Groeiende welvaart is ongelijk verdeeld
De Nederlandse economie draait als een tierelier. Ben je een kniesoor als je je daar ongemakkelijk bij voelt? Horen ‘overvloed en onbehagen’ onvermijdelijk bij elkaar? In ieder geval is het een bekende combinatie geworden sinds de verschijning – dertig jaar geleden – van het gelijknamige boek van de Britse historicus
Simon Schama over de Gouden Eeuw.
Waarom zou je ongemak voelen over een economische groei van 3,3 procent? Vergeleken met de afgelopen decennia is het een hoog percentage. Tot voor kort werd aangenomen dat de groei op lange termijn niet meer boven de 1,5 tot 2 procent zou uitkomen. Het laat voor de zoveelste keer zien hoe moeilijk het is betrouwbare economische voorspellingen te doen, zelfs op korte termijn. Nog maar twee maanden geleden werd voor dit jaar een groei voorzien van 2,4 procent.
Als je kijkt hoeveel mensen zouden willen werken, of meer dan ze nu doen (in totaal 1,3 miljoen), dan kun je alleen maar blij zijn met een economie die meer exporteert, investeert en consumeert. Toch kan dat laatste ook voor onbehagen zorgen. Nederlanders trekken meer geld uit voor een nieuwe keuken, voor meubels, kleding, elektronica of uitgaven in de horeca. Evenzovele blijken van toegenomen particuliere welvaart.
Tegelijk moet je constateren dat die welvaart ongelijk verdeeld is. Wie goed om zich heen kijkt, kan niet anders dan enige gêne voelen bij de eindeloze keuzemogelijkheden die alleen al een supermarkt biedt. Voor miljarden mensen, dichtbij en veraf, is dat niet weggelegd. En dan hebben we het nog niet gehad over de volle terrassen en restaurants. Of over de vele vakanties en korte trips tussendoor. Die blijven voor velen al niet meer beperkt tot twee of drie per jaar. Voor ieder persoonlijk kun je zeggen: mooi dat het kan, geniet ervan. Maar als je je ogen niet sluit voor economische en sociale ongelijkheid, schuurt het ook. Kijken of je wat extra kunt delen van je rijkdom is dan wel het minste.
Op langere termijn zal vooral de zorg zijn financiële tol gaan eisen. Het Centraal Planbureau raamt een kostenstijging van 67 naar 84 miljard euro in de komende kabinetsperiode. Alleen al de verpleeghuiszorg zal in 2021 ruim 2 miljard meer vragen dan nu, als geen nadere maatregelen worden genomen. Ook klinkt de roep om meer geld voor onderwijs, al was het maar voor hogere salarissen om het vak van leraar aantrekkelijker te maken. En ja, Donald Trump is niet de eerste Amerikaanse president die eist dat Europa meer voor zijn eigen veiligheid op tafel legt. Dit alles zal de particuliere inkomensgroei onder druk zetten.
Het kan niet altijd feest zijn in de huizen.
de mening van het Nederlands Dagblad