GASTRONOMIE & TOERISME Rendez-vous avec le Nord Gastronomie & Toerisme verschijnt vijf maal per jaar en is een realisatie van de vzw Horizon, Astridlaan 90 b1, 8620 Nieuwpoort en vzw Reizen & Smullen, Bassevillestraat 101, 8434 Westende, met als doel de horeca, het toerisme, vrije tijd, lifestyle en interieur in al hun vormen te promoten. De redactie bestaat uitsluitend uit vrijwilligers. Al deze reportages zijn wekelijks te beluisteren op de FM 106,1 Radio Beach, elke vrijdagvoormiddag even na 10 u.
VERSPREIDING
Het magazine wordt gratis selectief verspreid naar een bestand van levensgenieters, gastronomen, reislustigen, managers, zonnekloppers en natuurliefhebbers + gratis verdeling via VVV-kantoren aan de kust, Brugge, Gent, Veurne, Diksmuide, Noord-Frankrijk en Zeeuws-Vlaanderen en in een reeks geselecteerde winkels. Wie een persoonlijk abonnement op adres wenst kan dit mits overschrijving van 20 euro per jaar, over te maken op het PCR-nummer 000-0483943-10 met vermelding "Abonnement 2009".
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd of openbaar gemaakt (op gelijk welke manier) zonder schriftelijke toestemming van de uitgever. Publicitaire teksten blijven buiten verantwoordelijkheid van de uitgever.
Magazine Gastronomie & Toerisme
Gastro, Toerisme, Lifestyle, Interieur, Auto
28-09-2007
Smulparadijs in Frankrijk
Smakelijk Sarthe
De kippen van Loué
De Sarthe is een paradijs voor lekkerbekken. Om en rond Le Mans is het steevast likkebaarden van de meest verscheidene typische streekproducten. Gevolg: elk restaurant of eethuis dat zichzelf respecteert brengt dan ook graag een ode aan een waaier van succulente streekgerechten, schotels waarvan sommige al eeuwen lang hun smakelijkheid bewijzen.
De authentieke rillette Le Mans, tripes à la mode dAuthon, het kwalitatief hoogstaand rundvlees Charolais, succulente foie gras, heerlijke wijngaardslakken, een boudin de Domfront, de trappistenkazen van Entrammes, de kazen van Laval, de soepele Saint-Poulin, zoetigheden als de Petits Sablés, (zandkoekjes met diverse aromas)of een oersmakelijke kip van Loué, het zijn slechts een greep uit de tientallen specifieke streekproducten die de Sarthe rijk is. Voeg daarbij een heerlijke fles Chinon of Bourgueil, wijnen van de Vallée du Loir, en je gastronomisch streekfestijn kan nooit stuk.
GRAND HOTEL SOLESMES
Een van de absolute toppers aan de oevers van de Sarthe is de keuken van het Grand Hôtel de Solesmes aan de Place Dom Guéranger in Sablé-sur-Sarthe, met als buur de imposante Abdij Saint Pierre. De imposante kaart laat niets dan streekgerechten zien. Het was dan ook genieten van de Ganzenlever La Massière, de Kip van Loué, Lamskroontjes, aangevuld met een assortiment kazen en een Crème au Champagne met abrikozen en zandkoekjes van Sablé. Niet direct het goedkoopste restaurant, maar uitstekende verhouding prijs/kwaliteit. De bediening is discreet, hoffelijk en klasrijk. Chef Didier Serre laat niets aan het toeval over en weet telkens het beste naar voor te schuiven met keus uit het Marktmenu (2 gangen, 25 euro), Seizoensmenu (4 gangen, 40 euro), Degustatiemenu (6 gangen, 64 euro).
Een van de onbetwistbare ontdekkingen is de Kip van Loué. Sinds 1959 verwierf de kippenindustrie van het dorpje Loué wereldbekendheid in Frankrijk. Kippen, kalkoen, parelhoen, eenden, ganzen, poularde en onder andere parelhoenkapoen worden in de vrije natuur gekweekt. De smaak is verrukkelijk. Alle pluimvee gefokt in Loué krijgt het label Boerderij opgekleefd. Meer info: www.loue.fr
Naast het succulente gedeelte is het hotel zelf een openbaring. De familie Jaquet bouwde het 18de eeuwse klooster om tot een warme en gezellig 4-sterrenhotel met 32 kamers waar luxe en rust de grote troeven zijn. Een verademing. De familie bezit in Billiers (Morbihan, Bretagne) met het Domaine de Rochevilaine nog een tweede parel, beide lid van Châteaux & Hotels de France. Meer info: www.grandhotelsolesmes.com
LA PETITE AUBERGE
In Malicorne, epicentrum van de keramiek in Sarthe, ontvangt Dominique Bourneuf de lekkerbekken in La Petite Auberge, Place du Gueslin. Aan de oevers van de Sarthe is de patio aan de rivier bij zonnige gelegenheden en de knetterende haard in koudere dagen, de ideale plek om te genieten van de gastronomische keuken die de Chef op tafel schuift. Een schotel die je daar niet mag missen is de Salade de gigolette de lapereau confit, geconfijt konijn. Een delicatesse! Als hoofdschotel kijkt men als liefhebber van eend graag uit naar de Aiguilette de canard. Heerlijk. En ja, men kan er zelfs verse roggevleugels op het bord krijgen. Een adresje om op zak te hebben. Dat alles aan democratische prijzen. Menus vanaf 17 euro. Meer info:www.petite-auberge-malicorne.fr.
PARFUM DEPICES
Nog een leuk, doch ietwat exotisch adresje, is restaurant Parfum dEpices, op de route naar Laval, eind Sablé-sur-Sarthe. Hier pakken Hélène en Stéphane Chupin, in een origineel en kleurrijk kader, uit met reis rond de wereld aan tafel. Creoolse gerechten en schotels uit de Antillen zijn hier schering en inslag. Probeer er eens de Salsa van mangos en foie gras, een pure Creoolse schotel of de Volle au vent de Saint Jacques à la crême de girolles. Leuk en bijzonder smaakvol zijn de Kikkerbillen met romige looksaus. Onverbeterlijk! Als hoofdschotel mag je niet naast de Grande choucroute Océane kijken, vier vissoorten, gambas, langoustines, rivierkreeftjes en mosselen. Dat alles te vinden in de Menu 37 euro. De charmante bediening van gastvrouw Hélène maakt het geheel compleet.
AUBERGE DES ACACIAS
Trek in een diner of lunch, ver weg van alle drukte voor zover die er is in Sarthe in het piepkleine dorpje Dureil (tussen Parcé-sur-Sarthe en Malicorne) zorgen Gerard en Yvonne Chevallier voor fijne aromatische puur natuurschotels. De kruidentuin van Chef Gerard is een ontdekking. Binnenin is het tafelen bij het haardvuur, buiten kan men zich voor de zon beschermen onder twee reuzenbomen van ruim 70 jaar oud of gezellig plaats nemen in een van de twee prieeltjes. Zaliger genieten van deze culinaire schotels kan haast niet. Op het bord ontplooien zich de natuurlijke aromas van de streekproducten. De Salade met warme geitenkaas en vijgen is een aanrader. De Maigret de canard de la Massière, met zeven pepers laat je de smaak van de regio proeven. Een reeks Sarthois kazen en een heerlijke fles Bourgeuil vullen het geheel aan. Gastro-Menu vanaf 30 euro. Meer info: www.auberge-des-acacias.fr
LE FONTAINEBLEAU
Hartje Le Mans zit bol van de lekkere adresjes. Eéntje daarvan vindt men op de Place Saint Pierre, rechtover het stadhuis. In restaurant Le Fontainebleau zet Chef Laurent Mauboussin je de heerlijkheden van de regio voor, tegen een zacht prijsje. Het Menu Joséphine laat er alvast geen twijfel aan bestaan: dit is een heerlijke keuken, zonder franjes, maar met klasrijke producten op het bord. De Salade de crevettes au curry et pommes fruits als starter is fris en bijzonder smaakvol. De Huisgemaakte rundstartaar met sneetjes parmesankaas onderstreeptede frisheid van de keuken. Een onvervalste Brie de Meaux sluit het Menu Joséphine (18 euro) af.
CHATEAU DES ARCHES
Wie geen rivierboot als varend hotel heeft, en aan de wal toch wil genieten van absolute stilte en rust, vindt ruim zijn gading in Yvré-LEvêque, op een steenworp van het mondaine en aangename Le Mans, waar Michel en Chantal Metais je in hun knap gerestaureerde Château des Arches met alle egards ontvangen. De vijf mooie, comfortabele en bijzonder ruime kamers bevinden zich op de tweede verdieping en bieden een immens uitzicht op het 9 ha groot domein en aansluitend dierenpark. Gastvrouw Chantal staat in voor een keurig en overvloedig ontbijt. Er is geen restaurant, maar de vele eethuisjes in het naburige Le Mans liggen op een boogscheut van deze 18de eeuwse fraai uitgebouwde chambres dhôtes. Huisdieren kunnen er niet in. Meer info: www.chateaudesarches.org
Meer info over Sarthe en omgeving: www.vakantie.sarthe.com, site volledig in het Nederlands.
Een weekje zonder agenda, zonder gsm, zonder files, zonder aandringende klanten? Ja het kan. Op zoek naar rust, stilte en gelukzalig bezig zijn, dan ben je op je plaats op een van de zowat veertig vaartuigen van Anjou Navigation met zetel in Sablé-sur-Sarthe. Glijdend over de stille en met groen omgeven Sarthe een zijrivier van de Loire valt alle stress in het water.
Makkelijker kan haast niet en je keert als herboren terug.
Dit is de starter. Hiermee ga je vooruit en achteruit. Als je dit hendeltje omlaag duwt heb je drinkbaar water. Hier is de misthoorn en mocht die niet werken, dan is er nog de rode blaashoorn. Even proberen! En dit hier, ja dit zijn de ruitenwissers, maar die heb je zelden nodig, t is altijd mooi weer. Ah, nog iets, in de badkamer kan je douchen, maar druk nadien even op dit knopje en je pompt het water zo weg. Na gebruik van het toilet minstens zes keer pompen met de hendel op links, daarna nog eens minstens zes keer pompen met de hendel op rechts, om te spoelen. Mag ik ook vragen elke dag wat water af te laten door even dit hendeltje rechts te duwen. En vergeet niet elke dag vers drinkbaar water bij te tanken. Je kan dat gratis bij elke aanlegplaats en bij de sluizen. Gooi de trossen maar los, we gaan even een proefvaart maken. Je leert het in een wip.
Met deze korte, krachtige en vliegensvlugge opleiding die precies 2 min. 32 sec. duurde worden wij het roer van de Symphonie II, een twaalf meter lange gevaarte in handen gestopt door François Peiffer, doorgewinterd in het vak.
GROENE STILTE
Veel tijd om ons zenuwachtig te maken was er niet, want wat de komende dagen ons drijvend hotel zou zijn, was amper achteruit om zijn as gedraaid of daar daagde de eerste hindernis een wenkende sluis al op. Dat wordt effen mikken, zij mijn eerste luitenant, nadat hij eerder al met de misthoorn de sluiswachter van de ontbijttafel plukte.
We glijden muisstil de sluis binnen. De gapende sluisdeuren sloten zich spookachtig achter ons terwijl het water zienderogen steeg. Pas toen de sasdeuren zich aan de andere kant openden slaakten we een zucht van verlichting. Onze eerste missie was geslaagd, wat zigzaggen niet te na gesproken.
Het waterfeest kon niet beter starten. Elke andere sluis werd vlekkeloos genomen, tot grote tevredenheid van de sluismeesters, die je steeds met raad en daad bijstaan. Voor de rest was het puur genieten van de groene stilte. Achter elke bocht ontdekten we telkens een nieuwe verrassing. Kleine dorpjes, spitse kerktorens, af en toe een statig herenhuis of kasteeltje dat betere tijden gekend heeft, afgebakend door een hoge bomenrij die de rivier de juiste weg toonde. De groene rust werd alleen even gezellig gestoord door een eend, kwetterend op familiebezoek aan de overzijde van de rivier. Geluk, dat is varen op de Sarthe. Zo simpel is dat.
SOLESMES
Onderweg kan je waar dan ook waar aanlegplaatsen te vinden zijn, van boord stappen en de regio verkennen. Te voet of met de fiets. In Solesmes, op een uurtje varen van Sablé, mag je niet nalaten een bezoek te brengen aan de Abbaye Saint Pierre, sinds 1010 heersend aan de oevers van de Sarthe. De abdij is gekend voor zijn Gregoriaanse gezangen. Meer info: www.solesmes.com en abbaye@solesmes.com
Cultuurfanaten mogen niet nalaten even af te stappen in Parcé-sur-Sarthe. Dit kleine middeleeuwse dorpje is beslist een paar uurtjes waard. Kerkjes, kapelletjes, torens en molens uit de 8ste en 9de eeuw vullen de piepkleine straatjes.
MALICORNE
Niet te versmaden is een bezoek aan de Faïencerie dArt de Malicorne waar Stéphane Deschang nog volgens de traditie van de 18de eeuw elke dag de beste keramiek uit de oven tovert. Elk stuk wordt met de hand afgewerkt door een tiental medewerkers. Meer info: www.faiencerie-malicorne.com en fam.malicorne@wanadoo.fr
Wie er niet genoeg van krijgt kan ook nog eens de Malicorne Espace Faïence een bezoekje brengen. Hier ontdekt interactief en ludiek de geschiedenis van de keramiek, aansluitend 2.000 m² tentoonstelling. Ontdek hier de pottenbakken in u.
ASNIERES-SUR-VEGRE
Als er om en rond de Sarthe één dorpje is wat je niet links mag laten, is het Asnières-sur-Vègre. Het is zonder meer het mooiste uit de regio. Gedomineerd door een manoir uit de 13de eeuw laat het dorpje woningen uit de 15de en 17de eeuw bewonderen. Het parochiekerkje laat je schitterende frescos bewonderen. De imposante brug over de rivier doet de klok even eeuwen terugdraaien.
LE MANS
Eens de Symphonie II terug in de thuishaven geloodst kiezen we richting Le Mans, stad met de best bewaarde omwalling van het oude Romeinse Rijk, de stad met de unieke kathedraal Saint Julien, gebouwd tussen de 11de en 15de eeuw in diverse stijlen, van romaanse al over barok tot gotische. De kathedraal is op één na de grootste van Frankrijk en bezit zo goed als de mooiste middeleeuwse glasramen. En dan is er nog de oude stad Plantagenêt. Deze groepeert op een ruimte van 9 ha de mooiste huizen met vakwerk, bijzondere hotels, charmante straatjes en steegjes, geplaveid met Vlaamse kinderkopjes. Plantagenêt is dan ook al vaak het decor geweest voor filmopnames. Met zijn 200.000 inwoners is deze universiteitsstad zonder meer een city trip waard.
ANJOU NAVIGATION
Riviertoerisme groeit gestadig. Met een vloot van zowat 40 boten (van 2 tot 12 man) zorgt algemeen directeur François Peiffer al 25 jaar in het getouw ervoor dat het je aan niets ontbreekt. Men kan de boot huren vanaf 2 dagen (weekend) tot een week of langer. De 270 km bevaarbare rivier zorgen voor een diversiteit aan bezienswaardigheden, allemaal netjes te vinden in een fraaie brochure aan boord. Fietsen aan boord maken het gemakkelijk de streek te verkennen. Een vaarvergunning is niet nodig. En heus, varen is héél makkelijk, alleen bij het aanmeren is enige vaardigheid en vooral concentratie vereist. Voor de rest is het met volle teugen genieten. Traag maar zeker. De Sarthe is daarenboven bijzonder vlot te bevaren. Er zijn slechts enkele sluizen.
Het gamma vaartuigen van Anjou Navigation bestaat vooral uit de nieuwste boten van Nicols. Er wacht al een Nicols 800, goed voor 2 personen, tegen de prijs van 396 euro voor een weekend van twee dagen. Alle info: anjou-navigation@wanadoo.fr, www.anjou-navigation.com.
PRAKTISCH
Le Mans ligt op iets meer dan 500 km vanuit Brussel en is makkelijk te bereiken, via uitsluitend snelwegen.
De Sarthe is goed voor 86 bevaarbare rivieren, telt ruim 500.000 inwoners en bezit een onmetelijk cultureel erfgoed met 41 kastelen en architecturale gebouwen, twee abdijen en elf kerken met de kathedraal Saint Julien in Le Mans, vier archeologisch sites, 24 musea en onder andere elf karakterdorpjes.
Fijnproevers en lekkerbekken komen in de Corrèze meer dan aan hun trekken. De regio zit bol van de heerlijkheden, van ongeëvenaarde smaken en van meesterlijke ambachtelijke prodcten. Ganzenlever, truffel, diverse soorten paddestoelen (met de cèpes en girolle als toppers), varken (notenolie, paarse mosterd (moutarde violette), eendenlever, aardbeien, notenwijn, kazen, kastagnes en natuurlijk het onvergelijkbare Limousinvlees. Aan streekwijnen evenmin een gebrek met de Vin Paillé als uitschieter. Al deze producten en ingrediënten zijn rechtstreeks te bekomen bij de producteurs en op de vele wekelijke markten, die zowat elk dorpje rijk is. Meer info : www.marches-producteurs.com
VIN PAILLE
Lekkerbekken die de Corrèze kennen, weten het al lang : de Vin Paillé de la Corrèze of Le Miel des Muses, is een van de lokale wijnen die fel gesmaakt wordt bij foie gras, Rocamadourkazen en nagerechten met chocolade. Een licht zoete amberkleurig tot diepgouden kleur, met notensmaak, wat droge abrikozen en amandelen. Heerlijk en niet zo diep smakend als de gekende Sauternes.
Een van de grote specialisten van de Vin Paillé is Jean-Louis Roche in Domaine du Bas in Queyssac-les-Vignes, regio Beaulieu-sur-Dordogne, sinds generaties aan de top. Uit een weliswaar bescheiden wijngaard haalt Jean-Louis Roche prima producten, allen zoet wijnen, rood of wit, aperitief of bij de reeds eerder genoemde gerechten. De heerlijke flessen zijn straks ook te bekomen in ons land. Eind 20ste eeuw staken een twintigtal wijnbouwers de koppen bij mekaar en stichtten het Syndicaat Vin Paillé de Corrèze teneinde het karakter en eigenheid van deze originele en unieke wijnsoort te bewaren. Meer info : www.domainedubasqueyssac.com. Het domein is elke dag van 9 tot 19 uur vrij te bezoeken.
MENU OUVRIER
Wie het eens aan tafel helemaal over een andere boeg wil gooien kijkt uit naar een van de vele bar-restaurants in de Corrèze waar de kastelein op de middag uitpakt met een Menu Ouvrier, een Werkmanslunch. De lunch is eenvoudig, maar rijkelijk voorzien van regionale gerechten en smaken.
Twaalf uur, schaftijd. We duiken mee met de lui die hun werk aan de wegen, de bouw of op het land even ruilden voor een stevige maaltijd. Een vjiftigtal werklui nestelen zich op hun vertrouwde plaats, zo blijkt. Op tafel wacht landwijn en water, naar believen. Als starter schuift de waard een soepterrine op tafel. Een stevige pot groentensoep, aangevuld met zwemmende boterhammen. Daarna volgt een voorgerecht met charcuterie, gevolgd door het hoofdgerecht : kalfsstoofvlees met gebraden aardappelen. Een kaasschotel gaat het nagerecht, een typische « île flottante nappée de caramel» vooraf. Afrekenen aan de toog : 11 euro per man, alles inbegrepen ! Begrijpe wie kan. « Ik verdien hier goed mijn boterham », stelt Daniël, een kleerkast van een kastelein. « Een restaurant is te duur voor deze lui, dus geef ik hen elke dag de mogelijkheid om van een smakelijke tafel te genieten. Ik heb zowat duizend menus in petto. Nooit eet men in korte tijd tweemaal hetzelfde. Een kaart of keuze is er niet. Men eet wat de keuken uit de oven tovert. Ik bepaal wat op tafel komt en heb nog niemand horen klagen », besluit Daniël die zijn bar-restaurant tegen zessen op slot doet. « De zaak savonds openen heeft geen zin meer. Er komt geen volk over de vloer. Eens thuis, ploft men zich voor de tv en komt niet meer buiten. Dus sluiten we en genieten we als horeca ook van een sociaal leven. »
AUBERGE DE BENGES
Collonges-la-Rouge telt tientallen leuke eetgelegenheden, tegen betaalbare prijzen. Eén van deze leuke adresjes, hartje dorp, is Auberge de Benges. Hier zorgen Philippe en Isabelle Pagès voor heerlijke schotels, voor ieders beurs. Er is al een Menu aan 12 euro, warme regionale schotel of een salade, gevolgd door een kaasschotel of nagerecht van het huis. Gastvrouw Isabelle pleit voor de streekgerechten. Een daar mag foie gras niet ontbreken. Mi-cuit maison, aangevuld met een Vin Paillé, is de ganzenlever hier op zijn best. Vlees is hier duidelijk aan de orde. Varken, rund of eend, elke schotel is een feest. Aan een bordje Cantal, Bleu dAuvergne, Saint Nectaire fermier enCabécou kan geen enkele kaasliefhebber weerstaan. De wijnen? Geen grote namen, maar opnieuw een ferme knipoog naar de streek met Mille et une Pierres uit de Corrèze, een Château Panisseau uit Bergerac, een Château Calassou uit Cahors of een pichet rosé Côteaux du Quercy laat zich smaken. Het is meteen duidelijk, de liefde voor de streek spreekt hier boekdelen.
LE MANOIR DE BEAULIEU
Het charmante Beaulieu-sur-Dordogne is niet alleen een toeristische trekpleister, maar tegelijk goed voor een paternoster aan heerlijke eethuizen. Alleen op de de Place du Champs de Mars zorgen heel wat restaurants en brasseries voor fraaie schotels. Eén der toppers op dit met platanen omringde plein is hotel-restaurant Le Manoir de Beaulieu, huis dat open staat voor alle lekkerbekken en liefhebbers van een fijne keuken, inventief en licht. Chef Jérôme Artiguebere, Meilleur jeune chef en Limousin, Gault et Millau 2005, zwaait er de plak. Hij goochelt graag met de streekproducten waarbij de noten uit de Périgord en notenolie een grote rol spelen, terwijl enkele gewaagde, maar toch smaakvolle gerechten het geheel overstijgen. Het is dan ten volle genieten van zijn Kreeft met notenolie, Kabeljauw met aardbeien (te proberen!), Lam geparfumeerd met cabécou (kaas) en onder andere Duif met truffels. Niet direct alledaags, maar gedurfd en vooral: lekker. En wat meer is, een bezoek aan Le Manoir de Beaulieu bezorgt je geen oprispingen in je beurs. Er is al een fraai menu aan 20 euro. Het Menu du Terroir met vier gangen staat al voor 45 euro op tafel. Voor het Degustatiemenu wachten zes gangen, goed voor 80 euro. Bij mooi weer is tafelen in de schaduw van diverse platanen in de riante tuin een waar feest. De bediening is perfect.
AARDBEIEN
De Corrèze is niet alleen het epicentrum voor de beste producten inzake foie gras, noten, Vin Paillé of onder ander Limousin, de aardbeien gedijen er perfect. Heel wat producteurs vullen deze op en top ambachtelijk lekkernij graag in. Een van die toppers is Alain Roche. In zijn aardbeigaard Goudeaux in Queyssac-les-Vignes zorgt hij op zijn eentje voor een schitterende oogst. Het is bijzonder zwaar, maar het loont te moeite en het is des te plezieriger als men kan vaststellen dat de producten naar waarde worden geschat, vertelt Alain Roche, elke dag te vinden tussen de aardbeien. Zijn voorraden zijn niet reusachtig, maar de kwaliteit is prima. Vandaar dat de beste restaurants uit de regio al vlug het adres naar de Goudeaux weten te vinden. Het domein is gratis te bezoeken, op aanvraag: Roche_Alain@club-internet.fr
Het is duidelijk, de Corrèze is één haard van opperbeste lekkernijen, van streekproducten die de regio een extra impuls geven. Of zoals de filosoof Democritus het ooit stelde: Een leven zonder feestelijke tafels is als een lange weg zonder pleisterplaatsen.
Trek in het ontdekken van enkele pareltjes inzake rust, streekgastonomie en cultuur, dan zullen de groene regios Auvergne en Limousin je zeker weten te bekoren. Een van die leuke departementen is Corrèze, Bas-Limousin, met Brive-la-Gaillarde en Tulle als speerpunten. Daar tussen in ligt een schat aan cultureel en architectonisch erfgoed en leven de mensen er werkelijk nog als God in Frankrijk met Collonges-la-Rouge, Curemonte, Chauffour-sur-Vell, Meyssac, Branceilles en onder andere Saillac en de middeleeuwse stad Beaulieu-sur-Dordogne als kleine paradijsjes.
Collonges-la-Rouge, diep weggestoken in het groen, heeft zijn naam helemaal niet gestolen. Dit sprookjesdorp is zowaar volledige uitgebouwd in de rode regionale zandstenen. Alle woningen, kerkjes, kapelletjes, huidige restaurants en winkels kennen hun oorsprong vanaf de 12de eeuw. Geen wonder dan ook dat dit dorpje opgenomen werd in de prestigieuze selectie Les plus beaux Villages de France.
Gelegen op en 20-tal km ten zuiden van Brive is Collonges-la-Rouge een onbetwistbare architectonische en culturele topper. De kerk met zijn imposante klokkentoren en indrukwekende timpaan in Romaanse stijl, de kastelen van Vassignac, Benges, Maussac en de fraaie herenhuizen van Beauvirie, Boutang du Peyrat, Ramade de Friac en onder andere Ramade de la Serre en Maison de la Sirène laten de mooiste gotische poorten en vensterramen bewonderen.
BETOVEREND
Collonges-la-Rouge ontdekt men te voet. Drie reuzenparkeerterreinen zorgen er voor je wagen. Er wacht een gratis plannetje, maar los flaneren is al even leuk, zoniet nog leuker, want je ontdekt zo zelf het ene wonder na het andere. La Maison Ramade de la Serre, met vierkante toren en specifieke vensterramen uit 16de eeuw, La Mairie, het gemeentehuis, uit de 19de eeuw, La Maison de la Sirène uit de 16de eeuw is versierd met talrijke fraaie sirenen en onder andere La Porte du Prieuré zijn stuk voor stuk juwelen. Een stukje renaissance is te vinden in La Maison Renaissance waar een klein beeldje van een pelgrim op weg naar Sint-Jacob van Compostella de aandacht trekt. Heerlijk is ook La Maison Ramade de Friac dat met zijn twee ronde torens al van ver de aandacht trekt. In La Maison Boutang du Peyrat is met zijn opmerkelijke vensterramen en dakconstructie een architectureel pareltje. Het Castel de Benges met aan de overzijde een gelijknamig uitstekend restaurant laat u nogmaals genieten van een extravagante bouwstijl, eigen aan dit unieke dorpje.
Indrukwekkend is de Sint-Pieterskerk met zijn timpaan, driehoekige portaal uit de 12de eeuw, versierd met tal van religieuze beeldige taferelen. De klokkentoren met puntgevels zijn het orgelpunt op dit stukje werelderfgoed.
Verder is het met volle teugen genieten van Le Castel de Vassignac met zijn zeshoekige torens, La Croix des Penitents Noirs, kruis uit de 19de eeuw die herinnert aan het lijden van Christus, de gelijknamige kapel, La Maison Maurice Biraud en onder andere Le Manoir de Beauvirie.
CUREMONTE
Saint-Hilaire met zijn vierkante torens, de ronde torens van Plas en La Johannie zijn de drie kastelen die Curemonte, evenzo een van de Plus beaux villages de France, alleen al de moeite waard zijn om er een halve dag te verblijven. St-Barthélemy, St-Genest en La Combe zijn drie kerken die samen met de kastelen Curemonte een schat van een middeleeuwse stad maken. Een wandeltocht naar de top van dit site geeft een uitzonderlijk panorama over de regio. Een oriëntatiebord toont je er alles over. Een absolute aanrader.
Trek in een lekkere lokale schotel? Maak een wandeling van zowat 800 meter naar het benedendorp en ontdek bar-restaurant Le Plaissance. Pascal Faurie en Philippe Michel zetten je hier de beste charcuterie uiteraard in huis gemaakt voor. Vergezeld van een Belgische pot Gilbert, biertje uit Wallonië dubbel heerlijk, op terras. En dat alles tegen extra democratisch prijzen. Leven zoals God in Frankrijk is hier wellicht uitgevonden.
CHAUFFOUR SUR VELL
Laat het dorpje Chauffour-sur-Vell niet links liggen en ga er op bezoek Rémy Valeille en zijn Moulin de Niel, een van de toppers inzake ambachtelijke kleinschalige boerderijen waarbij een watermolen, het persen van notenolie en een kwekerij van ganzen centraal staan. De Moulin de Niel is een van de weinigen die nog zelf graan maat tot meel, olie uit de okkernoten perst en ganzen kweekt. Een lieftallige ezel houdt hierbij een oogje in het zeil.
Het domein op zich is uitgebouwd door grootvader die de koppigheid van een Corrézien eigen de in ruïne vervallen molen opnieuw in gebruik wist te stellen. Zoon Rémy volgt zijn stappen en is trots op vaders pionierswerk. Waar het graan en de olie op ambachtelijke wijze worden vervaardigd, is de kwekerij van de ganzen is op moderne leest geschoeid. Mits wat geluk kan je de geboorte van kleine gansjes meemaken, worstelend om uit het ei te kruipen. Enig mooi en vertederend. Meer info: www.moulin-de-niel.com. Toegang met geleid bezoek: 3 euro, ambachtelijk geschenkje inbegrepen. Groepen op aanvraag.
MAISON JEANNE
Wie deze regio, zeg maar de Bas-Limousin, Quercy en onder andere de vallei van de Dordogne, op zijn best wil verkennen, er zijn tal van leuke adressen in betaalbare hotelletjes en schattige chambres dhôtes. Eén van die pareltjes, hartje Collonges-la-Rouge is Maison Jeanne. Hier pakken Pascal en Brigitte Monteil al zes jaar uit met vijf fraaie gastenkamers, allen ingericht in de stijl van de streek, met aandacht voor de geschiedenis van de regio. En voor wie het wenst, de tafel van Brigitte laat de beste streekgerechten smaken.
Pascal en Brigitte Monteil ruilden zes jaar geleden Parijs voor dit stukje paradijs en doopten het naar de naam van Pascals moeder. Wat ooit een kasteeltje uit de 15de eeuw was, is vandaag uitgebouwd in een verblijfsaccommodatie met vijf kamers, hartje Collonges-la-Rouge. Alleen het gebalk van een lieve ezel of een betweterige haan wil de stilte al eens verbreken. Elk van de ruime kamers zijn verschillend ingericht, met smaak en zin voor geschiedenis. Er is een gratis private parkeerhaven. Huisdieren niet toegelaten. Voor de sportliefhebbers wachten binnen een half uurtje wagen, twee mooie 18 hole golfterreinen, aansluitend tennis, paardrijden en kajak. Naast Frans, spreekt de gastheer vlot Engels en Zweeds;
Prijs voor de kamer: 90 euro voor twee personen, ontbijt inbegrepen. Aanzitten aan het diner van de gastvrouw kost 32 euro per persoon, aperitief en wijnen inbegrepen. Meer info: www.jeannemaisondhotes.com en info@jeannemaisondhotes.com.
TURENNE
Andere parel uit de reeks Les plus beaux Villages de France is Turenne, op 9 km van Collonges-la-Rouge. Neergepoot op de top van de heuvel was het kasteel van Turenne tot 1738 de woonplaats van de burggraven die regeerden over de Limousin, Périgord en Quercy. De Césartoren, die de fraai onderhouden kleine Franse tuin overheerst en een indrukwekkend panoramisch beeld van de regio laat zien, is tot op de top te beklimmen. Aan het kasteel is zowat vier eeuwen gewerkt. Turenne zit verder bol van opmerkelijke architectuur, vandaag ingevuld door leuke hotelletjes, charmante chambres dhôtes en restaurantjes. Turenne bezoek je best te voet. Na enig klimwerk wacht je op de 17 meter hoge toren (ooit was hij 30 meter hoog !) een fraai uitzicht en ontdek je bijzonder mooie pittoreske hoekjes waarbij pareltjes als het Capucijnenkerkje uit 1643, het Maison Molinié, de stadspoort en onder andere de donjon (slottoren) plots voor je opdoemen. Heerlijk.
SAILLAC
Niet te missen is een bezoekje aan Saillac, leuk middeleeuws en stil dorpje in de schaduw van Saint-Palavy in de gemeente Cavagnac. Hier stond de wieg van de Marbot-noten, waarvan eerbetoon bij het binnenkomen van het dorpje. Trekpleister van dit gastvrije stulpje is de 12de eeuwse versterkte kerkje, met schitterend polychrome timpaan. Het Romaanse kerkje laat zich genieten en zorgt voor nostalgie uit de tijd dat de notenolie gebruikt werd voor zowel de keuken als voor de verlichting. Elk jaar wordt op de eerste zondag van oktober de noot in de kijker gezet, via een groots feest. Naast de noten was het beslaan van hoevedieren door de smid, de grote broodwinning van de bewoners.
BEAULIEU
Wie even de stilte van de middeleeuwse dorpjes wil verbreken en zich in wat meer levendige straten bewegen, nestelt zich dan ook graag in Beaulieu-sur-Dordogne, de « Rivièra van de Limousin ». Deze leuke stek, gebeiteld in de Corrèze tussen Quercy en Limousin is een middeleeuwse stad waarop je nauwelijks uitgekeken geraakt. Hier schreef de Dordogne-rivier geschiedenis. Beaulieu werd in 855 geboren uit een vissersdorp en groeide al die tijd uit tot het epicentrum van de regio. Imposant is alvast de Sint-Pieterskerk (Saint-Pierre de Beaulieu) met zijn drie kapellen is een typisch romaanse kerk, overladen met schitterende beelden en ornementen. Het portaal is, met de voorstelling vanHet Laatste Oordeel, ronduit indrukwekkend.
De binnenstad op zich is een juweel inzake architectuur, overgoten met geschiedenis. Een open museum die je best te voet ontdekt. Achter elke hoek verschijnt een stuk historie en elk huis heeft zijn eigen verhaal.
Nog meer geschiedenis ontplooit zich via een boottocht met een « gabare », platbodemschuit die tot halfweg de vorige eeuw goederen vervoerde op de Dordogne, met Beaulieu als belanglijk centrum. Op het hoogtepunt van de « gabariers » telt men liefst 400 boten. De spoorweg en later het wegvervoer betekende het einde van deze tien tot zestien meter lange schuiten, die makkelijk 17 tot 20 ton goederen verscheepten.
Vandaag steekt Alain, zoon van voormalig « gabarier » nog elke dag van wal met « Adèle & Clarisse », gerestaureerde « gabare », goed voor twintig zitjes en anderhalf uur vertelkunst van de 50-jarige « gabarist » Alain, met onafscheidelijke gitzwarte hoed.
CHATEAU DE LA GREZE
Beaulieu-sur-Dordogne mag dan nog zo doorspekt zijn met lieflijke hotelletjes, chambres dhôtes of gîtes, in Château de la Grèze (op weg naar Brive op drie km van Beaulieu) wacht je een hemels verblijf. Zes jaar terug werden Anne en Jean-Philippe France verliefd op het voormalig 18de eeuws kasteel, of althans wat daar van over bleef. Na een zomerse uitstap vanuit Parijs bleef het echtpaar dromen van deze site. Ze kochten het, ruilden de Franse hoofdstad voor de hooizolder van Châeau de la Grèze en startten met de restauratiewerken, die een vijftal jaar zouden duren. Het resultaat is verbluffend. De voortuin met vijver van dit 9 ha groot domein, wordt bewaakt door twee reuzen platanen. In de benedentuin vullen twee zwembaden het geheel aan.
In het kasteel werden vijf 4-sterren kamers uitgewerkt die luisteren naar gekende namen uit de regio : Collonges-la-Rouge, Turenne, Carennac, Loubressac en Autoire, stuk voor stuk ruime, gezellige en vooral romantische kamers, met alles er op en eraan. De kamers kosten tussen de 88 en 104 euro per twee personen, ontbijt inbegrepen. Gunstige tarieven voor wie meerdere nachten blijft. Wie mee wil aanzitten aan de « table dhôtes » van huiskokkin en gastvrouw Anne, betaalt 25 euro extra, aperitief en wijnen inbegrepen. De ganse zomer kan buiten gedineerd worden. Gastvrouw Anne volgde kooklessen bij de sterrenchef Alain Ducasse in Parijs. Kwaliteit en het gebruik van seizoensgebonden en verse producten zijn heilig voor de joviale gastvrouw. Gastheer Jean-Philippe zorgt voor een vlekkeloze bediening en is liefhebber van streekwijnen.
Château de la Grèze beschikt ook nog over La Bergerie over een gîte, waar men zijn eigen potje kan koken. Voor elk wat wils dus in dit heerlijke domein, gelegen in het groen op de top van Beaulieu-sur-Dordogne, goed voor panoramisch uitzicht, tegelijk goed voor een romantisch beeld van de ondergaande zon.
En ja, voor de fanatieke lekkerbekken die het allemaal zelf in de keuken willen uitproberen, gastvrouw Anne France leert je hoe je bepaalde typische streekgerechten klaar dient te stomen. Vooral de voorbereiding en het ambachtelijk maken van foie gras is haar specialiteit. Doen !
De stad met de Honderd Torens, het Hart van Europa, de stad van Vorsten en Bisschoppen, de stad van Barok en van Gotiek of onder meer de Gouden Stad, allemaal superlatieven om de stad Praag de hemel in te prijzen. Terecht, want de Tsjechische hoofdstad is zonder meer dé parel aan de kroon van Europa. Maar er is nog méér moois te beleven in het hart van Midden-Europa. Tsjechië bezit twaalf UNESCO-sites. Vooral Zuid-Moravië telt een aantal schitterende parels.
De benaming Tsjechië stamt uit de 18de eeuw, maar was lange tijd veel ongebruikelijker dan de namen van het afzonderlijke Bohemen en Moravië. Het Tsjechische woord voor Bohemen is Cechy. Tegenwoordig is de aanduiding Tsjechische Republiek nog steeds frequent, maar al in 1993 besloot men de korte naam Tsjechiëte gebruiken, behalve in officiële documenten en in de volledige namen van overheidsinstellingen.
Een bezoek aan Tsjechië betekent wandelen in de geschiedenis. Zelfs de meest fervente cultuurbarbaar moet toegeven dat dit kleine landje (78.864 km²) met zijn ruim tien miljoen inwoners een parel is die zijn gelijke nauwelijks kent. Wie ooit in Praag is geweest, zal dit beamen. Praag is dan ook een van allermooiste steden ter wereld, overgoten met geschiedenis, charme en nostalgie. Praag is uiteraard de kers op de toeristische taart van Tsjechië, wat niet betekent dat dit land, onafhankelijk na de splitsing met Slowakije in 1993, nog andere troeven heeft. Omgeven door een krans bergen werd Tsjechië gesticht door Slaven die historische landen als Silezië, Moravië en Bohemen samenbrachten. Honderden jaren lang was dit een van de machtigste koninkrijken en maakte drie eeuwen lang deel uit van de machtige Oostenrijks-Hongaarse monarchie. In 1918 werd Tsjecho-Slowakije een republiek met T.G. Masaryk als eerste president.
We draaien de klok even terug tot de 14de eeuw waar Tsjechië Europese geschiedenis schreef en het middelpunt van de toenmalige kunst was. Onder de heerschappij van de Boheemse koning en Rooms keizer Karel IV in de 14de eeuw en kiezer Rudolf II, gekoppeld aan de denkwijzen van onder andere de katholieke reformator Jan Hus (15de eeuw) en de geniale pedagoog Jan Amos Komensky (17de eeuw) bouwde dit land zich een ongekende rijkdom aan uitzonderlijke gebouwen met een ziel bij mekaar, vandaag goed voor honderden unieke kastelen, natuurparken en kuuroorden. Dit is ook het werelderfgoed van UNESCO niet ontgaan met het gevolg dat om zon relatief kleine ruimte sinds 1992 twaalf sites de indrukwekkende lijst aanvulden. In 2005 kreeg Tsjechië er zelfs nog een UNESCO Geopark bij. Al deze sites zijn vanuit Praag binnen een half tot drie uur met de wagen te bereiken. Intussen behoort Tsjechië sinds 1 mei 2004 tot de Europese Unie. Het gebruik van de euro is voorzien voor 2012.
LEDNICE-VALTICE
Iets meer dan twee uur met de wagen vanuit Praag duikt men Zuid-Moravië binnen en later valt men van de ene verbazing in de andere. In de regio Lednice-Valtice zorgen het kasteel en de immense tuinen van Lednice alvast voor een eerste aangename verrassing. Dichtbij de grens met Oostenrijk ontplooid zich een uniek landschap, die trots het barokke kasteel van Valtice en het neo-gotische kasteel van Lednice laten bewonderen, van de 17de tot de 20ste eeuw eigendom van de familie Liechtenstein. Vandaag staatseigendom. Beide kastelen en tuinen behoren tot de grootste van Europa. Beide parels staan sinds 1992 op de lijst van werelderfgoed UNESCO. (meer info: www.radnice-valtice.cz)
KROMERIZ
Het kasteel van Kromeriz, een barok juweel uit de 17de eeuw
behoorde toe aan de bisschoppen en aartsbisschop van Olomouc, die er hun zomerverblijf uitbouwden. Het kasteel laat de mooiste meubelen en schilderijen zien uit de periode tussen de 15de en 18de eeuw. Daarbij werk van onder andere Titan en Lucas Cranach. Het aartsbisschoppelijk paleis is omringd door de tuin van Podzamecka. Iets verderop is het smullen van de Giardinetto tuinen, uitpuilend van de immense gras- en bloemenperken, afgeboord door een zuilengang met beelden van Griekse en Romeinse goden en figuren uit Pompeii, de unieke Pompeian Collonade. Maak zeker tijd om in deze giardino segréto de bloemenpracht te bewonderen. (meer info: www.azz.cz)
PRAAG
Het juweel bij uitstek uit Bohemen is zonder meer Praag. De meest lovende woorden roemen de pracht en de praal van deze goddelijke gouden stad aan de Moldau. Men heeft ogen te kort om het allemaal te ontdekken. Laat uw stadsplan thuis en ga los op stap. Zo ontdekt men het best Praag, waar de verschillende bouwstijlen mekaar als het ware verdringen om hun schoonheid te etaleren. Het Saint-George-klooster, het Sternberg Paleis, het Gouden Straatje, het Strahovklooster, de Karelsbrug, de astromische klok, de gotische Tynkerk en onder andere de basiliek zijn stuk voor parels. Meer hier over in ons volgend nummer.
Met dank aan Markéta Patkova (directeur Dienst voor Toerisme Tsjechië in Brussel) en Petra Alexova (PR manager Czech Tourism Praag). Meer info: www.CzechTourism.com
Van vrijdag 19 tot maandag 22 oktober loopt in de salons van de Heizel de 9deeditie van Megavino, het grootste wijnsalon van België, een organisatie van Alain Bloeykens, in samenwerking met Baudouin Havaux, doorgewinterde wijnkenners. Gastland is Duitsland dat uitpakt met een indrukwekkend paviljoen.
Megavino heeft zijn revival vorig jaar niet gemist. Dit jaar willen we nog beter doen, met nog meer landen en een wijnaanbod van ruim tienduizend verschillende wijnen en extra aandacht voor doorlopende proeverijen, animatie en speciale attentie voor de harmonie tussen gerecht en wijn, zegt groot bezieler Alain Bloeykens.
Met Duitsland als gastland mag Megavino 2007 zeker rekenen op ruime belangstelling. In een groots opgezet centraal paviljoen van meer dan 400 m² zullen verschillende Belgische wijnhandelaren en Duitse wijnproducenten zelf hun gamma voorstellen. Hiermee wordt Duitsland het grootste gastland in de hele geschiedenis van Megavino, vertelt organisator Alain Bloeykens.
Delhaize doet er nog een extraatje bij. Zij verzorgen een heuse stand waar men klant-en-klare maaltijden van bekende chefs kan proeven, annex proeven van de beste Duitse wijnen. Meer nog, als première komt een Duitse topchef een gloednieuw kant-en-klare maaltijd voorstellen.
Het Informatiebureau voor Duitse wijn voorziet tot slot een stand waar men met al zijn vragen over Duitse wijn terecht kan en waar Duitse Classic-wijnen uit de Belgische supermarkten wordt voorgesteld.
DUITSE TOPWIJNEN
Dat Duitsland gastland is op de 9de editie van Megavino is geen toeval. Organisator Alain Bloeykens: Duitse wijnen zijn immers veelzijdig. En die veelzijdigheid komt tot uiting in de diversiteit van de bodems, de microklimaten, de wijnstijlen en de unieke druivenrassen. Hier worden echte topwijnen gemaakt die hun roots kennen in een koel klimaat waar druiven langzaam kunnen rijpen. Finesse is ongetwijfeld hun grootste troef. En wie denkt dat het al wit is wat de klok slaat raden we aan zeker eens de rode parels te proeven.
Bij dit alles blijft de Riesling als geen ander de topper onze de Duitse wijnen. Duitsland kan op dat vlak indrukwekkende cijfers neerzetten. Als grootste rieslingproducent ter wereld barst Duitsland werkelijk van het talent. Het maakt niet uit, jong of oud, klein of groot bedrijf, in elke regio triomferen de producenten met hun Riesling zoals nooit tevoren. Ook rood is niet meer weg te denken uit de Duitse wijngaard. Maar liefst vier op tien Duitse flessen zijn vandaag rood getint. Het succesnummer bij uitstek ik ongetwijfeld de Spätburgunder (Pinot Noir) die nu ook aan een internationale doorbraak bezig is, onderlijnt organisator Alain Bloeykens exta.
Redenen te over dus om het Duitse paviljoen extra onder de loep te nemen.
KLASSIEKERS
Spanje is ook dit jaar een van de grote blikvangers en laat een schitterend en indrukwekkend paviljoen bewonderen. Met de betere flessen uit Napa of Sonoma is Californië opnieuw te gast, net als Chili dat nog meer dan vorig jaar haar wijnen in het glas laat vloeien.
Liefhebbers van het edele vocht uit Australië, Nieuw-Zeeland of Zuid-Afrika zijn ook nu op Megavino aan het feest.
En dan is er uiteraard ook nog Italië dat deze 8ste editie van Megavino opluistert met een nooit geziene pleiade van quasi alles Italiaanse wijnregios. Heel wat van de beste Italiaanse chefs zijn present om er trendy gerechtjes uit hun fornuis te toveren, vergezeld uiteraard van een glas Italiaanse wijn.
ANIMATIE
Voor wie het allemaal nog dichter wil volgen, haalt er Radio 2 bij en luistert op vrijdagavond 20 oktober naar Avondpost tussen 17 en 18 uur en op zondag 22 oktober naar Buren bij Verschueren van 11 tot 13 uur.
De beste wijnschenkers van België wedijveren voor deelname aan het Wereldkampioenschap Sommelier. De finale vindt plaats op zondag 22 oktober, op Megavino.
Ook de Beste Barman van België wordt op Megavino verkozen. Deze wedstrijd is live mee te genieten op maandag 23 oktober.
Het is een publiek geheim dat heel wat landgenoten in de regio Bordeaux een topdomein bezitten. Tijdens de nocturne van vrijdag 20 oktober stellen zij hun beste flessen voor, aansluitend een veiling van enkele uitzonderlijke loten ten voordele van Kankerbestrijding.
Uiteraard mag men op Megavino 2007 talrijke kookworkshops, themaproeverijen en allerhande demonstraties verwachten. Voor meer details hierover: www.megavino.be.
PRAKTISCH
Megavino 2007
Paleis 3 Brussels Expo Heizel
Brussel
Vrijdag 19 oktober: 18 23 uur
Zaterdag 20 oktober: 12 tot 20 uur
Zondag 21 oktober: 10 tot 19 uur
Maandag 22 oktober: 10 tot 18 uur.
Toegang: 10 euro, degustatieglas en beurscataloog inbegrepen.
Elders in dit nummer vindt u alles over een geschiedkundige rondrit naar een viertal schitterende Unesco-kastelen. Tijd nu voor een gezellige knabbel. In tegenstelling tot wat men zou denken beschikt Wales over een schitterende keuken. In zowal alle tophotels staan topchefs aan het fornuis. Op het platteland mag elke lekkerbek niet voorbij de streekgerechten. Het is met volle teugen genieten van lam, schaap en rund (black beef) en van een resem mooie kazen. Aan de kust is het al vangverse vis en schaal- en schelpdieren wat de klok slaat. Met een kustlijn van zowat 1.200 km ben je in Wales nooit ver van de zee. Een paradijs met tal van bijzonderheden, leuke hotels en prima keukens.
Castle Hotel in Conwy is een voormalig koetshuis en verder uitgewerkt in een gewezen Cistercienzer abdij. De kamers stralen niet alleen geschiedenis uit, maar zitten boordevol nostalgie, zijn knus en gezellig. Het restaurant laat zich smaken waarbij de Welsh producten, overgoten met een Franse toets, volledig tot hun recht komen. Kamer voor 2 personen vanaf £ 55 (82 euro), ontbijt inbegrepen. Meer info: www.castlewales.co.uk.
Ye Olde Bulls Head in Beaumaris is ter plekke gekend als The Bull, een oase van gastvrijheid, kwaliteit en verscheidenheid. Dit voormalig koetshuis uit 1472 lag op de route naar Ierland. Vandaar ook de aanwezigheid van Beaumaris Castle. De kamers zijn historische juweeltjes en de brasserie zowel als het restaurant zorgen voor heerlijke schotels. Kamer voor 2 personen vanaf£100 (150 euro), ontbijt inbegrepen. Meer info: www.bullsheadinn.co.uk.
Yr Hen Fecws in Porthmadog, Gwynedd is ideale uitvalsbasis voor de regio aan de Menai, Caernarfon en Snowdonia. In dit restaurant met kamers zorgen Helen en Michael al sinds 1995 voor de typische Wesh sfeer. Naast de zeven sober doch efficiënt ingerichte kamers is er een op en top regionale keuken. Kamer voor 2 personen vanaf £ 32,50 (49 euro) per persoon, ontbijt inbegrepen.Meer info: www.henfecws.com
KLEINSTE HUISJE
Naast het imposante Conwy Castle is hoe ironisch ook dé andere bezienswaardigheid in Conwy, het kleinste huisje van Groot-Brittannië. Het vissershuisje uit de Victoriaanse tijd meet slechts 1,82 meter breed, 3,09 meter hoog en 3,04 meter diep. Het werd bewoond tot in mei 1900 en werd toen opgenomen in het Guinness Book of Records. Het huis is eeuwen oud en is het enigste huisje dat gespaard is bij de sloop van een ganse rij vissershuisjes. Het is vandaag eigendom van Elisabeth Williams en is dagelijks te bezoeken. Het huisje omvat op het gelijkvloers een kolenbak, een schouw met kacheltje, stoel en tafel, op de eerste verdieping (sic) net plaats genoeg voor een eenpersoonsbed. Robert Jones, die het van de sloop redde, was de laatste bewoner tot het in 1900 opengesteld werd als bezienswaardigheid en tot vandaag al miljoenen bezoekers (één voor één, wegens zo klein) telde.
LANGSTE DORPSNAAM
Een van de leukste bijzonderheden te zien in Wales is zonder meer het stadje Llanfairpwllgwyngyllgogerychwyrndrobwllllantysiliogogogoch op het eiland Anglesey. Oorspronkelijk heette het stadje Llanfairpwllgwyngyll, maar om toeristen aan te trekken maakte men er het 59-letterwoord wat zich vertaalt in Saint Marys Church in the Hollow of White Hazel near a rapid Whirlpool and The Church of Saint Tysilio near the Red cave. Meteen goed voor een plaats in het Guiness Book of Records als het stadje met de langste naam in Europa, goed voor ruim 3.000 inwoners. De trein stopt er nog enkele keren per week en het treinstation is een van de drukst bezochte stations in Wales. Vlotte handelaars sloegen meteen de handen in mekaar en bouwden het station aan de Holyhead Road uit met een immense parking en het shoppingcenter James Pringle Weavers dat dagelijks tientallen bussen toeristen binnen de muren krijgt. Echter niet eerder nadat men al het stationnetje heeft bezocht, zonder twijfel het meest gefotografeerde station ter wereld.
PRAKTISCH
HOE ERHEEN? Noord-Wales is met de wagen vlot te bereiken vanuit Hull, na overtocht met P&O Ferries (Zeebrugge-Hull), nachtelijke overtocht van 14 uur. Wie voor het vliegtuig kiest maakt een vlucht naar Londen, Manchester of Cardiff en trekt dan verder met een huurwagen. Noord-Wales beschikt niet over snelwegen zodat tijd hier geen bondgenoot is voor snelle jongens. Komt echter wel van pas om ten volle te genieten van al dat moois onderweg. En dat is heel wat!
Wie dacht inzake ongerepte natuur, geschiedkundige kastelen, woeste watervallen, eindeloze groene tapijten, ruige bergketens, romantisch verweerde ruïnes of grote en macht uitstralende kastelen gezien te hebben, zet best eens koers naar Wales, waar de Kelten geschiedenis schreven, tegelijk het eldorado van mythes, legenden en spoken.
Het Keltisch erfgoed gaat er 2.500 jaar terug. Naast het ruige landschap is het gastvrije karakter van de Welshmen onomkeerbaar. Noord-Wales is een paradijs voor zij die in de huid willen kruipen van een kasteelheer, gek zijn op legenden en niet bang zijn van spoken. We kozen voor een verblijf als kasteelheer in Noord-Wales en genoten van de pracht en eertijdse glorie van de vier kastelen die deel uit maken van de legendarische Castles and Town Walls van koning Edward I: Conwy, Beaumari, Caernarfon en Harlech. Al deze middeleeuwse pronkstukken zijn Unesco Werelderfgoed en zijn vandaag nog steeds in prima staat en open voor het publiek.
CONWY CASTLE
Onze kasteeltocht starten we in Conwy, dat met zijn 13de eeuwse Conwy Castle met massieve indrukwekkende torens de brede riviermond overschouwt, met op de achtergrond Snowdonia, het grootse nationaal park van Wales, dat met zijn 1.085 meter hoge Snowdon de hoogste berg kent. Een ideale pleisterplaats om van daaruit de Victoriaanse badplaats Colwyn Bay, Llanduno, Llanrwst of ander andere Betws-y-Coed en Bangor te bezoeken.
Conwy Castle is in 1287 gebouwd door de legendarische architect James of St George, in opdracht van de Britse koning Edward I. De acht immense torens geven een panoramisch zicht op de ganse regio, inclusief een flink deel van het nationaal park Snowdonia. Na een passage van tal van notabelen met daarbij onder andere aartsbisschop John Williams en koning Charles I namen de lokale autoriteiten het kasteel eind de 19de eeuw in handen en gaven het zijn grandeur terug. In 1987 werd het op de lijst geplaatst van het Unesco Werelderfgoed. Conwy Castle is dagelijks te bezoeken, eventueel een kippenvel bezorgende Ghost Tour (spokenrondleidingen).
BEAUMARIS
Op weg naar Ynys Môn, Isle of Anglesey, een der mooiste streken van Noord-Wales, genieten we even van het universiteitsstadje Bangor een der kleinste steden van Groot-Brittannië en richten koers naar de historische stad Beaumaris, de voornaamste straat op Anglesey, dat met zijn ruige kust gekend is als Mona, de Moeder van Wales. Omringd met talrijke kleine dorpjes en lieflijke stranden weet het Beaumaris Castle aan de Menai Street de regio te overdonderen. Het kasteel was het grootste en tevens het laatste kasteel gebouwd door Edward I, in Wales. Achter de imposante ingang, omrand door grote ronde torens, ontdekt men hier van wat wellicht het meest moderne voorbeeld is van militaire architectuur in Groot-Brittannië. Het geheel is extra geconcentreerd en volledig symmetrisch gebouwd. Het kasteel werd in 1295 in een razend tempo opgetrokken door zowat drieduizend man. Vandaag is het vlot te bezoeken en is het genieten geblazen van deze stevige brok Welsh geschiedenis.
CAERNARFON
Ook dit imposante kasteel is neergezet door toedoen van koning Edward I, in 1283. De ommuurde stad was voor de Britse koning de springplank om van Caernarfon de hoofdstad van de regio te maken. De gigantische torens, met de Eagle Tower als bijzonderste en grootste solotoren uit de middeleeuwen, spieden als arendsogen over Menai Strait, de rivier die eeuwen lang de stad vanuit zee kwam bevoorraden. Ook hier weer, het werk van archtiect James of St George. Caernarfon Castle is tegelijk het grootste kasteel uit Wales en staat op de Werelderfgoedlijst van Unesco. In 1969 werd prins Charles er als Prince of Wales gekroond. Vandaag is het kasteel elke dag te bezoeken en biedt het ook plaats voor diverse tentoonstellingen.
HARLECH CASTLE
Gebouwd in 1283 op de flanken van de stad biedt Harlech Castle een overweldigend spectaculair zicht op Tremadog enerzijds, op Snowdonia anderzijds. Net al onze vorige kastelen is ook deze quasi niet in te nemen vesting een staaltje van kunde van onze militaire genie James of St George. De inplanting van Harlech Castle is onomkeerbaar en laat eens te meer zien hoe koning Edward I en zijn meesterlijke architect het met mekaar konden vinden. De strategische inplanting van de diverse torens bewees het militaire inzicht die de bouwheer toen al wisten te demonstreren. De inzet van de ridders uit de War of Roses weerspiegelde zich naderhand in het intussen gekende Men of Harlech, Welsh-lied dat doet herinneren aan de bloedige oorlogen op de flanken van Harlech.
Als meest bevolkte stad van Baskenland (Euskadi) is Bilbao de jongste jaren uitgegroeid tot een ware metropool die de stad vandaag verheft tot een van de meest complete Baskische entiteiten. Een uitgebreid commercieel centrum, een hypermoderne metro, tal van historische monumenten en met het Guggenheim museum een culturele trekpleister die zijn gelijke niet kent. Meer dan waar ook kan Bilbao model staan voor een geslaagd huwelijk tussen oud en nieuw.
Oud, zeker met een stadskern met grondvesten uit de 14de eeuw aan de gelijknamige getijrivier Bilbao die intussen als historisch-artistiek heel wat schatten bevat. Gecombineerd met het moderne gedeelte dat zich ontwikkelde in de 20ste eeuw heeft deze stad zoveel te bieden dat iedereen er aan zijn trekken komt.
Net zoals alle steden bezoek je Bilbao uiteraard best te voet. Ideaal vertrekpunt is El Arenal, oude stadspoort die het hart opent van een de Siete Calles (De Zeven Straten) en Bilbao laat zien tot aan het einde van de 19de eeuw met daarbij het stijlvolle Theater Arriaga, de kerk van San Nicolas, de Plaza Nueva, de Plaza de Unamuno met iets verder op onder andere het geboortehuis van deze grote schrijver. Een must is zonder meer een bezoek aan het Baskisch Historisch Museum en de kerk van Los Santos Juanes, voormalige school van de Jezuïeten. Centraal in de oude stad bevindt zich de kerk van San Anton en de gelijknamige brug, het symbool van de stad. In de oude wijk Atxuri is het genieten van het station (uniek bouwwerk), de kerk van de Encarnacion en het Arte Sacro Museum. Verder is het nostalgisch genieten van het oude zeemansdorp, de bakermat waaraan Bilbao zijn herkomst te danken heeft.
NIEUWE STAD
Het moderne Bilbao, zeg maar de nieuwe stad, ontwikkelde zich vooral in de 20ste eeuw. Tekenend hiervoor zijn het station van Santander, de Beurs en onder andere de Sociëteit van Bilbao, het financiële centrum van de stad. Op de Plaza Circular is het genieten van het beeld van Don Diego Lopez de Haro, stichter van de stad. De Gran Via, de initiële slagader van het moderne Bilbao, leidt naar de kern van het nieuwe stadsleven, moderne stad waarbij de tuinen van Albia voor groen zorgen. Indrukwekkend is ook de stijlvolle laat-gotische klokkentoren van de kerk van San Vicente. Het Palacio de la Diputacion Foral (gebouw van de Forum Deputatie) en de Plaza de Moyua met zijn weidse tuinen en immense fontein zorgen voor verfrissing in de nieuwe stad.
INTERNATIONAAL
Amper in het nieuw gestoken krijgt Bilbao in het begin van de 21ste eeuw de aandacht die het verdien en krijgt kleur in het internationale landschap. De oude steigers en de pakhuizen van de haven van Bilbao maken plaats voor een boulevard dat het internationaal centrum zal worden. De inplanting van het Guggenheim Museum heeft de identiteit en de bekendheid van Bilbao op de kaart gezet. Bilbao bezoeken zonder dit unieke museum te zien is doodzonde. Naast Las Vegas, New York, Berlijn en Venetië is Bilbao de vijfde stad met een Guggenheim Museum, museum voor moderne kunst. Het gebouw is al een museum op zich. Een typevoorbeeld van moderne architectuur, gebouwd in 1997 door de Noord-Amerikaanse architect Frank O. Gehry en dus aan zijn tiende verjaardag toe.
Het Euskalduna Congres- en Concertgebouw stuwde het culturele lui van de stad nog meer de hoogte in.
Het Museum van Schone Kunsten en de Universiteit van Deusto verrezen aan de oevers van de rivier terwijl de voormalige ijzer- en staalindustrie en onder andere de scheepsbouwkunde zich opmaken om straks te eindigen in wellicht een museum voor industriële archeologie.
Intussen is Bilbao wereldbekend en is het stad waar eenieder zich vlug thuis voelt. Het zit bol van oud en nieuw zodat Bilbao zonder meer een city trip waard is. De stad telt zowat 350.000 inwoners. Het laat zich vervoeren via een moderne metrolijn die je zelfs tot Gexto brengt, de mooie buitenwijk waar het tegelijk genieten is van strand, zee en de oudste pontbrug ter wereld.
BRUSSELS AIRLINES
Bilbao maakt de jongste tijd bijzonder ophef als citytrip. Brussels Airlines biedt twee vluchten per dag aan tussen Brussel en Bilbao. De vlucht duurt minder dan twee uur. Tickets zijn beschikbaar vanaf 49,99 euro voor een enkele reis (alle taksen inbegrepen). Reserveren kan via de website www.brusselsairlines.com of via je vertrouwde reisagent.
Meer info: Spaanse Dienst voor Toerisme, Koningstraat 97, 1000 Brussel, tel. 02-280 19 26.
Italiaanse kunstenaar Giuliano Ghelli te gast in Veurne
Hostellerie Croonhof kwarteeuw jong
Hostellerie Croonhof in Veurne is 25 jaar jong. In die vijfentwintig jaar heeft het echtpaar Christian en Gina Melis-Davi zich tijd noch moeite getroost om Veurne en de Westhoek op de gastronomische kaart te zetten, streekproducten op kop. Christian Melis staat tegelijk liefst 40 jaar aan het fornuis en leidt vandaag met vaste hand het familiebedrijf dat het intussen Croonhof is geworden.
Na zijn studies en stages in de hotelreus Sheraton Brussel en Boston, Amerika, huwde Christian de uit Sicilië afkomstige Italiaanse Gina Davi en kocht hij zich van zijn spaarcenten en de hulp van zijn ouders in 1982 in de Noordstraat een oud leegstaand herenhuis. Het was mijn droom om de charmes van dit 14de eeuwse pand uit te bouwen tot een gezellig restaurant. Samen met mijn echtgenote werkten we dag en nacht. Het lukte en toen we de kans kregen het huis van de buren aan te kopen, maakten we er in 1991 een klein hotel-restaurant van. En ja, vijf later toverden we de tuin om tot orangerie en bouwen zes extra kamers, vertelt Christian Melis.
Met zijn 14 kamers, voorzien van alle mogelijke komfort is Hostellerie Croonhof een rustpunt van betaalbare luxe en gastronomische hoogstandjes, hartje Veurne. Chef Christian Melis is Ridder in de Prestigieuze Truffel Orde van België en onder andere eminent lid van de CulibelClub, vooraanstaande wijnvereniging van restaurateurs in Vlaanderens. Samen met eega en gastvrouw Gina is Christian wijnmeester en lid van de Vereniging Vlaamse Sommeliers.
Intussen ontpopt Laurent zich als een uitstekende chef en staat aan de zijde van vader in de keuken. Hierdoor kan Christian zich ook vinden in de zaal. Hoe dan ook, de toekomst van Hostellerie Croonhof is alvast verzekerd.
GIULIANO GHELLI
Om het 25-jarig bestaan van Hostellerie Croonhof in de kijker te stellen pakken Gina, Christian en Laurent uit met diverse gastronomische activiteiten, aansluitend tentoonstelling met werk van de Italiaanse kunstenaar Giuliano Ghelli.
Nog tot vrijdag 14 september loopt een Zomergastro & Kreeftenfestijn, waarna tot eind september uitgepakt wordt met een Italiaans Festival. Op de openingsavond zaterdag 15 september is Giuliano Ghelli persoonlijk aanwezig. Alle aanwezigen ontvangen die avond een getekende en genummerde lithografie.
Giuliano Ghelli is in 1944 in geboren in Firenze. De beelden van deze talentrijke Toscaan zijn vervaardigd uit keramiek of uit etalagepoppen. Stuk voor stuk pareltjes. Ghelli stelde zijn werk reeds tentoon in alle hoeken van de wereld.
25 JAAR CROONHOF
De 25ste verjaardag van Hostellerie Croonhof wordt gevierd tijdens drie Gala Avonden: zaterdag 20 oktober, zaterdag 27 oktober en zondag 27 november, telkens om 19 uur. Deze avonden worden geanimeerd met Jazz Live Music door Jo Arend.
Menu 25 Jaar Croonhof
Champagne Michel Arnould 100% Grand Cru
Oester in Champagnegelei en haringkaviaar, tartar van zeebaars en venusschelp met espuma van parmezaan
Gemarineerde Sint-Jacobsvruchten en King Krab met jonge herfstscheuten
Tarbotfilet met zeekraal en amandelen, zachte roommousse met citroentijm
Hujisgemaakte ravialis in consommé met truffelaroma
Hertenfilet, risotto met Barolowijn en herfstboeket
Symfonie van zoetigheden
Koffie en versnaperingen
Prijs: 75 euro gepaste wijnen inbegrepen
GASTROMISCHE AGENDA
Tot vrijdag 14 september: Zomergastro & Kreeftenfestijn
Van 15 tot 30 september: Italiaans Festival
Vanaf dinsdag 16 oktober: Wildseizoen
Vrijdag 16 november: Grote Kaas- en Wijnavond met kaasmeester Philippe Olivier.
