Olympische erkenning Kosovo valt slecht in Servië
Het Internationaal Olympisch Comité (IOC) heeft Kosovo als voorlopig lid erkend. Het land krijgt mogelijk in december een volledig lidmaatschap, dat is vereist voor deelname aan Olympische Spelen. Het besluit valt slecht in Servië, het land waarvan Kosovo zich in 2008 onafhankelijk verklaarde.
In een persbericht verklaart het IOC de voorlopige toelating: 'Het Nationaal Olympisch Comité van Kosovo werd in 1992 opgericht, daaronder vallen meer dan 30 nationale sportbonden, waarvan dertien Olympische sporten. Van die 13 zijn er 6 volledig lid van de overkoepelende internationale bond, terwijl de andere 7 bonden voorlopig lid of voorwaardelijk lid zijn.'
Daarnaast benadrukt het IOC dat Kosovo als onafhankelijke staat is erkend door 108 van de 193 lidstaten van de VN. Daarmee is aan de vereisten voor lidmaatschap voldaan, stelt het comité.
Judo en voetbal
Het IOC meldt verder dat het besluit is genomen om de onzekerheid van atleten in Kosovo weg te nemen. De bekendste en meest succesvolle atleet uit Kosovo is judoka Majilinda Kelmendi, die de afgelopen twee jaar wereldkampioen werd in de gewichtsklasse tot 52 kilogram.
De voorlopige toetreding tot het IOC is niet het eerste succes dat de jonge republiek boekte in haar strijd om internationale, sportieve erkenning. Hoewel de voetbalbonden UEFA en FIFA het Kosovaarse verzoek om lidmaatschap afwezen, kreeg het nationale elftal wel toestemming om officiële oefenwedstrijden te spelen.
In maart van dit jaar speelde Kosovo zijn eerste officiële wedstrijd, het duel met Haïti eindigde in een doelpuntloos gelijkspel. Sindsdien speelden de Kosovaren nog vier oefenwedstrijden. De laatste keer wonnen ze voor het eerst, Oman werd met 1-0 verslagen.
Omstreden
De timing van het besluit is opmerkelijk. Vorige week liep een EK-kwalificatieduel tussen Servië en Albanië uit de hand omdat er een drone met een Albanese vlag boven het veld vloog. Toen een Servische speler de vlag naar beneden probeerde te trekken ontstonden er hevige vechtpartijen op de tribunes en op het veld, waarna de wedstrijd definitief werd gestaakt.
Uitgerekend vandaag behandelt de UEFA de tuchtzaak over de wedstrijd, naar verluidt wordt dan bekend wat de officiële uitslag van de wedstrijd wordt. 'Om te bepalen welke straffen beide landen krijgen, hebben we meer tijd nodig', laat een woordvoerder weten.
Van de inwoners van Kosovo is 92 procent etnisch Albanees, terwijl het land onder Servisch bestuur valt. Veel spelers van de Albanese selectie zijn in Kosovo geboren, maar komen voor Albanië uit omdat Kosovo niet in internationale voetbalcompetities mag deelnemen.
'Uniek precedent'
Kosovo riep in 2008 de onafhankelijkheid uit en werd door veel landen - waaronder Nederland - als zodanig erkent. Servië erkent het land echter nog niet als onafhankelijk, maar ziet het als een Servische provincie.
In 1999 voerde de NAVO een luchtoorlog van 78 dagen om het uitmoorden van etnische Albanezen door Serviërs in Kosovo te stoppen.
Het Servisch Olympisch Comité reageerde dan woedend toen het lucht kreeg van het voornemen van het IOC: 'Vier jaar lang hebben wij met succes de pogingen van zelfverklaarde republiek Kosovo om lid te worden van het IOC geblokkeerd. De Servische autoriteiten zijn altijd op tijd op de hoogte gebracht van deze pogingen. Wij hebben meermaals aangegeven dat dit soort activiteiten onacceptabel zijn.'
Bovendien, stelt de Servische bond, is de toetreding een uniek precedent: 'Nog nooit werd een nationaal olympisch comité van een land dat geen lid is van de Verenigde Naties toegelaten tot het IOC.'
Vier jaar lang hebben wij met succes de pogingen van zelfverklaarde republiek Kosovo om lid te worden van het IOC geblokkeerd. Wij hebben meermaals aangegeven dat dit soort activiteiten onacceptabel zijn