Barcelona trok van bij de aftrap meteen het laken naar zich toe. Op zijn bekende manier tikte Barca de bal rond, Real loerde op de counter. De eerste grote kans van de wedstrijd was wel voor de bezoekers. Kaka zette zich goed door op de linkerflank en bediende dan Ronaldo . De Portugees stond oog in oog met Valdes en had moeten scoren, maar de keeper hield zijn team recht.
Barcelona probeerde er wel iets tegenover te stellen, maar de wedstrijd bleef op slot.
Ook in de tweede helft was de eerste goede kans voor Real. Higuain werd snel weggestuurd na een corner van Barcelona, maar Puyol was alert en maakte het gevaar onschadelijk.
Aan de overkant was het wel raak. Ibrahimovic, die nog maar pas Henry had vervangen, brak de wedstrijd open met een heerlijke goal. Dani Alves krulde de bal vanaf de rechterflank voor doel, de Zweed schoot met de binnenkant van zijn linker in één tijd voorbij de kansloze Casillas.
Even later moest Barcelona met zijn tienen voort. Busquets raakte de bal met zijn hand en kreeg daarvoor zijn tweede geel, trainer Guardiola was allerminst gelukkig.
In de slotminuten knalde Messi de 2-0 nog op Casillas. Real beëindigde de wedstrijd trouwens ook met zijn tienen: ook Lassana Diarra pakte zijn tweede geel.