Dit blog is een onderdeel van EVODISKU WAT IS DE BEDOELING EN WAAR STAAT DIT BLOG VOOR
****Wie meent dat alles inmiddels wel over de evolutietheorie gezegd is en dat de discussie gesloten kan worden, ziet over het hoofd dat de wetenschap niet stil staat.
***Wie meent dat inmiddels het creationisme definitief het pleit heeft verloren en dat de discussie gesloten kan worden , ziet over het hoofd dat het "creationisme" is geevolueerd ( en zal evolueren ) in nieuwere mimicrytische vormen( meme-complexen ) zoals bijvoorbeeld het ID(C)
***Dit blog is speciaal opgezet om de aktualiteit binnen het evolutie-creationisme debat te volgen en van kommentaren te voorzien ... waartoe de lezers zijn uitgenodigd bij te dragen ...
Let echter wél op het volgende :
"Je bent een rund als je hier met religie stunt " ....
22-08-2011
oudste anaëroobe extremofiel
OUDSTE MICROFOSSIEL van een bacterie ?
22 augustus 2011
Een team van Australische en Britse wetenschappers hebben in gesteentes in Australië fossielen ontdekt waarvan ze geloven dat ze 3,4 miljard jaar oud zijn. en mogelijk behoren (tot de nu bekende ) oudste fossiel op aarde . Het team dat de ontdekking deed, stond onder leiding van David Wacey van de universiteit van Western Australia en Martin Brasier, die verbonden is aan de Britse universiteit van Oxford. De nieuwe vondst bestaat uit buisvormige eencelligen, die werden ontdekt op een van de oudste stranden ter wereld. De microbes leefden eertijds in een wereld zonder zuurstof en overleefden dankzij samenstellingen op basis van zwavel (2)
Er zijn wat extremofiele soorten bekend die geen zuurstof of veel water nodig hebben . Kortom, dat het verschrikkelijk oud is, dat is opzienbarend. Dat het zonder zuurstof leefde is minder opzienbarend.
-Wetenschappers zijn trouwens de laatsten die beweren dat leven alleen kan bestaan bij water, zuurstof en een bepaalde temperatuur -Overigens is men ook continue bezig om zich af te vragen of men de definitie voor leven niet moet herzien. Daar kan je uren over discussieren, over definitie(s.) .
Anaeroob versus aeroob ?
Het voordeel van zuurstofgebruik is tweeledig (voor die organismen die zuurstof konden gebruiken) het geeft 1.- meer energie, 2.- het is (meestal) giftig voor organismen die geen zuurstof konden gebruiken (concurrentie= de een zijn dood , de ander zijn brood). Al met al een heel groot voordeel.
Daarbij weten we bijna precies vanaf wanneer er genoeg zuurstof genoeg was voor leven om zuurstof als metabole energieleverancier te gaan gebruiken. Eerst waren er genoeg zuurstof producerende bacterien nodig. Maar dat resulteerde niet direct in een O2 toename in de atmosfeer omdat het heel sterk met Fe2+ (ook een bacteriele energie bron trouwens) reageerde en het in het onoplosbare Fe3+ veranderde.
-Nu is er op aarde BIJNA geen Fe2+ terug te vinden in de natuur. -Naast dat O2 giftig was voor veel van het leven dat toen bestond... verwijderde het ook veel "gefundenes fressen" voor de anaeroben uit het milieu.
"De tweede wet van de thermodynamica zegt dat alle systemen waarbij een organiserende kracht afwezig is onvermijdelijk tot chaos zullen neigen nooit zullen systemen vanzelf ontstaan, zichzelf verbeteren of zichzelf ordenen. Ondanks dat dit een van de meest basale natuurwetten is, beweert evolutionisme het tegenovergestelde.....
Dat zegt de tweede wet van de thermodynamica dus niet. Het zegt dat de totale entropie (een maat voor de chaos van het systeem) van een gesloten systeem toeneemt. Door toevoer van energie kan er lokaal dus best ordening ontstaan, wanneer deze maar opgeheven is door een toenemende entropie elders- vaak in de vorm van warmte-afgifte. De vorming van ijsblokjes in je vriezer is daarvan een voorbeeld: Door afkoelen ontstaat een geordende struktuur (ijskristal), maar dat gaat niet zonder de elektrische energie waar je koelkast op aangesloten is. Dus : Een lokale toename van ordening is niet tegenstrijdig met de tweede wet van de thermodynamica, zo lang de totale entropie van het syteem (N.B. object en omgeving) maar toeneemt! Toename van ordening kun je in de meest triviale gevallen waarnemen en meten (zie --> ijsblokjes , sneeuwkristallen etc ... )
FEIT: Dat "evolutionisme" tegen de tweede wet van de thermodynamica zondigt, krijgt meestal van evolutionistische zijde een tegenwerping. De wet zou niet gelden voor ons' aardsysteem, omdat het een open systeem is dat energie krijgt van de zon.
De aarde IS geen gesloten systeem: Door de stralingsenergie die de aarde ontvangt van de zon, kunnen er op aarde chemische en biologische processen plaatsvinden die anders niet plaats zouden vinden.
Echter, dit legt totaal geen gewicht in de schaal. Energie is pas van nut als het bruikbare, toegepaste energie is die wordt gebruikt door een systeem dat de energie kan omzetten. In andere gevallen in het schadelijk.
Grote Onzin Wat bruikbaar is, is volkomen subjectief en dat doet helemaal niet ter zake. Het enige dat valt te zeggen over de stralingsenergie die de aarde bereikt, is dat het chemische reacties bewerkstelligt die anders niet gebeurd zouden zijn
En er is maar één systeem op aarde dat zonne-energie kan omzetten in bruikbare energie en daardoor het leven op aarde mogelijk maakt, namelijk chlorofyl in planten en bomen. Zonder chlorofyl is zonlicht enkel schadelijke energie!
Wederom nonsens. Chlorofyl is bijlange na niet het enige molekuul dat zonlicht om kan zetten in (biologisch nuttige) stoffen. Zo gebruiken mensen een stof om UV-licht om te zetten in vitamine D. Vitamine D vorming met UV licht "geeft niet direct veel energie lijkt me..." .....in de zin dat het leidt tot koolhydraten (o.i.d.). Maar het is wel een belangrijke reactie voor het goed functioneren van het menselijk lichaam. Het is daarmee een voorbeeld van stralingsenergie die niet direkt gebruikt wordt voor metabolisme, maar zeker ook niet schadelijk is bij afwezigheid van clorofyl -...... Met dien verstande dat UV dus wél schadelijk kan zijn ( het verhoogt de mutatie-frequenties ) en dus ook de kans op melanome huidkankers bij de mens
Zelfs als we aannemen dat er ooit een oersoep was, dan weten we nog zeker dat er destijds nog géén chlorofyl was. Chlorofyl zit namelijk alleen in planten en bomen die véél later ontstaan zouden zijn. Dus al zou er leven op aarde zijn ontstaan in de oersoep, dan zou het onmiddellijk uitsterven omdat er niet tegelijkertijd het complexe chlorofyl was ontstaan!
Niet dus ... -er bestaan daadwerkelijk chemotropen ... - Zefls "fotosynthese " is niet strikt noodzakelijk ... de aangroei van zuurstof -voorraden in de atmosfeer was uiteindelijk wel een direkt gevolg van de fotosynthese( ---> zelfs anoxygene fotosynthese kon daarvoor zorgen = zuurstof is namelijk een afvalprodukt van fotosynthese en aoxygene ---> fotosynthese verbruikt geen zuurstof ) http://nl.wikipedia.org/wiki/Fotosynthese
Tegenwoordig is het vooral de rol van hetphytoplankton ( met behulp van oxygene fotosyunthese ) om in de aardse biosfeer dat peil "ongeveer " constant te houden voor aeroben ...
Het is ook geen toeval dat het gaat om microbes. De aarde is ongeveer 4,57 miljard jaar oud. Radiometrische dateringen hebben dat uitgewezen ; Het leven maximaal 1 miljard jaar daarna. Het leven(waarvan resten kunnen worden verwacht ? ) zou dus 3,5 tot 3,8 miljard jaar geleden zijn ontstaan. Wetenschappers geloven dat deze proto-celligen zich schuilhielden tussen steentjes op het strand.
De overblijfselen van het ruim 3,4 miljard jaar oude organisme komen uit sedimentair gesteente van de Strelley Pool Formation in de regio Pilbara in het noorden van de Australische deelstaat West-Australië.
vindplaats
22 / 22
Strelley Pool Formation.JPG
Het gaat om een bacterie die leefde in een periode waarin er op aarde nog geen zuurstof was. Het organisme was waarschijnlijk een zwavel chemotroof .
David Wacey, Martin Brasier and colleagues analysed microstructures present in rocks from the Strelley Pool Formation in Western Australia, and determined that they were the fossils of ancient microbes. The fossils were associated with tiny crystals of pyrite a mineral composed of iron and sulphur. The isotopic composition of the sulphursuggests that the pyrite was formed as a by-product of cellular metabolism based on sulphate and sulphur.
De gevonden afdruk is slechts 0,00001016 centimeter lang.(1)
Dat melden onderzoekers van de Universiteit van Western Australia en de Universiteit van Oxford in het wetenschappelijk tijdschrift Nature Geoscience.
Extremofielen die hun energie uit een zwavel ,/sulfaat metabolisme halen zijn ook heden ten dage bekend maar hier gaat het om oeroude fossiele aanwijzingen
Examples of spheroidal/ellipsoidal microfossils from the SPF (samples SP9D2, SPE1, SPV3ac). a,b,e, Clusters of cells, some showing cell wall rupturing (arrows in a,b), folding or invagination (arrow in e). c,d,h, Chains of cells with cellular divisions (arrows). f,ij, Cells attached to detrital quartz grains, exhibiting cell wall rupturing and putative escape of cell contents (arrow in f), preferred alignment of cells parallel to the surface of the quartz grain (arrows in i), and constriction or folding between two compartments (arrow in j). g, Large cellular compartment with folded walls (arrows).
Fossils of microscopic cells from 3.4 billion years ago. Credit: Oxford University
Eindelijk hebben we sluitend bewijs voor de aanwezigheid van leven, meer dan 3,4 miljard jaar geleden, verklaart hoofdonderzoeker Professor Brasier ( Department of Earth Sciences at Oxford). op nieuwssite Discovery News.
the filamentous Palaeolyngbya. Bitter Springs chert fossil image provided by J. William Schopf.
The picture above is a short chain of cyanobacterial cells, from the Bitter Springs Chert of northern Australia (about 1 billion years old). Very similar cyanobacteria are alive today; in fact, most fossil cyanobacteria can almost be referred to living genera. Compare this fossil cyanobacterium with this picture of the living cyanobacterium Oscillatoria:
The image of Oscillatoria was provided by Alejandro Lopez-Cortes (CIBNOR, Mexico), Mark Schneegurt (Wichita State University), and Cyanosite.
Uiteraard zijn cyanobacteria ZUURSTOFPRODUCENTEN en ondervinden ze bijgevolg ook geen last van zuurstof ...Hedendaagse cyanobacteria zijn zelfs aeroob ....
In 2002( en ook al vroeger ) zouden er al fossielen van ( chemotrofe ?) extremofiele bacteriën zijn aangetroffen. Deze claims werden door andere onderzoekers echter al altijd betwist.(2)
2007 TEM micrograph of carbonaceous matter concentrate after demineralisation of rock. Single 'cell' bodies showing micro porosity and central cavity following dissolution of mineral matter (which filled the cavities in the whole rock; the mineral was silica). (Credit: Image courtesy of University of Queensland)
http://www.sciencedaily.com/releases/2007/08/070807092049.htm Microbiologen wisten tevens al bestaande primitieve microben onder dezelfde omstandigheden als de eerste levensvormen op aarde te kweken. "Een merkwaardige gelijkenis tussen de structuren van de microben en de bacteriologische overblijfselen was het resultaat."
EEN WEDSTRIJDJE ? (iets naar de hand van (sport ?) journalisten natuurlijk )
De huidige in 2011 bekend gemaakte , nieuwe ontdekking kadert in een langlopend conflict over de oudste fossielen ter wereld. In 1993 meldde professor Schopf van de universiteit van Californië dat hij fossielen van 3,465 miljard jaar oud had gevonden in West-Australië, op slechts een dertigtal kilometer van de plaats waar de nieuwe fossielen nu zijn gevonden. Dat maakt zijn ontdekking 65 miljoen jaar ouder dan die van Brasier.
This slide shows pictures of some of the oldest known fossils from Earth, bacteria fossils from the Apex Chert in Western Australia. Approximately 3.5 billion years ago, this rock was sediment on the floor of an ancient lake or ocean. Bacteria or algae lived on (and in) the sediment and were trapped and preserved in it. These bacteria fossils are only 1020 micrometers long, so they can only be seen through a microscope. This slide shows 3 of the 11 different kinds of bacteria fossils in the Apex Chert. Most are chains of single cells, forming filaments, very much like bacteria and blue-green algae do today on the floors of modern lakes. These filaments of cells have the same shapes as some structures in ALH 84001 (slide #28), which suggests that the structures in the meteorite might also be fossils of bacteria.
Maar Brasier deed de ontdekking van Schopf af als onbetekenend, en zei dat de fossielen die Schopf ontdekte, niet biologisch, maar van minerale aard waren.... (2)
Nu volgt dus de tweede(verhoopte) "uppercut " van Brasier met de bekendmaking van de nieuwe fossielen. Als blijkt dat deze fossielen inderdaad zo oud zijn als de wetenschappers claimen, en de fossielen van Schopf worden geschrapt, dan zijn deze eencelligen wel degelijk de oudste fossielen ooit gevonden. ______________________________________________________________________________________________________________
De nieuwe sporen van bacteriën zijn onderzocht met behulp van een elektronenmicroscoop en spectroscopie. Volgens de hoofdonderzoeker Brasier is er met deze technieken drievoudig bewijs gevonden voor de biologische origine van de gevonden afdruk.
De vondst van het fossiel maakt de theorie dat er ook op Mars ooit leven heeft bestaan een stukje aannemelijker. (en is ook een bevestiging van eerdere vondsten in de regio....... als de identifikatie van deze vondst stand houd ) ... Het is zeker niet ondenkbaar dat dit soort organismen ook op Mars kunnen bestaan, aldus Brasier.
A 3D reconstruction of a 3.4 billion-year-old microfossil about 10 micrometers in diameter from Western Australia (L). Cross sections through the reconstruction (R) emphasize the spheroidal nature of this ancient cell. According to a study published in "Nature Geoscience", microfossils were discovered in a 3.4 billion-year-old sandstone at the base of of Strelley Pool in western Australia. http://www.physorg.com/news/2011-08-earth-oldest-fossils-boost-life.html
Specifieke C-12 en C-13 isotopen verhoudingen in bekende overblijfselen van hedendaags plankton (veel C12 en weinig C-13 in vergelijking met samples van niet- biologische oorsprong ) werden vergeleken met petro- insluitsels :( microscopische grafiet globules zuivere koolstof ___ ) in west groenlandse metamorfe rotsen (bestaande uit leien en schisten )gedateerd op 3.7 Miljard jaar en bekend als onstaan uitsedimentgesteenten van mariene oorsprong
De hoeveelheden /verhoudingen c-12 en c-13 waren gelijkwaardig aan die van moderne afzettingen waarvan men weet dat ze de afvalrestanten van plankton bevatten
Dat werd door het team olv van de Deen Minik Rosing in 1999 aanvaard als een aanwijzing dat de rotsen chemische sporen van oud plankton bevatten ____ en dat het logisch gezien , waarschijnlijk sporen zijn van een van de oudste vormen van leven
In hoeverre het hier gaat om al dan niet aëroob plankton is niet geweten ....
(1) " ....Ik vraag me toch af wie er dan de hele dag steentjes onder de microscoop zit te bekijken op zoek naar zo een ongelooflijk klein ding.."
Dat microscopisch kleine fossielen worden "gevonden " is niet ongewoon: Het routine geologische /petrografisch - onderzoek van gesteenten behelst immers ook het microscopisch onderzoek van monsters(op zoek naar de samenstellende mineralen van een gesteente , of de insluitsels in sedkimenten , bijvoorbeeld ) ... http://nl.wikipedia.org/wiki/Petrografie
Petrologen gebruiken zelfs petrografische en pleontologische determinatietabellen van "gids"micro-fossielen , aanwezig in sedimentaire gesteenten ,om op zoek te gaan naar delfstoffen in casu fossiele brandtoffen ...
"....Das knap dat ze zo'n klein dingetje vinden. Enig idee hoe groot Austalie is." Uitzonderlijk is wel de vondst van dergelijke oude micro-fossielen, maar de routine die dat mogelijk maakt is het niet Bovendien zijn de vindplaatsen in pilbara allang bekend om hun micro fossielen ...Ook geen wonder dus , dat men er daar speciaal naar uitkijkt wanneer men daar petrografisch onderzoek doet ...Het is namelijk gericht onderzoek en niet zomaar lukraak wat gezoek in en op een continent .... en ja hoor we( degenen die zich informeren ) weten allemaal al hoe groot australie is ... Australie ( en de rest van de planeet ) heeft waarschijnlijk nog heelwat fossiele verassingen in petto .... en zo ( helpt dat allemaal mee bij het )ontmaskeren, beetje bij beetje , van de versleten grap die fundamentalistische godsdienst heet ,die beweert te spreken over de werkelijkheid ..... tot spijt van wie het niet kan verkroppen Uiteraard is per definitie van een geloof al geen "bewijs "mogelijk ___laat staan een absolute ontkrachting ..... Het is en blijft onfalsifeerbaar ... en kan ook altijd nog vluchten in de fantasiewerelden van het wensdenken en het irrationele
Er is geen wetenschappelijke manier om aan te tonen dat een of andere entiteit niet bestaat, immers het is simpelweg niet mogelijk om aan te tonen dat iets NIET bestaat. Daarom kan ik verklaren dat de enige weg naar verlichting en de enige ware god Midocus is, een geel-paarse olifant die ik dagelijkse offers breng. Het waarheidsgehalte van die stelling is ongeveer even sterk als die van de Bijbel.
Ondanks dat er geen wetenschappelijke manier is om aan te tonen dat God en het Christendom niet de waarheid zijn, kan men dat wel via simpele logica...
We hebben 3 hoofdreligies(= wereldgodsdiensten ) : Christendom, de Islam µ en het Hinduisme. Allen beweren de enige echte waarheid te bevatten, echter ze verschillen wezenlijk van elkaar.
Als monotheisten en in het bijzonder het Christendom de enige echte waarheid is, betekent dat dat 3 miljard mensen voor niets iedere dag op de knieen zitten.
En als we het dan over Christendom hebben, waarom zijn daar honderden varianten van? Er was toch maar EEN waarheid? Of is het misschien toch maar een gedateerd verhaal, geschreven door fantasten, subjectief en door iedereen anders uit te leggen?
De bijbel, evenals alle andere religieuze boekwerken zijn gedichten uit een gedateerde tijd die TOEN een verklaring probeerde te geven voor het leven. Inmiddels weten we beter.
Zo is de Islam ontstaan uit een ijlende, epileptische man die door een hongerstaking zo licht in zijn hoofd werd dat hij het idee had dat god hem toesprak. Vervolgens heeft hij wat aardse zaken aan deze berichten toegevoegd (die hem goed uitkwamen), en zowaar is er een nieuwe religie geboren.
(2)
Dat was natuurlijk koren op de molen van creationisten die graag dergelijke controversen uitspitten op zoek naar(misquoting) citaten die hun eigen sektarische zienswijze schijnbaar ondersteunen .... (De kranten met hun sportieve "wedstrijd-verslagevingjes en opgeklopte rivaliteitsoorlopjes tussen wetenschappertjes" leveren ook wel het meeste waardevolle creationisten materiaal ? Professionele Creationistische propagandisten moeten het tenslotte hebben van een publiek van niet -deskundigen met " gezond en godsvrezend boerenverstand " die graag spannende pulp lezen )
In verband met vondsten van microscopische fossielen ( in het bijzonder bacterieen ) doen creationisten ook graag alsof het "allemaal tekenen zijn van vervuiling van het gevonden materiaal met huidige levende wezens , en zelfs afkomstig van "onvoorzichtige" onderzoekers , die zorgden voor "besmettingen " ... "Het onderzochte materiaal moet bevuild zijn toen (de onderzoeker ) aan zijn kont krabte en zo vervuild materiaal op het monster bracht. "
-Zwavel is een van de bestanddelen van al het aardse levend --->
( Zwavel zit dus ook in de door de onderzoekers aangebrachte vervuiling , zeggen sommige huis -tuin -en- keuken creationisten __ triviaal maar terecht ....H2S ( rotte eieren geur )is een van de samenstellende gassen van winden ..... een andere is methaan )
Maar er is nog minstens een andere verklaring/interpretatie van de gevonden gegevens mogelijk ; blijkbaar is zwavel een zeer oud bestanddeel van het levende , gezien deze vondsten ...
In de diep- zee komen tropuwens bij vulkanische heetwaterbronnen( Black Smokers ) , waar het hete water de grond uit komt, bij temperaturen van 90+ graden celsius, ook chemotrofe bacterieën voor. Dat hete water bestaat voor een groot deel uit zwavel. Leven anders dan wij het kennen en onder andere omstandigheden is mogelijk.
* Interesssant zijn ook de sceptische bedenkingen van PZ MEYRS ook in verband met de akademische discussies van Brasier en Schopf http://pharyngula.org/
UPDATE : Ondertussen is het specifieke scepticisme van PZ rond deze vondst grotendeels opgelost
* Een prehistorisch fossiel in een Amerikaans museum blijkt "zwanger" (?) te zijn geweest toen het stierf. In het lichaam van een 78 miljoen jaar oude plesiosaurus in Los Angeles is een " embryo" ontdekt.
Dat schrijven paleontologen in de donderdag verschenen editie van het wetenschapsblad Science.
De vondst zou wel eens het definitieve einde kunnen betekenen van een lange discussie tussen specialisten terzake . Die vroegen zich af op plesiosaurussen alleen maar eieren legden, zoals de meeste reptielen doen , of ook hun jongen levend baarden.((Ovo)vivipariteit )
Het fossiel van de Polycotylus latippinus. plesiosaurus met embryo
A) Photograph and (B) interpretive drawing of LACM 129639, as mounted. Adult elements are light brown, embryonic material is dark brown, and reconstructed bones are white. lc indicates left coracoid; lf, left femur; lh, left humerus; li, left ischium; lp, left pubis; rc, right coracoid; rf, right femur; rh, right humerus; ri, right ischium; and rp, right pubis.
Scientists have determined that a unique specimen now displayed in NHM's Dinosaur Hall is the fossil of an embryonic marine reptile contained within the fossil of its mother. (Credit: Image courtesy of Natural History Museum of Los Angeles County)
The fetus is huge relative to the parent, and there's only one so plesiosaurs had small brood sizes and invested heavily in their offspring.That degree of parental investment in fetal development makes it likely that there would have been extended maternal care after birth, and rather more tenuously, that they may also have lived in larger social groups.
Reconstructions of female P. latippinus and newborn young. Gastralia were present in both animals but have been omitted for clarity.
"levendbarende "plesiosauriers kan erop wijzen dat deze dieren in groepen leefden en zorgden voor elkaar en voor hun nageslacht.
De onderzoekers zien deze zeereptielen trouwens ook wél eens als convergente vormen te vergelijken met zeezoogdieren zoals dolfijnen en walvissen.Maar dat zijn placentale zoogdieren en helemaal niet te vergelijken met de ovovivipariteit bij reptielen en andere dieren-groepen Dat zal dus wel best te verdedigen zijn ( wanneer men een goede kennis over het begrip convergentie en convergente evolutie verwacht als parate kennis bij het publiek ..... Maar vooral ook bekendheid met de verschillende vormen van voortplanting die allen als "levendbaren" op een hoop worden gegooid ... )
Maar dat is natuurlijk een erg ruwe , en vooral gevaarlijk veel misvattingen bij leken ( en het algemene publiek waaronder ook niet -zoologen en in het bijzonder niet hepetologen ) ondersteunende opvatting Immers ; " .......Het is niet acceptabel om zoogdieren en reptielen zomaar eens populariserend te gaan behandelen of te gaan vergelijken , "alsof alle leden van een grote taxonomische groep onderling inwisselbaar zijn __ laat staan de reptielen en de(placentale ) zoogdieren " Dat veroorzaakt gerarandeerd allerlei foutieve desinformatie ( iets wat creationisten zeer graag zullen kunnen gebruiken ) over de veelzijdigheid aan adaptieve ontwikkelingen binnen een groep, het totale bereik aan adaptatieve ontwikkelingen die bestaan in de natuurlijke wereld en" hoe de variatie binnen levende dingen " ten grondslag ligt aan evolutionaire processen .... "
Het is overigens niet van vandaag dat dit vermoeden van (ovo)vivipariteit ontdekt werd ... plesiosauriers(die behoren tot de Sauropterygiae ) worden allang verondersteld levendbarend te zijn omdat het dieren zijn die behoren tot de sauropterygia http://www.mapoflife.org/topics/topic_335_Viviparity-in-sauropterygians/
(OVO)Vivipariteit is immers een voorgestelde reproductie-wijze van alle sauropterygiae ; Dat is gegrond op hun bijna volledige maritieme leefwijze in open zee _____ en waarbij ze niet zomaar vanzelfsprekend zoals zeeschildpadden aan land kunnen blijven gaan om hun eieren te leggen , en dat zeker vanwege de vele soorten met hun grotere lichaamsgewicht ( zie de plesiosaurus en pliosaurus ) en speciale bouw die dat belet = en zoals ook zeezoogdieren met vergelijkbaar en/of een nog groter gewicht niet meer in staat zijn op land te overleven : walvisachtigen en dolfijnen drogen uit en hun longen klappen dicht onder invloed van de zwaartekracht die op het land niet wordt gecompenseerd door de bufferende capaciteiten van zeewater die de gewichtshandicap verminderen ) _______ en de aanwezigheid van een bewegelijk bekken gewricht ( tussen illium en sacrum ) ; een soort van lichamelijke uitrusting die het levend baren van jongen , mogelijk maakte bij deze dieren .....
Definitieve fossiele bewijsstukken ontbraken voor de sauropterigidae tot 2004 . Yen-nien Cheng & all rapporteerden toen de ontdekking van twee " zwangere " pachypleurosauriers = Keichousaurus hui, uit het midden trias van china Daarbij gaat het om kleine dieren (met minder last van gewichtsoverlast ?) die het " levendbaren " al aantoonbaar hadden ontwikkeld als reproductiemogelijkheid ...
" Deze Keichousarus wijfjes waren ongeveer 30cm lang ... Hun uitzonderlijke en uitstekende conservering lieten toe een paar oviducti(eierleiders ) te detekteren die gelijkaardig zijn aan die van de ichthyosaurs , en die vier tot zes embryos bevatten , in paren gerangschikt rond beide zijden van de fossiele vrouwelijke ruggengraat ... Pachypleurosauriers behoren tot de vroegste , "primitieve " sauropterygiers , en het is daarom meer dan redelijk te veronderstellen(vanuit de Keichousaurus vondsten ) dat latere stamlijnen ( bijvoorbeeld ; nothosaurs, plesiosaurs) ook (ovo)vivipair waren , alhoewel het niet onmogelijk is te veronderstellen dat sommige ( naar mijn insziens minder "zware" ) soorten en types terug aan land klauterden om eieren te leggen zoals ook zee schildpadden ( turtles. ) nog steeds doen "
Nu schijnen ook voor de plesiosauriers daadwerkelijke fossiele bewijstukken van hun levendbarende voortplanting- strategie te zijn ontdekt
Bristol' City Museum / vrouwelijke ichthyosaurus met fossiel embryo (pijltje )
embryo
Geen enkele krokodil , schilpad of zelfs tuatara's ( die volgens de phylogenetica der reptielen verreweg het dichts verwant zijn met de squamata ) zijn levendbarend ;Daarentegen schijnen minstens sommige krokodillen vormen van broedzorg te hebben ontwikkeld ... van Nijlkrokodil wijfjes is namelijk waargenomen dat ze regelmatig hun legsels bewaken tegen eierdieven ...Dat soort broedzorg verminderd dan ook weer de evolutionaire druk om toch maar K-strateeg te worden ... Zeeshildpadden moeten het vooral hebben van grote legsels ( R-strategie )
OVOvivipariteit komt niet alleen maar bij reptielen voor --> ook extante soorten onder de vissen en haaien zijn bekende levendbarende dieren /overigens zijn er ook voorbeelden van fossiele pantservissen die " zwanger " waren
Maar , onder de squamata, http://nl.wikipedia.org/wiki/Schubreptielen komt vivipariteit voor : vanaf het vasthouden van schaalloze eieren in de eileider(s ) tot en met de ontwikkeling van placenta-achtige voedingsorganen tussen moeder en ontwikkelend foetus.
De "evolutionaire stappen" die van eierleggen tot en met het ontwikkelen van placenta-achtige structurenkunnen leiden , worden gedemonstreerd door extante species.
"Levendbarende" reptielen komen dus regelmatig voor : dat is bijvoorbeeld ook aantoonbaar bij maximaal 15 % van de hedendaagse reptielen , maar het is geografisch wel erg veel voorkomend , wat er weer op wijst dat het een goede voortplantings-strategie (--> K-strategie ) is .... http://deepblue.lib.umich.edu/bitstream/2027.42/56398/1/MP154.pdf
(en van) ....diverse creationistische "intelligent design" misvattingen over de (evolutionaire )"ontwikkeling" van vivipariteit in het bijzonder met behulp van een tijdelijk "placenta " (=moederkoek ) -voedingsorgaan, voor het zich in de uterus ontwikkeldende embryo (s)
Uiteraard is het eindresultaat van een evolutionaire "ontwikkeling " , namelijk de nogal ingewikkelde en sterk gecompliceerde placentale voortplanting bij placentale zoogdieren , een "illustratief bewijsstuk " geworden dat door sommige intelligent design creationisten als IC (= Irreducible complex ) is voorgesteld ...(Jonathan Wells in "Icons of Evolution )
Ontmaskering van de misvattende beweringen van Intelligent design creationist Jonathan Wells http://ncse.com/creationism/analysis/mammal-eggs-reptile-placentas OVOVIVIPARITEIT is een vorm van levend-baren maar het is lang niet de enige vorm ...Er is ook het levendbaren waarbij de voeding tussen moeder en foetus gebeurt dmv de moederkoek ...(placentaal) Er bestaan echter wel vormen van (ovo)vivipariteit waarbij ook placenta-achtige structuren aanwezig zijn die kunnen fungeren als voedselbrug of interface tussen moeder en ontwikkelend foetus ...
Bij het zeepaardje( een vis ) is het zelf het mannetje dat "zwanger" wordt en "levendbarend " ; De "voldragen "jongen komen uit de mannelijke broedbuidel-buik gekropen
.....De wand van de broedbuidel bestaat uit een sponsachtig weefsel, dat een placenta-achtige structuur vormt Het vrouwtje kan tot wel 200 eitjes in de broedbuidel leggen dmv een lange legboor . De eitjes worden direct bevrucht en de broedbuidel sluit zich af. De eitjes worden gevoed door samengestelde produkten afkomstig uit de bloeddoorlopen wand ... De uitgekomen embryo's krijgen eigenlijk een soort " voedings-melk " die het mannetje aanmaakt. Twee tot vijf weken lang blijven de embryo's in de broedbuidel Dit is een beetje afhankelijk van het soort zeepaardje. Wanneer de jongen uit de broedbuidel komen, gaan ze eerst naar het oppervlakte. Daar vullen ze hun zwemblaas met lucht. Dan kan kunnen ze beginnen eten ...
-Overigens zijn er een paar hedendaagse voorbeelden waar de overgang "eierleggen -levendbaren" bij squamata nog steeds ," in het veld" waarneembaar , bezig is en daarom met recht "evolutie in actie " wordt genoemd ....
Een voorbeeld hiervan is een soort skink waarbij de overgang van eierleggen naar vivipariteit aan de gang is (= evolutie in actie ) : in verschillende populaties( respectievelijk in laag en hooglanden van New South Wales (map), ) van de geelbuikige drietenige skink
Andere mogelijke voorbeelden van dergelijke hedendaagse "veranderingen/aanpassingen "(zowel in gedrag als in fysiologische reacties en (fenotypische ?) ontwikkeling ) zijn te vinden onder verschillende populaties van slangen-soorten in gematigde streken ;
.....Sommige slangen zijn eierleggend , terwijl anderen levendbarend zijn ... De ovipaire toestand wordt beschouwd als de primitieve maar vivipariteit ontwikkelde zich al heel vroeg in de geschiedenis van de slangen.... vele van de primitiefste extante ophidiae ( waaronder soorten uit de Boidea ( Boa's, pythons) en de colubridae(= de grasslangen ) zijn levendbarend ....De levendbarende slangen volgens trouwens ( met uitzondering van twee buitenbeentjes ) phylogenetische lijnen voor deze "levendbarende " eigenschap ....Onder de levendbarende slangen zijn ook veel waterslangen ....
http://www.jstor.org/pss/3893320 De overgang eierleggen - levendbarend schijnt zeker bij bestudeerde amerikaanse squamata erg omkeerbaar te zijn ( of zelfs fenotypisch ) (Overigens is de ontwikkeling van vivipariteit bij extante squamata het best bestudeerd in amerikaanse onderzoeken en op amerikaanse voorbeelden )
zie verder ook nog (iets wat ik later misschien zou kunnen gaan samenvatten en bespreken )
'Apenschedel gevonden van twintig miljoen jaar oud' 2 augustus 2011
Ugandapithecus major / Grote aap uit Oeganda
- Wetenschappers hebben in Uganda een fossiel van een uitzonderlijk goed bewaarde apenschedel gevonden die zo'n 20 miljoen jaar oud (1) zou zijn. Het fossiel werd ontdekt op 18 Juli , in de as- restanten van een uitgedoofde voorwereldse vulkaan in de verre N-O Karamoja regio.
Dat maakten Ugandese en Franse onderzoekers dinsdag bekend.
Images of a sub-complete skull of a fossil ape are projected on a wall during a news conference in Uganda's capital Kampala August 2, 2011. Ugandan and French scientists have discovered a fossil of a skull of a tree-climbing ape from about 20 million years ago in Uganda's Karamoja region, the team said on Tuesday.
Het dier, ___volgens de eerste inschattingen en nieuws - verslagen ____een mannelijke plantenetende boomklimmer, zou op ongeveer tienjarige leeftijd zijn gestorven. Het dier bezat een schedel die ong even groot is , als die van een chimpansee maar een kleiner brein huisveste , dat eerder aan de (allometrische ) herseninhoud van een baviaan doet denken .... ; maar ook dat is nog altijd relatief groot te noemen binnen de oudste groepen der mensapen .
Het dier is hoogst waarschijnlijk een afstammeling van een collaterale verwant van de Grote (Afrikaanse ) mensapen ... een (door-geevolueerde ) basale (?) vorm uit de "hominidea." ____of misschien wel ( om nog verder te speculeren ) een daar voorafgaande vorm en te dichter te plaatsen bij de groep waruit ook de
De echte studie ( de echte wetenschappelijke deliberatie over de identificatie , een determinatiekwestie dus ) moet nog beginnen .... Al het tot nu toe geopperde is slechts een officieus signaal dat er " iets is gevonden wat mogelijk belangrijk is "Maar dat neemt zeker niet weg dat reeds veel is bekend over het hypothetische genus dat al intensief is vergeleken met o.a. de proconsul africanus
Volgens Franse wetenschappers kan de vondst een nieuw licht werpen op de evolutie binnen de mensapen (en eventueel ook het begrip over de evolutie tot de mens., verbeteren )
Volgens de paleontoloog Martin Pickford(College de France -) , die het team leidt dat de resten vond, is het de eerste keer dat een dergelijke sub-complete apenschedel van deze leeftijd is gevonden.
De schedel vondst is zo belangrijk omdat het kan geralateerd worden met het reeds van vroegere fragmentaire schedel , kaak entandvondsten (o.a. ook toegeschreven aan dezelfde soort ) van het in 2009 gecreerde genus Ugandapithecus :
door M Pickford - 2009 - Verwante artikelen The decision to create the genus Ugandapithecus by Senut et al., ... Ugandapithecus with inverted commas, implying some degree of doubt about its validity ...
Het wordt nu relatief nog gemakkelijker gemaakt om de moleculaire evolutie -klok bij de primaten verder te ijken (ook naar de mensachtigen toe ) : zeker ook omdat onlangs is vastgesteld dat er'maar zo'n 60 mutaties in het totale DNA van de mens per generatie plaatsvindt. Deze fossiele aap is verder een mooi anker op zoek naar onze eigen herkomst en hoe snel (langzaam eerder) dat gegaan is. Maar het is voorlopig slechts uitkijken naar verdere officieele studies over deze vondst .
Brigitte Senut, profeseurMusee National d'Histoire Naturelle verklaarde nog dat De schedel naar Frankrijk zal worden overgebracht om hem daar verder grondig te kunnen bestuderen.( o.a. nogal uitgebreid te scannen ) ....Waarna de schedel zal terugkeren naar Oeganda ....
NOTA
(1) * Primaten gaan natuurljk verder terug dan 20 millioen jaar.
* De oudste makaak en baviaan -achtige apen klokken 33 millioen jaar, *de oudste mensaapachtigen 30 millioen jaar.
Fossils of early humans are rare, but those of chimpanzees have been absent from the fossil record altogether, until now. In this week's Nature, Sally McBrearty and Nina Jablonski describe the first report of fossils of a chimp. The fossils are modest -- just three teeth -- but they have the potential to change perceived wisdom about human evolution.
Daarna is veel gelijkend materiaal gevonden in Duitsland , Spanje (Pierolapithecus catalaunicus) en Griekenland uit het Midden-Mioceen (16 - 12 mjg). Tegen het begin van de 20e eeuw werden meer dergelijke fossielen gevonden in Noord-India en Pakistan uit dezelfde periode. Hiervan werd materiaal ingedeeld bij het geslacht Dryopithecus, maar andere exemplaren werden in nieuwe geslachten ondergebracht. Later werd al het fossiele materiaal ingedeeld bij het geslacht Dryopithecinae, genoemd naar de Dryaden uit de mythologie. Er kunnen nu drie á vier typen worden onderscheiden.
De Dryopithecinae ontstonden ca. 18 mjg. In het Midden-Mioceen (ca. speelden zij een grote rol in Indië en Afrika. Ook kwamen zij in Europa voor. Het waren op vier ledematen lopende apen die kon lopen en springen op de grond en in de bomen, en op beide achterpoten kon staan. Ze hadden echter niet de lange armen die de huidige apen kenmerken.
In de tweede helft van het Mioceen verdween Dryopithecus en werd vervangen door vertegenwoordigers die leken op de huidige Apen van de Oude Wereld (Meerkatachtigen, Hondsapen). Deze waren beter aangepast aan het eten van grassen en bladeren dan Dryopithecus, die zich slechts kon voeden met vruchten, jonge scheuten en bessen.
Dryopithecus heeft door zijn "menselijke" trekken de aandacht getrokken en wordt door sommigen dan ook gezien als een voorouder van de Mensachtigen, de familie primaten die zich van andere apen onderscheiden door hun grotere formaat en het ontbreken van een staart.
De Dryopithecuszou volgens deze opvatting de laatste gemeenschappelijke voorouder geweest zijn van de Pongo familie (Ponginae) (Orang-oetang) en de familie Homininae (Gorilla's en Hominini), of daar erg dicht bij in de buurt zitten
.
De Drypithecusgedroeg zich waarschijnlijk zoals de mensapen van nu, slingerend door de bomen op zoek naar vruchten. Zijn snuit was kort en zijn hersens groot vergeleken met kleinere apen. Opmerkelijk is het dat mannetjes en wijfjes ongeveer even groot waren. Gewoonlijk zijn bij primaten de mannetjes veel groter omdat ze onder elkaar vechten voor paarrechten, maar Proconsul lijkt een uitzondering te zijn geweest.
De Dryopithecus Africanus, de kleinste soort, was een viervoetige boombewoner. Er zijn te weinig botten opgegraven om te kunnen vaststellen hoe deze dieren zich precies hebben voort bewogen of hoezeer zij gebonden waren aan het leven in de bomen.
a, b, Photograph (a) and line drawing (b). Integumentary structures in b are coloured grey. cav, caudal vertebra; cv, cervical vertebra; dv, dorsal vertebra; fu, furcula; lc, left coracoid; lfe, left femur; lh, left humerus; li, left ilium; lis, left ischium; lm, left manus; lp, left pes; lpu, left pubis; lr, left radius; ls, left scapula; lu, left ulna; md, mandible; rfe, right femur; rfi, right fibula; rh, right humerus; ri, right ilium; rm, right manus; rr, right radius; rt, right tibiotarsus; ru, right ulna; sk, skull; ss, synsacrum.
Tiaojishan Formation/ China's Liaoning Provincie. Het fossiel is te vinden op een stenen plaat , omringd door veer-afdrukken
Xu "Spijtig genoeg zijn de veren te slecht geconserveerd om de details van hun structuur gemakkelijk en ondubbelzinnig prijs te geven . De veren rond het middel en dicht bij (en gedeeltelijk op )de achterpoten( een soort broekkousen dus ) zijn relatief lang in verhouding ; meer dan 55mm.
De Xiaotingia is zo groot als een kip en lijkt met zijn veren , grote draagarmen en drie tenen erg op de oervogel Archeopteryx maar dit gelijkaardige fossiel is (-155 MY) 5 miljoen jaarouder dan Archie ( het stamt weliswaar ruwweg uit dezelfde periode als archie = het laat jura )en lijkt , met zijn bek en schedeldak , terzelfdertijd beter op de vogels , volgens chinese wetenschappers
Xu Xing "De opvalllende verlenging en verdikking van de voorpoten /draagarmen wijzen op een dramatische functie-verschuiving in die anatomische voorzieningen .... dat kan zijn verbonden met het verschijnen van enige aerodynamische apaciteit ..;" M.a.w. ze duiden er misschien op dat dit dier reeds kon gebruik maken van enig stabiliseringseffecten en/of beginned vliegvermogen bij de jacht op insekten , hagedissen en kikkers ... maar er zijn ook aanwijzingen dat de vroegste oervogels-verwanten ook wel eens herbivoren waren ... Misschien gaat het om kleine opportunistische omnivoren of om herbivoren uit de groep der dromeosauriers ?
Volgens Dr Xu Xing (Chinese Academy of Sciences in Beijing ) zal de vondst , indien het onderzoek van zijn team wordt bevestigd en gevalideerd , een groot gedeelte van de terzake kundige experts verplichten hun huidige visie op de evolutie van de :moderne vogels te herzien ... Dr Xu doet dit alvast
<--EEN PLUIM VOOR CHINA <--Geef eens een pootje <--Pluimgewicht KLEIN DUIMPJE & DE REUS &VEREN <--klik <--Opnieuw gevederde Maniraptor <-- Similicaudipteryx. <--Aerosteon riocoloradensis
China blijft het wereldje van de paleontologen verbazen ...
Tot nu toe beschouwden veel paleontologen de (11 gevonden exemplaren )Archaeopteryx als het dichts bij de "node" van de vogels liggende "overgangsfossiel "met een dito mozaik /mix van vogel en reptiel kenmerken die daarbij hoort en die vooral ook het fossiel cultuur-historisch tot een belangrijk icoon van de evolutietheorie maakten (althans dat laatste is wat goede wetenschapsjournalisten en het geinformeerde publiek ervan denken ) ....
De bekende Chinese paleontoloog Xu Xing van de Chinese Linyi University heeft nu een(cladistische ) herklassering voorgesteld waarbij de Archeopteryx die "eerste plaats " als dichtste verwant van de oervogels (of groep waaruit de eigen klasse der vogels voortkwamen ) moet afstaan .....maar die eerste plaats is NIET toegekend aan het nieuw gevonden ouder (*) fossiel ; de "XIAONTINGIA " die evenzeer een zijtak blijft ... Xu Xing heeft trouwens beiden ( en de Anchiornis ) geplaats in een nieuw gecreerde familie : die der Deinonychosauria
* Het was trouwens al een tijdje geweten dat sommige fossiele "vogels "en "vogelachtigen " , mogelijks ouder kunnen worden bevonden dan de bekende archie-fossielen *Fossielen - jagers hebben verschillende soorten opgegraven die ofwel primitieve vogels(of naaste verwanten ervan ) waren maar toch sterk verschillen van Archaeopteryx, waaronder Epidexipteryx, Jeholornis, Sapenornis.
Epidexipteryx en Epidendrosaurus zijn nu ,in de nieuwe klassering , de dichtste verwanten van de vroegste vogels geworden (zie de voorgestelde stamboom hieronder )
Ondertussen hebben anderen al genoteerd dat Archaeopteryx vele kenmerken bezit die alleen bekend zijn van de deinonychosauriers groep . Zo bezitten ze gemeenschappelijk een karakteristiek heupbeen en zijn ze voorzien van een groot gat in de schedel boven hun neuzen (het premaxillary venster ) die ontbreken bij andere vogels en dino's .
Deinonychus antirrhopus
Andere van de vele "karakteristieke Archaeopteryx " kenmerken (ook wel bij andere vogels aanwezig ) zoals veren , een vorkbeentje en lange sterke voorarmen , komen eveneens voor bij deinonychosauriers
Overigens is Archaeopteryx sinds zijn ontdekking in 1860 , altijd al beschouwd als een sleutel moment in het begrip over de evolutie van het vliegvermogen van vogels ....Maar de ontdekkingen van verschillende gevederde dino's , tijdens de laatste l5 jaren , hebben de experts de vraag doen stellen of Archeopterix nu wel écht de " eerste" vogel was zoals nog steeds populair wordt geclaimd . Uiteindelijk is het begrip rechtstreekse voorouder in rechte lijn (missing link/ trouwens geen wetenschappelijke term ) al lang weg gezet ...
"....zowel de Xiaotingia als de Archaeopteryx vertonen lichaamskenmerken die typerend zijn voor dinosaurussen en niet voorkomen bij vogels. " zei XU .... Als beide fossielen dan toch kenmerken van de aangehaalde klassen (vogels en reptielen ) heeft , lijkt me de meest logische conclusie dat het beiden "overgangssoorten " zijn .
Nauwkeurige vergelijking tussen ( en analyse van ) de uit de wetenschappelijke literatuur bekende Archeopteryx -fossielen en het nieuwe materiaal uit china , dwingt de (chinese ) paleontologen echter om de posities op de stamboom der vogels en binnen de groep der gevederde dinosauriers , te bekijken en anders te gaan rangschikken , waarbij het puzzelstuk Archeopteryx moet worden verplaats en zijn bevoorrechte status als bekende naaste collaterale verwant der vogels verliest ...
Niets biezonders eigenlijk : men heeft gewoon een prehistorisch fossiel dier gevonden dat veeleer volgens de eerste analyses kan en wordt voorgesteld als een nieuwe transitionnal uit dezelfde groep van archeopteryx maar dan ouder ...
Dergelijke herzieningen zijn overigens gemeengoed in ( en inherent aan ) de wetenschap .....het is de nml de manier waarop de wetnschappelijke onderneming van collectieve kennisvergaring dmv van de methodisch naturalistische aanpak (met uitsluiting van onfalsifeerbare supernaturalische argumentaties ) , het inbouwen van nieuwe data en wetenschappelijke kritiek ,vooruitgaat Wetenschap werkt ( of vertrekt van ) nu eenmaal de kennis, metingen en waarnemingen voorhanden. Als er een nieuwe vondst wordt gedaan, kunnen bestaande modellen aangepast worden. Dat gaat in het geval van de evolutietheorie natuurlijk enkel om details; dat evolutie plaats vindt is een feit.
By comparing Xiaotingias features with those of Archaeopteryx and other related birds and dinosaurs, Xu has drawn up a new family tree In it, Archaeopteryx sits with Xiaotingia among the deinonychosaurs, a celebrity-filled group of small, predatory dinosaurs that includes Deinonychus and Velociraptor. The lineage that led to modern birds perches on a different branch of the tree.
This doesnt change the fact that birds evolved from dinosaurs it merely relegates Archaeopteryx to the sidelines of that process. In its place, species like Epidexipteryx and Epidendrosaurustake up the mantle of earliest birds. It is a tentative revision but a bold one (Xu himself admits that the new family tree is statistically weak). Its been a good run for Archaeopteryx, writes Larry Witmer in a related editorial. This finding is likely to be met with considerable controversy (if not outright horror).
Archaeopteryx has historically been regarded as the most basal bird (avialan), but the discovery of the closely related Xiaotingia led Xu et al.1 to pull these archaeopterygids out of avialans (birds) and into deinonychosaurs along with dromaeosaurids and troodontids. *This new grouping better accounts for the evolution of feeding strategies among bird-like dinosaurs. Previous research suggested that herbivory was common among this group, as reflected in the tall, boxy skulls of oviraptorosaurs and basal avialans such as Epidexipteryx. The triangular, sharp-toothed skull of Archaeopteryx was incongruous among basal avialans, but fits better among the carnivorous dromaeosaurids and troodontids
De herclassifikatie van Archeopteryx heeft "grote gevolgen voor de paleontologen wereldwijd " " We verliezen niet alleen een icoon , maar ook onze visie op de eerste vogels en hun evolutie " zoals prof Lawrence Witmer van Ohio University , werd geciteerd (1) " Meer dan 150jaar was dit de oudste en bekendste vogel, maar dat beeld klopt niet meer "
*Waarbij dient te worden opgemerkt dat 1.- "we" en " onze " : generalisaties zijn , die het nog altijd goed doen in de kranten , maar dat dit al een tijdje slechts een verouderde consensus voorstelde nog steeds popuilair onder een deel van de paleontologen 2.- dit is allang niet de "oudste " vogel : er zijn sinds 150 jaar geleden , veel oudere vogel-fossielen gevonden Het is wel het meest bekende icoon gebleven in de pers en bij het publiek ...
*Overigens moet men dit uitgelicht citaat terug in context plaatsen ... de geciteerde wetenschapper zei ook
Prof Lawrence Witmer,(reviewed the research for the Nature journal,) " ......the discovery reordered the evolutionary sequence of theropods, "knocking Archaeopteryx off its celebrated perch ..... ....Perhaps the time has come to finally accept that Archaeopteryx was just another small, feathered, birdlike theropod fluttering around in the Jurassic."
ER is echter wél meer aan de hand dan een simpele herverdeling van het afstammings- kaartspel of herleggen van de puzzel De positie van Archaeopteryx is erg lang sacrosanct geweest en veel van onze ideeen over vroegere vogelevolutie zijn precies door die fossielen ondersteund ;... Het is de grondslag van ons begrip over die groepen Het werd bijvoorbeeld ooit gedacht dat de meeste primitieve vogels en hun naaste dino-verwanten licht gebouwde schedels bezaten , iets wat misschien gunstig was voor de toenamende vliegcapaciteiten ....
maar onze studie suggereert in tegendeel dat primitieve vogels robuuste en weinig soepele schedels bezaten " zei Xu. Onze studie wijst er ook op dat de primitiefste vogels wel eens herbivoren zouden kunnen geweest zijn .... Vorige studies die het vliegvermogen verbinden met vleeseters ( zoals de evolutionaire ontwikkeling van vleugels voor het vangen van prooien ) moeten misschien ook worden herzien .
of zijn er zowel herbivoren als carnivoren aanwezig onder de dromeosauriers ?
Witmer schreef het is duidelijk dat zonder het vangnet van de goede oude Archeopteryx aan de basis van de vogels , er veel nieuw werk op de plank ligt ..."
Bovendien merkte diezelfde Lawrence Witmer nog op dat Xu Xing op zich wel een punt heeft, maar "de realiteit is dat het volgende fossiel zo weer kan aantonen dat Archaeopteryx toch een vogel was."
"Tsja , wetenschap kent geen absolute zekerheden !!! " (maar ook die bewering is geen absulute zekerheid , wil ze wetenschappelijk zijn )
Absolute onwrikbare waarheden en zekerheden zijn meestal te vinden in religieen Anders dan religie is evolutie niet bedacht maar ontdekt en nog steeds waarneembaar in de wereld om ons heen.
" .....Elke wetenschappelijke theorie is slechts een voorlopige benadering van de werkelijkheid aan de hand van een werk -model Sterker nog : het is juist de opdracht van de wetenschappers om bestaande theorieeen te trachten onderuit te halen ..Zolang het model overeind blijft (of kan worden uitgebreid en geupdated ) blijft het nuttig ....
(Gerdien de jong )
( en dat ) is in principe zo, maar in de practijk zijn sommige theorieen dermate nuttig dat ze boven elke twijfel verheven zijn: electriciteitstheorie, of de theorie van de vakken thermodynamica, mechanica, scheikunde In principe kun je wel zeggen dat water is H2O een theorie is die eventueel onderuit gehaald kan worden, maar het heeft niet veel zin het zo te stellen. Net als: meestal ben ik netjes en formuleer een fylogenetische boom is een wetenschappelijke hypothese, maar een hypothese als de miaciden vormen de stamgroep bij de huidige roofdieren formuleren als de huidige roofdieren stammen van de miaciden af lijkt me bestand tegen nieuwe fossiele vondsten.
Bij het schrijven voor een algemeen publiek is de formele stand van zakende miaciden vormen de stamgroep bij de huidige roofdieren vrij verwarrend, terwijl de huidige roofdieren stammen van de miaciden af voor iedereen duidelijk is. Bij de huidige roofdieren stammen van de miaciden af kun je dan weer het verwijt krijgen dat het boven elke twijfel verheven lijkt te zijn, en dat evolutie als een feit en niet als een wetenschappelijke theorie wordt gepresenteerd. Nu lijkt het me dat een stel goed bevestigde hypothesen overschuift naar feit, en dat het heel losse aspect steeds meer verdwijnt.
Wetenschapper verwachten wel dat de herclassificatie zal worden aangegrepen door de creationisten om de evolutie-theorie opnieuw aan te vallen___ en dat daarbij de populair-"wetenschappelijke" sloddervos berichtgevingen in kranten de nodige stroman versies ter herkauwing levert ...Maar dat is niets nieuws
Archaeopteryx was op zijn minst een icoon , een reeds 150 jaar bekende "vroege " overgangsvorm De fragmentaire aard van het fossielenbestand laat echter nooit toe (of heeft ooit toegelaten) om archie daadwerkelijk ook als Dé schakel of dichtste verwant te bevestigen die de "gap" of overgang tussen theropoden en de eerste vogels , in rechte lijn definitief dichte Dat geld voor elk fossiel of zogenaamde rechtstreekse voorouder ... Fosielen hebben geen identiteitskaart of een geboorte attest bij ... Dit is een verwonderlijke en fascinerende vondst maar het is slechts een détail kwestie Natuurlijk zullen er altijd klunzen zijn die een verandering van het vroegere begrip van die theorieen over de afstamming van de vogels , zullen aanvoeren als " bewijs" dat evolutie nooit plaatsvond ...
Overigens gaat het om een wetenschapper die DENKT /voorstelt , dat de Archaeopteryx NIET de eerste vogel was. Dat zegt in alle geval niks over de band tussen vogels en dino's :
Ter vergelijking ; een paar basale vogels uit China
"....het feit dat enkele wetenschappers de iconische status van de oervogel herzien , wil niet zeggen dat vogels zich NIET afsplitsten van de dinosauriers " zei prof Lawrence Witmer nog .... en het betekent nog minder dat de moderne ontwikkelde en uitgebouwde evolutietheorie /wetenschappen verkeerd zijn omdat " Darwin een van zijn geliefkoosde "kroon"bewijstukken dreigt kwijt te spelen " (dixit verschillende kranten ) Dit is geen falsifikatie van de evolutiewetenschap en/of het feit van de evolutie
Evolutie is een wetenschappelijk feit en kan waargenomen worden in laboratoria, en onafhankelijk (indirect) worden getoetst vanuit verschillende wetenschappen; van archeologie, genetica en geologie tot en met biomedische wetenschappen en scheikunde.
Tenslotte staat of valt de moderne evolutie-wetenschap niet met een minstens 150 jaar oude Darwin die een bepaald mechanisme (--> Natuurlijke slectie ) voorstelde Het historische Icoon Darwin( en zijn wetnschappelijke en onwetenschappelijke "volgelingen ") is trouwens vroeger ook al vele malen verkeerd gebleken (-->de Lamarckiaans-achtige : Pangenesis (erfelijkheidstheorie ) Gemulea hypothese van Darwin / zie ook de Weisman Rule en Mendel ),
De nu voorgestelde nieuwere classifikatie( mede op basis van computer- aided taxonomy programmaatjes ) vertelt slechts dat Archaeopteryx nu een soort van verder verwijderde collaterale zustertak is van de vogels (net als het nieuwe fossiel trouwens ) ; weliswaar een beetje minder nauw verwant dan voordien gedacht ....
De relatieve status van Archaeopteryx en Xiaotingia is een beetje een taxonomisch detail belangrijk detail bij het ontrafelen van de specifieke historie van het leven op deze planeet , dat wél ___ maar het is te vergelijken met de al met al "moeilijke " keuze of een fossiel kan worden "gezien " vanuit het ene sleutelgat of door te loeren door dat andere gaatje vlak ernaast
Maar geen nood de 11 bekende Archaeopteryx fossielen zijn is nog steeds een prachtig voorbeeld van een fossiel gedocumenteerde overgangsvorm .....Het nieuwe fossiel is een andere fossiele transitionele vorm die dicht aanleunt bij zowel vogels als Archaeopteryx: en zelfs eentje uit dezelfde familie volgens Xu Ling Het totaalbeeld is alleen maar nog een rijker gedocumenteerd verslag geworden van een transitie .... en dat is geen soelaas voor creationisten .... Dat zowel Archaeopteryx als Xiaotingia , vervalsingen zouden zijn , is natuurlijk ook een optie ...en kan waarschijnlijk aanslaan bij allerlei rare " complot-denkers" en verblinde onbenullen/morosofen ,uiteraard .....
* Sowieso alweer een dankbaar opgeklopt en welkom komkommertijd berichtje( voor de kranten dan ) Ze suggereren nogal onduidelijk dat het " nieuwe" fossiel , Archaeopteryx zal verjagen van zijn" bevoorrechte "plaats ( vooral dan als icoon en NIET als collaterale transitionnal ) ... Manke berichtgeving en " conclusion jumping" zoals gewoonlijk ....
Maar die kranten brengen het toch maar ...als signaalgevers zijn ze nog altijd belangrijk , naar mijn mening ... Alleen moet je als lezers wat verder kijken dan de krantenneus lang is ... en het vraagt veel werk om de suggesties eruit te filteren die de lezer ( waaronder ook ik) nogal snel op het vekeerder been kunnen zetten ....Heilaas
PS : -Primaten en leeuwen leven(meestal ) in harems olv van één of een paar mannetjes in de fleur van hun leven
-Sommige soorten leven in vrouwelijke kuddes en volwassen alfa stieren zijn slechts prominent aanwezig tijdens het paarseizoen * Mannetjes leven zelfs in aparte groepen uiten de bronstijd (herten) of in vrijbuiter en ursupator broederkoppels ( =jonge mannelijke leeuwen )
-Tot de bekenste e MATRIARCHAAT troepen behoren de olifanten geleid door een oude alfa -koe * Oudere alfa olifanten-stieren zijn (gevaarlijke) eenzaten buiten het paar -seizoen en worden zelfs gemeden door de kuddes ... De voorkeur wordt gegeven aan jongere (maar onafhankelijk levende ) en volwassen stieren van(vooral) middelbare leeftijd (= vrouwelijke teeltkeus )
Apenpolitiek!
Bij chimpansees leiden de volwassen mannen de groep. Broers vormen vaak hechte relaties en helpen elkaar bij ruzies of vormen coalities om op te klimmen in de hiërarchie. Door samen te spannen, slagen ze er soms in de alfa-man van zijn troon te stoten. Zo is de alfa-man niet steeds de oudste of sterkste van de groep, maar vaak de meest strategische, manipulatieve man.
Plaats in de rangorde wordt telkens opnieuw betwist
Hoogste doel is de alfa -positie Daarvoor moet natuurlijk de heersende alfa-man van de troon worden gestoten. Na heel wat imponeergedrag en een heftige periode, waarin stevig wordt gevochten werd met diverse opeenvolgende challengers , moet de (verouderende ) alfa tenslotte het onderspit delven.
Zwaar werk en veel stress
Nadat de strijd is gewonnen zou je kunnen denken dat alles nu ( voor een tijdje )weer rustig is bij de chimpansees. Maar dat is buiten de andere mannetjes gerekend. Ook deze willen wel eens goed roeren in de rangorde en proberen op hun de groep te imponeren. Wie de nieuwe leider wordt is mdeestal onduidelijk. Toegegeven, het is dan ook een zware job. Leiders moeten de hele tijd indruk maken en laten zien wie de baas is. Het moet toch wat in je aard liggen.
Voorkeur van chimpansees gaat uit naar rijpere vrouwtjes
Oren vol vuile plekken. Gescheurde lippen. Rottende tanden. Hangborsten met uitgerokken tepels. Het schoonheidsideaal van de doorsnee chimpanseeman kan onmogelijk meer verschillen van dat van de mensenman.
Maar het contrast is te verklaren. Mannelijke chimpansees vallen voor oude vrouwen, mensenmannen voor jonge. Wij houden van vrouwen met een gave huid, witte tanden, volle lippen en stevige borsten. Wij cultiveren de jeugd.
Chimpanseemannen gaan voor de ervaring. Ze gaan ervan uit dat oudere vrouwen meer succes hebben in het grootbrengen van kinderen. Ze kunnen zich dat permitteren, want hun inbreng in de voortplanting beperkt zich tot de paring. Ze lozen hun zaad en vertrekken. Niets belet hen ook jonge vrouwen te bevruchten als ze de kans krijgen, want ze verliezen daar niets mee. Ze gaan zich echter meer inspannen om een oudere vrouw op het juiste moment te pakken te krijgen. Want dat zou gunstig zijn voor hun nageslacht in de harde chimpanseewereld.
Wij, mensen, zijn noodgedwongen een ander systeem gaan hanteren, hoewel we ongetwijfeld afstammen van voorouders die zich op dezelfde manier als chimpansees gedroegen. Maar onze babys worden, als gevolg van het groter worden van onze hersenen en de problemen die dat dreigde te veroorzaken bij de bevalling (kinderkopjes die niet meer door het bekken van de moeder kunnen), in verhouding tot die van andere apen prematuur geboren. Om dat op te vangen is er bij de mens een systeem van seriële monogamie ontstaan, waarbij een man en een vrouw een aantal jaren samenbleven, tot de kleine een kleuter was geworden en op eigen kracht begon rond te drentelen. Het loonde om met twee een premature baby door zijn eerste levensjaren te loodsen, want dat verhoogde zijn overlevingskansen.
In zon systeem is het voor een man voordeliger zich op jonge vrouwen te concentreren. Want ze zijn vruchtbaarder en gezonder dan oudere vrouwen, dus is de kans groter dat ze een man een leefbaar kind schenken. En dat zijn investeringen in haar en de baby renderen.
Gevonden: overgangs fossiel tussen oude en latere "zoogdier"middenoor -botjes opstellingen
Paleontologen hebben in China een fossiel van een zoogdier gevonden dat leefde in het Mesozoïcum. Het toont een evolutionaire middenoor in een overgangsfase.
Er is kraakbeen gevonden met de oorbeentjes : het zoveelste onomzeilbare bewijs dat er een verband is tussen de reptielen - onderkaak en het zoogdier-middenoor. Dat is een belangrijke aanwijzing voor de overgang van reptiel naar zoogdier. In het middenoor van zoogdieren zitten drie botjes, twee daarvan zitten bij reptielen aan het scharnier van de onderkaak. Dat betekent dat tijdens de overgang van reptielen naar zoogdieren, twee botten loskwamen van de onderkaak en vanaf dan ingezet werden voor het gehoor.
Tot nu toe is al veel onderzoek gedaan naar de overgang tussen reptielen en zoogdieren, ontdekt.
Die ontwikkeling van het middenoor is trouwens al lang gedocumenteerd door het fossielen verslag ( en is dat nu nogmaals en ten overvloede aangetoond ) Alleen weten de (meeste ) creationisten van al dat materiaal niets , willen er niets van weten of houden ze zich wijselijk van de domme ...
Alhoewel er dus wel al erg veel overtuigend materiaal en aanwijzingen waren gevonden in het fossiel verslag (zie appendix )was echt sluitend bewijs ( voor het leken publiek dan ) nog nooit gevonden ... er bleef een ( zogenaamd )groot hiaat over tussen de vroegste zoogdieren en de latere zoogdieren Met Liaoconodon hui is een model(voorbeeld ) van een dergelijke opvulling van dat( creationisten ?) hiaat ,nu gevonden. Het zoogdier dankt zijn naam aan de plaats waar het is gevonden, in Liaoning in China en aan de recent overleden paleontoloog Yaoming Hu.
(L) as, astragalus; c17, first to seventh cervical vertebrae; ca123, first to twenty-third caudal vertebrae; cc, calcaneum; cn, coronoid; cp, carpals; db, dentary bone; l18, first to eighth lumbar vertebrae (the posterior ones are damaged)
(R)a, b, Ventral view of the skull. c, Medial view of the dentary. d, e, Medial (dorsal) and lateral (ventral) views of the ossicles of Liaoconodon. Dashed oval indicates the estimated size of the tympanic membrane (actual shape could be more complicate
The ear bones and ossified cartilage of Liaoconodon. Abbreviations: ap, anterior process of malleus; bs, boss of surangular; in, incus; spr, short process of the incus; mb, manubrial base of malleus (retroarticular process); pas, prearticular articular suture; vl, ventral limb of ectotympanic. From Meng et al., 2011.
Een fossiel uit china suggereert dat het zoogdier-middenoor afzonderlijk is geevolueerd ( convergent )in de monotromes , en de groep buideldieren / placentadieren .
Paleontologen van het American Museum of Natural History en de Chinese Academie van Wetenschappen kondigen deze week de ontdekking aan van Liaoconodon Hui, ; een vrij kompleet fossiel zoogdier uit het Mesozoïcum van China die in de schedel ook de langgezochte ,voorspelde en gedetailleerd herkenbare middenoor- overgangs-structuur, bezat Het gevonden model toont het vroegere voorouderlijke botten-verband binnen het zoogdiermiddenoor -: hamer, aambeeld en trommelvlies-drager (malleus, incus, tympanische ring )- zijn losgekoppeld van de onderkaak, zoals was voorspeld, maar worden nog op hun plaats gehouden door een verbeend kraakbeen ( het kraakbeen van Meckel )dat rustte in een groef van de onderkaak
Het nieuwste onderzoek aan dit nogal kompletere fossiel , werd gepubliceerd in Nature deze week, en suggereert ook dat het middenoor ten minste tweemaal is geëvolueerd in zoogdieren : Eenmaal bij de monotremes en een tweede maal in de buideldier-placenta groep
" ....Men is al lang op zoek naar deze theoretisch gemaakte voorspelling . Meer dan 150 jaar geleden merkte men al een raadselachtig groef op in de onderkaak van een aantal vroege zoogdieren", zegt Jin Meng, curator in de afdeling paleontologie van het Museum en hoofd- auteur van de studie "We bezitten nu het in die groef rustende kraakbeen met de aangehechte oor botten: Dit is het eerste duidelijke doorslaggevende paleontologische bewijsmateriaal waaruit de evolutionaire relaties tussen de onderkaak en het middenoor , blijken ."
Zoogdieren- bestaan uit drie diergroepen (1) die losjes zijn verenigd door een gemeenschappelijk aantal kenmerken, met inbegrip van de middenoorbeentjes Het inwendige zoogdier- middenoor, of het gebied aan de binnenkant van het trommelvlies, bevat drie botjen, waarvan er twee zijn te vinden in het gewricht van de onderkaak van de levende(extante) reptielen Dit betekent dat tijdens de evolutionaire verschuiving van de voorouderlijke groep die later hagedissen, krokodillen en dinosauriërs ging omvat ten , naar die van de latere zoogdieren : de kaakgewrichtbotjes werden gescheiden gescheiden van de achterste ( vroegere reptiel) onderkaak en kunnen worden teruggevonden in het middenoor van zoogdieren als o.a. aambeeld en hamer gehoorbeentjes
Mammalian and non-mammalian jaws. In the mammal configuration, the quadrate and articular bones are much smaller and form part of the middle ear. Note that in mammals the lower jaw consists of only the dentary bone.
De overgang van reptielen naar zoogdieren is lang een open vraag gebleven , alhoewel in vergelijkende studies over de ontwikkeling van embryo's bij extante reptielen en zoogdieren de "reptielachtige "botjes van het onderkaak gewricht op hun verdere embryonale(=development ) ontwikkelingspaden verbonden lijken te zijn met het uiteindelijke zoogdieren middenoor .
" De homologie tussen kaakbotten van reptielen en middenoorbeentjes van de zoogdieren is vanaf 1837 bekend uit de embryologie. De homologie op de volwassen schedelbotten schijnt nog van Richard Owen (1870) te zijn. De fossiele Therapsida (gevonden omstreeks 1910 in Zuid-Afrika *) laten de eerste stadia van de overgang zien. Er zijn in de loop van de tijd steeds meer fossiele zoogdierachtigen gevonden, de laatste jaren veelal in China.
*De Karoo-reprielen ( voornamelijk therapsiden ) werden ontdekt door Robert Broom
Phylogeny of Therapsida
Plesiomorphic characters in blue; apomorphic characters of three extant Therian lineages in red. Evolution of the characteristic Dentary-Squamosal Jaw http://www.mun.ca/biology/scarr/QA_vs_DS_jaw.html occurs gradually in Cynodont lineage.
In http://korthof.blogspot.com/2010/12/der-geist-der-stets-verneint-weglaten.html geef ik het schema zoals het in het standaardleerboek voor eerstejaars biologiestudenten staat.Campbell & Reece, en de figuur uit Luo 2007. Yanoconodon (gepubliceerd 2007), Maotherium (gepubliceerd 2009), en nu Liaoconodon bevestigen wat men al die tijd gedacht had. De link naar Nature geeft het abstract en ook de plaatjes, alleen niet groot genoeg."
(Ik ben zo vrij geweest het voormelde stukje van Gerdien hier nogmaals te plaatsen )
" Middenoor De bouw van het middenoor is heel belangrijk voor de positie van de zoogdieren binnen de vertebraten. Alleen zoogdieren hebben drie middenoorbotjes, hamer, aambeeld en stijgbeugel.. Alle andere tetrapoden hebben één middenoorbotje, overeenkomend met de stijgbeugel. Hamer en aambeeld van zoogdieren komen overeen botten bij de reptielen (etc): de hamer met het articulare van de onderkaak en het aambeeld met het quadratum in de schedel.
Quadratum en articulare vormen bij reptielen het onder-bovenkaakgewricht. Het angulare, een ander onderkaakbot bij reptielen, vormt bij de zoogdieren de tympanische ring om het trommelvlies. Bij zoogdieren wordt het kaakgewricht gevormd door het dentale en het squamosum in de schedel.
Embryologisch worden hamer en aambeeld gevormd overeenkomend met botten van de eerste kieuwboog - net als het kaakgewricht bij reptielen. Dit is sinds 1837 uit de studie van de embryonale vorming bekend. Het is anatomisch onderbouwd doordat de bij de eerste kieuwboog behorende spieren en zenuwen te maken hebben met het middenoor. Ook is het onderbouwd aan de hand van genexpressie, oa van Hox genen, in de 90-er jaren.
( Volgt dan een bespreking van de creationistische interpretaties van Junker en Sherer ) In J&S wordt een obscure anatomische studie uit 1984 opgevoerd, die de consensus [3] van eerdere en latere studies tegenspreekt.
(constatatie ) Het is een sluitend bewijs voor de evolutie van de zoogdieren dat de overgang van kaakgewricht naar middenoorbeentjes zowel embryonaal als in de fossielen te volgen is.
(J & S opnieuw ) Uiteraard wordt ook de overgang in de fossielen ontkend - ook iets dat al bijna 100 jaar aanvaard wordt.
J&S erkent wel dat pelycosauriers, therapsiden en vroege zoogdieren in de tijd een serie vormen die steeds zoogdier-achtiger wordt. J&S geeft ook toe dat het primaire kaakgewricht kleiner wordt en vervangen door een secundair kaakgewricht. Desondanks beweert J&S dat er geen fossiele bewijzen bestaan voor de omzettng van de oorspronkelijke botten van boven- en onderkaak in de botten van het middenoor. Het eigenlijke probleem is: wat zou voor creationisten ooit als bewijs gelden?
(Tenslotte wijst Gerdien er nog op deze evolutionaire "verandering " van "achterkant onderkaak bij reptielen" tot "middenoor bij zoogdieren ") Functiespecialisatie eerder dan functieverandering (is) : de achterkant van de ( reptielen) kaak had al te maken met geluidsoverdracht voordat de botonderdelen een carriere voor zichzelf als gehoorbotjes( op weg naar de huidige zoogdieren ) begonnen.
* Extante slangen ( --> cobra's/ Python's ) worden meestal beschouwd als potdoof ( en ondanks de slangenbezweerders ) : deze dieren kunnen echter wel geluidstrillingen waarnemen (die zich door de bodem voortbewegen ) via hun onderkaak, zeker wanneer ze kruipen -De "dansende" cobra's ( waarvan meestal de gifttanden zijn verwijderd ) volgen trouwens de bewegingen van de fluitspeler en niet het geluid
Slangen schedel met de elastische "dubbele " onderkaak
Een vroeg zoogdier, Morganucodon (van ongeveer -200 MY geleden,)bezit botjes die dichter aanleunen bij een reptiel kaakgewricht, deze botjes zaten veel lager dan bij de huidige zoogdieren en functioneerden zowel voor het gehoorzintuig als bij het kauwen Andere fossielen , beschreven tijdens het laatste decennium hebben de informatie over de vroege zoogdieren gevoelig uitgebreid Zo werd bijvoorbeeld gevonden dat verbeend kraakbeen , een groef op de onderkaak opvulde van de vroege zoogdieren. maar deze bevindingen en fossielen-studies hielden uiteraard geen rekening met de op die vermelde fossielen ontbrekende middenoorbotjes .
Het nieuwe fossiel ,Liaoconodon Hui, vult het gat in kennis op tussen de basale vroege oude zoogdierachtigen zoals Morganucodon, waar de middenoor botjes nog deel uitmaken van de onderkaak en het definitieve middenoor van latere ( veelal ook uitgestorven eerste golf en tweede golf aan ) fossiele- en de levende (extante ) zoogdieren
(Brian Switek ) Dank zij een combinatie van ontdekte fossielen en relevant onderzoek naar embryo-ontwikkelingen , is het verband tussen de oude onderkaakbeenderen en de kleine midden-oorbeentjes vooral stevig gedocumenteerd en bekend geworden als de consensus .
De stijgbeugel( Stapes) is een midden-oorbeentje dat we gemeenschappelijk hebben met andere tetrapods Het is trouwens een gemodificeerde versie van het hyomandibulaire been dat aanwezig was in onze kwastvinnige vis-voorouders De andere beentjes zijn uniek voor de zoogdieren. De articulaire en prearticulaire beentjes aan de achterkant van de onderkaak van onze vroege synapsid(e) neven , zoals (bijvoorbeeld ) Dimetrodon veranderden in de hamer ( malleus) in ons middenoor , net zoals onze incus het gemodificeerd quadrate is en de verbening dat ons trommelvlies steunt het ectotympanic het veranderd angulair been is . Elk van deze" beentjes en structuren starte als onderdeel van de onderkaak van de reptielachtige zoogdieren : ze werden graduaal kleiner ; verhuisden naar boven : en begonnen meer als gehoor dan als voeding en kauw- mechanisme te functioneren
Liaoconodon is belangrijk omdat verschillende van die beentjes zich ergens tussen onderkaak en (later )middenoor bevonden ... de kleine ectotympanic, malleus, en incus beentjes waren hun direct contakt met de onderkaak kwijtgeraakt maar ze bleven nog ondersteund door verbeend kraakbeen dat ruste in een groef van de onderkaak De reden voor deze "opstelling en oplossing" kan waarschijnlijk (volgens de hypothese van Meng et all ) worden toegeschreven aan de manier waarop het trommelvlies werd ondersteund . Het grootste deel van dit membraan was over de benen ring gespannen ,maar het bleek ( en moest ) ook nog verbonden(blijven) met de malleus, wat zoveel betekent als dat de gehele structuur van opeenvolgende beentjes nood had aan een stabiele steun waardoor zodoende Liaoconodon beter kon gaan horen dan zijjn voorouders ...Nadat eventueel de ectotympane verbening het volledige middenoor kompleet ging steunen , werd de kraakbeensupport overbodig en verdween die bij de latere zoogdieren
Credit: Meng, et al 2011 ( Nature) Liaoconodon hui schedel /ventraal Van links naar rechts zijn te zien : de verbeende ring die het trommelvlies steunde , het verbeende kraakbeen van Meckel en de onderkaak
Close-ups of the jaw and auditory ossicles of Liaoconodon (bottom image a SEM of the right side). From supplement to Meng et al., 2011.
dorsaal ventraal
Liaoconodon hui, zoogdierfossiel uit china
Liaoconodon Hui is qua afmetingen een klein doorsnee zoogdier_____niet uitzonderlijk voor een zoogdier uit het Mesozoicum ____ Het is 35,7 cm lang van neus tot staartpunt, (of ongeveer een romp van 14 centimeter) Het fossiel dateert van ong 125 tot 122 miljoen jaar geleden Het fossiel is genoemd naar diens vindplaats binnen de formatie van overvloedige fossiele lagen van Liaoning, China, De soortnaam, Hui, eert de paleontoloog Yaoming Hu, die als doctor afstudeerde aan het American Museum of Natural History, en onlangs overleed.
Het fossiel is bijzonder compleet, en de schedel werd losgprepareerd uit zowel de dorsale en ventrale zijden van het fossiel Daardoor waren Meng en collega's in staat te zien dat het aambeeld en de hamer los zaten van de onderkaak en een deel van het middenoor vormden .Deze beenderen blijven echter verbonden met de kaak door middel van het verbeende kraakbeen van Meckel dat rust in een groef op de onderkaak. Het team gaat er in zijn hypothese vanuit dat in dit vroege zoogdier ,het trommelvlies op zijn plaats werd gehouden door het versterkte starre -kraakbeen en dat dit dienst deed als een ondersteunende stuctuur
Figure 1: Middle ears and eardrums in ventral view.
a, .-( left) In the transitional ear of Liaoconodon, as inferred by Meng et al.1, the eardrum (dotted line) would have been stretched between the ectotympanic bone (red) and the skull. Tension on the eardrum was maintained by the buttressing of the ectotympanic on the anterior process of the malleus (dark blue) and the ossified Meckels cartilage (orange).
b, (right) In the ear of an extant mammal, the opossum Didelphis, the ectotympanic is fixed to the skull and the eardrum is almost entirely attached to it. The other ossicles depicted are the incus (green) and the stapes (light blue). The bones depicted in light brown are the posterior of the jaw showing the joint with the skull. (From A. Weil. 2011 A jaw-dropping ear. Nature 472-474.)
"....We wisten vroeger niets af van de gedetailleerde morfologie van de vrijstaande botjes van het middenoor , noch van het doel van het verstarde kraakbeen in vroege zoogdieren ", zegt Meng." Het fossiel veranderde dat definitief omdat we nu weten wat de gedetailleerde morfologie van de overgang naar het zoogdiermiddenoor eigenlijk omvat en we ons nu kunnen voorstellen dat het verbeende kraakbeen een stabilisator is "
De voorliggende studie bevat eveneens een gedetailleerde fylogenetische analyse van een aantal kenmerken van levende en fossiele zoogdieren Tijdens de vergelijkende zoektocht naar de kenmerken in verband met de botjes en de groef in de onderkaak,___ en waarbij de aanwezigheid van het verbeend kraakbeen van Meckell eveneens bij de zaak werd betrokken ____, blijkt dat het middenoor waarschijnlijk twee keer (convergent) is geëvolueerd
" Ik heb altijd gedroomd van een dergelijk fossiel met een goed middenoor ", zegt Meng " En hier is het dan "
(1) Die groepen zijn -dieren die ook eieren leggen--> de monotremes, zoals het vogelbekdier, -buideldieren zoals de opossum, en -placenta-dieren zoals als muizen en walvissen-
uitgestorven zijtak aan de basis van de theropoden ?
Daemonosaurus chauliodus
" Ghost Range " in New Mexicoleverde de (bijna) komplete fossiele schedel ,enkele rugwervels en een paar ribben , van een kleine (hondsgrote ) carnivore dinosaurier die ong op -205MY( einde trias ) word gedateerd ...
Het dier schijnt een uitgestorven zijtak te zijn die stamt uit dezelfde basisgroep(en) die zouden liggen binnen de oorsprong van de suborde theropodae ... (1) Voor zover bekend , haalde deze stamlijn het jongste mesozoicum( Krijt ) niet Maar vergeten we niet dat we tot nu toe slechts afweten van één enkel exemplaar uit die stamlijn .
De schedel toont aan dat vooral de gemeenschappelijke voorouderlijke groep der vroege theropoden en deze zijtak ( een collaterale verwante stamlijn of "zustertak " ) , evolutionair experimenteerde met verschillende schedeltypes en lichamen in allerlei soorten en maten. ___Of deze dino bipedaal was , is nog een open vraag , er zijn namelijk geen achterpoten of "armen " gevonden , noch is er een fossiel bekken aanwezig
De opvallend korte snuit en .en de ongewone naar buiten stekende tanden , maken de nieuwe schedel erg verschillend van de latere "neo"theropoden met hun langere smallere snuiten en hun ietwat (= alle allometrische verhoudingen in acht genomen )kleinere dolktanden___en waaronder ook de latere reuzentheropoden ____die ook niet zo prominent naar buiten staken
Daemonosaurus werd ontdekt in een groot blok moddersteen waarin vooral overblijfselen zaten van Coelophysis Het blok ,in het bezit van het Carnegie Museum of Natural History , werd uitgeleend aan het State Museum of Pennsylvania. "Het rotsblok werd samen met vele andere uitgegraven in "Ghost Ranch" door een groep samenwerkende wetenschappers van verschillende musea en dat in de vroege tachtiger jarern van vorige eeuw " zei Sues Het State Museum of Pennsylvania, opende een publiek lab voor de museumbezoekers waarin technici en vrijwillers konden worden gevolgd tijdens het preparenen van de fossielen uit het blok . Een vrijwilliger vond de schedel van Daemonosaurus."
"Het duurde allemaal wel lang want het "prepareren moest erg voorzichtig gebeuren " zei Sues nog "de moddersteen die de beenderen omsloot is zacht terwijl de botten zelf veel craquelé en laesies vertoonde " De morfologie van fossiel kon maw, heel gemakkelijk verkruimelden en voorgoed verdwijnen in de zachte steendrager waarin het zat ingebed ... ... ..
"Deze vondst toont in elk geval aan dat zelfs gebieden ( en blokken in de "reserves " van musea )die paleontologisch gezien erg goed bestudeerd zijn, nog resten kunnen bevatten van onbekende soorten dinosauriërs", aldus Sues.
Het lijkt er op dat de Daemonosaurus een geslacht vertegenwoordigt dat niet doorliep tot in het late Mesozoïcum, verklaart onderzoeker Hans-Dieter Sues van het National Museum of Natural History in New York
De resultaten van het onderzoek op de botresten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the Royal Society B.
De overblijfselen van de dinosaurus suggereren dat het dier niet erg groot was. Ik schat zijn totale lengte op die van een grote hond maar dan wél met een lange staart (dat is een extrapolatie gebaseerd op bekend materiaal van vroege dinosauriers , die zouden vaak een lange staart hebben gehad ) , aldus Sues. Verder was de Daemonosaurus ook qua hoogte waarschijnlijk vergelijkbaar met een hond.
Het dier had gezien zijn bouw ,vermoedelijk geen moeite om zijn eventuele prooien de baas te kunnen. Zijn grote voortanden lijken erg geschikt bij het grijpen en doden van prooidieren, aldus Sues.
Weighing only 10-15 pounds and about 4 feet in length from snout to tail tip, pint-sized Eodromaeus may be the oldest ancestor to date of all meat-eating dinosaurs, including T. rex. Illustration by Todd Marshall.
<-- oudste theropode ?
Daemonosaurus moet een vroeg voorbeeld voorstellen van een stamlijn die dicht bij deze voormelde vroege theropoden aanleunt ... Het " skelet " wordt (als werkhypothese ) gehouden voor een intermediaire skelet- structuur ergens tussen de Hererrasauriden en de latere neo-theropoden
Krantenartikels suggereren natuurlijk alweer over een rechtstreekse evolutionaire lijn die uitmonde in o.a. tyrannosaurus Rex Dat is uiterst slordig en leide opnieuw tot allerlei misverstanden bij het lezerspubliek , wat duidelijk is te volgen in de lezers-reacties ... Moet het nog eens worden gezegd dat de "missing link" troep GEEN wetenschapperlijke term is , maar een ingeburgerde cliché/ uitvinding van het journaille ?
Amerikaanse wetenschappers hebben de oudste lichaamsafdruk van een vliegend insect ontdekt.
Het gaat om een fossiel van een primitieve eendagsvlieg (= haft ) die ongeveer 312 miljoen jaar geleden landde op de modderige oever van een poel in het huidige Massachusetts. (1) Dit gebied had toen een tropisch klimaat.
( René Fransen ) *ik vermoed dat de term primitief van de nu.nl redacteur is.
*In het abstract http://www.pnas.org/content/early/2011/03/28/1015948108.abstract karakteriseren ze het fossiel als its maker was a flying insect and probably was representative of a stem-group lineage of mayflies. Dus het lijkt blijkbaar op een eendagsvlieg.
(Gerdien De Jong )
*Het artikel in PNAS betoogt dat de afdruk bij de Eendagsvliegen ondergebracht moet worden; en wel bij de stamgroep, dus niet ingedeeld wordt bij de huidige eendagsvliegen.
*De huidige orde Eendagsvliegen (kroongroep Ephemeroptera, huidige beesten en bijbehorende fossielen) is een deel van de groep Ephemeropterida (totale groep, huidige en uitgestorven eendagsvliegen). Stamgroep eendagsvliegen zijn beesten die aan de omschrijving van eendagsvlieg op kenmerken voldoen, maar niet bij de huidige beesten ingedeeld kunnen worden.
Uit PNAS: there is evidence of the basal articulations of the two cerci and a medial, caudal filament (Fig. 2C), present only in Ephemeropterida among winged insects
Stamgroep beesten geven vaak aan hoe de morfologie in de huidige beesten tot stand is gekomen: Although crown-group Ephemeroptera have reduced hind wings, those taxa in the Paleozoic had fore- and hind wings of similar construction, .
Er is hier geen vleugelafdruk aanwezig , maar dat verwacht je ook niet bij een eendagsvlieg die even gaat zitten.
* Primitief is een ander idee, maar geen formele wetenschappelijke term.
De afdruk van het dier bevat een gedetailleerde weergave van de verschillende segmenten van het lichaam. Ook zitten er sporen van de klauwen van het insect op het ichnofossiel. Het ichnofossiel is gevonden door onderzoeker Richard Knecht van Tufts University in Medford. Hij ontdekte de afdruk toen hij een stuk loszittend gesteente( aan de rand van het hedendaagse" moeras" waarin hij verdwaalde ) oppikte van een rotsblok( dat door vroeger studentenonderzoek als een zeer fossielrijke formatie was aangestipt ) en nader onderzocht ''Ik pakte een losliggend stuk dat al in tweeën was gespleten, zoals je wel vaker ziet bij oude stenen, verklaart hij op Discovery News. ''Ik kon de steenschaal openen , net als een boek en ik zag de twee helften van de bewaarde afdruk
Volgens de onderzoekers suggereert het fossiel dat eendagsvliegen /haftenveel eerder ontstonden dan tot nu toe werd aangenomen. De resultaten van het onderzoek zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Proceedings of the National Academy of Sciences.
De afdruk van de is zeker 25 miljoen jaar ouder dan alle andere fossielen van vliegende insecten die tot nu toe zijn gevonden. Dat dit dier daadwerkelijk kon vliegen wordt ondersteund door het feit , dat de zeer gedetailleerde afdruk geen "loopsporen "van het dier heeft bewaard ; het moet dus naar die zeer fijnkorrelige "modderplaat " toe gevlogen zijn en daar een paar ogenblikken hebben "uitgerust "of op de uitkijk hebben gelegen naar een mogelijke partner ...al met al een erg vluchtige gebeurtenis
Overigens bestaan er ook (zeer uitzonderlijke ) voorbeelden van ichno-fossielen die zulke andere uiterst vluchtige verschijnselen als inslagjes van regendruppels ( op vulkaanas-lagen ) en afdrukkken van kleine golfjes van het getij op stranden ,in sedimentatie-steen hebben bewaard ....
Ichnofossielen zijn te onderscheiden van gewone (?) organismen- fossielen ....ichnofossielen zijn geen gefossilleerde (versteende= gemineraliseerde ) lijkjes ... het kunnen echter wel bewaarde produkten zijn van levende wezens (bijvoorbeeld gefossileerde bijen , wespen en mierennesten, spinnenwebben .... ) en zoals gezegd ook loopsporen en ( zoals hier ) fragmenten van lichaams-afdrukken in fijnkorrelige structuren die daarna erg vlug zijn bedekt door een beschermende laag met ander zeer fijn materiaal
De oudste bewijzen voor het bestaan van (niet-vliegende) insecten zijn gedeeltelijke afdrukken van insectenlichamen uit het Devoon, een periode in de geologische tijdschaal die ongeveer 416 miljoen jaar geleden begon
(1) De oudere groep der steenvliegen (overigens zijn dat in de geneste hierarchie "verwanten"van deze haften ) bezat ook al vleugels , maar of de oudste vertegenwxoordigers ook al goed in staat waren te vliegen , wordt betwijfels
Men kent veel vliegende insecten uit het late Carboon, waaronder reusachtige Libellen. Deze nu gevonden fossiele insecten-afdruk stamt uit het einde van het midden Carboon, een periode die paleontologisch gezien een nogal "witte vlek" is.
*Uit het laat- Carboon stammen de steenkolenlagen, waarin ontelbare fossielen zijn gevonden. *Uit het Midden Carboon, toen landschap en klimaat anders waren, zijn de fossielen zeer schaars. * Bekend is dat de eerste insecten tijdens het Devoon ontstonden, maar dit fossiel is weer een stukje uit de puzzel die nu boven water (boven de grond, beter gezegd) komt.
Rhyniognatha hirsti "red sandstone" Scotland / Rhynie chert in Aberdeenshire The fossil was first described in 1926 by the entomologist Robin John Tillyard. The specimen is now kept at the Natural History Museum in London. "It has been known for some time and various people have scratched their heads over it," said Dr Lyall Anderson of the National Museums of Scotland in Edinburgh.
-396 a -407 MY Fragmenten van een insekt dat bepaalde karakteristieken vertoont die ook zijn te vinden bij vliegende insekten Deze oude vondst suggereerde (volgens de nieuwste studie ) op zijn minst dat de insekten teruggaan tot het Siluur en dat gevleugelde insekten ouder zijn dan ooit gedacht
Het oudst bekende (vleugelloze ) insekt was( tot in 2004 ) een fossiel specimen van Archaeognatha / Zygentoma, :(zilvervisjes ) waarvan fragmenten zijn bewaard in o.m. een 379 miljoen jaar -oude rots in de staat New York, US.
De ontdekking van de fossielen van "nieuwe " dinosauriers is een vast nieuws-item geworden Maar dat betekent geenszins dat het meteen ook dan maar "nieuwe" soorten moeten zijn die worden ontdekt ...Regelmatig worden dergelijke "nieuwe " soorten gedegradeerd tot ontwikkelingsstadia in de levensloop van een reeds bekende dinosaurier -soort ... (Dat zijn namelijk gevolgen van mogelijke implicaties en problemen rond ontogeny (morfologie gerelateerd aan de ouderdom en levensloop stadia van het specimen en diens soort varianten ).
Artistieke impressie Bob Nicholls http://archosaurmusings.wordpress.com/2011/04/04/the-art-of-zhuchengtyrannus/ OPGELET : Een artistieke indruk is GEEN foto noch een definitieve reconstructie , noch een tastbaar "bewijstuk " van wat dan ook ... Ga dus nooit alleen maar op dergelijke impressies en plaatjes ( ook als ze zijn gebaseerd op het (meestal onvolledige ) advies van palentologen zelf ) verder bij het afleiden van (voorlopige ) conclusies ... Wat telt zijn de fossielen zelf ....
Ierse wetenschappers hebben bekend gemaakt dat ze samen met een team chinese paleontologen in China ,dicht bij de stad Zundeng in het Oostelijk deel van de provindie Shandong , de overblijfselen hebben ontdekt van een dinosaurus die goed lijken op die van de goed bekende Tyrannosaurus-rex fossielen .
Daaruit menen ze te kunnen concluderen dat het om een lid van de tyrannosaurier - groep gaat , dat nauw verwant is aan de beroemde T Rex
De beroemde wereldautoriteit op het gebied van naamgeving en klassificatie van nieuwe dino-vondsten is mede auteur XU XING , een chinees paleontoloog die al minstens dertig nieuwe dino's heeft ontdekt en geidentificeerd als nieuwe soorten ....
(Dave Hone ) Notes on the taxonomy and identity of Zhuchengtyrannus .....its worth noting that Zhuchengtyrannus is a tyrannosaurine and that puts it in the group of especially large and derived tyrannosaurs and as part of a Late Cretaceous group that was restricted to eastern Asia and North America. We can tell this at least in part because it is a huge theropods from the end Cretaceous of China, but the relatively straight anterior edge of the maxilla supports this, and the shape of the teeth and dentary put it well within the tyrannosaurs in general.....
"De Zhuchengtyrannus onderscheidde zich vooral van andere Tyrannosauriërs door( de gevonden fragmenten van de ) schedel die net iets anders was gevormd", aldus hoofdonderzoeker Hone. of maw : De classificatie baseert zich vooral op de unieke tanden en schedelkenmerken om deze fossielen te rekenen tot een nieuwe soort
its worth remembering that there are different ways of identifying species, or more specifically, distinguishing them from others. Obviously with a fossil were working on a morphological species concept (that is, identifying a species buy its anatomy), but more specifically we can separate out differences in different ways. First off we can look for genuinely unique features a giant tooth in socket 5, only one finger on the hand, a skull twice as long as tall etc. Things that appear in our new species that dont appear in any others (or at least any other close relatives stripes are characteristic of tigers since even though other cats are stripey, youd never confuse the two because of the obvious size differences etc.). Secondly though, you can look for unique combinations of characters. One species may have a long and wide skull, another a short and narrow skull. The characters of long, short, wide and narrow are all in play here, but you could distinguish a possible new species with a clearly distinct combination of long and narrow or short and wide.
So onto Zhuchengtyrannus. This is diagnosed in our paper by two unique characters a short of shelf on the anterior part of the maxilla and an odd notch in the maxillary fenestra (see figure below). Neither of these does, to our knowledge (or indeed that of the referees or various other colleagues we consulted), turn up in any other tyrannosaur specimen ever. There is also a unique combination of characters to further separate it from other tyrannosaurs in the position of the antorbital fossa and size of the maxillary fenestra.
Uiteraard moet een uitgebreid vervolgonderzoek , discussies en verder peer review proces en ( vanuit andere hoeken dan het oorspronkelijke ) nog opstarten ....Het artikel is niet meer maar ook niet minder dan een eerste kennisgeving Het publiek toegankelijke blog van Dave Hone( waaruit bovenstaande uitgebreide citaten stammen ) is daarbij een zeer goede gids en hulp Maar de valabele hoofd -referentie is en blijft het gedetailleerde paper zelf
.....we can measure the bones we do have and that gives us a 64 cm maxilla and a 78 cm dentary, though the latter would probably have been a bit longer in life. These obviously make up a significant part of the skull, but it would have been much longer when complete. .... tyrannosaurines are generally pretty conservative so we can compare the sizes of these bones to their equivalents in other specimens for comparison. There are two adult Tryannosaurus specimens with maxillae just 1 and 2 cm longer than that of ZT with one having a bigger and the other a smaller dentary, so its immediately fair to call this about T. rex sized. However, the specimen known as Sue is a real monster of a rex with a maxilla some 79 cm long, which is a fair bit bigger bigger. There are several Tarbosaurus specimens in the low 60s for maxilla length, with one (I can only imagine is a juvenile) at 49 and a pretty big one at 73. Several other more basal tyrannosaurid and tyrannosaurine taxa get close, but are not quite as big as ZT.
....Obviously we just have one specimen and its impossible to know if it was a big or small or very average specimen. Assuming the latter, its very slightly bigger than most specimens of Tarbosaurus and slightly smaller than most Tyrannosaurus ones. That means its basically about the same size as these two, and lying in between on average.
....Tyrannosaurus is bigger and Tarbosaurus is pretty much the same. I dont think anyone would argue that (in terms of length at least) that Spinosaurus, Giganotosaurus and Mapusaurus are not bigger (and heres a good chance to link to this old image of mine).
At the front you have a Siberian tiger (white the largest living terrestrial predator) and Andrewsarchus (grey the largest known mammalian predator, though its status as a carnivore has been questioned) and then across the back Spinosaurus (white actually drawn too large, it has recently been scaled back a bit from this and the biggest carnosaur), Giganotosaurus (black the biggest allosauroid), Tyrannosaurus (grey the biggest tyrannosaur) and Carnotaurus (white the biggest known abelisaur).
Samen met T. rex en de aziatische Tarbosaurus, is Zhuchengtyrannus magnus een indrukwekkend carnivoor lid van gespecialiseerde gigantische theropoda binnen de Tyrannosauridae Die groep leefde in Noord Amerika en Oost azie gedurende het late krijt van - 99MY a - 65 MY (2)
Qua lichaamseigenschappen en formaat is het nieuw reptiel ,wat betreft de gevonden resten , vergelijkbaar met de bekende Tyrannosaurus rex fossielen . Dat schrijven onderzoekers van het University College in Dublin in het wetenschappelijk tijdschrift Cretaceous Research.
The unique shelf is labelled 'S' and the notched fenestra 'mf'.
From Hone et al., in pressFragmenten en tanden uit de bovenkaak (onderaan ) diagrams van de Zhuchengtyrannus maxilla.
De vondst bestaat uit een maxilla van de bovenkaak en een dentarium van de onderkaak van een volwassen individu. De oorspronkelijk vermoedelijk zeer gave resten zijn tijdens het bergen wat beschadigd geraakt. Losse tanden zijn aan de soort toegewezen
Het (werkhypothetische ) skelet van de nieuw ontdekte dinosaurus is dus gereconstrueerd op basis van fossiele kaak- beenderen en tanden die zijn opgegraven in China. Het kostte wel wat extrapolaties (1) en veel moeite een ( voorlopige ) model - reconstructie , op grond van vergelijking met ander tyrannosaurus materiaal .te verwezenlijken
Met alleen wat botten uit de schedel en de kaak is het moeilijk om ( o.a.) het formaat van dit dier nauwkeurig in te schatten, verklaart hoofdonderzoeker David Hone op nieuwssite Physorg.com. Maar de botten die we in ons bezit hebben, zijn slechts een paar centimeter kleiner dan die van de grootste T-rex(varianten ) die we kennen. Het staat alleszins vast dat de Zhuchengtyrannus een gigantisch dier was, ( en hoogstwaarschijnlijk behorend tot een nieuw taxon uit de tyrannosauriden-familie ) , aldus Hone. (NB : In het rood staan mijn toevoegingen )
Noten
(1) EXTRAPOLATIES of grond van vergelijkende anatomie , zijn de allereerste gissingen in het detectivewerk dat ook deze nieuwe legpuzzel omringd ... Zo worden als" waarschijnlijk " en redelijk geopperd ; -Deze carnivore (= tanden ) theropode had net als alle andere Tyrannosauriërs : *kleine armen, *tweevingerige (vinger)klauwen *en ijzersterke kaken.
Minder geslaagd is :
-Het dier jaagde niet alleen actief, maar aasde ook op de prooien van andere dieren of het was zelfs een "aaseter " .(= die laatste paar puntjes zijn veronderstellingen die het altijd doen als bladvulling in persverhaaltjes ....en daarom ook al eens onvoorzichtig door de enthoesiaste ontdekkers worden gesuggereerd azan het journaille ? )
Onderzoekers uit China, Leicester en Oxford hebben een opmerkelijke fossiel ontdekt dat nieuw licht werpt op een belangrijke groep van primitieve zeedieren.
Het gaat om het 525 miljoen jaar oude fossiel van een hemichordaat [Credit: Professor Derek Siveter, Oxford University] Het fossiel behoort tot een groep van tentakel-dragende worm-achtige schepselen, die leefden in harde hulzen die ze zelf afscheiden . Voorheen werden alleen dergelijke kokers ontdekt en waargenomen in detail, maar dit nieuwe model toont duidelijk ook de weke delen van het lichaam , inclusief de bewapening en voedings-tentakels .
Details van de ontdekking zijn vandaag bekendgemaakt in het tijdschrift Current Biology. De studie werd gefinancierd door de Royal Society en de National Natural Stichting van China.
Het schepsel behoort tot de groep der zogenaamde pterobranchia- hemichordates die verwanten zijn van zeesterren en zee-egels, maar ook gewervelde dieren tonen enkele kenmerken die de vroegste( mogelijke ) aanknopingspunten op onderlinge verwantschappen tussen ongewervelden en gewervelden , bieden Ongeveer 30 soorten pterobranchiata staan tegenwoordig bekend , maar 380-490 miljoen jaar geleden bestond er al een groep van deze dieren : de zogenaamde graptolieten , en dat waren vrij algemeen voorkomende soorten in de prehistorische oceanen.
Pterobranchia scheiden een stof die een hard omhulsel vormt rond hun zachte lichaam ...Tentakels strekken zich uit aan de bovenkant van de buis om plankton te vangen.
Hoewel minder dan 4 cm lang , is het nieuwe fossiel prachtig bewaard gebleven en zijn kleine details te zien, waaronder 36 kleine tentakels langs een vederlichte arm.
Professor David Siveter van de Universiteit van Leicester's Department of Geology ".... het fossiel heeft een uitzonderlijk bewaard gebleven afbeelding van het zachte weefsels - met inbegrip van bewapening en tentakels gebruikt tijdens het voeden - Het bied een ongeëvenaard inzicht in de oude biologie van deze groep..."
Collega's van Yunnan University en de universiteiten van Leicester en Oxford werkten samen bij het identificeren en beschrijven van de bijzondere vondst, die werd ontdekt in de provincie Yunnan, China. Het fossiel kreeg als naam Galeaplumosus abilus wat betekent 'gevederde helm van boven de wolken', verwijzend naar zowel de morfologie " als naar de vindsplaats yunnan (= "ten zuiden van de wolken '. )
Graptolieten (Graptolithina) waren kolonievormende zeediertjes uit het Paleozoïcum. Ze worden onder andere gebruikt als gidsfossielen voor het Ordovicium en het Siluur. Graptolieten worden gerekend tot de Halfchordaten (Hemichordata), de diergroep waartoe de verre verwanten van de gewervelde dieren behoren. Het waren kolonievormende diertjes die leefden van het Midden-Cambrium (ca. 520 miljoen jaar geleden) tot het Vroeg-Carboon (ca. 360-320 miljoen jaar geleden). Een kolonie of rhabdosoom bestond uit een groot aantal bekertjes, die via een draad met elkaar in verbinding staan. Deze bekertjes waren opgebouwd uit een chitine-achtige stof. Elk bekertje bevatte één individu. Een kolonie kon uit één of meerdere armen bestaan.
Graptolieten worden meestal platgeslagen in schalies teruggevonden. Het zijn dan rechte of gebogen streepjes, die aan één of beide zijden een zaagrand vertonen. De tandjes van de zaag worden gevormd door de bekertjes.
Een drijvend bestaan
Toen graptolieten voor het eerst werden beschreven, dacht men dat het planten waren. Pas aan het begin van de 19de eeuw werden ze als fossielen van dieren bekend. De oudste graptolieten, de Dendroidea, waren met een soortwortel in de bodem verankerd. Vanuit hun bekertjes vingen de diertjes voedseldeeltjes die in het water zweefden. Binnen de Dendroidea zien we verschillende typen bekertjes. Grote bekers worden geïnterpreteerd als vrouwtjes, de kleinere als mannetjes.
Sommige Dendroidea zaten niet vast aan de bodem, maar hechtten zich aan zeewier. Dit wordt gezien als een eerste stap in de richting van de levenswijze van de Graptoloidea, een andere groep graptolieten. Deze graptolieten waren simpeler gebouwd dan de Dendroidea en de bekertjes waren allemaal van dezelfde grootte. De meeste Graptoloidea hechtten zich aan drijvende stukken wier. Deze levenswijze verklaart hun brede verspreiding. Sommige vormen ontwikkelden zelfs drijforganen, waardoor ze zelfstandig in de Paleozoïsche oceanen konden drijven.
Graptolieten waren kolonie-vormende diertjes die voorkwamen in de zeeën van het Boven-Cambrium tot het Onder-Carboon. Hun fossielen zijn vooral bekend uit het Ordovicium en het Siluur.
Een graptolietenkolonie bestond uit aan elkaar verbonden bekertjes van chitine die elk een diertje bevatten.
Het gaat vermoedelijk om een embryo van een titanosaurus, Onderzoeker Gerald Grellet-Tinner van het Field Museum in Chicago ontdekte de resten van het ongeboren dier door eenscan te maken van een dinosaurusei . Het ontdekte embryo is volledig ontwikkeld en heeft een diameter van ongeveer negen centimeter, zo meldt het Britse tijdschrift New Scientist.
Het kleine 18 mm lange humerus -bot uit het voorste lidmaat van het dinosaurus -embryo ( Gondwana Research)
Het gescande dinosaurusei waarin het embryo is ontdekt, was in de jaren zestig al gevonden tijdens een wetenschappelijke expeditie in de buurt van de Gobi-woestijn in Mongolië. Het dateert van het vroeg krijt . Het fossiel zelf zat sinds aijn ontdekking in het archief van het Field Museum ....
Bacteriën hebben ervoor gezorgd dat de botten van de ongeboren dinosaurus zijn omgezet van calciumfosfaat naar calciumcarbonaat. De rest van de eierschaal bestaat ook uit dat materiaal.
Daardoor was het niet mogelijk om het embryo te detecteren met röntgenstraling. Grellet-Tinner gebruikte een zogenaamde tomografie om het ongeboren dier in kaart te brengen. Op basis van de vorm van het lichaam stelde hij vast dat het ging om een titanosaurus. Hij heeft zijn bevindingen gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Gondwana Research.
Twijfel Overigens twijfelen sommige wetenschappers nog wat aan de resultaten van de studie. Ze vragen zich of het wel mogelijk is om de (overrigens slecht bekende volwassen ) kenmerken van de groep te vinden in de overgebleven morfologie van zulk een embryo.
Het is tevens erg ongebruikelijk om een embryo te vinden met botten die precies hetzelfde zijn gevormd als bij volwassen dieren, verklaartde Steve Salisbury van de Universiteit van Queensland in New Scientist.
Het is volgens Salisbury wel aannemelijk dat het gaat om een embryo van een dinosauriër uit de groep sauropoda. Alleen die ontdekking is al erg bijzonder. De leeftijd van het ei wijst er op dat deze dinosauriërs 50 miljoen jaar eerder in Mongolië voorkwamen dan tot nu toe werd aangenomen.
Ik was totaal verrast, verklaart Grellet-Tinner. We hebben nooit eerder een dergelijk embryo gevonden dat nog volledig aan elkaar zat. En we wisten niet dat deze dinosauriërs zulke extreem kleine eieren legde. (gemiddeld 90 mm in diameter )
Twee gelijkaardige 3,5 cm lange fossiele schedeltjes van ( vermoedelijk ) pas uit het ei gekomen titanosaurus-jongen , werden al in Argentinie ( 2001 ) , ontdekt , samen met nog enkele andere fragmenten van de titanosaurus -morfologie
Dit is een van de schedeltjes ; De snuit wijst naar links-onder , de oogkas bevindt zich in het midden (foto: Science) Het zijn vooral de beitel-tanden van de schedeltjes die de determinatie aannemelijk maken ... Die zijn dan ook bij best bekende en best bewaarde items tussen de zeldzame titanosaurus schedel-restanten Uiteindelijk was de titanosurus -kop slechts klein in vergelijking met de rest van het lichaam en raakten schedels dan ook zeer gemakkelijk los van de rest van het dode dier ... Ook dino-eieren zijn relatief zeldzame fossielen , maar Luis Chiappe( the Natural History Museum of Los Angeles County) en een groep Argentijnse paleontologen vonden vroeger ook al been-restanten in enkele van de duizenden eieren die ze vonden in Patagonia.
Chiappe in New Scientist. "Beide schedeltjes zijn lichtes vervormd , maar geven een duidelijk en helder beeld van de titanosaurus schedel: Daarvan waren in 2001 geen komplete exemplaren bewaard gebleven ( of gevonden ) Wel waren de beiteltanden goed bekend ... Het is ironisch dat de beste schedel- exemplaren voor de gehele titaznosaurus -groep afkomstig zijn van zeldzame embryo's .... "
Begin 2011 verschijnt uiteindelijk een studie waarin voor het eerst een complete volwassen en geavanceerde ( braziliaanse ) titanosaurus schedel , uit het vroeg krijt , wordt afgebeeld en beschreven :
Het gescande dinosaurusei waarin het embryo is ontdekt, was in de jaren zestig al gevonden tijdens een wetenschappelijke expeditie in de buurt van de Gobi-woestijn in Mongolië. Het dateert van het vroeg krijt . Het fossiel zelf zat sinds aijn ontdekking in het archief van het Field Museum ....
Bacteriën hebben ervoor gezorgd dat de botten van de ongeboren dinosaurus zijn omgezet van calciumfosfaat naar calciumcarbonaat. De rest van de eierschaal bestaat ook uit dat materiaal.
Daardoor was het niet mogelijk om het embryo te detecteren met röntgenstraling. Grellet-Tinner gebruikte een zogenaamde tomografie om het ongeboren dier in kaart te brengen. Op basis van de vorm van het lichaam stelde hij vast dat het ging om een titanosaurus. Hij heeft zijn bevindingen gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Gondwana Research.
Twijfel Overigens twijfelen sommige wetenschappers nog wat aan de resultaten van de studie. Ze vragen zich of het wel mogelijk is om de soortkenlmerken te herleiden tot de vorm van een embryo.
Het is erg ongebruikelijk om een embryo te vinden met botten die precies hetzelfde zijn gevormd als bij volwassen dieren, verklaart Steve Salisbury van de Universiteit van Queensland in New Scientist.
Het is volgens Salisbury wel aannemelijk dat het gaat om een embryo van een dinosauriër uit de groep sauropoda. Alleen die ontdekking is al erg bijzonder. De leeftijd van het ei wijst er op dat deze dinosauriërs 50 miljoen jaar eerder in Mongolië voorkwamen dan tot nu toe werd aangenomen.
Reconstruction of Diania cactiformis in dorsolateral view.(Nature )
Deze worm-met-gepantserde-poten is mogelijk eentje uit de voorouderlijke groep van de moderne geleedpotigen. (afbeelding: Jianni Liu)
De wandelende cactus van Yunnan behoort tot de groep van de uitgestorven worm-vormige dieren der lobopoden , waarvan al lang wordt gedacht dat het verwanten zijn van de huidige "velvet wormen."(>Fluweelwormen =(Onychophora)) De wandelende cactus is echter wel het eerste fossiele lid van de lobopoden groep dat beschikt over, de gelede poten die typisch zijn voor de arthopoden
Maar de huidige consensus beschouwd de Onychopora als een zustertaxon van de arthropoda
**** Wetenschappers hebben in het zuidwesten van China de overblijfselen van een opmerkelijk dier ontdekt dat zich vermoedelijk als eerste organisme wapende met een uitwendig skelet..Het fossiel zelf is afkomstig uit de reserves van de Vrije Universiteit van Berlijn waar het al minstens 10 jaar opgeslagen lag ___ Paleontoloog Michael Steiner, eveneens van de Freien Universität Berlin. Die fossielen uit China hebben we al tien jaar in ons bezit . Maar we wisten niet wat we er moesten mee aanvangen .."
Het is een soort wormachtig wezen waaraan tien paar stekelige uitsteeksels zitten. Het dier heeft de bijnaam 'wandelende cactus' gekregen. Het organisme leefde ongeveer 520 miljoen jaar geleden en was waarschijnlijk één van de eerstegeleedpotigen, een groep van dieren die zich met een uitwendig skelet beschermen tegen roofdieren. Dat schrijft hoofdonderzoekster Jianni Liu in het wetenschappelijk tijdschrift Naturehttp://www.nature.com/nature/journal/v470/n7335/full/nature09704.html
.... .Geleedpotigen zijn waarschijnlijk voorgekomen uit de lobopoden, een groep van zachte wormen met poten waar weinig over bekend is. Het nieuw ontdekte fossiel bewijst mogelijk definitief dat er een evolutionair verband is tussen geleedpotigen en lobopoden. De verwantschap en afstamming tussen beide groepen is echter nog lang niet " ononmstootbaar "bewezen door dit fossiel .. het wordt echter wel steeds waarschijnlijker en het is zeker een goede aanwijzing , maar we moeten wel opassen dat het niet alweer een door de minder voorzichtige pers en de enthoesiaste schrijvers van de studie , alweer een sensationele opgeklopte hype wordt ...
We hadden tot nu toe nog geen fossiel waarvan je kon zeggen: dit was de eerste lobodop met een simpel uitwendig skelet, verklaart Liu in het Britse tijdschrift New Scientist. Het fossiel biedt ook inzicht in de manier waarop geleedpotigen ontstonden. Uit het lichaam van de "worm" blijkt dat de dieren waarschijnlijk eerst stekels ontwikkelden op hun zachte poten en pas later in de evolutie ook de rest van hun lichaam wapenden met een uitwendig skelet.
Met de vondst van de fossielen, die stammen uit het Cambrium, is mogelijk ook een ander raadsel opgelost. Paleontologen worden het er namelijk al een poosje niet over eens of geleedpotigen eerst hun rug en buik gingen beschermen met een pantser, of hun poten. Het cactusvormige wezentje heeft wel harde schalen rond zijn poten, maar niet rond het weke middendeel van zn lijf.
Roofdieren : Het aantal geleedpotigen explodeerde ongeveer 540 miljoen jaar geleden in het geologisch tijdvak Cambrium. In die tijd leefden er al veel roofdieren . Kleinere organismen ontwikkelden onder invloed daarvan waarschijnlijk uitwendige skeletten.( later ook rond het weke lijf )
Het fossiel van het organisme met de naam Diania cactiformis bestaat uit een centrale ruggengraat: een kop en een lichaam met 9 segmenten , er is bovendien een scheiding tussen iets wat men de voorlopers van een kopstukkapsel ( met 4 paar uitsteeksels ; 1 paar kopkapsel ? en 3 paar thorax ? ) en proboscis en/of een thorax(?) (met zes paar "poten ") kan noemen , merkbaar .... De aanleg voor een klein drie-segmentair pootloos abdomen ( zoals eventueel bij de insekten ) is ook in principe aanwezig
Er zijn met andere woorden , genoeg morfologische kenmerken/aanzetten ( = " evolutie"-knutsel-materiaal) aanwezig , om dat allemaal verder uit te bouwen naar de vele verschillende arthropoden toe ....
Maybe , the front set of appendages are cranial. So, in that case , they dont count as a segment.
Jason Says: February 24th, 2011 at 7:15 am ...Im actually one of the authors of this study ..... In response to a couple of the points: -the head end is to the left with a tube like proboscis -and no, there is no evidence for mouthparts which presumably developed later in arthropod evolution = .it had no primitive eyes or no mandibles I wouldnt say it really has a true head. Heads, like mouthparts, came later on in the evolutionary tree and this is why we think we have something very close to the point where these so-called lobopod animals turned into true arthropods -The exact count of legs at the front end is slightly complicated because the legs all lie jumbled on top of each other, but were pretty sure its 10 as per the reconstruction.
Hallucigenia (Burgess Shale en later ook Chenjiang= wat erg veel verhelderde over dit dier ) is een lobopode die oppervlakkig een beetje lijkt op deze" nieuwe" vondst Ze verschillern echter ook onderling ... Hallucingenia bezit duidelijk andere aantallen (geklauwde ) "poten " en bezit ook nog rug of zijstandige supplementaire uitsteeksels http://paleobiology.si.edu/burgess/hallucigenia.html
Hierboven en in navolging van de pers -berichten wordt gewag gemaakt van een "worm " of "wormachtig " maar zacht dier ...
De verazmelterm "vermes " ( = te vertalen als "wormen" ) word echter allang niet meer gebruikt als een aparte sytematische groep binnen de animalia De "wormen" ( vroeger dus "vermes" ) zijn een ouderwetse verzamelbak -term ... het is een term die in de wetenschap der taxonomen en fylogenetici uit de terminologie is verdwenen ... maar nog steeds wordt gebezigd in het spraakgebruik ... Net zoals "de opkomst en ondergang van de zon " terwijl de meeste ontwikkelde mensen weten dat het de zon niet is die opkomt en ondergaat , maar de aarde die om haar as wentelt in 24 uur
Lijken oppervlakkig ook wel een beetje op de gevonden "lobopoden " , maar het zijn leden van de annelida ( de bekendste vertegenwoordigers zijn "aardwormen" ) en die zijn waarschijnlijke vervanten van de gewervelden
Daaronder ook de "extante polychaete " wormen die al zo'n belangrijke rol hebben gespeeld in de origine-studies rond de ontwikkeling van het oog en het zenuwstelsel = Platynereis dumerilii
Een 95 miljoen jaar oud fossiel werd door wetenschappers onder de scanner van de Franse European Synchrotron Radiation Facility (ESRF) in Grenoble gelegd en biedt wetenschappers meer details over recente inzichten in de vraag hoe slangen in de loop van de evolutie zijn ontstaan.
Het fossiel uit Libanon van de prehistorische slangEupodophis descouensi bevat twee achterpoten met enkelbotten, maar geen teen- of voetbeenderen. Zichtbaar was een poot , de andere bevond zich binnen het fossiel en is nu door o.a. de laminography zichtbaar geworden
Volgens onderzoekers van het Museum National d'Histoire Naturelle in Parijs suggereren de resten van het dier dat de voorouders van slangen poten hadden. Dat meldt BBC News.
Revealed: Scientists see features on the scale of a few micrometers A finger points to the visible leg of the ancient snake
The snake would have slithered along the ground during the Late Cretaceous
De poten van de dieren verdwenen waarschijnlijk in de loop van de evolutie, omdat de ledematen steeds langzamer groeiden en gedurende een steeds kortere periode. De onderzoeksresultaten zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift Journal of Vertebrate Paleontology.Waarschijnlijk werden de poten van de voorouders van slangen steeds korter omdat de dieren de ledematen niet meer nodig hadden.
Bewegingen
Als een lichaamsdeel niet langer meer nuttig is, kan het langzaam verdwijnen, zonder dat het invloed heeft op de overlevingskans van een dier, verklaart onderzoekster Alexandra Houssaye op Discovery News. Deze regressie was waarschijnlijk zelfs positief, omdat de poten de bewegingen van een over de grond glijdende slang verstoorden.
De wetenschappers bevestigden nogmaals hun werkhypotheses door de versteende resten van de oerslang in kaart te brengen met sterke röntgenstraling en vervolgens een 3D-model van het dier te creëren. Met behulp van het model konden ze nauwkeurig bepalen in welke mate de poten van de fossiele slang waren ontwikkeld.
Zeereptielen
Wetenschappers gaan er vanuit dat slangen ongeveer 160 miljoen jaar geleden ontstonden. De grote vraag is welke voorouders de dieren hadden. Tot nu toe zijn er twee verschillende theorieën.
Sommige onderzoekers nemen aan dat slangen zijn geëvolueerd uit zeereptielen. Andere wetenschappers geloven dat de dieren zijn voorgekomen uit hagedissen die op het land leefden en in de loop van de evolutie hun poten verloren.Het opnieuw bestudeerde fossiel uit Libanon zou die laatste theorie nog beter kunnen ondersteunen.
Ward, C., Kimbel, W., & Johanson, D. (2011). Complete Fourth Metatarsal and Arches in the Foot of Australopithecus afarensis Science, 331 (6018), 750-753 DOI: 10.1126/science.1201463
De Australopithecus afarensis had een voetgewelf vergelijkbaar met dat van de moderne mens. Dat toont mogelijk aan dat Lucy en haar soortgenoten de bomen definitief inruilden voor een leven op de grond. Het onderzoek verscheen vandaag in Science.
Amerikaanse wetenschappers vonden in een 3,2 miljoen jaar oud middenvoetsbeentje nu het bewijs dat een mensachtige van de soort Australopithecus afarensis ( 1),en gevonden in de Ethiopische plaats Hadar,.vermoedelijk al een mensen- voetstructuur had.
Dat betekent dat Lucy voeten had om lang mee te wandelen, maar dat ze tegelijk haar klimvaardigheden verloor. Ze kon immers geen takken meer vastgrijpen met de grote teen, iets wat apen wel kunnen,
zegt onderzoekster Carol Ward van het Institute of Human Origins (Arizona State University),
Voor onze voorouders betekende dat een fundamentele verandering in de manier van leven. De Australopithecus afarensis verliet definitief de bomen en was nu in staat om grote afstanden af te leggen op zoek naar voedsel.
het fossiel plaats van het homologe bot in de menselijke voet
AL 333-160 left fourth metatarsal in dorsal, lateral, medial, plantar, and proximal views.
Ons voetgewelf ( = dat zijn de " holtes" wanneer de voetzool in rust op de grond staat --> in Vlaanderen is de bovenkant van de voet bekend als "de wreef" = ook die is typisch voor de mens ) is aangepast om langdurig rechtop te lopen. Het draagt ons gewicht, absorbeert schokken en vormt een stijf platform waarop we ons afduwen tijdens het lopen. Wanr ook voetholtes zijn een verdere goede optimalitie, bij en van de manier van lopen die moderne mensen hanteren.
Natuurlijk komen ook platvoeten voor Maar menselijke platvoeters bezitten nog altijd een wreef ( en dikwijls ook nog enige restanten van de holtes ) : Het "ontbreken " van voetzoolholtes ( in mindere of meerdere mate en zelfs verschillend in de linker en rechtervoet ) veroorzaakt snellere slijtage van de wervels ( bij lange mensen ) met als resultaat rugklachten en zelfs verlamming , wat een serieuse fitness -handicap is Het( anatomisch ) belangrijkste kenmerk van dit alles is echter de buiging in de botten ; wat dient om de schok op te vangen bij het neerkomen van de voet.
Het bestudeerde middenvoetsbeentje is het enige dat ooit van een volwassen Australopithecus afarensis is gevonden.(is het wel van australopithecus ? ( 1) Daarom is het een sleutelstuk voor de studie van de menselijke evolutie. Dat het voetgewelf zich zo vroeg in de evolutie ontwikkelde, betekent dat het fundamenteel is voor de menselijke voortbeweging. Een beter begrip van hoe en waarom onze voeten evolueerden, kan nieuwe inzichten geven in hoe ons skelet vandaag werkt, besluit Carol Ward.
De vondst van het fossiele middenvoet beentje suggereert daarom dat Australopithecus afarensis zich ook al voornamelijk rechtop voortbewoog. Het bot dat is opgegraven in Hadar heeft alle kenmerken van de vorm en de functie van een moderne menselijke voet, verklaart hoofdonderzoeker William Kimbel van het Institute for Human Origins in Arizona op BBC News.
Het gaat om het vierde middenvoetsbeentje dat aan de buitenkant van het middelste gedeelte van je voet zit, aldus Kimbel. Dit bot ondersteunt de goed ontwikkelde voetholtes( en de "wrijf") die we zien bij moderne mensen.
Wetenschappers vermoeden al langer dat Australopithecus afarensisaf en toe rechtop liep. Die theorie wordt ondersteund door verschillende kenmerken van het beroemde fossiel van Lucy, een volwassen vrouw van de soort Het fossiel van Lucy bevat echter geen voetbotten. Wetenschappers konden daardoor niet bepalen of ze vaak rechtop liep, of slechts af en toe.
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------Supplementaire aanwijzingen hebben overigens ook te maken met de voetafdrukken van Laetoli die aan afarensis worden toegeschreven
Onderzoekers van de Universiteit van Arizona lieten verschillende mensen door een bak met zand lopen, zodat ze hun voetafdrukken konden bestuderen.Sommige proefpersonen mochten gewoon rechtop lopen, anderen moesten hun knieën en heupen gebogen houden, zoals chimpansees dat doen De wetenschappers vergeleken de voetafdrukken van de proefpersonen vervolgens met oeroude voetafdrukken uit Lateoli, een plaats in Tanzania. Deze afdrukken zijn vermoedelijk 3,6 miljoen jaar geleden achtergelaten door een voorloper van de mens.
Hiel en teen Tot nu toe was het onduidelijk of de oermensen uit deze tijd voorover gebogen liepen zoals chimpansees, of al helemaal rechtop zoals moderne mensen. Het onderzoek van de Amerikaanse wetenschappers wijst op het laatste.De voetafdrukken uit Tanzania vertonen de meeste overeenkomen met de voetstappen van de deelnemers aan het experiment die volledig rechtop liepen. Zo bleken de afdrukken van de hielen en tenen ongeveer even diep te zijn.De resultaten van het experiment zijn gepubliceerd in het wetenschappelijk tijdschrift PLoS One. De wetenschappers zijn erg onder de indruk van de efficiënte loopstijl van de oermensen.
Efficiënt Tot onze verrassing vallen de voetafdrukken van Lateoli binnen het bereik van de normale menselijke voetstappen, verklaart hoofdonderzoeker David Raichlen in het Amerikaanse tijdschrift Scientific American.Deze manier van lopen was ongelooflijk efficiënt. Het wijst er op dat het besparen van energie erg belangrijk was bij de evolutie van het lopen op twee benen, aldus Raichlen.
* Aan het skelet van Lucy zelf ontbreken de voeten ... er is echter ook ( in 2006 bekend gemaakte vondst van ) een gedeeltelijke afarensis voet van een geologisch ouder (juveniel) specimen van a afarensis ... maar het bleef een vondst die ook plaats voor enige zwakke ( onredelijke ?) twijfel overliet over het feit of de a afarensis een obligate rechtop-wandelaar was ... en juist omdat het om een baby ging
" One foot is almost complete, providing the first time scientists have found an afarensis foot with the bones still positioned as they were in life. .......The remarkably complete skeleton's lower half is almost perfectly adapted to walking upright, while the upper body is more primitive, with gorilla-like shoulderblades and curved chimpanzee-like fingers suited to clinging and climbing trees."
The foot and other evidence from the lower limb provide clear evidence for bipedal locomotion,
Zeresenay Alemseged : " ....what our human ancestors looked like, not only 3.3m years ago, but when they were three years old."
De ontdekking dat Lucy waarschijnlijk een voetholte( en een wreef ) had, zegt volgens hoofdonderzoeker Kimbel veel over de manier waarop ze zich voortbewoog.(1)
We kunnen nu zeggen dat de voeten er net als andere anatomische kenmerken op wijzen dat deze voorouder van de mens zich al op een fundamenteel menselijke manier voortbewoog, aldus de wetenschapper.
Haar heupen hielden haar lichaam bij elke stap in evenwicht. Bij een tweevoetige betekent dat uiteraard dat ze op één been stond bij elke stap die ze nam.
Toch is het volgens andere wetenschappers nog maar de vraag of de loopstijl van Lucy echt zo soepel was.
We weten nu dat Lucy op twee voeten liep, maar er bestaat nog onenigheid over de vraag hoe veel haar manier van lopen op die van ons leek(2), verklaart Chris Stringer op BBC News.
Was het een ontwikkelde manier van lopen, of een meer waggelende manier? Dat moet nog blijken", aldus Stringer
(1) Probleem ' .... Is deze 4de metatarsus wel een botje afkomstig van een australopithecus afarensis ? ...."
Het botje is een fossiel gevonden in dezelfde Hadar streek en in dezelfde formatie gedurende dezelfde geologische periode als waar Lucy werd opgegraven ....Er is GEEN andere hominide bekend uit die tijd en in die streek ( = exact dezelfde redenering als die werd gebruikt bij het toeschrijven van de laetoli voetafdrukken aan de australopithecus afarensis )
MAAR :
......This is a flawed association to make; a form of what I would call confounding bias. We dont have Lucys 4th metatarsal to see what it looks like and unfortunately we dont have the rest of the this specimens skeleton to say it looked like Lucys. In fact, we have very little australopithecine appendicular and skeletons other than AL 288-1 (most notable are AL 129-1 and STS 14). So how can Kimbel say that the foot joins other anatomical regions when we dont know what the other regions really looked like?
See, the n of this sample is 1. Looking at the intervals in the figures, especially Fig 3 & 4, there a a significant amount of variation in humans and chimpanzees that overlap. Chimps arent bipedal but we are. So imagine you are a paleoanthropologist way in the future looking at one metatarsal of a now-current then-ancient chimpanzee way and comparing it to a humans surely you could make the same conclusion as these three have. And herein lies the big issue with sensationalism as is the problem often in paleoanthropology, we just dont have many comparative samples but people want definitive conclusions .
Fig. 3
(A) Box plots of angular relations of the proximal and distal metatarsal ends to the diaphysis in chimpanzees, gorillas, humans, and AL 333-160. The proximal ends of hominin metatarsals are angled plantarly relative to the diaphysis, reflecting the average 8° of inclination of the metatarsal in normal arched posture, whereas that of the apes is oriented slightly dorsally. The flattened plantar portion of the hominin distal articular surface is inclined distally, also reflecting this posture and the habitual extension at this joint during bipedal locomotion, something also not seen in the apes who have this surface oriented directly plantarly. This distal plantar surface is also more distally oriented relative to the base in both hominins. In every case, AL 333-160 resembles humans only, strongly supporting the presence of arches in the A. afarensis foot. (B) Left fourth metatarsals of human, AL 333-160, chimpanzee, and gorilla in medial view, showing the orientation of bone ends and diaphysis. The blue arrows indicate the domed portion of the head. AL 333-160 resembles humans in having the doming along the dorsal articular margin, whereas the distal articular surface is domed more plantarly in the apes.
Fig. 4
(A) Proximal ends of left fourth metatarsals in medial view, showing the dorsoplantar contour of the distal end. The box plot shows measured curvature, measured as maximum distance of the proximal joint surface from a line drawn between dorsal and plantar articular margins, expressed as a ratio to dorsoplantar length, following (11). Data are from (11). All hominins have relatively flat surfaces, rather than the convex profile of apes. (B) Proximal view of left fourth metatarsals, showing the dorsoplantarly expanded articular surface in hominins as compared with apes. The box plot of the ratio of dorsoplantar to mediolateral breadth shows the almost square proportion of apes, but the deep shape of the hominins. Data are in table S2. (C) Above, dorsal view of left fourth metatarsals, showing the articular facet for contact with the third metatarsal (vertical line) and the oblique articular facet for contact with the ectocuneiform in the hominins. Below, dorsal view of articulated cuboid, lateral, and medial cuneiforms and lateral metatarsals, showing the articular configuration of the lateral cuneiform with the third and fourth metatarsals. In apes, the cuneiform is directly medial to the cuboid and does not contact the fourth metatarsal. Both hominins have lateral cuneiform contact and an obliquely oriented facet on the fourth metatarsal for the cuneiform.
(2) De menselijke anatomie duidt op een lange afstand loper met erg grote actie-radius / De mens is tevens in staat langdurig te snelwandelen en er een snel lopers -vaartje achter te zetten met groot uithoudingsvermogen ... Sprinten en rennen is uitputtender en wordt erg kort gehouden ...
Kon lucy ook langdurig snel wandellen en lopen ? ( de (korte?) onderste ledematen ( voor zover die kunnen worden geinterpreteerd uit het gevonden materiaal ) duiden er alleszins niet definitief op ) Ook hier is er dus waarchijnlijk sprake van een mozaik aan kenmerken eigen aan "overgansgroepen " .....
Ook de voetloze vondst van het skelet van een geologisch oudere mannelijke afarensis = "Kadanuumuu " kan geen fefinitief uitsluitsel geven over de voetzool -kwestie .... Maar deze mannelijke voorouder van lucy bezat wel lange benen wat lucy's "korte "onderste ledematen als valabel argument in deze discussie over het uithoudend en langdurig rechtop lopen (en zelfs snelwandellen ) , wellicht wegzet .... We hebben hier ( ook vanwege de ruggegraat ) te maken met mannelijke een lange afstand loper ....
Lieberman, D.E., Raichlen, D.A., Pontzer, H., Bramble D.M. and Cutright-Smith, E., The human gluteus maximus and its role in running, Journal of Experimental Biology209, 2143-2155 (2006) | doi: 10.1242/jeb.02255
Is ID de wetenschappelijke (sic) uitleg voor creationiisten 150jaar Darwinisme... De evolutietheorie gewikt en gewogen David sorensen en revolutietheorie lalala DE VERRIJZENIS VAN DE JONGE VERDRONKEN KOE » Reageer (21) ID TOVERDOOS OVER SLECHTE ID-EETJES ,RESISTENTIE & TOVERDOCTORS c) OEC d) YEC
Een oeroud spoor Denisova : ZUID SIBERIË DENISOVA - mens
DMANISI AAP OF MENS DE OUDSTE ? » Reageer (1)Nakalipithecus nakayamai (<) Alweer eentje ? ..... De tand des tijds / Heidelberg-mens DE HEUPEN VAN EVA CASABLANCA MAN /erectus Hobbit is aparte soort ? » Reageer (2) NOG EEN BENDE BIJTERS POLONAISE met neanderthaler TANDEN UIT DE QESEM GROT Neanderthaler genoom Mitochondriale Genenkaart van Neanderthaler Xuchang mens
b)Biologie 1.-(EVOLUTIE ) NAS / IM Document 2008 (2) NAS / IM Document 2008 ( 1)
Cambrium & precambrium AVALON GABONESE chips
Evolutie in actie Opmerkelijk snelle adaptaties bij kroatische ruine-hagedissen:
EEN PLUIM VOOR CHINA Geef eens een pootje Pluimgewicht KLEIN DUIMPJE & DE REUS &VEREN Opnieuw gevederde Maniraptor Similicaudipteryx. Aerosteon riocoloradensis
Krokodillen
PAKASUCHUS KAPILIMAI Prestosuchus chiniquensis Terug naar zee viseter
Eritherium azzouzorum LJOEBA Darwinius masillae VLIEGENDE KATTEN ? Vleermuizen ALWEER EEN BELANGRIJK STUK UIT DE LEGPUZZEL Zee-zoogdieren ; Van de wal in de visgronden Indohyus / walvisevolutie Zeehonden-evolutie
*Blauwe en groene ( =nederlandse)teksten zijn meestal aanklikbare links *Engelse Wikipedia teksten verwijzen in de linkerkolom naar verschillende niet-engelse versies van het wikiartikel *Blauwe teksten tusssen "" , zijn voornamelijk ( gedeeltelijke)citaten afkomstig van mensen met andere meningen
Evolutie / Charles Darwin aan de basis: SELECTIE NATUURLIJK DE LEVENSBOOM UITSTERVEN DEEP TIME Biogeografie SEKSUELE SELECTIE Al jaren lang samen CO-EVOLUTIE De economie van de natuur Geleidelijke veranderingen
Unintelligent design:
IP Theorie Ons gebit , De appendix, Geboorte, De weg van het zaad , Nervus Laryngeus Recurrens, DNA , 75 mistakes , Het boek
Unintelligent design (1): Rechtop lopen Tomaso over het oog , oogspieren , Unintelligent Design (5): ZWEETVOETEN Unintelligent design (6): Vitamine C Unintelligent design (8): Kuitspieren