Nog studerende aan de Academie Noord, ben ik dit project gestart, deels als aanloop tot mijn eindwerk, deels puur uit eigen interesse. Het is een verval op een andere manier, hier is iets nieuw begonnen, op de restanten, van wat reeds verdwenen is. Het is geen archeologisch onderzoek, noch een blik op het verleden, maar eerder een kijk, op wat er nu groeit, daar waar eens de geuniformeerde douaniers de wacht hielden.
Een maand nadat de herfst ons land betreden heeft, de ochtend iets warmer is dan normaal. Wolken laag hangen en het nog steeds donker is, raast een wagen richting grens. Als het weinige licht dat er is, blauw begint te kleuren, stopt de wagen. Haastig stappen twee mannen uit en stellen een camera op, om dan even later hun reis te voet verder te zetten.
Gedurende twee en een half jaar, wandelen we via de mooiste wandelpaden, waarvan u een uitgebreid reisverslag vind op www.belgischegrens-verhalen.blogspot.com , alwaar Bruno een volledig verhaal brengt over onze wandeling en vooral, over de grens.
Onderweg staan wij stil bij wat eens de grensposten waren. Als een stille getuige tracht ik er een beeld rond te brengen. Die eens zo drukke pleisterplaatsen, nu soms volledig verlaten, vallen nog eens onder de aandacht, onze aandacht.
Ons verhaal begint aan de grens tussen Braken en Wernhout.
Vijfentwintig jaar nadat het verdrag van shengen werd ondertekend en het einde van de Europese binnengrenzen ingeluid werd. Reizen Bruno en ik nogmaals langs de Belgische grenzen. Op zoek naar de grensposten van weleer, of tenminste wat ervan rest. Soms met een nostalgische blik, soms met een grenzeloze nieuwsgierigheid naar het nieuwe.