Het TOTZ-fiasco: over de teloorgang van de 90s spirit met het daarbij horende uitbundige jolijt
Het TOTZ-fiasco:
over de teloorgang van de 90s spirit met het daarbij horende uitbundige jolijt
Een drieste bedoening, dat was het. Wat een 90s-revival
hoorde te worden, met een parade van coryfeeën uit de gouden jaren van weleer,
bleek op een saaie bedoening uit te draaien. Een 25 jaar VTM/Tien om tegen de
Sterren op te Zien-spektakel, het klinkt allemaal veelbelovend, nietwaar?
Helaas een fiasco was het. Alvast wat het TOTZ-gedeelte betreft. Inwendig
boe-geroep alom. Ik probeer mij in te houden uit respect voor mijn vriend R.
die werkt bij de organisatie van het boeltje, maar van een teleurstelling
spreken, is alvast een understatement van jewelste. En ik was niet alleen die
mening toegedaan. Dat één van de vedetten, Koen Wauters , omwille van rugproblemen
had afgezegd, zal mij worst wezen. Die man zien we al genoeg verschijnen, te
pas en te onpas.
Het was de setting die teleurstelde. Het podium was veel te
laag, zodat er niets te zien viel; zelfs voor grote mansmensen zoals mijn
vriend R2 (2.05m) en mezelve (1.93m) was het spektakel niet aanschouwelijk. Bijtijds
leek het alsof het podium zowaar lager stond dan het publiek, zo triest was
het. Bij een dergelijk massaevenement verwacht je toch op zijn minst wat grote
schermen irgendwo, zodat er toch iets
te zien valt voor mensen die verder dan 10 meter van het podium staan?
En de mensen maar zagen en klagen toen R2 en ikzelf ons een
weg baanden door het publiek, op zoek naar onze enthousiaste bende, quasi
volledig bestaande uit volk met oerdegelijke bouwjaren in de tevens schitterende
- jaren 80
Ai nieje, na ziemen niks niemiejr, klonk het, afgewisseld
met boze blikken, staarpartijen en uitlatingen in de aard van: Ja, lap, twië
slungels voor ons, kunde gelle nie ergens anders goun stoun?!. Verzuring en
gezaag alom. En daar doen we graag een schepje bovenop. Na een tiental opmerkingen
van dit genre, moest ik effe ventileren, en het kleine grut dat commentaar gaf
even wijzen op het feit dat ik er ook niet kan aan doen dat zij allicht door generatielange
inteelt niet gezegend zijn met een flink uit de kluiten gewassener
lichaamsbouw zoals wij, hun beklaagden. Inteelt zijt ge! Zo, dat luchtte op.
Heerlijk.
Ik zou nóg verzuurder kunnen zijn, en klagen over de
talrijke kinderen die in de nek van hun pappas het zicht blokkeerden. Met
hopen! Doelbewust, en niet bij wijze van fysieke constitutie. Maar bon, ik
dwaal af. De show zelf was dus niet te volgen - noch visueel, noch auditief - en
de artiesten die optraden zorgden ook niet voor de verhoopte ambiance. Lekker
Beest van Osebolle O werd in een soort akoestisch arrangement gegoten, een
paar octaven lager. De foute danspasjes hebben we helaas ook niet kunnen
bewonderen Het overstemmend gekweel van onze bende kon ogenschijnlijk op meer enthousiasme
rekenen, zo erg was het. Verder bracht Bart Kaell de schitterende ambiancehit Zeil
je voor het eerst en had hij voor de gelegenheid een resem hunks opgetrommeld, met ontblote bast en
voorzien van een frivool matrozenhoedje. Veelbelovend, zou je zeggen, ware het
niet dat de kerels er overduidelijk verveeld bijstonden. Zij aan zij, onwennig
friemelend en niet eens enthousiast meewiegend op de muziek. Geef die mannen
dan toch een simpel routineke?! Toch?! Ze stonden echt af te tellen om terug
naar de gym te kunnen trekken, zo leek het, net niet hun smartphone uit hun
zakken toverend. Alweer een gemiste kans.
Gelukkig werd de TOTZ-show gevolgd door een licht-en
vuurwerkshow op het strand, die overigens wel de moeite was. Beeldfragmenten
uit ons collectief geheugen werden geprojecteerd op een watergordijn in de
branding, lichtgevende reuzen werden opgetrommeld en een resem aan dansers
verschenen uit het niets. Mooi zo!
Maar de uitgelaten 90s-spirit krijgen we niet meer terug. Geen
uitgelaten publiek meer. Ook niet meer op tv. Amedee is dood. Alles moet cool
zijn. Ook op de openbare omroep lijkt het uitbundige publiek van vroeger zoek. Waar
is het samenhorigheidsgevoel denk maar aan de Twaalf Werken waarbij echt iedereen aan de buis gekluisterd zat. Het
was the talk of town , waar zowat
iedereen mee meeleefde. Waar is de tijd dat men nog uitbundig juichte bij het
winnen van zeg maar een weekendje Parijs in Zondag Josdag of ..Tartufo?
5000 frank in De Drie Wijzen of een
of andere foute prijs in Baraka of Walters Verjaardagsshow? Of bij een
goeie draai aan het Rad Van Fortuin?
Glunderende gezichtjes alom. Er werden zelfs armen in de luchten gestoken van
contentement, en zwaaien dat ze deden, met veelal bij oudere dames - bijtijds
goed te spotten meewuiverkes,... (d.i.meeflapperende,
losse huid aan de bovenarmen, nvdr). Nu winnen de mensen zowat duizend euro bij
het maken van een lijn op Blokken, en
ze blijven er koeltjes bij. Das jammer!
Neen, Milk Inc kon op meer enthousiasme rekenen, enkele
dagen nadien. Misschien omdat de markt van Izegem, waar het olijke duo kwam
optreden - gezien de locatie overwegend gevuld bleek met volk dat ergens
blijven steken was in de jaren van weleer. Maar het kan ook gelegen hebben aan
het goed zichtbare podium en de luidere muziek. Het zal dat wel zijn. Laat ons
positief blijven. Want voor een vroeger-was-alles-beterfase
ben ik precies nog niet rijp genoeg. Laat tram 3 nog maar even voor wat ie is.
Ik huppel intussen verder door het leven. Met roze bril. Al moet er af en toe
eens een ferme hersenscheet uit. Vrôôôôôôôôôôt!
Ziezo. Bedankt om even te ruiken.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 4/5 - (8 Stemmen) Tags:totz, tien om te zien, vtm, bart kaell, isabelle a, 90s, jaren negentig, jaren 90
19-08-2014
Het regelneefincident im Schwimmbad
Het regelneefincident im Schwimmbad
Een doorwinterde anarchist zou ik mezelf niet noemen. Maar
als er één ding is waar ik echt een hekel aan heb, dan is het wel mensen die anderen
eens gaan zeggen wat ze moeten doen en hoe ze moeten handelen naar hun
goeddunken. Zeker als het betuttelende vingertjesmensen zijn, die op de koop
toe op een arrogante en agressieve manier mij de les spelen. Regelneven, zeg
maar. Of regelnichten, kwestie van genderneutraal te zijn. Als zon mensen op
het toneel verschijnen, word ik getriggerd. Dan bied ik weerwerk.
Neem nu voorbije dinsdag in het zwembad. Met mijn vrienden
J&R ging ik naar wekelijkse gewoonte zwemmen in het zwembad Rozebroeken in
Gent. Baantjes trekken, weet je wel. En keuvelen, jawel, laat ons daar vooral
eerlijk in zijn. En we boften, want er was een wildwaterbaan buiten dienst,
waardoor we gratis ook tot het recreatieve relaxgedeelte toegang hadden. Na ons
zwempartijtje genoten we even van de jacuzzi, het buitenzwembad en finaal ook
een van de saunas.
Met een door chloor gemarineerde zwembroek aan onze lijven,
namen we plaats op de banken van de sauna. Binnen de 10 seconden schoot er zon
gehaat regelexemplaar in actie. Ge moogt hier wel niet zitten zonder handdoek.
Ga eens nen handdoek halen, zei de man arrogant. Alsof we de grootste misdaad
van dit koninkrijk hadden begaan.
Strikt gezien had de man uiteraard gelijk: er hing een
bordje met het opschrift handdoek verplicht. Het lijkt mij logisch dat dit
het geval is saunas waar mensen effectief met hun blote r*** ( of k*(*)t) (à letters in te vullen
naar believen) plaats nemen op de houten banken, al was het maar om geen
Chlamydia of genitale herpes te verspreiden.
Ik argumenteerde op een beschaafde manier op de basis van
bovenstaande argumenten, tegen de all-over-da-place
zweetdruppende man met de zweet doordrenkte handdoek. De man moest ons echter
nogmaals wijzen op hoe onhygiënisch we wel waren, en ik zat weliswaar beschaafd-
op mijn paard. Mijn vriend J. stapte op met de boodschap ik zal wel een
handdoek halen voor ons drieën, maar dat was blijkbaar niet voldoende voor de
man. De man had geen geduld en moest zijn geldingsdrang verder botvieren, nog vóór
de terugkomst van J.
Ik ga naar de
directie, ze zullen u wel buitensmijten. Regels zijn regels!. Doet dat vooral,
spoorde ik de man aan. De man was amper de deur uit om de held te gaan
uithangen, en daar verscheen J. met de beloofde handdoek, amper 3 minuten na
het binnentreden van de sauna. We zetten ons alledrie netjes naast elkaar op de
handdoek, en toen merkte ik de man zijn achtergelaten toegangsbandje op.
Volgens de regels zal het ook allicht wel verplicht zijn om
constant en overal het bandje te dragen, dus ik zag mijn kans op wraak. Ik
griste impulsief zijn bandje weg en verstopte het onder onze handdoek, met als
opzet even kinderachtig te doen tegen de man bij zijn terugkomst. Geen bandje
betekent niet buiten geraken, zonder een scène te maken. Ik verkneukelde er mij
al op. Toekijken dat ik zou als een ramptoerist. Judging. Helaas, ik had amper
de tijd om een snood plan te beramen, of daar stond de man al met een snotter
van een redder/opzichter die ons drieën verantwoord autoritair maar vriendelijk
gebood naar buiten te komen om het incident te bespreken.
Geïrriteerd door de man zijn smug face ik vind even de
Nederlandse uitdrukking niet, zet het aub even in de comments - , offerde ik mij
op, namens onze groep, om het geschil te beslechten. Ik gaf de man met tegenzin, maar met een big fake smile, zijn bandje terug. Door mijn abrupte opstaan echter,
en daarbij vermijdend de man in de ogen te kijken om mijn irritatie enigszins
onder controle te houden, mistrapte ik mij echter bij het overbruggen van het
grote hoogteverschil tussen de bovenste en de onderste saunabanken. Voetje
omgeslagen. Aw. Om mijn trots te bewaren probeerde ik zo onopvallend mogelijk
de zweethut te verlaten. Innerlijk kermend van de pijn, vroeg de redder om meer
uitleg, terwijl de hatelijke man binnen verderzweette. Ik spoorde de redder aan
om de zaak toch maar verder te bespreken in de EHBO-post en vroeg mankend om
een ijsje. Voor rond de enkel uiteraard.
De redder was sympathiek neutraal, maar mijn sales skills
spanden hem al snel voor mijn kar. We komen hier vanalles tegen, je bent het
best dat je zon mensen gewoon negeert, gaf de man mij als raad mee. Dat zal
geen probleem zijn, garandeerde ik hem, en ik liet het ijs verder inwerken, en
fantaseerde intussen over hoe ik een verdere ontmoeting met de man zou
afhandelen.
Zou ik hem gewoon negeren? Zo van euh, ken ik u? doen? Het
zag er mij echt zon autoritair type uit, dat perfect in een disciplinair,
hiërarchisch leger zou passen. Geeeeeeef acht! Of beter nog: opzichter in een
concentratiekamp. Regels zijn regels. AaaaaAAah! Of een heel boosaardige,
machtswellustige leerkracht. (De adjectieven zet ik er even bij, om niet meteen
al mijn leerkracht-vrienden tegen de borst te stoten.)
Na de ijslegging annex enkelontzwelling, strompelde ik nog
wat rond in het wellnesscomplex, daarbij de irritante man intensief
mijdend/negerend. We verlieten daarna het zwembad, en in het omkleedhokje liet
ik mijn fantasie verder de vrije loop. Wat als de redder er niet bij was toen
ik hem pestte met zijn achtergelaten bandje? Zou hij mij gepakt in zijn
autoriteit/mannelijkheid in de gloeiend hete kolen hebben geduwd? Dat was het
allicht niet waard geweest. Of wat als ik de man straks buiten het zwembad
tegenkom? Zou hij mij (per moto rijdend) van de baan durven rijden? Toegegeven,
de man een veertiger, schat ik -was in goede vorm voor zijn leeftijd. Hence
mijn legerleidingassociatie.
Ondanks de achteraf besefte risicos die ik liep, en lichte
blessure minder cool, I know ben ik blij dat ik de arrogante man niet
zomaar zijn zin gaf. Als iedereen zomaar in de maat loopt van elke
machtswellusteling, dan komen we al snel in gevaarlijke Hitleriaanse toestanden
terecht, nietwaar? En das een bedenking die ik toch maar even wilde meegeven,
bij de honderdste verjaardag van die andere Wereldoorlog. Voorts hadden jullie
mijn lezers (ik doop jullie vanaf nu: BRADSHADIANS) geen interessant
leesvoer vandaag, stel u voor!
Echter, even serieus. Uiteraard had de man gelijk. Ik schaar
mij gewoon en heel graag zelfs achter de platitude: het is niet wat je
zegt, maar hoe je het zegt. Had de man ons vriendelijk aangespoord om een
handdoek te gebruiken, had ik allicht niet zo gemopperd en gestreden. Want in
se ben ik gene moeilijke mens. Gewoon een beetje meer elementaire beleefdheid
en minder verzuring, en de wereld zou een mooiere plek zijn.
Making it a
better place, for you and for me, C. Bradshades.
De mislukte deurverkoper met het Lumineuze idee: how to lose a client in 7 steps
De mislukte deurverkoper met het Lumineuze idee: how to lose
a client in 7 steps
Deze namiddag zat ik rustig te werken. Klanten bellen, admin
enz. Van thuis uit, omwille van een verkoudheid die toch wel wat energie uit
mij leegzuigt. Plots gaat de deurbel: ik dacht oh nee, look at my tenue? Zo
kan ik de deur toch niet opendoen? Gelukkig heb ik een Hyacinth Bouquet-achtige
duerjingle die maar blijft gaan, en die mij een ingebeelde marge geeft om doorgaans
op het gemak iets fatsoenlijker aan te trekken in dergelijke situaties.
Maar nu
dacht ik the hell with it en opende na enig gedraal door mijn vestimentair overwegingen
de voordeur. De man keek verrast op naar mij, maar tegelijk ook neer op mij. Ik
voelde mij ogenblikkelijk oncomfortabel. De man opende even zijn mond, en meteen
had ik door dat ik met Hollander te doen had die mij iets wou aansmeren. Fout
1.
Ik dacht de man even zijn skills te
laten zien en liet hem zijn ding doen: Mijnheer, wij zijn een Nederlandse
firma die nu ook goedkope elektriciteit kan leveren in België, tot tientallen
percenten goedkoper dan Electrabel. Tweede fout, ervan uitgaan dat ik
Electrabel klant ben. Ja, das fijn, maar ik zit bij Eni. Nou, we zijn ook
goedkoper dan hen, hoor. Op deze flipchart ziet u dat we onder de prijs zitten
van deze formules van Eni. Iets tonen, das goed.
Nou, das fijn, maar ik heb
een ander tariefplan van Eni, ik denk niet dat jullie daar onder kunnen. Ik
gaf hem de naam van mijn product, en de man antwoordde bitsig, arrogant en vol
ongeloof (fout 4): Nou, die ken ik niet. Hoeveel betaalt u nu per megawattuur?
Euh, dat weet ik niet meteen vanbuiten dat moet ik eens nakijken. De man rolde zijn ogen met een air die liet
verstaan: wie kent er zijn prijs nu niet per MWh?! . Fout 5.
Mooie
bloemetjes heeft u hier, repliceerde de man onverwacht, ongemeend, ongeïnteresseerd
en verveeld in het rond kijkend. Fout 6. Nou, kijk, ik heb hier tal van ondertekende
bestelbons van mensen uit de straat, je bent beslist goedkoper af bij ons via
Luminus. Je hoeft enkel maar hier te tekenen, en wij zorgen voor alles. Euh,
denkt gij nu echt dat ik dat zomaar ga tekenen?, antwoordde ik, geschokt door
zijn hardselling aanpak. Fout 7.
U probeert klanten af te snoepen van uw
concurrenten, maar kent hun tariefplannen niet. Ik dacht het niet. Nou, dan
kom ik nog wel eens op een ander moment terug. Geen goeiedag, bedankt voor uw
tijd. Wat een arrogante lul. Amobah.
Het zelfmoordassistentie-incident & saunapartysucces
EEN BLIK OP MIJN BIZARRE DROMENWERELD
Het zelfmoordassistentie-incident & saunapartysucces
Ja, ik ben een man van de primitieve behoeftes. Ik bevredig
ze graag. En wat mij betreft is slapen daar zeker één van; een topper zelfs.
Een van de leukste aspecten ervan is m.i.het afdalen naar de dromenwereld. Helaas gebeurt dit niet altijd of
toch niet bewust. Bijtijds word je wakker, kan je je elk detail levendig
herinneren en wil je niets liever dan alles in geuren en kleuren aan je partner
vertellen. En dan analyseren. Hemels. s Morgens is dat fijn, in het midden van
de nacht net iets minder voor de andere partij, vermoed ik.
Hoe dan ook,
vanmorgen moest ik het weer eens sharen. Net als vorige week trouwens, toen ik
twee dagen op een rij over hetzelfde onderwerp droomde: onze recent bevriende
bv/schrijver Herman Brusselmans. Een verrassend zachtaardige, lieve en
gevoelige man, zo bleek op het terras van de Simon Says hier in Gent een tijdje
geleden (niet in dromenland, nvdr).
De schijnbaar eenzame man nodigde ons uit
om bij hem te komen zitten, en al gauw gingen de gesprekken over koetjes en
kalfjes, ons gedeelde eigenaarschap van een Triumph, maar ook over zijn
professionele bezigheden alsmede zijn uiterst persoonlijke gevoelsleven. De man
vertelde heel openhartig over zijn liefdesleven, zijn recente liefdesbreuk met
de veel jongere Melissa en de oorzaken daarvan. Fyi: het komt er op neer dat
Herman een ik citeer Nicole & Hugo-relatie wil, en zijn partners dit
al heel snel als verstikkend gaan ervaren. No wonder mekaars zinnen afmaken is
nog schattig, maar zo onafscheidelijk zijn dat je steevast samen naar het
toilet gaat das er misschien iets over. Anyhow:de man vertelde over zijn tristesse en onder
meer over het feit dat hij pillen nam tegen angstaanvallen, persoonlijke info
die ik alleen maar openbaar maak omdat de man het ook zelf doet in de
roddelpers. Blijkbaar heeft deze blik op zijn innerlijke wereld mij zo
aangegrepen, dat deze als dagrest in mijn dromen werd geïncorporeerd en er op
een exponentieel versterkte manier werd doorgehaspeld en creatief uitgebraakt.
Twee dagen op rij was ik immers assistent in de zelfmoordpogingen van de man.
Jawel. Vreemd, want dat zie ik mij heus niet meteen doen. De droom van dag 1
herinner ik mij nog heel levendig: ik moest zorgen voor een jerrycan naft en
Herman overgieten met de inhoud ervan, terwijl hij zichzelf had vastgebonden
aan een stoel in een garage.(How?!) Stap 2 was uiteraard het clichématig werpen
van een vlammende zippo op de benzeengemarineerde man met pijnlijke &
dodelijke ontbranding tot gevolg. Na lang aandringen begon ik uit te voeren wat
de man vroeg, wat resulteerde in een schaterlach van hem uit: het was maar om
te lachen; ik wilde alleen maar testen hoever je zou gaan voor onze
vriendschap. Bij deze ben ik trots op jou, klonk het. Voor stap 2 hoefde ik
dus niet te zorgen. Oef.
Helaas zorgde de man die overigens een minder pokdalig
gezicht heeft dan ik dacht zelf voor zijn ontvlamming door een sigaret aan te
steken. Het is mij nog een raadsel hoe hij dit plots deed in vastgebonden
toestand, maar het is een droom, nietwaar. En daar ging Herman: woef! En
fikken. Zeker dat haar. Hij zag er de humor blijkbaar van in, want samen met
een hysterisch lachende Herman werd ik badend in het zweet wakker. Nee, niet
naast mij in het bed, dan ware het pas een nachtmerrie. Daar lag nog steeds
mijn blonde deerne. Vredig te slapen. Als snel volgde er echter een por-por, moete
nu wa weten. De dag erop was een variant op het thema ; de man moet wel heel triest
zijn. Of zijn mislukte liefdesverhalen moeten mij toch erg geëmotioneerd
hebben.
Maar genoeg daarover! Mijn recentere droom is iets luchtiger en minder
luguber van aard. (Ik zou thans een ondertitel kunnen maken om jullie het lezen
aangenamer te maken, maar ik kies er toch voor om jullie sadistisch als ik
ben - op de proef te stellen en te gaan voor platte tekst. MOEHAHA!.) Het
saunapartyincident dus. De droom ging als volgt: ik moest om een of andere
reden verhuizen naar een herenhuis, en daarom moest ik mijn blokhutachtig zelfbouwsaunaatje
waarover ik blijkbaar beschikte - tijdelijk zien te stockeren. Ik koos voor
de inrit van de ondergrondse parking van ons kantoor te Gent, praktisch als ik
ben. Langsheen de gele meten. O, wat ben ik een rebel.
Het ding stond er echter
wat zielloos en onbenut bij. Daarom besloot ik wat vrienden en collegas uit te
nodigen om het ding toch enigszins in gebruik te nemen. Gezellig. Intiem.
Charmant. Als snel werd het echter een soort botellón-achtige byob-gathering,
die alsmaar groeide in bezoekersaantallen. Het ding liep uit de hand, en
uitbreiding drong zich op. Al gauw verschenen er Vlaamse koterijachtige
bijbouwsels die efficiënt en gezwind werden opgetrokken, zonder dat ik er enige
zeg in had. Ongebreidelde groei, zeg maar. Allicht waren er Chinezen in het
spel.
Er verrees een grotere sauna, een hammam, een jacuzzi en als kers op de
taart een heus zwembad op het dak van dat alles. Afgebakend met houten en
puntige planken, als een omwalling van een primitieve nederzetting. Al gauw
moest ik kinderen van de omheining redden, die dreigden te vallen over de
omheining heen in een afgrond van wel honderd meter. Ik bleek toch een beetje
een controlefreak te zijn. Zeker toen ik niet betrokken bleek bij het oprichten
van een heuse bar, inclusief cocktailgelegenheid. Als je mij ergens moet bij
betrekken what were they thinking?! Ca
se ne fait pas!
Hoe dan ook, ik maakte mij vooral druk over het
betalingssysteem, dat niet transparant en compleet onhandig bleek te zijn, met
een combinatie van grijze, plastieken jetons die amper de grootte hadden van
een prepuberale vingernagel. Sommige waren rond, andere vierkant, en er stonden
cijfers op. Punten, blijkbaar. De betaling van een cocktail bleek dan een onbegrijpelijke
combinatie van jetons te zijn, à la 8 punten ter waarde van 2,3 euro, er werd
niet teruggegeven op jetons en waar steek je in godsnaam zon dingen zonder ze
verliezen? De haren rezen mij te berge. Er moest een klantendienst opgericht
worden om klachten te behandelen, die de boel ook al niet aankon en zelf niet
begreep hoe alles werkte. Chaos alom.
En ik werd verantwoordelijk gesteld voor
alles, omdat ik geen vergunning had voor de bar, omdat ik geen belastingen had
betaald - laat staan verzekeringen. En toen werd ik wakker. Badend in saunazweet.
Gelukkig kan ik de symboliek in dit alles tot in de fijnste puntjes analyseren
en traceren en zijn de betalingsfaciliteiten op Parkkaffee in Wondelgem net iets
handiger. A-hum.
Gemengd wonen. Zo omschreef het legendarische immokantoor
Cannoodt het leven in de Bloemekenswijk te Gent. Hun lyrische omschrijvingen
van bouwvallige panden zijn op zn minst creatief te noemen. Alles wat nog maar
enkele vierkante centimeters grond heeft zonder een dak boven, blijkt over een
gezellig Parijzer terrasje-potentieel te beschikken. Maar dit geheel terzijde.
Ik ben gezegend met mijn Turkse buren. Bij elk moslimfeest krijg ik diverse
soorten zelfgemaakt lekkers, bij elk Christelijk feest krijgen ze van mij
chocolade figuurtjes of eieren Misschien moet ik daar wat creatiever in zijn.
Toegegeven: ze kunnen roepen. Maar echt luid he. Zonder schaamte. En schel, vooral
de vrouw des huizes. Hoe dan ook, dit heeft nooit tot echt marginale toestanden
geleid. Ok, ik lieg. Die ene keer toen de buurman, roepend en tierend, met een
brandblusapparaat achter zijn broer aanholde, dwars de straat over, en gierende
banden veroorzaakte zoals de toegevoegde geluidseffecten die je soms hoort op
Amerikaanse actiefilms dat was misschien wat zonderling te noemen. Gelukkig
kon zijn broer snel de gemoederen bedaren door met een baseballknuppel zo
mogelijk nóg dreigender over te komen. Ik wist niet dat Amerikaanse sporten zo
populair waren in de Turkse gemeenschap? Voorts wordt party crashen in
Residentie Van Rossem niet echt geapprecieerd, zeker niet als je ongegeneerd
flessen sterke drank uit de drankkast grist om ze dan - van de fles drinkend - soldaat
te maken, resulterend in zat gezwalp en een val op mijn salontafel vol glazen. Zijn
Turkse dansjes met de armen omhoog zijn wel op het netvlies van alle aanwezigen
gebrand. Dat was best wel onderhoudend grappig en maakte veel goed.
Welnu, waar
ik eigenlijk iets wilde over zeggen, zijn mijn andere buren. Sinds ongeveer
anderhalf jaar heeft mijn (autochtone, om maar eens een afgeschaft woord te
gebruiken), drugdealende buurman langs de andere zijde plaats moeten ruimen
voor een Bulgaars koppel van in de vijftig. Brave mensen, alhoewel zit mevrouw
al jaren thuis met een depressie. Not judging, maar ze ziet er verdomd kwiek,
gelukkig en werkbekwaam uit. Ze bewijst haar dienst aan de maatschappij wel
door regelmatig de stoep te vegen voor mijn deur en zelfs mijn raamkozijnen
schoon te maken of mijn bloemen water te geven. Schoon. Verder zorgt ze ook
regelmatig voor het kind van haar zus of broer, ik wil ervan af zijn (ja, ik
ken ook volkse uitdrukkingen, jawel). Het kind in kwestie is een jaar of zes
schat ik, en het bevuilt mijn ruiten regelmatig om mijn poezen te entertainen.
Verdraagzaam als ik ben, kan ik daar uiteraard mee leven.
Gisteren kwam het wel
tot een bizar treffen. Mijn teerbeminde partner Tim en ik waren rustig aan het
bekomen van ons zelfgemaakt, oriëntaals diner en van ons vaatje rosé aan het
nippen toen er plots werd aangebeld. Het moet zo rond de klok van negen
gedraaid hebben. Ik dacht wie kan dat nou zijn?, maar desalniettemin opende
ik de deur. Zonder baseballknuppel, want ik geloof in de goedheid van de
overgrote meerderheid van de bevolking. Voor de deur torende onder me uit: de
buurvrouw met het kind. Waar is kat?, vroeg ze. Beetje bizar om daar nu naar
te vragen dacht ik, maar bon. Niet voor te spelen, maakte ze me duidelijk,
kindje heeft pijn gedaan oog. Ik was niet mee, dus ik zei euh ik ben niet
mee. Heeft mijn kat dat gedaan? Heeft ze de jongen gekrabd?, vroeg ik. Dat
zou mij verwonderen, want mijn beesten komen niet buiten. Nee, jij moet nemen
staart van kat en zo doen, waarbij ze in haar ogen wreef op een bizarre
manier. Ik vind niet meteen de juiste Nederlandse equivalenten voor baffled,
stupefied en flabbergasted, maar die waren dus allemaal van toepassing op
mezelve én Tim denk ik.
Jij moet nemen staart van kat en over ogen wrijven,
zo en dan gaat pijn weg. Drie keer doen. Waar is kat?, ging ze verder. In
plaats van in de lach te schieten, antwoordde ik maar iets om te kanaliseren en
vroeg ik domweg: Is dat nu iets wat je echt gelooft, of probeer je die jongen
iets wijs te maken? Je probeert hem iets wijs te maken he? Ok, ik haal de
Carla. Ik nam het beest op, richtte ze ondersteboven met staart en kont
richting het kind en wreef drie keer want dat moest -met de staart over het pijnlijke oog van het
jongetje. Het kind lachte, want het kriebelde schijnbaar. Dank u, nu is
beter, zei ze, en schuchter lachend blies ze de aftocht, samen met het kind.
Ik sloot de deur en door de verbazing volgden twee seconden stilte, gevolgd
door een What just happened? van mijn kant. Rare jongens die Bulgaren.
Daags
nadien zag ik de dame in kwestie, en vroeg ik haar om meer uitleg. Blijkbaar is
dat bijgeloof bij de oudere bevolking daar. Helaas heb ik het wel niet helemaal
volgens de regels van de kunst gedaan: ik moest drie keer van binnen naar
buiten vegen, ik heb meer geswifferd in beide richtingen. Nou ja, het gaat
intussen beter met zn oog. Dus het moet wel werken. Die oftalmologen hebben we
alvast niet meer nodig. Wat een besparing in de gezondheidszorg! Dat zal De
Wever en zijn troepen graag horen. Ik stuur hem dadelijk een mailtje!
Vannacht logeerde ik in mijn
ouderlijke woonst te DMD. Ik bracht de nacht door in de voormalige kamer van
mijn broer F., die uitgeeft op de straatkant in een rustige woonwijkstraat, het
summum van suburbia. Alles was peis en vree, vrede op aarde en al wat je wilt.
Bij het krieken van het ochtendgloren werd de rust echter verstoord. Beneden
hoorde ik een bonk, gestommel en verdacht gefezel. Dagelijkse kost in de
Bloemekenswijk, maar niet daar. Niet in de Beekwei.
Met mijn slaapkop opende ik
het raam, en tuurde ik naar beneden, heldhaftig als ik ben. Wat ik daar
ontwaarde was onthutsend. Er hing nevel boven de tuinen, maar dat was het
niet. Er stond een achttal minderjarige jongeren, een bende, zeg maar, tussen
14 en 17. En die waren niet gezellig een sigaretje aan het roken of aan het
rondhangen zoals hangjongeren dat doen, neen, ze waren, konkelfoezend, ontucht
aan het plegen.
Ze stonden daar zowaar schaamteloos de fiets van mijn moeder te
stelen. Een paarse. Verbouwereerd, en slaapkopperig als ik was, kon ik enkel
een halfslachtige Eéééé-là ten derde brengen. Een oerkreet die niet veel
indruk leek te maken, allicht ook omdat mijn stem enigszins oversloeg als bij
een beginnende puber. Een van de jongeren herkende ik vaag, daarom lanceerde ik
nog eens ela, gevolgd door een bluffende ik weet u wonen hè gast, wijzend
met mijn vingertje.
Dit zorgde voor een kortstondige tweespalt in de groep, wat
resulteerde in onrust en mekkerende stemmetjes die prevelden laat hem staan,
maar de fietsbende koos toch het hazenpad. Met de fiets weliswaar. Een
14-jarige jongen met goudblonde krulletjes, laat ons hem Tuur dopen, mocht
na kort intern overleg - het stalen ros van mijn moeder beklimmen en ermee
vandoor. Ik trok mijn stoute schoenen aan, figuurlijk, en mijn onderbroek,
letterlijk, begaf mij in een vliegend tempo naar beneden en zette de
achtervolging in. De jongen fietste dat het een lieve lust was, ikzelf liep
zoals nooit tevoren in een Run, Forest, Run!-modus. Dwars doorheen de
woonwijk, blootvoets doorheen velden en semi-begaanbare paadjes om vervolgens
het spoor bijster te raken in een nabijgelegen verkavelingsstraat.
Ik besloot
alsnog mijn intuïtie te volgen, en de straatkeuzes van Tuur in te schatten om
uiteindelijk een Aha-Erlebnis/Halleluja-ervaring te morgen ervaren op de oprit
van een doodlopende straat. Deze keer was het dus AHA, en geen ELA, mijn
andere epische kreet van de dag. Het is eens iets anders. Ik belde aan, mamma
Tuur opende de deur, en ik stommelde naar binnen als een woeste en ziedend zei
ik waar is m, waar is m?, gevolgd door een onzen Tuur? daar had ik
alvast gelijk in en kalm, kalm en meer van dat dramaremmend gezwets.
De
jongen werd opgetrommeld, en ik legde de situatie uit. Ik dreigde de jongen
zelfs een corrigerende tik te geven. Maar toen steeg de spanning, althans bij
mij, toen de ouders van Tuureluur de daden van hun zoon volstrekt
bagatelliseerden, als kwajongensstreken van de hand deden en mij als boeman
terechtwezen. Breekt nou mijn klomp, dacht ik bij mezelf, en ik ging door het
lint. Kwijt u van uw opvoedkundige taken, commandeerde ik de ouders, wat
voor signalen geeft gij uw zoon door te insinueren dat stelen ok is?, brieste
ik. Intussen besloot de man, duidelijk ongeïnteresseerd, zijn gras te beginnen
afrijden. Olie op het vuur. Of nee, ineens heel Koeweit wat mij betreft.
Stelen is niet ok, madam, behalve misschien muziek, film en series op het
internet, dat deden wij ook in onze jongen tijd, maar van een ander zijn gerief
moeten ze afblijven. De moeder bleef de heisa relativeren, en ik dreigde Tuur
aan te klagen voor diefstal, inbraak (de bonk van de garagepoort) en
bendevorming. Een van de jongens reed zelfs duidelijk te jong en zonder helm
of pak - met een motorfiets, maar dat zijn dan weer kwajongensstreken waar ik
mij wel kan achter scharen. Maar een fiets stelen uit een woning? Hoe durven
ze. Hoe durven ze.
Teleurgesteld in de opvoedkundige waarden die de ouders
wilden meegeven, keerde ik huiswaarts met de fiets. In mijn onderbroek.
Onderweg mijmerend en linken leggend. Over hoe het nu verder moet met de jeugd.
Gaan zij moeten zorgen voor mijn pensioen? Zijn zij de politiekers van morgen? Ik
was ook de leerkrachten onder ons indachtig: wat moeten zij niet doorstaan op
oudercontacten? Wordt hun gezag ook zo ondermijnd? Worden de goedbedoelde waarden
die zij willen meegeven ook zo tegengewerkt? De wereld is om zeep. Zeg dat ik
het gezegd heb. En alles begint met het ongestraft stelen van een fiets. In
groep, met braak, in suburbia.
FYI: deze verzuurde nonsens is
gebaseerd op waargebeurde feiten in mijn dromen de voorbije nacht. Ik ben een
gezonde, volwassen en mobiele man. Ik slaap niet meer bij mijn ouders, tenzij
ik teveel heb gedronken op Kerst. En misschien ooit als ze hulpbehoevend zouden
zijn. Ik hol doorgaans niet in mijn onderbroek door de straat en ben m.i.
minder verzuurd dan ik laat uitschijnen in bovenstaande schrijfsels. Bedankt
voor uw waandacht.
Event of
the day...ik zat (as in: ovt van zitten, nvdr) met halve slaapkop mijn gps in
te stellen vanmorgen, toen er plots op mijn ruit werd gebonkt. Ik schrok mij
een hoedje! Althans, had ik er een op, ik had het ergens zonder weerga tegen de
achterruit aan gekatapulteerd. Anywayz, het bleek een... Ouderling te zijn, die
me met verstarde/verwarde blik dwingend verzocht mijn ruit omlaag te laten zakken.
Zo geschiedde. De man zei -nou ja, "schreeuwde" eerder- : "mijn
naam, mijn naam?!". Nog steeds onder de indruk zijnde en afgeleid door
zijn halve liter goedkoop bier -nee, geen CARA deze keer - besefte ik pas na
twee, ietwat luidere en nog meer van mijn melk brengende herhalingen, dat de
man met zijn verweerde handen naar een enveloppe wees, en klaarblijkelijk niet
kon lezen. Ik las de man zijn naam voor met een gegeneerde edoch
dienstverlenende glimlach, de man bedankte me, gaf een liefdevolle tik op mijn
koetswerk en ging verder op zijn zigzaggend pad. Analfabetisme en alcoholisme
in Vlaanderen. Ik was er niet op voorzien zo vroeg in de ochtend.