Over de exacte oorsprong van karate tast men nog in het duister, maar reeds tijdens de Meiji-periode was karate heel bekend bij het Japanse volk. Er zijn verschillende verhalen in de omloop. Over het algemeen wordt aangenomen dat karate is voortgekomen uit vechttechnieken afkomstig van het Aziatische vasteland.
Oorspronkelijk betekende karate "Lege hand", in het Japans. Op het eiland Okinawa is dit dan ook de betekenis die men nog steeds aan de term karate geeft. In 1937 werd de betekenis van karate echter gewijzigd en las men het in het Japans als lege (kara) hand (te). Dit niet in de laatste plaats omdat de Japanners niet op goede voet stonden met de Chinezen en derhalve een verwijzing naar dat land niet wilden erkennen in het karate. De legende gaat dat zo'n 1500 jaar geleden een boeddhistische priester, Daruma Taishi (ook bekend als Bhodi Dharma), vanuit Zuid-India naar China reisde om er de 18 mysteries van Lohan Tao te onderwijzen in het Shaolin klooster te Chung Shan in de Hunan provincie.Daruma's mysteries van Zen waren zeer moeilijk aan te leren en de intense beoefening van soberheid tijdens de opleidingsperiode putte zijn volgelingen zowel geestelijk als lichamelijk volledig uit. Velen die zijn onderrichtingen wilden bestuderen moesten onderweg opgeven. Om deze toestand recht te zetten onderwees Daruma hen in een bepaalde doctrine, de onscheidbaarheid van lichaam en geest (Eki Kinkyo) genaamd, de basis van het Chinese Kempo (Kempo = vuist van Shaolin). Eigenlijk was dit gewoon een oefening om het lichaam gezond en sterk te houden.
Karate is een zelfverdedigingskunst en vechtsport afkomstig uit Okinawa, Japan. Een beoefenaar van karate heet een karateka. Karate komt van de Japanse woorden lege hand betekent. het gebruik van vuist en hand