OVERZICHT. Alles wat je moet weten over de Amerikaanse verkiezingen

© ss

© ss

1 / 2
thumbnail: null
thumbnail: null

Op 8 november 2016 kiezen de Amerikanen een nieuwe president: dan is het ‘Election Day’ en gaan de stembussen open om een opvolger te kiezen voor Barack Obama, de 44e president van de Verenigde Staten. Het wordt een van de belangrijkste en een van de meest omstreden verkiezingen in de VS van de voorbije decennia. Ofwel wordt, met Hillary Clinton, voor het eerst ooit een vrouw verkozen tot president van de Verenigde Staten, ofwel wordt de meest controversiële kandidaat ooit, Donald Trump, verkozen tot president van Amerika. Om helemaal mee te zijn voor die Election Day van 8 november, zetten wij alles wat je moet weten over de Amerikaanse verkiezingen even op een rij. Te beginnen met misschien wel het belangrijkste: 9 november, vroeg in de ochtend (Belgische tijd) zullen we eindelijk weten wie de nieuwe president van Amerika wordt. En dat kan je allemaal volgen op Nieuwsblad.be!

LiesbethBoel

DE PRESIDENT. Eerst en vooral: niet zomaar eender wie kan of mag president worden van Amerika. Wie dat wel kan of mag, dat staat neergeschreven in de Amerikaanse grondwet. Zo staat daarin dat die persoon een ‘natural born citizen’ moet zijn. Wat dat concreet betekent, daar gaat de grondwet niet verder op in. Intussen is algemeen aangenomen dat het voldoende is om een Amerikaanse ouder te hebben om een ‘natural born citizen’ te zijn. Daarnaast moet een presidentskandidaat ook 35 jaar of ouder zijn en al minstens 14 jaar in de VS wonen. Na een ambtstermijn van 4 jaar, kan een president maximum voor nog één ambtstermijn verkozen worden. Een Amerikaanse president kan dus maximum 8 jaar aan de macht zijn.

DE PARTIJEN. Hillary Rodham Clinton voldoet aan die verreisten, net als Donald Trump. Clinton neemt het op 8 november onder Democratische vlag op tegen Donald Trump.

© AFP

© REUTERS

Trump is kandidaat voor de Republikeinen. Dat zijn de 2 grootste en belangrijkste partijen in Amerika en het zal ook tussen die 2 partijen en kandidaten gaan op 8 november, ook al zijn er ook nog een aantal onafhankelijke kandidaten of kandidaten van verwaarloosbaar kleine partijen die op 8 november hun kans wagen.

Maar in hoofdzaak draait het dus om de Republikeinen en de Democraten.

De Republikeinse Partij staat voor een vrijer en sterker Amerika, waar iedereen de kans krijgt om de Amerikaanse droom te bereiken, zo staat te lezen op de website van de GOP, de Grand Old Party, zoals de Republikeinen ook worden genoemd. De partij, die zich associeert met de kleur rood, bestaat al sinds 1854, toen een groepje tegenstanders van de slavernij de partij oprichtte en koos voor de naam ‘Republikeinen’. Kort na de burgeroorlog werden de Republikeinen gezien als een progressieve partij, onder andere omdat ze voor de afschaffing van de slavernij waren. Tegenwoordig worden de Republikeinen beschouwd als vrij conservatief, en verzetten ze zich sterk tegen onder andere abortus en strengere wapenwetten.

Het symbool van de Republikeinen is een olifant. Dat dateert uit 1874. Toen tekende cartoonist Thomas Nast een Republikeinse olifant en een Democratische ezel die elkaar schrik probeerden aan te jagen.

© Thomas Nast

In de loop van de geschiedenis van Amerika zijn er in totaal 18 Republikeinse presidenten geweest, de laatste was George W. Bush, die van 2001 tot 2009 president was van de Verenigde Staten.

De partij van Democratisch presidentskandidaat Hillary Clinton is een van de oudste actieve politieke partijen ter wereld. De basis voor de partij werd gelegd in 1792. Maar de partij toen valt nauwelijks nog te vergelijken met de Democraten zoals we die nu kennen. Toen waren de Democraten een zeer conservatieve partij. Zo waren ze tegen de afschaffing van de slavernij. En terwijl de Democraten nu een grote achterban hebben bij de zwarte bevolking, was de partij destijds ook tegen burgerrechten voor zwarten.

Sinds het midden van de 20e eeuw vaart de partij een heel andere koers en focust ze rechten voor minderheden en progressieve hervormingen.

Het symbool van de Democraten is een ezel. Die dook voor het eerst op tijdens de presidentscampagne van de Democraat Andrew Jackson in 1828. Zijn tegenstander noemde hem een ‘jackass’ en Jackson besloot de belediging tot geuzennaam te maken en de ezel te gebruiken op zijn campagneposters. Nadien werd ook de ezel gebruikt in de cartoon van Nast. Om te vermijden dat de dieren zouden gebruikt worden om de partijen belachelijk te maken, omarmden zowel de Democraten als de Republikeinen de dieren, en worden die nog steeds gebruikt als mascotte.

VOORVERKIEZINGEN. Trump en Clinton werden niet zomaar naar voor geschoven als presidentskandidaten voor hun partij. Dat gebeurde na een hele reeks voorverkiezingen tussen meerdere kandidaten. In iedere staat hadden kiesgerechtigden daarbij de mogelijkheid om een stem uit te brengen op de man of vrouw die naar hun mening presidentskandidaat zou moeten worden voor de Democratische of Republikeinse partij.

Of beter gezegd: er werden ‘kiesmannen’ of ‘delegates’ gekozen die de kandidaten vertegenwoordigen en die dan op hun beurt de presidentskandidaat kiezen. De kandidaat die tijdens die primaries de helft van de kiesmannen binnenhaalde, haalde ook de nominatie binnen. Voor de Democraten was dat Hillary Clinton, die het haalde van Bernie Sanders. Voor de Republikeinen was dat Donald Trump, die het tijdens de voorverkiezingen beter deed dan onder andere Ted Cruz of Jeb Bush.

Tijdens Nationale Partijconventies afgelopen zomer, werden zowel Clinton als Trump dan ook officieel naar voor geschoven.

DEBATTEN. In de aanloop naar de dag van de verkiezingen, worden in Amerika traditioneel een aantal grote debatten georganiseerd tussen de kandidaten. Het zijn meestal de grote Amerikaanse nieuwszenders die die debatten organiseren. Ook dit keer kwamen er drie grote debatten; volgens de Amerikaanse publieke opinie en Amerikaanse pers telkens gewonnen door presidentskandidate Hillary Clinton. Onze hoofdredactrice Liesbeth Van Impe volgde de debatten en gaf haar analyse van het eerste, het tweede en het derde debat.

ELECTION DAY. De winnaar van de voorverkiezingen bij de Democraten, Clinton dus, zal het tenslotte op ‘Election Day’ in november opnemen tegen de winnaar van de voorverkiezing bij de Republikeinen, Trump. Een van die twee wordt uiteindelijk de 45e president van de Verenigde Staten.

Die Election Day is traditioneel op de dinsdag na de eerste maandag van november.

STEMRECHT. Op die Election Day zullen de Amerikanen dus voor Trump, Clinton of nog een andere kandidaat kunnen stemmen. In Amerika geldt stemrecht, en geen stemplicht. Dat wil dus zeggen dat Amerikanen niet verplicht zijn om hun stem uit te brengen.

© AP

De mensen die dat wél willen doen, moeten zich in veel staten eerst laten registreren vooraleer ze kunnen gaan stemmen. Hoe dat moet gebeuren, hangt af van staat tot staat. In sommige staten moet die registratie lang op voorhand gebeuren. In een aantal andere staten is het mogelijk om nog de dag voor de verkiezingen zich te registreren.

In totaal zijn 220 miljoen mensen van de 324 miljoen inwoners van de VS stemgerechtigd. Het weekend voor Election Day bleek dat intussen al 40 miljoen Amerikanen hun stem hadden uitgebracht. Traditioneel wordt ruim een derde van de stemmen vervroegd uitgebracht.

In 8 staten is Election Day een betaalde feestdag. In een aantal andere staten krijgen werknemers 2 uur vrij om te gaan stemmen.

KIESCOLLEGE. Toch is het in theorie niet het Amerikaanse volk zelf dat de president kiest. Het is wel een kiescollege (of Electoral College) die de president aanduidt. Het volk stemt op Election Day eigenlijk voor de kiesmannen in dat Electoral College. Iedere staat in de VS heeft recht op een aantal kiesmannen, afhankelijk van het aantal inwoners in die staat.

Met hun stem bepalen de Amerikanen de samenstelling van het Electoral College. De kiesmannen staan op lijsten die de partijen hadden samengesteld op de federale partijconventies. Zij beloven de officiële kandidaat van hun partij te steunen hoewel dit grondwettelijk niet is vereist.

In totaal zijn er 538 kiesmannen te verdelen. Behalve in de staten Nebraska en Maine worden de kiesmannen verdeeld volgens het principe ‘First past the post’, ofwel: de kandidaat die de meeste stemmen haalt in een bepaalde staat, krijgt ál de kiesmannen van die staat, ongeacht hoe groot het verschil is in aantal stemmen met de andere kandidaten. Al de kiesmannen in een bepaalde staat moeten zich dus automatisch scharen achter de kandidaat die de meeste stemmen haalde in die bepaalde staat.

De kandidaat die 270 stemmen of kiesmannen halt, wordt president. Staten met een grotere bevolking, krijgen meer kiesmannen. De huidige verdeling van de kiesmannen per staat is voor de komende verkiezingen (en ook voor de verkiezingen in 2020) als volgt:

  • Alabama 9
  • Alaska 3
  • Arizona 11
  • Arkansas 6
  • Californië 55
  • Colorado 9
  • Connecticut 7
  • Delaware 3
  • Washington D.C. 3
  • Florida 29
  • Georgia 16
  • Hawaii 4
  • Idaho 4
  • Illinois 20
  • Indiana 11
  • Iowa 6
  • Kansas 6
  • Kentucky 8
  • Louisiana 8
  • Maine 4
  • Maryland 10
  • Massachusetts 11
  • Michigan 16
  • Minnesota 10
  • Mississippi 6
  • Missouri 10
  • Montana 3
  • Nebraska 5
  • Nevada 6
  • New Hampshire 4
  • New Jersey 14
  • New Mexico 5
  • New York 29
  • North Carolina 15
  • North Dakota 3
  • Ohio 18
  • Oklahoma 7
  • Oregon 7
  • Pennsylvania 20
  • Rhode Island 4
  • South Carolina 9
  • South Dakota 3
  • Tennessee 11
  • Texas 38
  • Utah 6
  • Vermont 3
  • Virginia 13
  • Washington 12
  • West Virginia 5
  • Wisconsin 10
  • Wyoming 3

Door dat systeem is het mogelijk dat de presidentskandidaat met de meeste stemmen niet altijd de verkiezingen wint en ook president wordt. Dat gebeurde nog in 2000. Democratisch presidentskandidaat Al Gore behaalde nationaal meer stemmen dan George W. Bush, maar die laatste had meer kiesmannen binnengehaald en won daardoor de verkiezingen

© REUTERS

SWINGSTATEN. Bij de verkiezingen in de VS moet dus staat per staat gekeken worden welke kandidaat daar de bovenhand haalt. Van een aantal staten zijn de kandidaten al zeker dat ze alle kiesmannen daar zullen binnenhalen, omdat die staten traditioneel al jaren voor de ene of voor de andere partij stemmen. Zo is Texas pro-Republikeins, terwijl Californië pro-Democratisch is. Maar er zijn een aantal andere staten waar het nog alle kanten kan uitgaan. Die staten worden ‘swing states’ genoemd. Voor de verkiezingen van november 2016 zijn dat vooral Virgina, Colorado, Iowa, New Hampshire, Florida, Nevada en Ohio.

Dergelijke staten zijn bijzonder belangrijk in de verkiezingsstrijd, omdat een overwinning daar het verschil kan betekenen tussen winnen en verliezen.

EXIT POLLS. Amerika is een groot land. Dat wil zeggen dat er verschillende tijdszones zijn. De meeste stembureaus zijn open tussen 6 uur 's ochtends en 19u 's avonds plaatselijke tijd, al gelden er in verschillende staten vaak ook andere regels. Om 4 uur Belgische tijd, zullen de laatste stembureaus in het westen van Amerika sluiten. Op dat moment zullen de eerste exit polls van de stemming van aan de oostkust al binnen lopen. Een duidelijk winnaar wordt ten vroegste rond 5 uur Belgische tijd verwacht.

VICEPRESIDENT. Trump en Clinton staan er in hun campagne en op de verkiezingsdag zelf niet alleen voor. Beiden hebben een ‘running mate’ aan hun zijde, of een kandidaat-vicepresident. Als Trump verkozen wordt tot president, zal Mike Pence vicepresident worden. Indien Hillary Clinton het haalt, dan wordt Tim Kaine vicepresicent. De vicepresident van de Verenigde Staten is het op één na hoogste politieke ambt in het land. De vicepresident is de eerste in lijn als de president door omstandigheden (bijvoorbeeld door aftreden, afzetting of overlijden) moet opgevolgd worden.

PRESIDENT-ELECT. Na de verkiezingen van 8 november zal duidelijk worden wie de nieuwe president van Amerika wordt, maar die persoon is op dat moment nog geen president. Pas op Inauguration Day op 20 januari zal die de eed afleggen en ook officieel president worden voor de komende 4 jaar. In tussentijd wordt die persoon, Trump of Clinton in dit geval, ‘president-elect’ genoemd. Tot dan is Barack Obama nog president van de Verenigde Staten.

© REUTERS

FIRST LADY/FIRST GENTLEMAN. De echtgenote van de president wordt de ‘First Lady’ genoemd. Indien Trump president zou worden, is dat Melania Trump. Maar voor het is ook mogelijk dat er voor het eerst in de geschiedenis van Amerika een ‘First Gentleman’ in het Witte Huis komt. Als Hillary Clinton de eerste vrouwelijke president van de VS wordt, wordt Bill Clinton, haar echtgenoot en zelf ook voormalig president van de VS, de allereerste ‘First Gentleman’. Het gezin van de president(e) wordt traditioneel First Family genoemd.

© Photo News

CONGRES. Op 8 november wordt niet alleen gestemd voor een nieuwe president. Dan worden ook Congresverkiezingen gehouden. Die vinden om de twee jaar plaats. De vorige congresverkiezingen dateren dus van 2014. Toen behaalden de Republikeinen een meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. Ook voor de Senaat is dat het geval. Tijdens de Congresverkiezingen worden alle 453 leden van het Huis van Afgevaardigden verkozen. Wat de Senaat betreft gaat het om 1/3e van de zetels.

VERKIEZINGEN VOOR GOUVERNEURS. In een aantal staten worden er ook gouverneursverkiezingen gehouden op 8 november. In 12 staten (North Carolina, North Dakota, Utah, Indiana, Delaware, Vermont, Oregon, New Hampshire, West Virgina, Missouri, Montana en Wastington) en 2 overzeese territoria (Puerto Rico en Amerikaans Samoa) wordt er een (nieuwe) gouverneur verkozen.

REFERENDA. Tegelijk met de Amerikaanse verkiezingen voor onder andere een nieuwe president, een nieuwe senaat, nieuwe gouverneurs,..worden er in een aantal staten ook referenda gehouden. Het gaat onder andere over de legalisatie van marihuana of stemmingen over wapenbezit of minimumlonen. In Californië kunnen inwoners zich ook uitspreken over het verplicht gebruik van een condoom voor porno-acteurs.

© AFP

© Photo News

© AP

Aangeboden door onze partners

Hoofdpunten

Aangeboden door onze partners

Beste van Plus

Lees meer

Meest Gelezen