Inhoud blog
  • Montmille (Oise 60)
  • Cheveuges (Ardennes 08)
  • Malmy (Ardennes 08)
  • Monthermé (Ardennes 08)
  • Courville (Marne 51)
    Categorieën
  • Kastelen België (17)
  • Kastelen Frankrijk (26)
  • Middeleeuwse festivals België (1)
  • Middeleeuwse stedelijke versterkingen België (1)
  • Romaanse architectuur België : Antwerpen (0)
  • Romaanse architectuur België : Brabant-Wallon (7)
  • Romaanse architectuur België : Hainaut (6)
  • Romaanse architectuur België : Liège (1)
  • Romaanse architectuur België : Luxembourg (1)
  • Romaanse architectuur België : Namur (1)
  • Romaanse architectuur België : Oost-Vlaanderen (15)
  • Romaanse architectuur België : Vlaams-Brabant (0)
  • Romaanse architectuur België : West-Vlaanderen (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aisne 02 (18)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Allier 03 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Ardennes 08 (4)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aube 10 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Bas-Rhin 67 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Calvados 14 (8)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Eure 27 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Gers 32 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Haute-Marne 52 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Jura 39 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Landes 40 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Marne 51 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meurthe-et-Moselle 54 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meuse 55 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Moselle 57 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Nord 59 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Oise 60 (6)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Pas-de-Calais 62 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Puy-de-Dôme 63 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Saône-et-Loire 71 (9)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76 (11)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Vosges 88 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Yonne 89 (1)
  • Romaanse plattelandskerken in België (1)
  • Versterkte kerken België (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Aisne 02 (2)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Ardennes 08 (3)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Landes 40 (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Nord 59 (0)
  • Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Laatste commentaren
  • Algemene opmerkingen (John Palmer)
        op Crupet (Belg. Prov de Namur)
  • jouw reactie (Belibaste)
        op Campet-Lamolère (Landes 40)
  • Aangenaam om te lezen (Kathleen Bruyland)
        op Campet-Lamolère (Landes 40)
  • Kasteel van Franchimont (John Palmer)
        op Theux; kasteel Franchimont (Belg. Prov de Liège)
  • Zoeken in blog

    Categorieën
  • Kastelen België (17)
  • Kastelen Frankrijk (26)
  • Middeleeuwse festivals België (1)
  • Middeleeuwse stedelijke versterkingen België (1)
  • Romaanse architectuur België : Antwerpen (0)
  • Romaanse architectuur België : Brabant-Wallon (7)
  • Romaanse architectuur België : Hainaut (6)
  • Romaanse architectuur België : Liège (1)
  • Romaanse architectuur België : Luxembourg (1)
  • Romaanse architectuur België : Namur (1)
  • Romaanse architectuur België : Oost-Vlaanderen (15)
  • Romaanse architectuur België : Vlaams-Brabant (0)
  • Romaanse architectuur België : West-Vlaanderen (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aisne 02 (18)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Allier 03 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Ardennes 08 (4)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aube 10 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Bas-Rhin 67 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Calvados 14 (8)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Eure 27 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Gers 32 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Haute-Marne 52 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Jura 39 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Landes 40 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Marne 51 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meurthe-et-Moselle 54 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meuse 55 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Moselle 57 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Nord 59 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Oise 60 (6)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Pas-de-Calais 62 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Puy-de-Dôme 63 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Saône-et-Loire 71 (9)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76 (11)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Vosges 88 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Yonne 89 (1)
  • Romaanse plattelandskerken in België (1)
  • Versterkte kerken België (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Aisne 02 (2)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Ardennes 08 (3)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Landes 40 (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Nord 59 (0)
  • Romaanse kunst, middeleeuwse versterkingen

    24-11-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sainte-Marguerite-sur-Mer (Seine-Maritime 76)

    De kerk Sainte-Marguerite te Sainte-Marguerite-sur-Mer

    Beschrijving.

    Deze kerk aan zee in het Pays de Caux geniet volgens de archeologen over een sterk overschatte reputatie.  Zij heeft tal van verkeerde restauraties ondergaan in de laatste eeuw dat men niet meer weet wat er nog origineel is aan de kerk.
    Vroeger genoemd Chévremont en afhangend van de abdij van Saint-Victor-en-Caux, verheft zij zich aan een pittoreske route van Dieppe naar Fécamp.  In haar huidige staat, houdt zij een schip in met vier traveeën geflankeerd met collateralen, een niet uitstekend transept en een korte apsis in de verlenging van de hoofdbeuk.  Om terug te gaan tot de Romaanse periode moet men zich beperken tot de achterkant van de westelijke gevel, de linker verheffing van het schip en een gedeelte van de aangrenzende collaterale en tenslotte de apsis.  De rest behoort tot een modernere periode, deze van de 16de eeuw.
    De westelijke gevel is herwerkt geweest in 1827 waardoor heel weinig van de oorspronkelijke Romaanse samenstellingen, bewaard is gebleven.  De noordelijke zijde van het schip telt vandaag aan iedere travee, grote omringde boogreeksen voor met twee sluitringen in witte kalksteen, aangebracht rond 1860-1880.  De uitgeholde zaagtandfries die de binnenste cilinder versiert, is het restant van een oude samenstelling of een imitatie van "la Trinité van Caen".  Een voetring merkt de basis van de bovenste verdieping die per travee, drie boogreeksen telt, waarbij enkel deze van het midden, overeenkomt met de zeer schuin verwijde boog.  Deze boogreeksen zijn omringd met voetringen die terugvallen op de korte colonetten door de tussenkomst van kapitelen met hogels.  De pijlers zijn cilindervormig en geflankeerd met vier halve zuilen gestut door de steunpilasters; al deze kapitelen zijn herdaan geweest in de 19de eeuw.  Een gewelf in plaaster heeft de plaats ingenomen van het oorspronkelijke plafond.  De samenstellingen van de hoge verdieping draaien zich naar de keerzijde van de gevel, die bezet is door vijf boogreeksen waarbij enkel deze van het midden geopend is.  Deze trekking zou nog origineel moeten zijn.
    Ondanks zijn buitenste, sterk gedrongen aspect is de apsis opnieuw verhoogd geweest in 1827.  Zij is strak gemaakt door drie vlakke steunberen toegevoegd met hoge colonetten zoals te Boscherville aan de muren van het schip.  Zij was oorspronkelijk doorbroken met sterk vernauwde vensters.  Bovenaan de niet versierde steunmuur met een band met dubbel schuin afgewerkte delen, varieert het decor volgens de wanden.  In het zuiden zijn drie boogreeksen, deze van het midden meer verheven zoals bij de hoge gedeelten van het schip.  In het oosten en het noorden zijn het meer ruwe boogreeksen met scherpe hoeken die elkaar kruisen om de gebroken bogen te doen uitkomen, zoals bij de klokkentoren van Avremesnil, in de onmiddellijke omgeving.  De dakgoot van het dak is in kwadrant.  In het koor vindt men eveneens het enige Romaanse altaar opzoeken, daterende van het einde van de 12de eeuw, dat in het Pays de Caux is bewaard gebleven.  Het is een rechthoekige, beschilderde tafel, naar voor ondersteund door vijf halve colonetten met kapitelen, versierd met lofwerk en gebladerte.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Thierry Leprévost in L'Epopée des Ducs de Pierre: Editions Charles Orlet, Condé-sur-Noireau 1988
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.


     



     



     



     



     



     



     



     

    24-11-2014 om 01:07 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    18-11-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Fécamp (Seine-Maritime 76)
    De kathedraal van Fécamp

    Beschrijving.

    Tijdens de Preromaanse periode als tijdens de Romaanse telde Fécamp temidden van de monastieke heiligdommen de meest omvangrijke en invloedrijke van Normandië maar er bestaan enkel nog een paar funderingen en twee kapellen die zich openen op het deambulatorium, links van de as.  Bijna niets is gekend van het monasterium voor vrouwen, gesticht onder de heilige Vaning, in de 7de eeuw. 
    Van de heel grote kerk van kanunniken, spoedig abdijkerk genoemd, gebouwd rond 990 onder Richard I, rest niets anders dan de grondmuur van zijn apsis, in 1927 teruggevonden.  Zij zou gebouwd zijn in tufsteen, voorzien van torens, versierd met beschilderingen en gedeeltelijk overwelfd.  Het werd een gebouw van de eerste orde, dankzij de constante instroom van hertogelijke giften.  Deze traditie zette zich later verder door in de laatste jaren van de 11de eeuw, door abt Guillaume la Roche, aartsdiaken van Bayeux en monnik te Caen.  Beginnende met het koor, werd de kerk herbouwd en waarschijnlijk ingewijd op 15 juni 1099.  Een brand in 1168 verwoestte haar echter voor het grootste gedeelte.
    De abdijkerk onder Guillaume la Roche, hield een travee van het koor in met twee aangrenzende kapellen.  De eerste vormt een rechte travee met kruisgewelven en een absidiool verlicht door drie grote bogen afgebakend met voetringen.  De twee is van het rechthoekige plan met kruisgewelven.  De restanten voldoen ons om een grote indruk te krijgen van het monument. 
    Het beeldhouwwerk, zoals steeds tijdens deze periode, is totaal ondergeschikt aan de architectuur.  Ze verlaagt zich tot een decor, ongeveer puur grafisch van de kapitelen, krullen, verguld gebladerte waarschijnlijk geïnspireerd door de manuscripten van de Engelse school van Winchester met getrokken dieren van het oosterse bestiarium.
    Aan de buitenzijde zijn de muren van de absidiool strak gemaakt door de steunberen, door de paarsgewijze zuiltjes stijgend met één enkele geestdrift van de sokkel tot de dakgoot. 
    De interesse van deze overblijfselen is ons behouden door het intacte fragment van een Normandisch Romaans kooreinde met deambulatorium van een heel ongewoon plan.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Thierry Leprévost in L'Epopée des Ducs de Pierre: Editions Charles Orlet, Condé-sur-Noireau 1988
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.


     



     



     



     



     



     



     



     



     



     

    18-11-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Ecrainville (Seine-Maritime 76)

    De kerk Saint-Denis te Ecrainville

    Beschrijving.

    De kerk van Ecrainville genoemd naar de heilige Denis en vroeger afhangende van de plaatselijke heer, heeft een grote interesse.  Het resterende Romaanse gedeelte bestaat uit een schip met zes traveeën met collateralen waarvan enkel de noordelijke zijde, zijn aspect van het begin van de 12de eeuw heeft behouden.  De grote bogen, in rondvorm, met dubbele gordingen vallen terug op de dikke ronde pijlers, in klein metselverband door de tussenkomst van de kapitelen met lofwerk of met eierversiering welke voor een groot deel afkomstig schijnt te zijn van de herstelling van de 19de eeuw.
    Het westelijke portaal opent zich tussen twee vlakke steunberen.  Zijn binnenste boogronding is versierd met gebroken platen en het binnenste is gemoluurd met hollijsten en met voetringen.  Aan de andere zijde van de gevel rusten deze booglijsten op twee zuiltjes voorzien van kapitelen met eierlijsten.  De hoge gedeelten van de westelijke puntgevel zijn herdaan geweest.  Het transept dateert van de 16de eeuw en de apsis van 1780.  In zijn oorspronkelijke staat had Ecrainville opvallende overeenkomsten met Manéglise.
    De Romaanse toren verheft zich op de kruising van het transept.  Hij is vierkant, massief en op iedere zijde doorbroken met een paarsgewijze boog in rondvorm met een dunne dakgoot met kleine modillons.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Thierry Leprévost in L'Epopée des Ducs de Pierre: Editions Charles Orlet, Condé-sur-Noireau 1988
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.


     



     



     



     



     



     



     



     

    18-11-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    26-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Virville (Seine-Maritime 76)

    De kerk Saint-Aubin te Virville

    Beschrijving.

    Dit bescheiden dorp bewaart één van de meest interessante kerken in Le Pays de Caux, niet enkel om het dorp maar omdat de kerk praktisch intact is gebleven.  In de periode van haar oprichting had Virville een heel machtige, lokale heer die de bouw van de kerk mogelijk maakte. Enkel buiten de oostelijke gevel, daterende van  de 17de eeuw, en een ongelegen toevoeging van de sacristie in 1872, is de kerk nog volledig Romaans.
    Zij houdt een schip in met drie traveeën zonder collateralen, een koor met twee rechte oneven traveeën waarvan de eerste de klokkentoren draagt, en een apsis.  Het geheel is echter gedomineerd door de imponerende klokkentoren welke zich inschrijft tussen het koor en het schip.
    Het schip is in klein metselverband met een lengte van 13m20 en is gesteund door platte steunberen en doorbroken met moderne vensters.  Enkel een klein venster, hoog geplaatst in de noordelijke muur is nog Romaans.
    De oostelijke travee van het koor heeft een venster die de afmetingen herhaald van deze van  de toren.  De apsis in turfsteen en goed ingesneden, wordt strak gemaakt door de twee steunberen.  In de as bezit zij één enkele opening.
    De centrale toren van om en bij de 7 meter aan iedere zijde is getrapt, compact en weinig geventileerd, uitgezonderd de hoogste verdieping.  Voorzien van platte hoeksteunberen die dunner worden aan de middenhoogte, is zij voor het grootste gedeelte opgericht in steengruis en verloren gegaan in een grote hoeveelheid mortel.  Het metselverband bootst steeds het opus spicatum na, uitgezonderd is zij in de westelijke muur met maatstenen.  De zuidelijke verheffing houdt aan het gelijkvloers een dichtgemetselde deur in, vervolgens op het niveau dat twee uitstekende banden scheidt, versiert met staafvormige kanteelversiering, opent zich één enkele boog met twee niet gemoluurde boogringen.  Het gehele middengedeelte is naakt, uitgezonderd het kleine schietgat.  Gans boven beëindigt de toren zich door een merkwaardig verzorgd niveau.  Gebouwd in steenmetselverband draagt hij hetzelfde decor aan de vier zijden.  De uiteinden zijn met blinde, lage bogen waarbij de gemoluurde boogring terugvalt op de korte, half in de muur gemetselde zuilen.  In het midden omkaderen twee hoge rondbogen, de paarsgewijze bogen.  De kapitelen van de centrale zuil hebben zeer uitstekende hoekkrullen en de zuilenparen welke de bogen ontvangen zijn verenigd door merkwaardige, vlakke gepunte hoofden.  Een dakgoot met modillons ondersteunt de spits met afdak.  Aan de noordelijke zijde is de toren geflankeerd met een traptoren, gewijzigd in de 19de eeuw.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Thierry Leprévost in L'Epopée des Ducs de Pierre: Editions Charles Orlet, Condé-sur-Noireau 1988
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.

     


     













    26-10-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    25-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Aizier (Seine-Maritime 76)
    De kerk Saint-Pierre te Aizier

    Beschrijving.

    De parochiale kerk Saint-Pierre van Aizier bevindt zich in een charmante site, aan de oever van de Seine, aan de rand van het woud van Brotonne.  Reeds in 1006 had hertog Richard II een gift geschonken aan de abdij van Fécamp.  Het is heelzeker via hem dat we nu de kerk terugvinden met een koor en zijn toren, met kleine afmetingen met een grote strengheid maar van buitengewone kwaliteit.  Men schrijft de kerk toe aan het laatste kwart van de 11de eeuw.
    Het kooreinde is halfrond, zonder enig ander decor, en is verstrakt met twee vlakke steunberen en doorbroken van drie niet gemoluurde, weidse bogen.  Hij is overwelfd in halfkoepel.  De toren die zich verheft op de rechte travee van het koor is van een licht, onregelmatig plan.  Zijn verheffing houdt vijf verdiepingen in, en is lichtjes terugvallend de één op de andere verdieping.  De dunne banden onderlijnen de uitersten.  De binnenste drie niveaus zijn licht verstrakt aan de hoeken door de vlakke steunberen.  Iedere verdieping is wat meer doorbroken, en ietsje meer versierd dan deze welke het voorafgaat; wat een indruk wekt van een meer verticale bezieling.  Aizier staat in verband met dezelfde lijn van klokkentorens zoals de torens van Saint-Etienne te Caen.  Het laatste niveau, bovenop de twee rechte niet gemoluurde bogen, stelt een reeks van staafvormige kanteelversiering voor die aan de hoekverbinding, een mijterboog aftekent.  De toren is getooid met een piramide in steen met terassen waarvan de dakgoot is ondersteund door grote modillons.  Een met stralenkrans omgeven kruis tooit het geheel.  Aan de buitenzijde hebben de pijlers die ze ondersteunen geen kapitelen maar eenvoudige schuinafgewerkte imposten.
    Aan het Romaanse koor verbindt zich een schip van de 16de eeuw, enkel de noordelijke muur is nog gedeeltelijk Romaans.  Zij werd in 1695 verkort en in de 19de eeuw ontdaan van haar zuidelijke zijbeuk. 

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Thierry Leprévost in L'Epopée des Ducs de Pierre: Editions Charles Orlet, Condé-sur-Noireau 1988
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.








    25-10-2014 om 00:40 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    24-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Sainville (Seine-Maritime 76)
    De kerk Saint-Maclou te Sainville

    Beschrijving.

    Bij de kerk Saint-Maclou te Sainville is een gedeelte nog steeds Romaans.  Kompleet moest ze één van de meest interessante kerken geweest zijn van het Pays de Caux.  Het schip met zijn drie traveeën en het grootste gedeelte van het transept dateert van de Romaanse periode, de rest is herdaan geweest in de 16de en 17de eeuw.
    Van de westelijke gevel bestaat enkel het portaal dat in hergebruik nog enkele gebeeldhouwde Romaanse elementen bezit van het oude gebouw.  Het portaal, voorafgegaan door een modern gebouw, is gemoluurd met twee rijen van gebroken staven en met een kabel welke naar beneden loopt tot aan de grond in de lengte van de steunmuur.  Vreemd maar niet uitzonderlijk in Normandië.  Men vindt dit eveneens terug te Quilleboeuf, te Serquigny, nabij Bernay,  aan de collegiale van Mortain en aan de abdij van Savigny.  Het schip dat nooit overwelfd geweest is, is in de 19de eeuw herdaan met witkalk.  Zijn verheffing is op twee niveaus.  Laag met de grote bogen in rondvorm met dubbele gording, niet gemoluurd en rustend op de kruisvormige pijlers.  Hierboven met een voetring zijn de hoge vensters verstoken van iedere versiering.  Een halfzuil, aan iedere pijler aanpalend, naar het schip toe, stijgt van de grond tot en met het begin van het dak.  De andere halfzuilen, waarvan de eerste cilinder de bogen ontvangen, zijn voor het merendeel besneden aan hun onderste gedeelte.  De kapitelen, beplakt met muurkalk, hebben gebladerte, eierlijsten, vogels, voorgestelde dieren of maskers. 
    Het Romaanse transept is enkel goed bewaard aan de rechter zijde.  Het transept opende zich op de oostelijke kapellen door zijn versierde bogen met gebroken streepjes, en op de collateralen door een gebroken boog van gekanaliseerde fretten.
    De buitenzijde heeft zijn Romaans aspect niet bewaard, enkel nog aan de zuidelijke kruising waar zich een mooie dakgoot bevindt met modillons en een poort in een boog ingeschreven met dubbele cirkels, versierd met bezanten, gebroken streepjes en parels.  Verschillende hergebruikte Romaanse gedeelten bemerken we in een muur van een recentere periode.  Men kan voor de Romaanse gedeelten een datum veronderstellen van het eerste kwart van de 12de eeuw.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.














    24-10-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Duclair (Seine-Maritime 76)
    De kerk Saint-Denis te Duclair

    Beschrijving.

    De kerk Saint-Denis te Duclair, houdt heel oude elementen in.  Duclair werd de zetel van een monasterium tijdens de Merovingische periode welke zijn autonomie behield ten voordele van de naburige abdij van Jumièges.  Het is dit wat de aanwezigheid verklaart van vijf zuilen in marmer en twee kapitelen uit de 7de eeuw, in hergebruik teruggevonden in het huidige gebouw.  Na de Normandische invallen werd de kerk gerestaureerd maar niet de abdij.  Reeds in de periode onder hertog Guillaume-Longue Epée werd zij verkocht aan de monniken van Jumièges.
    Aan de buitenzijde schijnt de kerk Gotisch te zijn, van de 14de, 15de en 16de eeuw.  De collateralen en koor met vlak kooreinde schijnen tot deze periode te behoren.  Maar het schip en de klokkentoren zijn nog Romaans.  Het schip telt twee traveeën, behorende tot de 11de eeuw.  Het schip staat in verbinding met de  collateralen door de grote rondbogen met niet gemoluurde, eenvoudige cilinders die terugvallen op half aan de muur geplaatste zuilen met rechthoekige pijlers.  De kapitelen zijn bijna allemaal herdaan geweest maar vier halfzuilen zijn van een antiek hergebruik.  Rechts zijn ze opeenvolgend met grijze, groene en rode marmer en aan de rechterzijde vindt men er één terug in roze marmer.  De uitstekende, hoge vensters zijn onregelmatig doorbroken.
    De basis van de massieve klokkentoren rust op vier solide rondbogen met dubbele cilinders.  Twee onder hen zijn gemoluurd met gekerfde fretten en met gebroken stokken ten westen, en met voetringen ten oosten.  Aan de noordelijke pijler ontvangt de halfzuil de gordingen in roze marmer.  Zij is getooid met een heel mooi Merovingisch kapiteel in grijze marmer van de ateliers uit de Pyrenéen.  Zij hebben een hoogte van 45 cm en zijn geïnspireerd op een courant model van het Late Keizerrijk.  Aan de noordelijke pijler bevindt zich het restant van een kapiteel van hetzelfde type.  De andere kapitelen zijn Romaans, voor het grootste gedeelte met eierlijsten en behoren zonder twijfel tot het tweede kwart van de 11de eeuw.  Deze travee onder de toren is overwelfd met ribben.  De klokkentoren, uit de 12de eeuw, is voor een groot gedeelte verborgen door de daken. Zijn stronk is doorbroken met twee paarsgewijze bogen op iedere zijde.  De spits dateert van de 16de eeuw.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.














    24-10-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    23-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Saint-Vigor d'Imonville (Seine-Maritieme 76)
    De kerk Saint-Vigor te Imonville

    Beschrijving.

    Deze bescheiden Romaanse kerk te Imonville houdt Romaanse gedeelten in van een hoge kwaliteit die perfect naar gelijkwaarde kunnen geschat worden met de naburige kerk van Saint-Jean d'Abbetot.  Zijn primitief plan, met zijn collateralen, een transept en drie apsissen in het oosten, duidt op een ambitieus programma en bescherming gegeven door de abdij van Valmont.
    De voorgevel die nog enkele Romaanse delen bezat, is na een restauratiecampagne ingestort.  Het schip behoort tot het begin van de 16de eeuw.  Maar het transept en het koor, vooral aan de buitenzijde, zijn totaal Romaans met een voortreffelijke stijl van het einde van de 11de eeuw.  De zijbeuken hebben hoge, vlakke steunberen aan de hoeken en de dakgoten zijn met modillons versiert.  Tussen het transept en het koor openen zich oostelijke kapellen waarvan de afscheidingen bemerkt.  Het koor stelt zich samen met een korte, rechte travee, met dezelfde verheffing als de kruisbeuken, en met een lagere apsis, strak gemaakt door de steunberen.  Deze in de as, zoals te Yainville, is doorbroken met een venster maar nu dichtgemaakt. De grote bogen in zwak reliëf, omkaderen de vensters zoals te Saint-Jean d'Abbetot, welke hier niet gemoluurd zijn en de bogen zijn opnieuw herdaan geweest. 
    Het dak rust op een dakgoot met modillons gebeeldhouwd met dammotieven.  Uitgezonderd een vak in de muur, ter hoogte van de oostelijke muur van de noordelijke kruising; in opus spicatum, is het metselwerk van een opvallende kwaliteit. Aan de centrale toren schijnt enkel de hoge partij oud te zijn.
    Aan de binnenzijde vindt men Romaanse delen aan de kruising van het transept.  De linkse kruisbeuk houdt aan de eerste verdieping, een interessant decor in.  Op iedere zijde komen drie rondbogen uit waarvan er twee naakt zijn en vallen terug op de kapitelen met korte hoekkrullen.  De kapitelen van de kruising stellen een bijzonderheid voor.  De ene heeft een kapiteellichaam totaal overdekt met dammotieven, de andere is bezaaid met fijne gaten aan de trepaan.  De rechter kruisbeuk en de apsis zijn in de 19de eeuw ontdaan geweest van hun Romaanse karakter door een ruwe bepleistering.

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Thierry Leprévost in L'Epopée des Ducs de Pierre: Editions Charles Orlet, Condé-sur-Noireau 1988
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.























    23-10-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    22-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Saint-Jean d'Abbetot (Seine-Maritieme 76)

    De kerk Saint-Jean te Saint-Jean d'Abbetot

    Geschiedenis.

    De gemeente La Cerlangue, nabij de noordelijke oversteek van de Seine, met de brug van Tancarville, heeft in 1824, de oude parochie van Saint-Jean d'Abbetot ingelijfd, welke door wat geluk zijn ganse kerk heeft bewaard.  Het scheelde echter weinig in 1835 toen de gemeenteraad de kerk wou verkopen, om het verblijf van de toenmalige onderwijzer te financieren. 
    De abt Cochet, een beschermengel van oudheden in Normandië, redde de kerk van de ondergang en verkreeg zelfs in 1840 de classificatie van het koor en het schip. Dit bracht echter een nieuw gevaar met zich mee, de radicale herstellingen.  De beschilderingen leden hieronder in 1855 toen Anatole Dauvergne, alhoewel goed bedoeld, steeds overdreef om wat hij zag te gaan verheffen in zijn restauraties.
    De kerk verheft zich in het midden van een omgeving met aangeplante glooiingen van grote beukenbomen waar zich de gebouwen van een boerderij verheffen; nabij een sterke helling die uitkomt op de trechtermonding van de Seine.  Het dorp draagt een puur Deense naam, de boerderij van Abbi, en was in de 11de eeuw de hoofdplaats geweest van een herenfamilie, die vazal waren van de baronnen van Tancarville, die eveneens een belangrijke rol speelden bij de verovering van Engeland in 1066.  Het was precies Raoul de Tancarville, kamerheer van de hertog van Normandie, Willem de Veroveraar, die tussen 1050 en 1060 een gift deed met Abbetot aan de kanunniken van Boscherville.  Het was de dubbele bescherming van de heren van Tancarville en de abdij van Boscherville die het mogelijk maakte, om de hedendaagse kerk haar voorkomen te geven.
    Nochtans is het niet de kerk van de 11de eeuw die de architecten in het laatste kwart van de 11de eeuw, ontworpen.  Het schip met drie geplafonneerde beuken is totaal gereconstrueerd in de 16de en de 18de eeuw.  Het ontbreekt ons aan het Romaanse transept dat vermoedelijk in verschillende delen was opgericht.  Peilingen gedaan door M.G. Priem, hebben sporen teruggevonden van de zuidelijke kruisbeuk en van de absidiool die er zich in opende.  Dit in een soort enkelvoudig plan, identiek aan deze van de naburige kerk van Saint-Vigor d'Imonville.  De Romaanse gedeelten waarvan de kerk nog beschikt is de kruising van het transept, het koor, de apsis en de crypte.

    Beschrijving.

    De kruising heeft enkel drie op vier van zijn Romaanse pijlers behouden.  Deze van het noordwesten is ruimschoots hernomen in de 16de eeuw, op het moment toen men de traptoren aanbouwde.  Er resten nog vier mooie rondbogen, met dubbele cilinders en met scherpe bogen en een verheffing die de centrale toren ondersteunt.  Zij vallen terug op de hoge half in de muur gemetselde zuilen met verschillende versierde kapitelen.  Deze van de boog die zich opent op de rechter kruising behoren tot dezelfde serie dan deze van Saint-Etienne te Caen, wat toelaat deze te dateren van rond 1070.  Hun kapitelen dragen enkel een kubische kraagsteen en aan de hoeken gestileerde vegetarische krullen.  Anderen hebben een dubbele kraag met bladeren en teruggebracht op een eenvoudige uitdrukking.  Enkel het kapiteel rechts van de ingang van het koor stelt een interessante scène voor.  Op de kraagsteen onderscheidt men een gezeten Christus voor, omgeven door een stralenkrans, op een troon en biddend, met een slecht geklede uitvoering en heel vlak reliëf.  De kruising heeft in de 16de eeuw een gewelf ontvangen dat het licht onderschept welk te midden van de lantaarntoren valt.  Merkwaardig genoeg heeft men de bogen die zich openden op de kruisbeuken dichtgestopt en in het zuiden de elementen van een Romaans vensterkijkgat, hergebruikt met een monoliet linteel.  Deze zijn heel goed zichtbaar aan de buitenzijde. 
    Het koor telt een rechte, hoge travee en een meer diepe halfronde apsis.  Al de gewelven aan de kruisribben en in de halfkoepel, zijn hernomen geweest en herdaan in 1838 met een ruw metselwerk.  Het grootste gedeelte van de zijmuren draagt een decor geplakt met blinde bogen, uitzonderlijk uitgerokken in de verticale zin.  De zuilen die ze ondersteunen zijn versierd met gele en rode spiralen om de illusie van de bovenste zuilen weer te geven.  Tussen de kruising en het begin van deze bogen openen zich aan weerszijden deuren onder monoliete kapitelen, nabootsend een timpaan.  Deze in het noorden zijn dichtgemetseld.  De boog die uitgeeft op de apsis is versierd met twee rijen van uitgeholde sterren.
    Het verticale effect heel zichtbaar aan de rechte travee van het koor, zet zich verder in de apsis, waarvan de binnenste samenstelling op twee niveaus is.  Een lage fries zet zich verder met blinde bogen, gegroepeerd in paren, die de pijlers verdelen en rusten op de gedrongen zuilen met kapitelen versierd met krullen.  Een afgekante reeks scheidt hen met een middenregister doorbroken met drie grote rondbogen omringd met voetringen.  Vervolgens is het een gewelf in halfkoepel onteerd door het verschrikkelijke knoeiwerk daterend van de herstelling van 1838.  Deze hebben de plaats ingenomen van de Middeleeuwse fresco's voorstellende Christus in majesteit en de symbolen van de Evangelisten.
    De kruising, het koor en de apsis dragen een meer verwarrend geschilderd decor.  De slecht opgekuisde Gotische fresco's met een Laatste Oordeel aan de kruising, en de apostelen aan de rechte travee van het koor, staan naast zwakke hernemingen van een Romaans decor zoals de spiralen aan de zuilen, voor het grootste gedeelte gedaan door de restaurateurs van 1855, A. Dauvergne en zijn assistent Angelo de Zago.  Hierbij kunnen we nog de schade aan toevoegen teweeggebracht door de vochtigheid die een groot gedeelte van de muur heeft aangetast.
    Onder dit oostelijke gedeelte van de kerk, ligt een crypte.  In zijn laatste staat, voor de Revolutie, was zij toegewijd aan Saint-Martin en diende als begraafplaats voor de vooraanstaande families van het dorp.  Niets in zijn architectuur verwijst echter naar een begraafbestemming.  Deze crypte, geïnspireerd op de deze van de Romaanse kathedraal van Rouen, houdt een Noord-Zuid toegang in, onder een tongewelf, vanwaar men langs de zuidelijke zijde naar beneden gaat langs het oude kerkhof.  De oude toegang liep langs de laatste travee van het schip in het zuiden.  De crypte zelf bestaat uit twee traveeën overwelfd met kruisribben en een kooreinde in halfrond overwelfd in halfkoepel.  De hoofdbeuk heeft een venster per travee aan de zuidelijke zijde en de apsis drie kleine vensters.  Het schip en de apsis hebben eveneens een geschilderd decor ontvangen in de 14de, 15de en 16de eeuw.  Men denkt hierbij aan scènes uit het leven van Saint-Nicolas, Saint-Gilles en Saint-Martin.  Aan de apsis is een biddende Christus omgeven met symbolen van de Evangelisten.  Men kan veronderstellen dat de afwisseling van de kleuren met de boog die de eerste en tweede travee scheidt, beantwoorden aan een oude bestemming.
    De buitenzijde van de kerk verschaft aan de bezoeker een meer bevredigende indruk dan aan de binnenzijde.  Ongeveer al de Romaanse gedeelten zijn in een goed metselverband van kalksteen.  De oostelijke puntgevel van het koor, bovenop de apsis, heeft zelfs een decoratief metselverband.  Bovenop enkele rijen van opus spicatum, is het fronton totaal opgericht in een vervlochten metselverband.  De apsis, in het noordoosten, heeft een merkwaardig zicht; omwille van de crypte, schijnt ze ongebruikelijk hoog.  De vlakke steunberen verdelen het in drie delen.  In elk is een hoge decoratieve rondboog ingeschreven.  Deze rondboog die de vensters omkaderen zijn fijn gemoluurd en omringd met staafvormige kanteelversiering.  Als de voetmuur die naar boven gaat met de vensters van de crypte tot de steunmuur van de hoofdbogen die een cordon onderlijnen, geeft het geheel toch een indruk van elegantie.  Een dakgoot met modillons loopt onder het dak.
    Het oorspronkelijke gebouw, volledig met koor en transept, moest van een indrukwekkende kwaliteit zijn voor een nog kleine parochie.  Dit is hetzelfde voorkomen, in raadselachtige termen, met de kerk in de onmiddellijke nabijheid van Saint-Vigor d'Immonville.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.





















    22-10-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    20-10-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Yainville (Seine-Maritieme 76)
    De kerk Saint-André te Yainville

    Beschrijving.

    Toegewijd aan Saint-André heeft de kerk te Yainville steeds deel uitgemaakt van het domein van de monniken van Jumièges, reeds van bij het begin met de invasies van de Noormannen en daarna in de 10de eeuw onder Guillaume Longue-Epeé met de eerste ondernemingen tot herstel van de kerk om haar oorspronkelijke staat terug te geven.  Het is aan dit personage te danken dat de kerk haar uitstraling behield.
    Zijn huidige staat is nog ongeveer hetzelfde als zij was in de 11de eeuw, enkel de westelijke gevel werd tijdens de 16de eeuw hernomen alsook de noordelijke zijdeur.  Het niet overwelfde schip heeft Romaanse muren zonder versiering.  In het noorden ziet men er nog sporen van zijn rechte vensterkijkgaten.  Een brede travee tussen het schip en het koor ondersteund een massieve vierkante toren die naar zijn gedrongen schaal, de architecturale gedeelten weergeeft van de abdij Notre-Dame te Jumièges.  Een hoge enkelvoudige onderbouw, verstrakt door de hoek met steunberen en doorbroken door een boog waarvan de herneming van de 16de eeuw dateert.  De onderste verdieping van bogen is aan de scherpe hoeken aangezet.  De bovenste verdieping waarvan iedere zijde een rondboog draagt, is omkaderd door twee paarsgewijze rechte bogen, gescheiden door een zuiltje (ineengestrengeld in het noorden, verenigd in het zuiden).  Een dakgoot met modillons bevindt zich onder een hoog ruw afgewerkt dak. 
    Deze toren is geopend op het schip en de apsis door de grote rondbogen met scherpe hoeken met eenvoudige cilinders.  Deze rusten op de rechthoekige pijlers door de overgang van eenvoudige afgekante imposten.
    De halfronde apsis is overwelfd in halfkoepel en is vevolgens kort en eenvoudig van opzet maar stelt toch een merkwaardige bijzonderheid voor.  In zijn as is namelijk een platte dunne steunbeer, doorbroken door een recht  venster.  Het is een heel vreemd deel maar niet uitzonderlijk.  Men vindt dit van dezelfde periode terug in verschillende Romaanse kerken in Normandië; te Fiquefleur, te Ecajeul, te Rucqueville, en met een heel bredere boog te Saint-Vigor d'Immonville.  Zoals aan de noordelijke collaterale van Saint-Valentin te Jumièges, zijn de drie bogen van de apsis, van een perfecte normale vorm aan de buitenzijde, vierkantig aan de binnenzijde zonder dat er een verandering.  Men bemerkt van de vorige eeuw nog een geschilderd decor, met vals metselwerk en met bloemstukken, op de insprong van het middelste venster.
    Het geheel is van een aantrekkelijke eenvoud en verdient heelzeker een bezoek.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.
















    20-10-2014 om 00:04 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (2 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76
    10-09-2014
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Manéglise (Seine-Maritieme)
    De kerk Saint-Germain te Manéglise

    Geschiedenis.

    Aan de rand van een vallei, welke langzaam afdaalt naar het dal van de Lézarde en Montivilliers, bevindt zich het kleine dorpje Manéglise.  Dit was een Cluniaanse priorij van Sainte-Foy van Longueville die er sedert de 12de eeuw de priester benoemde.  De parochie Saint-Germain moet van een heel vroege datum zijn zoals dit getuigt met een vermelding van Manéglise - Manni Ecclesia -, de kerk van Manni, de naam van een Scandinavische persoon, of van Magna Ecclesia, de grote kerk.  Dit toponiem veronderstelt het bestaan van een kerk van een heel vroege datum.  Het gebouw van de 11de, 12de eeuw dat ze zich nu bevindt zou de plaats ingenomen hebben van een meer ouder kerkgebouw.  De kerk is gehuisvest als een eminente plaats tussen andere Romaanse constructies van het Pays de Caux.
    Het historische monument werd in 1885 geklasseerd.

    Beschrijving.

    Het plan van Manéglise is heel eenvoudig.  Het vervoegt een schip met een zekere wijdte, een schip als hoofdbeuk, met vijf traveeën en brede collateralen, een relatief klein koor zonder zijbeuken bestaande uit twee traveeën en voorzien van een vlakke koorafsluiting.  Het is mogelijk dat het koor ouder is als het schip.  De mogelijkheid bestaat dat na de aankoop van de kerk door de monniken van Longueville, men het project heeft gewijzigd in de loop van de constructie.  Het Romaanse plan heeft één enkele belangrijke verandering ondergaan in 1553 waarbij ten zuiden van het koor, een zijkapel werd verdubbeld.  De muur van de rechtse collaterale is in de 17de eeuw heropgebouwd geweest met een metselverband van baksteen en met zeer karakteristieke stenen.  De grote bogen zijn heropend geweest maar men heeft de modillons van de Romaanse goot behouden.  Andere veranderingen zijn van beperkter mate met een doorbreking van de vensters van de 15de tot de 18de eeuw, eveneens een slecht ontworpen plafond welke de gootmuren heeft onttopt en veranderingen aan de daken welke de hoge vensters van het schip hebben verstopt. 
    De westelijke gevel die uitkijkt op de vallei heeft een mooie samenstelling.  Men leest er de interne structuur van het gebouw van af.  De voorgevel van de collateralen is naakt, in maatstenen wel heel verzorgd en is omkaderd door vlakke steunberen met een verdeling in twee niveaus. 
    Op de gelijkvloerse verdieping telt een groot portaal met lichtjes gebroken rondbogen, drie gordelbogen waarvan er enkel twee zijn gemoluurd.  Men was van links begonnen om de laatste uitgeholde sterren te versieren maar het werk moet spoedig opgegeven zijn.  Hij is omgeven door een lid van staafvormige kanteelversiering.  De externe boogrondingen vallen terug op kapitelen met eierlijsten rechts, met lofwerk links.
    De eerste verdieping is doorbroken met twee paarsgewijze bogen in rondvorm met een dubbele cilinder waarvan er één gemoluurd is.  Zoals het nogal eens dikwijls voorkomt, is de driehoekige puntgevel welke op de gevel staat dunner dan de rest van de muur.  Dit gegeven, de samenstelling van het geheel alsook de details, duidt aan dat dit van het einde van de 12de eeuw moet zijn.
    De totale lengte van de binnenzijde is 27 meter.  Het schip is het meest originele en meest versierde deel van de kerk.  Het is verwant, maar meer op een rustiek niveau, met de kerk van Sainte-Marguerite-sur-Mer.  In beide gevallen stelde men zich niet tevreden om de hoge vensters op te nemen in een doorlopende fries van bogen maar men verlengt deze aan de achterkant van de westelijke gevel.  Vijf grote rondbogen terugvallend op de cilindrische pijlers stellen het schip en de collateralen in verbinding.  De arcaden zelf zijn met scherpe hoeken maar hun externe cilinder is gemoluurd met een voetring en met een dunne hollijst.  De brede en lage kapitelen dragen voor het merendeel eierlijsten, enkelen met lofwerk en nog andere met geometrische motieven.  Enkel twee geven figuren weer.  De eerste rechts toont een "Agnus Dei" en een vogel met ontvouwen vleugels tov een leeuw met een rechtstaande kop.  Het merendeel van de kapiteellichamen die niet naar de richting van het schip staan, zijn eenvoudigweg gebeeldhouwd met eierlijsten.  De laatste links voor het koor heeft twee tegenover elkaar gestelde leeuwen.  De twee pijlers die het meest westelijk staan, hebben basissen met klauwen.  Alhoewel alle kapitelen zeker niet van dezelfde periode zijn, is het moeilijk deze te situeren voor 1120-1130.
    Bovenaan deze bogen overheerst een triforium.  Deze was vroeger aan zijn basis begrensd door een schuin afgekante kordonlijst.  Hij is versierd met een fries van bepleisterde bogen van drie per travee, deze in het midden is omkaderd met een niet gemoluurd, recht venster.  Jammer genoeg verbergt het plafond met planken het bovenste gedeelte van de bogen en de opspanning van de daken van de collateralen verhinderen dat de vensters licht doorlaten.  Enkele van de zuiltjes die deze bogen dragen zijn voorzien van groeven in spiralen of strepen.  De weinig duidelijk waarneembare kapitelen zijn versierd met lofwerk, met eierlijsten of met gebladerte.
    De muren zich verheffend op de grote bogen waren vroeger verdeeld in zeer zuivere traveeën aan de kant van het schip door dunne half in de muur gemetselde zuilen waarvan men de restanten bemerkt.  Men heeft geen idee waarom men deze heeft weggehaald.  Aan de buitenzijde, naar de collateralen toe, zijn ze effen gemaakt door de dikke vlakke steunberen.
    Een rechte travee staat in verbinding met de basis van de centrale toren.  Deze travee heeft in de 14de of 15de eeuw een Gotische overwelving gekregen.  De voorzijde van de twee overlangse gordingen dragen een decor van een met kantelen voorziene meanderfries.  De kubische kapitelen zijn van een meer archaïsch aspect.
    Het koor is gevormd met een onregelmatig lange travee, overwelfd met eenvoudige kruisribben.  De muren schijnen ouder te zijn dan de overwelving.  De boog die toegang heeft tot het koor valt terug op de kapitelen versierd met schilfers, onbetwistbaar verwant met de kapitelen met eierlijsten welke de ribben ontvangen.  De ribben zelf, die elkaar snijden, hebben een karakteristiek profiel van het einde van de 12de eeuw.  Zij zijn gevormd, zoals bij de kapittelzaal van Jumièges, met twee voetringen omsluitend een rechte boog.  Men vermoedt dat de structuur van de muur teruggaat tot het uiterste einde van de 11de eeuw.
    De buitenzijde, de voorgevel en de apart gezette torens, bieden weinig belang.  De modillons zijn van een zekere alledaagsheid en aan de noordelijke muur van het koor, is er een dichtgemetselde muur met een monoliet linteel. 
    De centrale toren is vierkant en getrapt.  Men een blinde onderbouw in klein metselverband van silex heeft hij een versierde verdieping op iedere zijde met vijf bogen.  Twee van hen omkaderen de paarsgewijze bogen, de nadere zijn naakt.  Aan de noordelijke zijde zijn de zuiltjes verplaatst geweest door afschuwelijke bakstenen.  Een dakgoot met mooie gootklossen ondersteund het dak.  Zij stelt een vreemd motief voor in het midden van de noordelijke gevel : Een gezeten man.  Deze toren met een niet zo grote verheffing is nauw verwant met deze van Virville en was aanvankelijk eigendom van een rijke familie, in Haute-Normandie vertegenwoordigd.  Men vermoedt dat deze van om een nabij het jaar 1100 is.
    Manéglise heeft verschillende restauraties ondergaan.  Deze zijn discreet gedaan met respect voor zijn rustieke charme dat heel goed tot uiting komt in zijn uitzonderlijke architecturale kwaliteiten.

    Bronnen :

    - Lucien Musset in Normandie Romane II; La Nuit des Temps 41, Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1983.
    - Pauline de La Maléne in Atlas de la France Romane; Editions Zodiaque, Abbaye Sainte-Marie de la Pierre-qui-Vire 1995.
    - Régine Pernoud en Madeleine Pernoud in Sources de l'Art Roman; Editions Berg international, Paris 1985.
    - Aurelia Stapert in l'Ange Roman dans la pensée et dans l'art; Editions Berg international, Paris 1975.
    - Fred Uhler in France Romane; Editions Ides et Calendes, Neuchâtel en Parijs 1957.
    - Marcel Durliat in l'Art Roman; Editions d'Art Lucien Mazenot, Paris 1982.




























    10-09-2014 om 00:00 geschreven door Belibaste  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (3 Stemmen)
    Categorie:Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76


    Archief per week
  • 13/07-19/07 2015
  • 05/01-11/01 2015
  • 29/12-04/01 2015
  • 22/12-28/12 2014
  • 15/12-21/12 2014
  • 08/12-14/12 2014
  • 01/12-07/12 2014
  • 24/11-30/11 2014
  • 17/11-23/11 2014
  • 10/11-16/11 2014
  • 03/11-09/11 2014
  • 27/10-02/11 2014
  • 20/10-26/10 2014
  • 13/10-19/10 2014
  • 06/10-12/10 2014
  • 29/09-05/10 2014
  • 22/09-28/09 2014
  • 15/09-21/09 2014
  • 08/09-14/09 2014
  • 11/08-17/08 2014
  • 28/07-03/08 2014
  • 21/07-27/07 2014
  • 16/06-22/06 2014
  • 09/06-15/06 2014
  • 19/05-25/05 2014
  • 07/04-13/04 2014
  • 24/03-30/03 2014
  • 17/03-23/03 2014
  • 23/12-29/12 2013
  • 31/10-06/11 2011
  • 24/10-30/10 2011
  • 17/10-23/10 2011
  • 10/10-16/10 2011
  • 03/10-09/10 2011
  • 26/09-02/10 2011
  • 19/09-25/09 2011
  • 12/09-18/09 2011
  • 05/09-11/09 2011
  • 29/08-04/09 2011
  • 22/08-28/08 2011
  • 15/08-21/08 2011
  • 08/08-14/08 2011
  • 01/08-07/08 2011
  • 25/07-31/07 2011
  • 18/07-24/07 2011
  • 11/07-17/07 2011

    Categorieën
  • Kastelen België (17)
  • Kastelen Frankrijk (26)
  • Middeleeuwse festivals België (1)
  • Middeleeuwse stedelijke versterkingen België (1)
  • Romaanse architectuur België : Antwerpen (0)
  • Romaanse architectuur België : Brabant-Wallon (7)
  • Romaanse architectuur België : Hainaut (6)
  • Romaanse architectuur België : Liège (1)
  • Romaanse architectuur België : Luxembourg (1)
  • Romaanse architectuur België : Namur (1)
  • Romaanse architectuur België : Oost-Vlaanderen (15)
  • Romaanse architectuur België : Vlaams-Brabant (0)
  • Romaanse architectuur België : West-Vlaanderen (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aisne 02 (18)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Allier 03 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Ardennes 08 (4)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aube 10 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Bas-Rhin 67 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Calvados 14 (8)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Eure 27 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Gers 32 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Haute-Marne 52 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Jura 39 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Landes 40 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Marne 51 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meurthe-et-Moselle 54 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meuse 55 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Moselle 57 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Nord 59 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Oise 60 (6)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Pas-de-Calais 62 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Puy-de-Dôme 63 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Saône-et-Loire 71 (9)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76 (11)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Vosges 88 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Yonne 89 (1)
  • Romaanse plattelandskerken in België (1)
  • Versterkte kerken België (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Aisne 02 (2)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Ardennes 08 (3)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Landes 40 (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Nord 59 (0)

  • Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek




    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.



    Blog als favoriet !

    Startpagina !

    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    rss
    www.bloggen.be/rss
    Categorieën
  • Kastelen België (17)
  • Kastelen Frankrijk (26)
  • Middeleeuwse festivals België (1)
  • Middeleeuwse stedelijke versterkingen België (1)
  • Romaanse architectuur België : Antwerpen (0)
  • Romaanse architectuur België : Brabant-Wallon (7)
  • Romaanse architectuur België : Hainaut (6)
  • Romaanse architectuur België : Liège (1)
  • Romaanse architectuur België : Luxembourg (1)
  • Romaanse architectuur België : Namur (1)
  • Romaanse architectuur België : Oost-Vlaanderen (15)
  • Romaanse architectuur België : Vlaams-Brabant (0)
  • Romaanse architectuur België : West-Vlaanderen (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aisne 02 (18)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Allier 03 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Ardennes 08 (4)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Aube 10 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Bas-Rhin 67 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Calvados 14 (8)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Eure 27 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Gers 32 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Haute-Marne 52 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Jura 39 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Landes 40 (10)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Marne 51 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meurthe-et-Moselle 54 (2)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Meuse 55 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Moselle 57 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Nord 59 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Oise 60 (6)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Pas-de-Calais 62 (0)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Puy-de-Dôme 63 (3)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Saône-et-Loire 71 (9)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Seine-Maritieme 76 (11)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Vosges 88 (1)
  • Romaanse architectuur Frankrijk : Yonne 89 (1)
  • Romaanse plattelandskerken in België (1)
  • Versterkte kerken België (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Aisne 02 (2)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Ardennes 08 (3)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Landes 40 (1)
  • Versterkte kerken Frankrijk : Nord 59 (0)


  • Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs