Gelovigen, kom uit de kast ! - Kolet Janssen

Iedereen mag het. Holebi’s en transgenders. Travestieten en sadomasochisten. Mensen met de meest uiteenlopende handicaps. Te dikke of te magere mensen. Kansarmen. Mensen met rare hobby’s. Mensen die geworsteld hebben met een verslaving en mensen die in de gevangenis een straf hebben uitgezeten. Mensen zonder vlees en mensen zonder groente. Iedereen mag vrijmoedig uitkomen voor zijn of haar persoonlijke voorkeur of levensgeschiedenis.

Behalve als het over geloof gaat.

Er was een tijd, waarin alles wat anders was dan het brave gemiddelde, zich binnenskamers moest afspelen. In de privésfeer dus. Je zweeg erover tegen de buitenwereld en viel er niemand mee lastig. Mentaal gehandicapte kinderen, psychisch zieke of demente familieleden, zwarte schapen en werkonbekwamen, je hield ze uit het blikveld. Die tijd is gelukkig min of meer voorbij. Iedereen mag erbij horen, op zijn of haar heel eigen manier.

We ervaren het allemaal als een rijkdom: er zijn zo veel manieren waarop je volop mens kunt zijn. En ook al zijn er soms strubbelingen en hinderpalen op de weg naar volledige inclusie, het is een onomkeerbaar traject.

Hoe jammer dat er bij een brede laag van onze bevolking niet dezelfde openheid van geest heerst als het over geloof gaat. Draag je als jong meisje een rok tot over je knie? Dan ben je vast geïndoctrineerd. Kies je fier en zelfbewust voor een hoofddoek? Dan word je ongetwijfeld onderdrukt. Volg je in eer en geweten de ramadan? Dan wekt dat irritatie. Staat er ergens de term ‘halal’ op een bordje in de etalage van een pittazaak, dan voelen sommige Belgen zich aangevallen.

Is het u opgevallen dat mijn voorbeelden allemaal uit dezelfde godsdienst komen? Dat komt omdat de kleine groep bewuste christenen zo timide zijn geworden, dat ze inderdaad alles binnenskamers houden. Dat ze op de vraag ‘Kom je zondagochtend om 11 uur?’ aarzelen om te antwoorden ‘Nee, dan ga ik naar de mis’. Om alvast elke kritiek of spottende blik voor te zijn. Op dat vlak kunnen christenen nog iets leren van hun moslimbroeders en –zusters.

In het verdomhokje

Ik pleit niet voor de afschaffing van de scheiding tussen kerk en staat. Het is fijn en noodzakelijk dat officiële dingen neutraal kunnen geregeld worden en dat de staat geen partij kiest. Maar ik vind het veel te kort door de bocht om elke uiting of publieke beleving van geloof te verbieden en te bestempelen als een vorm van achterlijkheid, onwetendheid, onderdrukking of bijgeloof.

Mensen die zich vanuit hun christelijke inspiratie engageren voor asielzoekers of een project in het zuiden mogen daar onbezorgd voor uitkomen. Mensen die regelmatig bidden en zo de kracht vinden om waarden als vergeving en mededogen in de praktijk te brengen, hoeven dat niet te verzwijgen. Waarom zou dit zich allemaal binnenskamers moeten afspelen? Waarom kan een sacramentsprocessie op minder begrip rekenen dan de Gay Pride? Ook al heb je er zelf niks mee, een open samenleving dient een plaats te geven aan vogels van diverse pluimage. Waar blijft anders dat actief pluralisme?

Een stuk van het leven

Ik hoef geen holebi of kansarme te zijn om met hen te kunnen samenwerken en samenleven. Ik vind het bijvoorbeeld fijn dat mannen in ons land ongestoord hand in hand kunnen lopen. Ik maak op de bus met plezier plaats voor iemand in een rolstoel. Maar af en toe wil ik dan graag mezelf ook als gelovige kunnen outen zonder dat ik daarvoor scheef bekeken of belachelijk gemaakt word.

Misschien wordt het tijd dat er ook wat christenen uit de kast komen. Niet op een agressieve of fanatieke manier, maar gewoon omdat ze zichzelf zijn en omdat ze doen wat ze graag doen. Omdat hun geloof een stuk van hun leven is, dat zich ook buitenshuis afspeelt. Onze samenleving kan er alleen maar kleurrijker door worden.

(Kolet Janssen is auteur, oud-lerares, (pleeg)moeder en oma.)
 

Meest gelezen