Onze gesteunde projecten













Bezoek onze gouden sponsors !!!

Bezoek onze sponsors!
IDEA reclame
Brakelsesteenweg 66
9400 Ninove

 

 


Bezoek onze sponsors!
Adviesbureau Walravens
Albertlaan 200
9400 Ninove

 

 



Moto's Van Rossom nv
Edingsesteenweg 416
9400 Denderwindeke

 

 

Bezoek onze zilveren sponsors !!

Bezoek onze sponsors!
RICHA
Westerring, 27
9700 Oudenaarde

 

 


 

 

U kunt ons kosteloos steunen
door gebruik te maken van onze
Trooper pagina:

 

 

Desertlions 2016
A daring challenge to Tadzjikistan & Mongolië

18-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 67 : Mongolië - From Altay to Altay in one day
Reisverhaal:

Om mijn navigatiefoutje van gisteren goed te maken sta ik vandaag om kwart voor zes op en pak mijn motor. In dit godvergeten dorp heb ik met moeite een brood gevonden gisteren en ik heb ik nog een stuk kaas van enkele weken oud in mijn blauw tonnetje gevonden en daarmee is mijn ontbijt samengesteld.

Als de zon eenmaal tevoorschijn komt zie ik zware donkere wolken aan de bergtoppen kleven en ik hoop dat het vandaag droog zal blijven want de bergpas die ik moet trotseren is zo al een uitdaging. De waakhond is de enige die me komt uitwuiven deze morgen en terwijl het dorpje nog slaapt rijd ik met nieuwe moed terug de vallei in. De hemel klaart vlug uit en het ziet er naar uit dat het wel eens een mooie dag zou kunnen worden.


Grote kuddes vee liggen verzameld rond de vele Yurts die ik passeer en de lage zon zorgt voor zo'n mooie belichting dat ik het niet kan laten om af en toe te stoppen voor een kiekje. Wanneer de hoge rotswanden langzaam open schuiven en de vallei breder wordt, wordt het tafereel nog mooier maar in de verte zie ik de besneeuwde toppen van de bergpas al liggen. Als ik eenmaal de pas nader blijkt heel de rijweg ondergesneeuwd te zijn en dus onberijdbaar. Ik heb trouwens de gehele morgen nog geen enkel voertuig gekruist.


Er zit niets anders op als off-track de bergen over te steken, geen sinecure want geregeld kom ik diepe ravijnen tegen die onneembaar zijn met de motor. Ook op de besneeuwde bergflanken is het vaak zoeken naar grip en niet evident om op de steile hellingen te rijden met een zwaarbeladen motor. Langzaam aan slaag ik er toch in om de top te bereiken. Ook de afdaling aan de overzijde ligt er spekglad bij maar hier kan ik parallel met de baan off-road rijden wat meteen een heel stuk makkelijker is. Gelukkig is de wind vorige nacht gaan liggen en kan ik, eenmaal terug op lagere vlaktes, rustig doorrijden.


Ik ben vastberaden om vandaag nog in de stad Altay te raken die zo'n kleine zeshonderd km verder ligt. Pauzes neem ik niet. Ik koop onderweg een doos chocolade biscuits en een fles water om de dag door te komen. Echt veel beschaving zie ik niet onderweg. Het is zonnig en minder koud. Op de weidse vlaktes lopen overal heel grote kuddes vee die me geamuseerd houden. Van ver zie ik grote arenden over de woestijn rondcirkelen en ik waan me net in een natuurdocumentaire. Op een gegeven moment staat er een reusachtig kameel voor me op de baan die blijkbaar moeite heeft met stappen. Ik stop en merk dat zijn poten gebonden zijn om te voorkomen dat hij het hazenpad kiest. Door zijn snoet zit een houten spil met een koord die op zijn beurt om zijn voorpoten gebonden is. De koord is echter zo rond zijn poten verstrengeld geraakt dat het arme dier amper nog kan bewegen. Ik bevrijd het uit zijn benarde situatie door de koord van zijn snoet los te maken en maak meteen ook de verbinding tussen zijn voorpoten te los zodat hij terug vrij kan lopen en de kudde vervoegen die een kilometer verderop staat te grazen. Zijn eigenaar zal mijn daden waarschijnlijk niet appreciëren maar ik heb nu eenmaal een zwak voor dieren in nood en voel me opgelucht als ik het beest rustig zie verder wandelen terwijl ik doorrijd.




Het is een eindeloze rit maar de vernieuwde weg is in goede staat en ik geniet van elke kilometer. Het voelt goed om terug eens wat vooruitgang te boeken en tegen de late namiddag heb ik de 590 km overbrugd die de twee Altay's van elkaar scheiden en rijd ik de glooiende bergen in naar het 2200 meter hoge plateau waarop de stad Altay ligt. Mijn Mongoolse sim kaart is intussen leeg ge-sms't en ik herlaad ze in een kiosk waarna ik op zoek ga naar een kamer met douche want het is al dagen geleden dat ik nog eens een deftige schrobbeurt gehad heb. Een fatsoenlijk bed zou ook eens welkom zijn.

Ik kijk tevreden terug op een vruchtbare dag in de wondermooie Mongoolse Gobi en ben hiermee terug een flinke stap dichter bij mijn einddoel geraakt.

18-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


17-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 66 : Mongolië - Altay?
Reisverhaal:

Wanneer ik gewekt word door het zonlicht dat door het kleine deuropeningetje schijnt blijkt Anhaa als eerste uit de veren. Ze trekt haar warme kledij aan en komt even later terug binnen met hout voor de kachel. Nadat ze de kachel aangestoken heeft gaat ze terug aan de slag met de dagelijkse taken en kookt water voor de thee en snijdt brood. Ik blijf nog even liggen tot de Yurt wat opgewarmd is alvorens me aan te kleden en samen met mijn gastgezin te ontbijten. Het brood is volledig uitgedroogd en de harde Mongoolse kaas vergt een goed gebit om te kauwen MAAR het is met veel liefde klaargemaakt en het smaakt daardoor als geen ander. Opnieuw wordt er heel wat afgelachen, vooral wanneer vader mijn helm eens wil passen en Anhaa kost wat kost eens op mijn motor wil zitten alvorens ik afscheid neem en terug de grote zandbak induik richting Hofd.


Door hun richtlijnen kom ik feilloos in Hofd terecht waar ik kan tanken en voorraad inslaan voor vandaag. De rijweg is verhard vanaf hier richting Altay en dus pomp ik mijn banden terug wat bij en rijd aan een vlot tempo het stadje uit. Onderweg zie ik grote kuddes paarden, kamelen en langharige jaks over de vlaktes dwalen. Vooral de uit de kluiten gewassen Mongoolse kamelen genieten mijn voorkeur om te fotograferen. Ik parkeer de Honda even en stap te voet op de kudde af. Te voet kan ik ze probleemloos benaderen en word van dichtbij verwonderd aangestaard door enkele dozijnen grote kamelenogen.




Bij een politie checkpoint vraag ik voor de zekerheid nog eens de weg naar Altay en word rechtdoor gestuurd. Wat later begin ik aan de klim over een 2800M hoge bergpas. Vanaf hier begint de wind hard in te beuken op mijn rechterflank en ik moet mijn snelheid drastisch laten dalen. De windkracht neemt stilaan orkaan-achtige proporties aan en op vele plaatsen ligt er sneeuw over de weg geblazen. Wanneer ik bij de religieuze hoop stenen op de Sommet stop voor een foto wordt mijn motor bijna van de zijstandaard geblazen en houd ik mijn pitstop beperkt tot het uiterste minimum. Nadat ik terug op lagergelegen vlaktes beland kom ik geregeld nomaden tegen langs de rivier die ik voor de rest van de dag zal volgen. Na een rit van driehonderd kilometer rijd ik tenslotte Altay binnen.


Helaas valt het me meteen op dat dit niet het Altay is dat ik me herinner van een vorig bezoek aan Mongolië. Het is een klein primitief dorpje met slechts enkele gemetste gebouwen en verder gewoon wat Yurts. Ik gooi mijn wegenkaart eens helemaal open en kom tot de conclusie dat er twee dorpen zijn die Altay heten; zelfs volledig hetzelfde gespeld! Bij de politiepost hebben ze me dus in de richting van het verkeerde dorp gestuurd en ik had niet de moeite genomen om dit eerst even te verifiëren op mijn kaart. Gelukkig maakt de wondermooie rit van vandaag het allemaal een beetje goed maar het betekend wel dat ik nog wat extra kilometers zal moeten rijden om terug op het goede spoor te komen. Tegen mijn verwachtingen in vind ik er een zevenderangs pensionnetje. Eten, wifi of veel luxe moet ik er niet verwachten en ook een woordje Russisch, laat staan Engels, zit er al evenmin in. Het is wel terug eens een unieke ervaring om in een vergeten uithoek van de wereld te verblijven en het dagelijkse leven eens van dicht bij mee te maken.

17-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


16-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 65 : Mongools geluk
Reisverhaal:

Om vier uur ‘s ochtends word ik wakker van de koude, de kleine houtkachel in de Yurt is uitgedoofd en buiten vriest het min 6. Ik kruip uit mijn harde bed en trek mijn kleren aan maar wat later blijkt ook dit niet veel te helpen. Tenslotte trek ik ook mijn motorpak aan en tracht nog wat te slapen maar mijn handen en voeten krijg ik niet meer opgewarmd en van slapen komt niet veel meer in huis.

Rond negen uur komt de vrouw des huizes de kachel opnieuw ontsteken en brengt me een eenvoudig ontbijt van brood en een kommetje groenten. Nadat ik wat opgewarmd ben maak ik me klaar voor een nieuwe dag. Van zodra ik het dorp buiten rijd kom ik op zanderige pistes terecht en ik laat mijn bandenspanning wat zakken om meer grip te krijgen. Het is bewolkt maar minder koud als de vorige dagen en ik heb het eigenlijk wel naar mijn zin op de pistes. Nu ik de reserve banden niet meer moet meezeulen en ik bovendien alle onnodige ballast gedumpt heb, scheelt dat een hoop in gewicht en dat vertaalt zich in een makkelijker bestuurbare motor. De omgeving is adembenemend op de open vlaktes maar al vlug stuit ik op een bergpas en moet ik opnieuw door een sneeuwlandschap. Dit moet qua adembenemendheid echter niet onderdoen voor het eerste deel van de rit. De wind blaast constant een laag poedersneeuw over de pistes waardoor het vaak moeilijk is om de ideale lijn te volgen.


Tijdens de beklimming kom ik een man tegen op zijn kleine 125. Hij is gekleed in traditionele Mongoolse kledij en draagt enkel een muts en een paar wollen handschoenen. Ik kan me voorstellen hoe koud het hierboven wel moet zijn voor hem maar het lijkt hem niet te deren. Hij doet teken hem te volgen; geen slecht voorstel zou later blijken als ik vastrijd in de diepe sneeuw en hij me meehelpt om de Deauville te bevrijden. Verder komen we weinig verkeer tegen behalve af en toe een oude 4X4. Als we terug op de lager gelegen vlaktes komen nemen we afscheid en verdwijnt hij terug in het niets.


Wat later ploeter ik door mijn eerste rivier en met mijn off-road banden heb ik gelukkig voldoende grip om dit tot een goed einde te brengen. Later deze namiddag krijg ik ook nog eens een heuse zandstorm te verwerken maar verder verloopt de rit feilloos. Het wordt een volledige dag off-road fun maar veel opschieten doe ik natuurlijk niet op deze pistes waar de gemiddelde snelheid redelijk laag ligt. Ik moet mijn plan om Hofd voor duisternis te bereiken dan ook laten varen want de zon zakt onverbiddelijk snel richting horizon. Ik kom nog even vast te zitten in een zandheuvel maar slaag er in om mezelf te bevrijden met wat graaf- en hefwerk.


Intussen is het volledig donker en zie ik plots in de verte iemand met een zaklamp zwaaien. Ik navigeer er heen en tref een man die me teken doet om hem te volgen. Het is een nomade die me blijkbaar had horen aankomen en was me komen vertellen om niet verder te rijden in het duister maar om bij hem te komen overnachten in zijn Yurt. Hij is 64 jaar kom ik later te weten. Hij heeft de Russische periode nog meegemaakt en spreekt daardoor vlot Russisch. Een pluspunt voor mij natuurlijk want mijn Mongools beperkt zich tot Bajarlach (nvdr: = dank u). Hij leidt me een bergje af tot bij hun kamp waar twee Yurts naast elkaar staan. Ik had dit in het donker zelf nooit opgemerkt en was zeker voorbijgereden. Hij woont er met zijn jongste dochter en zijn kleinkind. Ernaast woont zijn jongere broer met zijn vrouw en hun twee jarig dochtertje. Hun eerste bezorgdheid is eten en er wordt meteen een portie meer klaargemaakt voor hun onverwachte gast van vandaag. Zijn oudste dochter heeft een zware verwonding opgelopen aan haar hand en is samen met zijn vrouw per autobus onderweg naar Ulaanbaatar voor verzorging. Een reis die trouwens enkele dagen in beslag zal nemen.


Het is een vrolijke familie en net als haar vader maakt ook zijn dochter Anhaa constant grapjes. Zo lachen ze de hele avond maar door om simpele grapjes en ik doe mijn best om hun hilarische gesprekken te volgen. Anhaa is een opgewekte spraakwaterval en ze legt me uit hoe hun familie in elkaar zit en illustreert alles met foto’s op haar smart mini Chinese phone. Ze lachen zich in een knoop als ik pogingen onderneem om wat Mongoolse woorden uit te spreken en zo vullen we heel de avond op een vrolijke manier.

Vader laat me ook zijn Mongoolse vuurwapen- en messen verzameling zien en zegt lachend dat ik veilig ben deze nacht; dat hij ten allen tijden zijn familie beschermt. Behoudens een oude vrachtwagen batterij waarop een klein lampje aangesloten is hebben ze geen elektriciteit en toch slagen ze er in om hier mijlen van de bewoonde wereld te overleven. De kachel wordt gevoed door wat sprokkelhout of gedroogd veemest; water halen ze in grote kannen uit de nabijgelegen rivier. De kleine kachel wordt gebruikt als verwarming en kookfornuis. Zelf zijn ze nog nooit in Ulaanbaatar geweest maar volgens hun is het wondermooi en zijn de wegen zo breed dat je er met tien auto’s naast elkaar kan rijden. Ik weet wel beter maar laat ze in hun geloof.


Wanneer we uiteindelijk gaan slapen krijg ik het beste bed aangeboden en een dik warm deken. Het bed is echter volledig doorgezakt waardoor ik net in een hangmat lig maar ik kon me geen beter plaats indenken om de nacht door te brengen als bij deze lieve opgewekte mensen. Helemaal bovenaan in de Yurt is een opening waar de kachelpijp doorloopt en wanneer het lampje uitgaat zie ik enkel nog de volle maan aan de hemel en dringt het stilaan door in wat voor uniek stukje van onze aardbol ik me wel bevind.

16-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


15-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 64 : Mongolië (1)
Reisverhaal:

Verkleumd tuimel ik uit mijn harde bedstee deze morgen maar iedereen is al in de weer om de kachel aan te steken en enkele ogenblikken later is het er al opnieuw gezellig warm.

Na het ontbijt gaat oma aan de slag met mijn handverwarmers en heeft ze in een mum van tijd vastgenaaid aan mijn stuur. Ik doe een kleine testrit en kom met een glimlach terug en met de duim in de hoogte om te bevestigen dat het ontwerp uitstekend werkt.

Oma is in de wolken en ik vraag of ik haar hiervoor mag vergoeden. "Geen sprake van!" antwoord ze resoluut. "In de winter moet je zorgen dat je warm blijft" zegt ze en schapenvellen zijn hiervoor hèt middel. "Het was mijn eer je te mogen helpen."

Achter haar rug om stop ik de zoon nog wat kleingeld toe en hij geeft het op zijn beurt meteen knipogend door aan de dochter va zijn broer. De hele familie komt me uitwijven en ik voel me schuldig dat ik geen klein cadeau bij heb om hun te bedanken.



Plots herinner ik me dat ik zes jaar geleden even een testritje met hun aftandse motorfiets mocht doen en stel de zoon voor om even met mijn motor het dorp rond te rijden. Hij aanvaardt het aanbod met beide handen en gaat even pochen bij zijn vrienden. Het doet goed om de glimlach op zijn gezicht te zien als hij terugkeert en ik verlaat hen met de handen zwaaiend in de lucht en beloof om binnen de zes jaar nog eens terug te keren.


Her en der zijn Chinese wegenwerkers asfaltwegen aan het aanleggen in Mongolië en ik ben aangenaam verrast om op één van deze nieuwe wegen terecht te komen maar mijn geluk is helaas maar van korte duur. De eerste bergpas die ik tegen kom blijkt de sneeuw overdag gesmolten te zijn en 's nachts terug aangevroren zodat het wegdek één grote ijsvlakte is en onberijdbaar. Er zit maar één ding op en dat is naast de weg door het woestijnlandschap trachten te rijden. Niet evident want op vele plaatsen ligt een dik sneeuwtapijt en het is moeilijk in te schatten wat er onder ligt. Ik moet dan ook verschillende acrobatenstreken uithalen om de Dauville de berg over te sturen.


Op de helling is de weg opnieuw onverhard en kies ik ervoor om stapvoets en naar grip zoekend de berg over te rijden via de gewone weg. Aan de overkant is het al niet veel beter gesteld en rijd ik volledig aan de buitenzijde of in de berm om toch maar een beetje grip te hebben. De handverwarmers blijken uitstekend te werken en ik heb tenminste geen koude hadden vandaag. Na Zeventig kilometer ploeteren kom ik in het dorp Olgi aan en ga op zoek achter benzine. Ik tracht er geld om te wisselen. Het is intussen al drie uur in de namiddag en het is te riskant om vandaag nog verder te rijden. De volgende noemenswaardige stad is driehonderd km verderop en vanaf hier stopt het asfalt opnieuw volgens de lokals.


Ik vind onderdak voor tien dollar in een guest yurt met ontbijt en internet. De beslissing is vlug genomen: ik blijf hier deze nacht! Ik loop nog even langs in de lokale bazaar om enkele vijzen en moeren en ga even polsen in de bike shop waar ik prompt een job aangeboden krijg die ik natuurlijk vriendelijk moet weigeren. Volgens sommige lokale amateur weermannen gaat het de volgende dagen opnieuw hard sneeuwen en zal ik hier vast te komen zitten. Ik blijf positief denken en hoop morgen gewoon verder te kunnen reien richting ub

15-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


14-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 63 : Siberië - Altay gebergte
Reisverhaal:

Om half vier staat Roman al klaar voor onze gezamenlijke reis in te zetten. Hij heeft een thermos thee en brood bij voor onderweg en een kussen in geval ik wat wil verder slapen tijdens de rit. De rijweg ligt bedolven onder een dikke sneeuwlaag als we Bisk buiten rijden op dit ochtendlijke uur. De gazelle verliest geregeld grip, zowel vooraan als achteraan maar Roman blijkt een expert te zijn in slip controle en slaagt er in zijn wagen telkens probleemloos te corrigeren. Na een tijdje voel ik me al op mijn gemak bij zijn rijkustjes maar slapen zal er wel niet inzitten voor mij.

Grote Kamaz trucks duwen de sneeuw met al even grote sneeuwploegen opzij en strooien hier en daar pekel of zand op de weg. Eens we goed en wel de bewoonde wereld verlaten wordt de sneeuw ongemoeid gelaten en moeten we er maar zo goed mogelijk zien door te geraken. Mijn compagnon voor vandaag spreekt geen woord Engels en is ook niet echt gedreven om een gesprek aan te gaan. Hij lacht steeds vriendelijk als ik een opmerking maak in 't Russisch maar veel verder raakt ons gesprek niet. We rijden de donkeren nacht door zonder veel verstrooiing en tegen dat de dag aanbreekt starten we de klim naar de hoogste pieken van het Altay gebergte op 1450 meter. Het ondergesneeuwde landschap is wonderbaar en ook voor Roman is het een belevenis. Hij kijkt heel de weg verwonderd om zich heen. Het is de eerste keer dat hij hier komt en het Altay gebergte laat niemand passeren zonder een diepe indruk na te laten.


We houden slechts één pitsop onderweg -van welgeteld zeven minuten- om even de benen te strekken alvorens we terug onze reis verder zetten. Ik tracht me in te beelden hoe het moet zijn voor Roman om zo'n grote opoffering te maken voor een vreemdeling die hij enkele uren geleden nog nooit gezien had en onvoorwaardelijk alles inzet om mij toch maar uit de penarie te houden.


De dorpje die we onderweg kruisen zijn allen diepgevroren en terwijl deze streek in de zomer een weekend bestemming voor de Russen is, is alles nu ondergesneeuwd en zijn de eethuisjes langs de weg gesloten. Telkens er een straaltje zonneschijn door het wolkendek breekt laait de hoop terug op dat ik deze reis alsnog per motor zal kunnen verder zetten maar bij elke sneeuwbui wordt ze dan terug even vlug de kop ingedrukt. Enkel het Siberische landschap en de warmte van de blazer kan me troosten terwijl we de klim maken naar de hoogplateau. Het weer breekt uiteindelijk toch nog open en wanneer we na een zeer lange reis beiden verkrampt uit de krappe cabine tuimelen zijn de onheilspellende wolken verdwenen.

Met de hulp van enkele bouwvakkers die aan het vernieuwde douanegebouw werken krijgen we de Deauville terug op de begane grond. Het ganse avontuur kost me tenslotte slechts twee honderd euro aan benzine en Roman wil niet te veel lof ontvangen voor zijn hulp en wenst me nog een goede reis alvorens hij de meer dan zeshonderd kilometer lange terugreis aanvat.


Hier sta ik dan: voor een groot ijzeren hek dat me moet verlossen van de visa perikelen. Na de paspoort controle zwaait een militair de poort open en het zal het uiteindelijk nog enkele uren duren alvorens ik op Mongoolse bodem zal staan. De Russische douaniers bereiden zich blijkbaar al voor op hun rustdag en alles lijkt vandaag in slowmotion te gaan. Aan de Mongoolse zijde gooit een stroompanne dan weer roet in het eten en verloopt alles zoals verwacht terug op een chaotische Mongoolse wijze. Vooral de definitieve import van de motorfiets neemt enkele uren in beslag.

14-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


13-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 62 : Siberië (2)
Reisverhaal:

Nadat ik me wat heb opgefrist haal ik mijn motorfiets af op de bewaakte parking, net achter de bar. De Deauville is volledig vervroren en de batterij wat verzwakt maar toch komt het kleine v-twinnetje na enkele pogingen terug tot leven.


Samen met Sam, dit is gewoon een vereenvoudiging van zijn voor mij moeilijk te onthouden naam, rijd ik naar een van hun leden die een bandenzaak uitbuit. Ik demonteer het wiel en met een professionele precisie legt de man mijn noppenband opnieuw om de velg. Toen ik de banden liet wisselen in Kirgizië had de bandenboer met zijn primitieve gereedschappen een klein stukje uit de band getrokken maar met wat hermetische pasta krijgen we het boeltje toch volledig afgedicht. Van betalen is geen sprake: in Siberië helpen motorrijders elkaar luidt het argument en wie zo dapper is om in de winter helemaal tot hier te rijden is één van ons. "Kom goed aan in Mongolië en kom zeker nog eens terug" krijg ik te horen. Ik bedank iedereen uitbundig en zip alles tot boven dicht alvorens ik terug de weg op ga.


De lucht is grijs en er hangt blijkbaar sneeuw in de lucht. Het is Siberisch koud maar ik schiet toch nog redelijk wat op tot het plots licht begint te sneeuwen. Nog geen vuiltje aan de lucht tot de sneeuwbui stilaan begint te verergeren. Naarmate ik verder rijd komen de vlokken steeds met grotere getale uit de hemel gedwarreld en raakt heel de rijweg ondergesneeuwd. Tenslotte gaat de sneeuwbui over in een Siberische sneeuwstorm en zie ik plots geen meter meer voor de ogen. Het is spekglad en mijn vizier vriest volledig aan. Met open vizier tracht ik me een weg te banen door de witte hel en de motor maakt gevaarlijke slip manoeuvres. Er zit niet anders op dan met beide voeten op de grond in de berm te rijden waar er nog enigszins sprake is van grip. Er is amper nog een paar meter zicht en de wind blaast sterk uit oostelijke richting. Het is echter moeilijk uit te maken waar de scheidingslijn is tussen berm en asfalt door de dikke sneeuwlaag die het land bedekt. Bovendien raakt mijn linker oog stilaan dichtgevroren door de binnenwaaiende sneeuw. Ik strand tenslotte in de berm en kan geen kant meer uit. Een automobilist merkt mijn noodsituatie op en houdt halt. Het is moeilijk om te communiceren onder deze omstandigheden maar hij weet me duidelijk te maken dat er een halve kilometer verder een benzinepomp is waar we kunnen schuilen. Ik twijfel er zelfs aan of ik dat nog zal halen maar slaag er uiteindelijk toch in al schuivend de motor tot op de parking te sturen en zoek dekking in de cafetaria.


Mijn reddende engel is zelf ook motorrijder en zegt me dat ik me geen zorgen hoeft te maken. Hij zal voor me zorgen. Na een paar telefoontjes stopt er een vrachtwagen met kraan en takelen we de Deauville op de vrachtwagen en droppen me bij hun vriend Igor die een carrosserie bedrijfje runt en waar zo een klein vriendschappelijk motorclubje hebben. Eens mijn motor veilig binnen staat krijg ik warme soep en eten aangeboden en vertel ik hen over mijn visa probleempje. Het ziet er niet naar uit dat ik Rusland nog buiten zal raken binnen de verplichte termijn en hierdoor riskeer ik in grote problemen te geraken met de Russische staat. Igor blijft ijzig kalm onder mijn verhaal en stelt me gerust: "we lossen dit voor je op".


Een andere vriend van het clubje, Roman, heeft een bestelwagentje met gesloten laadbak en hij zal me morgen tot aan de Mongoolse grens brengen, zo'n zeshonderd kilometer verder in het beruchte Altay gebergte. Na raadpleging van het weerbericht blijkt dat er deze nacht nog heel wat meer sneeuw zal vallen en ik er niet moet aan denken om per motor Rusland nog buiten te rijden deze winter.

Dan duikt er nog een probleem op: blijkbaar is het overmorgen een nationale feestag in Rusland en is de grens daardoor gesloten. We steken de koppen opnieuw samen, maken wat berekeningen en komen met het volgende plan op de proppen: we zullen even een paar uur gaan slapen en deze nacht om 4 uur vertrekken aan onze gewaagde bergrit. Als alles volgens plan verloopt zal ik nog de volgende namiddag de grens kunnen oversteken en zijn mijn zorgen van de baan.


We laden met verenigde krachten de Honda in de Russische Gazelle en tanken de benzinetank en gastank vol. Morgen is de beslissende dag maar iedereen blijkt overtuigd over het slagen van de operatie en ik leg me bij de situatie neer zonder me echt veel zorgen te maken.

13-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


12-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 61 : Siberië - Barnaoul
Reisverhaal:

Druilerige regen valt onophoudelijk uit de hemel terwijl ik me een weg baan door de rand van Cemey. Het is niet evident om de juiste uitvalsweg te vinden maar na een uurtje rijd ik tenslotte toch door de sparrenbossen richting Rusland.

De ijsregen gaat stilaan over in sneeuw en de temperatuur daalt beneden het aanvaardbare peil voor een motorrijder. De sneeuw vriest meteen vast aan mijn vizier en langs de binnenkant doet mijn adem hetzelfde. Het wordt een lange lijdensweg en het ziet er niet naar uit dat het meteen zal veranderen. Ik heb moeite om mijn ogen open te houden omdat ik verplicht ben om mijn vizier op een kier te zetten zodat mijn adem niet meteen aanvriest.


De rit duurt eindeloos en veel dorpjes kom ik niet tegen deze voormiddag. Deze die ik wel kruis lijken allen in winterslaap gedommeld te zijn. Toch kan ik mijn lach niet onderdrukken wanneer ik even wil gaan schuilen in een busstop en het blijkt dat het hokje zelf geen dak meer heeft; dan maar weer vlug verder.

Na lange uren van foltering kom ik tenslotte bij de Kazachse grenspost aan. De douaniers vallen bijna van hun stoel als ze me als een bevroren pinguïn van mijn motor zien sukkelen en springen me meteen ter hulp. "Waar kom jij in godsnaam vandaan?" vragen ze en wanneer ik lachend antwoord: "Belgia" valt hun mond nog verder open. "Is het niet koud dan op de motor?" vragen ze zich af. Ze weten blijkbaar niet goed hoe te reageren als ik lachend zeg: "een beetje maar". Ze laten me de Deauville onder hun afdak plaatsen en hepen me zonder veel franjes door de uitstempel procedure zodat ik in een recordtijd kan aanschuiven aan de Russische zijde van de grens. Ook hier laten de paar automobilisten die opgelijnd staan me meteen voorgaan en sta ik enkele ogenblikken later in het kleine en onverwarmde douanekantoortje. Als ik eenmaal aan de beurt ben fronst ook de Russische officier zijn wenkbrauwen maar doorloopt rustig het ganse stempelgebeuren en onderwerpt me aan de verplichte vragenlijst. Tenslotte bestudeert hij een kwartiertje mijn pasfoto en visa sticker om tenslotte met een grote slag een immense stempel in mijn pasport te smakken en een goede reis te wensen.


Rillend van de koude, bijna zonder benzine en zonder één roebel op zak sta ik hier dan. Gelukkig dat ik terug een stap verder sta. Naast het douaneplein is een klein eethuisje met twee auto's voor de deur. Ik strompel er naar binnen en zie een achttal mannen die een in een typische Russische stilte zitten te eten. Echt warm is het er niet maar ik kijk uit naar een kopje warme thee en soep om even op te warmen. Echter, wanneer ik de dame achter het aangerecht vraag of ik met Kazachs geld mag betalen krijg ik een korte "Njet" als antwoord. Met mijn staart tussen mijn benen grijp ik mijn helm en stap terug naar buiten als ik plots bij de schouder gegrepen word en blijkt dat één van de mannen me achterna gekomen was en tweehonderd roebel in mijn handen stopt. Ik ben even verrast en mompel dat ik wel nog wat Kazachs geld heb en wil het uit mijn broekzak halen. De man houdt mijn hand tegen en zegt: "neen laat maar, neem dit aan om te eten". Ik volg hem terug naar binnen en bestel hetzelfde als mijn reddende engel. Ik gooi mijn jas opzij en installeer me aan dezelfde eettafel en probeer een gesprek te starten maar de mannen zijn nogal van het stille type en gebaren gewoon verder te eten. Het is allemaal OK. Wanneer ze tenslotte verder gaan tracht ik toch nog om mijn dank te betuigen maar ze schudden me met een Russische cool de hand en verdwijnen van het toneel.


Versterkt en opgewarmd loop ik de straat over naar het bijgebouw van de benzinepomp en koop een verzekering voor mijn motor en zet koers richting noorden. In Roebtsovsk rijd ik de modderige straten door opzoek naar een bank waar ik geld kan wisselen. Het stadscentrum is verboden terrein voor vrachtwagens en motorfietsen -blijkt uit een roestig verkeersbord- maar de politie laat me toch ongemoeid als ze me kruisen in de "hoofdstraat". Een uurtje later rijd ik verder met een stapel roebels in de binnenzak.


Hiermee ben ik dan klaar voor de Siberische etappen en rijd zonder enige pauze door richting Barnaoel. Het is opnieuw geen plezierritje maar de hemel is opgeklaard en de weg is droog. De asfaltwegen zijn in dit deel van Rusland van goede kwaliteit en ik tracht er een beetje het tempo in te houden. Mijn handen en voeten raken stilaan bevroren en de zon zakt steeds verder richting horizon. Ik zal uiteindelijk nog twee uur in het donker doorrijden vooraleer ik Barnaoul binnenrijd.

Zonder veel moeite navigeer ik tot voor de zware ijzeren deur van de Biker-bar en strompel naar binnen. De monden van de paar mannen aan de bar en de barmeisjes vallen open als ik met een grote ijspegel aan mijn neus mijn helm afzet en "hallo" zeg. Een van de meisjes komt van achter de bar en vraagt: "waar kom jij vandaan?". Van "België" antwoord ik en kan mijn lach niet onderdrukken als ik de blik op hun gezichten zien. "Hoe kom jij hier in godsnaam terecht?" luid de tweede vraag en als ik antwoord "ik was hier zes jaar terug ook al eens" is het aan Larissa haar beurt om mij met verbazing te slaan wanneer ze doodgewoon zegt: "ach ja, natuurlijk, nu zie ik het: de Desertlions, niet?".

Sabine had haar toentertijd een Desertlions T-shirt cadeau gedaan en die had ze nog steeds en zo was ze ons nooit vergeten. Iedereen komt er meteen bijstaan en heeft me een warme welcome. Ik ben de koude al vlug vergeten wanneer ik even later een pintje en een paar Wodka's getrakteerd krijg en bijpraat met onze oude Siberische vrienden. We halen herinneringen op aan ons vorig bezoek en het is of het allemaal slechts gisteren was. Het wordt een super gezellige avond die veel te vlug voorbij vliegt en iedereen is teleurgesteld als ik zeg dat ik morgen alweer verder moet omwille van mijn transit visa.


Ik krijg het clubhuis volledig ter mijner beschikking gesteld deze nacht en gooi mijn luchtmatras en slaapzak open op één van de grote eiken tafels alvorens ik met een tevreden gevoel ga slapen. Een van de jongens zal samen met mij hier overnachten en me morgen verder helpen met mijn bandenwissel enzo. De Siberische gastvrijheid staat haaks tegenover de buitentemperatuur en de verbondenheid met de Russische motorrijders is zo sterk dat ik me meteen volledig thuis voel.

12-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


11-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 60 : Kazachstan - Siberië
Reisverhaal:

Om half zes ben ik al wakker van de koude. Mijn voeten voelen bevroren aan en ik kan de slaap niet meer vatten. Op de gang van de gastina vind ik een elektrisch olievuurtje en sleep het de kamer binnen om de situatie een beetje te redden maar mijn nachtrust hangt er aan en ik maak me dan maar klaar voor mijn dagelijkse motorrit.

Het is eventjes gestopt met regenen en de hemel ziet niet meer zo donker als gisteren. Het wolkendek domineert echter nog steeds de hemel. Op de parking staat een Lada Samara van de lokale politie en de agenten hebben zich in de cafetaria verscholen en slurpen een kopje thee terwijl ik de modderige parking afrijd.


Het is opnieuw een eentonige rechte baan richting noordwesten. De weg is onverhard en zit vol kleine aaneensluitende putten. Een echte marteling voor mens en machine. Ik ben meteen goed wakker geschud op dit vroege ochtenduur. Buiten enkele grote kerkhoven kom ik ook vandaag weinig tekenen van leven tegen langs de weg en gelukkig verbetert de rijweg stilaan naarmate ik richting Semey rijd.


Ik ben verplicht om via Kazachstan en Rusland om te rijden om de westelijke grensovergang met Mongolië te kunnen nemen. Mocht de communistische Chinese regering hun strenge regeltjes opgeven zou ik vanuit Tadzjikistan in een rechte lijn door China naar Ulaanbataar kunnen rijden. Maar de Chinese wetgeving verplicht iedereen die met een gemotoriseerd voertuig China binnen rijdt om in het bezit te zijn van een Chinees rijbewijs en Chinese nummerplaten; geen optie voor mij dus.

Ondertussen ben ik volledig vergroeid met mijn kleine Hondaatje. Het is een verlenging van mezelf geworden. We voelen elkaar perfect aan en hebben respect voor elkaars kwaliteiten en gebreken. Het heeft geen zin om sneller trachten te rijden dan de wegen toestaan en zo tuf ik rustig verder tot ik kort na de middag de hoge fabrieksschoorstenen van Cimey aan de horizon zie opduiken.


Het is een echte mad max stad met veel zware industrie die zich pal in het midden van de stad bevindt. De schoorstenen spuwen gitzwarte rookpuimen naar buiten en je ruikt de stank tot mijlen ver. De buitenwijken zijn vervallen en overal staan oude Sovjet fabrieksgebouwen die er uitzien alsof ze al jaren leeg staan maar binnenin draaien ze nog op volle toeren. Het verkeer is druk en genadeloos voor een eenzame motorrijder en ik besluit om niet door het drukke stadscentrum te rijden maar zoek een hostel aan de buiten rand die ik dan ook vind voor 13.5 euro. Er is gratis wifi en er blijkt ook een beetje verwarming op de kamertje zijn; meer heb ik niet nodig!


Ik neem vlug contact op met het thuisfront en stuur enkele foto's door. Ik geraak maar niet opgewarmd na twee dagen van onderkoeling en besluit om even te voet de stad in te trekken om zo wat beweging te hebben en wat op te warmen. De stad is vuil en grauw, net als haar auto's. De brug over de rivier Irtysh is stilaan aan het afbrokkelen maar heeft een ingebouwde controle functie om na te zien of er wel water onderdoor loopt. In het voetpad zitten namelijk grote scheuren en gaten waardoor je de rivier kan onder je kan zien stromen. In de kapot gereden straten ontbreken soms rioleringsdeksels en zijn al dan niet vervangen door betonnen platen. De kaartjes knipster steekt haar hoofd naar buiten door het zijraam van een aftandse autobus en brult in het Russisch naar de mensen aan de busstop. De voetpaden zijn een mix van modder, scheefgezakte betontegels en gescheurd asfalt. In de bosjes langs de rivier ligt overal afval en lege Wodka flessen. Mensen banen zich een weg langs steegjes en voetpaden en langs de treinsporen waar geregeld piepende goederentreinen langs denderen richting binnenstad, waar zich de fabrieken bevinden. Achter scheefhangende houten afsluitingen staan al even scheefhangende houten huisjes en enkel het licht dat door de troebele ramen schijnt verraad dat ze nog bewoond zijn.


Het donkere, druilerige weer accentueert het deprimerende gevoel van de stad nog wat extra en ik waan me even in de USSR van Gorbatschof. Dit is puur tijdsreizen en ik kijk vol verwondering om me heen en geniet van de taferelen die zich om me rond afspelen.

11-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


10-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 59: Kazachstan (2)
SMS
21:02 :Ik zit in Calbatau (Kazachstan), het was een zéér koude en lange dag , maar ik zit op schema, de wegen zijn nog geen lap verbeterd tegen vorige keer en de ijsregen, maakt het er niet gemakkelijker op, maar alles loopt vlot en naar wens, 3 paar kousen helpen ook niet meer, morgen 4 paar ;) ( Normaal overmorgen aan de grens met Rusland)


Reisverhaal




10-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


09-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 58: Kazachstan (1)
SMS
18:20 : Na een ijzig koude rit over de bar slechte wegen  in Kazachstan, ben ik na 11u botsen toch 590 km opgeschoten richting Russische grens, morgen 3 paar kousen, want 2 is onvoldoende :)
 

Reisverhaal:


Terwijl moeder haar roes nog ligt uit te slapen zorgen vader en Alexey voor een ontbijt en maak ik me klaar voor mijn vertrek. Vader is duidelijk de pantoffelheld van het gezin en fluistert stilletjes om de dame des huizes niet te wekken. Ik rits mijn binnenvoering in mijn motorjas, trek twee paar kousen en een alge-onderbroek aan en zip alles tot boven dicht want het blijkt opnieuw een vrieskoude dag te worden vandaag.


De auto batterij van vaders' Audi uit de jaren '90 heeft het duidelijk moeilijk met de vriestemperaturen van afgelopen nacht. We duwen hem samen in gang om daarna ook de oude Oeral motorfiets op de zelfde manier tot leven te wekken zodat Alexey me in de juiste richting kan escorteren. We nemen afscheid in ware biker stijl met vuistgroet en high five alvorens ik alleen verder rijd en nog heel wat navraag moet doen om tenslotte in de juiste richting Almati te verlaten.


De vernieuwde snelweg die me richting noorden voert is in perfecte staat en de eerste uren schiet ik dan ook ongelooflijk goed op. Desondanks dat ik zeer alert moet zijn voor politieagenten met hun speedguns die er op toezien dat niemand de belachelijke snelheidsbeperkingen overtreedt. De hoogst toegelaten snelheid varieert tussen de 50 en 90 km/h en dit op een splinternieuwe drievaksbaan. Zo zorg je er natuurlijk voor dat er dagelijks boetes bij de vleet uitgeschreven kunnen worden en de agenten een flinke duit kunnen opzij slaan voor hun privé rekening. De uitgestrekte steppes bieden weinig verstrooiing en na de natuurpracht van Tadzjikistan en Kirgizië kunnen de besneeuwde bergtoppen aan de horizon me maar weinig meer boeien. Ik tracht de tijd wat te verdrijven door liedjes te neuriën en me te concentreren op het verkeer. Overal langsheen de weg staan nieuwe grote advertenties van casino's waarop te lezen staat welke astronomische bedragen je er wel kan winnen en worden grote Europese luxewagens als de Ranchrover V8 en aanverwanten -met kleurrijke linten over hun daken geknoopt- op podiums tentoon gesteld. Aan de andere zijde zie je op de weg een mix van oude Russische trucks en Duitse import personenwagens jaren 90 en splinternieuwe Lexussen en Daewoos.


Naarmate in noordelijker vorder maakt de vlakke rijbaan plaats voor de oude hobbelweg en word ik opnieuw genadeloos door elkaar geschud. Het gaat uren na elkaar zo door en de temperatuur zakt steeds verder richting vriespunt naarmate de zon lager komt te staan. Desondanks mijn winteruitrusting zit ik kompleet verkleumt op mijn motor en vecht tegen de putten en bulten in het wegdek. Sporadisch stuit ik op een politiepatrouille langs de weg maar telkens kom ik er probleemloos voorbij. De agenten hebben het duidelijk meer gemunt op de autobestuurders en truckers. Verder is er niet veel te beleven op het Kazachse platteland en onderga ik gewoon mijn lot en tracht zo veel mogelijk kilometers te kloppen vandaag wat me vandaag trouwens, na 11 uur rijden, 590 km opbracht.


Ik ben vandaag opnieuw in een nieuwe tijdzone terecht gekomen en loop ondertussen vijf uur voor op België (nvdr: zie in de rechtermarge, onder de weerberichten, voor de locale tijd bij Alain). De zon is al een uurtje onder en de politiewagens razen me rakelings voorbij terwijl ze terugkomen van hun posten. Ze laten me ongemoeid en hebben waarschijnlijk al genoeg geld kunnen aftroggelen van mijn mede weggebruikers. Ze gaan ongetwijfeld hun buit berekenen in hun hoofdkwartier in de stad. Torkent is het eerste teken van beschaving dat ik tref vanavond en daar vind ik dan ook onderkomen voor de nacht op een slaapzaal in een truckstop.


De gemeenschappelijke douche en toilet op de gang is onbruikbaar om hygiënische redenen en het bed is keihard terwijl de kamer onverwarmd en ijskoud is. Het maakt me dan ook slechts 4 euro armer en ik ben al blij dat ik mijn tent niet moet opzetten vandaag. Ik tokkel nog wat op mijn laptop in de verbruikerszaal van het restaurantje terwijl de serveuses naar een Russisch verkoopskanaal zitten te kijken op tv. Slechts drie klanten wippen deze avond even binnen voor een snelle hap en dus hebben ze de tijd van de wereld om rustig wat met me te kletsen en zich te concentreren op de prularia dat op het scherm wordt aangeboden.
 

09-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


08-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 57 : Kirgizië (2)
Reisverhaal




08-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


07-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 56 : Kirgizië (1)
Reisverhaal:

Mijn Russisch transit visa begint binnen vijf dagen te lopen en is slechts vier dagen geldig. Dit wil zeggen dat ik er wat vaart moet achter zetten. Door het akkefietje met mijn frame en bekabeling ben ik achter geraakt op mijn schema, voor zover ik dat heb.

Mijn eerste taak vandaag is geld omwisselen. De resterende Tadzjiekse Sumoni krijg ik nergens ingeruild in Kirgizië en kan ik dus enkel nog gebruiken om mijn kampvuurtjes aan te steken. Het immense Lenin-standbeeld dat het centrale plein domineert trekt even mijn aandacht en ik neem vlug een foto. Nadat ik wat dollars omgewisseld heb en wat eten en benzine heb ingeslagen verlaat ik Osh in noordelijke richting.


Het is opletten geblazen want de Kirgizische chauffeurs nemen het niet zo nauw met de verkeersregels. De hoofdweg volgt de Uzbeekse grens en dit wil zeggen dat elk dorpje onderweg één grote markt is waar ijverig gehandeld wordt tussen de twee landen. Toen we hier zes jaar terug waren lag het puin van de burgeroorlog tussen de Kirgiezen en Oezbeken nog te smeulen. Alle restaurants, winkels, banken en benzinepompen die door Oezbeken uitgebaat werden waren uitgebrand en de avondklok was nog steeds in voege. Vandaag merk je daar echter niets meer van en lijkt alles terug in zijn plooi te zijn gevallen. In Jalalabad word ik voor de eerste maal opzij gezet door de politie omdat ik te snel reed. Op hun speed camera zie je een kleine glimp van mijn motor omdat ik net achter de auto aanreed die ze onderschept hadden. Ook ik reed natuurlijk sneller dan de toegestane 50km/h maar was niet van plan om dat toe te geven. Nadat ze mijn rijbewijs en pasport achter hielden begon hun betoog maar ik bleef stellig ontkennen dat ik te snel reed en na een half uurtje bekvechten kreeg ik mijn documenten terug en kon ik door rijden. De vrouw die de geflitste wagen bestuurde kwam er met een steekpenning vanaf; een officiële boete wordt hier nooit uitgeschreven. Alles verdwijnt in de zakken van de agenten. Ik zou later op de dag nogmaals opzij moeten omdat ik zogezegd zigzaggend reed terwijl daar niets van waar was. Ook deze keer kan ik me er uitpraten.


In Kirgizië zijn de hoofdwegen geasfalteerd en meestal in goede staat. Grote kuddes vee lopen geregeld over de weg tot ergernis van de lokale vrachtwagen bestuurders. Ikzelf vind het eerder entertainment. De meeste herders begeleiden hun dieren te paard en overal zie je grote kuddes paarden lopen op de groene bergflanken.

De Kirgiezen zijn net als de Oezbeken en Turkmenen allen afstammelingen van Dzjengis Khan en dat merk je meteen op aan hun typische Mongoolse gelaatstrekken. De Tadzjieken daarentegen zijn verre afstammelingen van de Perzen en spreken dan ook nog steeds Farsi. Het is ongelooflijk hoe een paar honderd kilometer verder je meteen in een andere wereld doen belanden. Het verwondert me als ik op mijn dagteller aflees dat ik deze voormiddag reeds meer dan 100km aflegde. In Tadzjikistan deed ik daar soms een ganse dag over. Het is een welkome luxe om terug eens rustig te kunnen rijden zonder halsbrekende manoeuvres te moeten doen om de Deauville recht te houden.


De Kirgizische bergen zijn nog steeds onbeschrijflijk mooi en ze omringen de turkooise meren die schitteren in het zonlicht. Ook de temperatuur klimt opnieuw de hoogte in en ik ruil mijn winterhandschoenen opnieuw in voor mijn zomerpaar. Naarmate ik meer noordwaarts rijd wordt het uitzicht met de kilometer mooier en ik kan het me dan ook niet laten om af en toe te stoppen voor een foto. Behalve een snelle picknick onderweg rijd ik de ganse dag non-stop rustig door tot zonsondergang.


Bij een banden monteur langs de weg demonteer ik mijn achterwiel en laat de off-road band vervangen door mijn straatband want ik zal vanaf hier enkele duizend km asfalt onder de wielen krijgen. Noppenbanden zijn te zacht voor asfalt gebruik en ze zouden te ver versleten zijn voor ik de Mongoolse grens bereik.

De man is behulpzaam maar beschikt niet over deftig materiaal en terwijl hij een afgebroken stuk bladveer van een auto gebruikt als bandijzer trekt hij een klein stukje rubber uit mijn noppenbad. Ik hoop dat hij hierdoor niet zal lekken als ik hem later terug monteer.

07-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


06-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 55 : Tadzjikistan - Kirgizië
Reisverhaal:

Om wat verloren tijd goed te maken ga ik al om zeven uur terug op pad richting Kirgizische grens. Het had vorige nacht zo hard gevroren dat de tandpasta in de tube vastgevroren zat. Ik trok dan ook maar meteen mijn winterhandschoenen en wat extra kledij aan.


Toch zat ik de hele voormiddag verkleumd op de motor die gelukkig opnieuw uitstekend bleek te werken en rijden. Asfalt kreeg ik vandaag niet meer onder de wielen, wel alles wat je als motorrijder beter kan missen ...
Het zijn bovenal de eindeloze wasbord ribbels die het rijden bijna onmogelijk maken. Door mijn kleine 17" wielen was ik natuurlijk nog wat extra benadeeld op deze folterwegen.


Vandaag volg ik de Chinese grens richting noorden en kan ik aan de verleiding niet weerstaan om een China binnen te glippen door het gat in de prikkeldraad omheining die Tadzjikistan va buurland China scheidt. De weg is buitenmaats slecht maar de omgeving des te mooier. Het is vooral Lake Karakol dat er boven uitspringt en me even zoet houd met enkele foto's.




Na de middag kom ik aan bij de Tadzjiekse grenspost waar ik in het verleden ook al wat problemen met corrupte grenswachters meemaakte. Ook deze keer proberen enkele soldaten om me een paar onterechte rekeningen aan te smeren maar als ze ondervinden dat ik wat Russisch spreek en voet bij stuk houd geven ze het na een tijdje op en stempelen me hun land buiten.


De twintig kilometer niemandsland ligt er indien mogelijk nog slechter bij en het is pas als ik de Kirgizische grenspost verlaat dat ik terug wat stukgereden asfalt aangeboden kreeg. Na de kale rossige bergen van Tadzjikistan zijn de asfalt wegen en groene bergen van Kirgizië een welkome verandering en rijd ik vastberaden richting Osh.

Tijdens de laatste tweehonderd kilometer merk je direct op dat de grote groepen vee hier op zijn minst een paar maatjes meer hebben dan aan de overkant van de bergpas.


Het zal tenslotte veertien uur in beslag nemen om tot in Osh te rijden maar ik ben blij dat ik mijn zelfopgelegd doel voor vandaag bereikt heb en kijk al uit naar enkele dagen in de sprookjeachtige Kirgiezische bergen.

06-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


05-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 54 : Tadzjikistan - Mughab (2)
Reisverhaal:

Na wat navraag kom ik terecht bij de lokale openlucht werkplaats van Mughab. Op het terrein staan enkele oude Russische vrachtwagens waar een paar mannen druk aan bezig zijn met zwaar gereedschap. In het zand ligt een motorblok helemaal uit elkaar en de andere blijkt een afgescheurde laadbakdeur te hebben. Maar ze hebben een stroomgenerator en lastpost en een berg oud ijzer en dus kan ik aan de slag.




Als ik alle plastieken bekleding van de Deauville gedemonteerd heb komt het maar aan het licht dat het volledig frame in twee is gebroken en slechts nog met wat plastieken onderdelen samen hield. Ik zoek wat ijzeren profielen tussen de berg roestig afval en we gaan aan de slag. De lasser van dienst komt met een voorhistorisch lasapparaat voor de dag en begint eerst het frame terug vast te punten om daarna het boeltje af te lassen. Ik had eerst nog aangeboden om het zelf te lassen maar hij blijkt een talentvolle lasser te zijn en ik laat hem maar begaan. Maar doordat zijn laspost geen massa klem had en zijn kabel contact maakte met mijn kabelboom begon plots de gehele kabelboom te smeulen en tegen dat ik het opmerkte leek de ganse bekabeling van voor tot achter in elkaar gesmolten te zijn.


Hiermee kwamen er nog ontelbare uren van herstelwerk bij en was ik verplicht heel de bekleding en de benzinetank te demonteren zodat ik de kabelboom helemaal kon losmaken en alle draden een voor een isoleren met elektriciteitstape. Gelukkig had ik een voorraadje tape bij want de overjaarse rol waarmee zij kwamen aandraven bleek nog uit de Russische periode te stammen en was enkel nog bruikbaar als brandstof voor de kachel.


De arme man was zo beschaamd in het voorval en excuseerde zich herhaaldelijk en nodigde me onder de middag uit om mee te komen eten bij zijn familie. Het had geen zin om boos te worden; in deze contreien gaat dat er gewoon zo aan toe door het gebrek aan deftige gereedschappen.


Tegen de avond had ik alles terug aangesloten en in elkaar geschroefd en was het leed al een beetje vergeten. Mijn vriend de lasser weigerde om mijn rekening te maken maar na wat aandringen van mijn kant aanvaarde hij toch de vijf dollar die ik hem aanbood voor zijn laswerk waar trouwens niets op aan te merken viel.


Hiermee verloor ik natuurlijk een volledige dag in Mughab en kreeg de hoogteziekte me ook nog wat harder te pakken op deze plateau van meer dan 4000 meter.

05-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


04-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 53 : Tadzjikistan - Murghab (1)
Reisverhaal:

Om kwart voor zes komt de zon al op en kruipen ook wij uit de veren. Na een ontbijt, excuseer ik mij en neem ik afscheid van mijn nieuwe vrienden en start opnieuw aan mijn bergetappe.


Het is een moeizame strijd en de achterzijde van de motor begint steeds meer te bewegen als ik over de hobbelige bergpas bodder. Ik vrees dat het niet erg lang meer zal duren alvorens de achtersteven het zal begeven.


De omgeving is adembenemend, de rotsachtige bergen zijn zo imposant dat een mens er zich nederig en klein gaat door voelen. De kleine bergstroompjes zorgen hier en daar voor groene oases tussen de rotswoestijn.


Ik kom de hele morgen geen levende ziel tegen tot ik bij de gevreesde checkpoint kom die een niet al te beste reputatie geniet in de streek. Twee militairen registreren mijn gegevens en willen mijn bagage doorzoeken. Ik blijf maar herhalen dat er niets speciaals in zit behalve wat kledij en kampeer gerei en mag ten slotte toch ongecontroleerd verder rijden.


Ik tel welgeteld drie voertuigen vandaag, allen militaire jeeps met soldaten die de wacht moeten aflossen bij de checkpoint. Verder is er geen menselijke activiteit in dit onherbergzaam gebied. In de late namiddag kom ik tenslotte op de E41 terecht die beter bekend staat als de Pamier highway.


Het is de verbindingsweg die Murghab en Khoroch verbindt via het hoogplateau. Het is niet meer dan een compleet stuk gereden asfaltweg die bijna niet meer gebruikt wordt sinds de grens met China werd afgesloten. Vroeger werd hij vooral gebruikt door Chinese truckers maar vandaag heb ik de weg bijna helemaal voor mezelf. Ik zit bijna door mijn benzine en watervoorraad en ook mijn rantsoen begint te slinken. Tot overmaat van ramp begeeft ook het achterframe van de Deauville het volledig. Ik slenter rustig verder tot Murghab en zoek een slaapplaats. Het was een uitputtende rit en morgen zal ik me ontfermen over het probleempje van mijn frame.

04-10-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


03-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 52 : Tadzjikistan - Wachan vallei (2)
Reisverhaal:

De Wachan vallei ligt er nog mooier bij als gisteren in het felle ochtendlicht deze morgen maar ik zit met mijn handen even in het haar want ik kwam tot de constatatie dat ik gisteren mijn laptop vergeten was in de Pamier lodge. Door de regen gistermorgen had ik alles in het droge gelegd en zo was hij uit het oog geraakt en merkte ik nu pas op dat hij niet in mijn bagage zat. Ik heb geen gsm signaal of telefoon nummer waar ik kan naar bellen maar mijn gastheer stelt me gerust dat hij dit kan oplossen. Dat zou een klein mirakel zijn in mijn ogen maar hij beweert dat hij de mensen in de Pamier lodge kan contacteren en dat hij mijn laptop met een jeep naar Muughab zal sturen zodat ik hem morgenavond kan oppikken als ik daar aankom. Ik wil hem wel geloven maar heb toch moeite om dit voor waarheid te aanvaarden maar hij blijft me geruststellen dat het allemaal goed komt. Ik vraag hoeveel dat zal kosten maar krijg het antwoord dat het een vriendendienst is en ik me niets moet aantrekken. In Tadzjikistan draait niet alles om geld maar om vriendschap beweert hij.




Na een welgemeende dankbetuiging neem ik afscheid en tracht me recht te houden op de pistes die er ook vandaag super slecht bijliggen. Vooral in het losse zand volgt het voorwiel niet altijd mijn orders en wil wel eens eigenwijs zijn eigen gang gaan. De wasbordribbels zijn moordend voor de Deauville en het is niet de vraag of er iets stuk zal gaan maar wel wanneer het stuk zal gaan.


Ik hoor al de hele dag dat het achtereinde van de motor een klakkend geluid maakt en demonteer even het zadel om te polsen naar de oorzaak. Het subframe blijkt stilaan af te scheuren aan beide zijden maar ik zal moeten wachten tot ik terug in de bewoonde wereld ben om het te herstellen. Ik kan enkel hopen dat het nog een dagje geheel blijft. De vallei word stilaan breder vandaag en zeker niet minder mooi. Ook de dorpjes zijn wondermooi met hun berkenbomen langs beide zijden van de weg en de grote groene akkers. Mensen werken met handwerktuigen zoals honderden jaren geleden of ploegen het land om met ossen. Slechts zelden zie ik een tracktor ten velde. De kinderen komen van in de verte aangelopen als ze me zien langsrijden om toch maar een glimp van de motor op te vangen en eventjes naar me te kunnen wuiven. Letterlijk iedereen steekt zijn hand op en het is bij mij al een automatisme geworden om ook iedereen te begroeten.



Opschieten is hier onmogelijk. Ik merk op dat de naald van mijn snelheidsmeter vaak niet hoger komt dan 20km/h maar probeer gewoon om constant verder te rijden én rechtop te blijven. Tegen de late namiddag start ik de klim over de hoge pas die me naar het hoogplateau zal moeten brengen. Het is een steile klim met verschillende haarspeldbochten in zwaar terrein. De piste bestaat uit los grind en rotsbodem en de Deauville heeft de grootste moeite om zijn zware belasting naar boven te stuwen. De combinatie van minderwaardige 92 octaan benzine en het zuurstof- en luchtdruk gebrek op deze hoogtes zorgen er voor dat het motorvermogen zowat gehalveerd wordt. Ik moet constant met de koppeling werken om toch maar boven te raken. De piste blijft maar stijgen en het is een titanenstrijd om het gevaarte op het juiste spoor te houden langs de diepe afgrond. Verkeer is er nergens te bespeuren maar tegen een uur of vijf word ik plots opzij geroepen door een groepje herders die op een bergflank samen zitten te eten en een fles wodka kraken. Ik loop erheen en word uitgenodigd om te gaan zitten en krijg meteen een kopje wodka aangeboden. Het is een vader met zijn zoon en wat collega herders en ze vragen of ik bij hun blijf slapen. Ze hebben een beestenstal op de bergflank met één kamertje waar zij de gehele zomer verblijven met hun kuddes terwijl hun familie in de vallei woont.


Het is een primitieve nederzetting die van op de weg niet zichtbaar is en waar geen pad heen loopt. Ik heb dan ook wat moeite om mijn zwaar beladen lastdier tot bij het hutje te sturen. Maar binnenin brandt een mestkacheltje en is het knus warm. Ik haal een blik bonen uit mijn bagage en zij zorgen voor brood en thee en samen drinken we de rest van de zelfgestookte wodka op en maken er een gezellige avond van.


De zoon vraagt of hij deze nacht mijn zaklampje mag lenen in geval de honden wolven zouden opmerken. Ze sluiten hun kudden elke nacht op in de ommuurde plaats die met kippengaas overdekt is want anders springen de wolven gewoon over de muren 's nachts vertellen ze me.

Ik heb al twee dagen geen gsm verbinding en ben bezorgd om mijn familie die waarschijnlijk ongerust zijn en ik kan dan ook niet direct de slaap vatten. Het zal nog minstens een dag duren alvorens ik terug in de bewoonde wereld ben en hun kan contacteren.

Rond een uur of vier worden we alle drie gewekt door het geblaf van de herdershonden. De zoon gaat even polsen maar komt even later terug en zegt dat de honden de wolven al verjaagd hebben en we gaan allen terug verder slapen.

03-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


02-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 51 : Tadzjikistan - Wachan vallei (1)
Reisverhaal:

Als ik ontwaak hoor ik de regen op mijn tentzeil druppelen en steek mijn hoofd nieuwsgierig naar buiten om de situatie in te schatten. De wolken hangen vast aan de toppen van de bergen en als ik goed en wel aangekleed ben begint het plots harder te regenen. Ik schuil onder het afdak van de lodge en tokkel nog even op mijn laptop in de hoop dat het snel zal overwaaien maar het gaat net de andere kant uit. Een ondoordringbaar wolkendek sluit zich boven mijn hoofd en het regent alsmaar harder. Het is een onaangename bezigheid om je tent ik de regen op te plooien en al je bagage te pakken terwijl alles langzaamaan nat wordt. Ik haal mijn regenkledij boven en trek het aan alvorens ik mijn rit inzet.


Het is ondertussen al bijna middag maar ik heb geen zin om hier op beter weer te wachten. Khorog is slechts een klein stadje en aan de buitenzijde van de stad stop ik even bij een Lenin standbeeld voor een foto. Lenin wordt in Tadzjikistan nog steeds vereerd voor zijn introductie van het communisme destijds en overal in het straatbeeld tref je zijn standbeeld nog aan. Ook de cccp en hamer en sikkel logos sieren het pleintje.


Een tienermeisje spreekt me aan om te vragen of ze even wat Engels mag oefenen met mij. Ze volgt momenteel een cursus Engels en is gedreven om de taal zo vlug mogelijk onder de knie te krijgen verteld ze. Ze nodigt me uit om mee te gaan naar haar huis en haar familie te ontmoeten. Heel de familie zit net aan de lunch en natuurlijk moet ik terug blijven eten. Haar vader en opa zitten al aan de wodka en schenken me er ook een uit: echte Tadzjiekse wodka zeggen ze fier en ik krijg zelfs de kans niet om te weigeren. Eentje kan geen kwaad zeggen ze en de politie is geen probleem want die drinken allen zelf als ze van dienst zijn. Dat wist ik natuurlijk ondertussen wel al maar ik houd het wijselijk toch maar bij eentje. Een uurtje later neem ik met een rondgesmuld buikje afscheid en rijd langzaam verder.


Algauw beland ik terug in de vallei maar deze keer zorgt de regen voor een extra moeilijkheidsgraad. De Wakhan vallei wordt beschouwd als een van de mooiste natuur fenomenen van centraal Azië. Het is tevens het minst bereikbaar deel van Tadzjikistan maar vooral het mins bereidbare deel. En door het feit dat ze grenst aan de meest beruchte stan-landen van allemaal ook voor vele mensen de meest gevreesde streek.

De enige auto's die ik deze vanaf hier tref zijn gestrande wrakken die stilaan wegkwijnen langsheen de weg en stelselmatig geplunderd worden want hier wordt alles gerecycleerd. Het is een hele opdracht om de Deauville recht te houden. De regen heeft de smalle bergweg omgetoverd in een grote glijbaan en hier schieten de offroad banden zelfs tekort. Grote delen van de weg staan volledig onder water en zo in het moeilijk in te schatten waar de putten zich juist bevinden en hoe diep ze zijn. Maar toch raak ik er met wat stunt en vliegwerk steeds veilig door.


De bergen rijzen als grote monsters langs me op uit de vallei. De dorpjes volgen elkaar in een redelijk snel tempo op en eens de regen wat gemilderd is komen de kinderen terug op straat om me te verwelkomen. Zelfs onder deze druilerige omstandigheden is de natuur prachtig en kijk ik mijn ogen uit op de groene omgeving. Buiten een primitief chekpoint en wat groepjes patrouillerende soldaten is er nergens iets van politiemacht te bespeuren.

Tegen de late namiddag klaart de hemel uit en wordt de vallei breder en de rivier smaller. Op de meeste plaatsen kan je er gewoon over wandelen naar Afghanistan. Ooit was dit de uiterste grens van de Verenigde Staten van Rusland maar prikkeldraad vind je hier niet omdat de onoverkomelijke bergen de natuurlijke grens vormen. Voor de eerste keer wordt mijn roep beantwoord als ik wuif naar Afghaanse jongeren aan de overkant. Ze zwaaien vrolijk terug met hun armen in de lucht. Net op tijd vind ik er benzine in een afgelegen benzine station. De uitbater vraag hoeveel liter ik wens en sloft rustig naar zijn oude Duitse pomp met opschrift bleifrie. Het is onvoorstelbaar hoe dat ding hier ooit belandde en hij duwt handmatig de magneetschakelaar in. De pomp krijst rauw terwijl mijn tank tot de nok gevuld wordt waardoor ik ben alweer eens op de valreep gered van benzine nood.


Wat verder komen er een paar kinderen op me afgelopen en zeggen me dat ik bij hen kan overnachten. Misschien niet zo'n slecht idee denk ik en ik volg hun instructies tot bij het erf van hun familie. Vader komt me tegemoet en heet me welkom. Het is een primitieve boerderij met aanpalende akkers op de oevers. Door een netwerk van kleine irrigatie kanaaltjes worden de akkers bevloeid en is er landbouw mogelijk. Een van de dochters spreek een paar woorden Engels maar vader draaft maar door in het Russisch en verteld me dat hij van zijn moeders kant Afghaans bloed meegekregen heeft en hij toont mij fier zijn traditionele Afghaanse kledij en hoofddeksels.

Een volwassen hond ligt aan de ketting en een pub huppelt vrolijk rond en komt wat met me dollen. Onlangs zijn er een paar van zijn herdershonden doodgebeten door wolven vertelt vader me en daarom heeft hij er een pub bijgenomen om op te leiden tot herdershond. Deze man hangt een volledig ander beeld op van zijn buren aan de overkant van het water. Hij zegt me dat ze als vrienden met elkaar omgaan en drijven samen handel op de Afghaanse bazaars die hij geregeld bezoekt. Het is typisch dat mensen die er nog nooit geweest zijn dikwijls de wildste verhalen vertellen over sommige streken terwijl de mensen die er wonen en echt weten hoe het er aan toegaat een heel wat gemoedelijker verhaal vertellen. Hij beweert dat iedereen langs beide zijden van de rivier in vrede leeft en elkaars vrienden zijn.


Slapen doe ik in de kamer van een van de dochters terwijl zij vannacht de kamer ernaast deelt met haar ouders. Op de muur hangen twee posters met een afbeelding van een meisje dat vroom bidt voor een afbeelding van Mekka. Verder is de kamer volledig kaal. Het dakraampje is een oude auto ruit die ontleend werd aan het wrak van een busje die op het erf staat. Het toilet is gewoon het dak van een auto waar twee gaten in gemaakt zijn. Dit is Wakha stijl zegt hij terwijl hij zijn gouden tanden bloot lacht. De mensen hier zijn gedwongen om heel inventief te zijn want in afgelegen streken kan je niet gewoon even naar de lokale doe-het-zelf zaak lopen ...

02-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


01-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 50 : Tadzjikistan - Khorog
Reisverhaal:

Ik word gewekt door een warme lucht in mijn aangezicht en wanneer ik mijn ogen open word ik van heel kort bij aangestaard door twee grote ogen. Er staan een vijftal koeien rond mijn bivak en eentje ervan blijkt nogal veel bewondering te hebben voor mijn slaapzak. Ik sta op en word begroet door een herdersjongen van zo'n jaar of tien die de koeien al op dit onbetamelijke vroege uur de bergen in leidt. Hij stelt zich niet te veel vragen over mijn aanwezigheid want het is hier de gewoonte dat herders op plaatsen zoals deze overnachten als ze op meerdaags uitstappen zijn met hun kuddes.


Het kampvuurtje dat ik hier gisteravond trof maakte me duidelijk dat deze plaats geregeld gebruikt werd door de herders. De jonge knaap heeft vooral oog voor mijn motorfiets en mijn helm. Hij klimt op mijn motor en zet mijn helm op terwijl hij constant het motorgeluid nabootst. Terwijl ik mijn kamp opbreek smikkelt hij zonder veel schaamte de overschot van mijn noedels naar binnen en drinkt mijn fles fruitsap leeg. Ik laat hem rustig begaan want ik ben tenslotte een gast in zijn land en ik ben al ontelbare keren uitgenodigd om te komen eten door zijn landgenoten. Terwijl ik mijn afwas doe in de rivier en me vlug wat opfris zet ook hij zijn tocht verder en verdwijnt met zijn koeien achter de rotsen, de bergen in.


De weg blijft de rivier volgen langsheen de Afghaanse grens. Ondanks dat hoge rotsachtige bergen en stenen de hoofdmoot van het uitzicht voor zich nemen is er toch een zekere variatie. De weg bestaat grotendeels uit gravel en zand. Geregeld maakt de carterplaat contact met uitstekende rotsen en wipt de motorfiets even omhoog. De twinduro banden leveren uitstekende prestaties op deze pistes en bijten zich zo goed mogelijk vast in de ondergrond. Doordat ik oostwaarts rijd bevind ik me aan de afgrond zijde van de weg. Het is dan ook elke keer een spannende operatie om de grote Chinese vrachtwagens te kruisen. Het is verwonderlijk hoe deze mastodonten zich over zo'n bergpad kunnen wurmen. Gelukkig is het verkeer schaars en zie ik ze in een grote stofwolk in de verte aankomen waardoor ik me steeds kan voorbereiden op de kruising. Het openbaar vervoer gebeurt met grote 4X4 jeeps die aan hoge snelheid over het pad denderen en niet al te veel oog hebben voor een kleine motorrijder. Vaak liggen er rotsblokken op de weg die van de bergen naar beneden getuimeld zijn en ook in en langs de rivier liggen op vele plaatse grote rotsblokken ter grote van een klein huis.


Het leven aan de Afghaanse zijde gaat gewoon zijn dagelijks gangetje. Ik zie mannen bij het water vissen, vrouwen die de was doen aan de oevers en mensen op kleine motorfietsen over het ezelspad scheuren. Mijn gemiddelde snelheid ligt zeer laag en ik sta meestal rechtop de voetsteuntjes om mijn rug wat te ontlasten. Af en toe kruis ik kleine dorpjes daar waar er een stroompje uit de bergen naar beneden stroomt. Op andere plaatsen is er geen vegetatie en dus ook geen leven.


Gelukkig vind ik een benzinestation langs de weg alhoewel, station is een groot woord voor een hof met enkele Jerry kannen en een oude citerne met mazout voor de vrachtwagens. De man tankt me een emmer benzine zodat ik terug verder kan. Groepjes militairen patrouilleren geregeld langs de weg met kalashnikov over de schouder en in uniformen uit de vorige eeuw. Op hun broeksriem prijkt nog steeds de communistische hamer en sikkel . Iedereen begroet me onderweg wanneer ik een dorpje doorkuis en alle kinderen hebben er een hobby van gemaakt om hun hand uit te steken voor een high five terwijl ik voorbij rijd. Het is niet altijd even makkelijk om met één hand door te putten te laveren terwijl we handjes pletsen maar ik wil hun het geluk niet ontnemen en speel het spelletje gewoon mee.


Ik ben vastberaden om deze avond tot in Khorog te raken en verkwist niet te veel tijd onderweg en rijd aan een min of meer constant tempo door. Het zicht is vaak adembenemend en ik rijd onder hoge overhangende rotsen door richting zuid oost. Je kan hier onmogelijk verloren rijden want er is slechts één weg en die volgt de rivier door de vallei.


Tegen de late namiddag stop ik voor de slagbomen van een check point. Een politie agent vraagt me om mee naar binnen te gaan. Het is een oud gebouwtje met enkel een gammele tafel en een stoel maar de vier aanwezige agenten zijn super vriendelijk en ik sla een praatje in mijn beste Russisch en speel wat met de puppies die er rond huppelen. Ik laat hen een foto zien van mijn hond in België en we verbroederen ondertussen wat verder. Ze waren net bezig met een flesje wodka te kraken toen ik arriveerde en het was naar mijn mening niet de eerste vandaag want het ging er nogal vrolijk aan toe in hun kantoortje. Ze bieden me een koffie kop met wodka aan maar ik weiger beleefd met het excuus dat ik nog verder moet met de motor. Eentje kan geen kwaad dringen ze aan en ik kan moeilijk weigeren. Het is nogal een rijkelijke slok maar ik krijg er ook een bordje gezouten paprika's en tomaat bij geserveerd. Ze stellen allerlei vragen over België en één van hen nodigt me uit om bij hem te blijven slapen in zijn huis iet verderop. We zullen samen eten en verder drinken verteld hij mij en hoe aantrekkelijk het aanbod ook klinkt, ik besluit toch om mijn gezond verstand te laten zegevieren en excuseer me en zet mijn reis stilletjes verder.

Wat later word ik opzij geroepen door een grote groep arbeiders die met pikhouweel en schop een gracht voor een kabel aan het graven zijn. Het is echte slavenarbeid in deze rotsige bodem maar de mannen zijn het blijkbaar gewend en troepen lachend samen rond mijn motor. Ze zeggen Pakistanen te zijn en wijzen op hun typisch Pakistaanse hoedjes en zetten er eentje op mijn hoofd wanneer ik mijn helm afzet. Heel de groep lacht zich een deuk en ik neem even een foto. Ze zijn volledig opgewonden om eens iemand uit België te ontmoeten en vuren de ene vraag na de andere af. Tenslotte nodigen ze me uit om te komen eten in hun barakken maar opnieuw moet ik weigeren want ik had graag nog eventjes internet verbinding gezocht deze avond in Khorog.


Ondertussen gaat de schemering over in totale duisternis en rijd ik langzaam verder, me concentrerend op wat er zich afspeelt in de lichtvlek voor mijn voorwiel. Ik ben al meer dan twaalf uur onderweg en heb slechts tweehonderd km afgelegd. Het hoeft dan ook geen betoog hoe mijn lichaam zich voelt na een rit als deze. De spreekwoordelijke laatste loodjes wegen het zwaarst en de opluchting is dan ook zeer groot als ik  in de verte enkele lichtjes waarneem tussen de bergen, die aangeven dat ik mijn einddoel voor vandaag bijna bereikt heb.

Ik kreeg een tip van een schotse wielertoerist over een low budget lodge waar ik voor 5 dollar kan kamperen met internet verbinding. Een vriendelijke man in een jeep rijdt me voor,  langs een uitdagende rotsachtige helling tot bij de lodge. De internet verbinding is al even primitief als de accommodatie maar ik slaag er toch in om enkele foto's te posten alvorens het internet volledig uitvalt. De temperatuur is al flink gedaald en ik trek mijn slaapzak hoog over mijn oren en trek de rits van mijn tentje tot boven toe.

01-10-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


30-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 49 : Tadzjikistan - Afghanistan
Reisverhaal:

Om zes uur 's ochtends hoor ik al gekraak op de houten terrasplanken en ik zie vader stilletjes opstaan terwijl zijn zoon Ibrahim en ik ons nog even omdraaien voor een extra half uurtje. Wanneer we vanonder de wol kruipen , zijn het legertje vrouwen al opnieuw bezig met brood te bakken op een houtvuurtje. We gaan opnieuw naar de woonkamer voor het ontbijt.

Het is een kale kamer met slechts het klein tv'tje als meubilair en vandaag staat er derderangs Tadzjiekse soap op het menu. Opnieuw reageert vader op alle gebeurtenissen in de fictiereeks en lacht om het minste grapje dat op de buis verschijnt. Het is duidelijk dat de man geniet van simpele dingen in zijn leven maar mijn bezoek draagt hij hoog in het vaandel. Het gebeurt natuurlijk immers niet elke dag dat er een vreemdeling uit België voor zijn deur staat.

Hij is bezorgt dat ik met honger zou verder reizen en hij blijft maar aandringen om meer te eten. Wanneer ik me klaar maak om te vertrekken wordt mij warm water aangeboden om mij te wassen en krijg ik mijn jas en laarzen aangereikt al was ik een koning. Een deel van de kinderen wil nog even mee op de foto alvorens ik door de mannen omhelst word en vaarwel gekust. Het is het zoveelste afscheid tijdens deze reis en ik kan maar moeilijk wennen aan de heldenstatus die ik mij aangemeten krijg.


Ik rijd verder de bergen in die vandaag in een dikke mistlaag verborgen liggen. Gelukkig kom ik niet veel verkeer tegen want elke tegenligger brengt een grote stofwolk teweeg die mij het zicht nog verder ontneemt en mijn tanden doet knarsen. Ik steven recht op de Afghaanse grens af en zie geregeld militaire nederzettingen en bordjes die waarschuwen voor mijnenvelden langs de weg. Verder is er niet veel beschaving te bemerken en tracht ik me zo goed mogelijk door de hindernissenpistes te werken. Ik krijg dikke keien, grind, modder, los zand en stukgereden asfalt te verwerken vandaag en dit op vaak bochtige bergpassen in een dikke mist. Het hoeft geen betoog dat mijn gemiddelde snelheid er lichtjes onder lijdt en het ziet er naar uit dat ik de stad Khoroch vandaag niet meer zal halen.


Af en toe tref ik Chinese wegenarbeiders die werken aan een nieuwe weg. Ze zijn een uitzonderlijk zicht in deze contreien en vallen meteen op daar met hun typische tanden, hoedjes en Chinese vrachtwagens. Iedereen die ik vandaag tegen kom steekt zijn hand op en zwaait als ik voorbij rijd. Tijdens een afdaling zie ik plots een grote vrachtwagen die van de weg is geraakt en op zijn zijde in de ravijn geklonken ligt. Ik snel er heen en tref de twee chauffeurs ongedeerd aan naast hun verhakkelde wagen. Ik vraag of ze ongedeerd zijn en ze stellen me gerust dat het enkel de vrachtwagen is die er niet zo goed aan toe is. Het gevaarte ligt ongemakkelijk op zijn zij en er zal heel wat stunt en vliegwerk bij te pas komen om hem uit zijn hachelijke situatie te bevrijden. Ik bied hun water en eten aan want ze zeggen dat ze hun wagen niet mogen alleen laten om de vracht te beschermen en dat ze hier waarschijnlijk nog een paar dagen zullen moeten bivakkeren in de bergen alvorens er hulp zal arriveren uit Duchanbe. Ze stellen me gerust dat het wel goed komt en ik rijd met enige aarzeling toch door en laat hen achter bij hun wagen.


Ik ontmoet op deze berg weg slechts sporadisch een tegenligger met de cadans van één per uur maar geniet van de omgeving zonder mijn concentratie op de weg te verliezen. Het is een grote uitdaging om de Deauville door deze steenwoestijn te loodsen. Gelukkig bieden de offroad banden genoeg grip op deze steeds variërende ondergrond om veilig verder te rijden. Na een paar uurtjes heb ik mijn rijstijl aangepast en geniet van de voldoening om elke hindernis feilloos te overwinnen.


Ik volg de rivier die Tadzjikistan van Afghanistan scheidt en ik kan het niet verhelpen dat mijn aandacht afdwaalt naar de overzijde waar ik het dagelijkse leven gadesla in de Afghaanse dorpjes die langs de rivier liggen. Aan mijn zijde is er trouwens toch niet veel te beleven want de dorpjes zij hier zeer schaars. Op vele plaatse is de rivier zeer smal en kan je er eigenlijk zo overlopen naar het gevreesde buurland. Ik heb dan ook een goed zicht op het leven aan de overkant. Ik zie mannen in traditionele Afghaanse jellabas en vrouwen in uitsluitend zwarte kledij. Kinderen spelen op de oevers va de rivier maar  beantwoorden mijn roep niet als ik naar ze wuif met mijn armen in de lucht. Ze snappen waarschijnlijk niet waarom er plots iemand uit Tadzjikistan naar hen wuift terwijl de meeste mensen aan deze zijde weinig goeds te vertellen hebben oven hun buren aan de overzijde.


Tegen halverwege de namiddag klaart de mist eindelijk een beetje op en krijg ik een beter zicht op de bergen die aan beide zijden van de rivier honderden meters hoog oprijzen. De bergpistes liggen er zo slecht bij dat ik de hoop om Khorog vandaag nog te bereiken allang opgegeven heb en zoek tegen een uur of zes een geschikte kampeerplaats. Ik merk een smal ezelspad op dat tot achter enkele grote rotsblokken leidt op een bergflank en ontdek een verlaten slaapplaats van de lokale herders. Een perfecte overnachtingplaats naar mijn mening: niet te ver van de weg, dicht bij de rivier en uit het oog van het verkeer. Ik parkeer de Deauvi achter de rots en gooi mijn luchtmatras uit. Mijn tent kan ik onmogelijk opzetten in deze steenwoestijn maar dat deert niet want de temperatuur zakt nog niet te erg 's nachts en muggen komen hier niet erg veel voor langs deze snelstromende rivier. Op mijn gasvuurtje kook ik nog wat noedels als avondmaal en geniet van de rust.

Het is af en toe eens leuk om even alleen te zijn want het constant overnachten bij andere mensen kan zeer vermoeiend zijn op den duur. Ik heb deze avond dan ook rustig de tijd om even wat verslagen te tokkelen voor onze Desertlions blog. Na een uurtje valt het verkeer volledig stil want het is al een redelijk extreme route overdag; 's nachts waagt er zich blijkbaar niemand meer op deze pistes. Ik kruip in mijn slaapzak en geef mijn ogen even de tijd om te wennen aan de duisternis. Na enkele minuten komt de kosmos stilaan tot leven en neem ik steeds meer sterren waar aan her firmament. Het is verwonderlijk hoeveel vallende sterren ik tel op een korte tijd alvorens ik stilletjes indommel.


30-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


29-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 48 : Tadjikistan - Duchanbe - afscheid
Reisverhaal:

Met het openbaar vervoer ga ik naar de Russische ambassade en dat op zich is al een avontuur. Het is nog niet zeker of mijn visa vandaag klaar zal zijn maar ik kruis de vingers en voeg me bij de groep die samengepakt staat voor het ijzeren hek van het Russische consulaat. Ik spreek enkele mensen aan om te zien of ze Engels spreken en een jongeman stapt naar voor en antwoordt me dat hij Engels spreekt en me wil helpen. Ik leg hem mijn situatie uit en de rest van de groep stemt toe dat ik als eerste binnen mag. Als eerste betreed ik dus het consulaat en de dame achter het loket herkent me meteen. Het is dan ook de derde keer dat ik langs kom deze week en de Belgen liggen hier natuurlijk niet dik gezaaid.

Ik spreek haar aan in 't Russisch en kan mijn enthousiasme niet verbergen als blijkt dat mijn visa klaar ligt. Ik zeg dat ik dolgelukkig ben en bedank haar met een uitbundige "spasiba". Mijn enthousiasme werkt blijkbaar aanstekelijk want er gebeurt een klein mirakel: ik slaag er voor de eerste maal in om iemand te doen glimlachen op de Russische ambassade
Shocked Cool . Hiermee behaal ik twee overwinningen in één slag en verlaat blijgezind het consulaat en laat Mergan het goede nieuws weten.


Tegen lunchtijd zijn we terug bij hem thuis en maak ik me klaar voor mijn vertrek,  maar zijn moeder protesteert, zegt dat ik eerst nog moet blijven mee-eten. Er komt ook nog een groepje vrienden van Mergan langs om me mee uit te wuiven. Het zijn vlotte jonge mensen en enkele onder hen spreken Engels en zo wordt het een zeer entertainend laatste middagmaal samen.

Ik betrap mezelf er op dat ik terug wat sneller begin te functioneren en excuseer me tegen 13 u en neem afscheid van iedereen. Vooral Mergan  zijn ouders zijn zeer emotioneel bij het afscheid en zeggen dat ze elke dag voor mij zullen bidden tot ik veilig thuis ben teruggekeerd.


Even later rijd ik alleen door het centrum van Duchanbe en hoef geen enkele keer de weg te vragen want ik ken de stad ondertussen als mijn broekzak. Ik was al bijna vergeten hoe het voelde om met de zwaar bepakte Deauville door het verkeer te manoeuvreren, terug in de warme motorkledij te zitten en me te concentreren op het verkeer. Toen ik hier vorige week in jeans en T-shirt rondliep op mijn zomer sloffen kon ik me een beetje verbergen in de menigte. Niemand staarde me na maar nu ik terug op de motor zit word ik opnieuw aangesproken aan de verkeerslichten en krijg ik thumbs up van voorbijgangers. Eens ik de stadspoort door rijd kom ik algauw terug in de bergen terecht. Het uitzicht is prachtig: hier en daar ligt er een mooi meer tussen de glooiende bergen. Naarmate ik vorder worden de dorpjes kleiner en stoffiger. Grote kuddes vee komen in grote stofwolken terug van hun dagelijkse graas sessies in de bergen en overal slenteren koeien, geiten en ezels over de straten. De wegen in de dorpjes zijn niet van de beste kwaliteit en alles, van auto's tot bomen, mensen en huizen, zitten onder het stof.
Tot in de kleinste dorpjes tref je grote borden waarop de Tadzjiekse president vereerd wordt terwijl iedereen in Tadzjikistan weinig lof over heeft voor hun corrupte regering, geniet de president een soort helden status en ontsnapt aan alle blaam.



Ik tracht zoveel mogelijk vordering te maken en ik rijd door tot het begint te schemeren. Wanneer ik een nieuw dorpje nader spreek ik een jonge man op zijn ezel aan en vraag of hij een geschikte plaats weet om te kamperen. Hij gebaart me om hem te volgen en maant zijn ezeltje aan tot een galopje. We arriveren bij een groot ijzeren hek dat hun compound afsluit en nadat ik binnenrijd kom ik op het erf van zijn familie terecht. Een groep vrouwen zit buiten wat potten en pannen af te wassen en zowat uit alle richtingen komen kinderen op me afgelopen. Op de vraag waar ik mijn tent mag opslaan antwoordt hij hoofdschuddend en zegt dat ik mee naar binnen moet komen.


Het is een verouderd maar groot huis met vele kamers. We nemen plaats in de woonkamer en de vrouwen rollen het mooiste tapijt open en brengen me een avondmaal en verdwijnen terug in "hun" kamer. Even later springen de twee zonen recht en begroeten eerbiedig hun vader die ons komt vergezellen. Het is een oudere man met een traditionele moslimbaard en hij begroet me vriendelijk en heet me welkom in zijn huis. Later die avond kom ik te weten dat hij vier dochters heeft en zes zonen met zijn twee vrouwen. De oudste zoon verklapt me dat ook hij er van droomt om een tweede vrouw te hebben net als zijn vader en zijn gezin met twee kinderen uit te breiden.

Vader is een eenvoudige maar supervriendelijke man en blijft me constant thee bijschenken en laat allerhande snoep en fruit aanhalen door zijn legertje van vrouwen en schoondochters. Hij gaat net als zijn zonen zeer liefdevol om met de allerkleinsten van het gezin en de kinderen komen elk om beurt eens bij opa langs terwijl we samen naar een Russische actiefilm kijken op hun Chinese tv. Een antenne of kabel tv hebben ze niet maar wel een dvd speler waarop we zeker vijf afleveringen van de derderangs actie reeks op bekijken. Vader gaat volledig op in het tv gebeuren en geeft op alles wat er gebeurt in de serie zijn commentaar. We spreken wat over geitjes en schaapjes en terloops komt het terroristen probleem in Europa ter sprake. Ik licht hun wat in over de betreurende voorvallen op de luchthaven en de metro in Brussel en vader keurt elke vorm van moslim extremisme stellig af. Wij zijn muzelmannen zegt hij en we zijn de meest vredelievende mensen op aarde; iedereen die misdaden pleegt in de naam van de Islam is een crimineel. Hij vraagt of er in België ook moslims leven en hoe het er met de relatie tussen hen en de christenen aan toe gaat. Ik antwoord hem dat er nagenoeg geen problemen zijn en dit maakt hem gelukkig. Wij zijn je vrienden zegt hij en je bent van harte welgekomen.


Door mijn gegeeuw kan ik mijn vermoeidheid niet verbergen en de jongens laten hun vrouwen onze slaapplaats voor de nacht opstellen. Ik slaap samen met vader en de twee oudste zonen buiten op het overdekte terras onder exotische dekens. Het geeft een onbeschrijfelijk gevoel van samenhorigheid en je voelt je ongelooflijk welkom als je  tussen deze mensen mag slapen en elkaar een goede nachtrust toewenst alsof je bij je eigen familie zou liggen. Het is muisstil op het erf en enkel het geblaf van de hond doorbreekt even de stilte terwijl ik mezelf gelukkig prijs dit moment hier te mogen meemaken.

29-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine




Oorspronkelijke tekst


Mogelijk gemaakt door Translate
Mogelijk gemaakt door Translate

Oorspronkelijke tekst



Inhoud blog
  • Desertlion on Australian TV
  • Uitnodiging lezing
  • Bookhouse
  • Priscilla!
  • Dag 72 : Mongolië - The last one hundred
  • Nieuwe verhalen!
  • Dag 71 : Mongolië - Arvaikheer
  • Dag 70 : Mongolië - Bayangonhor
  • Dag 69 : Mongolië - Bombogor
  • Dag 68 : Mongolië - Buutsagaan
  • Dag 67 : Mongolië - From Altay to Altay in one day
  • Dag 66 : Mongolië - Altay?
  • Dag 65 : Mongools geluk
  • Dag 64 : Mongolië (1)
  • Dag 63 : Siberië - Altay gebergte
  • Dag 62 : Siberië (2)
  • Dag 61 : Siberië - Barnaoul
  • Dag 60 : Kazachstan - Siberië
  • Dag 59: Kazachstan (2)
  • Dag 58: Kazachstan (1)
  • Dag 57 : Kirgizië (2)
  • Dag 56 : Kirgizië (1)
  • Dag 55 : Tadzjikistan - Kirgizië
  • Dag 54 : Tadzjikistan - Mughab (2)
  • Dag 53 : Tadzjikistan - Murghab (1)
  • Dag 52 : Tadzjikistan - Wachan vallei (2)
  • Dag 51 : Tadzjikistan - Wachan vallei (1)
  • Dag 50 : Tadzjikistan - Khorog
  • Dag 49 : Tadzjikistan - Afghanistan
  • Dag 48 : Tadjikistan - Duchanbe - afscheid



    Weersverwachtingen

    België

    Tajikistan (Dushanbe)


    Mongolië


    Lokale tijd Mongolië


    Geplande evenmenten


    Hoofdpunten blog desertlions4
  • Uitnodiging lezing
  • Desert Lions terug in het land na expeditie - Nieuwsblad
  • Bedankt voor de hartverwarmende reacties!
  • Een nieuw begin
  • Tranen van geluk
  • Dag 31 : Finish line in zicht!
  • Dag 30 : Fuck Murphy!!!
  • Dag 29 : Oezbekistan
  • Dag 28 : Desert Moon
  • Dag 27 : The blue door

    Hoofdpunten blog desertlions3
  • Uitnodiging lezing
  • Update Priscilla
  • Priscilla at work!
  • Powerpoint Presentatie inhuldiging Priscilla
  • Mobile Desertlions-Bookhouse

    Hoofdpunten blog desertlions2
  • Uitnodiging lezing
  • Einde missie = start nieuwe missie
  • Dr Robert Shenk.
  • Filmavond 30/4/2011
  • Film, spectaculaire foto's en een sterk verhaal!

    Hoofdpunten blog desertlions
  • Uitnodiging lezing
  • Afsluiting van het project Gambia
  • In memorium
  • Een avonturier met het hart op de juiste plaats.
  • Film & diapresentatie 28 maart 2009


    Forum / Gastenboek
    Wilt u een bericht nalaten of in contact treden met onze Leeuwen, klik dan HIER.




    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs