het hoort voor een IJzeren Lady. Het scheelde geen haar of ze had gezegd dat die preiplanter van een Guido De Moor, in wiens boekenkast toch wel boeken prijken over Dolf Snorremans, zeker, - net zoals in de mijne, tussen Das Kapital en Also sprach Zarathustra  -, die klojo dus had maar een andere bus moeten pakken. Of de fiets nemen, voor zijn 54-jaar oude benen was dat zelfs een heilzame oefening.

    Ik heb een ander voorstel: geef een gratis lijnbusabonnement aan Kristien, dan kan zij de orde handhaven op de 23. En laat haar een lange paarse rok aantrekken zodat de boefjes denken dat het kardinaal Danneels is die hen komt sussen. Hoewel, ook zonder paars zal het wel gaan, ik zie die luidruchtige Marokkaantjes al verschrompelen wanneer Kristien het opstapje maakt. Haar bliksemende blikken zullen dat tuig stante pede aan de grond nagelen.

    En voor aanranding of geweldpleging, hoeft de lady niet te vrezen, dat zei ze zelf in Wakker-op-Zondag’: "Ik voel me niet onveilig, ik rij regelmatig op mijn fiets door de Statiestraat in Berchem, en soms redelijk laat ook. Helaas, wil men mij niet verkrachten!” Jaja, zo subtiel is die “ballenbreekster” (dixit Hilde Sabbe in HLN van 03.02.03) wel. Ik zie de schouders van alle verkrachte vrouwen al uit de haak schieten van het lachen. Die grappige Kristien toch, die vol jokes zit zoals Letermes geit vol keutels. Als ze dan toch per se een beurt wil, dan kan ze misschien haar fotootje van ‘naakt soldaatje’ aan de straatboefjes uitdelen, misschien helpt dat een beetje. ‘Misschien… een beetje,’ zeg ik, hè.

    En zei ze ook niet in dat Sabbe-interview: “Ik denk niet dat er zoveel mannen zijn die het (samenleven – FD) met mij zouden aandurven. Voor één nacht misschien, maar voor een langdurige relatie?”… Een uitspraak die uitsluitend voor haar rekening is, maar die wel vragen doet rijzen omtrent het bruuske overlijden van Herman.


    Geïrriteerde eierstokken

    En Kristien, zij ploegde voort… Met ‘Straatspiegels’ was het vanher hommeles. Je weet wel, dat gratis toegankelijke familiefestival dat de Winkeliersvereniging op 2 juli 2006 voor de zevende maal in Berchem organiseerde. Braderij, artiesten, muziek, animatie, theater, kortom: leut voor de hele omgeving…

    Of toch niet voor de hele omgeving, want dat was buiten de waard(in) gerekend. Die zat zich namelijk die zondag op de poepsjieke Cogels Osylei te ergeren aan het lawaai dat haar heilige rust verstoorde. Al dat vertier van de smalle gemeente werkte op haar brede heupen. Zij dus haar sleffers uit, de trap af, de deur op dubbelslot en met haar rood geschilderde fiets naar de Gitschotellei. Of dat daar misschien niet wat stiller kon, want zij was net bezig aan een nieuw meesterwerk over de verzuring (een vervolg op haar roman De laatste keer, waarin dat thema wordt behandeld) en die boertige geluidsoverlast was nou precies niet echt bevorderlijk voor de scheppingsdrift van een staatsprijsbeest.

    Jaja, lezen we ergens op internet, “zo gaat dat met die salonsocialisten, in alle teeveeprogramma’s de correcte proletariër uithangen, maar het lawijt van het gepeupel moet wel buiten hun salon blijven.”

     

    Een zure pruim?

    Maar madam Hemmelinks legt het enigszins anders uit: “Ik wist wel dat ik als bekende kop het risico op zulke reacties zou lopen. Maar die muziek stond echt heel luid. Het was op een grasveld aan de overkant van de ring, maar in onze straat leek het alsof de buren keihard Prince aan het draaien waren. () Ik ben heel vriendelijk gaan vragen of het iets stiller mocht. Daar werd geen gehoor aan gegeven. Nu lijkt het misschien alsof ik of wij, ‘die van de Cogel Osylei’, intolerant zijn, maar onze vraag was terecht. Het is niet alsof we tegen dat festival waren. De organisatrice zei tegen me: ‘Maar mevrouw, wij organiseren een festival om de buurt bijeen te brengen’. Ik vind dat zeer vreemd. Iets doen tegen de verzuring door de muziek zo luid te zetten dat mensen die niet op dat festival zijn, niet meer kunnen genieten van hun vrije middag.” (De Morgen, 02.07.06)

    Toen haar gevraagd werd of ze nu zelf niet als een zure pruim optrad, want: “Als Tom Barman op 1 oktober zijn verdraagzaamheidsfestival organiseert, zullen daar óók buren hinder van ondervinden. Wilt u dat dan óók verbieden?”, antwoordde Kristien aldus: «Je kan die twee niet vergelijken. Op wat Tom organiseert, zullen duizenden mensen aanwezig zijn. Zondagnamiddag waren er maar enkele tientallen. (M.a.w.: hoe talrijker de meute, hoe meer recht ze hebben om hun ding te doen! Voorwaar, een uitgesproken sociaal principe. – FD) Het was helemaal niet nodig om de muziek zo luid te zetten. Ik vind niet dat ik verzuurd heb gereageerd. Het beste middel tegen verzuring is net naar elkaar luisteren. Voor mij mag iedereen een feestje bouwen. Maar ik mag ook van mijn zondag kunnen genieten. Jammer dat die dialoog onmogelijk bleek.»

     

     

    En een scheet in een fles

    En dan had je nog dat verhaaltje uit Strombeek-Bever, waar de ouders van Kristien nog steeds wonen. - À propos, in verband met papa Karel, de voormalige directeur van de BRT: het was de ex-beursgoeroe Van Rossem die ooit zei: “Kristien Hemmerechts heeft alleen haar vóórnaam te maken.” - Begin september stond het Stoute Meisje ijverig een verkiezingsaffiche van het Vlaams Belang af te scheuren op de officiële borden aan het cultuurcentrum. Toen ze door een gemeentearbeider betrapt en terechtgewezen werd bij dit missionariswerk, maakte ze zich uit de voeten (zoals een snotneus die op kersen plukken betrapt wordt).

    De uitleg van Kristien: “Ik was inderdaad op wandel met mijn vader en wij zagen de affiches, en ik ben inderdaad beginnen prutsen aan een affiche van het Vlaams Belang (). Bon, en toen riep iemand mijn naam, ongetwijfeld een Vlaams Belanger die toevallig passeerde. Ik vind dit in ieder geval een scheet in een fles. Ik heb alleen maar aan een hoekje staan prutsen. Ik stond me zelfs af te vragen of ik de hele affiche zou afscheuren als ik dat kon. Het was allemaal nog in een contemplatief stadium toen ik dus werd 'betrapt'.”

    Een scheet in een fles, zegt ze, maar ze vergeet dat zelfs de scheetjes van een Gevierd Schrijfster een onfrisse geur achterlaten. Begrijpt snuggere Kristien dan nog altijd niet dat het VB kaarsen brandt opdat zij en haar ijverige geestesgenoten nog veel van zulke ‘acties’

    Frans Depeuter

    17-11-2006 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (7 Stemmen)
    07-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Bedenkelijk eerbetoon aan Hubert Lampo

    Bedenkelijk 'eerbetoon' aan Hubert Lampo

    Veertig jaar was ik bevriend met dorpsgenoot Hubert Lampo. Ontelbare malen zaten we, meestal op vrijdagavond bij hem thuis, bij een trappist en in de rook van pijp en sigaret, leeservaringen te delen, herinneringen op te halen en van gedachten te wisselen. In mijn dagboek heb ik daar menige bladzijde aan gewijd. Tegenover Hubert heb ik mij altijd een leerling gevoeld. Zijn belezenheid was ongeëvenaard. Zijn bibliotheek ook.

    Zijn afscheid, dat eigenlijk begon bij de schielijke dood van zijn vrouw Lucia verleden jaar, heeft mij vele maanden verdrietig gestemd.

    Wat mij echter – en niet alleen mij! – bijzonder pijnlijk trof, waren de reacties van sommige scri-benten. De would-be schrijver Herman  Brusselmans, toch duidelijk een aangeklede nageboorte, gaf in ‘De Morgen’ toe dat Lampo een monument was…maar dan om tegen te pissen. Ene Dirk Steenhaut achtte het zijn plicht ons (in datzelfde druksel) eraan te herinneren dat Herman de Coninck ooit in het boekske ‘Humo’ schreef dat Lampo’s taal soms “wobbelt als de kont van een Brabants boerenpaard” en dat zijn collega Johan Vandenbroucke zich, bij een herlezing van ‘De Komst van Joachim Stiller’, ergerde aan Lampo’s “omslachtige stijl, lange kwakkelzinnen, onnatuurlijke dialogen en ouderwets aandoende formuleringen”. Bij de VRT mocht Walter van den Broeck komen uit de doeken doen waarom Lampo hem niet lag. Zelfs aan de kaarttafel in Pulle werd   daar schande over gesproken.  In ‘De Standaard’ ratelden de nitwits Jeroen Overstijns en Geert van der Speeten er als echte viswijven op los… “De laatste jaren was hij dement. Zijn eigen vergetelheid volgde op de genadeloze vergetelheid van de geschiedenis. (…)  Uit onderzoek blijkt dat zijn boeken opvallend meer worden uitgeleend door zestigplussers met een lager opleidingsniveau.”  Als je dan weet dat Hubert tot minder dan een jaar voordien bijzonder helder van geest bleef…en als je dan weet wie zijn lezers waren en zijn… Wat is er aan de hand met de gazettenschrijvelaars? Zijn die nu allemaal op een blauwe maandag door de rode hond gebeten? 

    De – voor wat blunders betreft toch – onovertroffen Martine Cuyt van ‘Gazet van Antwerpen’ ging de mening vragen van Ward Ruyslinck, Bert Anciaux en Hugo Bousset, drie randfiguren in litteris die bij Hubert al vele jaren in de onderste lade lagen. In het artikel ‘Speuren naar Lampo’ van 22 juli (precies de dag waarop Lampo gecremeerd werd) achtte zij het opportuun een citaat uit ‘Boontje’ (van 13 augustus 1966) aan te halen:”Uitgever, vrouw en lezers klagen omdat Louis Paul Boon geen romans meer publiceert. ‘Ik heb daar echt geen tijd meer voor,’ schrijft Boon, ‘of ik zou een schrijfmachine naast mijn bed moeten zetten en er al slapend op trommelen. En als ik zoiets doe, zullen ze zeggen: nu is het precies een roman van Hubert Lampo.’”

    Robin Hannelore

     


    De volledige tekst  en veel meer nog is te lezen in HEIBEL, het enige literair satirisch-kritische tijdschrift van Vlaanderen.

      De redactie wordt waargenomen door Frans Depeuter (tel. 014.26.63.39) en Robin Hannelore (tel. 014.51.20.82)

      Het redactiesecretariaat is gevestigd bij Frans Depeuter, De Heikens 29, 2250 Olen (depeuter.frans@telenet.be)

     Losse nummers kosten € 10,00; een abonnement (3 nummers) kost € 24,00; een steunabonnement € 30,00; een erelidabonnement: € 40,00

       De betalingen geschieden vooraf op rekening nr. 979-3986331-24 van F. De Peuter (met vermelding ‘Heibel’)

    07-11-2006 om 10:56 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (4 Stemmen)
    05-11-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Karl, Kristien, Midas, Patrick over seks met kippen

    Karl, Kristien, Midas, Patrick: losgeslagen progressievelingen

     

    Ocharme, die Freki toch

    Op 22.02.06 ging het in ‘Morgen beter’ over ‘Freki’, je weet wel: die hondenasielhouder uit Genk die het met zijn ‘gasten’ deed. Geen gore seks, o nee, de brave man handelde alleen maar uit medelijden met die arme beestjes die toch zo eenzaam waren. Puur uit dierlievendheid, als een soort missionaris dus. Omdat ze het hem vroégen als het ware, om de beestjes een pleziertje te gunnen. Tijdens de debatten zei de brave man: “Ik hou van honden, ik gedroeg mij onderdanig en liet de reuen het initiatief nemen.” Nou, wat wil je nog meer?!

    De correctionele rechter (of schever) van Tongeren sprak de man dan ook vrij van dierenmishandeling, want “de beklaagde had nooit de bedoeling gehad om de dieren letsel toe te brengen, pijn te doen ondergaan of in stresstoestand te brengen.” Onze dierenvriend had echter onder de naam 'Freki' tussen 1997 en 1999 allerlei foto's van zijn activiteiten op internet geplaatst en dát mocht nu net niet. O ja, het waren wel kunstfoto’s, maar de man heette niet Fabre en daar knelde het schoentje.

    Dus werd de arme Freki wegens het verspreiden van de foto’s schuldig bevonden aan openbare zedenschennis en veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 maanden met 3 jaar uitstel en een boete van € 500. Ook moest de hondenminnaar beloven zich te laten verzorgen want anders zou hij wel eens “sociaal geïsoleerd” kunnen geraken, zie je, zeker nu hij niet meer bij zijn lievelingetjes mocht werken.

    Maar nu was er godbetert toch wel ene VLD-trut, met name Hilde Dierickx, die zo iets, samen met die onnozele Michel ‘Gaia’ Van den Bosch, een schande vond en dus een wetsvoorstel had ingediend om bestialiteit te bestraffen.

     

    Toch niet op een kip, zeker!!

    Voilà, dat was het hete hangijzer waarover de verbeteraars van morgen zich op 22.02.06 eens zouden buigen. Rond de tafel zaten, naast Timmeke en Katteke dus, de ‘opiniemakers’ Karl van den Broeck en Kristien Hemmerechts. Als medepraatvaren traden op: huisdokter Patrick van Krunkelsven en bioloog Midas Dekkers, columnist van het Vara-radioprogramma Vroege Vogels.

    Het gesprek verliep op het volgende niveau:

    §    Midas: “Seks is toegelaten als beide partners er plezier aan beleven.” (Zoals bij voorbeeld wanneer kinderen ‘plezier beleven’ als een pede hen masturbeert??)

    §    Karl: “Seks met dieren is niet toegelaten als het mishandelen is. Bij voorbeeld met een hamer op een hond kloppen, mag niet! Op een kip zeker niet, want die zou je plat slaan.”

    §    Kristien: “Het heeft allemaal te maken met de grootte van het dier. Als de kut ruim genoeg is, kan het best.” (Uit schroom stellen we hier geen onbescheiden vragen.)

    §    Midas: “De helft van de Amerikanen die op het platteland wonen, heeft zijn eerste seksuele contact met een dier.” (Yes, yes! The American way of life!)

    §    Patrick: “Wat die man met zijn honden deed, was geen mishandeling maar vertroeteling, en in feite zelfs aan te bevelen.” (Ga met je anaal eczeem maar naar zo’ne doktoor.)

    §    Karl: “Als je boven op een paard gaat zitten (om te rijden) is het oké. Maar boven op een kip gaan zitten, dat kan niet.” (Maar wat heeft die Karl toch met kippen, zeg?)

    §    Midas: “Gaia zegt dat honden gedragsstoornissen kunnen krijgen van zo’n behandeling. Die jongens van Gaia moesten ze zelf in een hokje steken.” (Koning Midas, dat was toch die koning met zijn ezelsoren, niet?)

    §    Kristien: “Vroeger kwam het zo vaak voor, dat een boerenzoon eenzaam op een wei een beetje aan penetratie deed met een koe.” (Zou die stadsmus het verschil wel kennen tussen een stier en een os?)

    §    Midas: “Honden doen niets liever dan hun baasje plezieren. Seks met dieren is de uiterste consequentie van het houden ván, de liefde mét. Het is een wederzijdse uiting van genegenheid.” (Dekker, dekker?… Waaraan doet dat ook weer denken?)

    §    En nogmaals Dekkers: “Het getuigt van een dubbele moraal. Het is prima een koe twee keer per dag keihard aan haar tieten te trekken, maar wanneer de boer het beest eens één keertje neemt, zou dat schadelijk zijn. Dat vind ik niet te rijmen.'' (Algemeen Dagblad,11.03.04)

     

    Liever ‘n hondenpoeper dan ‘n flamingant!

    Jaja, cultuurdragers noemt dat zich, die jongens en meisjes van alles-moet-kunnen. Die ruimdenkende linkselingen die in ijltempo de maatschappij nog verder naar de kloten helpen. Die losgeslagen progressievelingen die ons eens zullen komen zeggen hoe we de de wereld van morgen ‘beter’ kunnen maken.

    Laten we even op hun lijn verder redeneren: Incest? Ach, waarom zouden broer- en zuslief elkaar geen zetje mogen geven? Of mama en zoon? Moet zoonlief misschien zijn ogen uitsteken zoals die oen van een Oedipoes? En polyandrie, polygamie? In een knus triootje of kwadrootje zit toch geen kwaad. Zelfs een harem moet kunnen. Hoe meer zielen, hoe meer vreugde toch. Die oelewapper van een Mohammed hield het bekeken op vier vrouwen, maar voor ons Westerlingen kunnen er best nog een paar bij. En ook de vrouwen mogen ondanks het verbod des Profeets een ruimere collectie aanleggen. Trouw zeg je? Ach, wie ligt nog van wakker van dat reactionaire gedoe? Als de kruiwagen piept, moet hij gesmeerd worden, zo simpel is het?

    En het moet eindelijk maar eens gedaan zijn met het gebruik van dat discriminerende woord ‘bestialisme’. Pas maar op, of de heer Jozef De Witte hangt aan uw bel! Het CGKR veroordeelt álle vormen van discriminatie, jaja. Op basis van geloof, afkomst, geslacht, huidskleur, handicap, leeftijd en… seksuele voorkeur! Alleen katholieken en Vlaams-gezinden mag je door de mangel halen. Die kun je straffeloos een pater op hun gat schilderen, want ze verbergen toch geen kromzwaard in hun broek! Overigens, wat voor incorrects is eraan, te trouwen met je langharige dashond of je peper- en zoutkleurige schnauzer? Of een knipje te doen met je Bleu de Maine of je cavia. Of je hoornkikker even op je gaffel te zetten? Je wil ze toch geen pijn doen, niet, en je houdt van ze? Dú-us!…

    Frans Depeuter

    05-11-2006 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (8 Stemmen)
    26-10-2006
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Hugo Brems schiet naast de roos

    Hugo Brems schiet naast de roos

    Wat Brems in dit ‘wetenschappelijk’ werk (alleszins voor wat de door mij onderzochte periode betreft) doet, is niets anders dan in een lekke pot het officiële menu terug opdienen en er een paar pikante sausjes over gieten, zodat de tafelgast niet proeft dat het opgewarmde kost is. Op geen enkel moment voegt hij een eigen inhoudelijke inbreng toe, nergens brengt hij correcties aan het gemediatiseerde literatuurlandschap aan, integendeel: door zijn belustheid op het sensationele en geruchtmakende gaat hij nog zwaardere contouren trekken rond de mediatieke vertekening.

    We beamen volmondig wat Freddy De Schutter onder de titel Eclectisch allegaartje schreef in Tertio (nr. 342, 30.08.06): “Deze geschiedenis investeert weinig in geestelijke stromingen. Het boek biedt gewoon een inventaris () aan (). Veel aandacht gaat uit naar materiële gegevens. () Deze nieuwe, nog nooit vertoonde aanpak levert verrassende perspectieven op, geen mens zal het ontkennen, (maar) is tegelijk de achillespees van deze geschiedenis. In de inleiding nemen de auteurs zich voor ‘veelzijdigheid en samenhang met elkaar te verzoenen’ en ‘onder te brengen in een chronologisch en thematisch samenhangend verhaal’. Van die mooie voornemens is helaas weinig terecht gekomen. Deze geschiedenis eet van te veel walletjes tegelijk en houdt nooit consequent aan een eens gekozen lijn vast. Het verhaal huppelt onbekommerd van het ene thema naar het andere, houdt zich nu eens bezig met receptiegeschiedenis, dan weer met literatuursociologie, schakelt vlotjes over op literaire kritiek en voor we het weten zitten we midden in de pure anekdotiek.” Kortom, het is een rommelpotje, bedoelt De Schutter, een soepke van jewelste, en “voor de gemiddelde, niet in de letteren geschoolde lezer blijft de informatieve waarde van deze geschiedenis ondermaats.” Of nog: “Van een uitgave die een grote wetenschappelijkheid claimt – en met die bedoeling ook zwaar werd gesubsidieerd – had je toch iets anders verwacht.”

    Bovendien is het een ‘linkse’’ literatuurgeschiedenis geworden. Wat die signatuur niét draagt, wordt ofwel verzwegen, ofwel geminimaliseerd, ofwel erg relativerend behandeld (Maria Rosseels b.v.). Het gros van de katholieke auteurs, zelfs uit de periode waarin de rechtse literatuur ontegensprekelijk de scepter zwaaide, d.i. zowat tot 1955-‘60, wordt met de mantel van de vergetelheid bedekt. Waarschijnlijk omdat de lezer er anno 2006 geen boodschap meer aan heeft. Edoch, aan Busken Huet en Karel Lodewijk Ledeganck hebben we ook geen boodschap meer, maar ik neem aan dat Wim van den Berg en Piet Couttenier aan deze oldtimers wel de nodige aandacht zullen besteden in hun boekdeeldeel over 1800-1890, De grenzen voorbij. Mochten ze al dat katholieke en protestantse gespuis, dat niet meer gelezen wordt, in de mand kappen, dan zouden ze niet veel verder geraken dan de veelbelovende titel, vrees ik.

    Altijd weer vogels die nesten beginnen gaat te veel uit van het eigen kennisniveau en de eigen (linkse) voorkeuren van de auteur, die als hoogleraar moderne literatuur blijkbaar zijn cursus als basis heeft genomen voor het werk. Daardoor richt het boek zich als het ware uitsluitend van de ene literatuurwetenschapper tot de andere, want als studieboek voor scholen is het niet bruikbaar, voor doorsneelezers is het onverteerbaar, voor bibs kan het niet als encyclopedisch naslagwerk dienen (daarvoor zit er te weinig systeem in), en ja, andere auteurs lezen wellicht alleen het hoofdstukje of de alinea waarin hun naam werd vereeuwigd. De vraag is dus: voor wie is het dan wel bestemd, tenzij voor het inteelterig clubje ‘specialisten’ onder elkaar. Ikzelf, die toch al een en ander heb gelezen, heb niets aan een opsomming van titels die ik niét heb gelezen. Overigens ben ik ervan overtuigd dat de ongetwijfeld erg belezen professor-auteur op verre na niet alle door hem geciteerde werken persoonlijk ‘tot zich heeft genomen’… Ach ja, ik vergat het nog, ook critici die geleerd willen overkomen, kunnen het boek gebruiken om eruit te citeren. Zoals ik bij voorbeeld, voor het maken van dit stuk…

    Freddy De Schutter vergelijkt in zijn artikel het opzet van het boek “met een tiental onbemande camera’s die op willekeurige plaatsen in de stad staan opgesteld. Ze werken vanzelfsprekend niet de hele dag, daar is geen geld voor. Mensen of fenomenen die op het juiste moment in het blikveld van zo’n camera terechtkomen, hebben prijs. De anderen, tja. Volgende keer wat meer geluk?” Wij zelf zouden het veeleer vergelijken met een veldcross: je gaat ergens staan waar je de renners drie- à viermaal ziet voorbijkomen indien je snel naar een andere kant van de heuvel rent… Jaja, zie je wel, daar zijn ze weer, de jongens van Davita-Lotto en Dietsche Warande, in een ietwat gewijzigde orde. Bart Wellens op kop, en dan Hugo Claus en Jefke de Congolees, en op zes fietslengten volgen Erwin Vervecken en Gerben De Knegt, met in hun wiel… maar godferdomme, wie is dat toch, die modderschuit met zijn vettige haren?… O ja, nu herken ik hem, den Brusselaars, en (natuurlijk áchter hem) Hijgend Tommeke die met zijn voetjes amper aan de pedalen kan, en hup, hup, hup, ze flitsen voorbij als pijlstaarten, en ocharme, helemaal achteraan, met de tong op de schoenen, komt Mark Donckers ingesingeld met op zijn rug een paar geometrische ab-stracties en algoritmische polyseminaties…  Zo, we hebben ze gezien, de kampioenen, op het peloton wachten we niet, komaan dus, weer vlug naar de andere kant van de heuvel, waar het gras nog altijd groener is, en opnieuw kiekjes nemen van de vedetten en in de handen klappen en een drinkbus met EPO klaarhouden…

    Ja, Altijd weer vogels die nesten beginnen is voor mij een grote tegenvaller geworden. Brems neemt een vooringenomen uitgangspunt: in plaats van objectief de literaire waarde van auteurs/boeken in hun tijd te rapporteren, beoordeelt hij ze vanuit het heden (b.v. Maria Rosseels). Of beter: vanuit zijn links georiënteerd heden, zodat hij een overdreven aandacht gaat schenken aan het links-literaire gebeuren en bij het arbitrair en karig behandelen van rechtse auteurs/ boeken de connotaties inferieur, bekrompen, onintelligent en erger, nooit veraf zijn. Hij doet dat op een vrij ludieke wijze, dat wel, maar ik dacht toch dat literatuur juist niet op sensatie, faam, fanfare en bombarie mocht drijven. Auteurs zijn tenslotte geen coureurs, die zich de benen van onder het lijf gaan fietsen om toch maar in de top-10 te komen. Hoewel... het gros van het peloton denkt er blijkbaar anders over en zou zelfs zijn haar laten verven à la Frank Vandenbroucke om toch maar de krant te halen. Faam, naam, roem, dat is de doping die zovele schrijvers drijft, veel meer dan menselijke bewogenheid. Wordt het geen tijd dat we de nimbussen achter de hoofden van de Heilige Schrijvers wegschilderen en in plaats van iconodoel wat meer iconoclast worden?

    Frans Depeuter



    (Lees de overige 28 bladzijden omtrent 'Altijd weer vogels die neste beginnen' in Heibel nr. 3)


     

    26-10-2006 om 00:00 geschreven door heibelaar  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (28 Stemmen)

    Archief per week
  • 11/04-17/04 2011
  • 18/10-24/10 2010
  • 23/02-01/03 2009
  • 03/11-09/11 2008
  • 07/04-13/04 2008
  • 19/11-25/11 2007
  • 20/08-26/08 2007
  • 30/07-05/08 2007
  • 14/05-20/05 2007
  • 05/03-11/03 2007
  • 15/01-21/01 2007
  • 27/11-03/12 2006
  • 13/11-19/11 2006
  • 06/11-12/11 2006
  • 30/10-05/11 2006
  • 23/10-29/10 2006

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    Links 1
  • Heibel literair tijdschrift
  • Heibel, het blad zonder blad (voor de mond)
  • Heibel en Brems
  • Heibel en Dimitri Verhulst
  • Heibel en Gerard Reve
  • Was Walschap een racist?
  • Depeuter en Stichting Lezen
  • Inhoud van de verschenen Heibelnummers
  • Heibel, het enige blad tegen het literaire estblishment
  • Nestorprijs van het tijdschrift Heibel

    Links 2
  • Bibliografie van Frans Depeuter
  • Toneel van Frans Depeuter
  • Poëzie van Frans Depeuter 1 (vadergedichten)
  • Poëzie van Frans Depeuter 2 (moedergedichten)
  • Poëzie van Frans Depeuter 3 (ouderhuis)
  • Kerstverhaal: Jeske
  • Liedjesteksten van Frans Depeuter
  • Depeuter en 'Boudewijn, le roi triste'

  • Links 3
  • Het verborgen leven van Gerard Walschap1
  • Het verborgen leven van Gerard Walschap2


  • Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs