Kleine "Nemo" kan tot 400 kilometer ver reizen

Dat een volwassen clownvis in "Finding Nemo" een verre reis onderneemt, klopt alvast niet. Grote avonturen onderneemt de clownvis slechts in de eerste weken van zijn leven, als larve. Zo blijkt alvast uit een studie die gepubliceerd werd in Plos One. “Dit is indrukwekkend want wanneer de larven bij het nieuwe koraalrif aankomen, zijn ze vaak minder dan een centimeter lang en hoogstens een paar dagen oud”, zegt onderzoeker Steve Simpson van de Universiteit van Exeter.

Voor het onderzoek hebben de wetenschappers DNA afgenomen van ongeveer 400 clownvisjes. De visjes waren afkomstig uit twee verschillende koraalriffen die op honderden kilometers van elkaar verwijderd waren. Het DNA werd vervolgens gebruikt om de geïmmigreerde en hybride visjes te identificeren. “Net zoals het accent ons helpt om een Engelsman van een Amerikaan te onderscheiden, hebben ook vispopulaties een eigen genetische handtekening”, legt onderzoeker Hugo Harrison uit. “Door te kijken naar het DNA van visjes kunnen we zien of ze van een bepaald koraalrif afkomstig zijn of niet.”

Zes procent van de onderzochte vissen bleek naar een koraalrif 400 kilometer verderop geëmigreerd. Opvallend was ook dat de vissen vooral richting het zuiden zwommen. "Waarschijnlijk kunnen ze dus die grote afstand afleggen door zich te laten meevoeren met de dominante zeestromingen van het moment”, klinkt het bij de onderzoekers van de Universiteit van Exeter. Daarbij komt nog dat larves van clownvisjes al goed ontwikkeld zijn.

De onderzoekers haalden er ook heel wat hybride clownvisjes uit, visjes die afkomstig zijn uit twee verschillende populaties. Nadat de visjes geïmmigreerd zijn, gaan ze zich dus effectief met de andere populatie voortplanten. De ontdekking is een grote stap voor het verder in kaart brengen van de ecosystemen van het koraalrif.