Direct naar artikelinhoud
REPORTAGE

Hoe de Rotterdamse Superkubus werd verbouwd tot gedetineerdenopvang

Het conflict met buurtbewoners liep hoog op, toen de Rotterdamse Superkubus van Piet Blom werd verbouwd tot gedetineerdenopvang. Nu maakt het project kans op een prijs. Daartoe moest de eigenaar wel iets slims bedenken.

De Rotterdamse kubuswoningen met uitzicht op de Maas.Beeld Ossip van Duivenbode

De wijk van gekantelde kubuswoningen aan de Blaak is een van oudste architectuuriconen van het naoorlogse Rotterdam. Maar de grote superkubus, bij de entree van de wijk, kon maar geen bestemming vinden. Dat is nu anders: vorig jaar opende er een opvang voor (ex-)gedetineerden.

Dit weekeinde dingt de verbouwde kubus mee naar de rijksprijs voor inspirerend opdrachtgeverschap: de Gouden Piramide. Het project in Rotterdam is een van de vijf genomineerden voor de prijs. Het is bijzonder vanwege de nieuwe bestemming - opvang van veroordeelden mídden in de stad - van een architectonisch ontwerp dat tot ver over de landsgrenzen vermaard is.

De superkubus staat te midden van 38 van die eigenaardige gekantelde woningen die zijn ontworpen door de architect Piet Blom (1934-1999). Elk huis maakt ruim 45 graden slagzij en rust met zijn hoekpunt op een sokkel. Op een afstandje lijken het wel boomkruinen, wat ze de bijnaam Het Blaakse Bos opleverde. Het plein tussen de huizen is een oase van rust, terwijl het zich op aanraakafstand bevindt van een van de drukste plekken van Rotterdam, waar de net geopende overdekte Markthal dagelijks duizenden bezoekers trekt.

Geen makkelijk succes

Ondanks die drukte en de nimmer afwezige belangstelling van architectuurtoeristen, zijn de kubuswoningen geen makkelijk succes, zegt architect Sander van Schaik. Samen met Maarten Polkamp vormt hij het bureau Personal Architecture, dat tekende voor de verbouwing van de superkubus. 'De rol van een passage over de Blaak zoals Blom het had bedacht, kwam nooit helemaal uit de verf. En ook de aansluiting met het omringende stedelijk weefsel was niet optimaal.' De superkubus, een XL-versie van de kubus die Blom in 1982 bij de oplevering als een gemeenschappelijke plek had bedacht, stond eigenlijk altijd leeg.

Dus toen woningcorporatie Woonbron acht jaar geleden besloot de locatie nieuw leven in te blazen, leek dat goed nieuws voor de bewoners van de kubushuizen. Tot ze hoorden dat de nieuwe huurder Exodus zou worden, een stichting die zich bekommert om (ex-)gevangenen. Bloms schepping zou het tijdelijk woonhuis worden van twintig veroordeelden, die begeleid worden in hun terugkeer naar de maatschappij.

'We zijn gewend dat bewoners niet staan te juichen bij onze komst', zegt Exodus-bestuurder Lara van der Well. 'Maar hier was het verzet zeer fel.' Praten was onmogelijk, de partijen stonden al snel voor de rechter. Bewoners vreesden voor hun veiligheid en daling van huizenprijzen. 'Enerzijds begrijp ik dat', zegt Van der Well. 'Anderzijds: we kunnen goed uitleggen voor wie we dit doen. Mensen die uit de cel komen, zijn een groot deel van hun leven kwijt. Door ze te helpen dat weer op te bouwen, vergroot je de kans dat ze zichzelf kunnen redden. Dat levert de samenleving veel op.'

De verbouwde superkubus.Beeld Ossip van Duivenbode

Bezwaren

Woonbron zette het project met Exodus door, ondanks het feit dat bestuursvoorzitter van de corporatie, Bert Wijbenga, begrip heeft voor het ongenoegen van de buurt. 'Rotterdam is een grote stad. In een grote stad moet plaats zijn voor veel verschillende groepen. Ook Exodus hoort hier thuis. En het huisvesten van sociaal kwetsbare groepen is een van kerntaken van een wooncorporatie.'

Juist die kerntaken waren de laatste jaren wat op de achtergrond geraakt bij woningbouwclubs. Zeker ook Woonbron, dat zwaar onder vuur lag voor hun investeringen in de SS Rotterdam, een omgebouwd passagiersschip waarop miljoenen moesten worden afgeschreven. 'Toen ik in 2011 aantrad', zegt Wijbenga, 'zijn veel projecten afgestoten omdat die niet tot onze kerntaak behoren. Maar de huisvesting van ex-gedetineerden is in alle opzichten een project waar ik volledig achter kan staan.'

Wie op de Blaak rondloopt, kan de bezwaren van de bewoners wel invoelen. Marktkramen, veel verkeer, pleinruimte, horeca, hangplekken: als er ergens verleidingen op de loer liggen voor mensen met een straatverleden, is het hier. 'Maar', zegt Van der Well van Exodus: 'Je kunt ze niet altijd in een kliniek in Drenthe wegstoppen. Ooit moeten ze terugkeren naar de maatschappij. Die bevindt zich hier om de hoek.'

'Voor de verbouwing tot een terugkeerhuis was de oorspronkelijke indeling van Blom zeker lastig', zegt architect Van Schaik. De begane grond en dak-etage hebben de meeste ramen, maar zijn klein van oppervlak. De ruimte met de grootste vloer, in het midden, is juist donker. 'Om alle functies in het gebouw te krijgen, hebben we de indeling die Exodus voor ogen had, danig omgegooid.'

Het gevolg daarvan was dat de kantoren van de stichting nu op de begane grond zitten. Dat leverde echter een belangrijk voordeel op: 'Buurtbewoners zien nu altijd op straatniveau mensen aan het werk.' Ogen op de straat, dat is goed voor het veiligheidsgevoel.

Je kunt ze niet altijd in een kliniek in Drenthe wegstoppen. Ooit moeten ze terugkeren naar de maatschappij. Die bevindt zich hier om de hoek
Lara van der Well, bestuurder van Exodus

Constructie

De constructie was een groter probleem. De kubus werd gedragen door een massieve betonkolom die het hart van het gebouw in beslag nam. Die moest plaatsmaken voor een centraal trappenhuis met een open omloop, waar de bewoners van het pand elkaar kunnen ontmoeten. De vide over de volle hoogte van 11 meter brengt nu het daglicht ook naar de lager gelegen etages.

Het materiaalgebruik is zeker niet luxe, de meubels zijn tweedehandsjes uit de oude gevangenis aan de Noordsingel. Maar het gebouw is goed leesbaar geworden dankzij het centrale trappenhuis, terwijl de architectuur van Blom door de ingreep van Personal Architectuur helder overeind blijft.

De gedetineerden wonen er nu een jaar. De buurtstorm is wat geluwd. Niet dat iedereen opeens blij is met het centrum. 'Ik wil het niet idyllischer voorstellen dan het is', zegt Lara van der Well van Exodus. 'Hier wonen mensen met problemen. Maar door een intensieve samenwerking met gemeente en politie, is er hier veel aandacht voor de veiligheid.'

Voor Rotterdam, zegt bestuurder Wijbenga, is dit een belangrijke plek. 'Dat er een invulling is gevonden voor een pand dat dreigde te verloederen, heeft de stad behoed voor een lelijk litteken.'

Afgebrand

De kubuswoningen, die internationaal altijd veel aandacht hebben gekregen, ontwierp architect Piet Blom eind jaren zeventig voor het eerst in Helmond. Ze zijn gebouwd volgens het zelfde principe als in Rotterdam: de huizen zijn gekanteld en staan op een kolom, waardoor ze van het straatniveau worden opgetild. Bij de Helmondse woningen hoorde Theater ’t Speelhuis, in de vorm van een grote kubus, dat in 1977 door prinses Beatrix werd geopend. Het theater brandde in 2011 volledig af en is niet herbouwd.

Gouden piramide

De Gouden Piramide is een jaarlijkse prijs van 50 duizend euro die de rijksoverheid uitreikt voor inspirerend opdrachtgeverschap in de architectuur, landschapsontwerp en stedenbouw. De AVROTROS besteedde de afgelopen weken aandacht aan elk van de vijf genomineerden in Kunstuur en zendt 23 november de bekendmaking van de winnaar uit.

Naast de superkubus zijn genomineerd:

Begraafplaats De Nieuwe Ooster, Amsterdam. Restauratie en opknappen van de begraafplaats, die de status heeft van rijksmonument. (Ontwerp: Karres en Brands landschapsarchitecten, Bierman Henket architecten, Atelier PUUUR, Kerssen Graafland architecten, Oranjewoud en adviseurs.)

Itakha, Almere. Van Bekkum Groep en Edwin Oostmeijer Projectontwikkeling voor de woningbouw met 'collectief particulier opdrachtgeverschap' (Ontwerp: VMX Architects, RAAAF.)

MIET air, Beers. MIET Recreartpark voor het ombouwen van camping tot 'artist in residence'voor beeldhouwers (Ontwerp: NEXIT Architecten.)

Natuurderij KeizersRande. Stichting IJssellandschap voor onder meer de bouw van een biodynamische boerderij. (Ontwerp: Daad architecten, Van Paridon en de Groot, Alterra.)