Onze gesteunde projecten













Bezoek onze gouden sponsors !!!

Bezoek onze sponsors!
IDEA reclame
Brakelsesteenweg 66
9400 Ninove

 

 


Bezoek onze sponsors!
Adviesbureau Walravens
Albertlaan 200
9400 Ninove

 

 



Moto's Van Rossom nv
Edingsesteenweg 416
9400 Denderwindeke

 

 

Bezoek onze zilveren sponsors !!

Bezoek onze sponsors!
RICHA
Westerring, 27
9700 Oudenaarde

 

 


 

 

U kunt ons kosteloos steunen
door gebruik te maken van onze
Trooper pagina:

 

 

Desertlions 2016
A daring challenge to Tadzjikistan & Mongolië

02-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 51 : Tadzjikistan - Wachan vallei (1)
Reisverhaal:

Als ik ontwaak hoor ik de regen op mijn tentzeil druppelen en steek mijn hoofd nieuwsgierig naar buiten om de situatie in te schatten. De wolken hangen vast aan de toppen van de bergen en als ik goed en wel aangekleed ben begint het plots harder te regenen. Ik schuil onder het afdak van de lodge en tokkel nog even op mijn laptop in de hoop dat het snel zal overwaaien maar het gaat net de andere kant uit. Een ondoordringbaar wolkendek sluit zich boven mijn hoofd en het regent alsmaar harder. Het is een onaangename bezigheid om je tent ik de regen op te plooien en al je bagage te pakken terwijl alles langzaamaan nat wordt. Ik haal mijn regenkledij boven en trek het aan alvorens ik mijn rit inzet.


Het is ondertussen al bijna middag maar ik heb geen zin om hier op beter weer te wachten. Khorog is slechts een klein stadje en aan de buitenzijde van de stad stop ik even bij een Lenin standbeeld voor een foto. Lenin wordt in Tadzjikistan nog steeds vereerd voor zijn introductie van het communisme destijds en overal in het straatbeeld tref je zijn standbeeld nog aan. Ook de cccp en hamer en sikkel logos sieren het pleintje.


Een tienermeisje spreekt me aan om te vragen of ze even wat Engels mag oefenen met mij. Ze volgt momenteel een cursus Engels en is gedreven om de taal zo vlug mogelijk onder de knie te krijgen verteld ze. Ze nodigt me uit om mee te gaan naar haar huis en haar familie te ontmoeten. Heel de familie zit net aan de lunch en natuurlijk moet ik terug blijven eten. Haar vader en opa zitten al aan de wodka en schenken me er ook een uit: echte Tadzjiekse wodka zeggen ze fier en ik krijg zelfs de kans niet om te weigeren. Eentje kan geen kwaad zeggen ze en de politie is geen probleem want die drinken allen zelf als ze van dienst zijn. Dat wist ik natuurlijk ondertussen wel al maar ik houd het wijselijk toch maar bij eentje. Een uurtje later neem ik met een rondgesmuld buikje afscheid en rijd langzaam verder.


Algauw beland ik terug in de vallei maar deze keer zorgt de regen voor een extra moeilijkheidsgraad. De Wakhan vallei wordt beschouwd als een van de mooiste natuur fenomenen van centraal Azië. Het is tevens het minst bereikbaar deel van Tadzjikistan maar vooral het mins bereidbare deel. En door het feit dat ze grenst aan de meest beruchte stan-landen van allemaal ook voor vele mensen de meest gevreesde streek.

De enige auto's die ik deze vanaf hier tref zijn gestrande wrakken die stilaan wegkwijnen langsheen de weg en stelselmatig geplunderd worden want hier wordt alles gerecycleerd. Het is een hele opdracht om de Deauville recht te houden. De regen heeft de smalle bergweg omgetoverd in een grote glijbaan en hier schieten de offroad banden zelfs tekort. Grote delen van de weg staan volledig onder water en zo in het moeilijk in te schatten waar de putten zich juist bevinden en hoe diep ze zijn. Maar toch raak ik er met wat stunt en vliegwerk steeds veilig door.


De bergen rijzen als grote monsters langs me op uit de vallei. De dorpjes volgen elkaar in een redelijk snel tempo op en eens de regen wat gemilderd is komen de kinderen terug op straat om me te verwelkomen. Zelfs onder deze druilerige omstandigheden is de natuur prachtig en kijk ik mijn ogen uit op de groene omgeving. Buiten een primitief chekpoint en wat groepjes patrouillerende soldaten is er nergens iets van politiemacht te bespeuren.

Tegen de late namiddag klaart de hemel uit en wordt de vallei breder en de rivier smaller. Op de meeste plaatsen kan je er gewoon over wandelen naar Afghanistan. Ooit was dit de uiterste grens van de Verenigde Staten van Rusland maar prikkeldraad vind je hier niet omdat de onoverkomelijke bergen de natuurlijke grens vormen. Voor de eerste keer wordt mijn roep beantwoord als ik wuif naar Afghaanse jongeren aan de overkant. Ze zwaaien vrolijk terug met hun armen in de lucht. Net op tijd vind ik er benzine in een afgelegen benzine station. De uitbater vraag hoeveel liter ik wens en sloft rustig naar zijn oude Duitse pomp met opschrift bleifrie. Het is onvoorstelbaar hoe dat ding hier ooit belandde en hij duwt handmatig de magneetschakelaar in. De pomp krijst rauw terwijl mijn tank tot de nok gevuld wordt waardoor ik ben alweer eens op de valreep gered van benzine nood.


Wat verder komen er een paar kinderen op me afgelopen en zeggen me dat ik bij hen kan overnachten. Misschien niet zo'n slecht idee denk ik en ik volg hun instructies tot bij het erf van hun familie. Vader komt me tegemoet en heet me welkom. Het is een primitieve boerderij met aanpalende akkers op de oevers. Door een netwerk van kleine irrigatie kanaaltjes worden de akkers bevloeid en is er landbouw mogelijk. Een van de dochters spreek een paar woorden Engels maar vader draaft maar door in het Russisch en verteld me dat hij van zijn moeders kant Afghaans bloed meegekregen heeft en hij toont mij fier zijn traditionele Afghaanse kledij en hoofddeksels.

Een volwassen hond ligt aan de ketting en een pub huppelt vrolijk rond en komt wat met me dollen. Onlangs zijn er een paar van zijn herdershonden doodgebeten door wolven vertelt vader me en daarom heeft hij er een pub bijgenomen om op te leiden tot herdershond. Deze man hangt een volledig ander beeld op van zijn buren aan de overkant van het water. Hij zegt me dat ze als vrienden met elkaar omgaan en drijven samen handel op de Afghaanse bazaars die hij geregeld bezoekt. Het is typisch dat mensen die er nog nooit geweest zijn dikwijls de wildste verhalen vertellen over sommige streken terwijl de mensen die er wonen en echt weten hoe het er aan toegaat een heel wat gemoedelijker verhaal vertellen. Hij beweert dat iedereen langs beide zijden van de rivier in vrede leeft en elkaars vrienden zijn.


Slapen doe ik in de kamer van een van de dochters terwijl zij vannacht de kamer ernaast deelt met haar ouders. Op de muur hangen twee posters met een afbeelding van een meisje dat vroom bidt voor een afbeelding van Mekka. Verder is de kamer volledig kaal. Het dakraampje is een oude auto ruit die ontleend werd aan het wrak van een busje die op het erf staat. Het toilet is gewoon het dak van een auto waar twee gaten in gemaakt zijn. Dit is Wakha stijl zegt hij terwijl hij zijn gouden tanden bloot lacht. De mensen hier zijn gedwongen om heel inventief te zijn want in afgelegen streken kan je niet gewoon even naar de lokale doe-het-zelf zaak lopen ...

02-10-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


01-10-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 50 : Tadzjikistan - Khorog
Reisverhaal:

Ik word gewekt door een warme lucht in mijn aangezicht en wanneer ik mijn ogen open word ik van heel kort bij aangestaard door twee grote ogen. Er staan een vijftal koeien rond mijn bivak en eentje ervan blijkt nogal veel bewondering te hebben voor mijn slaapzak. Ik sta op en word begroet door een herdersjongen van zo'n jaar of tien die de koeien al op dit onbetamelijke vroege uur de bergen in leidt. Hij stelt zich niet te veel vragen over mijn aanwezigheid want het is hier de gewoonte dat herders op plaatsen zoals deze overnachten als ze op meerdaags uitstappen zijn met hun kuddes.


Het kampvuurtje dat ik hier gisteravond trof maakte me duidelijk dat deze plaats geregeld gebruikt werd door de herders. De jonge knaap heeft vooral oog voor mijn motorfiets en mijn helm. Hij klimt op mijn motor en zet mijn helm op terwijl hij constant het motorgeluid nabootst. Terwijl ik mijn kamp opbreek smikkelt hij zonder veel schaamte de overschot van mijn noedels naar binnen en drinkt mijn fles fruitsap leeg. Ik laat hem rustig begaan want ik ben tenslotte een gast in zijn land en ik ben al ontelbare keren uitgenodigd om te komen eten door zijn landgenoten. Terwijl ik mijn afwas doe in de rivier en me vlug wat opfris zet ook hij zijn tocht verder en verdwijnt met zijn koeien achter de rotsen, de bergen in.


De weg blijft de rivier volgen langsheen de Afghaanse grens. Ondanks dat hoge rotsachtige bergen en stenen de hoofdmoot van het uitzicht voor zich nemen is er toch een zekere variatie. De weg bestaat grotendeels uit gravel en zand. Geregeld maakt de carterplaat contact met uitstekende rotsen en wipt de motorfiets even omhoog. De twinduro banden leveren uitstekende prestaties op deze pistes en bijten zich zo goed mogelijk vast in de ondergrond. Doordat ik oostwaarts rijd bevind ik me aan de afgrond zijde van de weg. Het is dan ook elke keer een spannende operatie om de grote Chinese vrachtwagens te kruisen. Het is verwonderlijk hoe deze mastodonten zich over zo'n bergpad kunnen wurmen. Gelukkig is het verkeer schaars en zie ik ze in een grote stofwolk in de verte aankomen waardoor ik me steeds kan voorbereiden op de kruising. Het openbaar vervoer gebeurt met grote 4X4 jeeps die aan hoge snelheid over het pad denderen en niet al te veel oog hebben voor een kleine motorrijder. Vaak liggen er rotsblokken op de weg die van de bergen naar beneden getuimeld zijn en ook in en langs de rivier liggen op vele plaatse grote rotsblokken ter grote van een klein huis.


Het leven aan de Afghaanse zijde gaat gewoon zijn dagelijks gangetje. Ik zie mannen bij het water vissen, vrouwen die de was doen aan de oevers en mensen op kleine motorfietsen over het ezelspad scheuren. Mijn gemiddelde snelheid ligt zeer laag en ik sta meestal rechtop de voetsteuntjes om mijn rug wat te ontlasten. Af en toe kruis ik kleine dorpjes daar waar er een stroompje uit de bergen naar beneden stroomt. Op andere plaatsen is er geen vegetatie en dus ook geen leven.


Gelukkig vind ik een benzinestation langs de weg alhoewel, station is een groot woord voor een hof met enkele Jerry kannen en een oude citerne met mazout voor de vrachtwagens. De man tankt me een emmer benzine zodat ik terug verder kan. Groepjes militairen patrouilleren geregeld langs de weg met kalashnikov over de schouder en in uniformen uit de vorige eeuw. Op hun broeksriem prijkt nog steeds de communistische hamer en sikkel . Iedereen begroet me onderweg wanneer ik een dorpje doorkuis en alle kinderen hebben er een hobby van gemaakt om hun hand uit te steken voor een high five terwijl ik voorbij rijd. Het is niet altijd even makkelijk om met één hand door te putten te laveren terwijl we handjes pletsen maar ik wil hun het geluk niet ontnemen en speel het spelletje gewoon mee.


Ik ben vastberaden om deze avond tot in Khorog te raken en verkwist niet te veel tijd onderweg en rijd aan een min of meer constant tempo door. Het zicht is vaak adembenemend en ik rijd onder hoge overhangende rotsen door richting zuid oost. Je kan hier onmogelijk verloren rijden want er is slechts één weg en die volgt de rivier door de vallei.


Tegen de late namiddag stop ik voor de slagbomen van een check point. Een politie agent vraagt me om mee naar binnen te gaan. Het is een oud gebouwtje met enkel een gammele tafel en een stoel maar de vier aanwezige agenten zijn super vriendelijk en ik sla een praatje in mijn beste Russisch en speel wat met de puppies die er rond huppelen. Ik laat hen een foto zien van mijn hond in België en we verbroederen ondertussen wat verder. Ze waren net bezig met een flesje wodka te kraken toen ik arriveerde en het was naar mijn mening niet de eerste vandaag want het ging er nogal vrolijk aan toe in hun kantoortje. Ze bieden me een koffie kop met wodka aan maar ik weiger beleefd met het excuus dat ik nog verder moet met de motor. Eentje kan geen kwaad dringen ze aan en ik kan moeilijk weigeren. Het is nogal een rijkelijke slok maar ik krijg er ook een bordje gezouten paprika's en tomaat bij geserveerd. Ze stellen allerlei vragen over België en één van hen nodigt me uit om bij hem te blijven slapen in zijn huis iet verderop. We zullen samen eten en verder drinken verteld hij mij en hoe aantrekkelijk het aanbod ook klinkt, ik besluit toch om mijn gezond verstand te laten zegevieren en excuseer me en zet mijn reis stilletjes verder.

Wat later word ik opzij geroepen door een grote groep arbeiders die met pikhouweel en schop een gracht voor een kabel aan het graven zijn. Het is echte slavenarbeid in deze rotsige bodem maar de mannen zijn het blijkbaar gewend en troepen lachend samen rond mijn motor. Ze zeggen Pakistanen te zijn en wijzen op hun typisch Pakistaanse hoedjes en zetten er eentje op mijn hoofd wanneer ik mijn helm afzet. Heel de groep lacht zich een deuk en ik neem even een foto. Ze zijn volledig opgewonden om eens iemand uit België te ontmoeten en vuren de ene vraag na de andere af. Tenslotte nodigen ze me uit om te komen eten in hun barakken maar opnieuw moet ik weigeren want ik had graag nog eventjes internet verbinding gezocht deze avond in Khorog.


Ondertussen gaat de schemering over in totale duisternis en rijd ik langzaam verder, me concentrerend op wat er zich afspeelt in de lichtvlek voor mijn voorwiel. Ik ben al meer dan twaalf uur onderweg en heb slechts tweehonderd km afgelegd. Het hoeft dan ook geen betoog hoe mijn lichaam zich voelt na een rit als deze. De spreekwoordelijke laatste loodjes wegen het zwaarst en de opluchting is dan ook zeer groot als ik  in de verte enkele lichtjes waarneem tussen de bergen, die aangeven dat ik mijn einddoel voor vandaag bijna bereikt heb.

Ik kreeg een tip van een schotse wielertoerist over een low budget lodge waar ik voor 5 dollar kan kamperen met internet verbinding. Een vriendelijke man in een jeep rijdt me voor,  langs een uitdagende rotsachtige helling tot bij de lodge. De internet verbinding is al even primitief als de accommodatie maar ik slaag er toch in om enkele foto's te posten alvorens het internet volledig uitvalt. De temperatuur is al flink gedaald en ik trek mijn slaapzak hoog over mijn oren en trek de rits van mijn tentje tot boven toe.

01-10-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


30-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 49 : Tadzjikistan - Afghanistan
Reisverhaal:

Om zes uur 's ochtends hoor ik al gekraak op de houten terrasplanken en ik zie vader stilletjes opstaan terwijl zijn zoon Ibrahim en ik ons nog even omdraaien voor een extra half uurtje. Wanneer we vanonder de wol kruipen , zijn het legertje vrouwen al opnieuw bezig met brood te bakken op een houtvuurtje. We gaan opnieuw naar de woonkamer voor het ontbijt.

Het is een kale kamer met slechts het klein tv'tje als meubilair en vandaag staat er derderangs Tadzjiekse soap op het menu. Opnieuw reageert vader op alle gebeurtenissen in de fictiereeks en lacht om het minste grapje dat op de buis verschijnt. Het is duidelijk dat de man geniet van simpele dingen in zijn leven maar mijn bezoek draagt hij hoog in het vaandel. Het gebeurt natuurlijk immers niet elke dag dat er een vreemdeling uit België voor zijn deur staat.

Hij is bezorgt dat ik met honger zou verder reizen en hij blijft maar aandringen om meer te eten. Wanneer ik me klaar maak om te vertrekken wordt mij warm water aangeboden om mij te wassen en krijg ik mijn jas en laarzen aangereikt al was ik een koning. Een deel van de kinderen wil nog even mee op de foto alvorens ik door de mannen omhelst word en vaarwel gekust. Het is het zoveelste afscheid tijdens deze reis en ik kan maar moeilijk wennen aan de heldenstatus die ik mij aangemeten krijg.


Ik rijd verder de bergen in die vandaag in een dikke mistlaag verborgen liggen. Gelukkig kom ik niet veel verkeer tegen want elke tegenligger brengt een grote stofwolk teweeg die mij het zicht nog verder ontneemt en mijn tanden doet knarsen. Ik steven recht op de Afghaanse grens af en zie geregeld militaire nederzettingen en bordjes die waarschuwen voor mijnenvelden langs de weg. Verder is er niet veel beschaving te bemerken en tracht ik me zo goed mogelijk door de hindernissenpistes te werken. Ik krijg dikke keien, grind, modder, los zand en stukgereden asfalt te verwerken vandaag en dit op vaak bochtige bergpassen in een dikke mist. Het hoeft geen betoog dat mijn gemiddelde snelheid er lichtjes onder lijdt en het ziet er naar uit dat ik de stad Khoroch vandaag niet meer zal halen.


Af en toe tref ik Chinese wegenarbeiders die werken aan een nieuwe weg. Ze zijn een uitzonderlijk zicht in deze contreien en vallen meteen op daar met hun typische tanden, hoedjes en Chinese vrachtwagens. Iedereen die ik vandaag tegen kom steekt zijn hand op en zwaait als ik voorbij rijd. Tijdens een afdaling zie ik plots een grote vrachtwagen die van de weg is geraakt en op zijn zijde in de ravijn geklonken ligt. Ik snel er heen en tref de twee chauffeurs ongedeerd aan naast hun verhakkelde wagen. Ik vraag of ze ongedeerd zijn en ze stellen me gerust dat het enkel de vrachtwagen is die er niet zo goed aan toe is. Het gevaarte ligt ongemakkelijk op zijn zij en er zal heel wat stunt en vliegwerk bij te pas komen om hem uit zijn hachelijke situatie te bevrijden. Ik bied hun water en eten aan want ze zeggen dat ze hun wagen niet mogen alleen laten om de vracht te beschermen en dat ze hier waarschijnlijk nog een paar dagen zullen moeten bivakkeren in de bergen alvorens er hulp zal arriveren uit Duchanbe. Ze stellen me gerust dat het wel goed komt en ik rijd met enige aarzeling toch door en laat hen achter bij hun wagen.


Ik ontmoet op deze berg weg slechts sporadisch een tegenligger met de cadans van één per uur maar geniet van de omgeving zonder mijn concentratie op de weg te verliezen. Het is een grote uitdaging om de Deauville door deze steenwoestijn te loodsen. Gelukkig bieden de offroad banden genoeg grip op deze steeds variërende ondergrond om veilig verder te rijden. Na een paar uurtjes heb ik mijn rijstijl aangepast en geniet van de voldoening om elke hindernis feilloos te overwinnen.


Ik volg de rivier die Tadzjikistan van Afghanistan scheidt en ik kan het niet verhelpen dat mijn aandacht afdwaalt naar de overzijde waar ik het dagelijkse leven gadesla in de Afghaanse dorpjes die langs de rivier liggen. Aan mijn zijde is er trouwens toch niet veel te beleven want de dorpjes zij hier zeer schaars. Op vele plaatse is de rivier zeer smal en kan je er eigenlijk zo overlopen naar het gevreesde buurland. Ik heb dan ook een goed zicht op het leven aan de overkant. Ik zie mannen in traditionele Afghaanse jellabas en vrouwen in uitsluitend zwarte kledij. Kinderen spelen op de oevers va de rivier maar  beantwoorden mijn roep niet als ik naar ze wuif met mijn armen in de lucht. Ze snappen waarschijnlijk niet waarom er plots iemand uit Tadzjikistan naar hen wuift terwijl de meeste mensen aan deze zijde weinig goeds te vertellen hebben oven hun buren aan de overzijde.


Tegen halverwege de namiddag klaart de mist eindelijk een beetje op en krijg ik een beter zicht op de bergen die aan beide zijden van de rivier honderden meters hoog oprijzen. De bergpistes liggen er zo slecht bij dat ik de hoop om Khorog vandaag nog te bereiken allang opgegeven heb en zoek tegen een uur of zes een geschikte kampeerplaats. Ik merk een smal ezelspad op dat tot achter enkele grote rotsblokken leidt op een bergflank en ontdek een verlaten slaapplaats van de lokale herders. Een perfecte overnachtingplaats naar mijn mening: niet te ver van de weg, dicht bij de rivier en uit het oog van het verkeer. Ik parkeer de Deauvi achter de rots en gooi mijn luchtmatras uit. Mijn tent kan ik onmogelijk opzetten in deze steenwoestijn maar dat deert niet want de temperatuur zakt nog niet te erg 's nachts en muggen komen hier niet erg veel voor langs deze snelstromende rivier. Op mijn gasvuurtje kook ik nog wat noedels als avondmaal en geniet van de rust.

Het is af en toe eens leuk om even alleen te zijn want het constant overnachten bij andere mensen kan zeer vermoeiend zijn op den duur. Ik heb deze avond dan ook rustig de tijd om even wat verslagen te tokkelen voor onze Desertlions blog. Na een uurtje valt het verkeer volledig stil want het is al een redelijk extreme route overdag; 's nachts waagt er zich blijkbaar niemand meer op deze pistes. Ik kruip in mijn slaapzak en geef mijn ogen even de tijd om te wennen aan de duisternis. Na enkele minuten komt de kosmos stilaan tot leven en neem ik steeds meer sterren waar aan her firmament. Het is verwonderlijk hoeveel vallende sterren ik tel op een korte tijd alvorens ik stilletjes indommel.


30-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


29-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 48 : Tadjikistan - Duchanbe - afscheid
Reisverhaal:

Met het openbaar vervoer ga ik naar de Russische ambassade en dat op zich is al een avontuur. Het is nog niet zeker of mijn visa vandaag klaar zal zijn maar ik kruis de vingers en voeg me bij de groep die samengepakt staat voor het ijzeren hek van het Russische consulaat. Ik spreek enkele mensen aan om te zien of ze Engels spreken en een jongeman stapt naar voor en antwoordt me dat hij Engels spreekt en me wil helpen. Ik leg hem mijn situatie uit en de rest van de groep stemt toe dat ik als eerste binnen mag. Als eerste betreed ik dus het consulaat en de dame achter het loket herkent me meteen. Het is dan ook de derde keer dat ik langs kom deze week en de Belgen liggen hier natuurlijk niet dik gezaaid.

Ik spreek haar aan in 't Russisch en kan mijn enthousiasme niet verbergen als blijkt dat mijn visa klaar ligt. Ik zeg dat ik dolgelukkig ben en bedank haar met een uitbundige "spasiba". Mijn enthousiasme werkt blijkbaar aanstekelijk want er gebeurt een klein mirakel: ik slaag er voor de eerste maal in om iemand te doen glimlachen op de Russische ambassade
Shocked Cool . Hiermee behaal ik twee overwinningen in één slag en verlaat blijgezind het consulaat en laat Mergan het goede nieuws weten.


Tegen lunchtijd zijn we terug bij hem thuis en maak ik me klaar voor mijn vertrek,  maar zijn moeder protesteert, zegt dat ik eerst nog moet blijven mee-eten. Er komt ook nog een groepje vrienden van Mergan langs om me mee uit te wuiven. Het zijn vlotte jonge mensen en enkele onder hen spreken Engels en zo wordt het een zeer entertainend laatste middagmaal samen.

Ik betrap mezelf er op dat ik terug wat sneller begin te functioneren en excuseer me tegen 13 u en neem afscheid van iedereen. Vooral Mergan  zijn ouders zijn zeer emotioneel bij het afscheid en zeggen dat ze elke dag voor mij zullen bidden tot ik veilig thuis ben teruggekeerd.


Even later rijd ik alleen door het centrum van Duchanbe en hoef geen enkele keer de weg te vragen want ik ken de stad ondertussen als mijn broekzak. Ik was al bijna vergeten hoe het voelde om met de zwaar bepakte Deauville door het verkeer te manoeuvreren, terug in de warme motorkledij te zitten en me te concentreren op het verkeer. Toen ik hier vorige week in jeans en T-shirt rondliep op mijn zomer sloffen kon ik me een beetje verbergen in de menigte. Niemand staarde me na maar nu ik terug op de motor zit word ik opnieuw aangesproken aan de verkeerslichten en krijg ik thumbs up van voorbijgangers. Eens ik de stadspoort door rijd kom ik algauw terug in de bergen terecht. Het uitzicht is prachtig: hier en daar ligt er een mooi meer tussen de glooiende bergen. Naarmate ik vorder worden de dorpjes kleiner en stoffiger. Grote kuddes vee komen in grote stofwolken terug van hun dagelijkse graas sessies in de bergen en overal slenteren koeien, geiten en ezels over de straten. De wegen in de dorpjes zijn niet van de beste kwaliteit en alles, van auto's tot bomen, mensen en huizen, zitten onder het stof.
Tot in de kleinste dorpjes tref je grote borden waarop de Tadzjiekse president vereerd wordt terwijl iedereen in Tadzjikistan weinig lof over heeft voor hun corrupte regering, geniet de president een soort helden status en ontsnapt aan alle blaam.



Ik tracht zoveel mogelijk vordering te maken en ik rijd door tot het begint te schemeren. Wanneer ik een nieuw dorpje nader spreek ik een jonge man op zijn ezel aan en vraag of hij een geschikte plaats weet om te kamperen. Hij gebaart me om hem te volgen en maant zijn ezeltje aan tot een galopje. We arriveren bij een groot ijzeren hek dat hun compound afsluit en nadat ik binnenrijd kom ik op het erf van zijn familie terecht. Een groep vrouwen zit buiten wat potten en pannen af te wassen en zowat uit alle richtingen komen kinderen op me afgelopen. Op de vraag waar ik mijn tent mag opslaan antwoordt hij hoofdschuddend en zegt dat ik mee naar binnen moet komen.


Het is een verouderd maar groot huis met vele kamers. We nemen plaats in de woonkamer en de vrouwen rollen het mooiste tapijt open en brengen me een avondmaal en verdwijnen terug in "hun" kamer. Even later springen de twee zonen recht en begroeten eerbiedig hun vader die ons komt vergezellen. Het is een oudere man met een traditionele moslimbaard en hij begroet me vriendelijk en heet me welkom in zijn huis. Later die avond kom ik te weten dat hij vier dochters heeft en zes zonen met zijn twee vrouwen. De oudste zoon verklapt me dat ook hij er van droomt om een tweede vrouw te hebben net als zijn vader en zijn gezin met twee kinderen uit te breiden.

Vader is een eenvoudige maar supervriendelijke man en blijft me constant thee bijschenken en laat allerhande snoep en fruit aanhalen door zijn legertje van vrouwen en schoondochters. Hij gaat net als zijn zonen zeer liefdevol om met de allerkleinsten van het gezin en de kinderen komen elk om beurt eens bij opa langs terwijl we samen naar een Russische actiefilm kijken op hun Chinese tv. Een antenne of kabel tv hebben ze niet maar wel een dvd speler waarop we zeker vijf afleveringen van de derderangs actie reeks op bekijken. Vader gaat volledig op in het tv gebeuren en geeft op alles wat er gebeurt in de serie zijn commentaar. We spreken wat over geitjes en schaapjes en terloops komt het terroristen probleem in Europa ter sprake. Ik licht hun wat in over de betreurende voorvallen op de luchthaven en de metro in Brussel en vader keurt elke vorm van moslim extremisme stellig af. Wij zijn muzelmannen zegt hij en we zijn de meest vredelievende mensen op aarde; iedereen die misdaden pleegt in de naam van de Islam is een crimineel. Hij vraagt of er in België ook moslims leven en hoe het er met de relatie tussen hen en de christenen aan toe gaat. Ik antwoord hem dat er nagenoeg geen problemen zijn en dit maakt hem gelukkig. Wij zijn je vrienden zegt hij en je bent van harte welgekomen.


Door mijn gegeeuw kan ik mijn vermoeidheid niet verbergen en de jongens laten hun vrouwen onze slaapplaats voor de nacht opstellen. Ik slaap samen met vader en de twee oudste zonen buiten op het overdekte terras onder exotische dekens. Het geeft een onbeschrijfelijk gevoel van samenhorigheid en je voelt je ongelooflijk welkom als je  tussen deze mensen mag slapen en elkaar een goede nachtrust toewenst alsof je bij je eigen familie zou liggen. Het is muisstil op het erf en enkel het geblaf van de hond doorbreekt even de stilte terwijl ik mezelf gelukkig prijs dit moment hier te mogen meemaken.

29-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


27-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 44 - 46: Tadzjikistan - Duchanbe - visum perikelen.
Reisverhaal:

Toen ik mijn Russisch visa aanvroeg in Brussel verwachtte ik een dertig dagen visum te ontvangen maar achteraf bleek ik slechts 15 dagen in de Russische federatie te mogen verblijven. Zoals gevreesd is mijn Russische visum ondertussen al bijna verlopen en raak ik nooit meer op tijd aan de grens, laat staan het land terug buiten. Door het feit dat ik pas op vrijdag arriveerde zit ik een weekend vast tot de Russische ambassade opent op maandag. Dit is de uitgelezen plaats om mijn Russisch visum te hernieuwen omdat Mergan mij kan bijstaan in de aanvraagprocedure die volledig in het Russisch moet ingevuld.


Naast een gedetailleerde routebeschrijving en reisplanning moet ik ook allerhande formulieren online invullen en afdrukken. Dit kan allemaal in het kantoor van Mergan en ik ben er meteen een paar uurtjes zoet mee. Mijn Belgische telefoonkaart blijkt hier niet te werken en we installeren een Tadzjiekse zodat ik later in het Pamier gebergte meestal ontvangst zal hebben en Mergan kan bereiken in geval van nood. In Tadzjikistan gaat alles net iets trager als in Europa en ik moet me aanpassen aan hun ritme. Dit lukt me al aardig want ik verblijf ondertussen al enkele dagen bij zijn familie.

Hij helpt me om mijn banden te demonteren en de off-road rubbers om de velgen te leggen en om motorolie te kopen van Europese kwaliteit. Ik heb sinds mijn vertrek in België al meer dan 12000KM gereden en nog geen druppel olie bijgevuld maar door de eindeloze ritten in de uitzonderlijke hitte en omstandigheden is de olie aan vervanging toe. Ik ben tevens ook door mijn voorraad reserve lampen heen en vul ook deze aan in de lokale auto bazaar waar je zowat alles kan kopen voor allerhande voertuigen. De meeste onderdelen zijn echter van bedenkelijke kwaliteit en geïmporteerd uit China. Mergan zijn vader maakt nog de grappige opmerking dat alles behalve de mensen zelf, alles in Tadzjikistan chinees is. Vroeger was alles Russisch en dat was al niet veel beter lacht hij.


Mergan neemt me elke dag mee naar de stad en ik voel me ondertussen al één van hen. We gaan samen naar het "afscheidsfeest" zoals hij het zelf noemt van zijn overleden nonkel. Het is een variante van de Vlaamse koffie tafel maar dan met veel meer pracht en praal en vooral heel veel eten.

Ik ben ook getuige van het ontslag van zijn vrouw en baby uit de materniteitsafdeling van het lokale hospitaal. Wij waren er eerder deze week al langs geweest met wat eten voor zijn pas bevallen echtgenote maar het gebouw is verboden terrein voor mannen. We mogen slechts tot aan de deur en geen stap verder. De verpleegsters handelen alles verder af vanaf hier. Bij de afhaling van de baby is de ganse familie aanwezig en het lijkt wel een drive through van McDonald's. Iedereen staat zijn beurt af te wachten in een lange rij en één voor één worden de baby's naar buiten gedragen door een forse verpleegster gevolgd door een klein legertje van mede verpleegsters die met de bagage van de moeders zeulen. Na de overhandiging van de pasgeborenen steekt iedereen zijn hand uit voor een kleine vergoeding. Mergan zegt dat hij deze vorm van corruptie niet goedkeurt maar er niet kan aan ontkomen; zo werkt het hier gewoon.

Zijn vrouw zal samen met de baby enkele maanden bij haar ouders intrekken voor een pamper opleiding door haar moeder alvorens ze opnieuw bij zijn familie zal intrekken. Het is een unieke ervaring voor mij om enkele dagen deel uit te maken van zijn familie en hun leven van dicht bij mee te maken.

Ondertussen leerde ik zowat iedereen kennen en werd ik reeds tot hun Belgisch familielid omgedoopt. Eten staat steeds centraal in Centraal-Azië en alle dagen moet ik mee aanzitten aan het feest tapijt. Ze blijven me maar volstouwen met allerhande voedsel en fruit. 's Avonds komen er dikwijls neven van Mergan op bezoek en maken we het steeds gezellig met enkele flessen bier of een paar wodka's zonder ooit te overdrijven weliswaar. Mergan is lid van de kleine protestantse christelijke beweging in Duchanbe en zijn schoonvader is de pastoor van hun kerkgemeenschap. Hij neemt me mee naar de zondagdienst en ik word voorgesteld als de nieuwe "broeder" uit Europa. Het is een amusante ervaring met veel vrolijke gospel muziek en héél veel lachende gezichten. Mijn verblijf in de stad is niet enkel een rustperiode maar vooral een aaneenschakeling van unieke ervaringen. Op maandag ochtend hebben we afspraak met de hospitaal directie in het Bozhor district waar we twee jaar geleden de "Desertlions ambulance" schonken aan een hospitaal. Dit is de hoofdreden van mijn bezoek aan Tadzjikistan en het is een blij terugzien na twee jaar. Ik word als een hoge gast ontvangen en begroet. Er was mij gevraagd om als mekanieker bij te staan in het onderhoud en nazicht van de Franse wagen omdat de lokale mekanieker die instaat voor het onderhoud niet zo vertrouwd is met deze technologieën. En daar maken we dan samen eerst werk van!


Buiten remblokken, banden en een oliewissel help ik ook nog even met het oplossen van enkele eenvoudige elektrische euveltjes zodat de ambulance opnieuw paraat staat voor een nieuwe service periode. Ondertussen krijg ik nogmaals te horen wat een zegen deze ambulance wel is voor de regio en hoe hij dikwijls hij wordt uitgeleend in Duchanbe bij speciale gelegenheden zoals de jaarlijkse marathon en zo. De nieuwe vleugel van het ziekenhuis die twee jaar  geleden slechts een ruwbouw was is ondertussen in gebruik waardoor de capaciteit meteen verdubbelde. De bouw werd deels gefinancierd door de nationale volksgezondheidsdienst maar voertuigen vallen hier niet onder en moeten door de ziekenhuizen zelf bekostigd worden met kleine, lokale budgetten.


Het is verwonderlijk om te zien in welke prachtstaat de ziekenwagen zich nog bevindt na twee jaar dienst en zijn staat bevestigt hun verhaal dat hij met de grootste zorg vertroeteld wordt. De wagen brengt zoveel mooie herinneringen naar boven bij mij. Gedurende twee jaar stoomde ik hem klaar voor zijn reis naar Centraal-Azië en hij werd het visitekaartje voor de Desertlions. Samen met Sabine leefde ik er twee maanden in terwijl we hem naar Tadzjikistan reden en daar tenslotte schonken. Het lijkt wel gisteren dat we hier door de poort reden en als koningen ontvangen werden door de voltallige staf. De directrice van het hospitaal vertelt me terloops nog dat één van de verpleegsters nog steeds elke dag de schoenen draagt die ze van Sabine cadeau kreeg en hierdoor elke dag aan ons denkt. Het was een hoogtepunt in deze reis om hier terug te keren en het gevoel is onbeschrijflijk: het laat me al de fysieke ongemakken van deze reis meteen vergeten en natuurlijk moet ik plechtig beloven om later met Sabine nog eens terug te keren. En ik hoop deze belofte ook te kunnen nakomen in de toekomst want ik ben ondertussen onherroepelijk verbonden met dit land. De meeste mensen in Europa weten bitter weinig over dit uitzonderlijke Centraal-Aziatisch land maar ik ben verknocht aan de Tadzjiekse mensen en de ruige natuur van het Pamier gebergte met zijn hoge besneeuwde toppen, kolkende rivieren en zijn hoogvlaktes van meer dan 5000m De arenden, de wolven en de herders met hun kuddes kleden het geheel verder aan.

Mijn verblijf in Duchanbe wordt steeds maar verder verlengd wanneer ik te horen krijg dat ik minimum drie dagen zal moeten wachten op mijn Russisch visa. Mergan merkt mijn teleurstelling op wanneer ik het nieuws ontvang en omhelst me broederlijk en troost me dat god dit zo gewild heeft. En, ik mag zolang blijven als ik wil. Ook zijn familie stelt me gerust,  dat ze voor me zullen zorgen en dat mijn bezoek voor hun een zegen is en dat ze er ten volle van genieten om mij als gast te hebben. Ik kan niets anders doen dan me bij mijn lot neer te leggen en mijn tijd nuttig  besteden.


Ondertussen help ik de familieleden met enkele reparaties aan hun auto's. Ik merkte op dat ook Mergans' auto kampte met een ontstekingsprobleem en terwijl hij 's morgens nog sliep was ik al uit de veren en haalde mijn gereedschapsset boven en ontfermde me over het probleem. De verdeelkap en bougiekabels bleken in ondermaatse staat maar met een paar simpele trucjes slaagde ik er toch in om het probleem te verhelpen. Het voelt goed om toch een kleine wederdienst te kunnen doen voor mijn Tadzjiekse gastfamilie.

27-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


24-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 43 : Tadzjikistan - Feels like coming home

Reisverhaal
Omdat er zoveel familie verbleef in het huis van Mergan's familie overnachtte ik mijn eerste nacht in Duchambe bij zijn schoonfamilie. Maar de volgende dag stond hij er op dat ik meeging bij hem thuis om zijn familie te ontmoeten. Eerst houden we een kleine vergadering om te bespreken wat mijn plannen zijn voor de komende dagen en we maken meteen wat afspraken hoe ik het sponsorgeld zal overmaken. Mergan stelt voor dat hij het onderhoudsfonds voor de Desertlions ambulance beheert want hij wijst me er nogmaals op dat het er in zijn land nog steeds niet zo gedisciplineerd aan toe gaat als in Europa. Hij wil ten allen tijden volledige verantwoording over alle kosten die aan de ziekenwagen gebeuren zodat hij er kan op toe zien dat er nergens iets aan de vingers blijft kleven.


De Tadzjiekse overheid begon zo'n twee jaar geleden met de vernieuwing van het wegennet en stelde hiervoor een Chinese wegenmaatschappij aan die ook meteen instaat voor het bouwen van twee heuse tunnels. Deze tunnels moeten naast een snellere verbinding met het industriële noorden ook vele mensenlevens redden want vroeger moest iedereen elke keer de hele bergpas over die nogal gevoelig was voor lawines. Hierbij kwamen elke winter vele mensen onder de sneeuw vast te zitten, dikwijls met fatale afloop.

De Desertlions ambulance werd ondertussen geregeld ingezet om slachtoffers van deze lawines de eerste zorgen toe te brengen en ook om arbeiders die gewond werden tijdens de bouw van de tunnel zo vlug mogelijk naar het ziekenhuis te brengen zo'n 120km verder. Kortom, het is een en al lof voor hun Belgische ziekenwagen. Hij wordt nog steeds als een grote zegen beschouwd en is van onschatbare waarde voor het ziekenhuis. Hij wordt dan ook navenant behandeld en vertroeteld.

Mergan laat meteen weten aan de ziekenhuis directeur dat ik terug in het land ben en een vergadering wil opzetten met de ziekenhuisdirectie om een paar zaken te bespreken. We spreken af volgende maandag omdat dat dan de voltallige directie en alle medewerkers aanwezig zullen zijn. Ik kan mijn ongeduld om onze ambulance terug te zien niet onder stoelen of banken steken maar Mergan troost me dat hij me gans het weekend zal bijstaan om mijn motorfiets voor te bereiden op zijn Pamier trip en me voor te stellen aan zijn familie.


Er hangt een opgewonden sfeer ten huize Mergan want iedereen is in de wolken over de nieuwe baby en het bezoek van hun Belgische gast. Hun gastvrijheid loopt werkelijk de spuigaten uit en ze blijven maar met allerlei eten en lekkernijen en fruit komen aandraven. De gehele familie woont samen in een ommuurde compound met een mooie bloementuin en het bruist er van de gezelligheid. Terwijl de vrouwen de hele dag in de weer zijn met het huishouden neemt vader me mee naar de lokale bazaar om boodschappen te gaan doen. Het is een prachtige ervaring om enkele dagen bij een traditionele Tadzjiekse familie te verblijven en hun levenswijze van dichtbij te beleven. Het is een komen en gaan van nonkels en tantes die soms van heel ver naar Duchanbe zijn afgereisd om de familie te feliciteren met de geboorte van de jongste telg Elio. Iedereen neemt plaats op het feesttapijt en ze lachen hun gouden tanden bloot terwijl de vrouwen met hele namiddagen aan elkaar kakelen met de laatste nieuwtjes.




Mergan rijdt me tussen de eetpartijen rond de stad in zijn gammele auto en we installeren een Tadzjiekse simkaart in mijn telefoon zodat ik later deze week steeds telefoonverbinding zal hebben in geval van nood want mijn Belgische telefoonkaart blijkt hier om een of andere duistere reden niet te werken. Ik monteer ondertussen ook mijn offroad rubbers en kijk de Deauville nog eens grondig na. Iedereen in de familie heeft wel een paar probleempjes met zijn auto en ze maken gebruik van mijn aanwezigheid om even een diagnose van de euvels te maken. Het is van mijn zijde een graag gedane wederdienst voor hun onbeperkte gastvrijheid.




En het is onvoorstelbaar in welke erbarmelijke staat de meeste wagens zich bevinden. Vader spreekt geen woord Engels en ondanks mijn beperkt Russisch slagen we er toch in om lange conversatie te voeren en elkaar perfect duidelijk te maken wat we bedoelen. Hij blijkt een meester in gebarentaal en mimiek en vertelt me lange verhalen over zijn militaire dienst in Moskou onder het Sovjet regime en zijn professionele carrière als tunnelbouwer en schrijnwerker. Maar ook veel over het dagelijkse leven en zij familie. Momenteel staat hij op invaliditeitspensioen en ontvangt ongeveer 100€ per maand.

24-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


22-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 41: Uzbekistan-Tajikistan - border happiness
SMS
23:45 :Na 15u "on the road" en 6u "at the border" ben ik veilig en wel in Dushanbe aangekomen en heb onderdak gevonden bij de schoonfamilie van onze Tajikse vrien Mergan. Het is een beetje "thuis" komen, en ik sta al te popelen om "the big yellow (desertlios) ambulance terug te zien. Maar eerst een beetje slapen :)
 Mergan zijn vrouw is eergisteren bevallen van hun 1ste kindje !!
Ik heb aan de grens nen Engelsman geholpen die vast zat in 'niemandsland' zonder visa, lang verhaal, ik vertel het later wel ;)


Reisverhaal
Om 06:00h komt mijn gastheer Behzot me al terug wekken en besef ik pas in wat een afgelegen gebied ik me bevind. Er is in de verste omtrek geen levende ziel te bespeuren. Het verwondert me helemaal niet dat ik hier gisteren zo lang zocht naar een teken van leven.



De honden zijn intussen al gewend aan mijn aanwezigheid en na een paar minuutjes kan ik ze al overhalen om pootjes te geven. Hun oren en staart zijn geknipt omdat ze de kudde moeten beschermen tegen wolven. Hij vertelt me dat oren en staart een kwetsbaars iets zijn in een gevecht en daarom zijn ze preventief geknipt. Terwijl de vrouwen het ontbijt klaar zetten in de kamer en daarna terug van het toneel verdwijnen toont hij me trots zijn boerderij en de dieren. Het is een primitief nederzetdingetje op een bergtop maar een kleine bergstroom achter et huis zorgt voor water en maakt het een leefbare plaats in deze steenwoestijn. Ondertussen is het allemaal een beetje doorgedrongen wat er hem de voorbije uren overkomen is en beschouwt hij me als een hemelsgeschenk en wil me dan ook belonen voor mijn komst. Ik word overstelpt met voedsel en een immense watermeloen die ik onmogelijk kan weigeren en maar met veel moeite op de motor kwijt kan. Ik kan hem overhalen voor een paar foto's, zelfs eentje met zijn moeder erbij maar zijn vrouw blijft op de achtergrond. Deze mensen zijn sterk gelovig en ik benader ze steeds met het grootste respect en voorzichtigheid als het om hun familie gaat. Het doet iets met je hart als je over je schouder kijkt terwijl je vertrekt en het kleine gezinnetje ziet staan met hun hand in de lucht om je vaarwel te wensen. Temeer als je weet dat je ook deze mensen waarschijnlijk nooit meer terug zal zien in je leven. Maar, zeker zal ik ze nooit meer vergeten zoals ook zij mij nooit meer zullen vergeten maar voor altijd zullen herinneren als hun vriend uit België die hier ooit eens op bezoek is geweest.

Ik raap mijn moed bij elkaar en hobbel verder richting Termiz, het is een lange omweg maar ik heb geen keuze doordat er een lange bergketen parallel loopt met de Tadzjiekse grens en er geen enkele weg is die over deze bergen leidt. Naarmate ik de grens nader met Afghanistan volgen de checkpoints vlugger elkaar op en groeit de militaire troepenmacht langs de wegen. Op een of andere manier is het gps signaal hier verstoord want de geotracker op mijn telefoon registreert vanaf hier geen route meer. Ik ontkom aan geen enkele politiecontrole en word overal geregistreerd. Wanneer in uiteindelijk het vier-landen-punt bij Tremiz bereik vervult de stad al mijn verwachtingen van een grensstadje: het is er druk en overal wordt er ijverig handel gedreven in allerlei waren. Verder ligt de stad zowat in puin en is het er zeer warm en stofferig. Ik vind er spotgoedkoop benzine en vers gebakken brood en rijd even door tot bij de friednship bridge die de grens met Afghanistan vormt. Maar van veel friendship tussen beide buurlanden is hier geen sprake. Er staan een handvol vrachtwagens geduldig aan te schuiven aan de grens en een goederentrein rijdt net langzaam de lage ijzeren brug over als ik er aankom. Het hele gebied is ingepalmd door de Oezbeekse militaire macht en langs de wegen zijn grote trainingskampen voor soldaten en zwaar beveiligde kazernes. Desondanks gaat het leven in het stadje gewoon zijn alledaagse gangentje en iedereen vraagt me of ik ga oversteken naar Afghanistan. Hun gefronste wenkbrauwen verdwijnen en maken plaats voor opluchting als ik zeg dat ik op weg ben naar Tadzjikistan.


De weg van hier naar de Tadzjiekse grens is afgezoomd door kleine boompjes en dorpje. Het is een groene streek langs de rivier en de wegen zijn van aanvaardbare kwaliteit waardoor ik sneller als gepland aan de grens aankom. Ik heb geen zin om net voor de grens te bivakkeren en besluit om te zondigen tegen mijn gezond verstand in en toch nog aan de grensprocedure te beginnen. Hierdoor zal ik waarschijnlijk slechts na zonsondergang Tadzjikistan bereiken maar mijn Tadzjiekse vriend Mergan zal me opwachten in Duchambe zodat ik niet op zoek moet naar een overnachtingplaats.


De Oezbeekse zijde van de grens is terug een lang gerokken procedure en opnieuw moet ALLES uit mijn bagage gecontroleerd worden. Ik maak nog een vergissingetje wanneer ik een verkeerd bedrag invul op mijn declaration-formulier en mag nog eens helemaal opnieuw beginnen. Nadat ik uiteindelijk Oezbekistan uitgestempeld ben en voor de Tadzjiekse slagboom sta merk ik een fietser op die zijn tentje opgeslagen heeft in niemandsland.

Ik loop er even heen en pols naar zijn probleem. Hij is al verschillende maanden onderweg en zijn plan was om overmorgen terug te vliegen naar zijn thuisland Engeland om de trouwfeest van zijn beste vriend bij te wonen. Ondertussen is zijn visa echter verlopen en zit hij vast in niemandsland zonder eten of drinken. Water kreeg hij ondertussen al wel van enkele truckers maar echt veel verkeer is er hier niet. We overleggen even samen hoe ik hem kan helpen. Zijn telefoonkrediet is opgebruikt en hij heeft geen internet verbinding. Ik leen hem even mijn telefoon om zijn vrienden op de hoogte te brengen van zijn situatie. We proberen om via mijn telefoon in te loggen met zijn laptop maar hij blijkt al even hopeloos met deze technologie als ik en het lukt maar niet. Ondertussen blijven de Tadzjiekse borderguards me maar opjagen en zeggen dat ik hier niet mag blijven.

Ik maak hen wijs dat dit mijn vriend is en smeek hen om hem te mogen helpen want hij zit zonder eten en drinken. Gelukkig krijg ik het voor elkaar dat ik hem even mag meehelpen en haal al mijn eten tevoorschijn en mijn vanmorgen gekregen watermeloen. Grey vliegt er op als een uitgehongerde en bedankt me mateloos. Ik ben blij dat ik kan helpen want ik weet goed genoeg hoezeer je als solo-reiziger soms afhankelijk bent van de hulp van je medemens. Hij zit klem tussen twee landen en kan geen kant op maar na navraag kom ik te weten dat er een winkeltje is aan de Tadzjiekse zijde waar ze telefoonkaarten verkopen. Ik haal mijn beste Russisch boven en krijg de toestemming van de overste om te voet tot daar te stappen en terug te komen met een simkaart voor mijn makker. Zonder enige controle of stempelwerk mag ik alle grensposten doorwandelen tot bij het winkeltje en kom een uurtje later terug met een telefoonkaart. De douaniers vertrouwen me blijkbaar en tenslotte staat mijn motorfiets nog steeds aan de andere kant. Grey is door het dolle heen en weet niet hoe hij me zou bedanken. Ik zeg dat hij me maar op één manier kan belonen voor mijn werk en dat is door hier snel uit te geraken. Hij gaat meteen aan slag met de aanvraag van een nieuwe online visa voor Tadzjikistan maar de douane officieren verplichten me nu wel om voort te maken en stempelen me op twee uurtjes hun land binnen. Met Grey heb ik geen contact meer sindsdien maar ik hoop dat hij zijn problemen kon oplossen.


Net over de grens bel ik met de telefoon van een omstaander naar Mergan. Hij is dolgelukkig om me te horen en we spreken af aan de stadspoort van Duchambe waar hij met komt oppikken. Het is een blij weerzien na twee jaar en hij vertelt met het geweldige nieuws dat zijn vrouw twee dagen geleden bevallen is van hun eerste kindje. Hun familie is uit alle streken naar Duchambe gekomen om de geboorte te vieren en verblijven allen in zijn huis waardoor er geen plaats meer overschiet voor mij. Hij brengt me evenwel naar het huis van zijn schoonouders waar ik met open armen ontvangen word en eindelijk wat kan rusten na deze bewogen dag.


22-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


21-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 40: Mahala (Uzbekistan)
SMS
21:35 : Door een wat lang uitgelopen check-point ben ik gestrand in een klein berg dorpje, genaamd: Mahala.. Ik ben uitgenodigd door een vriendelijke boeren familie met verse melk vd. koe en een stevige groentesoep als avondmaal. We zullen er morgen sterk op staan
Cool

Reisverhaal

Met een nieuwe voorraad benzine, eten en drinken zijn we klaar voor een nieuwe start en eens ik het drukke stadscentrum buiten ben kan ik terug wat relaxen. Niet te lang echter want de wegen vergen grote concentratie maar ik ben blij terug on the road te zijn.


Ik word nogal vlug onrustig als ik niets omhanden heb en alhoewel het woestijnlandschap niet veel verstrooiing brengt heb ik mijn handen vol op de uitdagende Uzbeekse wegen. Onderweg houd ik even halt bij een grote katoenplantage waar tientallen mensen bezig zijn met hun verplichte staatsdienst. Ze kijken niet zo vrolijk terwijl ze de grote zakken om hun rug vullen met katoenproppen. Ik haal mijn camera boven en neem een foto. Een van de staats officials die er over waakt dat alles in goede banen geleid wordt merk me op en komt duidelijk misnoegd op me afgestapt en zegt in het Russisch dat het verboden in om hier te fotograferen. Ja, ik kan me wel voorstellen dat de staat niet zo trots is op het feit dat ze haar bevolking dwingt tot deze milde vorm van dwangarbeid en het liever verborgen houdt voor de buitenwereld. Ik lach vriendelijk en acteer alsof ik hem niet begrijp en wimpel hem af door wat Engels te brabbelen waar hij toch geen yota van begrijpt en ik berg mijn camera terug op met het "bezwarend bewijs".


Onderweg tref ik grote jaknikkers in de woestijn die op een langzaam tempo ruwe olie oppompen en dit in een land waar er bijna nergens benzine te verkrijgen is aan de pompen. De stad Qarshi is een oase van leven in de dode woestijn. Het is een stad in de steigers en overal worden er grote nieuwe gebouwen opgetrokken. De micro taxi busjes zoemen me rond de oren als kleine bijtjes en verwelkomen me bijna allemaal met het gepiep van hun claxon. Ik kan het gewuif en getoeter niet altijd beantwoorden want in moet mijn handen stevig op het stuur houden en mijn ogen op het verkeer houden in het drukke stadscentrum. Naar Uzbeekse normen is het een moderne stad maar er is nergens een wegwijzer te bespeuren en ik worstel om de juiste richting te vinden tot een vriendelijke taxi chauffeur het opmerk en me begeleidt tot aan de rand van de stad. Het zal nog tot Ghuzar duren alvorens het landschap wat boeiendere vormen aanneemt.


Vanaf hier kom ik terug in de bergen terecht en maak meteen een flinke klim. Het leven is anders in de bergen en de wegen zijn redelijk; 't is te zeggen ze variëren tussen redelijk goed en redelijk slecht. Vele stukken zijn onverhard maar overal wordt er druk aan verbetering gewerkt. De kleine lage huisjes, het loslopend vee en de mooie omgeving brengen opnieuw wat verstrooiing voor een lange afstands reiziger. Jongens van zo'n zeven jaar komen terug van de bron met grote waterkannen, gezeten op kleine ezeltjes. Sommigen hebben gewoon hun klein broertje achterop en rijden wat rondjes in het dorp. De honden liggen veelal langs de weg te slapen in het mulle zand en kijken me met één oog ongeïnteresseerd aan wanneer is langsrijd. Sommigen springen recht en lopen me luid blaffend achterna, ik pest ze een beetje door net iets sneller te rijden dan zij kunnen lopen zodat ze net vlak achter me hollen tot ze zich uiteindelijk gewonnen geven. Een mens moet af en toe iets doen om het boeiend te houden niet?


De zon begint stilaan te zakken en ik ben van plan om een slaapplaats te zoeken van zodra ik ergens een dorpje tegen kom onderweg als ik plots op het super grote check point van Sayrab stuit. Alle voertuigen moeten opzij en iedereen wordt geregistreerd in het hoofdgebouw. Ik word doorverwezen naar een man achter een gammel tafeltje die de lokale bevolking niet al te respectvol behandeld. Ze worden op brute wijze afgesnauwd en als een kudde dieren door de scanner gejaagd terwijl hun bagage doorzocht wordt. Mijn pasport wordt even opzij geschoven en ik wacht geduldig meer dan een half uur terwijl ik het ganse schouwspel van intimidatie en verwarring bij de mensen aanschouw. Er passeren af en toe Afghaanse en Tadzjiekse pasporten over de tafel en iedereen krijgt een klein belachelijk papiertje in de hand geduwd met een resem stempels die bewijzen dat hun volledige controle afgehandeld is. Na lange tijd word ik door een soldaat begeleid naar een achterkamer waar ik vriendelijk uitgenodigd word door een officier om het me comfortabel te maken en te gaan zitten aan zijn grote bureau. Het is een jonge man die tot mijn verbazing vloeiend Engels spreekt en mij direct een kopje thee aanbied. Koude thee weliswaar maar het is het gebaar dat telt. Hij zegt dat hij me al registreert heeft en polst naar mijn reisplannen. Als ik vraag waarom dit checkpoint zo belangrijk is legt hij me uit dat het de grens is met de zuidelijke provincie die grenst aan Turkmenistan, Tadzjikistan en Afghanistan en dat er daarom extra maatregelen getroffen worden om de veiligheid te garanderen. Hij brengt op het onderwerp ter sprake van de moslim extremisten die in Brussel de aanslagen pleegden vorige zomer en vraagt me wat meer uitleg over hoe het er in België momenteel aan toe gaat. Ik tracht hem een zo goed mogelijk beeld te schetsen over de situatie en hij aanhoort aandachtig mijn verhaal. Hij vraagt zich af waarom we onze grenzen niet sluiten en strenge controles uitvoeren zoals zij hier doen. Dat is toch de enige manier om terroristen buiten te houden merkt hij op. Hier zijn er geen problemen met veiligheid, garandeert hij me. Ik kan dit zeker geloven met zo'n militaire en politionele macht op straat. Met zoveel checkpoints wordt het wel erg moeilijk voor mensen met slechte bedoelingen. Het is een zeer intelligente en vriendelijke kerel en algauw gaan we op in onze conversatie dat ik de tijd volledig uit het oog verlies en er reeds twee uur verstreken zijn alvorens ik me excuseer en zeg dat ik verder moet. Het is ondertussen al donker en hij raadt me aan om tot het eerste dorpje te rijden, zo'n dertig kilometer verder in de bergen om daar te kamperen. Gelukkig heb ik krachtige verstralers op mijn motor gemonteerd voor uitzonderlijke gevallen als deze. Gelukkig zijn er ook bijna geen tegenliggers waardoor ik steeds een goed overzicht heb over de bergpas.


De lage maan verbergt zich achter de bergen waardoor de nacht inktzwart kleurt en ik enkel zie wat er in mijn lichtbundel passeert. Ik heb geen idee wat er zich langs de weg bevind en het duurt nog even alvorens ik één enkel lichtje opmerk dat duidt op menselijke activiteit. Ik word naar het licht getrokken als de drie koningen naar de staartster en kom na wat navigatiewerk aan op het erf van een boerderijtje waar mijn bezoek aangekondigd wordt door twee grote blaffende herdershonden. Een aman van begin de dertig komt naar buiten en ik stel me voor als een toerist uit België en maak hen duidelijk dat ik een slaapplaats zoek voor de nacht. Hij opent het ijzeren hek en nodigt me uit om binnen te rijden. Ik kan me voorstellen dat hij zich niet verwacht dat er plots iemand van uit Europa op zijn erf beland en geef hem even de tijd om het te verwerken. Ik zie een schuurtje op het erf en wijs er op dat dit voor mijn part goed genoeg is om te overnachten maar hij vertelt dat ik welkom ben om in zijn huis te slapen. Hij woont er met zijn moeder, vrouw en twee kindjes en nodigt me uit om in de kamer te gaan zitten en laat de vrouwen een avondmaal klaar maken voor hun onverwachte gast. Even later doe ik me tegoed aan verse koeienmelk, een stevige groentesoep en zelf gebakken brood. Op dit moment heb ik nog geen idee in wat voor afgelegen dorpje in mij bevind. Dit zal pas morgen bij dagenraad aan het licht komen. Het dessert bestaat uit meloen en hij wijst me er op dat het sap zeer gezond is en beter is als de fles limonade die ik uit mijn bagage tevoorschijn haal. Het is een eenvoudige boerenzoon die er een simpel leven leidt met zijn kleine familie en zijn dieren. Hij spreekt dan ook niet veel Russisch omdat hij naar eigen zeggen nooit naar school is geweest en niet veel contact heeft met de buitenwereld. Hij heeft geen gemotoriseerd vervoer, geen internet en slechts een met kleefband aan elkaar gekleefde Chinese telefoon zonder krediet. Het grootste deel van zijn leven spendeert hij in de bergen op zijn ezel terwijl hij zijn kuddes hoedt. Maar toch wordt het een aangename avond en leert hij meer over het leven in Europa als ooit ervoor en ik krijg de kans om even binnen te gluren in het leven van een schaapshoeder. Hij excuseert zich voor het harde brood want er is nergens een winkel in de wijde omtrek. Hij zegt dat ze alles zelf maken: brood, kaas en yoghurt.


Zijn interesse gaat vooral uit naar mijn smartphone met al zijn apps, zoals het Russisch-Nederlands vertaalprogramma maar bovenal naar mijn batterijpack waarmee ik mijn telefoon tot vijf maal kan herladen. Ze kampen hier vaak met dagenlange stroompannes en dat zou ideaal zijn deze contreien legt hij me uit en vraagt of ik het hem wil verkopen. Het breekt mijn hart dat ik deze gastvrije man moet teleurstellen en maak hem duidelijk dat ik het zelf nog nodig zal hebben tijdens mijn reis en hij toont eerbiedig veel begrip voor mijn situatie. Ik vraag zijn adres en speel met de gedachte om hem later er eentje op te sturen per post maar een adres blijken ze niet te hebben: het dorpje bestaat uit drie huizen en heeft zelfs geen naam; enkel een regio maakt hij me duidelijk. Hoe de postbedeling hier in zijn werk gaat blijft mij een raadsel maar waarschijnlijk is zoiets hier onbestaande en onbelangrijk.

We bekijken samen foto's van België en hij raakt er maar niet overheen hoe groen België wel is en een paradijs voor schaapsherders moet zijn terwijl het hier bij hun zo dor is. Hij leeft duidelijk in een andere wereld met andere prioriteiten die wij westerlingen soms maar moeilijk kunnen bevatten. Na een avond van verbroedering gaan we pas beiden na middernacht met een geweldig gevoel van voldoening slapen.

21-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


20-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 39: Buchara - Holiday
Beste familie, vrienden en sympathisanten,
vandaag werden de reisverhalen van de afgelopen dagen aangevuld. U kan deze lezen vanaf "Dag 33" (klik in de index hiernaast in de rechtermarge) en ook de foto reeksen zijn aangevuld en vanaf HIER terug te vinden. Veel kijkplezier!

Reisverhaal
Ik heb een druk schema opgesteld voor mijn vrije dag in Buchara. Na al deze duizenden km heeft de motor een grondig nazicht nodig. Ook ben ik door mijn voorraad propere kledij en moet dringen mijn was doen, de blog berichten doorsturen en eens iets deftig achter de kiezen slaan om terug wat op krachten te komen.

Doordat ik op de gravel en zandwegen veelal met de achterrem werk zijn de achterste remblokken al de helft versleten en de achterband begint ook stilaan op z'n einde te lopen. Ik ga dus mijn remstijl wat moeten aanpassen en binnenkort mijn offroad banden monteren. Ik wil deze echter niet te vroeg monteren omdat de noppenbanden een zachte compound hebben waardoor ze wel goede grip bieden maar ook meteen zeer snel slijten. Het plan is som ze te monteren in Duchambe alvorens ik het Pamier-gebergte in trek.

Tegen de namiddag ben ik zowat door mijn takenlijst heen en profiteer ik van het feit dat ik eens over een deftige internet verbinding beschik en heb een lang FaceTime gesprek met Sabine. Het was al van halverwege Iran geleden en het doet goed om haar nog eens terug te zien en contact te hebben met België.


Ondanks het feit dat ik Buchara al twee maal bezocht in het verleden blijft het toch een prachtige stad die me blijft boeien met haar imposante historische gebouwen, gezellige pleintjes en drukke bazaars. Het oude centrum is door de jaren heen onveranderd gebleven maar toch zie je een zekere evolutie in het straatbeeld. Zo werden ondertussen de oude Russische benzine slurpende wagens vervangen door zuinige Koreaanse Daewoo's. De Daewoo Matisse en het kleine micro busje maken zowat een zeventig percent van de weggebruikers uit en het levert vaak grappige taferelen op als er aan de verkeerslichten een paar van deze mini wagentjes naast je komen staan met daarin zeker een zestal volwassenen die naar je zitten te wuiven terwijl ze met hun aangezicht tegen het glas geduwd zitten.

Buchara wordt steeds meer bezocht door mensen die op zoek zijn naar alternatieve bestemmingen en interesse hebben in andere culturen. In de bazaar word ik aangesproken door een jonge man en we hebben het over het verleden en de veranderingen in zijn land. Als ik hem vertel dat ik eerder deze week het Aral meer bezocht weet hij me te vertellen dat oudere mensen nu nog steeds beweren dat het voorheen, toen het meer nog intact was, het veel aangenamer en koeler was in Buchara omdat de lucht dan vochtiger en koeler was, ten opzichte van de huidige woestijn lucht.

Belgen tref ik er niet aan maar tussen de Russische toeristen heen hoor ik soms Duitse en Amerikaanse accenten. Het historische centrum is verkeersvrij en je kan er rustig rondwandelen tussen de eeuwenoude gebouwen of gewoon op een bankje gaan zitten en wat mensjes kijken. Een ideale plek om even te recupereren dus.






Vlak buiten het centrum bevinden zich drie grote staatshotels uit de Sovjet perioden. Ze zijn opgetrokken in strak beton en stralen een onvervalste USSR stijl uit. Ooit waren ze druk bezocht, veelal door Russische toeristen, maar sinds de Sovjet-Unie uiteenviel en alles geprivatiseerd werd komt niemand er nog en staan ze alle drie leeg. Het is triest om te zien hoe duizenden kamers leeg staan terwijl het merendeel van de bevolking in verkrotte huizen moet leven. De Uzbeekse staat ligt er blijkbaar niet wakker van en laat ze liever onbenut ipv ze een tweede leven en een nieuwe functie te geven.

Na een paar dagen van brood en kaas doe ik me eens tegoed aan rijst met kip en profiteer van een deftig bed en een douche alvorens terug te keren naar mijn nomaden bestaan.

20-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


19-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 38 : Oezbeekse pretjes
Reisverhaal
Ik ben zo'n honderd muggenbeten rijker deze morgen en was me vlug met koud water dat zo zwart ziet als een hoge hoed. De kamer is net als de rest van het hotel een smerige boel maar dat heeft me toch niet uit mijn slaap gehouden. Er is zelfs een ontbijt inbegrepen in de 15 dollar. Nu eerst op zoek naar geld.


In de banken krijg je geen goede wisselkoers; in Uzbekistan moet je geld wisselen op de markt. Als ik rondvraag naar iemand die 50 dollar kan omwisselen springen er meteen twee dubieuze figuren recht maar een omstaander trekt me opzij en zegt dat die niet te vertrouwen zijn. Zo zagen ze er ook uit. De man gaat op zoek naar een vertrouwenswaardige marktkramer en komt even later terug met een man die een grote plastiek zak met bankbiljetten bij zich heeft. Ik had al wat voorstudie gedaan omtrent de gangbare koers op de zwarte markt en kan een goede deal afdwingen van 325000 Som voor 50$. Zo ben ik op slag schatrijk.


Ter plaatse natellen is altijd moeilijk met zulke bedragen maar achteraf bleek alles toch te kloppen. Na een half uurtje navraag vind ik ook benzine op de zwarte markt aan 4000 Som per liter, niet goedkoop maar wel het normale tarief en de enige keuze die ik heb.

Ik verlaat de stad in oostelijke richting en val meteen terug op een stukgereden asfalt weg. Deze loopt langs de groene oevers van de rivier, dwars door kleine dorpjes en katoenvelden. De schoolgaande jeugd loopt in kleine groepjes langs de wegen en kosten me heel wat handjes gezwaai als ik ze voorbij dobber. De katoenpluk is nog volop aan de gang en in Uzbekistan wordt er van de regering uit nog altijd dwangarbeid opgelegd aan de burgers. Iedereen is verplicht van een zekere quotum katoen te plukken in dienst van de staat: groot, klein, arm of rijk; niemand ontkomt zijn plicht. De rijweg blijkt nog te verslechteren naarmate ik verder rijd en de stukgereden asfalt is het ergste van al.



Het is onmogelijk om de putten te ontwijken want het wegdek is één grote puttenverzameling en ik weet niet hoe lang mijn lichaam en motor deze folteringen nog kunnen weerstaan. Ik roep alle goden bij elkaar en smeek hen voor een mirakel want ik had gepland om deze avond Buchara te bereiken. Mijn aanvraag werd met enige vertraging toch beantwoord maar ik kan mijn ogen niet geloven als ik plots een volledig nieuwe vierbaans betonweg voor me zie opduiken. Ik vrees dat het zoals gewoonlijk terug maar voor enkele kilometers zal zijn maar deze keer blijft de vernieuwde rijweg gewoon kilometers lang doorgaan. Ik knijp mezelf in de arm om te checken of ik niet droom maar het blijkt werkelijkheid te zijn
Confused.

Mijn plan om de historische stad Buchara nog voor duisternis te bereiken krijgt per afgelegde kilometer steeds meer slaagkans. De omgeving blijft de hele tijd eentonig en onveranderd. De Oezbeekse en Turkmeense woestijn vormen eigenlijk één geheel en zijn gewoon uitgestrekte zandvlaktes die besprenkeld zijn met kleine struikjes. Miljoenen jaren geleden was dit gebied een grote oceaan maar door de verschuiving van de tektonische platen raakte het afgescheiden van de rest van de oer oceaan en droogde door de eeuwen heen op en veranderde in een zandwoestijn. Maar zo'n 50 meter onder de grond bevinden zich nog steeds grote zout water reserves en daardoor is er plantengroei mogelijk in deze anders kurkdroge omgeving. Tot groot jolijt van de wilde paarden, geiten en kamelen natuurlijk die overleven op een eentonig dieet van deze stekelige struikjes.


De aanleg van de weg is nog aan de gang waardoor ik geregeld even het zand moet oversteken naar het andere rijvak maar mij hoor je niet klagen en ik rijd zorgeloos enkele uren verder tot er een einde komt aan het sprookje. De laatste 150 km bots ik terug over een horror weg en ik kan het nu wel vergeten om nog voor donker in de stad te geraken. Het is een hobby van de Oezbeken om 's nachts zonder licht rond te rijden en ik tref vrachtwagens, ezelskarren, fietsers, voetgangers, tracktoren met meerdere trailers, auto's, voetgangers al dan niet met stootkar en loslopend vee aan op mijn weg. Allen zonder verlichting natuurlijk wat het extra spannend maakt Rolling Eyes op deze hobbelige weg die gehuld is in een grote stofwolk. Mijn grootlicht weerkaatst op de stofwolk en het is een kleine nachtmerrie om na een uitputtende rit van meer dan 500km de dag zo te moeten afsluiten maar ik bijt door.

Buchara is een grote stad met een klein historische centrum , en ik rijd nog bijna twee uur in cirkeltjes alvorens ik het guesthouse achter het blauwe deurtje terugvind in een klein steegje van de buitenwijken. De opluchting is groot en ik plof me neer naast m'n motor en wacht op de vrouw die het pensionnetje uitbaat om het deurtje voor me te openen. De laatste uitdaging bestaat er in om een motor door het deurtje te wurmen dat eigenlijk een centimeter smaller is als mijn motor. Maar met wat duwen en trekken slaag ik er toch in om zonder al te veel schade mijn Deauville veilig binnen te krijgen.

Ik kijk vermoeid maar voldaan terug op een uitputtende dag en val enkele minuten later in slaap als een blok.

19-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


18-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 37: Schepen en zand
Reisverhaal
Ik zie het dorp stilaan wakker worden vanuit mijn bivak maar veel leven zit er niet in blijkbaar. Er slenteren wat mensen door de zanderige straten en nu en dan stuift er een grote stofwolk voorbij waar te midden ergens een auto in zit; waarschijnlijk.

Ik plooi mijn boeltje samen en ga op zoek naar een bank en benzine. Het dorp bestaat vooral uit kramikige huisjes maar ik vind toch redelijk snel de weg naar de bank. In het portaal staat een agent die me meteen op dreigende toon beveelt om mijn motor niet voor de bank maar wel aan de overkant van de weg te parkeren. Het is al meteen duidelijk dat hij het niet echt begrepen heeft op een gekke Belg met een motor.


Alhoewel het zondag is lopen er mensen binnen en buiten en ik vraag of ik dollars kan inwisselen tegen Uzbeekse Som. Het antwoord klinkt resoluut NJET. Ik moet wel de agent naar binnen volgen en de deur achter me sluiten. Met een manuele metaaldetector word ik van kop tot teen gescand en moet elke biep van het toestel verantwoorden. Ondertussen worden mijn gegevens geregistreerd in een groot boek. Ik dring nogmaals aan om geld om te wisselen maar meneer agent wil er niets van weten en blijft een autoritaire toon tegen me aanslaan. Ik laat me niet intimideren door een pummel met een pannenkoek pet en vraag terloops welke richting het Aral meer -of tenminste de plaats waar het ooit lag/ligt. Hij herhaalt tot twee maal toe dat hij me niet begrijpt terwijl ik zeker weet dat hij me maar al te goed verstaat. Ik geef de glimlach niet op en bedank hem vriendelijk voor de hulp en denk in mijn binnenste: fuck you. Crepeer hier maar een beetje in je godvergeten gat waar je misschien denkt iets voor te stellen.

Een van de omstanders spreekt me aan en zegt dat hij gerust enkele dollars wil inwisselen met mij. Ondertussen komt een bankbediende met een officieel document aanlopen waarop de wisselkoers staat. Ik weet dat ik normaal op de straat meer moet krijgen als de officiële tarieven maar het gaat slechts om 15 dollar en ik ben al blij om toch iets van lokale valuta op zak te hebben. Achter de hoek vraag ik aan een paar oudere mannen op een bankje naar het Aral meer en krijg direct een ellenlange uitleg die eigenlijk wil zeggen dat het gewoon achter de hoek is.

Ooit was dit een florerend vissersdorp maar toen de toenmalige Sovjet ingenieurs het lumineuze idee hadden om enkele rivieren die het meer voedden om te leiden om de katoenplantages in Turkmenistan te bevloeien, kwam het meer langzaamaan droog te staan.


Op weg naar het meer rijd ik nogmaals vast in het zand en de Honda zat meteen tot aan het blok ingegraven. Ik haal de bagage er af en roep de hulp in van twee herdersjongens die er een kudde geiten aan het hoeden zijn. We zwoegen zeker een klein half uur om de motor te bevrijden in deze hitte en staan alle drie te puffen in ons zweet wanneer hij terug op vaste grond staat. Ik heb nog één balpen op zak en schenk ze hun als beloning en ze blijken super enthousiast over hun cadeau en willen ook nog eventjes met me op de foto.

De boten die hier destijds aan de kade lagen liggen nu gestrand op het zand en zijn door de jaren heen roestige skeletten geworden te midden van een zandwoestijn. De oever van het meer bevindt zich momenteel 130 KM hiervandaan en zover het oog reikt zie je allen maar een uitgestrekte zandvlakte. Het geeft een speciaal gevoel om tussen de schepen te lopen die ooit vroeger zo'n 30m hoger op het oppervlak dobberden en nu enkele nog dienen als schaduwbron voor de koeien die naast de rompen liggen te rusten. Door het feit dat ik altijd al een zwak gehad heb voor oud ijzer heb ik het hier perfect naar mijn zin en neem een honderdtal foto's alvorens terug richting bewoonde wereld te rijden.


Het dorp dat leefde van het meer en de visvangst is volledig verkommerd en uitgestorven. Het hotel waarvoor ik kampeerde staat ook al jaren leeg en is net als de schepen volledig aan het ontbinden. Ik had het eigenlijk wel verwacht maar er is hier nergens een druppel benzine te vinden. Alle auto's in Oezbekistan rijden op methaan of propaan gas en de ezelskar is  nog één van de meest doeltreffende vervoermiddelen in deze contreien. Op het oude stadsembleem prijkt ironisch genoeg nog steeds een vis als symbool terwijl er in de weidse omtrek geen druppel water meer te bespeuren is. Om het brandstof verbruik te beperken rijd ik aan een slakkengangetje tot bij het eerste stadje zo'n !80 km verder. De weg laat eigenlijk ook geen grotere snelheden toe door zijn erbarmelijke staat.


In Qongirat is echter ook nergens benzine te vinden: alle pompen staan al jaren droog en het vergt heel wat navraag om op de zwarte markt vijf liter benzine te vinden. Hiermee sukkel ik tot in de grote stad Nukus waar er volgens sommige bronnen wel benzine voorradig zou zijn maar ook dit blijkt een utopie. Opnieuw moet ik op zoek naar iemand die me een paar plastieken flessen benzine wil verkopen. Hiermee is mijn zakgeld alweer bijna opgesoupeerd en ik vind slechts met veel moeite een kamer die ik na heel wat aandringen en bedelen toch met dollars mag betalen.


Ik leef al meer dan twee dagen op brood, water en kaas en zou eigenlijk nog eens iets stevigers achter de kiezen moeten slaan. Hopelijk raak ik morgen in deze grote stad aan geld, benzine en eten.






18-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


17-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 36 : Turkmenistan - Oezbekistan
Reisverhaal
Net als bij elke grensovergang bereid ik me ook deze ochtend voor op een lange dag. Ik sorteer op voorhand al mijn documenten en om Turkmenistan te verlaten zijn dat er nogal wat.

Ik ga ook winkelen en zorg dat ik voldoende eten en drinken heb om de dag door te komen. Mijn jerrycan ledig ik in mijn tank om problemen aan de grens te voorkomen. Ik wil nog wat bijtanken maar een benzinepomp vinden blijkt niet zo evident. Na veel navraag kan ik uiteindelijk aan de rand van de stad mijn tank nokvol vullen met spotgoedkope benzine. De politieman die me gisteren opzij zette ter controle van mijn documenten herkent me deze morgen en heeft me een thump up als ik voorbij rijd. De kinderen troepen overal samen om naar school te gaan en de meisjes lijken wel één groen legertje in hun groene jurken. Groen is trouwens de nationale kleur van Turkmenistan en alom tegenwoordig: van de uniformen van de schoolmeisjes tot ijzeren golfplaten daken van de huizen en de petten van de politieagenten.


De weg naar de Oezbeekse grens blijkt al even makkelijk te vinden als een benzinepomp en vergt ook enige rondvraag alvorens ik eindelijk op het juiste spoor zit. Onderweg stop ik nog even bij een historische site waar gelovigen allerlei godsdienstige rituelen uitvoeren. Ze stappen allen eerst rond een paar kleine ronde gebouwen terwijl ze met hun handen over de koepel wrijven. Daarna lopen ze twee maal rond een houten paal die versierd is met kleurrijke sjaals en ondertussen leunen mensen met hun voorhoofd tegen de deuren van de eeuwenoude moskee aan terwijl ze een gebed prevelen. Ik word uitgenodigd door enkele mensen om hun voorbeeld te volgen en loop dus ook een paar rondjes mee en volg hun voorbeeld. Ze appreciëren mijn gebaar blijkbaar want ik krijg van één van de vrouwen een handvol snoep en moet nog even mee op de foto. Een man nodigt me uit voor een rondleiding rond het moskee complexje maar ik bedank hen en maak duidelijk dat ik dringend naar de grens moet.


Na een twintigtal kilometer stoot ik op een groot ijzeren hek. Een groen hek natuurlijk en een soldaat controleert eerst mijn paspoort alvorens hij het slot opent. En daarmee is mijn grens procedure dan officieel van start gegaan. In de zes uur die ik aan de grens zal doorbrengen zie ik geen enkel ander voertuig binnen of buiten rijden. De douaniers hebben dus alle tijd van de wereld om zich over mij te "ontfermen". Ik leerde door de jaren dat een glimlach, wat humor en een mondje Russisch wonderen doen bij grensovergangen. En, dat je vooral niet te veel logica moet zoeken achter sommige regeltjes.

De Turkmeense procedure verliep uitzonderlijk vlot maar wanneer ik me aanbied aan de Oezbeekse zijde is het ondertussen lunch break en een soldaat vertelt me dat ik tot 14 uur zal moeten wachten alvorens de douaniers aan hun namiddag shift beginnen. Ik heb dus twee uur tijd om wat te rusten en maak van mijn vrije tijd gebruik om m'n bagage wat te ordenen: mijn landkaart te wisselen, mijn banden spanning en oliepeil na te zien en de motor een visueel nazicht te geven.


Tijdens de middagpauze komen een groepje douaniers me gezelschap houden en bestoken me met een spervuur van vragen. Onofficieel weliswaar en in een aangename sfeer. De steeds weerkerende vragen zijn: de technische gegevens van de motor, welke landen en steden bezocht je reeds, hoeveel verdien je in België, wat vond je van ons land , enz ... Iedereen luistert geboeid naar mijn antwoorden en gooit er af en toe nog eens een vraag tussen. Ze vinden het amusant dat ik een woordje Russisch spreek en al gauw noemen ze me bij mijn voornaam en lachen met mijn opmerkingen over de Turkmeense politie en hun uitzonderlijk wegdek.

Maar toch ontkom ik niet aan een volledige en grondige controle van mijn motor waarbij letterlijk alles er uit moet en stuk voor stuk nagekeken wordt. Ik ben er echter nog niet uit of het puur uit persoonlijke interesse is of een verplicht procedé, opgelegd van hogerhand. Tegen 16 uur sta ik eindelijk op Oezbeekse bodem en stuit meteen na de grens al op één van de enorme begraafplaatsen. In Oezbekistan lijken de kerkhoven meer op een dorp, met graftombes als kleine huizen. Maar aan deze begraafplaats lijkt wel geen einde te komen en het beslaat volgens mij dezelfde oppervlakte als het stadscentrum van Ninove.


Ik stippel een route uit en rijd even later de E40 op richting Qonghirat als het plots hevig begint te regenen. De temperatuur is al flink gedaald tegenover gisteren middag en met de combinatie van koude regen en de E40 voel ik me bijna terug thuis in België. Gelukkig stopt het regenen zowat tegen dat ik afbuig richting Moynaq want vanaf hier val ik terug op een hobbelige asfalt- en zandweg die dwars door de steppe loopt. De laatste 80 km nemen zo'n twee uur in beslag en als in onderweg opzij moet om te registreren bij een check point kom ik te weten dat het morgen zondag is en er geen banken open zijn. Waarschijnlijk zal er ook geen benzine te verkrijgen zijn in Moynaq en dat het lokale hotel al een tijdje gesloten is.

Goede vooruitzichten dus met een tank die bijna leeg is en met enkele dollars en euro's op zak en dreigende regenwolken boven mijn hoofd. Tegen dat ik het stoffige stadje binnenrijd is het volledig donker en blijkt het verhaal van het hotel te kloppen. Buren zeggen dat ik gerust in de tuin van het hotel mag kamperen. Ik sluit het grote ijzeren hek achter me en parkeer m'n motor voor het portaal en zet mijn kamp op voor de nacht.


17-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


16-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 35 : Kunya-Urgench


SMS
17:39 Oef ... Eindelijk contact met België, ik heb een zéér zware dag achter de rug, 300km onvoorstelbaar slechte wegen gehad, écht niet te doen, geen halve meter deftig asfalt .2 dagen doorheen de woestijn op weg naar de gaskraters van Darwaze, daar deze nacht gekampeerd, super mooi schouwspel....Vandaag dan de zéér slechte weg naar Dashovus, maar we geraken er wel, langzaam  maar zeker :)


Reisverhaal

Uitputtingsslag

Om half zeven ben ik al uit de veren, net op tijd om de zonsopgang mee te pikken alvorens ik mijn kamp opbreek.
Nadat mijn vrienden me komen oppikken in hun grote zandmonster, brengen ze me tot bij hun barakken waar ze vorige nacht mijn motor bewaakt hebben.
Iedereen staat me op te wachten, niemand wou naar hun werf vertrekken voordat ze samen met me ontbeten hadden en afscheid hadden genomen.
Ze zijn allen zeer benieuwd naar de foto's die ik deze nacht gemaakt heb bij de krater, en ze lijken er zeer van onder de indruk.

Zij passeren de krater waarschijnlijk dikwijls als ze naar hun sites in de woestijn rijden, maar ik betwijfel het erg of ze er ooit 's nachts al eens geweest zijn.
Terwijl we zitten te ontbijten toon ik ze nog even wat foto's uit België en vraag terloops of ze niet moeten gaan werken.
We zullen wel beginnen als jij weg bent zeggen ze en ze zien er eerlijk gezegd niet gehaast uit.
Ze vertellen me ook nog over twee andere kraters in de buurt, eentje die vol met water staat en eentje met modder én een paar vlammen.
Ze raden me aan om daar ook nog even een kijkje te gaan nemen alvorens ik verder trek.
Maar eerst moet iedereen nog even op de foto met mijn motorfiets,
ze lachen zich een deuk als hun collega's mijn motor harnas en helm eens opzetten voor de foto en zijn uitgelaten als een bende kleuters in en speeltuin.
Het voltallige team staat me uit te wuiven als ik de berg afrijd en nog eventjes stop bij de twee voorgenoemde kraters.
Na mijn nacht bij de vuurspuwende krater kunnen deze twee varianten me natuurlijk minder boeien maar ik ben hun toch dankbaar
 voor de tip want het zou zonde zijn om ze zomaar voorbij te rijden.

Als ik uiteindelijk terug op de hoofdweg ben en stilaan op kruissnelheid kom neemt mijn motor plots een sprongetje met de twee wielen van de grond,
en een kleine adrenaline stoot doet m'n hart even overslaan.
Het asfalt is op sommige plaatsen omhoog geduwd door de hitte, en de bobbels zijn héél moeilijk waar te nemen van op afstand,
als je ze eenmaal opmerkt is het al te laat om te remmen of te ontwijken.
Het was de eerste voorbode van velen, en de weg word alsmaar slechter naarmate ik noordwaards rijd.
Ik moet mijn snelheid constant laten zakken om het een beetje veilig te houden.
Zelfs bij snelheden van slechts vijftig km/u moet je uiterst  geconcentreerd zijn en constant uitwijken en afremmen.
Gans het wegdek zit onder de diepe kuilen en bulten,
en als je de ene ontwijkt kom je meestal in een andere terecht waardoor je de ene na de andere klap moet incasseren.

Ik heb de Turkmeense woestijn reeds in alle richtingen doorkruist in het verleden maar deze route breekt echt alle records qua moeilijkheidsgraad.
Het word een zeer moeizame en uitputtende rit, en gelukkig is er weinig te zien onderweg buiten het eentonige
woestijnlandschap zoals ik het al honderden kilometers achtereen heb gezien.

Tegenliggers komen zig zaggend naar me toe gereden terwijl ze het optimale spoor trachten te vinden tussen de putten.
Hier en daar staan er wagens langs de weg met pech en af en toe kom ik ook achtergelaten of uitgebrande autowrakken tegen in de berm.
Niet alle voertuigen halen blijkbaar de eindstreep van deze uitputtingsslag.
De rit blijkt eindeloos te blijven duren en er is dan ook nergens een greintje menselijke activiteit  te bespeuren onderweg.
Ik overleef de dag sinds mijn ontbijt deze morgen, op een chocoladereep en warm water, die door de plastiek van de jerrykan vies begint te smaken in deze hitte.
Veel lol is er niet te beleven op deze weg maar ik heb geen alternatief
omdat ik door mijn transit visa gebonden ben aan de mij opgelegde grensovergang naar Oezbekistan,
en dus onderga ik gedwee mijn lot en tracht de motor op het juiste spoor te leiden.

Bij de afslag naar Dashovus word ik opzij gezet bij een politie check point, maar de agenten blijken ' tot mijn verbazing '
 enkel geïnteresseerd in mijn motorfiets en mijn reisplannen.
Ik vraag hoeveel km het nog is tot Keneurgench en het blijken er maar 70 meer te zijn.

(Ondertussen heb ik eindelijk terug een flauwe gsm ontvangst )

Wist ik veel dat het de zwaarste 70km's van de dag zouden worden. Vanaf hier is het echt onmogelijk te begrijpen hoe dit nog een weg genoemd kan worden, terwijl het de hoofdweg is richting grens.
Ik krijg echt geen halve meter makkelijk verteerbaar asfalt meer onder de wielen geserveerd,
en het is een zeer zware beproeving voor lijf en leden, maar ook zeker voor het rijwielgedeelte van de deauville.
Het asfalt is compleet aan flarden gereden en er zijn putten waar makkelijk een volwassen olifant in past,
 daarbovenop kamp ik ook nog met diepe spoorvorming, asfalt ophopingen, grint, zand en wasbordjes.
als extraatje krijg ik elke keer ik een tegenligger kruis ook nog eens een flinke stofwolk te verteren.
Deze route verdient zeker een plaatsje in de top drie van de ergste op mijn palmares en zonder mijn bescheidenheid te verliezen
 mag ik toch zeggen dat er daar al een paar kanjers van formaat tussen staan.

Er komt maar geen einde aan de geseling en mijn max snelheid valt terug naar 25km /u waardoor het nog een paar uur zal
duren alvorens ik mijn einddoel voor vandaag zal bereiken.
Ondertussen heb ik de woestijn verlaten en kom stilaan in het groene en ook koelere noorden van Turkmenistan.
Ik rijd uren achter elkaar door katoenplantages en als ik even halt houd bij een katoen verwerkings bedrijf om een foto te nemen
van de immense katoen bergen die er opgeslagen liggen, breng ik een kleine volksverhuizing op de been.
Na vijf minuten staan er maar liefst een vijftigtal katoenplukkers vol verwondering naar mijn motor te staren.

De Turkmeense politie behoren nu niet meteen tot mijn favoriete wetsdienaars, maar deze maal was ik wel blij om de check- point van Keneurgench te zien opduiken in de verte, en te weten dat ik het gehaald heb.
En zij waren blijkbaar al even blij me te zien want vijf minuten later stond ik al opzij voor een document controle, zonder enige nasleep gelukkig.
Morgen staat de oversteek naar Ouzbekistan op het programma en ik hoop niet te veel hinder te ondervinden van het betreurend voorval dat hun President onlangs overleden is.


 


16-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


15-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 34 : Fire in the hole
Reisverhaal
Ik was nog even wat T-shirts en ondergoed uit en knoop het aan mijn valbaren zodat het onderweg kan drogen want ik zit alweer door mijn propere kledij heen.

In mijn poging om via een kortere weg het dorp te verlaten rijd ik even voorbij het dorpsschooltje waar de kinderen net klaar staan om naar hun lokalen te gaan maar als ze mij zien voorbij stuntelen over de zanderige straatjes komen ze plots allen mijn richting uitgelopen en klimmen over het hek. In een mum van tijd ben ik omsingeld door schoolkinderen in uniform. De meisjes lijken wel kopieën van elkaar in hun lange groene jurken en met hun lange donkere haren in twee vlechten terwijl de jongens in een klassieke zwarte broek en wit hemd schoollopen. Om niet nog meer commotie te veroorzaken zeg ik vluchtig "privjet" en "dasvadanja" en ga er terug vandoor want in de verte zie ik nog een legertje kleine mannen komen aangelopen.


De zon zit nog laag op dit vroeg ochtenduur en ik tracht wat door te rijden alvorens de grote hitte terug doorbreekt. Het is een redelijk eentonige rit richting noorden en telkens ik de horizon bereik ligt er in de verte al een nieuwe op mij te wachten. Onderweg stop ik enkele keren voor de zoveelste foto voor mijn kamelen-foto-verzameling.


Hoe dan ook, buiten kamelen en woestijnratten is er niet veel te bespeuren onderweg. Ondertussen klimt de temperatuur opnieuw hoog boven de aangename grens. Tegen de middag beukt de zon genadeloos in op mijn zwarte helm en doet mijn hersenen stilaan koken. Je houdt het niet voor mogelijk maar soms tref je in het midden van de woestijn een politie patrouille aan met twee agenten. Als ik ze dan voorbij rijd staren ze me steevast aan met een strenge blik van onder hun oversized kepies.


Het is verleidelijk om even wat kledij uit te trekken in deze hitte maar ik volhard in de boosheid en houd stevig al mijn motorkledij dichtgeknoopt ter bescherming want er zitten geregeld verraderlijke oneffenheden in het wegdek en één klein stuurfoutje of verkeerde reactie kan pijnlijke gevolgen hebben.

Ik kan de voertuigen die ik per uur kruis op één hand tellen en motorfietsen tref je al zeker niet aan op deze wegen. Zelfs de woestijnschepen bij uitstek, de kamelen, blijken niet allen opgewassen tegen de extreme leefomstandigheden want geregeld tref ik een afgebleekt skelet van zo'n arm dier aan dat het niet gehaald heeft tegen de natuur. Terwijl ik me tracht te concentreren op de putten en bulten pompt mijn lichaam liters zweet door mijn poriën en tracht ik het zoveel mogelijk te compenseren door lauw water te drinken.

Plots gaat het wegdek abrupt over in een perfecte asfalt strook en zie ik in de verte een mooi modern gebouw met op de vensters het opschrift "airconditioned". Op het dak prijkt een flitsende lichtreclame "gratis gekoelde dranken voor alle motorrijders". Op de parking staat een vriendelijk glimlachende politie agent naast zijn wagen met een groot bord in zijn handen waarop te lezen staat "nationale boetevrije dag". Ik kan mijn ogen bijna niet geloven en open het gas ietsjes meer en snel er naartoe. Als ik dichterbij kom spat het plaatje ineens uit elkaar en blijkt het gewoon de zoveelste fata morgana. De hete woestijn kan soms rare dingen doen met het menselijk brein.


Ondertussen dring ik steeds dieper in de Turkmeense woestijn door en GSM ontvangst is er al lang niet meer. Toch geeft de woestijn een kalmerend effect op me en daalt mijn hartslag met een paar slagen tegen dat ik de piste zie aan mijn rechter zijde die naar de Krater van Darvaza leidt.

Ik had op voorhand al wat studie gedaan zodat ik het pad redelijk makkelijk terug vond want er staat ook nergens maar enige aanwijzing of wegwijzer. Langzaam manoeuvreer ik de te zwaarbeladen Deauvi over het zandpad en het lijkt er op dat het wel eens zou kunnen lukken tot ik aan de beklimming begin van een enorme zandduin. De zanderige piste gaat steil omhoog en ik zag het eigenlijk al aankomen maar bijt ik nog even door tot mijn achterwiel zich plots ingraaft in het poederfijne woestijnzand. Echt ver van de hoofdweg ben ik nog niet en ik heb watervoorraad en eten voor een paar dagen bij. Ik hoef me dus geen zorgen  te maken. Nog voor ik de kans heb om een reddingsplan op te stellen zie ik plots een grote 6x6 kamaz truck van de Turkmeense gasmaatschappij het zandpad komen opgereden. Het gevaarte stopt vlak voor mijn neus en er springen een zestal glimlachende werkmannen uit die net terugkeren van hun dagtaak op één van de woestijnsites van de maatschappij.

Ze kennen de streek op hun duimpje en moeten niet eens vragen wat mijn plan was en stellen voor om me met hun truck te slepen tot bij de krater. Ik besef echter al lang dat het onmogelijk is om met mijn overladen motor op baanbanden over deze zandduinen te geraken. Daarop stellen ze voor om mijn motor in hun nabijgelegen barakken te parkeren en mij een lift te geven in hun truck tot bij de krater die nog zo'n zeven kilometer verder in de woestijn ligt. Dat lijkt me een beter idee en zo droppen ze me na een opwindend ritje naast de gaskrater waar ik zo graag naartoe wilde.


De krater ontstond toen tijdens de destijds Sovjet gasontginningsmaatschappij in 1968 de ondergrondse gasbel leegpompte en het dak van de bel instortte en een krater van 60m diameter sloeg in de aardbodem. Omdat er nog constant giftig gas ontsnapte uit de krater besloten de Russische ingenieurs in 1971 om het gas aan te steken en te laten opbranden maar ze hadden er niet op gerekend dat nu, 45 jaar later, het vuur in de krater nog op volle kracht zou branden.


Het is nog daglicht als ik er aankom en het is nu al indrukwekkend om naast het grote gat in de aarde te staan waaruit hoge vlammen oprijzen. Maar mijn bedoeling was om hier te overnachten en het spektakel op z'n best mee te maken als het donker is. Geen probleem voor mijn nieuwe vrienden van de gasmaatschappij: "dan komen we je morgenvroeg gewoon terug oppikken om zeven uur alvorens we naar onze werksite rijden". Telefoon nummers uitwisselen geeft geen zin want er is toch geen gsm ontvangst maar ik heb hun woord en dat zou later een goede belofte blijken te zijn.


Zo sla ik even later mijn tentje op naast deze droomlocatie en neem alvast enkele foto's terwijl het nog daglicht is. Het is een droom om hier helemaal alleen te zijn en ondertussen te genieten van een prachtige zonsondergang. Eens de zon volledig verdwenen is achter de horizon,  lijken de vlammen pas echt tot leven te komen. Volledig rondom de krater zijn er kleine vlammen die de wanden helemaal verlichten terwijl in het diepe center twee enorme steekvlammen zo'n vijftien meter hoog de lucht in blazen. Het is er zo vredig en muisstil en ik krijg maar niet genoeg  van het schouwspel van flikkerende schaduwen en ruisende vlammen die in de krater opstuwen. Er is geen levend wezen te bespeuren in de verste verte buiten een klein vogeltje dat zich langs de rand van de krater laat meevoeren met de opstijgende thermiek. Onder ons twee zijn we het bewijs  dat een ziel perfect alleen kan genieten van een rustige avond rond de grootste BBQ van de wereld. De vlammen hebben een hypnotiserend effect op me en ik voel me diep gelukkig dat ik dit magische moment hier mag meemaken. Ik ga dan ook tevreden slapen maar word wel enkele uren later wakker als een stevige westenwind mijn tenthaken uit het losse zand rukt en mijn tent laat wapperen in de wind.


Met een stuk afgebroken bladveer van een vrachtwagen dat ik daar vond en met wat stenen tracht ik de boel te stabiliseren en kruip terug in mijn tent die ondertussen door de wind vol geblazen is met woestijnzand. Even later verliest mijn nachtelijke constructie opnieuw de strijd met de elementen en gaat het zeil terug plat aan één zijde. Ik geef het op en tracht nog wat door te slapen in het flapperende tentje. Het ongemak kan mijn humeur niet verstoren want ik heb net de ervaring van m'n leven achter de rug. Mijn wekker hoef ik niet te zetten deze morgen en ik ben om 06u30 al terug op de been en vergaap me meteen aan de mooie zonsopgang.


15-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


14-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 33 Turkmenistan (Baharook)
Beste familie, vrienden en sympathisanten,
De laatst geladen fotoreeksen waren helaas niet volledig (ergens verloren geraakt op het www Rolling Eyes). De foto's zijn inmiddels toegevoegd in de juiste volgorde maar daardoor is het helaas onmogelijk u een link te geven om enkel de nieuwe foto's te zien. Het loont echter de moeite om de gehele reeks opnieuw te bekijken want er zijn veel meer foto's toegevoegd dan er al waren.
De vervolledigde reeks foto's is vanaf HIER terug te vinden. Veel kijkplezier! [Webbie]

SMS
18 41: Het is vandaag niet véél opgeschoten. De ganse voormiddag gezocht naar internet en benzine. Nadien moto afgewassen. Er staan hierop zware boetes als de moto (aoto) niet proper afgewassen is
Rolling Eyes. Ook vandaag; een lekke band gereden op de héle slechte wegen en, last but not least, eens vastgereden in het zand. Nu gestrand in Baharook,  een stoffig woestijndorpje maar ....we zijn gelukkig want er zijn opnieuw kamelen LaughingLaughingLaughing

Reisverhaal
De Turkmeense president staat er op dat iedereen met een nette wagen rondrijd in zijn steden. Wie durft rond te rijden met een vuil voertuig krijgt het aan de stok met de politie en vliegt meteen de boek op. Hij heeft trouwens zijn uiterste best gedaan om er alles piekfijn te laten uitzien en dat wil je natuurlijk niet teniet doen door vuile auto's in het straatbeeld. Witte auto's genieten zijn voorkeur, waarschijnlijk omdat alle gebouwen opgetrokken zijn in wit marmer. Mijn voertuig is niet wit en zeker niet proper en ik heb het in het verleden al problemen gehad met de politie hieromtrent.

Ik besluit me eens aan te passen aan de wensen van meneer de president en laat mijn motorfiets wassen in een van de vele carwash plaatsen in de stad. Dit zijn allemaal florerende zaken want je ziet er dan ook geen enkele vuile auto rondrijden. De jongens van de wasplaats zijn door het dolle heen omdat ze eens een motorfiets mogen wassen en springen meteen op hun hoge drukspuiten en schuimende emmers wasproduct. Een half uurtje later staat het kleine Honda-tje opnieuw te blinken als nieuw. Eerst willen ze geen geld aanvaarden maar op mijn aandringen krijg ik dan uiteindelijk toch de rekening van 3 dollar voorgeschoteld voor de ganse behandeling. Als ik deze morgen mijn motor aan het pakken was merkte ik dat een paar kinderen wat kwajongensstreken uitgehaald hadden: ze hadden mijn beide spiegels omgedraaid. Ik kon er wel even met lachen en draaide ze gewoon terug.


Nu eerst nog even op zoek naar internet om de blog wat te updaten. Na de ganse ceremonie opnieuw te hebben doorlopen kan ik na een dik half uur voor 1.30 € een uurtje surfen. Facebook is ook in Turkmenistan verboden en geblokkeerd door de overheid want dit zou wel eens slechte ideeën het land kunnen binnenbrengen. De internet verbinding is supertraag en ik kan slecht de helft van de geplande foto's doorsturen.

Alhoewel het land een rijke voorraad olie en gas bezit is een benzinepomp in Ashabat niet te vinden en moet ik de stad uit om mijn tank en jerrycan te vullen. De benzine is spotgoedkoop in Turkmenistan en in ruil voor 0.26€ krijg je één liter brandstof.


Het is ondertussen al 13:00h als ik eindelijk denk aan mijn rit voor vandaag te kunnen beginnen. Maar eens ik de stadspoorten onderdoor rijd stopt het mooi gepolijste asfalt en val ik terug op een volledig kapot gereden asfalt weg vol diepe kuilen en met veel zand. Ik kom slechts stapvoets vooruit en het duurt ook niet lang alvorens ik kom vast te zitten op een kleine zandheuvel. De Deauville is te zwaar beladen voor deze hindernis en graaft zijn achterwiel diep in het zand. Ik ga te voet terug tot bij het meer waar ik een paar jongeren zag die aan het vissen waren en vraag om hulp. Er lagen enkele lege wodka flessen en één van hen had volgens zijn vrienden iets te veel op en lag te slapen in het zand. Helpen was geen probleem maar eerst moest ik wel proeven van hun vers gevangen vis, een kleine tegenprestatie natuurlijk en nog smakelijk ook. Met drie paar helpende handen hebben we de motor in geen tijd uit zijn benarde situatie gered en na een paar fotootjes kan ik terug op pad.


Maar ik voel dat de Deauville steeds zwaarder begint te sturen en kijk even de bandenspanning van het voorwiel na. Mijn plaaggeestjes die de spiegels omgedraaid hadden, hebben ook het ventieltje van mijn voorband een beetje losgedraaid en zo loopt de band stilaan leeg. Ik pomp de band terug tot op de correcte spanning en controleer voor de zekerheid even met een shampoo sopje of er toch geen andere lekken te bespeuren zijn. Alles blijkt prima maar ondertussen is het al 16 uur alvorens ik uiteindelijk goed op dreef ben. Veel plannen maakt ik dus niet meer voor vandaag.

Buiten de Turkmeense steden kom je steeds vlug in de woestijn terecht en daarmee rijd ik de rest van de namiddag opnieuw door uitgestrekte zandvlaktes die her en der besprenkeld zijn met dorre struikjes. Ik zie meer kamelen dan mensen onderweg en stop af en toe om ze eens te benaderen voor een foto. Elke stap die ik zet is uitputtend in deze hitte  en mijn T-shirt is in de kortste keren verzadigd met zweet.


Als de schaduwen langer beginnen te worden rijd ik uiteindelijk de eerste en enige nederzetting in de woestijn binnen. Het dorpje Bagarcok stelt niet veel meer voor dan een handvol huisjes en veel stof. De lokale jeugd  komt me verwelkomen op hun oude Russische motorfietsen en na heel veel rondvaag en ritjes rond het dorp vinden ze me een kamertje voor de nacht. De uitbater van een klein theehuisje wil me voor 6.00$ een kamer verhuren in het nieuwe gebouwtje dat hij nog aan het afwerken is op zijn, met prikkeldraad afgespannen, eigendom. Maar er ligt een matras op de grond en meer heb ik niet nodig. De lokale motorhelden willen me allemaal eens imponeren door de stunten die ze uithalen op hun brommers en ik moet zeggen dat sommigen onder hen zeer begaafde stuntrijders zijn als ik hun wheelies en donuts die ze in het zand maken gadesla.

Nadat ze me nog een paar uurtjes gezelschap hebben gehouden trek ik me terug in mijn kamertje en hoor ze nog wat verder dollen met hun motoren op de achtergrond. Als de motoren uiteindelijk zwijgen nemen de straathonden over en huilen naar de volle maan als wolven in de nacht.


14-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


13-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 32 : The crossing
Beste familie, vrienden en sympathisanten,
vandaag werden de fotoreeksen van de afgelopen dagen gepubliceerd. De foto's zijn vanaf HIER terug te vinden. Veel kijkplezier!
 
SMS
21:20 : FB gaat niet in Turkmenistan; ik mis Iran :);) ( en jou !!) maar ik ben blij da'k de grens uiteindelijk over geraak ben, 't was een zware bevalling, ik zit nu in Asgabat en 'k ga morgen maken da'k hier weg ben, want de "sabakas" (scheldnaam voor politie ) hebben me allemaal "vies" in het oog, Ge kent ze hé  ;).....


Reisverhaal
The crossing

Grensovergangen kunnen lang duren, grensovergangen kunnen zelfs héél lang duren. Daarom zorg ik steeds dat ik er 's morgens op tijd aan begin met genoeg eten en drinken.

Het grensdorpje Loft Abad slaapt nog en het ziet er naar uit dat het de eerste honderd jaar niet zal ontwaken
Rolling Eyes. Maar ik vind toch een klein winkeltje dat al open is. Het opschrift hypermarket is misschien een beetje te hoog gegrepen maar ik vind er kaas, brood, een pak chocolade koeken en water. Gewapend met mijn voorraad eten en een grote dosis verse moed start ik aan mijn dagtaak voor vandaag.

Als ik het douane plein oprijd merk ik meteen dat het niet makkelijk zal worden. Op de grote parking staan minstens 60 vrachtwagens kris kras door elkaar en sommigen doen een poging om nog ergens een gaatje te vinden om tussen te wurmen. In de wanorde rijd ik zelfs het eerste loketje voorbij en ik word door een douanier achterna gelopen en meegenomen naar zijn bureau.


Ondertussen komt er een jonge man op me af, die voorstelt om me te helpen bij de papierwinkel. Ik had hem al verwacht want aan de gesloten grensovergang van gisteren had ik zijn telefoonnummer reeds gekregen van een vriend van hem. Hij kent het douanesysteem als zijn broekzak en loopt de benen van onder zijn lijf met mijn dossier. Normaal gezien werk ik nooit met fixers aan de grenzen, maar deze kerel heeft een onschuldige eerlijkheid over zich en ik vertrouw hem volledig. Hij heeft natuurlijk overal een beentje voor en gooit mijn papierwinkel overal boven op de stapel zodat ik steeds voorrang heb op de rest en in een record tijd buiten gestempeld ben in Iran. Ik dubbel-check mijn carnet de passage nog eens voor de laatste slagboom om zeker te zijn, maar alles blijkt netjes afgestempeld te zijn en de tien dollar die ik in zijn hemd zakje stop zijn welbesteed. Ik geef hem nog een schouderklopje en rijd het niemandsland door richting Turkmeense grenspost.

Net voor ik de officiele grens met Turkmenistan over rijd, kijk ik nog even om en zie de fiere Iraanse vlag hoog wapperen in de wind. Je kan je niet voorstellen wat dat land voor me betekend heeft de laatste week maar het is tijd om vooruit te kijken en door te gaan.

Het is een onhebbelijke gewoonte van me om illegaal, stiekem foto's te maken van de grensovergangen. Ik haal verdoken mijn digitale pocket camera boven en neem een paar foto's van de met prikkeldraad versterkte omheining die de twee dictaturen scheidt. Doordat de andere grens overgang gesloten is staan alle truckers hier aan te schuiven en lijkt het meer op de grens met Truckmenistan.
 
Ik sta terug aan de deur van de ex U.S.S.R. en dat is meteen merkbaar aan de norse gezichten van de grenswachters. Omdat ik deze vertoningen al zo dikwijls meegemaakt heb, maakt ze niet veel indruk meer op me en heb ik er een hobby van gemaakt om te trachten door hun pantser te breken en een lachje op hun gezicht te toveren. Ik haal mijn beste Russisch boven en slaag soms al eens in mijn opzet en zo blijft het altijd een beetje amusant. Net als ik het eerste loketje je heb aangedaan gaat het tweede plots dicht en verdwijnt iedereen in het niets. Ik blijf enkel met een groep truckers achter voor een gesloten venster. We vragen aan een militair wat er gaande is. Lunch break antwoordt hij, waarna we hem er op wijzen dat het bordje zegt: break tussen 12:00u en 13:00u, en dat het nu pas 11:15u is. Hij haalt zijn schouders op en ik maak dan maar de conclusie: in Turkmenistan eet iedereen tussen 11:15uen 13:00u Laughing. Ik maak dan zelf ook van de gelegenheid gebruik om mijn lunch pakket boven te halen.


Mijn paspoort ligt echter op het bureau van de douane en de soldaat aan de deur die bij iedereen, elke keer zijn paspoort moet controleren bij het binnen en buiten gaan, heeft blijkbaar duidelijke orders en vraagt elke keer ik naar buiten wil achter mijn paspoort. Ik bedien hem elke keer van hetzelfde antwoord en hij begint zelf de waanzin achter deze regel in te zien. Op den duur krijg ik toch een flauw glimlachje op zijn gezicht.

Na een strenge scan en controle van mijn bagage, is het de beurt aan mijn gsm. Een gedreven militair bestudeert uiterst nauwkeurig elke foto en video op mijn smartphone. Hij zoemt in op elke foto en vraagt waar de foto genomen is om zeker te zijn dat ik geen enkele foto van de grens genomen heb. Gelukkig weet hij niet dat er in mijn broekzak een toestel zit met "bezwarend" materiaal. Na alle loketjes op alle verdiepen doorlopen te hebben moet ik nog even langs bij de grens politie. Drie mannen bestuderen zorgvuldig mijn paspoort en vragen me hoe dikwijls ik al in Turkmenistan geweest ben. Ik lieg en zeg slechts één maal, omdat te veel bezoeken aan hun land dikwijls argwaan opwekt. Hun gezichten vertrekken bij mijn fout antwoord: blijkbaar lezen zij iets anders af op hun computer scherm. Ze vragen me nogmaals uitdrukkelijk is dit de tweede of de derde keer? Ik tracht een beetje verward over te komen en zeg: oohh ja, 't is de derde keer. Nu beginnen ze aan hun spervuur van vragen, "waarom kom jij hier zo dikwijls", "wat kom je hier juist doen", "kom je hier stiekem werken", "wat is je beroep", "je weet toch dat het strafbaar is om van je opgelegde route af te wijken" ... en nog veel meer van dat. Ik antwoord steeds dat ik het zo'n mooi land vind en jullie zo'n vriendelijke mensen zijn. Ze horen me met gefronste wenkbrauwen aan.

Ik worstel me door hun vragenlijst en tenslotte kijken ze elkaar met zo'n blik van "wat gaan we er hier met doen" aan. Plots geeft de hoogste in rang zijn fiat en "gooit" mijn paspoort vriendelijk terug en zegt: enjoy your stay in my country. Eind goed al goed.



Het was een ware uitputtingsslag en ik rijd pompaf Turkmenistan binnen.
Gelukkig heb ik de Turkmeense manat -Turkmeense valuta- op zak (die ik van Noortje meekreeg) en kan net op het nippertje wat benzine in mijn tank kieperen. Ik rijd een beetje roerloos richting Ashabat en moet nog wat wennen aan mijn nieuwe omgeving.

Turkmenistan is zo vlak als een platgereden egel en veel verstrooiing is er niet tot ik plots een kameel en haar jong opmerk op het erf van een boerderij langs de weg.
Terwijl ik even stop om het plaatje eens beter te bekijken zie ik een paar mensen teken doen dat ik tot bij hen moet komen. Ik beantwoord hun vraag en rij het erf op. Het blijken een groepje vrouwen te zijn die allen samen buiten aan het koken zijn op een primitief gasvuur. Er komen minstens een dozijn kinderen op me afgelopen en even later is het dolle pret als ze met mijn helm mogen spelen en op de motor klimmen. Ik vraag of ik even bij de kamelen een foto mag nemen en ... dat mag. Van de heers des huizes is geen spoor te bekennen. Plots komen ze met een schaal eten aangelopen en doen teken om op het tapijt te gaan zitten onder hun afdak. Ik kan moeilijk weigeren en neem plaats. Ze brengen me ook nog een fles zure melk en daar zit ik dan met een bord eten tewiijl ze me met hun vijven aandachtig bestuderen. Even later komt er een klein autootje aanrijden en springt er een man uit, met een typische moslim baard en hoed. Hij stelt zich voor als Mohammed, "genoemd naar de grote profeet", voegt hij er nog aan toe en heet me vriendelijk welkom.

Later blijkt dat dit zijn vrouwen zijn en al zijn kinderen. Van een kroostrijk gezin gesproken
Shocked Rolling Eyes . Hij is super gastvrij en we comuniceren in het Russisch over koetjes en kalfjes. Hij vraagt of er ook moslims in België wonen en of er terroristen bij zitten. Ik moet spijtig genoeg toegeven dat dat zo is en hij zegt dit zwaar te betreuren. Ik antwoord dat het slechts een paar percent is en dat hij zich niet moet schamen en dat hij mijn vriend is. Hij vindt het super dat ik er zo over denk en houdt respectvol zijn hand op het hart om me te bedanken.



Ik sla het aanbod om te blijven slapen af want ik had graag een internet verbinding versiert deze avond en moet dus doorrijden naar Ashabat. Mohammed en zijn kroost wuiven me uit terwijl ik mijn reis verder zet en ik voel me bevoorrecht om deze vriendelijke man te mogen ontmoeten hebben op mijn reis.

Al gauw maakt het platte land plaats voor de pracht en praal van de hoofdstad. Ik rijd de stad binnen via zijn brede boulevards en gepolijste asfalt en rij langs de mooie parken met verlichte fonteinen. Langs beide zijden duiken de imposante marmeren gebouwen op en de oversize ronde punten zijn kunstwerken op zich. Er is geld noch moeite gespaard om de wil van de grote dictator te vervullen en een ware droomstad te creëren. Honderden politieagenten waken op letterlijk elke hoek van de straat over de goede gang van zaken en ontelbare straatvegers zorgen er voor dat er geen stofje te bespeuren valt in deze steriele stad.



Alles voelt kunstmatig en koel aan; er zijn niet genoeg auto's of mensen om de stad een echt karakter te geven. Het surrealistisch gevoel wordt nog versterkt door de Turkmeense sterren die echt overal terug te vinden zijn: van de blinkende roestvrij stalen verkeerslichten tot op de afsluitingen. Overal zie ik grote bilboards en licht reclames en gouden standbeelden die de grote dictator moeten eren terwijl de gewone mensen in de buitenwijken in verouderde Soviet-gebouwen leven zonder enige luxe. Ik rijd even tot bij het pleintje waar we twee jaar geleden kampeerden met onze Desertlions-ambulance en terwijl ik even een foto neem ter herinnering staat er aan de overkant een man naar me te wuiven. Hij nodigt me uit om te komen eten en thee te drinken.

Een kopje thee zie ik wel zitten en stap mee naar binnen.
De vrouwen zijn op de binnenplaats allen samen aan het koken en de mannen en jongens zitten met een grote groep samen in een kamer aan het avondmaal. Er staan grote schalen fruit, gebak, allerhande frisdranken en gerechten op het tapijt en het ziet er zo lekker uit dat ik me laat overhalen om mee te eten. Het is een komen en gaan van mensen, iedereen van het gezin komt om de beurt en verwelkomt me. Bij elke nieuwe lichting hongerigen wordt er een gebed opgedragen aan Allah  en ik doe respectvol mee. Vader blijft me maar aanmanen om meer te eten maar ik zit propvol en excuseer me na een uurtje of twee en zeg dat ik verder moet, want ik ben van plan om een kamer te huren voor een broodnodige douche en internet. Alle mannen van de familie wuiven me uit terwijl de vrouwen zich in een andere kamer bevinden met de meisjes.



Ik vind een goedkoop hotel, even buiten het centrum. De voorgevel ziet er nog redelijk uit maar de kamer is een tijdscapsule uit de late jaren zestig. De deuren en ramen zijn al meerdere malen gerepareerd met houten latten en nagels, de badkamer is vervallen, de tegels ontbreken en het stuckwerk is afgeschilferd en beschimmeld. De stopcontacten hangen los en zijn afgebroken, wifi is er niet maar ik heb even de tijd om tot rust te komen zonder mensen om me heen. Ik tokkel een paar verslagen voor de blog en spring terug op mijn motor en rijd terug de stad in op zoek naar internet.  Ik parkeer de Deauville op een kleine parking onder het wakend oog van een militair en loop door de mooi onderhouden parken en over steriele straten. Met politie agenten om de vijftig meter moet dit wel de veiligste stad ter wereld zijn Cool.

Ik vind uiteindelijk internet in een klein restaurantje. Er komt heel wat papierwerk bij te pas om in te loggen op het net. Alle gegevens van mijn paspoort en mijn telefoonnummer worden zorgvuldig ingegeven in het  computer systeem en het duurt ongeveer een klein uurtje eer ik online ben. Alle data die via internet het land verlaat wordt naar 't schijnt eerst gecontroleerd en gefilterd. Ik let dan ook goed op wat ik doorstuur naar België. Als ik klaar ben rijd ik nog even opzettelijk verloren in de grote stad: er is nauwelijks verkeer en alles ziet er zo betoverend uit in het donker. De gebouwen zijn mooi verlicht en de fonteinen schitteren in het donker. Ik hoor de politie een paar keer roepen als ik voorbij rijd maar doe dat ik het niet hoor en rijd rustig verder. Ze hebben toch geen auto of radio en dus maak ik me dus niet al te veel zorgen omdat mijn motor is niet gewassen (en daar staan boetes op in Turkmenistan). De stad is het visitekaartje van het land en de dictator staat er op dat alle auto's ten aller tijde kraaknet zijn. We hebben hier in het verleden al zware discussies gehad met de politie omdat ze ons wilden beboeten omdat de auto te vuil was. Ik zal morgen maar eerst mijn motor een beetje afstoffen eer ik terug verder rijd om alle problemen te vermijden.



Na mijn nachtelijke rit door Ashgabat is het nu tijd om te gaan slapen na een bewogen eerste dag in de laatste dictatuur ter wereld zoals het land wel al eens genoemd wordt.



13-09-2016 om 00:00 geschreven door Webbie


12-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 31: Goodby Iran :(


SMS
17:50 :Houston we have a problem !
Om onbekende reden is de grensovergang tusen Iran  en Turkmenistan in Bajgiran gesloten. Ik ben op advies van de douane een paar 100 km's verder doorgereden tot bij de volgende overgang in Lotf Abed, en kampeer hier met een bende Turkse truckers in het park. De kookpot staat al te pruttelen, dus honger zullen we alvast niet hebben, hopelijk geraak ik hier morgen de grens over, alhoewel ik meer zin heb om hier te blijven. But the show must go on !! :) Fingers crossed !!!!!


Reisverhaal

Vader Ali staat al met een grote ontbijt schotel voor me als ik mijn ogen open doe deze morgen, en hij staat er op dat ik eerst nog even mee ga naar de lokale sport club,waar ze een traditionele Iraanse sport beoefenen die wat aanleunt tegen het Europese body building.
Daarna maakt hij nog een kleine rondrit om me zijn stad te laten zien.

De man spreekt geen woord Engels maar Sorosh fungeert als tolk en vader Ali schiet maar vragen af , over het leven in België en wat ik van zijn land vind.
Hij is bekommerd om me en neemt me mee naar de supermarkt en wil me allerhande dingen meegeven,
maar ik moet het meeste weigeren want ik ben beperkt in bagage ruimte en moet me beperken tot wat brood, kaas en bevroren water voor onderweg.
Hij blijft maar aandringen dat ik wat langer moet blijven maar ik wil er vandaag vroeg vandoor omdat ik de Turkmeense grens nog wil bereiken voor de middag.
Ik beloof ooit nog eens terug te keren voor een langere tijd en neem definitief afscheid aan de rand van de stad.

Het is mijn laatste dag in Iran en ik betrap mezelf er op, dat ik niet echt opschiet, ik doe alles onbewust wat trager vandaag, om mijn tijd hier nog wat te rekken.
Na meer dan een week in Iran gaat het land je diep onder de huid zitten en ben je zo gewend aan de levensstijl en gewoontes dat je geen zin hebt om de grens over te steken
naar de "laatste grote dictatuur", zoals Turkmenistan ook wel genoemd word.

Ik ga de zoete thee, de prachtige steden, de duizenden selfies en zwaaiende handen missen.
zelfs de hete woestijn en de nieuwsgierige politie mensen bij de check points waar ik elke keer steevast opzij moest voor een babbel, maar nooit voor enige controle van documenten.
Maar het meest van al zal ik de mensen missen,en hun vriendelijke glimlach die me steeds weer verwelkomden als een goede vriend.
Ik moet voor de laatste keer opzij bij een check point en krijg van de chef ijswater aangeboden, en krijg nogmaals de gebruikelijke vragen op me afgevuurd, zoals : welke steden heb je zoal bezocht, wat vind je van ons land, onze mensen en onze politie ?
En natuurlijk, hoe snel kan je motor en hoeveel kost zoiets in België ?

Het laatste stuk tot bij de grensovergang in Bajgiran is onbeschrijfelijk mooi, en maakt het alleen nog wat extra moeilijker om te weten dat ik hier zeer binnenkort buiten zal rijden.
Tegen 14u bereik ik de grens post, en bereid me voor op een lange procedure.
Ik zet me even neer op een bankje voor een pick nick als er plots een man uit zijn auto springt en me verteld dat de grens aan Turkmeense zijde al een paar weken gesloten is om onbekende redenen.
Hij is douanier en geeft me zijn tel. nr en ook het nr. van zijn collega die aan de volgende grenspost werkt en me kan helpen bij mijn exit.
Als hij terug wegrijd ga ik toch nog even dubbel checken aan de grenspost zelf, waar zijn verhaal bevestigd word.
Ik herzie mijn plannning en rijd nog enkele uurtjes door naar de grensovergang bij Lotf abad.

De geseling gaat verder want de bergen zijn nog mooier langs deze route, ik start in een diepe ravijn tussen metershoge rotswanden die zeer langzaam open trekken naarmate ik vorder om uiteindelijk
over te gaan in een groene vallei naast de rivier die me begeleid  naar de grens.
Het grensdorpje Lotf Abad stelt niets voor buiten enkele kleine kiosken, een paar huisjes en een grote TIIR parking waar de vrachtwagens samentroepen.
Maar toch vind ik er, tegen mijn verwachtingen in, een park waar ik kan kamperen en de parkwachter is zelfs zo vriendelijk om de poort voor me te openen zodat ik mijn motor naast mijn tent kan parkeren.
Het laatste deel van deze dag was niet gepland en leek eindeloos te duren.
Ik pomp mijn luchtmatras op en plof me even neer om wat te bekomen van de rit.

Vogels vliegen in grote zwermen over mij heen en ik sla ze gade terwijl ze de grens over vliegen, zij hebben niet zoveel kopzorgen ivm grensovergangen .
Ik dommel even in, tot een geritsel in het graan me uit mijn korte powernap wekt en als ik mijn ogen open, hangt er een vriendelijk lachend gezicht boven mij met een grote snor en een bekertje pistache ijs.
De man stopt het bekertje in mijn hand en nog voor ik hem in al mijn verbazing heb kunnen bedanken is hij er alweer vandoor.
Ik sta nog steeds een beetje versteld terwijl ik het naar binnen lepel, ietwat later stappen er een groepje jonge dames met hun kinderen op me af.

het is uiterst ongewoon om door vrouwen benaderd te worden in Iran, maar één van deze dames preekt goed Engels en vraagt of haar zoontje even met de motor op de foto mag en waar ik vandaan kom.
Na de foto sessie wensen ze me allen een goede reis en slenteren ze terug naar hun kamppeerplaatsje aan de andere kant van het park.
Nog geen vijf minuten later komt één van hen terug en vraagt of ze me even kan spreken ?
De vraag die haar, net zoals de meeste mensen in Iran, bezig houd is wat de mensen in Europa van hen denken.
Tot mijn grote spijt moet ik haar bekennen dat  sommige mensen in België en Europa, Iran nog steeds over dezelfde kam scheren als hun buurlanden,
en denken dat ze moslim extremisten en terroristen zijn en het gevaarlijk is om hier heen te komen.
Maar ik troost haar door te zeggen dat ik aan iedereen in mijn thuis land het tegenovergestelde ga vertellen en dat ik zeer veel van Iran en zijn mensen hou, omdat ze zo vriendelijk en gastvrij zijn.
haar bedrukt gezicht klaart wat op bij dit goede nieuws en ik krijg een zakje eten en wat snoep cadeau.
Ik heb wat medelijden met de zwart gesluierde vrouw, want ik kan me inbeelden wat een last het moet zijn als je land onterecht
een negatieve reputatie geniet in de rest van de wereld en je nooit de kans ertoe krijgt om je te verdedigen.
Ik herhaal nogmaals dat ik hun " ambassadeur" in het westen zal zijn en de reputatie van hun land zal trachten te zuiveren in België, dit tovert een glimlach op haar gezicht die goud waard is.
 
Ik hoop hiermee iets terug gedaan te hebben voor al de warmte die ik van haar volk mocht ontvangen onderweg.

Nog voor ik mijn tent goed en wel opgesteld heb staan er plots twee mannen voor me, ze zijn Turkse Iranezen en wonen aan de Turkse grens in het westen.
Ze zijn begeleiders van uitzonderlijk vervoer en wachten op een konvooi van Turkse vrachtwagens om deze door het land te loodsen tot aan de Turkse grens.
Ze nodigen me uit om bij hen te komen eten, en even later zet ik me op hun tapijt en duwen ze me vol met eten en fruit.
Het is een typisch mannen clubje en ze plagen elkaar constant, met de klassieke grappen, zoals water gooien naar elkaar en hun vrienden op hun kale hoofd te pletsen,
terwijl de rest van het zeven koppig gezelschap in tranen uitbarst van het lachen.

Ik sluit mijn laatste nacht in Iran dus af met een lekkere maaltijd en ludieke avond, en hoop morgen zonder al te veel problemen de grens over te steken, want er zullen nog een paar woordjes uitleg nodig zijn.
Ik heb een transit visum aangevraagd voor Turkmenistan, en deze bind je vast aan een strikt opgegeven parcours waar je niet mag van afwijken,  maar doordat ik via een andere grensovergang binnen rijd, ben ik al flink afgeweken van deze route.

fingers crossed !!!!!!


12-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


11-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 30: Sabservar (vader Ali)


SMS
21:20 : ...


Reisverhaal


Door de ondragelijke hitte in mijn tent heb ik een onrustige nacht achter de rug en sla, niet al te fris mijn been over m'n stalen ros wanneer ik de oase van Tabas verlaat.
Al na de eerste km's maken de wuivende palmbomen en fonteinen plaats voor eindeloos zand en zon.
Ik vraag nog even richtlijnen aan een paar truckers om op een veilige manier de woestijn door te komen, want hier gelden andere wetten en wie die niet respecteert komt gegarandeerd in de problemen.

het grootste deel van het parcours gaat over uitgestrekte zandvlaktes zonder veel afleiding, slechts sporadisch passeer in een ingeslapen dorpje.
Hier hangt het leven in de dorpjes af van de bron , en als die uitgeput raken trekken de bewoners weg en veranderen de dorpen in spook dorpjes .
Diegene die nog bewoond zijn hebben blijkbaar ooit betere tijden gekend,
en als ik even pauzeer in zo'n nederzetting blijkt de plaatselijke moskee ingepalmd te zijn door een groep herders en hun kuddes.
Hier tref je geen pracht en praal aan maar lemen hutjes en vooral veel geiten keutels.
De herders roepen me tot bij zich en bieden me een kopje thee aan.
de moskee moet ooit een mooi gebouw geweest zijn, maar nu staat het er vervallen bij,
en zijn de ingangen verspert met sprokkelhout om de dieren binnen te houden.
De herdershond draagt een spijker halsband als bescherming tegen wolven en hij ligt samen met de ezel in de smalle schaduw strook naast het heilige huis.
Het is goed om te zien dat in de woestijn het huis van Allah open staat voor alle wezens groot en klein.
Ik spreek mijn benzine reserve onderweg aan om de afstanden tussen twee pompen te overbruggen.
Na de middag loopt de temperatuur erg op tot boven het "aangename" niveau.
Wanneer de zon wat lager komt te staan brand ze genadeloos in, op mijn rechter been en voet.
het lijkt wel of er hete naalden door mijn broekspijp en laarzen gestoken worden,
en het feit dat ook de hete uitlaat aan dezelfde kant zit maakt het alleen nog wat erger.
Grote groepen wilde kamelen dwalen over de zandvlaktes en kijken me met grote verwonderde ogen aan als ik voorbij  rijd.
zo'n rare blauwe muilezel krijgen ze waarschijnlijk niet alle dagen te zien.
Zij zijn blijkbaar de enige wezens die weinig last ondervinden van de extreme  omstandigheden.

Pas tegen de late namiddag kom ik terug onder de levenden, en kruis af en toe een klein stadje.
Ik weet niet of het aan mij ligt maar blijkbaar heeft iedereen het op mij gemunt vandaag,
auto's komen in tegenovergestelde richting op me af, schieten plots uit een zijweg voor mijn wielen, of rijden me rakelings voorbij.
Ik kan mijn slaap tekort  mijn concentratie niet laten beïnvloeden en zet alle zintuigen op scherp.

Ik heb niet echt een plan, maar zou wel even willen wiffi-en deze avond en rijd tot in de stad Sabzervar, en stop bij een lokale motor dealer.
Internet is nog steeds geen algemeen verschijnsel in Iran maar ik krijg wel direct een dertigtal mannen om me heen
 die interesse vertonen in mijn motor en me ook willen helpen in mijn speurtocht naar internet verbinding.
Op een paar brommers begeleiden ze me de stad door tot bij het internet café.
Echt niemand  spreekt één woord Engels tot er plots een jonge kerel binnenstapt die me in perfect Engels aanspreekt en voorstelt om mee te gaan
tot bij hem thuis om in te loggen op zijn router, samen te dineren en te blijven slapen.
Euuh... hoe kan ik hier neen tegen zeggen ?:)

Enkele ogenblikken later plof ik neer in hun tuin en krijg een kopje thee met gebak onder de neus geduwd door zijn vader Ali
na een lange en zware dag als deze verwacht je zoiets niet echt maar stiekem hoop je er wel op.
Na een douche en nieuwe kledij ben ik er terug boven op en geef me over aan de wil van mijn gast familie.
De twee zonen nemen me samen met een vriend op sleeptouw door hun stad.
Na een bezoek aan het park,een spelletje poolbiljart gaan we  cruisen door de stad.
Uit de luidsprekers van hun auto knalt loeiharde Iraanse hip hop muziek en met alle ramen naar beneden doen ze hun best om hun grote idool snoop dog te imiteren.
We maken samen grappen, dat ze eigenlijk een grote Amerikaanse cadillac zouden moeten hebben ipv een kleine Iraanse Sapiia pride.
Ze aanvaarden me als één van hen en delen me al hun geheimen die ze voor hun ouders verbergen, zoals stiekem roken en alcohol drinken.
Hierdoor kunnen ze in serieuze problemen geraken mochten ze opgepakt worden door de politie , maar ze hangen  nu eenmaal graag de rebel uit zoals iedereen van die leeftijd.
ze verschillen in geen enkel opzicht van Europese jongeren, en laten me even het huis zien waar het vriendinnetje van Sorosh woont die het net uitgemaakt heeft en waar hij nog steeds stapel verliefd op is.
Ik voel me plots terug teenager en ga mee op in hun verhalen.
Alles is verboden in Iran zeggen ze, zelfs hand in hand met hun vriendinnetjes over straat lopen of in het park zitten is strafbaar.
Ze doen hun beklag over de moslim extremisten die hun geloof in een slecht daglicht stellen en zijn nieuwsgierig hoe het er in België aan toe gaan en wat de belgen van hen denken.

Als we na 11.00u thuis komen wil vader Ali nog met mij gaan eten in de stad en zo komen we pas na middernacht terug thuis, en kan ik uiteindelijk gaan slapen.
Internetten is er dus niet van gekomen maar de geweldige nacht met deze jonge kerels vergeet ik nooit meer en zij ongetwijfeld ook niet meer.
Ik slaap op eigen verzoek buiten onder de wijnranken in hun mooie stadstuin en mijn dromen kunnen deze nacht nooit de werkelijkheid overtreffen.....



11-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


10-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 29 : Tabas


SMS
19 : 20 Het eerste deel van operatie Desert Storm zit er op, na 370 km door de hete maar wonderbaar mooie woestijn en een paar hectoliters zweet, kampeer ik deze avond in de tuin van het moskee complex, in de oase van Tabas.
Het decor kan niet mooier en de temperatuur niet hoger :)

Reisverhaal


Operatie Desert Storm


Ik start op tijd want er staat een uitdagende rit op de planning vandaag.
Maar terwijl ik door de stad mannouvreer verschiet ik me plots een bult als er ineens een groot gestalte in manteau en met hoofddoek van onder de helm flapperend,
 op een goed uitgeruste adventure bike  met nederlandse Nr plaat, naast me opduikt en teken doet om  opzij te gaan.

Ik verschiet nog wat harder als het een jonge dame  blijkt te zijn die zich voorsteld als Noortje,
de -Tje mag je er voor mijn part aflaten want de Noortje meet zeker twee meter.
Ze is al vier maand onderweg en haar einddoel is Pakistan.
Het is een klein wonder dat we elkaar net hier ontmoeten, nu ik juist van plan was om terug richting noorden af te buigen.
Zij kwam via Tadjikistan en volgde zowat de route die ik in omgekeerde richting gepland heb, en zo kom ik aan wat recente informatie over de toestand in het Pamyr gebergte.
Volgens haar uitleg lijkt het er nog niet te veel veranderd te zijn sinds we zes jaar terug zelf het gebied doorkruisten.
ze is een opgewekte jonge dame en ze kletst maar raak op haar typisch Hollandse manier.
Plots haalt ze een paar stapeltjes Turkmeense en Tadjikse bankbiljetten ter waarde van zo'n 30€ boven en stopt ze in mijn hand.
Ik kan er niets meer mee aanvangen zegt ze, vul jij er maar een paar keer je tank mee.
Ik wil ze nog omwissellen in dollars maar daar wil ze niets van weten en zegt blij te zijn dat ze er nog iemand mee te kunnen helpen en doet ze me cadeau.
En zeggen dat er mensen zijn die denken dat  Hollanders gierig zijn.:)
We rijden even samen het stadscentrum door en het doet eigenlijk wel goed om terug eens een reisgezel te hebben,
 al is het maar voor even want algauw splitsen onze wegen zich terug en rijd Noortje Zuidwaards en ik Noordwaards verder.

Niet dat ik er gebrek aan heb maar de ontmoeting met Noortje geeft mijn zelfvertrouwen opnieuw een boost en het is fijn om te weten
dat ik niet de enige ben die hun dromen omzetten in werkelijkheid en hun comfort zone inruilen tegen puur avontuur op twee wielen.
We wuiven nog eens naar elkaar terwijl ik terug de woestijn in rijd richting Noord - Oost.
Ik kom meteen terug op de vlaktes terecht en het lijkt wel of ik vorige nacht door aliens ontvoerd ben en op Mars gedropt werd.
Het landschap met grote uitgestrekte zandvlaktes en grillige bergen in zowat alle woestijntinten die er bestaan hebben niets gemeen met wat we gewend zijn.
De Iraanse woestijn is onvoorstelbaar mooi en verandert constant van gedaante, bergketens, vlaktes en heuvelachtige taferelen volgen elkaar in snel tempo op,
 zodat het nooit gaat vervelen .
Het is een onbeschrijflijk gevoel om hier door te rijden en ik neem de ondragelijke hitte er graag als last bij.

Deze morgen nam ik twee ingevroren flessen water mee maar tegen de middag zijn ze beiden al terug vloeibaar geworden,maar toch nog fris genoeg om van te drinken.
Het water in mijn jerrycan bereikt ondertussen zowat het kookpunt en is enkel nog bruikbaar om direct thee mee te zetten.
Het kleine honda blokje word tot het uiterste van zijn kunnen gedreven en kreunt onder de hitte.
Ik heb geen thermometer bij en durf ook geen schatting maken want het lijkt wel of ik in een warmelucht oven rijd.

Er is dan ook nergens enige beschutting tegen de genadeloze zon, en bij de minste pauze die ik neem gutst het zweet me uit de poriën, en moet ik meteen terug verder.
Dikwijls zie ik restanten van oude stopplaatsen waar eeuwen geleden de kamelen karavanen halt hielden.
Ze zij allen verlaten en takelen stilaan verder af onder de extreme omstandigheden.
Het is een uiterst onherbergzaam gebied en nergens is ook maar één spoor van leven te ontdekken.
Een wegwijzer heeft aan dat de eerste stad meer dan 300km verder ligt, een peulschil als je er al zoveel doorgedraaid hebt ondertussen.
Ik houd mijn vizier en zonnescherm ten allen tijden gesloten om de hitte buiten te houden.
Her en der zie ik kleine windhosen slierten woestijn zand omhoog stuwen, en van ver zien ze er allemaal onschuldig uit
 tot ik plots uit het niets door eentje aangevallen wordt.
Ik word samen met mijn motor door elkaar geschud terwijl ik een lading zand tegen mijn vizier geprojecteerd
krijg en de adrenaline schiet me even door het lichaam.
Gelukkig rijd ik aan een " verstandig tempo " en controleer geregeld de warme banden spanning.
Ik heb in het verleden al eens onder gelijkaardige omstandigheden mijn lesje geleerd en ben vastberaden om het niet nog een keertje over te doen.
In Yazd vertelde me iemand dat ik onderweg enkele restanten van Amerikaanse helikopters en vliegtuigen zou treffen,
 die er na een Amerikaans -Iraanse onenigheid in het verleden gecrasht zijn en achtergelaten.
Volgens hem waren de Amerikanen te bang om ze te komen bergen en liggen ze daar nog steeds.
En inderdaad plots merk ik ze in de verte op en neem even de tijd om ze te gaan bestuderen en wat foto's te maken.
Zelfs nu ng is Amerika staatsvijand Nr één en waarschijnlijk gebruikt de Iraanse regering deze artifacten om de bevolking hieraan te herinneren.

Nu is het niet dat ik me zorgen maak maar ik ben wel benieuwd wat ik in de woestijnstad Tabas zal treffen,na een ganse dag in een kurkdroog landschap,
maar als ik een heuvel overrijd kan ik mijn ogen nauwelijks geloven , in de verte zie ik een groene oase met wuivende palbomen waar hoge minaretten boven uitsteken.
naarmate ik dichter kom word het enkel maar mooier en ik rijd tot voor het grote moskee complex en vraag achter een campeer plaats voor de nacht,
dit mag gewoon in de tuinen van het heiligdom en ik plaats mijn tentje onder één van de vele palmbomen.

Nadat ik mijn kamp heb opgesteld is het bijna tijd voor het avondgebed en ik slenter samen met de gelovigen naar het prachtige binnenplein.
De grote moskee is helemaal in mooie tegels opgetrokken en wordt omringt door een ongelooflijk park met palmbomenn en bijgebouwen.
Op elke hoek van het ommuurd terein staan hoge puntige minaretten van waarop de oproep voor het gebed weerklinkt.
Ik zet me op één van de marmeren bankjes en sla het gebeuren met veel interesse van op een afstand gade .
Mannen en vrouwen komen ut alle richtingen geslenterd en verdwijnen achter de zware gordijnen van de moskee poorten.
Het mooi onderhouden binnenplein ademt een zekere rust en sereniteit uit en ik kom volledig tot rust terijl ik luister naar het klaagzang van de Iman.
Eke keer als ik denk dat ik het mooiste meegemaakt het overtreft Iran zichzelf en deze avond is daar nogmaals een levend bewijs van.
Het bankje waar ik op zit is de ganse dag door de zon opgewarmd en voelt aan als een verwarmings- radiator en de warme woestijnlucht waait rustig over het binnenplein.
van koude voeten zal ik blijkbaar geen last hebben deze nacht.


10-09-2016 om 00:00 geschreven door Sabine


09-09-2016
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 28 Yazd


SMS
22 :25  Na een dagje zand slikken in de Iraanse woestijn, ben ik in de historische woestijnstad  Yazd aangekomen, en de waarschuwingen die ik meekreeg onderweg bleken niet overdreven te zijn, it is HOT in Yazd ;) 


Reisverhaal

...


09-09-2016 om 22:57 geschreven door Sabine




Oorspronkelijke tekst


Mogelijk gemaakt door Translate
Mogelijk gemaakt door Translate

Oorspronkelijke tekst



Inhoud blog
  • Desertlion on Australian TV
  • Uitnodiging lezing
  • Bookhouse
  • Priscilla!
  • Dag 72 : Mongolië - The last one hundred
  • Nieuwe verhalen!
  • Dag 71 : Mongolië - Arvaikheer
  • Dag 70 : Mongolië - Bayangonhor
  • Dag 69 : Mongolië - Bombogor
  • Dag 68 : Mongolië - Buutsagaan
  • Dag 67 : Mongolië - From Altay to Altay in one day
  • Dag 66 : Mongolië - Altay?
  • Dag 65 : Mongools geluk
  • Dag 64 : Mongolië (1)
  • Dag 63 : Siberië - Altay gebergte
  • Dag 62 : Siberië (2)
  • Dag 61 : Siberië - Barnaoul
  • Dag 60 : Kazachstan - Siberië
  • Dag 59: Kazachstan (2)
  • Dag 58: Kazachstan (1)
  • Dag 57 : Kirgizië (2)
  • Dag 56 : Kirgizië (1)
  • Dag 55 : Tadzjikistan - Kirgizië
  • Dag 54 : Tadzjikistan - Mughab (2)
  • Dag 53 : Tadzjikistan - Murghab (1)
  • Dag 52 : Tadzjikistan - Wachan vallei (2)
  • Dag 51 : Tadzjikistan - Wachan vallei (1)
  • Dag 50 : Tadzjikistan - Khorog
  • Dag 49 : Tadzjikistan - Afghanistan
  • Dag 48 : Tadjikistan - Duchanbe - afscheid



    Weersverwachtingen

    België

    Tajikistan (Dushanbe)


    Mongolië


    Lokale tijd Mongolië


    Geplande evenmenten


    Hoofdpunten blog desertlions4
  • Uitnodiging lezing
  • Desert Lions terug in het land na expeditie - Nieuwsblad
  • Bedankt voor de hartverwarmende reacties!
  • Een nieuw begin
  • Tranen van geluk
  • Dag 31 : Finish line in zicht!
  • Dag 30 : Fuck Murphy!!!
  • Dag 29 : Oezbekistan
  • Dag 28 : Desert Moon
  • Dag 27 : The blue door

    Hoofdpunten blog desertlions3
  • Uitnodiging lezing
  • Update Priscilla
  • Priscilla at work!
  • Powerpoint Presentatie inhuldiging Priscilla
  • Mobile Desertlions-Bookhouse

    Hoofdpunten blog desertlions2
  • Uitnodiging lezing
  • Einde missie = start nieuwe missie
  • Dr Robert Shenk.
  • Filmavond 30/4/2011
  • Film, spectaculaire foto's en een sterk verhaal!

    Hoofdpunten blog desertlions
  • Uitnodiging lezing
  • Afsluiting van het project Gambia
  • In memorium
  • Een avonturier met het hart op de juiste plaats.
  • Film & diapresentatie 28 maart 2009


    Forum / Gastenboek
    Wilt u een bericht nalaten of in contact treden met onze Leeuwen, klik dan HIER.




    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs