Inhoud blog
  • Hoe het verder loopt....
  • DAG 40: VAN ARZUA TOT SANTIAGO DE COMPOSTELA
  • DAG 39: VAN MIRAZ TOT ARZUA
  • DAG 38: VAN MARTINAN TOT MIRAZ
  • DAG 37: VAN RIBADEO TOT12 KM VOOR VILLALBA
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Harold te voet naar compostela
    de reis van 40 dagen
    02-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 35: VAN LAMUNO TOT LUARCA

    DAG 35: VAN LAMUNO TOT LUARCA

     

     

    Gisteren: Omdat z’n watervoorraad erdoor zat, moest Harold een drankgelegenheid binnenstappen om hem bij te vullen. Een jongen sprak hem in het Engels aan en vroeg waar hij vandaan kwam. “O, België!” ging de Lillenaar verder en schakelde toen over in het Frans. Hij wou vanalles weten over de tocht. Toen ze een eindje gebabbeld hadden, speelde Harold de ‘Marseillaise’ voor hem. Iedereen vond dit grappig. Het publiek vroeg om meer en er was een toffe sfeer. Gek eigenlijk, Harold kreeg meer en meer de indruk dat veel Spanjaarden nog nooit een viool van dichtbij gezien of gehoord hadden. De baas van het etablissement was tevreden en bedankte Harold met een half stokbrood met gerookte ham en een biertje. Tot twee uur ‘s nachts had hij gemusiceerd en verteld. Toen werd het toch tijd om op te stappen. De pelgrim hoopte heimelijk dat iemand hem zou voorstellen om bij hem thuis te blijven slapen of zo, maar tevergeefs...

    Drie huizen verder vond hij een oprit die afgesloten was met een haag en stenen. Er was een mooie, open sterrenhemel, dus vlijde hij zich daar neer uit de wind.

    Omstreeks 04.00 u. schrok hij wakker van een man die de hele tijd ronddwaalde in zijn nabijheid. Hij merkte ook dat zijn stinksokken, die hij een goeie meter van zich verwijderd gelegd had, nu naast hem lagen. Vreemd... De man riep de hele tijd: “Jésu! Jésu...” en nog wat gebrabbel erachter. Hij liep verder de straat op en schopte tegen een muur. Na zijn “Ai!” vervolgde hij weer met “Jésu...” Harold herkende de man uit de bar. Die was blijkbaar nog enkele uurtjes blijven drinken nadat hij al vertrokken was. Ondanks dit voorval, kon hij snel inslapen, maar werd wel om het half uur wakker.

    Vandaag: Om halfzeven riep de plicht hem en na een kort ontbijt met oud brood en water vertrok Harold om kwart over zeven. Hier in Spanje kon het water zo afschuwelijk slecht smaken, helemaal anders dan elders...

    Toen een bakkerin passeerde, hield hij haar tegen om een vers brood te kopen. Dat smaakte al stukken beter.

    Op de grote, saaie weg die hij een veertigtal kilometer moest volgen, riepen drie arbeiders hem na 1,5 km al terug. Hij mocht daar niet lopen, de baan was onderbroken omdat ze een viaduct aan het bouwen waren. De doorgang was te smal en hij zou er niet doorkunnnen met z’n rugzak. Wat nu? Hij kon toch moeilijk kilometers omlopen voor dit kleine stuk? Uiteindelijk gaven ze toestemming om in het midden te stappen, tussen de twee rijvakken. Dat was niet ongevaarlijk met alle voorbijrazende voertuigen. Spectaculair was het in ieder geval wel! De viaduct had een hoogte van 100 meter en bestond uit holle pijlers waar de mannen in- en uitkropen. Plotseling veranderde de weg in autosnelweg. Weer een probleem! Bij een restaurantje aan een afrit vroeg hij om raad. Men raadde hem aan om toch de autosnelweg te nemen. Het was veel korter en iedereen deed het... Er zou niemand iets zeggen, beweerden ze...

    Een aantal kilometer verder stak het echter zo tegen, dat Harold besloot om er af te gaan. Na enkele mislukte pogingen om over de balustrade te klimmen en op een andere weg te geraken, begon Eva opnieuw door te draaien. Dat ontbrak er nog aan!

    Op een gegeven moment lukte het toch en kwam hij op de camino terecht. Oef! Hij begon met een geruster gemoed de afdaling in te zetten, maar dat was te vroeg gejuicht, het weggetje kwam uit op de zee. Hij kon moeilijk over het water lopen en de rotsen leken gevaarlijk. De dikke keien waren ook niet van de comfortabelste om met versleten schoenen over te wandelen. Na wat zoeken, sloeg hij een geïmproviseerd paadje in met vertrappelde planten en toen was het weer klimmen geblazen. Het zweet droop overvloedig van hem af en hij kon zich goed bezighouden met het wegslaan van vervelende vliegen en ander gevleugeld gespuis. Boven gekomen, zag hij het baantje liggen. Twee madamekes lachten zich een bult toen hij drijfnat bovenkwam. Ze dachten waarschijnlijk dat hij met kleren en al een partijtje gezwommen had.

    Wat was hier weer allemaal de bedoeling van geweest? Harold besloot zich niet dik te maken en af te wachten. Niets was toevallig... misschien werd hij opgehouden om morgen ergens de mis te kunnen volgen.

    Toen hij er een hele lastige beklimming op zitten had, was de hele baan geblokkeerd en met draad afgezet. Eva leidde hem constant naar de nieuw aangelegde autosnelweg. Zou hij over de omheining durven klimmen? Die was wel 1,5 m hoog en hij was zo zwaar beladen... Even verder zag Harold een plaats waar de draad een eind naar beneden geplooid was. Daar hadden waarschijnlijk een aantal mensen voor hem hun kans gewaagd. Zijn voeten stonden nog maar gewillig op de draad of die begon op en neer te veren en onze arme pelgrim vloog met z’n klieken en z’n klakken achterover. Geen nood, bij een tweede poging lukte het wel en hij had enkel een schram op z’n bil. Z’n stok lag nu wel nog aan de verkeerde kant... Na wat gewriemel en geknutsel kon hij ook die weer bemachtigen. Zonder moeite geraakte hij over de vangrails die even verder z’n doorgang versperden en hij vond zelfs weer € 0,32 op de grond. Ze waren al roestig. “Mijn stoel- en schaalgeld voor morgen,” grapte Harold.

    Pff, ’t was weer om dood te vallen van de hitte! Na enkele uren stappen, was er op zijn gps nog geen kilometer bijgekomen. Dat betekende dat hij weer veel in rondjes gelopen had. Je zou er de moed haast bij verliezen. En wat voelde hij daar? Z’n (enige) broek was gescheurd! Een grote winkelhaak versierde zijn achterste.

    Bij een afrit twijfelde hij of hij er nu af moest of beter verderging langs de rechte weg. Dicht bij die splitsing vond hij weer € 1,07 en even verderop 10 cent. Als ik hier overal geld vind, is dit misschien een teken dat ik deze weg moet volgen, redeneerde de gelukzak en zo geschiedde... Had zijn voorganger misschien ook z’n broek gescheurd door over de omheining te kruipen en zo al dat geld verloren? Wie zou het zeggen?

    Een stuk van de afspanning was met braamstruiken begroeid. Hij vond er weer van die heerlijke, grote bramen om ‘u’ tegen te zeggen. Dat was een welkome afwisseling bij al dat brood.

    Scheel van de honger besefte hij even later dat hij langs de autosnelweg geen dorpen zou tegenkomen. Hij hoopte ook om geen politie tegen het lijf te lopen. De gedachten waren nog niet koud of daar kwam een combi aan. Ingehouden adem... gelukkig, ze reden voorbij. Enkele minuten later raasde een tweede politiewagen voorbij met blauwe zwaailichten en een luide sirene. Oef, dat was ook niet voor hem bedoeld...

    De honger dwong hem even halt te houden en wat proviand in z’n rugzak te zoeken: brood, een pompelmoes en een citroen... en niet te vergeten... het afschuwelijke water. Ondertussen lapte hij z’n broekje wat op met een veiligheidsspeld.

    De tocht ging maar niet vooruit en in de verte had hij enkele dorpjes gezien. Hij vond het beter om zo snel mogelijk in die richting te gaan.

    Een kilometer verder zwaaide een man bij een bestelwagen van de servicedienst van de N263 en maakte hem duidelijk dat hij daar niet mocht lopen. Harold probeerde hem aan het verstand te krijgen dat het de schuld was van z’n gps en dat de laatste vernieuwingen er nog niet in zaten. Er was geen lievemoederen aan. Meneer vroeg of hij de plakkaten misschien niet gezien had en dwong hem terug te keren naar de afrit en een hele omweg te maken om op een andere baan te geraken. Alweer! Zou hij toch niet...? Neen, de plichtsbewuste Spanjaard bleef wachten tot hij zag dat de reiziger al zijn richtlijnen opgevolgd had. Daarna verdween hij uit het zicht. Ha, daar was een wegwijzer met als opschrift ‘Luarca 9 km’. Een eind verder aan een rond punt vond hij een wegwijzer met daarop ‘Luarca 10 km’. Nee, hé! Niet weer... Hoe meer hij wandelde, hoe minder route hij inkortte. Er klopte iets niet! Met de moed zowat in z’n schoenen, stapte hij een café binnen om kopje troost. Hij mocht ook z’n watervoorraad aanvullen (net op tijd, want hij zat weer zonder) en kocht een dik stuk brood. Harold liet zich vertellen dat er in Luarca een refugio was. Luarca was een mooie stad, maar Eva dacht daar blijkbaar anders over. Ze stuurde haar begeleider steevast weer naar de autosnelweg en liet hem gedurig rondjes lopen.

    Harolds hart sloeg een tel over toen hij mooie kiwi’s zag hangen. Die had hij nog niet op het menu gehad. Vol vreugde zette hij z’n tanden erin, maar hij brak die bijna. De vruchten waren echt nog niet te eten. Jammer...Enkele braambessen maakten dit later weer goed.

    In Luarca zag Harold een man fietsen met z’n dochtertje achterop en z’n zoontje ernaast op een klein fietsje. Dat laatste riep enthousiast: “Hello!” Onze wandelaar deed hen stoppen en vroeg of ze de uurregeling van de missen kenden. De fietser vertelde dat hij een Engelsman was die gehuwd was met een Spaanse. Hij mocht verderpraten in het Engels. Er bleek de volgende dag op de middag een eucharistieviering door te gaan in het kerkje wat verderop. Toen vroeg hij waar de reis naartoe ging en wat het volgende dorp zou zijn. Ha, Navia? Daar was morgen rond de middag ook een mis! Dat zou nog beter in z’n planning passen. De Engelsman stelde voor om in het dorp te overnachten en de volgende ochtend de 16 km te stappen voor de viering en wenste hem nog veel succes toe.

    Toen ging Harold op zoek naar een auberge om een nieuwe credencial aan te vragen. Hij moest zijn gegevens in het logboek zetten en kreeg er toen een. De andere was al helemaal vol.

    De uitbater van de refugio was verwonderd dat onze Vlaming nog verder wilde stappen na 19.00 u. “Ik ben nog maar goed op dreef,” beweerde Harold. De ander schudde niet-begrijpend z’n hoofd.

    De hongerige pelgrim plukte net een peer van een boom, toen de Engelsman terugkwam. Hij had over de ontmoeting verteld aan z’n echtgenote en die beweerde dat ze Harold ook al gezien had. Ze stuurde haar man terug om te vragen of hij geen zin had in een pintje. Dat had hij wel. De familie woonde in Engeland, maar was momenteel met vakantie bij de ouders die hier woonden. De mama diende een schotel met brood en een soort vis op en een andere met tortilla. Ze legde ook een zak klaar met proviand voor de volgende dag: snoepjes, koekjes, ... Uit dankbaarheid haalde Harold z’n viool boven en de hele familie kwam rond hem zitten. De Spaanse vrouw en haar zoontje waren ook met pianoles begonnen en konden het dus echt appreciëren. De opa sprak behalve Spaans ook Duits en vertelde heel verheugd te zijn nog eens een échte pelgrim in z’n huis te mogen ontvangen. Hij zei dat hij ook gelovig was, elke dag bad en naar de mis ging. Toen stelden ze voor dat Harold in de grote ingerichte badkamer zou slapen in het huisje dat ze naast hun woning gebouwd hadden. Die badkamer – eerder een balzaal – was ingericht als een soort pingpongruimte. Hij mocht vrij beschikken over wc, douche, ... en kreeg een ligzetel om zich te rusten te leggen. Als dit geen prachtig cadeau was voor onze huwelijksverjaardag! Het kon hem geen zier meer schelen dat hij bijna al z’n voorsprong weer kwijt was en meer dan 12 km omweg gemaakt had vandaag. Z’n prima gastenverblijf deed hem alles op slag vergeten.

    Morgen hoopt Harold een eucharistieviering te hebben in Navia op het uur dat de mensen hem gezegd hadden.

    Dankbaar om al het moois van vandaag sloten we ons telefoongesprek af. Weet je dat het maar vijf keer meer slapen is voor we elkaar terugzien? Het begint nu echt wel te kriebelen!

    Maandag komt het laatste verslag op de blog. Dan zal iedereen een beetje geduld moeten uitoefenen tot 13 augustus om het vervolg te lezen. De zussen zullen wel dagelijks een kort berichtje plaatsen...

     

    02-08-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (27 Stemmen)
    01-08-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 34: VAN GIJÓN TOT LAMUNO

    DAG 34: VAN GIJÓN TOT LAMUNO

     

    Gisteren: Na mijn telefoontje had Harold nog een kilometer of vijf doorgestapt. De barman van een drankgelegenheid waar hij een koffie nuttigde, had enkele jaren geleden nog in Eeklo gewerkt en sprak nog wat gebroken Vlaams. ’t Is te zeggen, wat er uit z’n mond kwam, was van een bedenkelijk alooi: “That’s my best friend... kust me kloaten!” Om het niveau wat op te krikken, wou de muzikant wat ten beste geven, maar aan de eerste tafel waar hij kwam, kreeg hij geld toegestopt om NIET te spelen. Tja... hij stopte zijn instrument weg nadat hij enkel voor de barman een liedje gespeeld had.

    Van een overdekte building (een soort appartementsgebouw met de onderkant helemaal open) kroop Harold over de omheining en na een eerste inspectie was de plaats goedgekeurd als nachtverblijf. De slaap liet niet lang op zich wachten, maar rond 2.00 u. werd onze pelgrim wakker van de kou en de tocht. Met de training aan dommelde hij dan in tot 6.45 u..

    Vandaag: Het ontbijt was weer snel achter de kiezen – droog brood en water – zodat hij om 7.20 u. al aan het wandelen was.

    In het tankstation dat iets verderop lag, begon hij aan de was en de plas, het opladen, scheren enz... Ook genoot hij van twee koffies als brandstof voor wat komen moest. Hij was alweer vijftig minuten zoet.

    Onderweg stak hij twee Poolse meisjes en één Duitse voorbij. Ze waren even het noorden kwijt, maar bleken toen volgens de gps toch juist te lopen.

    Hij haalde ook een Duitse fietser in die even stond te babbelen met een landgenoot. De ene kwam van Compostela, de andere ging er naartoe. Toen raakte Harold aan de praat met de terugkerende. Het was een soort reformist die met veel zaken van het geloof moeite had. Hij was echter laaiend enthousiast over Harolds manier van pelgrimeren. Da’s nog zoals vroeger... De Belg raakte in z’n nopjes en schonk één van z’n twee moussen weg die hij nog als reserve bijhad. Die arme Duitser had heel veel pijn in de schouders van de duwende rugzakriempjes. Toen hun wegen weer scheidden, hield Harold een goed gevoel over aan dit gesprek... en dat primeerde boven het tijdverlies van een uur. Als je op een bedevaart nog niet mag evangeliseren...

    Avilés was al zichtbaar toen hij de twee Poolse meiden weer tegenkwam. Hij plukte net braambessen en ze konden haast niet geloven dat z’n dagrantsoen bijna enkel uit brood en gevonden fruit bestond. Ze vonden dat ze wel een beetje van hun ‘crispy bread’ aan hem konden afstaan en hij bedankte hen hartelijk. De tocht ging al babbelend verder en de meisjes vroegen of hij van plan was om in de toekomst nog zo’n toeren te doen. Hij antwoordde ontkennend en vertelde over zijn toekomstige werk als diaken. Daarna ging het over de manier van geloven in Polen, waardoor ze bijna automatisch uitkwamen bij het bedevaartsoord Czestogowa. Harold vertelde dat hij daar nog eens naar toe wilde, maar nog liever naar Krakau, naar zuster Faustina... “Maar, dat is waar ik woon!” wist Karolina Liszka met een big smile en ze gaf haar adres en telefoon. We mogen eens met het hele gezin overnachten bij haar thuis... Dat lijkt mij een aanlokkelijk voorstel voor de grote vakantie van volgend jaar! Omdat ze de weg niet wisten naar de refugio, wilde Harold een kleine omweg maken om hen met de gps te gidsen. De refugio werd tijdelijk door een Belg opengehouden. Die beweerde dat hij Harold kende ‘van horen zeggen’. Hij was lid van het vennootschap van Compostela. De meisjes waren veilig afgeleverd, dus kon er weer verdergegaan worden. Harold kon maar niet begrijpen hoe ze elke dag al stoppen als ze net goed op dreef zijn. Na 18 tot 20 km houden ze het voor bekeken. De rest van de dag vullen ze in met rusten, telefoneren, genieten... Eén van de meisjes riep hem terug om een rijstkoek met een plakje kaas te geven en een Duits meisje dat er net bijgekomen was, gaf hem ook twee sneetjes van haar brood. Met een dankbaar hart, liep hij de refugio uit.

    Op het einde van de dag dronk hij twee koffies in een bar vol mannen. Ze vroegen hem uit over wat hij aan het doen was en wogen eens aan de rugzak. Van het Spaans verstond hij bijna niets, maar sommige kerels spraken Engels of Frans. Toen hij weer wou vertrekken, moest hij niet meer afrekenen. Dat hadden die mannen al voor hem gedaan. Dank, Voorzienigheid, Je hebt je pluk vandaag!

    De weg in de voormiddag was heel saai geweest. Van Gijón tot Avilés was alles industrieachtig en vuil. De vrachtwagens die voorbijraasden, stonken naar olie en vet. Het was precies of Harolds reukorgaan in die 34 dagen superontwikkeld geworden was.

    Gelukkig bracht de namiddag meer variatie, bos, mooie zichten en lekkere geuren.

    De zon deed haar best vandaag en de lucht voelde niet meer zo zwoel aan. Een fris windje zorgde voor een aangename afkoeling.

    Als vieruurtje kon Harold een lekkere, sappige conférencepeer te pakken krijgen met z’n wandelstok en even verder een grote appel aan een wilde boom.

    Om veel tijd te sparen en de bergen niet over te moeten, koos Harold een stuk voor de route door het dal langs de grote baan. ’s Morgens en ’s avonds was het er druk, maar overdag viel het best mee. Het ging van Avilés over Soto del Barco, langs Muros, naar San Juan en Duenas.

    Nu is hij net toegekomen in Lamuno. Het dorp lijkt niet erg uitnodigend; alles is er afgesloten. Rond elk huis zijn er hoge ijzeren netten gespannen, dus is er geen enkel afdak bereikbaar. Vreest men hier voor inbraken, of zo? Waar zal mijn echtgenoot nu weer terechtkomen? De bar lijkt me niet zo geschikt en voor de rest is alles doods en verlaten...

    Nog 244 km te gaan naar Santiago en al 1505 km gedaan. Hij is nu een goeie 15 km vóór op schema.

    De ribbeltjes van z’n schoenen zijn bijna overal weggesleten. Je voelt de steentjes waar je op trapt al goed door de schoenzool heen. Toch zullen ze het nog 250 km uithouden, meent Harold.

    Toen we telefonisch afscheid namen, wenste mijn schat me nog een gelukkige huwelijksverjaardag voor morgen. Dan zijn we 18 jaar met ons bootje onderweg.

    Hoe attent van hem om daar zo vroeg al aan te denken. Hij was rapper dan ik...

     

     

    01-08-2008 om 23:49 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (24 Stemmen)
    31-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 33: VAN COLUNGA TOT GIJÓN

    DAG 33: VAN COLUNGA TOT GIJÓN

     

    Gisteren: Nog een heel eind bleef Harold in Colunga. Hij wou niet in het centrum slapen wegens te druk en te lawaaierig en hij meed angstvallig tochtige plaatsen omdat hij nat was van het zweet. Even buiten het centrum zag hij een groot gebouw met dieper liggende, grote vensters. De vensterbanken waren breed genoeg om uit de tocht te liggen. Hij installeerde zich rond kwart voor elf en de voorbijgangers moesten lachen toen ze hem zo zagen liggen. Het slapen ging redelijk als hij zich tenminste elk half uur van kant draaide. Dat ging niet zo comfortabel in de smalle slaapzak op een vensterbank.

    Vandaag: Om 6.45 u. ontwaakte hij en een half uur later was hij ribbedebie. Het ontbijten ging supervlot met droog brood van twee dagen oud. Toch smaakte het hem.

    Harold nam weer het voornemen om zo lang mogelijk te overleven op droog brood, water en het fruit dat hij langs de weg vond. Als het niet meer lukte, zou hij een koffie drinken met melk en suiker.

    De morgenstond had duidelijk goud in de mond! Wat is er mooier dan de zon die opkomt in de bergen en die de laatste slierten mist uit het dal verjaagt? Er was bijna geen verkeer, zelfs langs de grote weg, de eucalyptusgeur verrijkte de lucht en af en toe ving hij weer een glimp op van de zee met z’n prachtige rotsmuren met inhammen.

    Wat vond hij langs de weg? Zure appels die gelukkig net eetbaar waren, braambessen, verschillende soorten pruimen en lekkere vijgen. Gelukkig dat hij een goede wandelstok had. Die was ideaal om het onbereikbare fruit toch te kunnen bemachtigen.

    Het werd weer een dag van overpeinzingen. Voortdurend flitsten er uitspraken van vader Bernard door z’n hoofd: “Mediteer regelmatig over de geloofsbelijdenis, het Onze Vader en de tien geboden. Laat zin voor zin voor je geestelijk oog voorbijgaan...” Het was eigenaardig, maar meer en meer begon hij linken te zien tussen de verschillende gebeden en het dagelijkse leven. Ook moest hij denken aan het levensverhaal van zijn geestelijke begeleider. Voordien (d.w.z. voor z’n echte bekering) was hij een gewone priester en als de mensen hem vroegen om voor hen te bidden, antwoordde hij: “Jaja...” , maar hij hechtte daar niet zo uitzonderlijk veel belang aan. Toen hij die vragen meer en meer au sérieux ging nemen en daadwerkelijk voor de intenties van die mensen bad, merkte hij welk een kracht daar van uitging. Plotseling werd de pelgrim van vreugde vervuld toen hij besefte hoeveel mensen er dagelijks voor hem baden. Gelukkig maar, want zoveel intenties van anderen indachtig zijn, is een beetje teveel om alleen te kunnen dragen. Wat is het toch wonderschoon om je geloof te beleven op die manier!

    Het was duidelijk een klimdag. De honger stelde hem danig op de proef bij de ellenlange, steile beklimmingen! Het fruit was meer dan welkom.

    In Villaviciosa vulde hij z’n dagrantsoen van droog brood en fruit aan met 2 koffies. Hij kocht ook twee stokbroden en vulde z’n watervoorraad aan. De wandelkaart beloofde immers een stevige klim en daar had je voldoende brandstof voor nodig. Bovendien gaf de zon verschrikkelijk van katoen. De beambte in het stadhuis keek argwanend toen hij een stempel vroeg en hij moest warempel eerst z’n identiteitskaart laten zien voor hij er één kreeg. Z’n rugzak stond namelijk in het lokaal ernaast en men zag hem waarschijnlijk voor toerist aan.

    Vijf kilometer over Pedroso had hij een adembenemend uitzicht over de hoogste bergtoppen. De weg lag vol afgevallen eucalyptusblaren en door de hitte van de grond die opsteeg, verspreidde zich een heerlijke geur.

    Tot Peón bleef het maar omhooggaan en daarna ging het serieus bergaf. Toen begon het te waaien, werd het bewolkt en uiteindelijk begon het ook te regenen.

    In de hele streek was er niet veel bebouwing, maar net op het goeie moment stond daar moederziel alleen... een restaurantje. Hij kreeg toestemming om er te schuilen. Dat was op het nippertje! Alles werd opeens zo zwart dat je geen bergen meer kon onderscheiden. “ ’t Is toch niet waar, hé...” zuchtte Harold, maar hij slikte de rest in. Misschien had deze pauze ook wel z’n bedoeling. Achteraf gezien was hij er heel blij om. Hij bestelde een koffie en besloot de intenties die hij meehad nog eens door te lezen. Het trof hem dat hij ze de tweede keer ànders las dan eerst. Bepaalde dingen raakten hem waar hij de vorige keer niet echt bij stilgestaan was.

    Waauw, dat was nog eens een verrassing: bij de koffie lagen VIER grote koeken. Hij keek de vriendelijke mevrouw vragend aan en ze glimlachte begrijpend. Na de intentiebriefjes, nam hij het boekje dat deken Wilfried bij de zendingsviering meegegeven had. Wat stonden daar mooie gebeden in. Hij las ze één voor één. Vier uitspraken vond hij heel mooi:

                - Een priester is een optimist. Hij zegt altijd: “Laten we danken!” en hoe ouder ik

                word, hoe meer  ik beken, hij heeft gelijk!

                - God vervult niet al onze wensen, wèl al Zijn beloften. (Dietrich Bonhoeffer)

                - Beste vriend, als ik één ding vragen mag, bid eens voor mij. Als ik nog wat

                vragen mag, laat het me af en toe weten dat je voor me bidt.

                - God, als ik U wil liefhebben zoals Gij mij bemint, moet ik Uw eigen liefde lenen,

                dan alleen vind ik rust. (H. Teresia van Lisieux)

    Bij een volgende koffie (mèt vier grote koeken!) liet hij alles nog eens bezinken.

    Toen het ophield met regenen, vervolgde hij z’n weg. ‘Eva’ sloeg voor de verandering weer eens op hol en zond hem allerlei boswegeltjes in vol lang gras. In een wip waren z’n schoenen doornat. Je kunt de boom in, dacht Harold en hij besloot de grote baan terug te zoeken.

    Tegen de avond begon de lucht weer te overtrekken. Voor de volgende drie à vier dagen werd inderdaad regen voorspeld.

    De 43,7 km van vandaag zijn afgestapt en nu wandelt onze Vlaming nog even verder om een plaats voor de nacht te zoeken. Het is MAAR 299 km meer naar Compostela... dat klinkt nog eens goed! Morgen trekt hij richting Avilés.

    Een tevreden pelgrim blikt terug op de voorbije dag. Na een babbeltje (Laat die ‘tje’ maar vallen! De gesprekken duren meestal drie kwartier!) werd het nut van de regenpauze opeens heel duidelijk. Het is ongelofelijk hoe sommige dingen die Harold beleeft, een antwoord kunnen zijn op vragen van mensen aan het thuisfront. We beseffen allebei niet op het moment zelf welke bedoeling erachter steekt, maar ’s avonds vallen de puzzelstukjes in elkaar. Voor zulke genaden zijn we echt dankbaar!

    Na bijna vijf weken heeft Harolds lichaam zich goed aangepast. De pijnen zijn veel draaglijker geworden en hij slaagt erin om de dag door te komen met brood, water, gevonden fruit en 6 koffies met melk en suiker.

     

    Lieve mensen, jullie hebben nog vier verslagen tegoed vóór ik mijn ventje achterna ga. Daarna zetten de dochters dagelijks een heel beknopte boodschap op de blog. Op 13 augustus krijg je het volledige eindverslag te lezen.

    Blijven we met elkaar verbonden in gebed? Voor wie geïnteresseerd is, volgen hier de intenties waar de negen opeenvolgende dagen speciaal voor gebeden wordt in de noveen van de Barmhartige Jezus: dag 1: de hele mensheid, in het bijzonder alle zondaars/ dag 2: de priesters en religieuzen/ dag 3: alle vrome en trouwe zielen/ dag 4: de heidenen en diegenen die Jezus nog niet kennen/ dag 5: de ketters en de afvalligen/ dag 6: de zachtmoedigen, nederigen en kleine kinderen/ dag 7: de mensen die Zijn Barmharigheid bijzonder vereren en verheerlijken/ dag 8: de zielen die in de gevangenis van het vagevuur zijn/ dag 9: de lauwe zielen.

    Tot later!

     

    31-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (24 Stemmen)
    30-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 32: VAN PANCAR TOT COLUNGA
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    DAG 32: VAN PANCAR TOT COLUNGA

     

    Gisteren: In het kerkportaal viel Harold redelijk snel in slaap. Om het uur werd hij wakker omdat er één of ander lichaamsdeel sliep door de oncomfortabele houding. De laatste twee uur moest hij met z’n training slapen, want het werd erg wak en koud. Van de mieren en de zilvervisachtige kriebelbeesten geen spoor meer te bekennen. Volgens mijn teergeliefde waren ze bang van z’n stinkvoeten.

     

    Vandaag: Klokslag zeven stond hij op en om kwart voor acht begon hij z’n dagtrip met droog brood en water. Even verder kwam hij voorbij een koffiebar, maar vandaag wou hij geen koffie drinken om z’n noveen kracht bij te zetten. In een tankstation wat verderop kon hij zich wassen, z’n gps en gsm opladen, z’n tanden poetsen en de was doen. Dat nam een klein uur in beslag.

    Na dat karwei kon hij met de noveengebeden beginnen. O, wat hing daar in die boom? Wat een reuzenmandarijnen! Hij plukte er een zevental en toen hij z’n tanden erin zette, proefde hij geen mandarijn, maar pompelmoes! Aangezien Harold liefhebber is van zuur, vond hij ze lekker. Wat hij verder aan fruit tegenkwam, was niet te eten...

    De saaie weg begon danig op z’n zenuwen te werken. Hij begon almaar trager te stappen en voelde z’n krachten minderen. Help, ik heb suiker nodig, dacht de afgematte pelgrim.

    Daar was een kapelletje en – dit was echt uitzonderlijk! – het stond open. Er hing een groot beeld van de gekruisigde Christus en je kon er een noveenkaars laten branden. Je zult het niet geloven, maar van de hele pelgrimstocht was dit de eerste kapel waar dit kon. Vanmorgen had Harold lukraak wat  kleingeld in z’n broekzak gestoken omdat het telkens een hele rompslomp was om geld uit z’n rugzak te nemen. Hij was niet van plan om iets te gaan drinken, maar je wist nooit of hij iets nodig zou hebben... Een kaars kostte € 1,70. Hij gritste in z’n zak en begon te tellen... precies € 1,70!!! Dat kon toch geen toeval zijn!

    Harold voelde dat hij niet meer verderkon. Hij at z’n voorverpakt koekebrood op en goot enkele suikerzakjes (die hij gespaard had van bij de koffie) in z’n mond. Toen viel z’n oog op drie pruimenbomen. De helft van de vruchten was nog onrijp, maar enkele waren toch te eten.

    Dat scheelde al een stuk... hij zag het weer zitten.

    Om 14.00 u. bad hij z’n tientjes en om 15.00 u. het kroontje van de Barmhartigheid. Toen ging alles echt z’n krachten te boven. Hij herinnerde zich de strenge woorden van zijn echtgenote(!) dat hij niet koppig mocht blijven vasten als het echt niet meer ging. Met tegenzin gaf hij toe dat hij aan z’n limiet gekomen was. In Ribadesella dronk hij een grote koffie met melk en veel suiker. Hij gaf € 1,20 aan het vriendelijke meisje, maar ze deed teken dat dit teveel was. Hier kostte het maar tachtig cent. “Geef me er nog maar eentje als het zo zit...” lachte Harold die al helemaal aan het opkikkeren was. Het was toen kwart over drie en hij had toen 27 km in de benen.

    De tocht ging verder over la Playa: het ‘schone’ vlees zat zedig verpakt van deze keer, maar hoe ouder en dikker de mensen waren, hoe bloter ze er bijliepen.

    Daarna volgde de gps 100 % de camino. Wat was het hier fantastisch, prachtig, wonderlijk, supermooi! Hij waande zich in een andere wereld. Je kon het vergelijken met de dagtochten die we in Oostenrijk en Zwitserland deden. Paarden, koeien, huisjes en stallen die op palen gebouwd zijn met een platte steen rond de paal (tegen ongedierte dat zou kunnen binnenkomen)... Alleen stonden hier ook reuzen van eucalyptusbomen, wel 50 à 60 m hoog en met dikke stammen. De geur was onbeschijfelijk en deed z’n longen helemaal openkomen.

    Af en toe had hij zicht op de zee met grote ‘muren’ vol inhammen in het water. Het deed hem denken aan de Noorse fjorden.

    In een klein dorp zag hij een huisje dat potdicht was en omheind met doornloze bramen. Die vonden snel de weg naar z’n mond!

    Heerlijk was het hier en ongetwijfeld het mooist qua natuur van al wat hij op z’n reis al gezien had. De bospaadjes boden weldoende schaduw aan z’n vermoeide leden, want het was vandaag weer snikheet.

    Opeens zag hij iets wat z’n euforie danig temperde! Een groene adder van een halve meter. Harold wierp er stenen naar, maar het beest bleef zitten. Zelfs toen het bijna geraakt werd, verroerde het geen vin. Zou de slang misschien dood zijn? Onze held betrouwde het toch niet helemaal en keilde een grote kei rakelings langs zijn kop. Toen schoot hij weg als een pijl uit een boog. Vanaf dat moment was manlief op z’n hoede!

    Er kwam maar geen einde aan al dat steile klimmen...

    In Colunga werd hij nogmaals geconfronteerd met ‘la vie’! Het café waar hij een koffie wou drinken zat nokvol badgasten. Die bekeken hem of hij een vuilpot was. (was dat niet zo misschien, Harold?) In deze stad wilde hij een slaapplaats zoeken...

     

    Balans van de dag: ongeveer 47 km reisweg ingekort, nog 342 km te gaan. Hij is een beetje voor op schema omdat hij zondag weer naar de mis wil en mogelijks veel tijd zal verliezen.

    Moraal: zg!

    Gaat morgen richting Gijón.

    Van zijn twee kousenparen zitten z’n grote tenen er volledig door. Het hindert hem niet bij het stappen, maar ‘t is grappig als hij z’n schoenen uitdoet. De kousen van Jean-Marie zijn te fijn en spaart hij voor in uiterste nood.

    Z’n kleine teen biedt hardnekkig tegenstand de eerste uren van iedere dag. Daarna betert het telkens.

    Elke dag stapt hij ongeveer 10 uur en pauzeert hij een tweetal uren. Hij drinkt af en toe rechtstaande een koffie aan de toog en doet zelfs z’n rugzak niet af omdat het een verschrikkelijke klus is om zichzelf opnieuw ‘in te pakken’.

    De slijtage van z’n schoenen blijft binnen de perken. Ze zullen waarschijnlijk toch de eindmeet halen!

     

    Wat ik nog moest zeggen over gisteren: Je weet nog wel dat die vriendelijke man met z’n wandelkaarten Harold water gaf? Eerst wilde hij het niet aannemen omdat hij er nog veel bijhad. Gelukkig heeft hij het toch aanvaard, want onder de route is hij droog gevallen. Het waterflesje was meer dan welkom! (Ik val zeker in herhaling als ik over de Voorzienigheid begin?)

     

    30-07-2008 om 22:56 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (64 Stemmen)
    29-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 31: VAN COMILLAS TOT PANCAR

    DAG 31: VAN COMILLAS TOT PANCAR

     

    Ik wil dit artikel beginnen met een rechtzetting! Harold en ik waren in de overtuiging dat Jacobus geëvangeliseerd had in Spanje, vandaar de vele overpeinzingen van mijn dierbare... Piet reageerde echter op het laatste verslag dat dit een misverstand was. Ik citeer: “Dag Nele,
    omtrent Sint-Jacob wil ik het volgende vertellen : hij is nooit gaan evangeliseren in Spanje, omdat hij in Jeruzalem de marteldood gestorven is (lans of zwaard). Zijn lichaam spoelde in een bootje aan in Spanje en hij werd begraven onder een 'veld met sterren', een teken van hierboven, maar in het Latijn ‘campus stellae’, vandaar 'compostela'  .  Heel veel mensen gingen in de vroege middeleeuwen zijn graf bezoeken, en zo ontstond de camino.” Ik ben blij dat er een vlugge reactie kwam, zodat ik de mensen geen blaasjes wijsmaak. Bedankt, vriend!

     

    Gisteren: In Comillas kwam Harold aan een refugio met wegwijzers naar Jeruzalem en Compostela en het aantal kilometers dat ze van deze plaats verwijderd waren. Er zat een boel volk op het grasplein. Iedereen vertelde zijn wedervaren aan elkaar. Er waren twee mensen die heel sceptisch deden over Harolds manier van pelgrimeren. Een deel jonge gasten vroeg om wat viool te spelen, maar de muzikant wou eerst zeker zijn van een slaapplaats. Rond 22.00 u. was alles geregeld en begon hij te musiceren. Iedereen had wel een verzoeknummertje. Boven verschenen er hoofden door de vensters en er klonk applaus. ’t Was heel plezant tot ... de strijkstok kapot was. Je kon hem niet meer opspannen en met slap paardenhaar kan je onmogelijk spelen. Gelukkig wist Harold een remedie om dit euvel (zij het tijdelijk!) te verhelpen. Hopelijk houdt de stok het nog tot aan de bestemming!

    Er was een Spaanse onderwijzeres die vroeg of hij allerlei geluiden wou nabootsen op z’n viool voor een video-opname. Die zal ze op school gebruiken.

    Na een uur begon het te spetteren en wou iedereen onder de wol.

    Vannacht is een mevrouw op z’n schouder komen tikken omdat hij zodanig snurkte. Vanmorgen lachte ze dat het daarna gestopt was.

    Vandaag: Vóór het vertrek stopte de Spaanse onderwijzeres nog vlug 5 euro in Harolds handen. Ze was zo dankbaar dat hij zo mooi gespeeld had.

    De tocht vandaag begon in het gezelschap van twee Spaanse meisjes die Engels konden. Harold was geïnteresseerd in hun drijfveer voor de tocht. Zoals de meesten wilden ze de camino-ervaring eens meemaken en ook een beetje nadenken over hun leven. Op de vraag waarom ze de camino Francès niet namen, antwoordden ze eensluidend dat het er veel te commercieel aan toeging en dat de camino Norte veel mooier was. Na vijf kilometer hadden ze geen raakpunten meer om over te praten en toen scheidden hun wegen weer.

    De tijd brak aan om na te denken over z’n intenties van de dag: het gebed was speciaal bedoeld voor de ‘K’ in de bewegingen van ACW, KAV, KAJ, ... en voor het bisdom. De pelgrim wist niet hoe het kwam, maar het ging echt niet goed om te bidden. Hij was constant verstrooid door al het volk dat overal om hem heen was.

    Toen Harold tien kilometer verder een koffie dronk op een terrasje, zag hij bijna alle gasten van de refugio terug.

    De meeste pelgrims stopten na 22 km om tijdig een slaapplaats te reserveren. De middag was dan nog niet lang gepasseerd. Harold werd er een beetje kregelig van... Velen deden zo druk en hadden hun ‘reis’ tot in de puntjes voorbereid op het internet. Veel mensen waren vertrokken uit Bilbao en nog andere steden die Harold niet meer kon onthouden. Verschillenden overbrugden ook een stuk met de bus. Hij had het gevoel in een route voor wandelclubs terecht gekomen te zijn. Hij wist dat het onredelijk was, maar kon het niet helpen dat hij zich zo ambetant voelde. Het contrast was ook zo groot: de zalige stilte en het alleenzijn waren precies uiteengereten en verscheurd door al dat drukke gedoe. Hij voelde zich hier als in de ‘gewone wereld’.

    Op een bepaald moment stopte hij om tortilla te eten en iets te drinken. Toen ontmoette hij een vriendelijke Fransman uit Lille. De arme jongen had geen enkel plekje meer over waar hij geen pijn had.Toch begon hij een enthousiast gesprek met Harold en stond open voor zijn visie.

    Toen manlief eindelijk weer eens fruit zag, was de ontgoocheling groot. Ofwel kon hij er niet bij, ofwel was het niet lekker. De enige peer die hij vond, was echt slecht en de citroen smaakte wel erg zuur. Misschien kwam dit ook door z’n algemene gevoel van vandaag, hij was toch niet helemaal in de haak...

    In de voormiddag had hij wel een lekker fruitdrankje gekregen van een meisje uit de refugio.

    Dat was toch ook iets ‘fruitigs’.

    In Llanes ontmoette hij de jongen uit Lille opnieuw. Hoewel ze graag samen gestapt hadden, deden ze het niet omdat de gps een andere route voorstelde.

    In Colombres bad hij de laatste tientjes van het rozenhoedje. Op de achtergrond hoorde hij het gekibbel van het sceptische koppel van gisterenavond. Ze ruzieden over welke slaapplaats ze nu zouden reserveren. Toen hij eindelijk weer alleen was, had hij het gevoel dat hij alles van zich af kon zetten. Dat was rond drie uur... toeval?

    Harold gaf toe dat hij vandaag de tranen in de ogen gekregen had omdat hij het gevoel had dat het geloof vele pelgrims geen zier interesseerde. Tegelijk voelde hij aan dat hij zelf geen recht van oordelen had, omdat hij ook maar een ellendige zondaar is... Gelukkig wist hij zich echt gesteund door zoveel mooie reacties op het blog en via mail (ik zeg ’s avonds alles door aan mijn wederhelft). Dat maakte alles opeens weer de moeite waard. Hij vroeg in gedachten: “Jacobus, heb jij je ook zo gevoeld tijdens je ijver voor het geloof? Wil je mij misschien hetzelfde laten voelen? De citroen is zuur, hoor, vandaag...” Hij overpeinsde dat het mogelijks ook te maken kon hebben met zijn intenties van de dag. Tijdens het voorbije jaar had Harold dikwijls een slecht gevoel gehad in de verschillende bewegingen waar hij kwam (als proost voor de KAJ). Hij had de indruk dat zoveel mensen wel geloofden ‘in de goedheid van de mens’, maar dat ze God daarbij niet meer nodig hadden. Dat deed hem altijd zoveel zeer. Tegelijk vond hij het bemoedigend dat hij van verschillende priesters (die toch vertegenwoordigers zijn van ons bisdom én ook midden in de wereld staan) steun kreeg in wat hij ondernam, hij was dankbaar om de hulp van Geert en Antoon tijdens de opleiding, om het gesprek dat hij mocht hebben met vicaris Debruyne en met de bisschop... Allez, er waren toch nog lichtpuntjes...

    Er stond een man langs de weg die vroeg: “Camino?” “Si!”antwoordde de stapper en hij mocht meekomen voor een stempel. Het was de mooiste die hij totnogtoe gekregen had. Je zag een beeltenis van Sint-Jacob met Latijnse tekst errond. Verder schonk de vriendelijke heer hem nog enkele kaarten met mooie wandelwegen uit de streek en een fles water. Harold besloot de weggetjes van de kaarten eens te volgen, want hij was toch voor op schema. Inderdaad... wat hij tegenkwam, was adembenemend mooi! Hoge bergen, een staalblauwe hemel, paarden, koeien (mèt bellen als in Zwitserland!), uitgestrekte weiden en ... zelfs ezel ‘Spoed’ was weer van de partij! Harold werd overspoeld met dankbaarheid om de schoonheid én het eenvoudige alleenzijn waar hij nu weer in ondergedompeld was. Het gevoel dat hij opnieuw zijn eigen camino stapte, kikkerde hem helemaal op.

    Na anderhalf uur wandelen, was er op zijn gps nog geen 100 meter weg ingekort. Hij bleef dus blijkbaar in rondjes lopen. Toen besloot hij toch maar verder te gaan langs de gewone weg.

    Vijf kilometer vóór Llanes dronk hij nog een laatste koffie mèt chocola. Hij wilde er nog eens van profiteren voor hij aan de noveen begon en ja... het smaakte dubbel zo goed! Toch zag hij het zitten om ook eens te vasten. De pastoor van Ars (waar Harold zo naar opkijkt) had daar ook enorm veel mee bereikt.

    Vanaf hier begon hij uit te kijken naar een eventuele slaapplaats. Die vond hij tenslotte in het dorpje Pancar, een deelgemeente van Llanes, waar het nog gonsde van de bedrijvigheid. Hoewel het al na tien uur was, speelden er nog kinderen op straat.

    Het is nu nog 391 km naar Compostela (waauw... het kort echt in!) en met zijn 52 kilometer vandaag is Harold een beetje voor op schema. Bijna de hele dag heeft hij de echte camino gevolgd.

    Hij bevindt zich nu op de AS 263 in de Avenida San José. Hij is niet echt moe en is van plan om nog wat rond te kuieren in het dorp. Daarna zal hij slapen (dat hoopt hij althans!)in het kerkportaal. Er is wel een geel licht dichtbij en op 1,5 m van de treden lopen er grote rode mieren en zilvervisachtige beestjes, maar dat kan hem niet zoveel schelen. Ze zullen straks ook wel gaan slapen, meent hij...

    Ik moest jullie nog iets vertellen van een dag of twee geleden. Toen Harold onder een afdak aan het schuilen was voor de regen, had hij zijn gsm uitgehaald om een sms te zenden naar huis. Hij had het zijzakje vergeten dicht te ritsen waar z’n geldbeugeltje vanboven zat. Dit ontdekte hij zeven kilometer verder. Hij was heel opgelucht dat hij het niet kwijtgespeeld was!

    Wie doet morgen (woensdag) mee met de noveen?

     

     

    29-07-2008 om 23:33 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (26 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 30: VAN SARÓN-CANTABRIA TOT COMILLAS

    DAG 30: VAN  SARÓN-CANTABRIA TOT COMILLAS

     

    Gisteren: In het restaurantje waar Harold ’s avonds arriveerde, bestelde hij een vleesschotel met frietjes. De baas zette een stempel in z’n credencial en haalde toen een kleine accordeon van de muur en deed daar een beetje onnozel mee om de mensen aan het lachten te brengen. Hoewel de man geen noot kon spelen, lukte het toch om een glimlach op de gezichten te toveren. Harold gaf de man zijn viool en deed teken dat hij dat eens moest proberen. “Oei, een viool, dat kan ik niet!” riep de waard in het Spaans en hij voegde eraan toe: “You play! You play!” Na enkele noten was hij al verkocht en hij trok hem overal mee naartoe om z’n kunsten tentoon te spreiden: naar de keuken, het terras,... De violist was plotseling zijn beste vriend. Overal was er evenveel ambiance, maar niemand gaf een centje. Dat was niet erg, want na afloop moest hij z’n hele maaltijd niet betalen en kreeg er nog een biertje en een koffie bovenop. Zelfs aan proviand voor de volgende dag werd er gedacht! Een half uur na middernacht, vond de pelgrim het toch tijd om op te stappen. De baas had het grootste plezier toen die rare Belg zichzelf versierde met al z’n fluoriscerende bandjes. Hij had er nog één gevonden op de grond waar ‘Festina’ opstond. “Ha,” gekscheerde de Spanjaard, “EPO!” en hij gebaarde dat het zo niet moeilijk was om elke dag meer dan 40 km te stappen.

    Even verderop in het dorpje was een ondergrondse parkeergarage. Dat zou nog eens een goede slaapplaats kunnen zijn, dacht Harold en hij installeerde zich uit de wind in de inkomhal. Toen alle schaapjes net geteld waren, knarsten de poorten open met een hels lawaai en reed een auto de garage binnen. Hetzelfde tafereel herhaalde zich een uur later. Desondanks sliep hij toch de hele nacht door.

    Vandaag: Om 5.15 u. ontwaakte Harold, maar hij besloot zich nog één keer te draaien. Ondertussen was het 7.00 u. geworden. Tijd voor wat brood, smeltkaas en water. Wat een geluk... 300 meter verder kon hij zich toch een bakje troost aanschaffen in een klein café dat al vroeg z’n deuren opende.

    “Wat hebben de fruitbomen voor mij in petto?” grapte hij naar Hierboven. Langs een klein baantje kon hij wat kleine, blauwe eierpruimen plukken. Mmm, nog een beetje hard en zuur. Zo had hij ze het liefst! Er hingen ook nog verleidelijke vijgen in de buurt, maar die waren onbereikbaar. Jammer...

    Wat een arm gedeelte van Spanje zag hij hier toch! Kleine, vervallen huisjes met een hondenkenneltje van enkele vierkante meters waar 7 honden samengepropt zaten, 6 varkens binnen een piepkleine omheining, een weide met een dode koe, opgeblazen en met de ogen uitgegeten... En stinken dat dat deed!!! Een keuterboertje maaide het gras af met een zeis. Het was alsof de tijd hier was blijven stiltstaan. De mensen waren arm, maar het landschap heel rijk aan variatie: bergen, rotsen, velden, bossen en af en toe zag je in de verte de zee.

    Wat een schril contrast toen aan de einder de grote stad Torrelavega opdook vol mooie gebouwen en omringd door veel verkeer.

    Rond elf uur kondigden donkere wolken niet veel goeds aan. Even later kwam er inderdaad nattigheid naar beneden. Dat werd schuilen geblazen! Aan het oude vrouwtje dat een klein café uitbaatte, probeerde hij met handen en voeten uit te leggen waar hij mee bezig was. Ze keek hem nietbegrijpend aan. Toen zag hij ‘Ave Maria’ staan op een bordje aan de muur en hij besloot het te zeggen met dit universele lied. Dat kon ze echt appreciëren. Ondertussen was het weer opgeklaard en trok hij verder.

    Hij kwam voorbij Santillana de Mar, dat (als ik het goed begrepen heb) bekend is om z’n musea met foltertuigen uit de tijd van de Inquisitie.

    Hij knabbelde weer een serieus stuk van zijn weg af en ontmoette een Franse boeddhistische monnik. Hij was niet in klederdracht. Ze knoopten een gesprek aan en konden het direct met elkaar vinden. De monnik ging van Santiago te voet terug naar Saint-Jean-Pied-de-Port. Hij volgde ook niet de volledige camino, maar wel stukken ervan. Hij deed z’n beklag over het hele commerciële gedoe langs de Camino Francès en zei daar niet meer langs te willen gaan. De refugio’s zitten vol toeristen die ervoor zorgen dat afgematte, uitgetelde pelgrims geen slaapplaats meer hebben. Voor velen is de camino een soort vakantietrektocht, meende hij. Hij had een zelfgemaakte stok mee met inkervingen. Die was erg mooi. Hij vertelde dat hij ’s morgens en ’s avonds zijn ‘praktijk’ deed en tussendoor mantra’s opzegde. Hij vond – net als Harold – dat alles wat je op je tocht meemaakte niet toevallig was en dat je zeker mocht vertrouwen op de Voorzienigheid. Hij kon boeken volschrijven met alle genaden die hij onderweg gekregen had, voegde hij er nog aan toe. Ze wensten elkaar een goede afloop van de bedevaart en vervolgden toen elk hun eigen weg.

    Aan een klein kapelletje met een lelijk Christusbeeld knielde Harold om even te bidden. Een groep renners keek alsof hij ze niet allemaal meer op een rijtje had. Tweehonderd meter verder wachtte hem een verrassing: drie nectarinebomen! Wilde vruchten, niet te groot en perfect van smaak. Na wat plukwerk kon hij de rest van de namiddag wandelen al snoepend. En smaken dat het deed!

    In Puento San Michaël bad hij de laatste tientjes van z’n rozenhoedje voor het kerkje en viel er bijna in slaap. Er was vanalles te doen in het dorp. Hij beluisterde een groep doedelzakspelers (z’n gedachten dwaalden waarschijnlijk af naar z’n twee Blankenbergse vrienden in Sint-Jacobskapelle!) en bewonderde wat mooie volksdansen. Hij vond dit een passend decor om ook wat te musiceren, maar toen hij z’n viool wou opdiepen, begon het te regenen. Dan maar niet...

    Onder het wandelen wou hij in gedachten van de heilige Jacobus weten of die indertijd ook zoveel fruit cadeau gekregen had. Hij vroeg ook: “Leer mij evangeliseren zoals jij het deed. Hoe ben je daar in godsnaam aan begonnen? Wat zei je bijvoorbeeld toen je in een wildvreemde stad toekwam?” enzovoort...

    Om halfvijf at hij wat brood met een blikje balletjes in tomatensaus. Hij bekeek z’n schoenen en stelde met blijdschap vast dat de uitvinding van Compeed-op-de-schoenzolen een schitterende vondst was. De zwarte zool was bijna volledig afgesleten, maar de Compeed met ingeplakte steentjes verhinderden de mousse en het harde plastiek om verder af te slijten.

    Misschien was het best om voor vanavond opnieuw een refugio te zoeken, want de zwarte wolken beloofden niet veel fraais. (Voor de volgende dagen hebben ze beter weer voorspeld.)

    Onze pelgrim zit mooi op schema en heeft nog precies 437 km voor de boeg. Dat is 43,7 per dag. Hij voelt zich goed bij die gedachte en permitteert het zich af en toe om te slenteren of ergens te blijven hangen.

     

    Om 22.22 u. kreeg ik een sms’je dat hij een slaapplaats gevonden had. Waar precies, weet ik niet. Da’s nieuws voor in ’t volgende artikel. (hihi, ik voel me net als in een tv-serie waar ze altijd precies stoppen als het spannend wordt...)

    29-07-2008 om 15:01 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (19 Stemmen)
    28-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 29: VAN TEGEN COLINDRES TOT SARON-CANTABRIA

    DAG 29: VAN TEGEN COLINDRES TOT

    SARON-CANTABRIA

     

    Gisteren: Harold had nog een gemoedelijke babbel met twee Duitse meisjes en een Engelsman. Eén van de meisjes gaf hem een spray tegen de vermoeidheid. Hij spoot een beetje van het goedje op z’n voeten en het hielp. Hij had een goede nacht waarin hij maar twee keer wakker werd.

    Vandaag: Om 7.15 u. stond de pelgrim op om zichzelf en z’n kleren te wassen en te ontbijten (brood van drie dagen oud en wat smeltkaas). Toen alles ingepakt was, kon hij om 9.15 u. vertrekken. Net toen hij iemand een foto van hem liet nemen, hoorde hij de kerkklokken. Even verder zag hij het kerkje dat hij niet eerder opgemerkt had. Oeps, z’n frank viel... het was zondag vandaag! Dat was hij even uit het oog verloren. Twee dagen geleden had hij God gevraagd om voor hem een mis te regelen, want op een voettocht kan je niet alles tot in de puntjes plannen. God had dus schitterend werk geleverd. Over een klein kwartiertje begon de viering. Vol vreugde liep Harold het kerkje binnen. Er was een groot beeld van .... Sint- Jacob met staf en kruik! Ineens schoot er door zijn hoofd dat het twee dagen geleden het feest was van die heilige (had hij ook pas later op de dag door) en dat het waarschijnlijk geen toeval was dat hij uitgerekend op die dag een mis voorgeschoteld kreeg. Na de viering zette men een mooie stempel in het geloofsboekje.

    Alles verliep in slow motion door het heerlijke zondagsgevoel.

    “Wat staat er vandaag op het menu?” vroeg hij nieuwsgierig aan Hierboven. Niet veel later was het antwoord daar: een citroenboom! Ha, dat had hij nog niet gehad. Aangezien hij met een ontzettende dorst opgestaan was, vond hij dit een welkome verfrissing... Alleen, da’s niet echt praktisch om zonder mes of met afgeknipte vingernagels open te krijgen. Toen hapte hij er maar stukken uit en beet het vruchtvlees ervan af.

    Bij de eerste stop dronk hij drie koffies met heel veel melk en at enkele koekjes om kracht te krijgen. Voor de eerste keer trok hij de kousen aan die Jean-Marie hem gegeven had. Wat deed z’n kleine teen toch zeer vandaag! Aan de zijkant van zijn nagel had hij wild vlees. Er zat dik eeltvel op dat beetje bij beetje loskwam.

    De mooie zichten benamen de pelgrim zijn adem. Wat is Gods schepping toch schitterend uitgedacht! Als we rondhollen in het gewone leven, lopen we klakkeloos langs deze cadeaus voorbij. Jammer toch...

    De hitte dwong hem om rond halfvijf weer halt te houden. Harold vond dat er naast het koffietje ook wel een Ricard vanaf kon. ’t Is tenslotte niet alle dagen zondag.

    Vandaag was ook een dag van veel paternosters en overpeinzingen. Voor mijn echtgenoot is ‘de Barmhartige Jezus’ van heel groot belang. Toen hij in gebed was, kreeg hij de ingeving om een algemene oproep te doen op het blog.

    Al wie het wil, kan - in verbondenheid met heel veel anderen )-  vanaf woensdag 30 juli een noveen beginnen (Harold bidt de noveen van de Barmhartigheid). We verenigen ons met elkaar en met Harold en bidden voor de verhoring van alle intenties die mee zijn naar Compostela en voor deze die er dagelijks bijkomen. Het is echt heel sterk als je weet dat er een onzichtbaar net van gebed is en wij geloven (en hebben al meermaals mogen ondervinden!) dat dit bijzonder krachtig werkt. En daarbij... als je alleen bidt voor je eigen intentie, is er maar één gebed. Als we allemaal voor elkaars bekommernissen bidden, zijn er honderden gebeden voor jou! Wie niet gewoon is om te bidden, kan voor de gelegenheid misschien toch eens een noveenkaars laten branden in een kapel, kerk of thuis en op z’n eigen manier in gedachten verbonden zijn... Vergeten we ook niet te bedanken voor al het moois dat we in ons leven al mochten ontvangen en nog zullen krijgen. Je kan je gebed ook kracht bijzetten door eens een offertje te doen in de loop van de dag. Harold heeft zichzelf ook al enkele beperkingen opgelegd die hij probeert vol te houden gedurende die negen dagen. Het is woensdag precies negen dagen tegen dat hij bij de Heilige Jacobus aankomt (donderdag 7 augustus).

    Een gedachte die de hele dag door z’n hoofd speelde, was de inleving in het gevoel dat Jacobus tijdens z’n tocht naar Spanje gehad moet hebben. Hij had de moord op zijn beste vriend Jezus meegemaakt en voelde dat dit geen einde, maar een nieuw begin was. De apostelen verspreidden zich toen om overal de Blijde Boodschap te verkondigden. Dat ongelofelijke gevoel dat zij de laatste drie jaar gehad hadden in Jezus’ nabijheid, het goede nieuws dat God ons zo graag ziet, zonder maat en zonder voorwaarde, dàt wilden ze niet voor zichzelf houden. Al Gods kinderen moesten dit kunnen voelen. Jacobus zal ook wel met een dubbel gevoel ‘naar den vreemde’ vertrokken zijn. Alle vertrouwde dingen en mensen achterlaten om het onbekende binnen te gaan. Enkel kunnen vertrouwen op Gods nabijheid en hulp, verder niets.. Zich gedreven weten door de Heilige Geest die Jezus beloofd had...

    Harold voelde zich sterk verbonden met deze apostel waartoe hij zich van tevoren niet echt aangetrokken voelde. Ook voor István Regöczi, de Hongaarse priester, heeft hij een groot ontzag. Piet Monserez en Harold hopen uit het diepste van hun hart om die bijzondere man nog eens te ontmoeten vóór hij sterft. Hij is al hoogbejaard en woont in Budapest.

    Wat kreeg onze Vlaming vandaag van moeder natuur? Groene pruimen (een heel leuke variatie na de rode, gele en blauwe), mirabellen èn citroenen.

    ’t Is niet te doen... ook deze dag vond hij weer geld op de grond. Hij lachte dat hij het schaalgeld van vanmorgen mèt intrest teruggekregen had: 1 stuk van 5 cent, 2 stukken van 2 cent en 3 stukjes van 1 cent. Twee dagen terug had hij ook al twee centjes gevonden.

    Als Harold geen slaapgelegenheid vindt, zal het weer een nachtje onder de blote hemel worden. Hij hoopt van niet, want het wordt weer dreigend zwart boven de bergen. Hij heeft tot nu toe 38 km afgestapt vandaag. Hij is 21 km van Santander verwijderd en 481 van Santiago de Compostela.

    Ik moest ook nog op het blog vermelden dat Harold en ik op wijdingsretraite gaan op 16 augustus en dat we blijven verderbidden voor alle intenties...

     

     

    28-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (15 Stemmen)
    27-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 28: VAN DE OMGEVING VAN BILBAO TOT TEGEN COLINDRES

    DAG 28: VAN DE OMGEVING VAN BILBAO

    TOT TEGEN COLINDRES

     

    Gisteren: Er kwam maar geen eind aan het stappen door de regen. Omdat de refugio potdicht was, zocht hij een gelegenheid om een koffie te drinken. Die sloot echter om 00.45 u., dus stond hij weer op straat. Gelukkig merkte hij honderd meter verder een gemetseld bushokje op. Daar stonden betonnen banken die perfect als bed dienst konden doen. Hij lag tamelijk comfortabel… alleen was het jammer dat je hier zo goed het gebonk hoorde van de feestmuziek uit het naburige dorp. Als ze hier feesten, is het dag en nacht!

    Vandaag: Om 04.00 u. werd hij gewekt door terugkerende feestvierders die hem – in gebroken Engels -  wat wilden inlichten over de streek. Zo kwam hij te weten dat hij in het laatste dorp van het Baskenand logeerde en dat hij de volgende dag in een andere provincie zou komen.

    Om kwart voor zeven at hij z’n droog brood met wat salami. Daarna zocht hij de refugio terug op om een stempel te vragen. Hé, daar zag hij een meisje dat hij al eens eerder gezien had, al kon hij haar niet direct thuiswijzen. Toen ze in gesprek raakten, bleek het Tine Veramme uit Kortrijk te zijn! Ze was ook op tocht naar Compostela met haar vriendin Céline. Ze waren uiterst verwonderd over het feit dat Harold voor een stuk leefde van het fruit dat hij onderweg plukte. Zij beweerden nog geen fruit opgemerkt te hebben. Misschien was het omdat Harold als kleine spruit al noten en fruit ging zoeken In het stadspark dat zijn ogen beter getraind waren op die kostbaren lekkernijen. Of was het de Voorzienigheid die hem telkens op het goeie moment alert maakte? De die een stempel zette, verklaarde hem voor gek dat hij bijna dubbel zoveel kilometers afmaalde als een ‘normale’ pelgrim.

    Onze ‘abnormale’ vertrok om halfnegen en ontmoette na een half uur de twee Kortrijkse meiden opnieuw. Ze stapten een kilometer of twee samen tot de meisjes stopten om hun ontbijt te verorberen. Harold voelde zich moe na zo’n korte, onregelmatige nacht. Hij vroeg zich af welk fruit hij vandaag op z’n weg zou vinden. Misschien eens een soort die hij nog niet gesmaakt had? Z’n gedachten waren nog niet helemaal koud of daar stond hij voor een kanjer van een vijgenboom. Daar had hij er al meerdere van gezien, maar de vijgen waren nooit smakelijk geweest. Hij klauterde op een muurtje om erbij te kunnen en enkele tellen later smikkelde hij dat het een lieve  lust was!

    De hele dag bleef Harold op de camino norte. Het viel op dat de pelgrims alle bochten afsneden met ingekorte paadjes. De streek was adembenemend mooi! Tussen de bomen stapte je over afgesleten stenen die al duizenden pelgrims over zich gekregen hadden gedurende vele eeuwen. Dat deed onze bedevaarder toch wel iets. Af en toe ving je een glimp op van de onmetelijke Atlantische Oceaan. Toen de pelgrimsroute richting ‘la playa’ ging, besloot Harold om een ander baantje te nemen. Hij vond het te contrasterend met zijn vrome overwegingen wat hij daar altijd te zien kreeg. Zo arriveerde hij in een koffiebar waar de mensen druk commentaar gaven over een orkest dat op de televisie te zien was. Hà, dat was het moment voor een muzikant om zichzelf voor te stellen als soortgenoot! Na enkele solostukjes met commentaar dat door iemand vertaald werd in het Spaans, werd hij op een koffie getrakteerd. Peter-Hans, een Duitse jongen die ook viool speelde, wou vanalles te weten komen. Harold gaf hem privéles in positiewisselingen, waar hij heel dankbaar voor was. Even verder zat een koppeltje. Harold vroeg aan zijn nieuwe Duitse vriend of die een foto wou nemen van hem terwijl hij een romantisch wijsje speelde voor het stel. (hij had dus toch een nieuw wegwerptoestel kunnen bemachtigen voor acht euro.)

    Zo gezegd… zo gedaan. Wat onze violist niet wist, was dat het paar de eigenaars van het café waren. Meneer was zo onder de indruk dat hij de musicerende pelgrim een tortilla èn 20 euro gaf.  Toen de foto genomen werd, had Harold de vrouw horen zeggen aan een oudere dame dat ze in de weg stond en opzij moest gaan. Hij had het woord ‘mama’ horen vallen. Na z’n serenade speelde hij voor de moeder het liedje ‘mama’. Die was zo ontroerd dat ze hem ook nog eens 20 euro schonk. Dat ging hier vlot! Hij bleef daar ruim anderhalf uur hangen, mocht z’n gps en gsm opladen, speelde nog wat en kreeg hier en daar kleingeld. Net toen hij heel z’n boeltje netjes opgeborgen had, stapte een meisje binnen dat half Engels, half Spaanse praatte. “O, ben jij muzikant? Ik ook, ik speel piano. Wil je a.u.b. de Canon van Pachelbel voor mij spelen?” Hoe kon hij aan die blik weerstaan? Hij laadde alles weer uit en speelde Schindlers list omdat de canon eigenlijk niet gemaakt is om alleen te spelen. Heel het gezelschap was onder de indruk en plotseling kon je in het café een speld horen vallen.

    Rond acht uur kwam hij aan in Laredo (drie nootjes op een rij!) en de hele stad was in feeststemming. Ondertussen had hij z’n ‘pelgrimsstok’ gevonden. Hij kraakte er een stuk af om hem op de juiste hoogte te krijgen en bond er z’n witte doek omheen.

    Hij had ook een koppel doodvermoeide Zwitsers ontmoet die hij wat Compeed gaf en trakteerde. De jongen sprak vlot Spaans en belde met Harolds gsm om een refugio te reserveren voor hun drieën. Alles was jammer genoeg volzet. De Zwitser wist dat er 4 km verder nog een slaapplaats was in Colindres. Daar ging Harold dus op af. Ter plaatse ontmoette hij een Vlaams en een Duits meisje die nog maar twee dagen aan het stappen waren. De Vlaamse schone had pech: haar knie was al helemaal omzwachteld en ze had veel pijn.

    Even later geraakte hij aan de babbel met een Duitse jongen. Die kloeg dat hij z’n vertrouwen in alles verloren had. Toen vertelde Harold over zijn vertrouwen in de Goddelijke Voorzienigheid en alles wat hij tot nog toe gratuït gekregen had. De jongen moest enkele keren slikken. Hopelijk mag hij op z’n tocht wat meer hoop krijgen. Daar bidt Harold toch voor.

    Goed nieuws: de schoenen doen het goed. Door de andere ligging van de Spaanse wegen, begint de andere kant af te slijten en komt alles in evenwicht. Bij toeval heeft onze Belg ook ontdekt dat een oude Compeedpleister onderaan je schoen wonderen kan doen! Alle steentjes blijven erin kleven en die slijten af i.p.v. je zool…

    Wat was Gods schepping weer prachtig vandaag: hagedissen, kurk- , citroen- en eucalyptusbomen, …

    Eindbalans: nog 518 km van einddoel verwijderd. Spanjaarden hier waren veel vriendelijker dan in het Baskenland. Iedereen had leute om Harolds witte ‘laarsjes’ die in z’n bruine benen afgetekend stonden. 42 km gestapt vandaag. Als afsluiter van de dag z’n eerste peer geplukt en smakelijk naar binnen gewerkt. Thanks, mother nature!

    27-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (25 Stemmen)
    26-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 27: VAN BERRIZ TOT EEN STUK OVER BILBAO

    DAG 27: VAN BERRIZ TOT EEN STUK OVER BILBAO

     

    Gisterenavond: Moe, maar heel voldaan, legde Harold zich te rusten onder de inkomshal van een mutualiteitsgebouw. Hij lag buiten en toch in het droge. De plaats was tamelijk rustig, maar veel te fel verlicht. Zijn voeten verhinderden hem weer om in peis en vree schaapjes te tellen. Ze voelden verhit aan in de slaapzak en erbuiten was het dan weer te koud. Enfin, het werd weer een nacht zoals hij er al vele achter de rug had…

    Vandaag: De morgenstond had bewolking in de mond… Het beloofde dus goed wandelweer te worden. De temperatuur viel ook mee. De mensen die al vroeg uit de veren waren, keken raar op toen ze hem daar zagen liggen. Hij at wat brood met salami en was dolgelukkig om de bar 30 meter verderop geopend te zien. Met een koffie begon de dag nog zo goed!

    Op z’n dooie gemak vertrok hij met een gerust gemoed in de wetenschap dat hij geen  kilometers meer in te halen had.

    Toen sloeg de honger toe. “Zorg Je voor mij?” keek Harold smekend naar boven. Natuurlijk… het wordt bijna een traditie: tussen het vuil, midden in de brousse van niemandsland, zag hij een appelboom met nog net twee kanjers van appels. Harold sloeg z’n ogen ten hemel en zei: “Merci, wi!” en zette z’n tanden in een heerlijke appel. De smaak had iets van een Pink Lady en hij was lekker krokant.

    Z’n voeten droegen hem verder richting Bilbao. Telkens Harold aan een kruis komt van iemand die  verongelukt is, heeft hij de gewoonte om te stoppen en even voor die ziel te bidden.  Zo ook toen hij om kwart voor elf een dorpje van drie huizen binnenkwam. Daar hing een kruisbeeld aan een rijhuis. Toen hij z’n rugzak op de grond zette, zag hij dat er naast het beeld een deur openstond. Wel wel, het was een klein kerkje! Een mevrouw vroeg of hij een pelgrim was. Ze deed teken dat de mis over een kwartier begon en nodigde hem uit om die bij te wonen. Dat was mooi meegenomen. Er was tamelijk veel volk en de pastoor en z’n parochianen vroegen vanalles waar hij geen snars van verstond. Z’n gebarenvraag of hij zijn gps en gsm in de sacristie mocht opladen, begrepen ze wel en ook “Nie euro, nie carta banca…” Hij deed teken dat hij aan de communie het Ave Maria wilde spelen en dat mocht. Net voor de mis begon, fluisterde een dame iets in het oor van een  andere en die stond op om hem 5 euro te geven. De eucharistieviering verliep heel sereen en de mensen zongen prachtig in meerdere stemmen. Toen hij het Ave Maria gespeeld had, klonk er spontaan applaus. Onze violist had zo de indruk dat ze daar nog nooit een viool gehoord hadden. Na de mis baden ze nog een rozenhoedje. Dat ging tien keer zo snel als bij ons. Toen begon een dame een hele Spaanse woordenvloed te spuien. Die had als gevolg dat alle mensen bij het buitengaan wat geld aan Harold gaven. In het totaal raapte hij 49 euro bijeen. Da’s  toch straf, zeg. Als hij op eigen initiatief in een winkelstraat speelde om iets te verdienen, krijgt hij een euro of zeven. Als hij het koninkrijk Gods eerst zocht, viel het zevenvoudige uit de lucht!!!

    Z’n dag kon niet meer stuk. Na ook nog enkele fruitbomen met heerlijke vruchten te vinden, kwam hij in Bilbao. Wat een vieze stad met louche, vuile cafeetjes… Men heeft in Spanje de onhebbelijke gewoonte om alles zomaar op de grond te keilen om het ‘s morgens doodleuk bijeen te vegen: sigarettenpeukjes, papiertjes van suikertjes, …

    De stad liep vol met illegalen èn met politie. Eén vreemdeling zag aan het vlagje dat Harold een Vlaming was en knoopte een gesprek aan. Hij had in België nog bij Walen gelogeerd. Hij vertelde dat hij geen papieren kreeg en dat hij geld verdiende met seks. “Da’s eigenlijk niet juist, hé!” vond Harold. “Ik weet het, ik heb er ook niets van plezier aan, maar hoe kan ik anders overleven? Ik durf het aan jou te zeggen omdat je een paternoster meehebt,” bekende de man. Harold stelde voor dat hij naar de kerk zou gaan en raad zou vragen aan ons aller Superpapa. Hij beloofde ook om speciaal voor die man te bidden. Die ging toen welgezind weg.

    Harold dronk z’n koffie op, kreeg nog een stempel en kocht een nieuwe T-shirt. De andere waren tot op de draad versleten door het snoeren van de rugzak. Voor 7 euro liep hij er weer wat deftiger bij.

    Tegen de avond zei een man hem dat er een refugio te vinden was binnen twee kilometer. Na 45 km mocht hij nu wel rusten, vond Harold.

    De natuurelementen dachten daar anders over! Plotseling brak de hel los: donder, bliksem, regen… hij was net op tijd onder het afdak van een huis. Geen open huis te vinden, geen refugio te zien. Om 00.45 u. kreeg ik een sms dat hij nog niets gevonden had. Hoe zal dat aflopen?

    26-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (20 Stemmen)
    24-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 26: VAN GETARIA TOT BERRIZ

    DAG 26: VAN GETARIA TOT BERRIZ

     

    Gisteren: De schuilplaats onder de brug was toch niet zo comfortabel... De grond liep schuin naar beneden waardoor Harold tijdens z’n slaap naar beneden schoof. Hij ging toen liggen met z’n voeten omhoog en z’n hoofd op z’n rugzak en dat was iets beter. O ja... plotseling hoorde hij geritsel en lawaai. Hij stak z’n hoofd buiten z’n slaapplaats en wat zag hij? Twee koppels die naakt aan het zwemmen waren...

    Vandaag: Rond 6.00 u. kwam de ruimdienst alle vuilnisbakken van het strand legen in het hokje waar Harold lag. Dat was het sein om op te staan. Wat water en droog brood dienden als ontbijt en om kwart voor zeven kon hij vertrekken.

    Hij voelde zich vies omdat hij zich al twee dagen niet gewassen had. Toen hij langs een tankstation passeerde, zag hij dat de toiletdeur openstond. Hij glipte vlug naar binnen, gaf zichzelf een snelle, maar grondige wasbeurt en liet een koolzwart wegwerpwashandje in de vuilnisbak achter. Hij kon ook z’n tanden poetsen en ... mirakel!... er was een stopcontact zodat hij zich kon scheren. Bijna nergens in Frankrijk had hij het meegemaakt dat er stopcontacten waren in de buurt van de toiletten. Hij legde ook z’n gps even aan de oplader en deed zelfs z’n was. Al bij al is hij zo’n drie kwartier binnen geweest en het deed deugd!

    Fris en monter vervolgde hij z’n weg langs de camino.

    Het was aangenaam wandelweer: 22 à 23 °C en lichtbewolkt.

    De dag ervoor had hij 2,70 euro in z’n broekzak gestoken om niet altijd in z’n rugzak te moeten grabbelen. Toen hij het wou uithalen, vond hij het nergens meer. Thuis zou dit van minder belang zijn, maar nu was er toch even paniek... Nochtans hoorde hij gerinkel als hij stapte. Tenslotte vond hij het kleingeld tussen de voering van zijn short. Gelukkig... nu kon hij een zalig koffietje drinken.

    De weg steeg al een eind heel steil en z’n maag begon te grommen van de honger. Hij voelde z’n krachten minderen. Wat een geluk! Hij kwam voorbij een fantastische appelboom met gele, krokante oogstappels. Hij vulde z’n zakken en kon daarmee weg tot ’s middags. Rond 13.30u. nam hij z’n middagmaal: droog brood en het laatste doosje vis.

    Na de middag stapte hij door Deba met een prachtig riviertje naast zich waar honderden vissen en eendjes in zwommen.

    Na Elgoibar werd hij moe, zó moe dat hij begon te waggelen. Best dat hier een strook van ruim een meter voorzien was naast de rijbaan, speciaal voor fietsers en wandelaars. Hij sleepte zich voort en kon van vermoeidheid niet meer bidden. Toen herinnerde hij zich dat een man op z’n bedevaart naar Fatima gezegd had dat hij de ring nooit moest nemen rond de dorpen, maar dat hij een hoek kon afsteken door het centrum te kiezen. Dat deed hij dan ook. De kerkklok sloeg drie uur toen hij zich op een overdekte bank neerplofte. Half slapend probeerde hij het kroontje te bidden. Na deze verpozing voelde hij zich iets beter en ging weer op weg. (Of was het de energiestoot van alle verbonden biddende zielen? Bedankt trouwens, er zijn zoveel mensen die reageerden dat ze wilden meedoen!)

    In een piepklein, onooglijk dorpje was er een speelplein met een ultramodern toilettencomplex. Als je langer dan 15 minuten in het hokje bleef, sloeg een oorverdovend alarm aan zodat je er onmogelijk in kon blijven. Daarna werd alles automatisch gereinigd en na twee minuten kon de volgende klant binnen... Niet te geloven...

    In Eibar ging het opnieuw heel goed om te wandelen. Hij heeft serieus wat kilometers versleten. Nadat hij in zoveel dorpjes vruchteloos gezocht had naar winkeltjes of bakkerijen, vond hij in Eibar een... Lidl! Voor 8 euro kocht hij er een brood in sneedjes, een grote pak chocola, salami, kaas, smeltkaas, gehaktballetjes in tomatensaus, Weense worstjes en salamiworstjes. Z’n rugzak woog direct een pak zwaarder, maar nu zou hij tenminste niet omkomen van de honger als hij vandaag of morgen geen winkels vond.

    Er liep ongelofelijk veel volk heen en weer tussen Eibar en Ermua. Er was daar zeker iets te doen? Harold zag een optocht met fanfare en duizenden mensen. Hij kon ook genieten van vuurwerk. Vanuit de bovenverdiepingen van huizen en appartementen goten alle mensen bassins water naar beneden op de aanwezigen. Velen waren drijfnat. Wat een rare gewoonten hebben ze hier toch!

    Naar Zaldibar was het klimmen geblazen! Hij pufte met z’n volle rugzak en de zon begon er plaatselijk goed door te komen, terwijl de omliggende bergtoppen in een nevel gehuld waren.

    Harold bleef de N 365 volgen tot de gps hem een stuk camino opstuurde dat een halve kilometer korter bleek. Hij moest zo steil dalen dat hij bijna naar beneden viel.

    Hij besloot het wat kalmer aan te doen en ging zitten. Wel wel... daar lagen pruimen op de grond. Ze waren wel bijna rot. Degenen die aan de boom hingen, waren onbereikbaar. Na een beetje schudden vielen de kleine, rode lekkernijen naar beneden. Hij kon twee handenvol vruchten opeten. Dat was z’n avondeten rond negen uur.

    De zool van z’n rechterschoen begint er lelijk door te zitten. Soms zitten er al kleine steentjes in. Harold vreest dat z’n schoeisel het geen drie dagmarsen meer zal uithouden. De Voorzienigheid zal toch straffe toeren moeten uithalen om dit probleem op te lossen, want z’n geld is bijna op!

    22.46 u. Harold belt nog eens op. Hij zat in een stampvol, louche jongerencafé met loeiharde muziek om z’n laatste twee koffies op te slurpen. Een meisje dat een beetje Engels verstond, sprak hem aan. Ze vertelde dat er in de buurt geen slaapgelegenheid was. Een jonge gast die af en toe meeluisterde, stond plotseling op en kwam hem vijf euro geven. Onze ‘ouwe’ (’t waren daar allemaal 16- à 18-jarigen) was hierdoor zeer onder de indruk, vooral omdat hij de hele dag als intentie voor ‘de jongeren’ gebeden had.

    Nu is hij in Berriz aangekomen. Hij heeft er 54 km opzitten en heeft daarmee z’n achterstand ingehaald. Omdat er teveel volk rondloopt en hij nog niet kan slapen van de warmte, is hij een beetje verder aan het stappen. Hij hoopt iets te vinden waar hij zich comfortabel en veilig kan neervleien. Ik hoop met hem mee...
    Ik ben tot maandagavond op kamp, maar probeer ergens aan een computer met internet te geraken. Hopelijk lukt het, anders tot maandag!

    24-07-2008 om 23:04 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (17 Stemmen)
    23-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 25: VAN LEZO TOT GETARIA

    DAG 25: VAN LEZO TOT GETARIA

    Gisteren: Vanuit z’n buitenbed tamelijk in de hoogte werd hij getrakteerd op vuurwerk. Het was afkomstig uit San Sebastian en het weergalmde langs alle kanten in de bergen. Na dat mooie schouwspel verschenen minder mooie spelers op het toneel: muggen! Om het kwartier zoemden ze mijn arme schat wakker. Bovendien was er veel tocht onder het afdak. Diep in de slaapzak kruipen was geen optie, want dat was om dood te vallen van de hitte. De antimuggendoekjes verloren ook hun effect na een minuut of vijf. Harold dacht dat het misschien verstandiger kon zijn om zich een ander plaatsje uit te zoeken een beetje verder van het licht dat beestjes lokte. Waren de muggen er iets minder talrijk, tocht was er des te meer. De hele nacht door was een hond wolfachtig aan het huilen en een klein keffertje musiceerde deftig mee. Om alles samen te vatten: het was een nachtje om ‘u’ tegen te zeggen!

    Vandaag: Een vrachtwagen begon omstreeks halfzeven brandstof te lossen. Tijd om de biezen te pakken, dus... Het winkeltje opende ook net de deuren en voor € 0,60 euro kon ons schaap wakker worden bij een koffie.

    Om halfacht trok hij richting San Sebastian en de warmte sloeg hem tegen. Plotseling mocht hij de grote weg niet meer volgen, die was verboden voor voetgangers. Z’n gps stuurde hem de camino del Marcus op die zomaar ineens ophield te bestaan. Harold volgde het paadje dat door veel passage vanzelf ontstaan was en na een lange tijd merkte hij dat hij uitkwam waar het Marcuspad ongeveer opgehouden was. Eva berichtte hem dat hij een omweg gemaakt had van een vijftal kilometer. Verdorie! Om 10.30 u. had hij nauwelijks 6 km afgelegd, hoe deprimerend! ‘Klutsers!’siste Harold ontgoocheld, maar er was niets aan te doen.

    In San Sebastian stopte hij aan een kloosterachtig gebouw dat een college bleek te zijn. Aan de zuster die opendeed, legde hij met handen en voeten uit dat hij graag een stempel wou in z’n credencial, maar zusterlief begreep er niets van. Ten einde raad haalde ze een medezuster die Frans verstond. Die vroeg of hij geen koffie wou. Natuurlijk wel... en enkele tellen later slurpte hij van het dampende kopje en hij kreeg er mariakoekjes bij. (Dat was mooi meegenomen nu zijn geldreserve er bijna doorzat!) Een andere zuster vroeg of ze hem nergens mee konden plezieren. Harold antwoordde dat hij heel blij zou zijn met een stuk brood. Daarop begon de barmhartige Samaritaanse onmiddellijk een ganse picknick te bereiden: brood met salami en kaas, 2 colablikjes en fruit! “Zie je wat ik bedoel met le Bon Dieu?” lachte Harold. De Franssprekende zuster kon niet genoeg krijgen van zijn gezelschap en stelde voor om nog een eindje mee te stappen. Ze moest voor allerlei boodschappen toevallig dezelfde kant uit. Ze gaf toe dat ze heel gelukkig was met zijn getuigenis. Ook gaf ze nog een plannetje mee van de weg naar het stadhuis. Harold wou eens kijken waar hij ‘officiële stempelplaatsen’ tegenkwam. Er stond natuurlijk een lange wachtrij en je moest er een nummertje trekken. Godzijdank was er iemand zo vriendelijk om het getrokken nummertje te geven aan de pelgrim zodat die het lange wachten kon overslaan...

    Hij stapte verder langs allerlei camino’s en probeerde de grote banen te vermijden. In een wegbeschrijving over Compostela had hij eens gelezen dat het stuk tussen Irún en Zarautz onmenselijk was. Dit kon hij inderdaad aan den lijve ondervinden: ongeveer 9 km klimmen (helling te vergelijken met de steile kant van onze Kemmelberg) in de blakende zon in 35 à 36 °C. De natuur was wel machtig mooi: een heel eind had hij het gezelschap van een kabbelend bergstroompje en moeder natuur schonk hem nogal wat oogstappeltjes en enkele braambessen. Even verder kon hij genieten van de schaduw van een bos.

    Rond 13.00u. had hij nog maar 12 km afgelegd! Z’n gps zond hem van Pier naar Pol en op de grote wegen mocht hij niet. Toen heeft hij zich tegen z’n rugzak gezet en z’n heerlijke picknick opgepeuzeld. Wat was het hier toch zalig stil, alleen de vogeltjes en kikkers lieten van zich horen. Een kwartier lang vond Harold het heerlijk om in dit vakantiegevoel te luieren. Net nu er zoveel moois te bezichtigen viel, was z’n tweede wegwerpfototoestel vol. Hij twijfelde of hij er zich nog één zou aanschaffen, gezien zijn financiële situatie...

    Daarna stapte hij redelijk door, maar was om de zoveel tijd verplicht om een schuilplaats te zoeken tegen de ongenadige zon. De zonnecrème was telkens na een kwartier weer uitgewerkt. Hij pauzeerde veelvuldiger dan de vorige dagen. De ene keer dronk hij z’n cola, een andere keer leegde hij z’n laatste blikje pilchars en toen besloot hij om zo snel mogelijk een bakkerij te zoeken, want alle reserve was op, behalve z’n water.

    Net toen hij zich afvroeg waar hij deze avond zou arriveren, viel z’n blik op een onnozel, dom, klein pruimpje dat eenzaam aan een verre tak hing. Met veel moeite kreeg hij het te pakken en hij dacht dat dit misschien een tekentje was dat er een waterkansje was dat alles in orde zou komen.

    Langs de camino hingen verschillende paren versleten schoenen aan een stuk ijzerdraad tussen twee bomen. De mijne zullen er ook bijna bijpassen, bedacht onze wandelaar met een bezorgde blik op z’n schoenzolen. Hij durfde niet echt doorduwen op het rode plekje van z’n rechterzool uit angst dat hij erdoor zou zitten. Hij vreest dat ze het geen 100 km meer zullen uithouden.

    Buiten enkele speciale intenties, bad Harold vandaag voor roepingen. Misschien dat het daarom de allerlastigste dag was vandaag... Het was een superharde noot om te kraken!

    Een Duitser die per fiets van Compostela kwam, vroeg of hij verdwaald was. Harold legde uit waarom hij af en toe van de camino afweek. De fietser fronste zijn wenkbrauwen en keek sceptisch. Hij vroeg of hij èchte stempels had in z’n geloofsboekje. Ook gaf hij de raad om de laatste 100 km zeker naar ‘les offices de tourisme’ te gaan voor z’n stempels. Hij kon niet geloven dat onze stoere Belg in 24 dagen al in Spanje was.

    In een dorpje onderweg kocht Harold twee stokbroden en besloot ze ‘droog’ op te eten om te sparen. Na 37 km stappen, vond hij dat hij genoeg gestapt had voor vandaag. De wind kwam hevig opzetten en na vijf minuten begon het te onweren: donder, bliksem, ... alles erop en eraan. Zarautz lag verstopt in een dik mistgordijn en ook de bergen waren aan het zicht onttrokken. Beneden deed het nog heel lelijk, toen het bij hem alweer begon uit te klaren. De lucht koelde ongelofelijk snel af en hij was genoodzaakt om z’n training aan te trekken. Wat een contrast met daarnet! Toen baadde je al in het zweet van stil te zitten. De laatste acht kilometer waren de wind en de klotsende baren van de oceaan z’n gezellen geweest. Enkele mensen hadden “Buen camino!” geroepen waarop hij vriendelijk terugzwaaide.

    Toen ik belde, hoorde ik op de achtergrond een fanfare het liedje ‘Allé, de blauwe!’ spelen. Ik wist niet dat dit een internationaal wijsje was...

    Harold zegt dat de mensen hier totaal verschillend zijn van de Fransen. Ze lijken veel minder geïnteresseerd... ze kijken amper op, terwijl veel Fransen naar hem toekwamen en hem aanspraken of iets aanboden. Misschien zit de taalbarrière daar voor iets tussen...

    Vandaag vond hij weer 1 cent. Misschien kan hij met alle beetjes op het einde van z’n reis een  broodje kopen...Het evangelische zinnetje ‘Kijk naar de vogels in de lucht...’ kwam weer geregeld bij hem op. Het is toch wonderbaar hoe de natuur voor ons zorgt en wij het zo weinig beseffen in onze consumptiemaatschappij...Met de koude en de harde wind, zag Harold het niet meer zitten om tot het volgende dorp te stappen. Hij trok z’n stoute schoenen aan (of nee, die had hij al aan!) en liep een hotel met een groot Sint-Michaëlbeeld binnen. De mevrouw aan de receptie verstond gelukkig Engels. Ze was heel vriendelijk, maar zei dat alles volgeboekt was en dat hij – uit respect voor de gasten – niet op de grond mocht liggen in het hotel, maar ze had wel een schitterend voorstel... Hij moest teruggaan naar het strand en een plaatsje zoeken onder de grote brug. Die loopt onder de weg door en heeft allemaal grote, aparte gewelven die aan de achterzijde gesloten zijn en er een beetje uitzien als wijnkelders. Zo gezegd, zo gedaan...Zijn ‘suite’ kijkt uit op de Atlantische Oceaan die nu 100 meter van hem verwijderd is. Hij ligt ongeveer 7 meter hoger dan de zeespiegel, uit de wind, in het droge en het is er lekker warm. Voorlopig zijn er nog geen muggen te bespeuren...

    De hoofdintentie voor morgen gaat uit naar onze jongeren. Wie bidt mee?

    23-07-2008 om 23:38 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (20 Stemmen)
    22-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 24: VAN ONDRES TOT LEZO (SPANJE!)

    DAG 24: VAN ONDRES TOT LEZO (SPANJE!)

     

    Gisteren: Van douchen en de was doen, is er niets meer terecht gekomen. Harold heeft zich met z’n kaart op z’n bed gezwierd om steden in te tikken in de gps, heeft een kort gebed gedaan en was al weg voor het zandmannetje kwam. Hij is mààr drie keer wakker geworden... hij sliep beter omdat z’n voeten hoger lagen en hij enkel een laken over zich had.

    Vandaag: Om 6.30 u. liep de wekker af en stond Harold op. Na de was en de plas at hij z’n brood van gisteren droog op, want er was geen ontbijt inbegrepen. Hij dronk wel nog een koffie vóór hij vertrok. Gezwind stapte hij de bergen tegemoet. Voor de verandering was het weer eens snikheet. Na 10 kilometer hield hij voor het eerst halt om een brood te kopen. Van al dat filosoferen had hij honger gekregen. Hij had zich eens verdiept in zijn intenties en in alles wat hij op z’n weg al ontmoet had en wat de betekenis daarvan kon zijn. Z’n conclusie was dat hij duidelijk in twee werelden leeft: de religieuze waarin hij merkt wat God van hem verwacht en die hijzelf ook ideaal vindt als hij zich verbonden weet... en als contrast de wereld van de muziek, de ambiance, het plezier en vertier waar hij (o.a. beroepshalve) ook veel in vertoeft... Harold vindt van zichzelf dat hij vol goede voornemens zit, maar het is zo moeilijk om vol te houden. Hij heeft soms de indruk dat er veel van hem gevraagd wordt, maar tegelijk voelt hij dat het heel haalbaar is, op voorwaarde dat hij bewust met Christus verbonden blijft. (bv. door de eucharistie, door vroeg op te staan om het breviergebed te bidden, door het rozenkransgebed, door de biecht, ...) Hij is er zich van bewust dat hij een grote verantwoordelijkheid draagt door te beloven om voor zoveel intenties te bidden en hij ziet het een beetje als zijn roeping als toekomstige diaken om dit te blijven doen, niet door een boetetocht, maar wel door offer en gebed tijdens het dagelijkse leven... Op die manier had hij de laatste twee uren geprobeerd om te communiceren met ‘Hierboven’. Hij vroeg om een tekentje als bevestiging van z’n overwegingen en toen hij opzij keek (midden in de grootstad Bayonne!), zag hij een braambessenstruik. Voor hem was dit duidelijk genoeg.

    Een kilometer verder onderbrak hij z’n tocht een kwartiertje om een kanjer van een braamstruik met hele grote bessen wat lichter te maken. Daarna kocht hij nog een knapperig brood dat vers uit de oven kwam en at hij het al wandelend (droog) op. Hij had besloten om het vandaag wat soberder te doen, na alle weldaden van de afgelopen weken.

    In Biaritz liep hij een eindje over de echte camino met z’n kronkelpaden en de vele kiezelsteentjes. Tijdens z’n tocht stapt Harold geregeld de pelgrimsroute op en af. Hij kiest telkens de kortste weg. Ik denk dat iedereen zijn eigen camino moet volgen, voortgestuwd door wat men vanbinnen voelt: bij Harold is dat genieten van prachtige dorpjes en vergezichten, zodanig in zichzelf gekeerd zijn dat hij de voorbijrazende auto’s niet meer hoort, bidden, filosoferen, een babbeltje slaan met de mensen die hij ontmoet, ...

    In Saint-Jean de Luz haalde hij z’n viool nog eens boven. Een half uur speelde hij in een winkelstraat met weinig volk, waarvan de meesten jonge badgasten waren... Met de 7,5 euro die hij verdiende, kocht hij een brood en cola.

    In een klein dorpje was het mooie kerkje toegewijd aan Saint-Pierre. Harold overwoog of hij zou binnengaan. Het is immers een heel karwei om telkens de rugzak af te zetten, met alles wat aan de riemen hangt, met de moussen die goed gestoken moeten worden en alles wat aan de buitenkant evenwichtig geschikt moet worden... Met z’n bagage op kon hij onmogelijk door het smalle deurtje... (ken je dat verhaal van ‘het oog van de naald’?) Uiteindelijk vond hij de inspanning toch de moeite waard... in tegenstelling tot veel kerkjes in Frankrijk waar er geen godslamp meer brandt, was dit tabernakel wel voorzien van een lichtje. Hij bleef even bidden bij de kaars die hij ontstak voor alle intenties en hij had er deugd van.

    Om 18.55 u. kwam hij aan de Spaanse grens. Hij vroeg een man of die een foto wou nemen van hem. Op slag kreeg hij een Spaanse woordenvloed over zich heen, waar hij geen jota van verstond. De man had hém wel verstaan en deed waar om verzocht werd. Eens over de grens, dronk hij een koffie en de barman vulde zijn waterzak met water en veel ijsblokken. Het viel meteen op dat alles in Spanje veel goedkoper was dan in Frankrijk. In het stadje Irun sloeg Eva (gps) helemaal tilt. Een man deed uitvoerig en met heel veel woorden teken dat hij daar een stempel kon krijgen en die kant uit moest, enz... Na alle moeite zag de arme pelgrim dat het kantoortje voor de stempel gesloten was en dat hij 2 km omweg gelopen had. Als troost at hij toen maar de perzikken op die hij even daarvoor gekocht had. Om 21.35 u. was het nog steeds 25 °C en voor de volgende dagen geven ze een hittegolf uit. Hij heeft dat niet direct nodig, al is het wel handig als je ’s morgens je was doet. Ze zullen hem daar weer zien lopen hebben met z’n wapperende onderbroek vanachter aan z’n rugzak...

    Het was een dag vol mooie landschappen en –ongelofelijk maar waar- hij vond weer een stuk van 10 cent en even later een muntje van 1 cent op de grond. Hij kon een heel stuk van de Atlantische Oceaan zien. Gelukkig was zijn route vandaag verwijderd van de plage en kwam hij geen taferelen als gisteren meer tegen. Hij genoot van de vergezichten met op de achtergrond de bergen en ervoor de dorpjes waar de nevel boven hing. Hij heeft er in België nog nooit op gelet dat tarwevelden kunnen ‘knisperen’. Hij veronderstelde dat dit de rijpe graantjes waren die ritselden in hun pelletje, maar was het niet zeker... Harold was heel tevreden dat het vreselijke krekelgetjirp uit de Landes hier niet te horen was, maar... het heeft plaats gemaakt voor een enorm geraas en gezoem van auto’s...

    In de loop van de dag maakte hij een ‘top vier’ van de zotste chauffeurs: aan kop de meest roekeloze met enorm veel show: de speedmotors met heel brede banden(let wel: niet de gewone motars, die zijn voorzichtig en daar heeft hij veel sympathie voor), op nummer twee stonden de betonmixers die hier aan helse snelheden vooruitkomen (is hun beton misschien veel sneller droog met die warmte!?), op de derde plaats zag je de mercedessen en last but not least de mobilhomes met oudere mensen achter het stuur: die rijden je bijna van de weg af. Zijn die mensen koppig en willen ze niet aan de kant gaan omdat Harold links stapt of zijn de chauffeurs gewoon bang om uit te wijken met hun grote voertuig? God mag het weten...

    Hij is z’n achterstand deftig aan het inhalen. Die bleef beperkt tot 4 km.

    Op een bepaald moment kleefden er zoveel steentjes aan z’n schoen en hij kreeg ze er niet af. Toen merkte hij dat hij in een kauwgom getrapt was en na een tijdje was alles er afgesleten.

    Na een kleine 50 kilometer stappen, sloot Harold z’n dag af met een koffie in een bar bij een tankstation. Hij zal aan de achterkant slapen onder een afdak. Het is helemaal niet koud en hij ziet het helemaal zitten. Trouwens... hij zou op geen honderd jaar weten hoe je aan die Spanjaarden (die hier praktisch geen Frans verstaan) moet uitleggen wat het doel van de tocht is en hoe hij moet vragen of hij ergens kan overnachten. Dat belooft voor de volgende weken!

    Harold bevindt zich nu in Lezo, op 10 km van San Sebastian. Hij moet nog een goeie 700 km erdoor krijgen. Hij stapte vandaag langs spiksplinternieuwe wegen, o.a. op de N1 en de GI 26-38. Wat hij bijleerde: ‘rue’ heet in Spanje ‘calle’.

    Zo... tevreden sluit ik dit huiswerk voor vandaag weer af. Ik las vanavond een mailtje van iemand die het heel moeilijk heeft en die toch belooft om elke dag om 15.00 u. een schietgebedje te doen (of toch te proberen). Als iedereen zo moedig was en we al die gebeden gebundeld zouden zien, dan zou dat nog eens wat zijn. Ik ben zeker dat we er allemaal beter van worden... Doen, hé! (Harold stelde ook voor om af en toe eens een ouderwets offertje te doen voor de intenties van mensen die het moeilijk hebben. Hij heeft alleszins dat voornemen gemaakt voor zichzelf...)

    22-07-2008 om 23:49 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (20 Stemmen)
    21-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 23: VAN VIELLES SAINT-GIRONS TOT ONDRES

    DAG 23: VAN VIELLE SAINT-GIRONS TOT ONDRES

     

    Vannacht heeft het niet geregend! Het was zelfs redelijk warm. Harold sliep met z’n training aan en met z’n slaapzak over zich gelegd. Iedere vijftien minuten schrok hij wakker. Het licht van de heldere maan scheen recht op hem. Midden in de nacht voelde hij plotseling nattigheid. Wat was dat nu weer? Het bleek het darmpje te zijn van z’n camelbak dat open stond en nu lag hij in een plas. Een uur later was hij weer nat, maar nu van het zweet, dus... training uit... Vervelen deed hij zich vannacht zeker niet, maar veel slapen evenmin!

    Om 5.45 u. stond hij van armoe op. Er was nergens een kat te bekennen, dus durfde hij z’n bagage even achterlaten om z’n waterzak aan het kraantje te vullen (hij kon vandaar z’n slaapplaats wel in het oog houden). Terug in het kerkportaal begon het inpakken. Maar... waar was zijn paternoster toch gebleven? Waar hij ook zocht, hij kon hem niet vinden. Als hij nu één ding niet kwijt wilde spelen, was het dit wel... Gespannen overliep hij alle plaatsen waar hij sedert gisterenavond gepasseerd was. Na een tijdje vond hij het kleinood in een spleet van 1,5 cm diep tussen de trap en de gesloten kerkdeur. Al z’n gepruts en gepeuter haalden niets uit. Wat nu gedaan? Naast de kerk stonden struiken. Daar kraakte Harold een tak met een weerhaak af. Hij zette z’n knie tegen de deur en begon de reddingsoperatie opnieuw... gelukt!!!

    O ja, midden in de nacht heeft hij nog een ontdekking gedaan. Na z’n zelfopblazende matje en hoofdkussen 22 keer beslapen te hebben zoals het op de bijsluiter stond, probeerde hij nu met de mond wat bij te blazen. Het scheelde een drietal centimeter. Dat lag toch merkelijk comfortabeler! Drieëntwintigste keer, goeie keer!!!

    Om 6.45 u. kon hij eindelijk vertrekken. Omdat het redelijk koud geworden was, liep hij in z’n training. Acht kilometer verder was het alweer om dood te vallen van de warmte, maar onze held besloot de hitte te trotseren tot het volgende dorp. Hij had alweer nonstop gebeden voor alle intenties die met de dag zwaarder worden. Hij besloot de hele dag speciaal te bidden voor eerherstel (= met gebed proberen Jezus’ lijden te verlichten om wat de mensen Hem aandoen, ondanks Zijn grote liefde voor ons).Wat had hij plotseling zin in koffie!  Tof, daar was een bar.. Neen, toch niet, hij zou beter eerst een bezoekje brengen aan Jezus in het openstaande kerkje. Of nee... hij had toch echt al z’n best gedaan en had dringend een bakje troost nodig... Uiteindelijk won het engeltje het van het duiveltje en ging hij eerst wat bidden voor het tabernakel (met z’n gedachten af en toe bij dat zwarte engelenvocht...). Even later kon hij toch genieten van het kopje koffie... maar wie zat daar knal vóór z’n neus? Een beeld van een vrouw met wel héél weinig kleren aan. Lap! Daar had je ’t al! Probeer je te bidden voor eerherstel en wil ‘die van hieronder’ je een beetje op andere gedachten brengen. Ik kan me voorstellen dat het drinken een marteling geweest moet zijn terwijl hij z’n hoofd krampachtig in één richting moest proberen te houden. Arme schat toch! Wat was daar nu weer de bedoeling van?

    De pelgrim besloot maar verder te trekken tot een dame hem tegenhield. Ze wilde vanalles weten over z’n tocht. “Maar waar leef je dan van?” vroeg ze verwonderd. “Van le Bon Dieu!’ antwoordde onze bedevaarder en hij wees naar de pruimenboom wiens silhouet naast hen verrees. “Maar aan deze zal ik niet komen,” verbeterde hij zichzelf, “want ze hangen aan de andere kant van het hek.”  Verwonderd keek de vrouw hem na.

    Harold vroeg zich af hoe het kwam dat hij zich de laatste dagen lichamelijk zo goed voelde. Z’n rustpauzes werden telkens korter en z’n kracht nam alsmaar toe. Toen vond hij het: hij liep al enkele dagen in de dennenlucht en hij naderde de bergen... Da’s ongelofelijk welk een invloed die twee zaken op hem hebben. Toen hij naar Fatima reed, voelde hij hetzelfde in deze streek en ook als we op reis gaan naar Oostenrijk. Het deed hem denken aan Pulderbos bij Antwerpen waar hij als achtjarige een jaar verbleef omwille van z’n astma.

    Hoewel hij normaal in de richting van Soustons moest stappen, stuurde zijn gps hem via la plage. Op en neer ging het en toen hij grote honger kreeg, stond daar weer net op tijd een braambessenstruik.

    Langs de stranden rond de meertjes liep het bol van de toeristen. Je kon werkelijk over de koppen lopen. Auto’s schoten de hele dag langs hem heen en als hij niet goed oplette, werd hij bijna van de weg geduwd. Het schuin lopen op de baan, deed geen deugd aan z’n heup en z’n ogen hadden evenmin deugd van wat ze allemaal te zien kregen: opgetutte, halfblote dames, sjieke heren... ze waren precies gekleed om naar een galabal te gaan. In al die plaatsen aan de kust, was de sfeer orgie-achtig.

    Vanmiddag nuttigde hij z’n picknick op het fietspad: peperkoek en een half Frans (droog) brood. Dat was snel achter de kiezen.

    Om 16.00 u. merkte hij opgelucht dat hij al 38 kilometer afgestapt had. Dat ging vlot. In Hossegor trakteerde hij zichzelf op een koffie. Aan de bar vroeg hij een stempel voor z’n carnet en de toelating om z’n gps en gsm een halfuurtje te mogen opladen. Het jonge koppeltje dat ook aan de bar stond, vroeg of hij onderweg was naar Compostela. “Maar... dat is hier toch de RN 10 en niet de camino?” vroegen ze hem verwonderd. Harold legde uit dat hij af en toe afweek om een kortere weg te nemen. Ze moesten lachen toen hij opmerkte dat hij toch maar ‘contrasterende’ dingen zag voor een bedevaart. Toen hij alleen aan een tafeltje zat te drinken, kwam de vrouwelijke helft van het koppel hem achterna om vijf euro te geven. Ze stelde voor om er een sandwich van te kopen. Even verder ruilde hij het geld voor een kilo gele pruimen en drie bananen. Hij hield nog wat over voor een volgende gelegenheid.

    Tweemaal vond hij vandaag 1 cent op de grond. Da’s niet veel, maar hij zal ieder koperen muntje kunnen gebruiken, want z’n schatkist is bijna leeg.

    Het stappen lukte aardig vandaag. Omdat het tamelijk veel woei, was de warmte veel draaglijker.Z’n linkerhand zat weer dubbel dik door het dragen van de rugzak. Met dat losgeschoten riempje kon hij de zak niet meer comfortabel naar voren trekken.

    De weg richting Bayonne herkende hij van z’n fietsbedevaart. Ook toen vond hij de omgeving leuk.Om kwart vóór negen kwam hij in Ondres (nabij Tarnos) aan. Waauw! Je kon van hier de Pyreneeën zien liggen. Met 51 km in de benen besloot hij ter plekke te blijven om te overnachten.

    Z’n maag snakte naar wat krachtvoer en hij vond dat hij dat nu wel verdiende. Na een entrecôte met lekkere frietjes, kon hij er weer tegenaan! De was moest nog gedaan worden en z’n eigen lijf kon ook wel een verfrissing verdragen. Kousen stoppen zal er niet inzitten, vrees ik, hoewel twee paar al een gat hebben. Van de hiel van z’n rechterschoenzool is een rood plastieken plakkaatje te zien en bij de linker begint het ook. Dat wil zeggen dat z’n zolen serieus afgesleten zijn.

    Z’n hielen voelen vermoeid, maar blaren heeft hij niet meer. Wèl die rare dikke plek die geen zeer doet. Er zit vocht tussen z’n huid en opperhuid, waar hij wijselijk zal afblijven...

    Harold is nog 754 km van Sint-Jacobus verwijderd. Als hij morgenvroeg de eerste vijf kilometer achter de rug heeft, heeft hij er kop duizend gestapt! Dat begint echt moed te geven... Zijn achterstand is ingekort tot 10 km. De volgende dagen wil hij die inhalen.

    Als alles blijft goedgaan, hoopt hij morgenavond de Spaanse grens over te steken. Dat vind ik knap gedaan van mijn dierbare echtgenoot!

    Oproep van Harold: als iedereen die dit leest (ook al ben je geen kerkganger) nu eens dagelijks om drie uur speciaal zou willen bidden voor alle intenties van de betrokkenen, dan zou dat een machtig gebed zijn waar iedereen de vruchten van kan plukken. Wie een tandje wil bijsteken, kan God bedanken voor al wat we krijgen, voor al wat Jezus voor ons opgeofferd heeft en voor Gods liefde voor ons. Dat zou toch een heel mooi geschenk zijn en eigenlijk is dit maar het minste wat we kunnen doen. Doe je mee? Ik vind het alleszins een fantastisch voorstel!

    21-07-2008 om 23:37 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (23 Stemmen)
    20-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 21: VAN LES ARGENTIERES TOT GASTES

    DAG 21: VAN LES ARGENTIERES TOT GASTES

     

    Het doet zo’n deugd om een opgewekte, enthousiaste echtgenoot te horen aan de andere kant van de lijn!

    gisteren: De mensen die hem zo gastvrij onthaalden, hebben in Doornik gestudeerd. Haar naam is Anne-Marie en hij heet Richard. Er was ook nog een jongen in een rolstoel die luisterde naar de naam François. Die heeft zulke mooie dingen gezegd over zijn vertrouwen in ‘la Vierge’. Zoals gisteren al vermeld, kreeg de uitgetelde pelgrim een heerlijk maal voor z’n neus met kip, tomaten, een wijntje en als toetje een yoghurt. Uit dank vergastte hij hen met wat muziek. Ze babbelden nog lang na en ondertussen probeerde Anne-Marie viool te spelen. Dat was een ietsiepietsie moeilijker dan ze verwacht had. Om 00.30 u. moest Harold plotseling niet meer in de veranda, maar wel in de gastenkamer slapen in een bed.

    vandaag: Om 8.00 u. stond het ontbijt al klaar. Vóór hij z’n tocht verderzette, kreeg hij vijf euro, speciale verfrissingsdoekjes en antimuggendoekjes mee. De gastvrouw toonde hem een andere route met nieuwe binnenweggetjes, waardoor hij niet meer langs die superdrukke RN moest èn tegelijk een hoek van 7 km afstak. Dat was mooi meegenomen!

    Om 12.10 u. ging hij het postkantoor van Sanguinet binnen om z’n wegwerpcamera naar huis te sturen. Dat kostte 16 euro. De loketbeambte en de mevrouw naast hem moesten lachten om zijn onderneming. Hij reageerde: “Avec la foi on ne rit pas!” De beambte herstelde zich snel en zei dat hij hem niet uitlachte. Hij nodigde Harold zelfs uit om iets te gaan drinken in ‘une cave’ in de open lucht even verderop tot hij klaar was met werken. Hij stelde voor om daar een beetje viool te spelen, schreef een briefje voor de gastvrouw en beloofde om hem een kwartier later te komen vergezellen. Zo gezegd, zo gedaan... Een half uur toverde Harold mooie muziekjes uit z’n instrument en hij kreeg een koude schotel en een heerlijke, frisse witte wijn in ruil. Toen de postman aankwam, was er al volop ambiance. De mensen van het aanpalende marktje applaudisseerden en zongen mee. Hij telde drie euro in z’n vioolkist. De loketbeambte èn de vrouw van de wijnkelder waren erg onder de indruk omdat hij de liedjes kon spelen waar men om verzocht.

    Om 13.50 u. stond hij weer klaar om de gloeiende hitte te trotseren. Even verder herkende hij een plaats waar hij op de tocht naar Fatima z’n fiets gezet had op een moment dat hij het echt niet meer zag zitten. Ook nu was de tocht heel lastig en was er nergens schaduw. Het zweet droop van hem af.

    Er stopte een auto en een man vroeg of hij naar Compostela ging. Hij gaf onze stapper een fles water.

    Het volgende dorpje heette Parentis en Born (alweer een doodsaai recht stuk), een ideale rustplaats om een koffie te drinken. Harold las dat er een mis was om 18.30 u. Dat was nog één uur. De man aan de bar zei dat er waarschijnlijk geen viering zou zijn aangezien hij de pastoor had zien vertrekken. Hij stelde voor om het aan de kloosterzusters te vragen die even verderop woonden. Ze beaamden het en vertelden dat er wèl een mis was in een dorp op 9 km daarvandaan. Hij was daar al te laat voor. Ze wilden hem met de auto heen- en terugbrengen.

    Dàt was vriendelijk! Hij overwoog even om in het dorp te overnachten en op het zusterlijk aanbod in te gaan, maar het hotel was volgeboekt. Op zijn vraag of er de volgende morgen ook misgelegenheid was, antwoordden ze dat er één was om 9.30 u. in Gastes. Dat lag 5 à 6 km verder op zijn route. Harold besloot om door te stappen.

    Onderweg ontmoette hij een oude man die heel Spanje doorkruist had met de fiets. Hij was echt zwartgebrand en kloeg dat het in Spanje niet te doen was van de hitte: 42 tot 44 °C in Sevilla. Dat was ruim 10 graden meer dan vandaag in Frankrijk!

    Even verder zag hij dat het dorp toch vier kilometer afweek van z’n route. Hij had het kunnen denken. Die 7 km die hij vanmorgen inhaalde, kreeg hij nu ruimschoots op z’n dak. Heen en terug naar Gastes kostte hem 8 kilometer! Toch liep hij door langs de – voor de verandering –  lange, saaie baan.

    Hij bad de glorierijke mysteries en overwoog ‘het vertrouwen op de allerheiligste Maagd’. Toen hij weer enkele braambessen vond, voelde hij opeens een zekerheid dat alles voor vanavond wel zou goedkomen en dat hij zeker onderdak en eten zou krijgen.

    Aan een voorbijgangster vroeg hij naar een chambre d’hôte. Ze wees naar een rond punt waar er meer info stond op een bord. Twee gasten op de fiets vroegen of hij op weg was naar de chambre d’hôte. Ze raadden hem af om daar te overnachten omdat het heel chic was en ze minstens 60 euro per nacht vroegen. Er was wel een gîte, wisten ze. Toen hij daar binnenkwam, veerde er een mevrouw recht die kortaf zei dat dit geen gîte meer was en dat ze het gebouw gewoon verhuurden. Harold vroeg of ze dat niet eerder konden meedelen op het bord aan het rond punt. De vrouw antwoordde dat dat zijn probleem maar was... Wablief!? Acht kilometer omweg voor niets? Dat kon toch niet... Hij bedwong zijn boosheid en besloot toen maar in het kerkportaal te overnachten. Er was een hekkentje waar je gemakkelijk over kon klimmen en de nacht beloofde toch warm te worden. In een bar op een boogscheut daarvandaan zag hij een mevrouw zitten met een baby van een maand of twee. Harold begon vertederd een gesprek en zei fier dat hij op 1 december ook weer papa zou worden van zo’n klein ukje. Hij vertelde een beetje over z’n tocht en ook waar hij zou slapen. Even later zei de vrouw – die de eigenares van het pand bleek te zijn – dat hij toch niet buiten moest overnachten. Ze bood haar caravan achter haar bar als meer comfortabel onderkomen aan. Wat een vriendelijkheid! Bovendien kreeg hij, toen hij een sandwich met américain bestelde, een bord met frieten, een half stokbrood en 5 minihamburgertjes voor z’n neus gezet. Hij moest niets betalen! Ze was onder de indruk van zijn grote omweg om toch maar een eucharistieviering te kunnen meevolgen.

    Wat was hij blij dat hij rustig gebleven was toen zijn vertrouwen vandaag op de proef gesteld werd.

    Z’n armen zijn dik van de snoerende schouderriemen en van de warmte. Z’n rechterduim en -wijsvinger plakken toe van de kramp, maar dat gaat gelukkig telkens snel weer over. Harold is blij dat hij nog viool kan spelen. Z’n blaren zijn weg. Pijn heeft hij niet meer, maar wel een groot gevoel van vermoeidheid in de voeten.

    Compostela ligt nog 853 km van hem verwijderd. Hij moet die lastige Landes nog twee dagen trotseren tot Biaritz. Dan lokt Spanje hem toe. Dit was de lastigste dag tot nu toe wat de warmte betreft... Harold zegt dat hij er echt potsierlijk uitziet als hij in z’n ondergoed staat. Z’n kousen en T-shirt staan fel wit afgetekend op z’n bruingebrande huid.

    De hele dag raasden de auto’s weer aan hem voorbij. Hij was genoodzaakt om met z’n ene voet op het gras en z’n andere op de baan te lopen. Het was gevaarlijk stappen. Door deze houding begon z’n heup weer pijn te doen. Het viel hem op dat vooral oudere mensen in mercedessen absoluut geen plaats wilden maken voor hem. Velen deden teken dat hij aan de kant moest. Hij was wel dankbaar dat er op sommige stukken nieuwe rechte fietspaden aangelegd waren door het bos. Daar was het rustiger, alhoewel... Het gezelschap van die rotdazen kon hij eigenlijk missen als kiespijn. De schaduw was dan weer een welgekomen bondgenoot.

    Af en toe had hij zin om eens te stoppen met bidden en gewoon te genieten van de natuur. Het is heel raar, maar toen viel zijn tred bijna stil. Het paternosteren helpt hem blijkbaar ook vooruit omdat het ritme een soort mantra vormt die past bij het ritme van zijn passen. Is dit een vorm van trance? Jean-Marie beweerde van wel... In elk geval is dit de drijfveer waardoor hij het lange stappen kan volhouden.

    Moe, maar voldaan kijkt m’n schat op de voorbije dag terug. Hij is tevreden over het aantal kilometers (weer een kleine 50) én vooral dankbaar voor alle goedheid die hem weer gegeven werd. ’t Is toch wonderbaar hoe een mens geleid wordt als hij alles durft los te laten!

    20-07-2008 om 09:15 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (26 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 22: VAN GASTES TOT VIELLE SAINT-GIRONS

    DAG 22: VAN GASTES TOT VIELLE SAINT-GIRONS

     

    gisteren: Bij de vrouw van de caravan speelde Harold nog wat viool en keken ze samen naar het blog. (Het is gek dat iedereen het verhaal kan vervolgen en dat de hoofdrolspeler zelf het nog nooit kon lezen!) Daarna kreeg hij nog een halve liter flutjesbier bij het schrijven van z’n dagboek en na een verfrissende douche legde hij zich te rusten. Hij draaide en keerde van de jeuk (verbrand) en sliep half in vanaf vier uur. Om zes uur heeft hij zich eens van kant verlegd, om 7.00 u vond hij het nog te vroeg om op te staan en na nog een hazetukje tot 8.30 u. forceerde hij zichzelf om op te staan.

    vandaag: De resevespullen in z’n rugzak die Bertrand hem meegegeven had, dienden als ontbijt: half gesmolten chocola en peperkoek. Om negen uur woonde hij de mis bij. Het evangelie verstond hij half, maar toen kreeg de pastoor hem en zijn bagage ineens in het oog en ging de preek verder over ‘les pèlerins’. We zijn allemaal pelgrims op weg met God en God gaat op weg met ieder van ons. De priester gaf de raad om veel te vertrouwen op de Voorzienigheid en dikwijls te bidden tot de Heilige Geest. Dat deed Harold dan ook de rest van de dag...

    De eerste etappe ging naar Mimizan. Daar kwam hij na 18 km stappen rond even over twee aan. Onderweg had hij een tiental minuten gestopt om braambressen te smullen.

    Z’n gps stuurde hem een piepklein aardeweggetje tussen de huizen in, waar hij met moeite met z’n viool kon passeren. Een kleine driehonderd meter liep hij daarlangs. Toen hij twee gele pruimen op de grond zag liggen, keek hij omhoog en zag een quasi lege boom. Even verder lagen er nog een kleine twintig grote, gele mirabellen op de grond. En of het smaakte!

    Een tijdje later kwam hij een pruimelaar tegen met kleine rode pruimpjes. Hij kreeg de indruk dat hij noodgedwongen op fruitdieet gezet werd vandaag, maar dat vond hij helemaal niet erg. In een café dronk hij een koffie met veel suiker om wat variatie in z’n dagmenu te krijgen.

    De dag startte bewolkt, maar ging over naar snikheet.

    In Bias verorberde hij zes rijstkoeken van Bertrand. (ik sta versteld als ik hoor wat hij allemaal met smaak binnenwerkt, wat hij thuis op geen honderd jaar zou willen eten!)

    Om halfzes hield hij even halt om van kousen te wisselen en hij zei aan Maria: “ ‘k Begin nu toch wel wat honger te krijgen. Zal ik mijn reservevoorraad peperkoek moeten aanspreken of krijg ik nog iets anders?” Toen liep hij bijna tegen een overhangende tak met één appel aan. Die was weliswaar nog wat aan de zure kant, maar Harold eet ze het liefst zo. Hij bedankte onze hemelmoeder voor deze lekkernij en vervolgde z’n tocht.

    Ook vandaag ontmoette hij een clochard per fiets die net uit Spanje kwam en kloeg dat het daar niet te doen was van de hitte. Dat belooft! Als alles volgens plan blijft verlopen, zou hij overmorgen tegen de middag in Biaritz moeten zijn.

    Het laatste uur zette de bewolking opnieuw op en Harold hoopte dat het niet zou regenen, want hij vond tot 22.00 u. nog geen plaats om de nacht door te brengen en vreesde buiten te moeten slapen. In Vielle Saint-Girons vond hij geen chambre d’hôte of zoiets, dus heeft hij zich om 22.35 u. genesteld in een kerkportaal. Hij passeerde een dronken man die z’n roes uitsliep in een slaapzak op het trottoir en 100 meter van hem verwijderd ligt een man met pak en zak onder een afdak. Harold vond dat hij nergens beter kon liggen dan in het huis van God en hij zei: “Onze Lieve Heer, ‘k zal me bij jou leggen, hoor!” Da’s nu echt eens een abri zoals vroeger: een nis van niet veel meer dan een meter breed, de rugzak dient als hoofdkussen en hij mag niet te veel wriemelen of hij ligt van de trap. Gelukkig is het vanavond – ondanks de bewolking – niet koud. Als het recht naar beneden regent, blijft hij droog. Als het schuin neervalt, deelt hij in de brokken... Hij zal zich nu te goed doen aan de gekregen pilchars en dan proberen in dromenland te geraken. Als de insecten moeilijk beginnen doen,  kan hij nog altijd de antimuggendoekjes uittesten die hij vanmorgen kreeg... Slaapwel en God zegene je!

    20-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (19 Stemmen)
    18-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 20: VAN SAINT VINCENT DE PAUL TOT ARGENTIERES

    DAG 20: VAN ST.-VINCENT DE PAUL

    TOT LES ARGENTIERES

     

    Gisteren: Harold heeft al z’n kleren nog eens gewassen en aan een droogrek gehangen. Daarna masseerde hij z’n voeten met de zalf van de Duitsers. Het inslapen begon goed, maar na de eerste slaap schrok hij weer wakker om vervolgens tot 02.00 u. heen en weer te woelen. Toen kon hij – badend in het zweet – toch nog boompjes zagen tot 07.00 u. ’s Morgens was het bed drijfnat.

    Vandaag: Het ontbijt verliep gezellig onder een gemoedelijk babbeltje met de eigenaar. Om 9.00 u. was hij weer paraat om de hitte te trotseren. Het was vandaag tussen 28 en 30°C. De passage door Bordeaux deed hem veel tijd verliezen: schuin oplopende voetpaden die pijn aan de voeten veroorzaakten, verkeerslichten, drukte, ... Hij had de kans om twee mooie kerken binnen te lopen die toegewijd waren aan Nôtre Dame de Lourdes met een heuse grot binnenin. Hij brandde een kaars voor oma die vandaag jarig is.

    De weg die hij nu stapt, ligt 20 km van de camino verwijderd. De pelgrimsweg is veel rustiger en mooier, maar door de vele kronkelingen is ze een heel stuk langer. Harold koos voor de kortste weg uit tijdsnood. Kilometers aan een stuk sjokte hij over voetpaden langs een ontzettend drukke verkeersader. De auto’s raasden voorbij langs alle kanten. Is de Landes al een vervelende streek om met de auto door te komen, te voet is hij dat zeker... Dit gebied is een echte moraalbreker, weet Harold nog van z’n fietsbedevaart naar Fatima enkele jaren geleden.

    In een café waar hij z’n drinkzak vulde, speelde hij viool en kreeg een koffie cadeau.

    De hele dag al liep het zweet van hem af. Doodmoe en zonder gevoel in z’n voeten, verlangde hij zo naar een rustplaats, maar alles was potdicht... zelfs het enige hotel van het dorpje waar hij slaping zocht, was om 20.15 u. gesloten. Wat was dat hier toch?

    Nu ja... na die wondermooie voorbije dagen, voelde hij aan dat het tij gauw zou keren. Schone liedjes duren immers niet lang... Toen deze zegswijze net uit z’n mond kwam, zei hij dat hij terug zou bellen, want hij zag een man aan wie hij onderdak zou vragen...

    Na een kwartier was hij daar terug. ’t Was een scheet in een netzak, zoals ze zeggen. De man had hem meegevraagd naar binnen en wou een koffie inschenken. Het zwarte goedje spetterde meer naast het kopje dan erin. Toen lalde le français: “Ah, je suis pas un patron. Je vais téléphoner un patron!” en hij waggelde weg naar z’n vrachtwagen om een nummer te zoeken. Toen hij terugstrompelde, deelde hij mee: “Il va venir, mais il est faché...” Tja, die sukkel had duidelijk veel te diep in het glas gekeken. Harold maakte zich maar snel uit de voeten. Dit was alweer een kwartier tijdverlies en nu had hij nog geen plaats om de nacht door te komen.

    Het was al 21.45 u., de zon was nog altijd van de partij en het was zeker nog 18 à 19°C. De wakte begon in te slaan en de kevers vergezelden hem opnieuw. Het dorpje Marcheprime lag nu achter hem en hij kon niet anders dan verderstappen naar Facture (nog 8,5 km!) omdat je hier absoluut niet buiten kan slapen. Druk autoverkeer (hij loopt over de N250), naast de rijbanen een strook van een viertal meter met gras en daarachter uitgestrekte bossen. Het gras is nat en het bos is niet veilig.

    Hij is nu ongeveer vier dagmarsen van Spanje verwijderd en 846 km van ons.

    Vanavond heeft hij wel weer 2 cent op de grond gevonden, zeker. Niet dat het veel is, maar toch...

    Behalve voor de algemene intenties, heeft hij speciaal voor drie mensen in nood gebeden en voor de ongelovigen.

    Om 22.25 u. (nu dus) krijg ik een telefoontje van een opgeluchte echtgenoot. Hij bevindt zich in een huis in Les Argentières (vind ik niet op de kaart, moet tussen Marcheprime en Facture liggen) waar ze hem op dit moment kip met tomaten opdienen. Hij had gebabbel gehoord achter een haag en geroepen. Even later waren de vriendelijke mensen direct akkoord om hem in de veranda te laten slapen. Merci, Notre Père!

    Leuze van de dag: “Leve het bos!”

    Balans: kop 50 km gestapt, nog 27 km achter op schema. Alles O.K., maar supervermoeide voeten...

     

     

    18-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (19 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 19: VAN CHANTILLAC TOT SAINT-VINCENT DE PAUL
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    DAG 19: VAN CHANTILLAC TOT

    SAINT-VINCENT DE PAUL

     

    gisteren: De avond was fantastisch! Harold voelde zich zo dankbaar en vreugdevol dat hij om 00.45 u. alles nog in z’n dagboek wou neerpennen. Het gaf een raar gevoel dat hij nu alle dingen uit de omgeving terugzag die hij al eerder waargenomen had met de fiets op z’n bedevaart naar Fatima.

    vandaag: Slecht geslapen: eerst geambeteerd door een mug en een vlieg, daarna door het gesnurk van Jean-Marie (nu weet je ook eens hoe het voelt om in de buurt van een snurker te liggen, Harold!). Het was ook veel te warm in de slaapzak. Hij genoot van een degelijk ontbijt, kreeg nog een paar kousen cadeau van z’n ‘broere’ èn 50 euro om deze avond te overnachten en vertrok dan om negen uur. Oeps! Wat woog die rugzak ineens weer zwaar!

    De dag begon bewolkt, maar veranderde snel in snikheet. Hij liep door een voorloper van de Landes, dus zag je overal varens en dennenbomen... en rare beesten! Van de vele dode slangen die hij zag, heeft hij er één gefotografeerd van meer dan 70 cm lang. Hij ontdekte menig slangenspoor in het zand en een rare dode kever met voelsprieten van zeker 12 cm lang!

    Omdat het heel goed ging om te stappen, heeft Harold niet veel gestopt.

    Het middagmaal smaakte ontzettend goed: Jean-Marie en Mieke hadden hem namelijk nog maar eens verwend met een heerlijke picknick.

    Om 16.30 u. had hij al 30 km gestapt. Na het drinken van een koffietje, smeerde hij zijn billen overvloedig in met zonnecrème, want zuster zon had hem opnieuw een allergische reactie cadeau gedaan.

    Hij wandelde over de Dordogne over een grote ijzeren brug van wel 400 à 500 m (pont de Cubzac les ponts of zo...).

    Ondanks het voortdurende stijgen en dalen in de hitte, was de moraal zeer goed. Wel vervelend waren de kiezeltjes uit de tarmac die aan z’n schoenen bleven kleven. Bovendien kreeg hij door het zware vermoeidheidsgevoel amper z’n voeten omhoog.

    Zonder gps zou hij die zalige weggetjes door de bossen nooit gevonden hebben. Op de RN10 vroeg hij aan een politieman of de autoweg weer zou veranderen in een autosnelweg, want dat stond altijd slecht of niet aangeduid. De man zei dat dit inderdaad zo was, maar hij gaf toestemming om op de pechstrook te lopen, helemaal tegen de kant. Na een tijdje ontwaarde hij een klein baantje dat parallel liep. Hij kroop over de vangrail en volgde het weggetje ongeveer 600 meter. Toen moest hij weer de Route nationale op. Zo ging dat een tijdje op dezelfde manier. Hij was zeer vermoeid toen de RN de laatste vier kilometer veranderde in autosnelweg en daarna overliep in de oude N10. Z’n watervoorraad zat er weer door. Gelukkig kwam hij net een dorpje binnen.

    Onze bedevaarder heeft al gebruik moeten maken van een veiligheidsspeld om z’n losgeschoten petje te repareren. Hij ziet er nu voorzeker nog schattiger uit!

    Tegen de avond (net toen hij het vijfde tientje bad met als vrucht ‘het vertrouwen op de allerheiligste Maagd') sprong hij over de ballustrade en wat zag hij? Een pruimenboom met dikke reine claudes! Hij plukte twee handenvol. Ze waren nog zuur, maar smaakten niettemin overheerlijk.

    Het bidden van de rozenkrans geeft hem ongelofelijk veel kracht. Bewust stelt hij zich ieder tientje levendig voor en overweegt de woorden tot hij het tafereel bijna vóór zich ziet. De aanwezigheid van Jezus en Maria worden dan haast voelbaar.

    Herhaaldelijk vertelt Harold dat hij ècht voelt dat zoveel mensen voor hem bidden en hij verzekert iedereen dat hij ook met hen bezig is, óók met de mensen die hij niet persoonlijk kent, maar die zich toch op de één of andere manier verbonden weten.

    In Saint-Vincent de Paul is er een mooi kerkje. Dit dorpje doet Harold wel iets, omdat hij en ik meer dan twintig jaar geleden elkaar leerden kennen in Rue du Bac in Parijs, waar deze heilige opgebaard ligt. De heilige Vincentius bekommerde zich om arme weeskinderen en daar heeft mijn echtgenoot ook een boontje voor: de jeugd die langs de straten doolt zonder echte thuis of zonder doel... Vincent doet hem ook denken aan de Hongaarse priester Istvan Regöczi waar mijn echtgenoot enorm naar opkijkt.

    Harold is nu 17,5 km van Bordeaux verwijderd en heeft een kleine vijftig kilometer in de benen. Morgen stapt hij de twintigste dag, de helft van het aantal dagen dat hij in het totaal wil stappen.

    18-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (16 Stemmen)
    17-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 18: VAN TRIAC TOT IET OVER CHANTILLAC
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    DAG 18: VAN TRIAC TOT IETS OVER CHANTILLAC

     

    Gisteren: Na dé verrassing van de eeuw heeft ons verwend nest zijn slaapplaats opgezocht rond 01.45 u. Hij was sneller in dromenland dan anders, maar ontwaakte al om 5.30 u. Toch bleef hij liggen tot z’n wekker hem wakkerpiepte om 7.00 u. Na een uitgebreid ontbijt werd hij prinselijk teruggevoerd naar zijn plaats van aankomst gisteren.

    Vandaag: Vanaf 8.45 u. droegen zijn voeten hem over berg en dal langs kleine weggetjes tussen prachtige wijnvelden. Het stappen voelde lichter aan met zoveel minder bagage (wat hij die dag niet nodig had, liet hij in de mobilhome), al stapte hij niet sneller dan gewoonlijk. Door de brandende zon baadde hij in een oogwenk in het zweet.

    In het kleine dorpje Mairie de Saint-Preuil vroeg hij een ‘tampon pour mon carnet’ (stempel voor in z’n geloofsboekje). De vrouw keek hem sceptisch aan en kende dit gebruik niet. Hij legde met handen en voeten (letterlijk: door zijn schoenen uit te trekken en zijn voeten te tonen!) uit wat zijn opzet was, waarop ze nog argwanender keek. Ten slotte kreeg hij toch twee handdoeken om z’n voeten te wassen in grote lavabo’s in een schooltje. Ze snapte niet dat hij geen geld had als hij leraar viool was. Uiteindelijk begon haar euro te vallen en geleidelijk aan ontdooide ze. Ze had een stempel gezet en vroeg even later z’n geloofsboekje terug. Toen pende ze neer: “Le Bon Dieu m’a donné la chance aujourd’hui de rencontrer une personne très motivée et très gentille. Muriel Nouveau”. De gelukkige pelgrim mocht zelfs snel een bericht op het blog zetten met haar computer en toen ze plotseling heel geïnteresseerd naar z’n paternoster aan zijn rugzak keek, vroeg ze of hij voor haar wou bidden. Op de koop toe gaf ze hem nog drie dozen koeken mee voor onderweg. Wat kan een mens z’n stemming toch heel snel omslaan... of zijn Harolds charmes daar weer aan het werk geweest? Wat er ook van zij... ze mag op een gebed voor zijn weldoenster rekenen.

    Met de voeten was het – dankzij de nieuwe lading Compeed die Mieke en Jean-Marie cadeau deden – niet slechter gesteld dan anders.

    Even na de middag stuurde Harold een SMS naar zijn vrienden om te melden dat hij om 13.45 u. in het gehucht Madeleine zou arriveren. Ze kwamen op hetzelfde ogenblik aan en daar kreeg onze held alweer een heerlijke maaltijd voorgeschoteld: brood met gevarieerd beleg, koffie en meloen. Wat een zaligheid om in een goeie zetel te kunnen eten!

    Van 14.55 u. tot 21.00 u. is hij toen doorgestapt in de blakende zon bij 35 °C onder het drinken van bijna 6 liter water. Hij is wel één keer gestopt om van kousen te wisselen en een koffie te drinken. Het was een lastige trot, vooral het dalen. Hij steeg aan een goeie 5 km per uur, maar daalde aan 3 à 4 km per uur. De hele dag had hij alle intenties voor ogen met in het bijzonder enkele heel zware die in de loop van de voorbije dagen aangevraagd werden.

    Hij pufte door tot na negen uur en geraakte na 47 km tot iets over Chantillac. De laatste loodjes wogen echt zwaar. Hij beloonde zichzelf op het einde met een kopje troost en wat vond hij daar weer recht voor z’n neus? Pruimen!!!! Heerlijke, kleine blauwe, niet-verdroogde pruimen! Hij nam er 10 mee om als dessert met z’n twee vrienden op te peuzelen.

    Onze twee Poperingse weldoeners kwamen hem weer trouw oppikken en brachten hem naar hun staanplaats in Chevancaux waar ze alles klaargezet hadden voor een koninklijke visbarbecue. Naast speciale vissoorten en kreeftjes, mochten de Coquilles Saint-Jacques natuurlijk niet ontbreken, vond zijn ‘broere’.

    Aan de telefoon vertelde Jean-Marie me dat z’n buikje er zeker niet op verminderd is en Mieke vertrouwde me toe dat hij toch zoveel spieren had bijgekregen. Tja, na al die Bourgondische malen van de laatste twee dagen, zou het een mirakel moeten heten indien het anders was... Gelukkig dat dit maar enkele dagen duurt, want anders zou je het nog moeilijk een bedevaart kunnen noemen!

    Harolds hele rug stond in uitslag, maar dat wilde hij snel vergeten toen hij z’n goeie vriend met een Ricard zag afkomen.

    Een heel belangrijk feit vandaag was het zien van een steen waarop stond dat het nog precies 1000 km is naar Compostela. Psychologisch is dit van ontzettend grote waarde: elke stap die hij zet is een voelbare stap dichter bij z’n doel. Nu is het aftellen geblazen...

     

     

    17-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (22 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 17: VAN COURCOME TOT TRIAC

    DAG 17: VAN COURCOME TOT TRIAC

     

    Gisteren: Hoe dankbaar mag een mens toch zijn met zulk een goede gastheren! De hele avond hebben ze gezellig gebabbeld bij een wijntje. De gastvrouw had ondertussen z’n hele was gedaan. Voor al die goedheid had hij slechts 20 euro moeten betalen, àlles van avond tot morgen inbegrepen. Om halfeen zocht hij z’n bed op, moe en voldaan...

    Vandaag: Wat een zaligheid om te mogen genieten van vers gewassen goed! Je voeten voelen als herboren in nieuwe kousen! Goedgemutst zwaaide hij de lieve mensen uit, nadat hij om 8.00 u. van een uitgebreid ontbijt met croissants genoten had. De zonnebrand kon hem niet deren. De vogels floten wondermooi en hij had twee nieuwe stukken mousse cadeau gekregen voor onder de schouderriemen van zijn rugzak. Wat kon het leven toch heerlijk zijn! Hij had het gevoel dat deze dag niet meer stuk kon!

    Na drie kwartier stappen stopte een jonge gast met zijn auto bij Harold. Hij wilde hem een lift geven, maar onze pelgrim bedankte vriendelijk. Vijf kilometer verder kwam hij in een dorpje aan en wie stond hem daar op te wachten? Juist! Die kerel... hij stond erop om hem met een koffietje te trakteren en vroeg in gebroken Duits: “Wollen sie essen mit mir?” Hij deed teken dat Harold vijf minuutjes moest wachten en betaalde hem een korte internetbeurt in een cafeetje. Daar maakte onze bedevaarder dankbaar gebruik van om een korte reactie op het blog te zetten. Even later was de Duitse weldoener – Bertrand was zijn naam – terug met twee broden, twee pakken chocola, bananen, tomaten, vier dozen pilchars, rijstkoeken en peperkoek. Het kon nét in zijn rugzak. Hij uitte zijn respect voor Harold nadat hij hem een aantal minuten ondervraagd had. Zelf had hij een ongelofelijke band met Jezus en Maria, vertelde hij. Toen hij de viool bemerkte, riep hij: “Meine Mutti spielt auch Geige!” Hij ging zijn moeder halen en Harold speelde ‘Fascination’ voor haar... en óf ze gefascineerd was! Hij vroeg of zij toevallig geen hars had om zijn strijkstok mee in te smeren, maar dat lag thuis, vijf kilometer verderop... Hij mocht komen eten, stelde ze voor, maar het was te ver om en hij kon niet veel tijd meer verliezen... Ten slotte vertelde Bertrand nog een anekdote die hij onlangs meegemaakt had. Twintig jaar geleden had hij met een bevriend priester een kapelletje gebouwd en er een mooi Mariabeeld in geplaatst. Dat werd echter gestolen. Hetzelfde gebeurde met een tweede beeld. Na deze jammerlijke feiten liet hij een derde beeld maken in heel zwaar materiaal. Dat werd ook geroofd. Toen was hij het beu en plaatste een plaasteren beeldje. Het staat er nog omdat niemand dit blijkbaar wil. Een tijd geleden zag een vriend die jager is iets in het veld liggen. Hij herkende het als het derde gestolen beeldje en bracht het bij Bertrand terug. Die was dolgelukkig na twintig (!) jaar zijn kostbaar kleinood weer in z’n bezit te hebben. Het kreeg nu een plaatsje op zijn schoorsteenmantel in huis.

    In een wc in het dorpje Ruffec las hij in een foldertje dat hij zich nu op de ‘route de Compostelle’ bevond. In de Chemin de St.-Jacques kreeg hij opnieuw een gratis koffie in restaurant ‘Compostelle’.

    Het was weer aangenamer stappen nu hij om de vijf à zes kilometer een dorpje tegenkwam. Het voelde een beetje aan zoals in het begin.

    Z’n voeten zijn beter dan de vorige dagen, vooral omdat hij ze deftig kon wassen en verse kousen aanhad.

    Na een korte pauze om te eten, sjokte Harold verder onder de zon die echt van katoen gaf. Hij bad net de droevige mysteries. Dat was afzien! Hij zei tot Jezus dat hij best mee wilde lijden met Hem, maar dat een beetje schaduw toch welkom zou zijn na dit rozenhoedje. Toen hij het laatste ‘Glorie zij de Vader...’ uitgesproken had, stond er voor z’n neus... één boom! Dat was genieten, zeg!

    Acht kilometer vóór Rouillac, hield de vermoeide wandelaar halt in een bar die door Engelsen uitgebaat werd. Hij speelde viool en kreeg een gratis koffie. Verder mocht hij fris water bijtanken uit het kraantje achter de bar. Dank u, God, voor zoveel vriendelijkheid!

    En toen gebeurde iets wonderlijks! Net vóór Rouillac reed een mobilhome met Belgische nummerplaat Harold voorbij. “O, Belgen!” dacht Harold en hij begon te zwaaien. Het gevaarte stopte midden op de weg en het raampje werd opengedraaid. Met een kreet van verrassing sloeg de geschrokken stapper bijna achterover. “Mieke, Jean-Marie! Wat doen jullie hier?!?” De Poperingse kapper-muzikant en zijn charmante vrouwtje legden hun motor stil en vlogen het voertuig uit. “We hebben je eindelijk – na uren zoeken – gevonden!” riepen ze met een gelukzalige glimlach. Even tevoren had de pelgrim net de ‘Glorierijke mysteries’ ingezet... als dat geen glorievolle genade was!!! Ze pakten zijn bagage over en spraken af om hem later op te pikken waar hij gekomen zou zijn. Hij moest een SMS versturen.

    Je moet geen Redbull gedronken hebben, om vleugels te krijgen! Hij had het gevoel verder te zweven door de prachtige natuur, door het bos, langs pruimenbomen mèt mirabellen die later een lekker dessert waren, ondanks het feit dat mensen hem verzekerd hadden dat het zo een slecht pruimenjaar was en dat de hele oogst mislukt was...

    Dit kon toch geen toeval zijn! Hij had de hele dag langs kleine aardeweggetjes gestapt waar geen auto’s kunnen komen. Hij wandelde net twee kilometer op de gewone weg en daar stond de familie Inion-Vandermarliere voor z’n neus. Hij vertrouwde me toe dat hij zich waarschijnlijk in z’n hele leven nog nooit zo gelukkig gevoeld had als op dat moment. Hij heeft luidkeels naar boven geroepen: “Bedankt!!!”

    De hele dag heeft Harold de paternoster en het kroontje van de barmhartigheid gebeden voor ons gezin en onze familie en àlle gezinnen en families in nood.

    We sloten ons telefoongesprek af met een gelukzalig gevoel om al deze genaden. Harold zou nu nog 3,5 km doorstappen met aan de ene kant een hele grote maan en aan de andere de zon. Het was een prachtig gezicht tussen de wijngaarden en de zonnebloemen.

    Hij zal nogal opkijken als hij bij z’n ‘broere’ (= Jean-Marie) komt! Die heeft mij toevertrouwd dat ze een uitgebreide barbecue aan het voorbereiden waren om de pelgrim eens lekker te verwennen. Ze hadden ook massagezalf gekocht onderweg en zouden hem eens deftig in de watten leggen. Wat een voorrecht is het toch om zulke vrienden te hebben!

     

     

     

     

     

     

     

    17-07-2008 om 00:00 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (18 Stemmen)
    16-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.DAG 18: VAN TRIAC TOT CHANTILLAC

    DAG 18: VAN TRIAC TOT CHANTILLAC

     

    Papa heeft weer een superdag gehad vandaag! Hij heeft 47 kilometer gestapt door berg en dal. Het was een snikhete dag vandaag, maar hij heeft het zeer goed gesteld. Vanavond zullen Jean-Marie en Mieke weer rijden naar de plaats waar hij stopt vandaag, en dan mag hij weer blijven slapen in hun mobile home, en lekker eten zodat hij weer op krachten kan komen voor morgen.

    Z’n rugzak is nu ook een heel stuk lichter, omdat hij z’n overtollige ballast meegegeven heeft met Jean-Marie en Mieke. Zijn het toch schatten :)

    Hopelijk stelt hij het morgen ook zo goed. :)

     

    Morgen zal mama vandaag en gisteren in een uitgebreider verslag op de blog zetten.

    16-07-2008 om 23:31 geschreven door nele  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (14 Stemmen)


    Archief per week
  • 17/11-23/11 2008
  • 04/08-10/08 2008
  • 28/07-03/08 2008
  • 21/07-27/07 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 07/07-13/07 2008
  • 30/06-06/07 2008
  • 23/06-29/06 2008

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !

    E-mail mij

    Druk oponderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs