Staking 60.61.... 50 jaar geleden
Hierbij kan je enkele foto's vinden van een betoging uit Kortrijk, ACOD trok er de kop...
De foto's zijn genomen door een goeie vriend van mijn vader... Roger Van Wietendaele, een voorganger van mezelf als voorzitter van ACOD Kortrijk.
Naar het schijnt heeft mijn moeder nog altijd stakingsgeld tegoed van die tijd.... :), ik was ook maar een klein jaar later geboren...
Frank Mulleman,
ACOD Kortrijk
De staking van 60-61 tegen de Eenheidswet
Woensdag 20 december is het precies 50 jaar geleden dat de arbeiders van
ACEC van Charleroi in gemeenschappelijk vakbondsfront het werk neerlegden. De
staalarbeiders van Luik, de dokwerkers van Antwerpen en de elektriciens van
Gent volgden hun voorbeeld, dezelfde dag nog. Zo begon de historische algemene
staking van 60-61, tegen de Eenheidswet.
De staking duurt tot 23 januari 61. Vijf weken van indrukwekkende massabetogingen,
van sabotagedaden en botsingen met de rijkswacht, oproepen tot desertie aan
het adres van de soldaten die tegen de stakers werden ingezet. De internationale
solidariteit is enorm.
De staking begint tegen de wil van de vakbondsleiders. Van bij de start
probeert de socialistische partij, de BSP, die dan in de oppositie zit, de beweging
te recupereren door de val van de regering-Eyskens-Lilar (christendemocraten-liberalen)
als enig doel te stellen. Tijdens de staking zaait de Waalse vleugel van die
partij, gevolgd door een aantal vakbondsleiders, verdeeldheid door het federalisme
als ordewoord te lanceren.
De regering spant de kerk voor haar kar, kardinaal Van Roey lanceert een
oproep tegen de staking en de leiding van het ACV werkt ze met al haar krachten
tegen. Rijkswacht en leger worden tegen de stakers ingezet. Vier arbeiders worden
gedood, honderden anderen gewond. Maar de stakers houden vol.
De regering schrijft uiteindelijk vervroegde verkiezingen uit, voor 26
maart 1961. De socialistische partij komt als overwinnaar uit de bus. Ze voert
dan toch de Eenheidswet door, maar bij kleine pakjes. Ze stemt ook nieuwe antistakingswetten.
Het is belangrijk dat de arbeidersbeweging haar geschiedenis bestudeert
om eruit te leren voor de strijd van vandaag. Solidair vroeg drie jongeren
om de geschiedenis van deze historische staking voor ons op te tekenen. Hieronder
het eerste deel van hun werk. De rest volgt in januari. (H.L.)
Foto - December 1960, opgeëiste vuilnismannen onder protest aan het
werk. (Foto archief)
Eenheidswet, onrechtswet
Op 4 november 1960 dient de christelijk-liberale regering-Eyskens-Lilar bij
de kamer een wetsontwerp in, dat de titel draagt "wetsontwerp op de economische
expansie, de sociale vooruitgang en het financieel herstel". Het gaat de
geschiedenis in als de Eenheidswet.
David Breuls
De wet telt zeven titels en 133 artikels. Het merendeel van de behandelde
punten is terug te vinden in het memorandum van het Verbond der Belgische Industrie.
Het VBI eiste onder meer een sanering van de sociale zekerheid en van de werkloosheidsverzekering,
de schrapping van de terugbetaling voor kleine ziekterisicos en een verhoogde
steun voor het patronaat.
Met een eerste reeks maatregelen wilde de regering de toekomst van de
bedrijven verdedigen of versterken, in de eerste plaats door leningen aan de
industrie, door financiële steun en door het aanbieden van goedkope arbeidskrachten
(vooral oudere werklozen), wier loon deels door de staat werd betaald. De Eenheidswet
brengt het staatsaandeel in privé-investeringen van 45 op 50 procent.
De wet komt ook tegemoet aan de wens van de patroons om de staatsschuld
op één jaar met 14 miljard te verminderen, door meer inkomsten
en door minder uitgaven.
Aan de inkomstenzijde mikt de Eenheidswet op een drastische verhoging
van de belastingen. 85 procent van de 9 à 10 miljard nieuwe belastinginkomsten
komen van indirecte belastingen: verhoging van de overdrachttaks (nu btw), betaald
door de gebruiker. Deze taks wordt doorgerekend in de prijzen, maar niet in
de index. In scherp contrast daarmee staat de maatregel om de roerende voorheffing
op aangegeven dividenden te reduceren tot 10 procent. Verder voert de regering
voor 1,2 miljard besparingen door in het onderwijs en voor 1,3 miljard in de
ziekte- en invaliditeitsverzekering.
Tenslotte staat er in het wetsontwerp nog een rist maatregelen die nooit
met de vakbonden werden besproken, maar die wel overgenomen zijn uit het memorandum
van het VBI.
In de overheidssector wil het ontwerp de pensioenleeftijd van de ambtenaren
optrekken van 60 naar 65 jaar. Het deelt de werkloosheidsperiodes op in twee
delen: tijdens de eerste periode ontvangt de werkloze een volledige uitkering,
daarna een verminderde.
Allemaal de schuld van Congo?
Op het einde van de jaren vijftig was de werkloosheid gedaald en gingen de
industriële ontwikkeling en de bedrijfswinsten erop vooruit. Waarom eisten
de zakenlui toch een strenge bezuinigingspolitiek?
Eyskens zegde dat het verlies van Congo hem ertoe dwong offers te
vragen. Het is natuurlijk juist dat de onafhankelijkheid van Congo de superwinsten
uit de koloniale uitbuiting in gevaar bracht: de nettowinstmarge bedroeg daar
meer dan 20 procent op het kapitaal, terwijl dat voor een bedrijf in België
maar 8 procent was. Maar de kolonies vertegenwoordigden slechts zes procent
van de totale invoer naar België, en slechts vier procent van de uitvoer.
De specialisten waren het erover eens dat een volledige verbreking van alle
handelsbetrekkingen tussen de twee landen voor België niet veel meer dan
4 procent verlies zou meebrengen.
Het echte motief voor de eenheidswet was dat het patronaat eiste dat de
overheidsfinanciën "zo streng mogelijk" zouden gesaneerd worden.
De overheidsschuld draaide tussen 1950 en 1957 rond de 10 miljard, maar steeg
naar 22 miljard in 1958 en in de loop van het voorjaar van 1960 zelfs naar 15,5
miljard.
Het patronaat vreesde ook dat de Belgische economie niet goed voorbereid
was op de uitbouw van de eenheidsmarkt. De groei van de Belgische economie verliep
net iets minder snel dan die van de Europese buurlanden. Sinds 1953 nam de industriële
productie in België slechts toe met 3 procent, tegenover 5,5 in Nederland,
7 in Frankrijk en 8 in Duitsland. Dat kwam doordat de industrie in België
minder te lijden had gehad onder de Tweede Wereldoorlog en dat het patronaat
in ons land minder had geïnvesteerd in de modernisering en in de ontwikkeling
van nieuwe producten dan in Frankrijk of Duitsland het geval was. Daarom precies
schrijft de nota van het VBI van 20 september 1960: "In deze kritieke
periode waarin we aanzienlijke economische schade lijden door de gebeurtenissen
in Congo en waarin de vorming van de gemeenschappelijke markt snel opschiet,
moeten we een speciale inspanning leveren." Die speciale inspanning
in praktijk brengen, dat is de opdracht die het patronaat de regering meegeeft,
dat is het programma van de Eenheidswet.
Foto - De eenheidswet was als een steen in het aangezicht van de arbeiders.
Die lieten het daar niet bij en organiseerden vijf weken lang de algemene staking.
(Foto archief)
14-12-2010 om 23:31
geschreven door achturencultuur
|