Guy Schrooten verteld over zijn hobby Scheidsrechter.
Hoe ik de smaak te pakken heb gekregen om scheidsrechter te worden is eigenlijk doordat de kinderen begonnen te voetballen. Mijn oudste zoon was eerste jaar duiveltje en tijdens de eerste thuiswedstrijd, was de zoon van de trainer, scheidsrechter. Hij kon de wedstrijd niet volledig fluiten en toen hij zelf moest gaan voetballen, zei zijn vader dat hij het fluitje maar aan mij moest geven. Na de wedstrijd kreeg ik natuurlijk de vraag of ik elke thuiswedstrijd zijn ploegje wilde fluiten. Dit heb ik 2 seizoenen gedaan. Natuurlijk is voor de kleinste voetballertjes (tot en met de preminiemen) geen officiële scheidsrechter nodig. Het tweede jaar dat ik die duiveltjes aan het fluiten was, kreeg ik de smaak te pakken. Ik heb info ingewonnen via de secretaris van de club en heb mij ingeschreven voor een cursus als scheidsrechter.
Ik heb mij telefonisch aangemeld bij de Limburgse voetbalbond in Hasselt en kreeg de dag later een brief met de datum van de cursus. De cursus bestaat uit 6 lessen en is zowel voor de meisjes als voor de jongens. De theoretische lessen waren 4 zaterdagen na mekaar van 9.00 u tot 12.00 u in Hasselt. De 5de les is een wedstrijd bekijken en het evalueren van een scheidsrechter. De 6de les is het examen. Deze bestaat uit een theoretisch examen (multiple choice) waar men minstens 28/40 moet halen om dadelijk daarna een gesprek aan te gaan met mensen van de bond. De voorwaarden die gesteld zijn om aan de cursus deel te nemen zijn: Belg zijn, min. 15 jaar oud en aangesloten zijn bij een club. Je moet tijdens de cursus ook een foto en een bewijs van goed gedrag en zeden afgeven.
Het duurt na het slagen van het examen een drietal weken voor je je eerste wedstrijd krijgt. Je begint natuurlijk bij de jeugd. Tijdens de cursus wordt er ook gevraagd of je alleen zaterdag of alleen zondag kunt fluiten. Je kan natuurlijk ook doorgeven dat het op beide dagen kan. De wedstrijden worden doorgegeven via Internet op je eigen persoonlijke pagina. De eerste 3 wedstrijden gaat er een peter mee. Deze is een ervaren scheidsrechter. Je kan zelf een naam doorgeven, of je er ene laten toekennen door de bond. Deze peter helpt je met het scheidsrechterblad en bespreekt voor de wedstrijd wat je allemaal moet doen. Tijdens de rust bespreekt hij hoe je het er in de eerste helft hebt afgebracht. Na de volledige wedstrijd helpt hij je om het scheidsrechterblad te vervolledigen en bespreekt dan de volledige wedstrijd.
Het 1ste jaar als scheidsrechter ben je eigenlijk een stagiair. Tijdens dat jaar krijg je drie begeleidingen. Deze begeleidingen gebeuren door mensen van de bond. Zij stellen zich voor de wedstrijd voor en beoordelen je wedstrijd. De 3de begeleiding is eigenlijk voor uw aanvaarding als scheidsrechter. Als je aanvaardt wordt als scheidsrechter, en dat is meestal wel het geval, wordt je gezegd wat je mag fluiten. Ofwel blijf je bij de jeugd, en dat is van miniemen tot scholieren, ofwel mag je de junioren en reserven fluiten. Mijn 1ste seizoen had ik de kadetten en de scholieren, zowel de gewestelijk als de provinciale reeks. Tijdens mijn aanvaardig op het einde van het seizoen, kreeg ik te horen dat ik de reserven mocht gaan fluiten. Als het seizoen nu in september start, is dit pas mijn 3de seizoen.
Als scheidsrechter wordt je voortdurend begeleid. Je krijgt onverwachts iemand van de bond die je tijdens een wedstrijd komt volgen. Dit weet je dan pas na de wedstrijd. Hij evolueert je wedstrijd en vertelt je waar je moet op letten en ook wat je goed doet. Na een tijdje stellen ze je de vraag of je de 1ste ploegen wil gaan fluiten. Dan start je in 4de provinciale. Als scheidsrechter krijg je van de club waar je gaat fluiten een vergoeding en reisonkosten. Deze zijn vastgesteld door de bond. Hoe hoger je geraakt, hoe groter de vergoeding. Elk seizoen zijn er ook 4 gewestelijke cursussen die doorgaan bij het gewest van je streek (bv. Gewest Genk, gewest Tongeren, gewest Maaskant,
)
Wat mij vooral opviel tijdens de cursus, was eigenlijk, dat toen ik zelf nog competitie voetbalde, de scheidsrechter het toch meestal bij het rechte eind had. Je moet het graag doen en een brede rug hebben, want het blijft tenslotte een hobby. Er zijn altijd supporters die het nooit eens zijn met de scheidsrechter en dat hoor je dan wel, ook al hebben ze ongelijk. Je moet ook je ongelijk durven toegeven en dat wordt ten zeerste geapprecieerd door de supporters en clubs. Je moet natuurlijk beslissen in een fractie van een seconde. Je hebt geen tijd om na te denken, want dan is het al te laat. Als scheidsrechter moet je een wedstrijd kunnen leiden zonder dat je opvalt. Hiermee wil ik zeggen dat je de wedstrijd niet moet maken, maar de spelers. En jij moet die in goede banen leiden. Je moet consequent zijn en geen partij kiezen voor een bepaalde ploeg. Je moet ook geen compensaties geven als je een foute beslissing hebt genomen. Zo blijf je de wedstrijd onder controle hebben en krijg je een uitslag die de spelers hebben gemaakt en niet jij. De spelers hebben snel door of ze met je voeten kunnen spelen of niet. Als je rechtvaardig bent en respect heb voor de spelers en de clubs, krijg je respect terug (dit zowel van de verliezende als van de winnende ploeg). Dit maakt de hobby zo mooi.