Redactie
Medjugorje België en Nederland
Chris De Bodt
(1958 - 2012)

medjugorjebn@gmail.com

Patty De Vos
Kasteelstraat 81
9180 Temse
België
patty.de.vos@hotmail.com

Dr. Guy Claes
Platanendreef 40
8790 Waregem
België
gclaes@scarlet.be

Henk
Twan Vereecken
Geertrui Schonken
Veerle De Caluwé
Anne Van Der Sloten
p. Alfons J. Smet
Broeder Joseph
Zoeken in blog

Medjugorje 2015 Medjugorje 2014 Medjugorje 2013 Medjugorje 2012 Medjugorje 2011 Medjugorje 2010

 

Voorlopig worden enkel de boodschappen gepubliceerd.
22-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.22 juni 2010
22 juni 2010

1. De Waarschuwing [12/14]

Lees dit

U, die Mij niet bent komen aanbidden, u zult uw tekortkoming zien en u onbehaaglijk voelen voor de Liefde, de Koning der Koningen en u zult u onwaardig voelen voor zoveel liefde.

U, die het niet nodig achtte om te knielen en de hoofden te buigen om Mij te aanbidden tijdens de opheffing van Mijn Lichaam en Mijn Bloed, daar u dat maar als een banale verering zag, u zult zich schamen voor uw gebrek aan eerbetuiging voor Mij, de Koning der Koningen. Ik zal u laten zien wat u niet kunt hebben: Mijn ontelbare genaden, die Ik enkel voorbehoud aan Mijn onderdanen.

U, die Mijn Heilige Plaats onteerd hebt en alles wat Zij in Zich bergt, u zult uzelf onteigend zien van elke handeling. U zult willen vluchten, want u zult uzelf ontdekt voelen. Daar u Mijn ruimte onteerd hebt, zullen uw ledematen de onbeweeglijkheid voelen en zult u weten dat dit gebeurt omdat u dat hebt gedaan.

U, de afvalligen, zult verstoken zijn van alle zelfrespect, omdat u geen respect had voor al wat heilig is. Heel uw wezen zal in smart zijn, want u zult voelen wat Ik heb gevoeld onder het plegen van uw heiligschennis tegen Mijn plaats van Liefde.

2. Medjugorje: Mijn keuze, mijn roeping! [2/4]

Hieronder volgt een getuigenis uit de mailbox van een achttienjarige jongen, die een roeping als priester kreeg te Medjugorje.

Elf jaar oud

Na de ontmoeting met de pater kwamen er nog vele gevoelige en emotionele momenten tijdens de diverse activiteiten. Wat we ook gingen doen, het ging altijd over "priesterroepingen." Die nacht ben ik nog een keer naar het heiligdom van Medugorje gegaan [het beeld van de Verrezen Christus]. Ik zie het nog voor mij: er was niemand, alleen ik en God in mijn hart, ik ging plat op de grond liggen, voor het kruis en zij tot hem: "God! Help mij bij mijn roeping tot priester, vergeef me al mijn zonden en zegen mij." Na mijn roeping te aanvaarden ben ik nog even blijven bidden en bezinnen.

De volgende dag gingen we de kruisweg bidden [Krizevac ]. Eenmaal bovenop de berg heb ik aan de pater die met ons op bedevaart ging gevraagd of hij mij de handen zou opleggen als teken van hulp en trouw op mijn lange weg tot priester. Het was toen dat ik wist dat mijn toekomst, tussen God en de mensen zal zijn als priester.

Schrijver gekend bij de redactie

3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 181]

Hoofdstuk 6. De Kruisiging

Eerste val van Jezus onder het Kruis

Tegen het einde aan buigt de nauwe straat naar links af, en de weg wordt nu breder en gaat een weinig omhoog. Er komt daar een onderaardse waterleiding uit de richting van de berg Sion. Ik meen dat zij langs het Forum, waar zich eveneens overmetselde greppels bevinden, naar de vijver bij de Schapenpoort loopt. Ik hoorde het water klokken en murmelen in de buizen. Voordat de weg begint te stijgen, is er een diepe plaats die, als het regent, dikwijls vol water en modder staat. Zoals men meermaals ziet in de straten van Jeruzalem, welke gedeeltelijk zeer ruw zijn, ligt hier een grote steen, waarvan men gebruik maakt om over de diepte heen te schrijden.

Toen de arme Jezus met Zijn zware last bij deze plaats aankwam, kon Hij niet verder meer. De rakkers trokken en duwden Hem zonder erbarmen voort, en de goddelijke kruisdrager viel tegen de steen in Zijn ganse lengte op de grond. Het kruis plofte naast Hem op de grond. De rakkers vloekten, rukten aan de touwen en schopten naar Jezus. Er ontstond een stemming in de stoet en een hoop drukte rondom Onze Heer. Tevergeefs stak Hij Zijn hand uit, opdat men Hem helpen zou. "Ach, het zal spoedig voorbij zijn," sprak Hij, en bad. De Farizeeërs schreeuwden: "Op! Trek hem van de grond en vooruit met hem! Anders sterft hij nog te vroeg." Hier en daar, langs de weg, stonden vrouwen te wenen; de kinderen die zij bij zich hadden, huilden van angst. Dankzij bovennatuurlijke hulp, hief Jezus Zijn hoofd weer omhoog en de jonge beulsknechten, die wreedaardige, duivelse vlegels, namen de doornenkroon en drukten die om Zijn slapen.

Toen zij dan Jezus, onder allerlei mishandelingen, hadden doen opstaan, werd het kruis op Zijn schouder gelegd, en Hij moest nu, om de zware last te kunnen dragen zonder door de bede kroon te worden gehinderd, Zijn ellendig gemarteld hoofd helemaal naar de ene kant houden, wat Hem in een verschrikkelijke nood bracht. Zo schreed Hij wankelend de brede, klimmende weg op. En de pijnen die Hij leed, waren dubbel zo groot als voordien.

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 181]

Preken

Ze verjagen de Heilige Geest

Let op! Er zijn ouders die dag in, dag uit, zonden uitbraken over hun kinderen, zogenaamd om ze zoet te houden. De tobbers schijnen niet in te zien dat ze die arme kleinen daardoor in het onheil storten, dat ze de Heilige Geest uit hun hart verjagen en er hun leugen en bedrog voor in de plaats geven.

"Maar," zullen de vader en moeders die hun plichten nooit begrepen hebben, me tegenwerpen, "ze zeuren ons de oren van het hoofd. Je moet er nu en dan iets op verzinnen om ze stil te krijgen. Daar steekt toch geen kwaad in."

Meent ge dat eerlijk, vriend? Steekt er geen kwaad in de Heilige Geest van u te verwijderen en de bron van alle genade af te sluiten? Steekt er geen kwaad in de vloek van de hemel af te roepen over uw arme kinderen? Steekt er geen kwaad in de hand te slaan aan Jezus Christus zelf en Hem naar de Calvarieberg te slepen? O God, laat ons toch eens begrijpen wat een verwoesting de zonde aanricht in diegene die het ongeluk heeft haar te bedrijven!

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 181]

Hoofdstuk 26. Geld en werk

Nicky: Rijkeren hebben steeds de bedoeling om hun rijkdom nog doen toe te nemen. Men kan dit zien aan hun levensstijl. Dikwijls leeft men volgens het principe van enkel de rente uit te geven. Vandaag zijn er mensen die enkel leven van het handelen in diverse muntwaarden en andere vormen van transacties. Zijn deze levenswijzen of hun handelingen volgens de wil van God?
Maria: Duidelijk niet! God wenst van de rijken dat ze van hun bezit delen voor de armen en goede daden doen voor hen en niet op hun rijkdom te blijven zitten. Beide groepen zullen zich danig moeten aanpassen in de komende jaren en we moeten bidden dat de Heilige Geest hen zo veel mogelijk verlicht.

Nicky: En voor de mensen die reeds zien dat het geldssysteem van vandaag, niet van God komt ... wat zou u hen aanraden om met hun geld dat ze hebben bijeengestapeld te doen, als ze het wensen aan te wenden volgens Gods wil?
Maria: Goede dingen te doen met het geld omdat het later zal verdwenen zijn en men er niets goed meer mee zal kunnen aanvangen.

Nicky: Is het idee van de antichrist juist?
Maria: Ik vrees van wel. Sommige andere zieners dan deze te Medjugorje zeggen dat de antichristus reeds leeft vandaag. Hij zal komen als een grote financiële tovenaar, een krachtig charisma bezitten en ook worden beschouwd als een grote genezer en iemand die mirakelen kan bewerkstelligen. Enorme aantallen mensen zullen voor hem vallen terwijl hij, in feite, de grootste openbaring van satan ooit zal zijn. De mensen zouden onophoudelijk moeten bidden om niet door satan en zijn onbegrensde begaafdheid door zichzelf te vermommen onder enig welke vorm die zijn arrogantie bevalt, te worden beetgenomen.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 26]

Vrienden in medeleven en opofferingen

Deze door de hemel gezonden "liefdevolle behandelingen" vielen nooit te beurt aan Jacinta en Francisco, want hun ouders zouden nooit aan iemand toestaan dat ze hen iets zouden misdoen. Maar zij leden toen zij mij zagen lijden en dikwijls liep er een traan langs hun wangen wanneer ze me zo vernederd en verward zagen. Op een dag zei Jacinta tot mij: "Waren mijn ouders maar zoals de uwe, zodat de mensen mij ook zouden een pak rammel geven, dan zou ik nog meer opofferingen kunnen doen voor Onze Heer." Niettemin wist ze hoe ze van bijna elke gelegenheid een versterving kon maken. Bij gelegenheid hadden we de gewoonte om aan God de versterving van negen dagen of een maand zonder drank aan te bieden. Ooit maakten we deze belofte eens tijdens de maand augustus, als het snikkend heet is.

Toen we op een dag terugkeerden van de Cova da Iria, waar we de Rozenkrans hadden gebeden, kwamen we aan een vijver naast de straat en zei Jacinta tot mij: "O, ik heb zo’n dorst en mijn hoofd doet zo’n pijn! Ik ga een beetje van dit water drinken." "Niet dat water," antwoordde ik, "Onze moeder wil niet dat wij het drinken omdat het niet goed is voor ons. We gaan nu verder en zullen wat water vragen aan Maria dos Anjos [zij was een buurvrouw van ons, die onlangs was gehuwd en nu naast ons leefde, in een klein huis]. "Neen, ik wil geen goed water. Ik drink liever dit water, want in de plaats van onze dorst op te offeren aan de Heer, kan ik hem het offer schenken van het drinken van dit vuile water." En het water was vuil. De mensen wasten er hun kleren in en de dieren kwamen er uit drinken en er in waden. Dat was de reden waarom mijn moeder waarschuwde om niet van dit water te drinken.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Manon des Sources [7/14]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Manon des sources is een Italiaans-Franse dramafilm uit 1987, geregisseerd door Claude Berri. De film is gebaseerd op de tweedelige roman van Marcel Pagnol uit 1966 en is een vervolg op Jean de Florette.

Tien jaar na de dood van Jean, gaan de zaken goed voor Ugolin en zijn oom César ‘Papet’ Soubeyrans [Yves Montand]. De bron die ze voor Jean verstopt hadden, zorgt nu voor een bloeiende anjerkweek. Manon [Emmanuelle Béart], de dochter van Jean, werkt in de streek als geitenhoedster en is ondertussen opgegroeid tot een mooie, schijnbaar argeloze, jonge vrouw. Haar ontwapenende schoonheid brengt het hoofd van Ugolin op hol. Uiteindelijk wreekt zij zich voor het onrecht dat tot haar vaders dood heeft geleid.

Dit Franse drama is uitgebracht in 1987 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu, Hyppolyte Girardot en Emmanuelle Béart. In 1987 won Emmanuelle Béart de César voor beste vrouwelijke bijrol.
De film duurt 113 minuten.



8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 36: Geleende tijd [Aflevering 235]

Het was de meest schilderachtige van alle verschijningen en hoewel de Heilige Moeder niet echt mooi was, had ze een onaardse schoonheid, haar huid was zuiver en rooskleurig, ze had een schittering in haar donkere ogen, een aangename glimlach als ze aan de jonge Bernadette verscheen, en sprak met een zachte en spaarzame, maar rijke stem.

Acties spraken luider dan woorden. Ze hield een rozenkrans vast. "Bid" voor de zondaars," zei ze wanneer ze wél sprak. "Berouw!." En ze bad samen met de zienster. Bernadette vertelt:

"Zonder na te denken bij wat ik deed, nam ik mijn Rozenkrans in m’n handen en knielde neer. De Dame maakte een goedkeurend gebaar met haar hoofd en nam zelf ook een rozenkrans, die aan haar rechterarm hing, in haar handen. Toen ik de Rozenkrans wilde beginnen en mijn hand naar m’n voorhoofd wou brengen, bleef mijn arm als verlamd, en het was pas nadat de Dame begonnen was dat ik hetzelfde kon doen. De dame liet me helemaal alleen bidden; ze liet de kralen van de rozenkrans tussen haar vingers glijden maar zei niets; alleen bij het einde van elk tientje zei ze het "Gloria" samen met mij. Toen het bidden van de Rozenkrans voorbij was, keerde de dame terug in de grot en de gouden wolk verdween met haar.

Cholera woedde, er waren oorlogsdreigingen, en een plaatselijke kerk was een "tempel van de rede" geworden, maar Maria had nooit iemand van haar kudde verlaten. Naarmate de tijden harder en killer werden, naarmate de mensheid in een structuur van filosofie stapte die misschien erger was dan die van de oude heidenen, naarmate grote geweldplegingen en oorlogen werden voorbereid tegen de Christenen, kwam Maria met grotere duidelijkheid. Ze kwam duidelijker vanachter de sluier. Tijdens de verschijningen in Lourdes vond men een geneeskrachtige bron, en ambtenaren telden meer dan tweeduizendvijfhonderd "buitengewone" of "onverklaarbare" genezingen. Zij die kwamen werden bevrijd van epilepsie, zweren en tuberculose. De elegantie van Lourdes overtrof elke verschijningsplaats, en schoonheid was kracht. Lourdes was het bastion voor Europa terwijl Satan woedend was op de vrouw, terwijl hij haar met een stortvloed wilde wegvegen [Openbaring 12:15], terwijl hij de mensheid benevelde met zijn pretentie, en zelfs als directe aanval tegen de verschijning een bende valse zieners stuurde.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 128]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Taizé bestaat 25 jaar: de ‘voorlopige dynamiek’

Het jaar 1965 zag het aantal bezoekers en retraitanten in Taizé nog groeien. De ‘bedevaarten’ van studenten en schoolkinderen kwamen steeds meer voor, begeleid door hun aalmoezeniers of pastoors. Er waren ook ‘bijeenkomsten’ van enkele dagen door jongeren ingericht en ‘werven’ van twee weken waar afwisselend handwerk, uitwisseling en gebed de inhoud was. Als jong priester noteerde de theoloog Bruno Chenu, Assumptionist, tijdens een verblijf in de zomer van 1965: "Vanaf de eerste dag vormt de uiteenlopende menigte een liturgische gemeenschap. Men stapt meteen in de liturgie van Taizé elke morgen, middag en avond. Een diep gevoel van waarheid en echtheid vervult ieder. De kwaliteit van de stilte. Het beslissende experiment was het gebed: gezamenlijk en persoonlijk."

Soms waren er beroemde bezoekers. In juni 1965 bvb kwam Mgr. Marella, die naar het heiligdom van Paray-le-Monial was gekomen als pauselijk afgevaardigde op de plechtigheid van de tweehonderdste verjaardag van het feest van het Heilig Hart, naar Taizé voor enkele uren. Hij droeg de mis op in de crypte van de kerk van de Verzoening en sprak daarna de Broeders een half uur toe om daarna met hen in de kerk de Getijden te bidden.

Het stijgende aantal bezoekers zette Broeder Roger aan om een onthaalgebouw op te trekken nabij de kerk van de Verzoening. Het kreeg de naam ‘El Abiodh’ naar de kluis in de Sahara waar Charles de Foucauld geleefde had en, wat weinige bezoekers wisten, waar Broeder Roger een retraite deed in 1952-1953.

In augustus 1965 vierde Taizé haar vijfentwintigste verjaardag, een symbolische maar vooral historische datum, als wordt gedacht dat in augustus 1940 de latere Broeder Roger maar kortstondig langs kwam in Taizé. Voor dit jubileum liet de prior drie speelplaten persen: twee om 25 jaar gemeenschap te vertellen en een derde om 25 jaar oecumene aan te halen. Hij publiceerde ook een boek waarvan de titel de vaandeldrager van geest en praktijk in Taizé zal worden: "La Dynamique du provisoire [De dynamiek van het voorlopige]

In dit werk pleitte hij voor ‘een nieuwe inspiratie’, ‘een nieuwe dimensie’ van de oecumene. Hij roept op om uit een ‘statische confessionele vrede’ te stappen. ‘Confessionalisme is een houding van zelfverdediging’, meende hij. Ook aan de protestanten vroeg hij om ‘zich te herbronnen,’ zoals de katholieke Kerk had ondernomen in het tweede Vaticaans concilie: "Als de instellingen van de ene en de andere zich hervormen zal de dag komen dat we niet anders kunnen, dan elkaar ontmoeten. Als de herbronning aan beide kanten gebeurt zal de bijeenkomst aan het einde van de weg liggen. Ze zal de zich aanvullende strekkingen uit de Hervorming en de katholieke traditie harmoniseren."

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 69]

Eleazar, zoon van Simon

De Joodse opstand

Als resultaat van zijn despotisch leiderschap en hun onvoldoende vertegenwoordiging in de regering, waren vele Idumeërs overgelopen naar een gewelddadige extremistische groep buiten de stadsmuren, de Sicariërs, die onder de leiding stonden van Simon van Gioras. Tegen 69 na Christus, en met de steun van de Idumeërs, bezette Simon Jeruzalem en verminderde Eleazar en Johannes tot een machteloze staat, beperkt tot de Tempel en het binnentribunaal. Simon ben Gioras’ controle over de Jeruzalem maakte Eleazar en Johannes’ coalitie overbodig en de Zeloten splitsen zich af van Johannes en barricardeerden zichzelf in de Tempel. Terwijl de troepen van Ananus hem in 69 na Christus omsingelden, bevond Eleazar zich in een gelijkaardige situatie van hulpeloosheid. Deze jaren werden gekenmerkt als een bittere burgeroorlog tussen Simon, Johannes en Eleazar. Volgens Tacticus: "Zij hadden drie generaals, en drie legers en tussen hen was er een onophoudelijk gevecht, verraad en brandstichting. [Histories 5.12.3]"

Alhoewel Titus Flavius, de zoon van keizer Vespianus, en zijn leger Jeruzalem naderden, verenigden Eleazar en de twee andere lieden zich niet voor de aanval, zodanig waren ze tegen 70 na Christus verzwakt. Zo verbrandden de Zeloten bijvoorbeeld grote voorraden voedsel die de Joden jaren zouden hebben gediend, om zo hun zekerheid en veiligheid te ontnemen. Ook dwongen ze iedereen tot het vechten.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 86]

Het wonder van Paterno, Italië [1772]

Ze waren net terug bij de plek aangekomen toen ze alle vier werden gegrepen door een onzichtbare en onweerstaanbare kracht die hen op de grond drukte. Met grote moeite stonden ze op en toen werden ze gegroet door een grote lichtbal die uit een nabijgelegen dennenboom kwam. In het midden van deze bol was er een oogverblindende witte duif. Deze steeg een paar meter boven de grond en vloog toen terug naar de boom en verdween in een vloed van licht.

Meerdere mensen begonnen gelijk te graven aan de voet van de boom en uiteindelijk ontdekte één van de gravers de Heilige Hosties, welke maar een paar centimeter onder de grond waren begraven. Een priester van de kerk verzamelde de Hosties in een schone linnen doek en, tussen grote vreugde en opluchting, werden de Hosties terug gebracht naar het tabernakel.

Maar het eindigde hier niet. De volgende avond verscheen er opnieuw een licht op het veld. Daarom dachten de meeste mensen dat er nog meer Hosties waren die gevonden moesten worden. Een nieuwe zoektocht werd begonnen, maar zonder resultaat. De nacht daarna verschenen er een aantal vlammetjes in de buurt van een baal stro. Een lichtgevende gloed leek wel van de aarde te komen om daarna weer in de grond te verdwijnen. Opnieuw begonnen de mensen met een zoektocht en toen ze een stuk weggegraven hadden vonden ze een groot aantal Heilige Hosties onder de grond.

12. Recente heiligenlevens

Eerbiedwaardige Anita Cantieri [1910-1942]

Het klooster Corpus Domini in Firenze was het huis voor de proefperiode voor de kandidaten voor het instituut, waar ze intellectueel onderwijs en spirituele vorming kregen. De nonnen hielden er een kleuterschool, in de basisklassen gaf men les in naaien, muziek en talen, en in de hogere klassen gaven ze een tijdje les in commerciële vaardigheden, maar het klooster is in Firenze vooral gekend als het Instituut van Eeuwigdurende Aanbidding. Anita was verrukt toen ze zag dat twee nonnen, gekleed als Karmelietes, dag en nacht afwisselend doorbrachten bij het Heilig Sacrament. Dit godsvruchtige gebruik, dat uitdrukkelijk werd ingesteld door de Eerbiedwaardige stichtster, ging zelfs door tijdens de jaren van de Tweede Wereldoorlog, terwijl luchtbombardementen in de omgeving alles vernielden.

Op de avond van Anitas intrede in het klooster, stelde de overste de gebruikelijke vraag aan Anita: "Waarom kwam je naar Karmel?" Hierop antwoordde ze: "Om heilig te worden zoals de Heilige Theresa." Anita paste zich goed aan het religieuze leven aan. Ze aanvaardde nederig verwijten die voor anderen bedoeld waren die overtredingen hadden begaan, en zei niets wanneer anderen de eer kregen voor een goeie daad die zij had verricht. Ze schreef naar huis: "Ik leef een gezegend leven en ik heb zo veel gelukkige dagen..." In een andere brief vertrouwde ze haar moeder toe dat ze kleine maagproblemen had, die ze onbeduidend vond.

Maar haar gezondheid, die tot dan uitstekend was geweest, begon te verslechteren door de zwakte en de koorts die met tussenpozen terugkwamen. De dokters die Anita raadpleegden, stelden de diagnose van darmkoorts, die men toen de Maltakoorts noemde. Dit waren de eerste tekenen van een ziekte die haar uiteindelijk tot aan haar dood aan het bed zouden kluisteren.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 73]

Aan haar broer Jean-Marie

Nevers,
[eind februari] 1877

[...] Ik zal je zeggen dat ik verrast was toen ik uit je brief vernam dat je getrouwd was. Ik was zelfs een beetje verdrietig. Niet omdat ik boos ben dat je trouwt, nee. Maar mij lijkt dat het toch fatsoenlijk was geweest indien ik het twee of drie dagen voor je huwelijk had vernomen: het ware me een groot geluk geweest mijn gebeden, hoe zwak ook, op die dag met die van jullie te verenigen om Onze-Lieve-Heer en de Heilige Maagd te vragen

[...]

[...] onder ons gezegd en gezwegen vond ik je brief vrij koel. Je vertelt me nog wel de naam van je vrouw, maar kost het nu zo veel moeite om mij te vertellen of ze uit Lourdes komt, en vooral of ze tot een christelijke familie behoort. Ik hoop, lieve vriend, dat je de volgende keer dat je me schrijft, iets vriendelijker bent.

Ik ben zeer teleurgesteld dat Pierre zijn studie niet doorzet. Hij had binnen afzienbare tijd een plaats op een bureau kunnen vinden. Hij moet proberen zich [...]

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Opvoedingstijl

In de lijn van de pedagogische ervaringen van Don Bosco, werden in het pedagogisch-pastoraal project een aantal krijtlijnen uitgetekend voor een salesiaanse opvoedingsstijl.

In de eerste plaats gaat het om een communicatieve stijl, die spontaan en beredeneerd is. Opvoeding is immers een dagelijks gebeuren, het gebeurt terwijl jongeren en opvoeders met alledaagse zaken bezig zijn, zoals lesgeven, spelen, een lokaal inrichten, spreken, ... Er is een dosis gezond verstand nodig om deze situaties goed in te schatten, ernaar te handelen en het gesprek met de jongere telkens opnieuw aan te gaan. De voortdurende wisselwerking tussen jongeren en opvoeders is een spontaan, dynamisch en veelzijdig gebeuren, en vraagt van de opvoeder tegelijk een degelijk reflectiekader om het eigen handelen scherp te stellen. Salesiaans opvoeden, is voordoen-in-dialoog.

Tegelijk gaat het om een assisterende stijl. Dit houdt in dat de opvoeder het gesprek durft aangaan met een jongere en er niet voor terugdeinst zich op een authentieke en kwalitatieve manier onder jongeren te begeven.  Wie voor jongeren aanspreekbaar en betrokken is, werkt aan wederzijds vertrouwen, wie oprecht geïnteresseerd is, zich op een speelse, hartelijke en redelijke manier onder hen durft te bewegen en zich onvoorwaardelijk voor hen inzet, kan realiseren wat Don Bosco omschreef als 'je liefde voelbaar maken'.

Tot slot gaat het ook om een evangelisch bewogen stijl. Het zou een eenzijdige benadering zijn van Don Bosco's opvoedingspraxis indien we geen aandacht zouden besteden aan die andere, wezenlijke dimensie van zijn leven en werk, namelijk zijn evangelische bewogenheid. Het evangelie van Jezus is voor velen geen evidentie meer, maar blijft een wezenlijke zinhorizon voor een opvoeding in de lijn van Don Bosco.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 16

Ziehier de Onbevlekte Ontvangenis van Gods Rijk, die de komst van Jezus Christus zal voorafgaan. Het is het Huis van God op de aarde, die zich zal zuiveren, om zo te kunnen voorzien in de ontvangst van Emmanuel. Jezus Christus kan in geen geval in deze krottenwereld komen! ... God zal Zijn Geest moeten zenden om het gezicht van de aarde te hernieuwen voor een andere schepping, om een waardig verblijf te worden voor de Godmens. En na het vuur beneden om alles te verbranden en door elkaar te schudden, komt het Vuur van Hierboven, de Liefde, om alles te verzengen en een ander aanzien te geven!

Vertaling: Chris De Bodt


21-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.21 juni 2010
21 juni 2010

1. Medjugorje: Boodschap van 18/6 van Maria aan Ivan Dragicevic

Onze Lieve Vrouw stelde dezen niet teleur die met Haar waren op de top van de Verschijningsberg om 10 uur deze avond in Medjugorje, waarbij Zij een mooie en ongebruikelijke boodschap gaf voor hen die deze Verschijning aan Ivans gebedsgroep niet wilden missen. Alhoewel in de loop van de namiddag de hemel bewolkt werd en er regendruppels begonnen te vallen, klaarde het weer tegen de avond op en daalde de nacht neer met een heldere sterrenhemel en aangenamere, koele temperaturen die deden verfrussen na de lange en hete klim op de berg.

Met nog amper een week te gaan voor de verjaardag van de verschijningen, was het volk niet zo talrijk zoals tijdens de verschijningen van de tweede van de maand, of op bijzondere feestdagen tijdens het jaar, maar toch waren er nog duizenden bedevaarders die de berg beklommen deze avond en de grote massa zal spoedig komen, volgende week. Onder de ongekende gezichten van de pelgrims, waren er de vele bekende gezichten van hun die ofwel in Medjugorje wonen, of die er regelmatig komen, allen reeds jaren wachtend op Haar Verschijningen. Velen onder hen zijn veel ouder nu, maar nog steeds deden ze de ruwe klim, omdat ze er niet willen aan denken om een Verschijning te missen. Deze eerste zomerverschijning op de berg waar met een grote vreugde en met grote verwachting werd naar uitgekeken. Hoewel Onze Lieve Vrouw aan elke ziener in andere omstandigheden verschijnt, is er iets bijzonders aan de Podbrdo verschijningen, misschien omdat het daar is waar alles bijna dertig jaar geleden begon en de geest van deze eerste dagen wordt nog steeds erg gevoeld, als Onze Lieve Vrouw verschijnt. Wat volgt is Ivans beschrijving van de verschijning deze avond, 18 juni, om 10 uur:

Deze avond kwam Onze Lieve Vrouw vreugdevol en gelukkig. Zoals altijd, bij elke ontmoeting, begroette Zij ieder van ons met Haar Moederlijke groet "Geloofd zij Jezus, Mijn lieve kinderen." Daarna strekte ze Haar handen over ieder van ons uit en bad voor een tijd. Toen zegende Zij ons allen met Haar Moederlijke Zegen en zegende Zij alle voorwerpen die hiertoe werden meegebracht. Hierop zei Zij:

"Lieve Kinderen, ook vandaag roep ik tot u, doorheen deze tijd van genade, bid. Hernieuw Mijn boodschappen, lieve kinderen. Beleef Mijn boodschappen. Lieve kinderen, deze tijd is een tijd van verantwoordelijkheid, leef mijn boodschappen verantwoordelijk na. Lieve kinderen, Ik wens van u om werken en niet om woorden. Als Moeder bid Ik voor u en kom bij Ik Mijn Zoon tussen voor u allen. Dank u, lieve kinderen, ook vandaag, om Mij en Mijn boodschappen te hebben aanvaard en voor het naleven van Mijn boodschappen."

Hierna prees ik ieder van u aan, al uw noden, uw intenties, uw families en op een bijzondere wijze, ale zieken die hier aanwezig zijn. Ik bad een "Onze Vader" en een "Glorie Zij de Vader "en toen verdween Onze Lieve Vrouw in gebed in het verlichte Teken van het Kruis en zei: "Ga in vrede, Mijn lieve kinderen."

2. Nieuws uit de Golf: Niet de olie is het gevaarlijkst, maar wat vrijkomt met de olie vormt het grootste gevaar

Er is iets catastrofaal en onverwachts geraakt dat niet in bedwang te houden is

BP boorde zo'n 10.000 meter in de aardbodem, zoals nooit voorheen, en reeds startend vanop een diepte van 1600 meter: we spreken dus van bijna 12 kilometer diepte in de aardbodem. Ook Rusland is zo diep gegaan, maar zij gebruikten nog een beetje hun verstand en deden het vanop land.

Er is iets zo rampzalig en onverwachts geraakt dat het niet in bedwang te houden is. Ze hebben een bron geraakt met een druk van zowat tussen de 135.000 en de 500.000 kPa. Toen de werfleider werd gezegd dat de veiligheidsklep het had begeven, deed hij verder. Wat er wegvloeit is veel meer dan BP ons wil doen laten geloven. Momenteel stroomt er dagelijks 15 miljoen liter olie in zee.

BP, de Amerikaanse overheid en president Obama wisten reeds na enkele uren tot wat deze ramp zou leiden. En er is nog veel slechter nieuws: ook de leidingen van de oliebron onder de zeebodem zijn stuk en lekken. Voor wie de stiel kent, was het falen van de top kill-operatie een bevestiging van wat gevreesd werd: dat er ook onder de zeebodem er van alles mis is. De hele bron is aan het stukgaan en daar is eigenlijk niks aan te doen."

Dit betekent met een aan zekerheid grenzende waarschijnlijkheid dat BP er niet zal in slagen om het olielek te dichten: hoe meer ze proberen het lek bovenaan kleiner te maken, hoe erger de lekken onder de zeebodem worden.

Maar toch vormt de olie niet het grootste gevaar, het zijn de toxische gassen die dodelijk zijn voor mens en dier en bij de volgende orkaan kan het reeds zover zijn. De oostelijke staten van de VS zijn in groot gevaar.

En de atoombom dan? Het zou twee maanden duren om het gat te boren en het is heel riskant. De superexplosie zou alles nog erger kunnen maken! Neen, u zult niets zien gebeuren. Het gaat alleen van kwaad naar erger gaan.

Vertaling: Chris De Bodt

3. Politieke correctheid: Politici die BP moeten aanpakken hebben zelf de grootste oliebelangen

Zeker 30 leden van de parlementaire commissies die nu bezig zijn met het onderzoek naar de olieramp in de Golf en die onder de loep moeten nemen of oliebedrijven wel de veiligheidsnormen respecteren blijken zware persoonlijke financiële belangen te hebben in de sector.

De senatoren en volksvertegenwoordigers hebben samen voor ongeveer 15 miljoen aan aandelen in ondermeer BP, Exxon, ConocoPhillips en Shell. De bekendste onder hen is ex-presidentskandidaat John Kerry, een Democraat. Afgelopen woensdag was "financial disclosure day on Capitol Hill", de dag dat verkozenen bekend moeten maken wat hun persoonlijk fortuin was op 31 december van vorig jaar. Het gaat om schattingen, want de verkozenen moeten niet echt specifiek zijn en juiste bedragen doorgeven; een "ongeveer" volstaat. De bedragen zullen dus eerder lager dan hoger zijn volgens analysten.

The Washington Post nam de aangiften door en stelde vast dat olie en gas één van de absolute fovoriete investeringen van politici zijn. En het aandeel van die sector wordt steeds groter in hun portefeuille. Zo namen de persoonlijke investeringen van de commissieleden in de oliesector met 12 procent toe in 2009.

John Kerry heeft bijvoorbeeld voor 750.000 dollar aandelen van BP. De politicus beweert dat die van zijn vrouw zijn, Teresa Heinz Kerry, de schatrijke erfgename van het Heinz-ketchupimperium. Kerry is in de Amerikaanse senaat de "leidende kracht" inzake energiebeleid en werd onlangs door zijn partij nog omschreven als "the Senate's best environmental champion for more than 25 years" [al 25 jaar de milieukampioen in de senaat]. Hij blijkt in totaal voor meer dan 6 miljoen te hebben geïnvesteerd de jongste jaren in oliebedrijven.

4. Het verband tussen Israël en de Chileense aardbevingen

Chili, 2010

Op 27 februari 2010 trof een enorme aardbeving van 8,8 Chili. Het was de vijfde grootste gedocumenteerde aardbeving. De aarbeving gebeurde net voor de kust en het landgedeelte dat het ergst werd getroffen was dun bevolkt. Het verlies aan mensenlevens was klein als men dit vergelijkt met de kracht van de beving. Toch was de schade aan de gebouwen en de overige infrastructuur aanzienlijk en uitgebreid.

Het interessante gegeven aan deze aardbeving [wat toen op het blog ook werd medegedeeld] is dat het epicentrum op het landgebied midden de stad Concepción [genoemd, naar Jezus, de Onbevlekte Ontvangenis van Maria] gelegen was. Deze stad en de omliggende omgeving is het centrum van de grootste Palestijnse bevolking buiten het Midden-Oosten. Een soort Palestijns diasporacentrum dus. Er leven ongeveer 500.000 Palestijnen in Chili en het epicentrum bevond zich vlak onder hun voeten en verschoof zowaar de stad Concepción zo'n drietal meter naar het Westen!

In 2009 begon Chili erg gunstig te staan tegenover de Palestijnse kwestie. President Mahmoud Abbas bezocht het land en probeerde de Chilenen te overhalen om een Palestijnse Staat te erkennen binnen de Verenigde Naties. Tijdens dit bezoek werd de volgende verklaring vrijgegeven over het land Israël: "In een gemeenschappelijke verklaring met de Chileense President Michelle Bachelet, herbevestigde Abbas de nood om druk te zetten op Israël om op te houden met het bouwen van onwettelijke nederzettingen op Palestijns grondgebied."

Precies drie maanden later tot op de dag, na deze gezamenlijke verklaring werd Chili getroffen door een enorme aardbeving. Ook een erg betekenisvol gegeven is, dat op 11 Maart 2010, de dag van de inhuldiging van Chili's nieuwe president, het land getroffen werd door vier hevige naschokken, waarvan de grootste een kracht 7,2 had. Dat deze naschokken gebeuren op hetzelfde ogenblik als de inhuldiging wijst er op dat er iets gaande is tussen de Heilige Vader en Israël. Het gegeven dat het epicentrum van deze enorme aardbeving letterlijk gebeurde onder de voeten van de Chileense Palestijnen, bevestigt dit des te meer. Op het ogenblik van de aardbeving waren de Palestijnen in Israël de orde aan het verstoren omdat de Israëlieten meerdere Bijbelse plaatsen als nationale parken opeisten. De Chileense Palestijnen protesteerden mee.

Chili, 1960

Alhoewel de aardbeving van 2010 uiterst krachtig was, verbleekt deze echter met de aardbeving die Chili trof op 22 mei 1960. Deze aardbeving, die gekend staat als de "Valdivia Aardbeving" [genoemd naar haar Spaanse stichter Pedro de Valdivia] had een kracht van 9,6 en was meteen de krachtigste aardbeving ooit gemeten in de geschiedenis. Deze aardbeving heeft alvermogende profetische betrokkenheden en waarschuwingen. Het is een beeld van de enorme aardbevingen zoals omschreven in de Bijbel die zullen plaatsvinden tijdens de Dag van de Heer.

Tsunami

De kracht en de de vernietiging van deze aardbeving was ongeëvenaard in de moderne geschiedenis. De aardbeving veroorzaakte een breuklijn van bijna duizend kilometer en vernielde de kustgebieden van Chili, maar de kracht ervan had een effect op het hele gebied rond de grote Oceaan. Hevige tsunamigolven trokken over de hele Stille Oceaan. Golven tot 35 meter hoog sloegen in op de kustgebieden van Alaska tot Nieuw Zeeland. Japan en Hawaii leden hevige schade door deze tsnunamis. De golven veegden hele steden van de kaart op de kleine eilanden buiten de kust van Chili. Kleinere golven troffen de kusten van Zuid- en Centraal-Amerika, samen met deze van de Verenigde Staten.

De aardbeving trok de trekker los van vijf Chileense vulkanen en veroorzaakte ook het ontstaan van een nieuwe vulkaan. Dit had dan weer enorme landverschuivingen tot gevolg, waarbij alle verkeer, zowel via de weg, lucht als vermogen, werd afgesloten. Een van de meest frappante gegevens was dat twee bergen volledig verdwenen! Er waren ontelbare naschokken en de Chilenen werden echt achtervolgd door deze gebeurtenissen. Voor velen leek het alsof dit het einde van de wereld was.

De Israëlische connectie

Op 11 mei 1960 slaagde de Israëlische geheime dienst om Adolf Eichmann te vatten in Argentinië en op 21 mei werd hij in één der grootste geheime operaties het land buitengesmokkeld per vliegtuig om in Israël te worden berecht. Dit alles werd door Israël wereldkundig gemaakt op 23 mei. Eichmann was de Nazi architect van de holocaust en was verantwoordelijk voor de dood van meer dan zes miljoen Joden. Eichmann kreeg zijn proces in Israël en werd uiteraard schuldig bevonden voor deze massamoord. In 1961 werd hij terechtgesteld.

Op de dag dat het vliegtuig landde op Israëlisch grondgebied, waren er vier waarschuwingsschokken van 7,0 en hoger in Chili. De grootste voorschok had een kracht van 7,9. Het epicentrum van deze 7,9 aardbeving was verbazingwekkend genoeg ook onder dezelfde stad Concepción, zoals reeds vermeld de grootste Palestijnse diaspora buiten het Midden-Oosten. Deze vier aardbevingen alleen al waren een enorme gebeurtenis, maar ze werden overschaduwd door de monsteraardbeving van 9,6 die daags daarop zou plaatsvinden.

En zo waren er vijf van de krachtigste aardbevingen binnen de 48 uren nadat de Nazi-architect van de Holocaust voet had gezet op Israëlisch grondgebied. De aarde werd toen letterlijk door elkaar geschud en beide gebeurtenissen werden uitgebreid beschreven op de hoofdpagina's van alle wereldkranten. Zowel op radio als op televisie volgden de mensen de gebeurtenissen op de voet. Alle ogen van de wereld waren gericht op Chili, Adolf Eichmann en Israël.

Wat zijn de kansen dat de grootste aardbeving uit de moderne geschiedenis zou plaatsvinden op hetzelfde ogenblik dat de architect van de holocaust werd gearresteerd en dat dan deze beide gebeurtenissen voorpaginanieuws zijn over de hele wereld? Dit lijkt eerder op een waarschuwing van de Heilige Vader van het Israëlische Volk dat de holocaust voorbij is en dat in de toekomst dergelijke aanvallen op het Joodse Volk zullen gepaard gaan met aardbevingen van ongekende krachten zoals beschreven in beide Testamenten van de Bijbel. Deze aardbeving was een duidelijke waarschuwing van wat er staat te gebeuren bij de Slag van Armageddon, wanneer de landen van de wereld zullen proberen af te maken wat Eichmann en de Nazis waren begonnen.

Aardbevingen in de Bijbel

Aardbevingen worden vernoemd in de Bijbel, maar wat interessant is, is de timing van de gebeurtenis. God dateert de aardbevingen op een dergelijke wijze dat deze een waarschuwing of een wapen worden. Een aardbeving gebeurde op het ogenblik van de dood van de Heer Jezus aan het Kruis, welke iedereens aandacht trok.Toen de centurio en degenen die met hem Jezus bewaakten de aardbeving voelden en merkten wat er gebeurde, werden ze door een hevige angst overvallen en zeiden ze : "Hij was werkelijk Gods Zoon." [Mattheüs 27:54]

De Bijbel geeft heel specifieke details vrij over de timing en de kracht van de aardbevingen die gebeuren rond de wedergeboorte van het land van Israël. Het Joodse volk werd gedurende een bepaalde periode uit Israël verdreven en verspreid over alle landen voor een bepaalde periode. Op een dag zouden ze terugkeren naar Jeruzalem, dat zou verdrukt wordt tot "de Tijden van de Heidenen" [niet-Joden] waren volbracht. Deze gebeurtenis duidt op verschrikkelijke en nabije natuurlijke gebeurtenissen die staan te gebeuren. De Bijbel geeft heel specifieke details over wat er zal gebeuren wanneer de landen van de wereld zullen samenspannnen in een poging om Israël en het Joodse Volk te vernietigen. Als deze enorme legers Israël zullen aanvallen met al hun wapens en geweld, zal de Heilige God antwoorden met Zijn wapens en één van deze wapens zijn de krachtigste aardbevingen. Met een perfecte tijdsduiding zullen hevige aardbevingen worden losgelaten op de invallers. Aardbevingen lijken de eerste linie verdediging te zijn in het verdedigen van het land van Israël.

Bron: Spirit Digest

Vertaling: Chris De Bodt

5. Medjugorje: Mijn keuze, mijn roeping! [1/4]

Hieronder volgt een getuigenis uit de mailbox van een achttienjarige jongen, die een roeping als priester kreeg te Medjugorje.

Elf jaar oud

Ik ben als 11 jarige jongen veranderd [bekeerd] in Medugorje. elk jaar opnieuw in de grote zomervakantie ging ik op bedevaart naar Medugorje. nu ben ik 18 jaar oud en ben er al zes keer geweest. Dit jaar ga ik dus voor de zevende keer. Vorig jaar in Medugorje is er iets speciaals gebeurd. Het was alsof God mij echt uitnodigde, ik weet nog dat we tijdens de bedevaart naar een bijzondere pater [Jozo Zovko] gingen luisteren. We wisten niet over wat de pater ging preken maar toen hij begon wisten we allemaal dat het over priesters ging. Hij heeft me wakker geschud, hij vertelde over de realiteit en wat we er aan moesten doen. hij vertelde over onze Hemelse Moeder die nog altijd dagelijks verschijnt aan 3 zieners...

Ik weet niet wat me was overkomen maar ik kon niets anders meer dan mijn woorden in tranen om te zetten na de preek van de pater Jozo. Tijdens de terugreis naar het hotel [± 30 minuten] had ik heel de weg terug tranen in de ogen. Wat ik meemaakte kan ik niet in woorden of gedachten beschrijven. Alleen God en ik begrepen elkaar.

Schrijver gekend bij de redactie

6. De Waarschuwing [11/14]

Lees dit

Alle gedoopten van Mijn Kerk, alle kinderen van alle religies en alle kinderen zonder religie, maar die toch geloofden in de goedheid, zullen voor hun geloof geplaatst worden. Zij zullen hun eigen rechter zijn voor al hun veronachtzaamheden tegenover God die de Goedheid is, voor de liefde van de naaste en voor de liefde voor zichzelf.

U, die gedoopt werd en die geweigerd hebt om u te voeden met Mijn Lichaam en Mijn Bloed, u zult de belangrijkheid van de Eucharistie verstaan. Omdat u ervoor gekozen hebt om Mij niet in u te ontvangen, zult u zich voelen als minderwaardige wezens tegenover hen die Mijn Aanwezigheid wel hebben ontvangen.

U, die Mij ontvangen hebt in een staat van dagelijkse zonde, u zult de schaamte kennen van niet vlugger te gaan biechten. Uw innerlijke zal u de onverschilligheid tonen om Mij niet te willen behagen.

U, die Mij ontvangen hebt in staat van doodzonde, U zult zelf tegenover uw eigen zo zwarte daden gesteld worden en u zult Mijn Liefde voor u ontdekken, Ik die de Calvarie beklommen heb. Ik zal u mijn liefdesdaad tonen en uw onzuivere daden zullen u een hevige smart doen voelen, zoals een bankschroef die uw koude harten omklemd voor Mijn wonden die zich openden, elke keer dat u Mijn ontving.

U, die Mijn Zuiver Lichaam met onzuivere handen hebt aangeraakt, u zult de vuilheid van uw handen voelen die een geur van zwavel hebben. U zult beseffen dat Ik Mij heb laten nemen uit Liefde, terwijl Ik Mij gaf in de vergetelheid van Mijn zuiver Wezen, dat uw nalatigheden tegenover Mij, het volmaakte Wezen van de Zoon van God de Vader, aan het licht brengen.

U, die geen aandacht schonk aan Mijn Aanwezigheid in u, terwijl Ik Mij aan u gaf tijdens de Eucharistie, u zult uzelf herkennen als weinig waardig voor de tegenwoordigheid van God. U zult een innerlijke eenzaamheid voelen en u zult voelen wat u Mij, de Tegenwoordige, hebt aangedaan.

7. Goed nieuws: Stonehenge wordt niet gerenenoveerd

Door de strenge besparingen in Groot-Brittannië zal de renovatie van de toeristische trekpleister Stonehenge niet verlopen zoals gepland of zelfs helemaal niet worden uitgevoerd. De subsidie voor het nieuwe bezoekerscentrum op de site zou door de sombere financiële situatie wegvallen, deelde het ministerie van Financiën in Londen mee.

Het is een van de vele "tegenslagen" voor het nieuwe gebouw dat 30 miljoen euro zou gaan kosten [25 miljoen Britse pond]. De vorige regering besliste vorig jaar, na heel wat gehakketak, om tien miljoen Britse pond uit te trekken voor vernieuwingen op Stonehenge, zegt een woordsvoerster van de erfgoedorganisatie English Heritage.

Aan de stenencirkel uit de Neolithische periode in het graafschap Wiltshire zou tegen de Olympische Spelen van 2012 in Londen een nieuw bezoekerscentrum moeten komen en een nieuwe weg moeten worden aangelegd.

De overheid benadrukt dat het project nog steeds kan doorgaan als er private fondsen worden gevonden. English Heritage zegt zeer teleurgesteld te zijn over het besluit en hoopt dat dit niet het einde is van het project. De voorbije jaren werden verschillende renovatieplannen voor Stonehenge geannuleerd omdat ze te duur waren.

8. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 180]

Hoofdstuk 6. De Kruisiging

Jezus draagt Zijn Kruis naar Golgotha

Op enige afstand van de kruisstoet volgde de stoet van Pilatus: eerst een bazuinblazer te paard, dan de landvoogd in wapenrok, tussen de officieren, voor een ruiterschaar, en tenslotte driehonderd soldaten van het voetvolk. Deze stoet trok over het Forum en sloeg dan een brede straat in. De kruisstoet met Jezus werd door een zeer enge straat, tussen achtergevels, geleid, om plaats te laten voor het volk dat naar de tempel toog, en ook om de stoet van Pilatus niet in de weg te treden.

Het grootste gedeelte van de volksmassa had zich dadelijk na de uitspraak van het doodvonnis verspreid. De meeste Joden begaven zich huiswaarts of gingen naar de tempel; zij hadden in de loop van de morgen veel tijd verspeeld en haastten zich dan ook om verder te gaan met de voorbereidingen voor het slachten van het Paaslam. Toch was er op de markt nog een grote menigte achtergebleven: mensen van allerlei slag, vreemdelingen, slaven, arbeiders, knapen, vrouwen, gepeupel. Ook deze menige kwam, na het vertrek van de kruisstoet, in beweging. Honderden renden de straten in, om de stoet ergens een tweede maal te kunnen beschouwen; zij moesten, gehinderd door Pilatus’ soldatenschaar, die hen belette, zich direct bij de kruisstoet aan te sluiten, langs zijstraten en omwegen hun doel zien te bereiken. De meeste liepen maar ineens door naar Golgotha.

De straat waardoor Jezus werd heengevoerd, was nauwelijks een paar stappen breed; zij liep tussen achtergevels en er lag veel vuilnis. Jezus kreeg het hier weer zwaar te verduren. De rakkers gingen dichter naast Hem, uit vensters en muurgaten riep allerlei slecht volk Hem achterna. Slaven die daar hun werk hadden, wierpen met keukenafval en ander vuil, godvergeten deugnieten goten zwarte, stinkende aal op Hem neer, terwijl kinderen, daartoe aangehitst, stenen in hun rokken verzamelden, door de stoet heendringend, die stenen voor de voeten van Onze Heer kwamen gooien, onder geschimp en gespot. Ja, dit is wat de kinderen Jezus aandeden, die hen zozeer had bemind, die hen gezegend had en geprezen als gelukzalig.

9. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 180]

Preken

Ik moet het zeggen

Ge moogt uw dienstmeisjes en uw dochters niet te slapen leggen in de vertrekken waar uw knechten ’s morgens uw rapen of uw aardappelen komen halen. Tot schande van veel vaders en moeders moet ik het zeggen: de arme kinderen zien zich genoodzaakt om op staan en zich aan te kleden voor het oog van kerels die evenveel godsdienst bezitten als iemand die nooit van de ware God gehoord heeft. Dikwijls hangen er niet eens gordijnen voor hun bed.

"Maar," zult ge zeggen, "als we alles moesten doen zoals u het in uw hoofd hebt, hadden we er de hele dag onze handen aan vol."

Dit zijn dingen waar ge niet langs kunt, vriend. Doet ge het niet, dan zult ge veroordeeld en gestraft worden: Kijk ... ik weet dat ge zo goed als niets zult doen aan hetgeen ge in u voorhoudt. Maar dat komt er niet op aan, ik zal u altijd zeggen wat ik u moet zeggen. Trouwens, de gevolgen van uw zonden zij voor u, niet voor mij ... Wanneer de goede God u zal veroordelen, hoeft ge niet met het smoesje aan te komen dat ge ’t niet wist. Ik zal u nog wel eens in herinnering roepen wat ik u vandaag heb gezegd.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 180]

Hoofdstuk 26. Geld en werk

Nicky: In deze oorlog tussen armen en rijken is de beschikbaarheid van een job, of beter gezegd in deze tijden, het gebrek er aan, uiteraard het onderwerp van grote discussie. Laat mij u een aantal eenvoudige vragen stellen over werk en geld. Of wenst u eerst zelf iets te zeggen hierover?
Maria: De grootste oorlog vandaag, ondergeschikt echter aan de oorlog tegen de onschuldige kinderen en de families, is deze tussen de armen en de rijken. De vrijzinnigen zitten achter de beweging om één wereldmunt en één wereldregering te scheppen, de zogenaamde Nieuwe Wereldorde en het Nieuwe Tijdperk en deze wereldorde zal al haar krachten aanwenden om de Kerk te vernietigen. Zelfs de gruwelijke oorlog in de Balkan is gefinancierd door de Vrijmetselaars, en het kan dan ook geen verrassing zijn dat Onze Lieve Vrouw verkoos om te verschijnen in het midden van een gebied waarvan tien jaar geleden niemand aan dacht dat het er tot een oorlog zou komen.

De Wereldbank, De Verenigde Naties, De Europese Unie en het Internationale Rode Kruis zijn er allen mee verbonden en, ondanks alle tegenspraken op televisie, werken zij niet voor het welzijn in de wereld. Achter dit alles zit er een netwerk van banken die geleid worden door de Vrijmetselaars en een sliert overige geheime verenigingen, waarvan het grootste gedeelte van de bevolking zelfs niet het bestaan van kent. De hebzucht van de mensen en hun angst voor de armoede staat hen toe om satan de nodige fondsen te overhandigen die hij zal proberen aan te wenden om de Kerk en daardoor ook God te ontmantelen, maar hij zal hierin uiteindelijk falen. Het zal op dat precieze ogenblik zijn dat Onze Lieve Vrouw met Haar volgelingen zullen overwinnen, zelfs al zullen de dingen niet zo lijken tot het allerlaatste moment.

Nicky: U hebt de hebzucht van het Westen bij diverse aangelegenheden vernoemd en u hebt eveneens gezegd dat de Heer hiervoor een ernstig herstel zal eisen. Volgt hieruit dan dat de centra van de hebzucht, waar deze banken het meest zijn gevestigd, meer zullen leiden dan gebieden waar nederigheid meer de levenswijze is?
Maria: Ja, ik dank dat dit het geval zal zijn.

Nicky: Raadt u deze mensen aan om deze steden te verlaten voor meer nederige omgevingen?
Maria: Ik geef de mensen de raad om terug te keren tot God en het gebed en God wenst dat wij nederig zijn, zodat Hij ons kan helpen. Dan zal Hij hen, in hun gebeden, adviseren wat te doen.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

11. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 25]

Onrust in Lucia’s familie

Binnen onze eigen familie was er opnieuw onrust en de schuld hiervoor werd op mij gestoken. Cova de Iria was een stuk grond dat toebehoorde aan mijn ouders. In die uitholling was het meer vruchtbaar en we kweekten er erwten en maïs en andere groenten. Op de hellingen groeiden er olijfbomen, eiken en steeneiken. Nu dat de mensen naar ginds gingen, konden we absoluut niets meer kweken. Omdat de meerderheid te voet ging, aten hun dieren alles op wat ze konden vinden en vernietigden ze het hele land. Mijn moeder betreurde dit verlies. "Weet u," zei ze tegen mij, "als u iets wenst te zeggen, vraag het dan aan Onze Lieve Vrouw!" Mijn zussen waren het hier allen mee eens: "Ja, u mag hebben van wat er nog groeit op de Cova de Iria!"

Deze opmerkingen sneden mij zozeer in het hart dat ik nog amper een stuk brood durfde mee te eten. Om mij te dwingen de waarheid te vertellen, kreeg ik meer dan gewoonlijk slaag van de bezemstok en een stuk hout van naast de haard. Maar ondanks dit, probeerde mijn moeder daarna, zoals ze was, om mijn kracht weer wat op te beuren. Ze was vol bezorgdheid toen ze mij zo dunnetjes en bleekjes zag en ze was bevreesd dat ik ziek zou worden. Arme moeder! Nu begrijp ik volkomen de toestand waarin zij zich bevond. Hoe spijt me dit voor haar! Waarlijk, zij had gelijk dat ik zo’n genade onwaardig was en daarom dacht dat ik loog.

Door een bijzondere genade van God heb ik nooit de minste gedachte of het minste gevoel van ontstemdheid gehad over haar manier van handelen met mij. Daar de Engel had aangekondigd dat God mij lijden zou zenden, zag ik de Hand van God in alles. De liefde en de eerbied die ik haar schuldig was, groeide er alleen maar door, precies zoals ik heel lief werd behandeld. En nu ben ik haar meer dankbaar om mij zo te hebben behandeld, dan dat ze zou doorgegaan zijn met mij te knuffelen en te liefkozen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Manon des Sources [6/14]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Manon des sources is een Italiaans-Franse dramafilm uit 1987, geregisseerd door Claude Berri. De film is gebaseerd op de tweedelige roman van Marcel Pagnol uit 1966 en is een vervolg op Jean de Florette.

Tien jaar na de dood van Jean, gaan de zaken goed voor Ugolin en zijn oom César ‘Papet’ Soubeyrans [Yves Montand]. De bron die ze voor Jean verstopt hadden, zorgt nu voor een bloeiende anjerkweek. Manon [Emmanuelle Béart], de dochter van Jean, werkt in de streek als geitenhoedster en is ondertussen opgegroeid tot een mooie, schijnbaar argeloze, jonge vrouw. Haar ontwapenende schoonheid brengt het hoofd van Ugolin op hol. Uiteindelijk wreekt zij zich voor het onrecht dat tot haar vaders dood heeft geleid.

Dit Franse drama is uitgebracht in 1987 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu, Hyppolyte Girardot en Emmanuelle Béart. In 1987 won Emmanuelle Béart de César voor beste vrouwelijke bijrol.
De film duurt 113 minuten.



13. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 36: Geleende tijd [Aflevering 234]

Aan de andere kant van het land, in een grot langs de Gave rivier, was het antwoord van de hemel een dame die na het geluid van een onweer uit een goudkleurige wolk verscheen.

"Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis," zei ze, niet als een doorzichtig of geestachtig beeld, niet als een droombeeld, maar als een zachte en sierlijke jonge vrouw van vlees en bloed. Ze was klein en bedaard, en haar sneeuwwit gewaad was totaal verschillend dan de mode van die tijd. Golvende krulletjes van lichtbruin haar kwamen vanonder een sluier. Ze had een ongelooflijk blauw lint rond haar, licht geknoopt ter hoogte van de borst, en op de slanke tenen van elke voet lag een gouden roos.

Het was de beroemde verschijning aan Bernadette Soubirous van Lourdes. De grot was altijd een plaats geweest waar de dorpelingen bang waren van duivels en geesten. Nu was ze overgenomen door een machtigere kracht. De boodschap van wat één van de krachtigste verschijningen in de geschiedenis zou worden was, dat als de duivel van zich liet horen, als hij dreigde, als hij vervloekte, God de mensheid niet in de steek zou laten. In Rue du Bac had Maria zichzelf getoond als strijdster tegen de krachten van de duisternis. Nu, in Lourdes in 1858 toonde ze dat ze de oorlog niet met de wapens van de duivel, hoogmoed en woede, streed, maar met nederige schoonheid. Ze bevestigde het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis. Ze zou de oorlog winnen, rustig en met goedheid. Dat toonde ze in een reeks van achttien verschijningen in de granieten grot die versierd was met klimplanten, naast een rivier.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

14. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 127]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Eén miljoen exemplaren van het Nieuwe Testament

Tijdens deze sessie ondernam Broeder Roger een ander initiatief dat kenmerkend was voor zijn steeds attente naastenliefde en zijn wil om de oecumene te promoten.

Hij had vernomen dat een afdeling van de bisschoppenraad van Latijns Amerika, de CLAF [Comité Latino-Américain de la Foi] het project koesterde om één miljoen exemplaren van het Nieuwe Testament uit te delen in Latijns Amerika. Dit opzet eiste belangrijke financiële middelen. Broeder Roger stelde voor om al de drukkerskosten op zich te nemen. De fondsen zouden ingezameld worden door een nieuwe oecumenische collecte als nevenactiviteit voor de actie ‘Hoop’.

Dat Taizé interesse toonde voor deze ‘Bijbelse campagne’ was niet verwonderlijk, gezien het Woord Gods het middelpunt van het hervormde geloof uitmaakt. Door haar oecumenische roeping wenste de Gemeenschap ook dat de Bijbel in Latijns Amerika ‘een ontmoetingspunt voor de verdeelde christenen’ werd: "Door beluisteren en bezinnen van Gods Woord moeten allen zich aangesproken voelen in hun geloof en aangespoord worden tot gezamenlijk handelen in dienst van de mensheid."

Een vertrouwelijk document, waarschijnlijk van de hand van Broeder Robert, toont aan hoe de Gemeenschap dit oorspronkelijk katholieke project droeg en hoe Broeder Roger het ombuigt om er een oecumenisch perspectief aan te verbinden.

Enerzijds vroeg de prior van Taizé, in overleg met Mgr. Larrain voorzitter van de CELAM en met de steun van sommige Roomse autoriteiten (niemand weet welke), dat het miljoen exemplaren van het Nieuwe Testament niet alleen aan katholieken maar ook aan de protestanten in Latijn Amerika uitgedeeld worden. Hij wou ook dat de daarvoor gebruikte Spaanse versie in tekst en nota’s herzien werd ‘in een oecumenisch opzicht’. Tenslotte vroeg hij dat bij de uitgegeven vertaling, het taalgebruik eigen aan Latijns Amerika, zou in acht worden genomen.

Een al uitgegeven Spaanse vertaling nazien was te moeilijk. Tijdens de diverse vergaderingen met Latijns Amerikaanse deskundigen en Broeder Robert besliste de CLAF in november 1964 zijn project te verbinden met een bestaand uitgeversprogramma. Sinds meer dan een jaar was een nieuwe vertaling van de Bijbel in het Spaans in voorbereiding bij de uitgeverij Herder in Barcelona, onder de leiding van de eminente Spaanse Bijbeldeskundige pater kapucijn Serafin de Ausejo. De datum van publicatie was nog niet vastgelegd. Uitgever Herder en pater Ausejo aanvaarden het project van de CLAF en Taizé, alsook dat een commissie voor herziening met drie protestanten en een katholiek het al uitgevoerde werk zou verbeteren en met de bestaande ploeg zou samenwerken. Pater Ausejo en zijn drie katholieke medewerkers werken dus samen met de commissie vanaf juli 1965. "De herziening gebeurt aandachtig, noteerde het aangehaalde document. De bestaande vertaling wordt regel per regel nagekeken, vergeleken met de originele teksten, besproken, veranderd. Inleidingen en beknopte nota’s worden ook samen opgesteld."

Op 16 november 1965, op het einde van vierde en laatste sessie van het concilie, organiseerde de CELAM een uitgebreide openbare conferentie in de zaal van Radio Vaticaanstad in Rome. Twaalf kardinalen, een honderdtal bisschoppen en meerdere Zuid-Amerikaanse ambassadeurs bij de Heilige Stoel waren aanwezig. In een wat geestdriftige visie, die velen deelden in het laatste jaar van het concilie, herhaalde Broeder Roger de noodzaak van ‘verzoening’ met de christenen van Latijns Amerika. Na de actie ‘Hoop’ (die ‘eenentwintig bescheiden initiatieven doorheen Latijns Amerika mogelijk maakte’ legde hij uit), kondigde hij ‘de uitgave van een oecumenische versie van het nieuwe Testament’ aan. Hij besloot zijn toespraak van de voorstelling door te verklaren: "De lente in de Kerk is in aantocht. Ook de zichtbare eenheid nadert. Ze zal ontspruiten als een bliksem in de nacht."

De prior van Taizé gaf geen details over de actie, maar voorspelde dat er weldra exemplaren zouden opgestuurd worden. Maar het werk was niet af. Slechts vier jaar later in de lente van 1968 werd het boek uitgegeven. Om de ver afgelegen dorpen van Zuid-Amerika te bereiken werden de boeken gereed gemaakt in pakjes van vier kilo gemakkelijk te dragen. Elke pakje bevatte achttien exemplaren van het Nieuwe Testament. Een nota op de eerste pagina van het boek vroeg aan degene die een exemplaar kreeg om tien ongeletterden op te roepen en hen regelmatig uit het gewijde boek voor te lezen.

Vertaling: Broeder Joseph

15. Jezus' tijdgenoten [aflevering 70]

Eleazar, zoon van Simon

De Joodse opstand

De Zelotische controle over Jeruzalem was beperkt tot het binnenste gedeelte van de stad en de Tempel zelf. Sterk uitgedund en geisoleerd door de troepen van Ananus die de Tempel omsingelde, werd de controle over de Tempel door Eleazar tussen de winter van 67 en de lente van 68 na Christus, gevoerd. Maar, in 68 na Christus, sloot de “held” Johannes van Gischala, de ontsnapt was aan de Romeinse verovering van Galilea, zich aan bij de troepen van Eleazar ben Simon te Jeruzalem en werden de gemachtigde toepen opnieuw hevig ondermijnd. De alliantie kon plaatsvinden dankzij hun onderlinge afhankelijkheid: zo had Johannes wanhopig het geld nodig van Eleazars fondsen om zijn aanhangers te ondersteunen, en Eleazar had de bescherming nodig van Johannes’ grote aanhang om aan Ananus te kunnen weerstaan.

Amper een jaar later hadden Eleazar en Johannes de macht verworven over de hele stad. Tijdens de zomer van 1968 zorgden de Idumeërs vanuit het zuiden voor het bijstaan van de Zeloten door Johannes en Eleazar te helpen om Ananus en de overige gematigden te Jeruzalem te verslaan. Omwille van hun angst dan Ananus de nationalistische zaak zou verraden en zich zou overgeven aan de Romeinen om zo zijn machtpositie te hertellen, gaven de Idumeërs al hun steun aan Eleazar en Johannes’ coalitie in de hoop om een meer radicale regering te vestigen om te kunnen weerstaan aan de onvermijdelijke Romeinse tegenaanval. Van 68 tot 69 na Christus werd Jeruzalem aldus geleid door een onstabiele alliantie van Eleazar met zijn Zeloten, Johannes van Gidchala en de Idumeërs. Met deze volledige controle over Jeruzalem wendden Eleazar en Johannes hun macht aan om de resterenden van Ananus’ gematigde partij op een ziekelijke manier af te slachten. Tijdens deze periode had Johannes afstand genomen van Eleazar en de Zeloten om enige verband omwille van diens tirannieke gedrag en zijn eis op het enige leiderschap te vermijden.

Vertaling: Broeder Joseph

16. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 85]

Het wonder van Paterno, Italië [1772]

Het was 18 januari 1772 toen de mensen van de Petruskerk er voor het eerst achterkwamen dat het tabernakel van de kerk was onteerd en dat de twee cibories, met de daarin geconseacreerde Hosties, werden vermist. Verward, maar ook kwaad, zochten de mensen de stad af voor de Hosties, en voor de vandaal die ze had meegenomen. Hun motivatie nam na een paar weken echter af omdat ze noch de Hosties, noch de vandaal konden vinden.

Enige tijd later, in een landhuis van de Hertog van Grottolelle niet zo ver buiten de stad, waren de buren verbaasd toen ze ’s nachts op het landgoed licht zagen komen van de grond dat leek op schijnende sterren. Elke nacht straalde die plek, en uiteindelijk dacht men dat het ging om een bovennatuurlijke kracht die de plaats aanwees waar de gestolen Hosties gevonden konden worden. Daarom gingen een paar vrome mannen naar het landgoed om het gebied te onderzoeken en te zoeken naar de Hosties, maar zonder resultaat.

Toen, op 24 februari, zagen de mensen een grote vlam huppelend rond een baal stro dat op het veld lag. Toen ze van dit nieuwe fenomeen hoorden, kwam er nog een grotere groep mensen om dit te zien met eigen ogen. Maar na grondig onderzoek gaven de meeste mensen, teleurgesteld, de hoop toch weer op. Ze gingen terug naar de stad toen ze weer door een paar mannen, die waren achtergebleven, werden terug geroepen. Vier mannen uit de groep keerden terug: Tommaso Piccido. Giuseppe en Giovanni Orefice, en Carlo Marotta.

17. Recente heiligenlevens

Eerbiedwaardige Anita Cantieri [1910-1942]

De keuze van een religieuze orde liet ze volledig over aan haar biechtvader, Monseigneur Angelo Pasquinelli, die te rade ging bij geestelijken die Anita kenden. Ze waren het erover eens dat Anita een leven als Karmelietenzuster leek te overwegen, en hiervoor ook geschikt was. De goede Monseigneur koos voor Anita het Instituut van de Nonnen van de Derde Orde der Karmelieten, een orde die in 1874 gesticht werd door Zuster Theresa Maria van het Kruis, wiens Reden voor zaligverklaring lopende is.

           

Over de beslissing om de keuze van religieuze orde aan iemand anders over te laten, zei één van Anitas vriendinnen: “Ik stelde me ook de vraag welke orde ik zou vervoegen. Op een dag zei Anita me:’Ga naar Monseigneur Pasquilini en vraag hem:Monseigneur, waar wil Jezus dat ik heen ga?. En dan gehoorzaam je hem alsof God tot je gesproken heeft’. Ik deed dit, en mijn zorgen waren voorbij. Ik was zo gelukkig als nu”.

           

De twee vriendinnen waren voorbestemd voor hetzelfde klooster, en traden op 24 mei 1930 toe tot het Corpus Domini klooster in Firenze. Toen ze arriveerden zei haar vriendin dat Anita sprong van vreugde en uitriep: ‘We zijn eindelijk aangekomen’.


Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

18. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 72]

Aan haar broer Jean-Marie

Nevers,

Lieve broer,

Bezorgd las ik in je laatste brief over het misnoegen dat je ondervindt van de kant van mijn zwager en mijn zus. Ik ben bang dat je je te boos maakt. Als je je ergert, moet je niet spreken of schrijven. Eerst moet je bedaren en nadenken, en dan pas handelen. Marie heeft tegen mij absoluut niets gezegd, niet over de rots en ook niet over de molen. Je kunt niets regelen nu Pierre nog niet oud genoeg is. Ik raad je aan rustig te blijven en vooral de vrede en de saamhorigheid, die het geluk van een familie uitmaken, te bewaren. Je kunt gerust zijn, ik zal met niemand spreken over wat je me in je brieven vertelt.

Ik heb geen brief van thuis meer ontvangen sedert de maand augustus. Pierre schreef me om me te berichten over de dood van mijn lieve nichtje. Het schijnt dat Marie zeer bedroefd is over de dood van dit lieve kind. Dat is het leven: leed en offers, die ons moeten laten zien dat het geluk niet van deze wereld is.

Wat zal ik je over mijzelf vertellen? Mijn gezondheid gaat iets vooruit. Desondanks ben ik verplicht veel voorzorgsmaatregelen te nemen om me tegen de kou te beschermen, die nadelig voor me is. Wees niet bang; ik verblijf op de ziekenzaal, lekker verwarmd, en de lieve Zuster-verpleegster bewijst me alle mogelijke attenties. Alle lieve Zusters zijn vol goede zorg voor mij. Ik ben er geheel beduusd van.

Ik raad je aan vooral je religieuze plicht niet te verzaken. Vergeet niet dat willen kunnen is. Ik kan niet wachten op nieuws van jou; geef het me zo snel mogelijk. Het ga je goed, lieve vriend, je geheel toegewijde Zus, die je innig omhelst,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

19. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Opvoedingsdoelen

Zingeving

Naarmate het eigen levensproject duidelijker vorm krijgt, groeit ook de vraag naar de fundering ervan. De opvoeder communiceert daarom ook zijn diepere bestaansgrond. Hoe kijkt hij naar de onderliggende vragen van het leven? Opvoeden is met jongeren in dialoog gaan, in woord en daad. Het is hen laten voelen en weten waar je als opvoeder voor staat, wat je waardevol vindt in het leven, hoe je je eigen leven zin geeft en welke zin. Die zin kan ook gehaald worden in het leven en de boodschap van Jezus van Nazareth.

20. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 15

Het is Haarzelf in hoogsteigen persoon! Maar Zij heeft Haar wegbereiders: de heilige apostolische vrouwen, die de wonden van het lichaam zullen genezen met de zonden van het hart. Het zal de heilige vrouw, het beeld van Maria, gegeven zijn, om mirakelen te verrichten. En dan zal Maria komen, om plaats te maken voor Haar Zoon in een triomfantelijke Kerk.

Vertaling: Chris De Bodt

21. 365 dagen met mijn engelbewaarder

"365 dagen met mijn engelbewaarder" is bijgewerkt tot en met 30 juni [zie rubriek gebeden].

Henk


18-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.18 juni 2010
BREAKING MEDJUGORJE WEBCAM NIEUWS

18 juni 2010

1. Komeet McNaught C/2009 R1 op 2 juli op zijn helderst


De komende weken is een paar uur voor zonsopkomst komeet McNaught C/2009 R1 te zien, ontdekt op 9 september 2009 door Robert McNaught. Op het noordelijk halfrond is de komeet laag in het oosten of noordoosten met verrekijker waarneembaar, maar als hij over een paar dagen de zon nadert en helderder wordt ook met het blote oog. Kometen worden helderder als zij de zon dichter naderen, waardoor het ijs verdampt en een enorme wolk van waterdamp wordt gevormd, die het zonlicht weerkaatst. Soms ontstaat er ook een lange uitgestrekte staart.


Komeet McNaught

Komeet McNaught trekt nu door het sterrenbeeld Perseus. Eind juni en begin juli bereikt hij zijn grootste helderheid, op 2 juli is de afstand tot de zon het kleinst. De komeet bevindt zich dan in het sterrenbeeld Voerman. Tussen nu en 24 juni zal de komeet het beste te zien zijn bij een maanloze nacht, maar na 26 juni zal de komeet zich te dicht bij de zon bevinden om nog waar te nemen.

Een vorige komeet, ook genoemd naar dezelfde ontdekker, McNaught C/2006 P1, zorgde reeds voor spektakel aan de lucht in 2007. Het was een van de helderste en grootste kometen.

2. De Waarschuwing [10/15]

Lees dit

U, Mijn gewijde zielen, u zult zelf staan tegenover al de woorden die u gesproken hebt en tegenover alle daden die u gesteld hebt in Mij, de Liefde, tegen uzelf en tegen uw naaste. U zult alle gevolgen van uw daden zien en alles zal u worden ontsluierd. Omdat u de oorzaak bent geweest van vele smarten, zult u verschrikkelijke emoties kennen, erger nog, u zult instaan voor al de beledigingen die u tijdens uw priesterschap, tegenover Mij, de Christus-priester, hebt veroorzaakt en tegenover elk actief lid dat deel uitmaakt van Mijn Mystieke Kerk. Elk gevolg dat te wijten is aan uw ontrouw, zal aan het licht komen. U zult alle zielen kennen die door uw onachtzaamheid verloren zijn gegaan.

U, gedoopten van Mijn Kerk, alle kinderen van alle gosdiensten en alle kinderen zonder godsdienst, maar die toch geloofden in de goedheid, zullen voor uw geloof geplaatst worden. U zult uw eigen rechter zijn tegenover uw Liefde voor God, die de Goedheid is, voor de liefde van de naaste en voor de liefde tegenover uzelf.

3. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [slot]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Aanmaning om "klaar te zijn" brengt de vraag naar voor wat hiermee wordt bedoeld

Er is ook de snelheid waarmee het resultaat van de derde Medjugorje Commissie resoluut "van tafel werd geveegd," en de nog mogelijk vluggere samenstelling van een nieuwe Commissie, met de meest bekwame deskundigen en waar Bisschop Ratko Peric niet aan deelneemt. Dit betekent een blaam voor Peric. Het Vaticaan wantrouwt hem. Het is immers de eerste maal in de geschiedenis dat dergelijke bevoegdheden uit handen van de plaatselijke bisschop worden genomen. Tegenstanders van Medjugorje hebben ons jaren overstelpt met "al het slechte" wat Medjugorje te bieden had, met de negatieve resultaten van de derde Commissie. Zij hebben bijna dertig jaar lang gepoogd om ons af te doen als "eenvoudigen van geest." Ondanks alles bleef Medjugorje massa's bedevaarders aantrekken.

Indien men echter rustig over alles nadenkt kan men al gauw tot het besluit komen dat het Vaticaan op het hoogste niveau alles al gepland had, zo vlug zijn de dingen gegaan. En kardinaal Christoph Schönborn heeft met zijn autoriteit Bisschop Peric duidelijk gemaakt dat het stilletjes aan wel begint te worden. Bijna was Medjugorje ontnomen aan zijn bevoegdheid, en dit laatste is nog lang niet uitgesloten in de verdere toekomst.

Zij die de vruchten van Medjugorje wensen te onderzoeken moeten toegeven dat deze inderdaad talrijk zijn. Er zijn honderdduizenden verhalen van bekeringen en van terugkeringen tot het Katholieke geloof. De Cenacolo gemeenschap heeft er een afdeling opgericht om jonge drugsverslaafden en herrieschoppers te helpen. De resultaten ervan zijn buiten alle verwachtingen "succesvol." Het weeshuis, oorspronkelijk opgericht voor de weeskinderen van oorlogsslachtoffers, maar nu ter beschikking van ieder weeskind, bloeit voorspoedig, vooral dankzij de mildheid van de bedevaarders. Vele bisschoppen, aartsbisschoppen en kardinalen van over de hele wereld, zijn ervan overtuigd dat Medjugorje onvervalst is. Er zijn ook anderen die een andere kijk hebben op Medjugorje. Paus Johannes Paulus II rekende zichzelf onder de "gelovers" en verklaarde meer dan eens zijn wens om er een bedevaart heen te maken. Spijtig genoeg heeft geen van beide Bisschoppen hem dit genoegen ooit gegund, daar, politiek gezien, zelfs de Paus er niet heen kan gaan, zonder een formele uitnodiging van de plaatselijke bisschop. Zij zorgden ervoor dat deze uitnodiging er nooit zou komen.

Nochtans zou een verlichtende retraite in het rustige dorp tussen de bergen, de andersdenkenden meer dan goed doen. Misschien zouden ze er best eens tezamen met de, volgens hen, overige duizenden "idioten," knielen voor het Heilig Sacrament of er de dagelijkse missen bijwonen, allen in verschillende talen en met verschillende tientallen of meer vrome priesters, zeven dagen en avonden per week, en er naar uitzien om er te biechten te gaan, wat zowel in de kerk als er buiten kan gebeuren, soms zelfs tot middernacht. Is dit het "bedrog" en de "verslaving die onze gezondheid schaadt?" zoals er ooit een priester schreef?

Chris De Bodt

4. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 179]

Hoofdstuk 6. De Kruisiging

Jezus draagt Zijn Kruis naar Golgotha

Voor de kruisstoet ging een bazuinblazer, die tot taak had, aan iedere straathoek de terechtstelling bekend te maken. Enige passen achter hem liepen jonge beulsknechten en andere vlegels, die kruiken met drank, touwen, wiggen, spijkers en korven vol allerlei werktuigen droegen. Grotere knechten droegen lange staken, ladders, evenals de stammen van de kruisen voor de twee moordenaars. De ladders hadden maar één stijl, waar de sporten doorheen staken. Op de knechten volgden enkele bereden Farizeeërs, en dan een knaap, die het opschrift van Pilatus voor zijn borst droeg en, aan een stok over zijn schouder, de doornenkroon, welke men Jezus had afgenomen. Deze knaap was niet van de slechtsten.

En nu kwam daar Onze Heer en Verlosser onder de zware last van het kruishout: naar de grond gebogen, wankelend, het lichaam één pijn, als geradbraakt van vermoeidheid. Sinds het Laatste Avondmaal had Hij niet geslapen, geen spijs of drank tot Zich genomen. Aanhoudend had Hij dodelijke mishandelingen moeten lijden. Door bloedverlies, wondkoorts, dorst en onuitsprekelijke zielssmarten en angsten uitgeput, strompelde Hij voort op Zijn blote, gekwetste voeten. Zijn rechterhand lag aan de zware last op Zijn schouder; met de linker probeerde Hij herhaaldelijk het brede kleed een weinig omhoog te heffen vóór zijn onzekere schreden. De vier rakkers die de touwen vasthielden, liepen een eind van Hem af. De twee voorste trokken Hem mee, en zij die achter Hem kwamen, trokken eveneens, om Hem tot spoed aan te manen, en zo kon Jezus geen enkele vaste stap zetten, terwijl de touwen Hem hinderden telkens als hij Zijn kleed wilde vatten. Zij handen waren gewond en gezwollen door het vroegere nijpen van de boeien. Zijn aangezicht was bedekt met bloed en builen, Zijn hoofdhaar, en ook Zijn baard, verwoest en vol bloedklonters. Het wegende kruis en de spannende gordel drukten de zware, wollen kleding tegen Zijn doorwond lichaam, en waar de wonden weer opengingen, kleefde de wol eraan vaste. Rondom Hem was louter hoon en boosheid. Hijzelf was onbeschrijfelijk ellendig gesteld, van martelingen verzadigd, maar tegelijk van liefde vervuld. Zijn mond bad, Zijn smartelijke blik smeekte en vergaf. De twee beulsknechten die de kruisstam zwevende hielden met behulp van de aan het uiteinde bevestigde touwen, maakten Jezus het dragen van de last, die zij voortdurend in de hoogte hieven en lieten vallen, dubbel zo moeilijk.

Naast de stoet stapten veel soldaten met lansen. Achter Jezus kwamen de twee moordenaars, elk van hen door een paar beulsknechten geleid aan gordelkoorden. Zij droegen de losse dwarsbalken van hun kruisen in de kin, en hun armen waren aan die balken gebonden. Zij hadden een doek om de lenden, een soort scapulier over het bovenlijf en op het hoofd een vlechtsel van stro. Men had hun iets te drinken gegeven, waarvan zij een beetje verdwaasd waren. Toch was de goede moordenaar ook nu zeer stil, maar de slechte deed boos en brutaal en liep te vloeken. De beulsknechten waren een hoop bruine, kleine maar stevige kerels, met korte, zwarte, warrig-kroezelige haren: zij hadden niet veel baard, slechts hier een daar een plukje. Joodse trekken vertoonden zij helemaal niet. Het waren kanaalarbeiders, behorend tot een Egyptische slavenstam. Zij droegen een korte voorschoot en een lederen borstbekleding. Beestachtig was al hun doen. Aan het eind van de tocht kwam de helft van het troepje bereden Farizeeërs. Zolang de tocht naar Golgotha duurde, reden er van deze mannen ook afzonderlijk naast de stoet heen en weer, om orde te houden en tot haast aan te porren. Onder het jong gespuis dat voorop liep met gereedschappen en drank, bevonden zich enkele schurkachtige Joodse knapen, die uit vrije wil de groep waren komen vergroten.

5. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 179]

Preken

Gij zijt verantwoordelijk voor hun zielen

"Ja maar," zult ge zeggen, "we kunnen ze toch niet de hele dag achterna lopen. We hebben wel iets anders te doen."

En ik wil u niet tegenspreken, broeders. Alles wat ik weet is dit: dat ge voor hun zielen verantwoordelijkheid draagt als voor uw eigen ziel.

"Maar we doen toch wat we kunnen."

Dat weet ik niet broeders. Wat ik wel weet is dit: als de kinderen, die u zijn toevertrouwd, verloren gaan, zijt gij ook verloren. Dat weet ik en anders niets. Ge kunt het ontkennen als ge wilt. Ge moogt gerust beweren dat ik te ver ga. Maar als ge nog een greintje geloof hebt in u, zult ge het met mij eens zijn. Dat alleen al moest u in een onoverkomelijke wanhoop storten. Maar nee, ge zult na deze woorden heus geen stap méér verzetten om uw plichten tegenover uw kinderen te vervullen. Ik maak mij geen illusies. Ge zult u door dit alles niet laten verontrusten en bijna zou ik zeggen: ge hebt gelijk, want heel de eeuwigheid kunt ge uzelf nog plagen. Laten we verder gaan.

Vertaling: Chris De Bodt

6. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 179]

Hoofdstuk 21. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Alstublieft, vertel mij over uw ervaring die u had tijdens uw kinderjaren wat u bijzonder gelukkig maakte en dat u voor een groot gedeelte heeft beïnvloed?
Maria: Zeker een van mij gelukkigste momenten gebeurde toen ik vijftien haar oud was, in de jaren dertig of zoiets.

Een van mijn broers en ik werkten op een boerderij in Beieren. Toen we om werk vroegen, had de boer ginds, ons zeer duidelijk beloofd dat we steeds op zondag zouden mogen naar de Heilige Mis gaan, maar het duurde niet lang voor ik doorhad dat deze belofte enkel gold voor mijn broer en niet voor mij. Dit was zo omdat de echtgenote van de boer elke zondagmorgen op een eigenaardige manier ziek was en aandrong dat ik thuis bij haar zou blijven, eerder van mij naar de kerk te laten gaan, met mijn broer. Toen kwam Pinksteren er aan en ik vroeg mij opnieuw af wat de boer zijn vrouw nu van plan was. Zelfs nog op zaterdagavond laat was ze nog steeds gezond en wel en zo hoopte ik met grote verwachtingen dat ik de volgende morgen naar de Heilige Mis zou kunnen gaan. Maar om negen uur die zondagmorgen werd zij opnieuw ziek, met een raadselachtige hoofdpijn of iets van die aard en ze vertelde mij onverbloemd dat ik opnieuw bij haar moest blijven omdat ik haar gewoon niet mocht alleen laten als ze ziek was! Ik was kapot! Tegen één uur in de namiddag was de hoofdpijn weg en zei ze dat ik mocht gaan. Ik rende buiten en speelde rond een onbewoond bijgebouw, met daarachter banken vanwaar men een heel mooi en vredevol zicht had. Toen weende ik in wanhoop omdat ik opnieuw de Mis, waar ik zo van hield, moest missen en dit juist op zo een voorname dag. Plotseling werd ik omringd door een wolk van witte duiven die allemaal rond mij kwamen vliegen en rondsprongen op de grond in het gras ... overal. In het gras, op mijn schoot, overal rondom mij.

Nicky: U vernoemt een wolk, Maria. Hoeveel duiven waren het? Vijftig? Honderd?
Maria: O, minstens honderd. Bij zo’n pracht heb ik hen zeker niet geteld, maar ze bevonden zich overal rondom mij en ze bleven daar tenminste een uur lang! Mijn tranen gingen vlug over in tranen van vreugde en ik werd door zo’n gelukzaligheid overspoeld dat al mijn zorgen verdwenen. Toen vlogen ze weg. Ik vertelde het verhaal aan mijn broer, maar wij vertelden het aan niemand anders. De daaropvolgende weken vroegen we de boeren uit de buurt of er witte duiven in de omgeving waren en het antwoord was steeds hetzelfde ... neen. Ik denk niet dat enige andere ervaring uit mijn kinderjaren mij zo heeft geraakt. Het was pure schoonheid.

Nicky: Wow ... en ik bemerk dat dit u waarlijk heel diep raakte, maar sta me toe om te vervolgen. Is het waar dat veel van de aanvaarde Verschijningen met kinderen gebeurden?
Maria: Ja, dat is zo! Kinderen staan zo open voor het bestaan van God en zijn hele Koninkrijk. Hun onschuld, hun natuurlijke nederigheid, hun afhankelijkheid, gevoeligheid en vertrouwen staat hen toe om dingen heel anders en op een meer verfijnde wijze te ervaren dan volwassenen. Wij moeten deze zuiverheid in hen bewaren en hen toelaten om kinderen te zijn zolang het mogelijk blijft. Als de wereld van vandaag hen in de schimpende, arrogante en ongelovige maatschappij werpt, verdwijnt veel van hun schoonheid en kan het nooit worden hersteld. Ik heb vele kinderen gekend die, bijvoorbeeld, engelen hebben gezien, en ik twijfel ook geen minuut aan hun verhaal. God geeft zo veel aan de kleinsten onder ons en dat is waarom Onze Lieve Vrouw in Medjugorje al haar boodschappen begint met "Lieve kinderen." Zij wil dat we klein en nederig van hart zijn zodat God ons meer genaden en geschenken kan geven.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

7. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 24]

De bedreigingen van de overheid

Niet vele dagen later waren onze ouders op de hoogte gebracht wat wij alle drie, samen met onze vaders, op een aangeduid uur en een aangeduide dag moesten verschijnen voor de overheid van Vils Nova Ourem. Dit betekende dat we zo’n vijftien kilometer moesten stappen, een aanzienlijke afstand voor drie kleine kinderen. De enige middelen van transport waren ofwel te voet gaan, ofwel met de ezel naar ginds gaan. Mijn oom zei onmiddellijk dat hijzelf zou verschijnen, maar de kinderen niet zou meenemen.

"Zo’n afstand houden ze nooit uit te voet," zei hij, "en omdat ze niet gewoon zijn om met een ezel te rijden, heeft dat ook al geen zin. En tenslotte heeft het toch geen enkele zin om zo’n twee kleine kinderen voor een rechter te roepen." Mijn ouders dachten het tegengestelde: "Mijn dochter gaat! Ikzelf begrijp niets van deze dingen. Als zij liegt is het een goede zaak dat ze ervoor gestraft wordt."

Heel vroeg de volgende morgen, plaatsen ze mij op een ezel en vertrokken we, in het gezelschap van mijn vader en mijn oom. Onderweg viel ik drie maal van de ezel. Ik denk dat ik Zijne Excellentie reeds heb verteld hoeveel Jacinta en Francisco die dag hebben geleden omdat ze dachten dat ze mij gingen doden. Wat mijzelf het ergste trof was de onverschilligheid van mijn ouders. Dit werd nog meer duidelijk, daar ik zag hoe gevoelsmatig zij hun kinderen benaderen. Ik herinner mij hoe ik onderweg tegen mezelf zei: "Hoe verschillend zijn mijn ouders van mijn oom en tante. Zij nemen alle risico om hun kinderen te verdedigen, terwijl mijn ouders tegenover mij de grootste onverschilligheid aan de dag leggen en hen laten doen wat ze maar willen met mij! Maar ik moet geduldig zijn..." In herinner mezelf uit het binnenste van mijn hart: "Dit betekent dat ik het geluk heb om hiervoor meer te mogen lijden voor U, O mijn Heer en voor de bekering van de zondaars."

In het kantoor werden wij ondervraagd in het bijzijn van mijn vader, mijn oom en diverse andere mannen die mij vreemd waren. Het hoofd was vastbesloten om mij te dwingen het geheim te onthullen en hem te beloven om nooit meer terug te keren naar de Cova de Iria. Om dit doel te bereiken, spaarde hij noch beloften, noch bedreigingen. Toen hij bemerkte dat hij niets bereikte, mocht ik beschikken, evenwel onder het protest dat hij zijn doel wel zou bereiken, zelf als zou dit betekenen dat hij mij het leven moest ontnemen. Daarna gaf hij een sterke uitbrander aan mij oom, omdat hij zijn bevelen niet had uitgevoerd. Uiteindelijk mochten we terug naar huis.

Vertaling: Chris De Bodt

8. Manon des Sources [5/14]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Manon des sources is een Italiaans-Franse dramafilm uit 1987, geregisseerd door Claude Berri. De film is gebaseerd op de tweedelige roman van Marcel Pagnol uit 1966 en is een vervolg op Jean de Florette.

Tien jaar na de dood van Jean, gaan de zaken goed voor Ugolin en zijn oom César ‘Papet’ Soubeyrans [Yves Montand]. De bron die ze voor Jean verstopt hadden, zorgt nu voor een bloeiende anjerkweek. Manon [Emmanuelle Béart], de dochter van Jean, werkt in de streek als geitenhoedster en is ondertussen opgegroeid tot een mooie, schijnbaar argeloze, jonge vrouw. Haar ontwapenende schoonheid brengt het hoofd van Ugolin op hol. Uiteindelijk wreekt zij zich voor het onrecht dat tot haar vaders dood heeft geleid.

Dit Franse drama is uitgebracht in 1987 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu, Hyppolyte Girardot en Emmanuelle Béart. In 1987 won Emmanuelle Béart de César voor beste vrouwelijke bijrol.
De film duurt 113 minuten.



9. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 35: Catherina's geheim [Aflevering 233]

De vraag was nu of de Kerk en de maatschappij de middelen gingen gebruiken die God hen had verleend, of dat de mensheid naar een soort van vergetelheid zou schuiven, recht in een reeks van kastijdingen zoals in het Romeinse Keizerrijk, met bevingen, vuur, en eeuwen van aanvallen tot de hele oude klasse uiteindelijk vernietigd was. Er deden veel geruchten de ronde over de geheimen, en geruchten, valse geruchten, werden verspreid dat Cathérine Labouré op bedevaart naar LaSalette was gekomen en een openbaring over de Wederkomst had gekregen. Men beweerde ook dat een tweede non uit Soissons een verschijning en een geheim had gekregen, naarmate vertrouwelijke boodschappen de voornaamste steun werden van Mariale verschijningen.

Elders dan in LaSalette ging het er ook hevig aan toe. In Parijs beweerde Zuster Justine Bisqueyburu, een non die de Groene Scapulier aanbeval, dat ze tijdens een ervaring in Rue du Bac openbaringen had gekregen, terwijl in dezelfde stad een priester bij O.L.V. der Overwinningen een stem gehoord had die zei, "Wijd uw parochie toe aan het Allerheiligst en Onbevlekt Hart van Maria."

Bij wijze van nog meer waarschuwingen, zag men in Duitsland flitsende lichten in en rond een kapel, en op 12 mei 1848 zag Johann Stichlmayer Maria in een Beierse wei zitten, wenend, zoals in LaSalette. Naar verluid zou ze uiteindelijk aan tenminste vijfenzestig mensen in Obermauerbach verschenen zijn, waar ze plagen en oorlogen voorspelde. "Ik kan de straffen van God niet langer tegenhouden," zei ze vrijwel bij iedere verschijning.

Twee jaar later was er een opmerkelijke verschijning aan de vrouw van een Protestants officier uit Frankrijk, die beweerde dat ze de Maagd in het Vaticaan had gezien!

Maria verscheen datzelfde jaar ook in het Poolse Lichen, met dramatische boodschappen. Ze smeekte de mensen om de Rozenkrans te bidden en voorspelde een bloedig en wereldwijd conflict als ze dat niet zouden doen. Ze zei dat er miljoenen zouden sterven door epidemieën en bloedvergieten.

De boodschappen van Lichen waren interessant omdat ze officiële Kerkelijke erkenning kregen. Ze waren ook interessant omdat kort erna, in 1854 en 1855, in Frankrijk 152.000 mensen verhongerden en cholera duizenden doden eiste. Tussen 1849 en 1854 stierven er wel 750.000 mensen doorheen heel Europa, inclusief wat nu Rusland is.

Dit was op het moment dat Karl Marx in Parijs een ontmoeting had met Friedrich Engels. Marx slaagde erin de tijdsgeest te omschrijven toen hij het gedicht Oelanem schreef, dat op huiveringwekkende en duivelse manier zweerde: "spoedig zal ik de eeuwigheid in mijn boezem sluiten, en spoedig zal ik gigantische vloeken over de mensheid uitroepen."

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

10. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 126]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Derde sessie

Op 14 september 1964 begon de derde sessie van het concilie. "Wat een vooruitgang!" noteerde pater Congar in zijn dagboek: "Concelebratie door vierentwintig paters, mis in dialoog en gezang met de menigte en de paus die zelf de communie uitreikt aan een dozijn aanwezige leken. De communie van de concelebranten duurt lang, maar het gevoel van gezamenlijk banket is duidelijk. We wonen dus een gezongen, geconcelebreerde en gedialogiseerde mis bij."

Een ander meer onopvallend teken van de mentaliteitsevolutie werd aan de Broeders van Taizé gegeven door kardinaal Ottaviani, nochtans als de voortrekker van de ‘conservatieven’ beschouwd, toen hij aanvaardde met hen het avondmaal te gebruiken. Na het eten heeft hij ‘met hen de Completen gebeden in het brevier van Taizé’. Dom Helder Camara die dit gebeuren aanhaalde voegde er niet zonder reden aan toe: "Roger bekomt wat hij wil bij Ottaviani. Ik denk dat de arme kardinaal [die ik nu veel beter ken en van wie ik van ganser harte hou] lijdt als hij ziet dat iedereen hem vreest. Roger duikt op als een kind dat zich op een politieagent werpt, de hand op zijn gezicht legt en zijn tong uitsteekt. [...] God weet dat er geen gebrek aan respect in dit beeld schuilt." Deze derde sessie bezorgde Broeder Roger tegenstrijdige gevoelens.

Op 22 september, in voltallige congregatie, werden verschillende stemmingen gehouden over het schema rond de Kerk. De achtste stembeurt ging over het episcopaat als sacrament, met name deze bewering: ‘Door de handoplegging en de wijdingformule is de genade van de Heilige Geest gegeven en de gewijde stempel gedrukt, zodat de bisschoppen op een uitgesproken en zichtbare wijze de plaats bekleden van Christus zelf, meester, herder en opperpriester en zijn rol vervullen.’ Deze herbevestiging van de doctrine scheen een overwinning voor degenen die, zoals Dom Helder Camara, de ‘overdreven centralisatie’ van de Kerk laakten. Na het afroepen van de uitslag van die achtste beurt deed hij teken aan Broeder Roger die op de tribune voor waarnemers zat. Ze ontmoetten elkaar in een zijkapel van de onmetelijke basiliek om ‘samen een dakgebed te zeggen,’ schreef Dom Helder en ook ‘om op te komen voor degenen die verbitterd waren’.

Het ander feit heeft betrekking op de zogenoemde ‘Zwarte week’, eind november. Keer op keer deed Paulus VI in extremis aan het schema over de Kerk een ‘verklaringsnota’ toevoegen, die de bisschoppelijke collegialiteit beperkte: hij bracht op het laatste ogenblik amendementen aan in het schema over oecumene en verwees naar de volgende sessie met het debat over godsdienstvrijheid. Deze persoonlijke tussenkomsten van Paulus VI waren evenveel ‘nederlagen’ voor de conciliaire meerderheid en ‘overwinningen’ voor de conservatieve minderheid.

Dom Helder Camara getuigde dat vele protestantse waarnemers ‘bitter’ tot ‘zeer bedroefd’ waren. Broeder Roger vertrouwde hem toe: "De waarnemers staan op het punt het concilie te verlaten..." Pater de Lubac getuigde fijngevoeliger dat Broeder Roger tegelijk ‘spijt had’ en verzoenend was. Maar deze autoritaire daden van Paulus VI hadden geen breuk tot gevolg. De derde sessie liep ten einde en andere belangrijke teksten lagen op debat en stemming te wachten tijdens de vierde en laatste sessie.

Pater Congar had wel de bezorgdheid van de prior van Taizé opgemerkt: "Vele priesters en monniken, ook religieuzen gaan naar hen (naar Taizé). Schutz vertelt me dat hij in vertrouwen diepe ontreddering hoort. Niet alleen vele jonge katholieken en jonge gezinnen stellen ZEER radicaal de kerkstructuren in vraag, niet alleen ontbreekt het de jongeren aan traditie, aan een elementaire kennis van de geschiedenis, van HUN geschiedenis, maar er is ook een diepe bevraging van priesters en monniken over hun roeping." Broeder Roger ontwaarde in de Kerk de crisis die openlijk zou uitbreken na het concilie.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Jezus' tijdgenoten [aflevering 69]

Eleazar, zoon van Simon

De Joodse opstand

In 66 na Christus begonnen de Zeloten met de Grote Joodse Opstand, toen de hogepriester Eleazar ben Ananius weigerde om te offeren voor de Romeinse Keizer en het Romeinse garnizoen van Florus afslachtten te Jeruzalem en ook het twaalfde legioen van Cestius Gallus, dat uit 5.000 manschappen bestond, werd in een hinderlaag gelokt en verslagen te Beit-Horon in 66 na Christus. 2.400 zeloten namen er aan deel, onder leiding van Eleazar ben Simon. Eleazar plunderde het legioen en keerde terug naar Jeruzalem met een wezenlijke oorlogsbuit. Deze buit zou hij aanwenden om zich als politieke leider op te werpen tijdens de onderlinge machtstrijd in Jeruzalem tussen 67 en 69 na Christus.

Na zijn overwinning op de troepen van Cestus, werd Eleazar van alle macht ontdaan te Jeruzalem door de Hogepriester Ananus ben Ananus. Ook al toonde hij bewijs van zijn godsvrucht en zijn leiderschap in de slag bij Beit-Horon, werd er aan Eleazar ben Simon geen macht verleent, omwille van zijn "tiranniek karakter." Tegengesteld aan de anti-Romeinse agenda van de Zeloten, wensten Ananus en de andere gematigde leiders van Jeruzalem het conflict te stabiliseren en op te lossen met Rome. Zij vreesden dat het verheven van een Zeloot tot een machtspositie, een aanval zou uitlokken van de Romeinen die hun macht nog meer zou beperken. Ondanks dit afhouden van een machtspositie, bleef Eleazar te Rome de zaken van de Zeloten verdedigen vanuit zijn hoofdkwartier in de Tempel. Tijdens de zomer van 67, poogden Eleazar ben Simon en zijn Zeloten de gematigde regering van Ananus omver te werpen door officiëlen op te sluiten en verspreidde de angst dat de gematigde Tempelaristocratie de Joodse nationale zaak zou ondermijnen. Terwijl de Romeinse generaal de grenzen van Judea en Galilea bestookte, sloten duizenden Joodse vluchtelingen zich aan in de hoop om de weerstand tegen de Romeinen te versterken. Met een groeiende steun slaagde Eleazar erin om een stroman als Hogepriester aan te stellen te Jeruzalem om zo de macht van Ananus te breken en zo een volledige controle te verwerven over de tempel.

Vertaling: Broeder Joseph

12. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 84]

Het wonder van Faverney, Frankrijk [1608]

We zullen het wonder in iets meer detail bespreken: Verbrand waren het altaar [dat behalve zijn onderstel volledig tot as was vergaan] de altaardwalen, en bepaalde versieringen. Een van de twee kandelaren die de zijkanten van het altaar versierden bleek door de hitte gesmolten ... maar ondanks deze hitte was de monstrans onbeschadigd. De twee Hosties in deze monstrans waren ook intact, en hadden alleen last van lichte schroeiplekken. Vier objecten bewaard achter kristal dat aan de monstrans was bevestigd bleven ook gespaard; hieronder viel de reliek van de Heilige Agatha, een klein stukje van beschermend zijde, een pauselijke verklaring voor een aflaat, en een bisschoppelijk brief, waarvan de was gesmolten was en over het perkament was gelopen zonder de brief aan de tasten.

Wat betreft de zweving van de monstrans: 54 getuigen, waaronder vele priesters, getuigden dat de monstrans lichtelijk hing in de richting van het traliewerk, maar dat deze het traliewerk niet raakte. Het bleef er zelfs een flink afstand vandaan. De getuigen verklaarden ook dat de monstrans voor 33 uur bleef zweven.

Deze getuigen, die onder ede zworen, hebben ook een document ondertekend dat nog steeds in de kerk wordt bewaard. Ze zweerden ook dat de zweving van de monstrans niet werd beïnvloed door de vibraties van de mensen die er kwamen, ook niet door het in en uit gaan van de kerk, of door mensen die stonden en fluisterden naast het verbrande altaar, alsook niet door de mensen die het traliewerk aanraakten. Ook de handelingen van de kloosterlingen die de rommel opruimden en een nieuw altaar plaatsten had geen invloed op de monstrans.

Een marmeren plaat werd er geplaatst onder de plaats waar de monstrans zweefde. Op deze marmeren plaat stond geschreven: Lieu Du Miracle [Plaats van het wonder].

In december van het jaar van het wonder, 1608, werd één van de twee Hosties die in de monstrans bewaard was tijdens het wonder, plechtig overgeplaatst naar Dole, dat toen de hoofdstad van het gebied was.

Tijdens de Franse Revolutie is de monstrans van het wonder jammer genoeg vernietigd, maar de Hostie was gered door de gemeenteraad van Faverney, die de Hostie verborg tot het gevaar geweken was. Later is de monstrans nagemaakt aan de hand van schilderijen uit de tijd van voor de revolutie. In deze nieuwe monstrans wordt de Hostie bewaard, die 33 uur zweefde, nadat deze een vuur had overleefd waardoor zelfs een kandelaar gesmolten is.

13. Recente heiligenlevens

Eerbiedwaardige Anita Cantieri [1910-1942]

De rijpheid van haar ziel was tot die mate gevorderd, dat ze zichzelf aan God wilde geven. Uit een nota die ze schreef weten we, dat Anita voor het eerst een religieuze roeping had gehad toen ze twaalf jaar oud was. Tijdens één van haar uitstapjes voor de missies, keerde ze terug naar huis en reed met haar fiets een steile helling af toen haar remmen het begaven. De dood leek onvermijdelijk, maar ze had het besef om zichzelf volledig aan Jezus te geven als ze ongedeerd bleef. Ze kwam thuis, ongedeerd en uitermate gelukkig. Vermits ze ongedeerd was gebleven, besefte ze dat God haar aanbieding had aanvaard.

Naarmate ze ouder werd zorgden haar contacten met de Zusters van de H. Dorothy en de gesprekken met haar biechtvader ervoor, dat haar verlangen naar een religieus leven versterkt werd. Haar ouders waren echter niet zo blij om haar te moeten verliezen. Ze hadden altijd gehoopt dat één van hun zonen voor het priesterschap zou kiezen, maar geen van hen leek daartoe geneigd. Vooral haar moeder probeerde Anita van mening te doen veranderen, maar de tussenkomst van bepaalde priesters die Anita kenden, brachten haar moeder op andere gedachten.

Op voorstel van haar vader liet ze zich fotograferen met haar lange vlechten over haar schouders. Ze gaf toe dat ze zich hier ongemakkelijk bij voelde omdat ze het ijdel vond, maar ze gehoorzaamde.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

14. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 71]

Aan moeder Augustine Ceyrac

Lourdes, 28 april 1866
J.M.J.

Lieve Moeder,

Eerst wil ik u danken voor de pillen die u zo goed was mij toe te sturen. Vanaf het moment dat ik ze voor het eerst ingenomen heb, had ik geen terugval meer, want ik heb een betrekkelijk rustige winter doorgemaakt. Ik beschouw dat als een geschenk van God. Ik geloof dat hij u naar Lourdes gestuurd heeft om mij te genezen. Hoewel mijn gezondheid verbeterd is, blijf ik ook de nieuwe pillen nemen die u mij liefdevol hebt toegestuurd. Ik ben u zeer erkentelijk, lieve Moeder, voor de dringende gebeden die u zo goed was voor mij tot de Heer te richten. Ik geloof dat zij reeds verhoord zijn, want ik voel meer dan ooit de drang deze wereld te verlaten. Ik ben geheel en al besloten en neern me voor binnenkort te vertrekken. O, lieve Moeder, hoe verlang ik ernaar die mooie dag te beleven, dat ik het geluk zal proeven in het Noviciaat te treden, want dat moet een hemel op aarde zijn. Ik vraag u daarom, lieve Moeder, uw dringende gebeden te verdubbelen voor dit doel. Van mijn kant beloof ik u dat mijn gebeden voor u niet in gebreke blijven. Ik bid voor u elke keer wanneer ik naar de grot ga, evenals voor al uw lieve zusters. Ik verenig mijn smeekbeden met de uwe om de genade te verkrijgen waarom u vraagt.

Ik stuur u een rozenkrans die het Heilige Graf van onze Heer Jezus Christus beroerd heeft. Hij is gezegend door onze Heilige Vader, de Paus, en ik heb ermee gebeden. Ik vraag u deze een keer voor mij te bidden. Wat zilver betreft, is hij niet veel waard, maar hij is niet minder kostbaar dan een die ik u in zilver met de post verstuurd zou hebben. Voor het overige denk ik dat u deze prefereert boven een andere.

Ik neem afscheid van u door u nogmaals te bedanken voor al uw goedheid voor mij. Ik zal die nooit vergeten. Ontvang, lieve Moeder, de respectvolle gevoelens van uw deemoedige dienares,

Bernadette Soubirous

15. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Opvoedingsdoelen

Verbondenheid

Een mens draagt niet alleen verantwoordelijkheid voor zijn medemens en maatschappij, maar zijn persoonlijk levensproject wint aan kwaliteit naarmate hij zich aan die medemens en de ruimere gemeenschappen kan toevertrouwen. Iedere mens heeft recht op geven en ontvangen in relaties, ook een jonge mens in zijn relaties tot volwassenen. Het levensproject van een mens is immers steeds getekend door vroegere generaties. De wijze waarop men die invloed gebruikt, bepaalt in grote mate iemands persoonlijk levensproject.

16. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 14

De Vredesduif zal tot ons komen uit de hemel, met een wit kruis op haar hart, en het teken van de verzoening en een zwaard van vuur tot beweging brengen, welke de liefde vertegenwoordigt. Zij zal gezeten zijn op een massief gouden troon, die de Ark van Noach uitbeeldt, daar Zij het einde van de zondvloed van het slechte zal komen afkondigen. Daar komt Zij, onze Moeder De Kerk bereidt alles voor, voor de glorierijke komst van Maria. De Kerk zal voor Haar een erewacht worden om de engelen tegemoet te gaan. De triomfboog is klaar. Het uur is niet veraf!

Vertaling: Chris De Bodt


17-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.17 juni 2010
17 juni 2010

1. Nieuws uit Medjugorje van Patty De Vos

Beste Chris,

Hoe gaat het met U. Goed hoop ik. Ik telefoneerde vandaag naar Medjugorje naar mijn hotelier. Hij zegde mij dat er verschrikkelijk veel volk aanwezig is in Medjugorje. Hij heeft gehoord van zijn vrienden dat Pater Jozo terug op zijn eiland Badja [nabij Dubrovnik] is. Vicka is ziek te bed en zal zeker niet voor het jeugdfestival aanwezig zijn. De komende dagen bel ik nog wel met iemand anders en laat je de nieuwtjes weten.

Dikke knuffel

Patty

2. De Waarschuwing [9/15]

Lees dit

U, die spreekt tegen de Kerk van Rome en alle kerken die er deel van uitmaken, uw aantal is veel groter dan u denkt, want waar Mijn Tegenwoordigheid is, is Mijn Kerk. U zult de gevolgen kennen van uw woorden, uw afwijzingen tegenover Mijn Kerken, die een geheel zijn van Mijn Koninklijke Woning.

U, die spreekt tegen mijn gewijde personen, u zult leren dat u, net zoals zij, leden bent van Mijn kerk en u zult alles zien wat u gedaan hebt tegen Mijn Mystiek Lichaam dat Ik ben, zij en u. Omdat u hen hebt willen verlagen tot uw niveau door hun menselijke fouten uitvoerig te beschrijven, zonder u er rekenschap van te geven dat u er deel van uitmaakt. U zult daaronder lijden, want u zult zien dat het Mystieke Lichaam bestaat uit mannen en vrouwen die hun leven gegeven hebben door God liefde te schenken. Deze mannen en vrouwen hebben alles verlaten om langs moeilijke wegen anderen hun hulp aan te bieden. Zij hebben de kinderen van God les gegeven zonder hun tijd af te wegen, zij hebben de kinderen van God verzorgd, zonder rekening te houden met hun eigen pijnen. Zij hebben de meest onfortuinlijken onbaatzuchtig geholpen.

3. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 35/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Aanmaning om "klaar te zijn" brengt de vraag naar voor wat hiermee wordt bedoeld

Maria maande ons in Haar boodschap van "Goede Vrijdag" aan "om klaar te zijn." Mirjana spreekt weinig over de geheimen, ook al heeft ze er in de beginperiode de meeste informatie over vrijgegeven. Zij heeft universitaire studies gedaan en is heel intelligent. Precies daarom wakkert dit het voorgevoel aan dat er "ernstige zaken" op komst zijn. Mirjana zou nooit lichtzinnig omgaan met woorden als "wees klaar," in het bijzonder als het aan niets is verbonden en helemaal apart staat aan het einde van de boodschap. En in vorige boodschappen verwees Maria dikwijls naar de "tekenen van de tijden." Neen, Mirjana is er de persoon niet naar om dubbelzinnigheden naar buiten te brengen.

De zienertjes van Garabandal en Medjugorje hebben ons gewaarschuwd dat de dingen zouden aanvangen op het moment dat alle geloof in God bijna helemaal zou verdwenen zijn. De kerk heeft de laatste vijftig jaar enorm veel gelovigen moeten inleveren. De recente onthullingen over het kindermisbruik, geven 95% van de media de gelegenheid om de Kerk nog meer af te maken, zelfs tot op het hoogste niveau. Er blijven maar enkele "echte gelovigen" meer over. Er zijn het groot aantal "verlichte" reacties op dergelijke persartikels van de ongelovigen, die het vuur nog meer aanwakkeren. Er zijn grote meningsverschillen binnen de kerk. Alleen al in de zaak Medjugorje is het, zoals het te Garabandal en Akita was voorspeld, Bisschop tegen Bisschop en Kardinaal tegen Kardinaal. Of het om in Pater Pétar Ljubicics woorden te zeggen: "God moet tussenkomen, hij moet satan stoppen. De wereld kan zo niet langer blijven doorgaan. Nog nooit is de maatschappij zo ziek geweest zoals nu. De dingen kunnen niet lang meer uitblijven." En ook de voorstanders van Medjugorje voelen dat alles wel eens heel vlug zou kunnen gaan. Er zal nog worden nagepraat over de "Goede Vrijdag" boodschap.

4. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 178]

Hoofdstuk 6. De Kruisiging

Jezus draagt Zijn Kruis naar Golgotha

Toen Pilatus Gabbatha verliet, volgde een deel van de soldaten hem. Zij stelden zich op vóór het paleis om vervolgens in de kruisstoet te stappen. Een klein deel bleef bij de veroordeelden. 28 gewapende Farizeeërs, onder wie de zes grimmigste vijanden van Jezus, die bij de gevangenneming op de Olijfberg waren geweest, kwamen naar het Forum gereden met de bedoeling de stoet te vergezellen. De beulen leidden Jezus tot het midden van de markt. Door de poort aan de westkant naderden verschillende slaven, die het kruishout droegen; zij wierpen het met veel lawaai vóór Jezus’ voeten. De twee dunne kruisarmen waren voorlopig aan de brede, zware stam vastgebonden; de spieën, het blokje voor de voeten en het verlengstuk werden gedragen door een aantal jonge beulsknechten, die ook nog andere dingen meebrachten.

Toen het kruis daar vóór Jezus lag, wierp Hij Zich op de knieën, sloeg Hij Zijn armen om het martelhout heen en kuste het driemaal, terwijl Hij stil een ontroerend gebed sprak, waar Hij Zijn hemelse Vader dankte voor het begin van de verlossing van de mensen. Zoals de heidense priesters een nieuw opgericht altaar omhelzen, zo omhelsde de Heer Zijn Kruis, het eeuwig altaar van het verzoenende, bloedige offer. De beulen trokken Jezus uit Zijn liggende houding omhoog. Geknield, moet hij de zware balk dan op Zijn rechterschouder tillen en hem met Zijn rechterarm omvatten; de weinige menselijke hulp die Hij kreeg, was hulp van woestelingen. Ik zag echter dat Onze Heer geholpen werd door engelen, die voor de anderen onzichtbaar bleven. Zonder die hulp uit de hemel had Hij zeker niet gekund het kruis op Zijn schouder te nemen, ook nu boog Hij nog door onder de last. Terwijl Jezus bad, traden enkele beulen naar de twee moordenaars toe, legden hun de losse dwarsbalken van de voor hen bestemde kruisen in de nek en bonden hun handen daaraan vast. Die dwarsbalken waren een beetje krom en werden bij de kruisiging aan het bovenste uiteinde van de stammen bevestigd. Slaven droegen deze stammen der veroordeelde moordenaars achterna.

Nu weerklonk het bazuinsignaal van Pilatus’ ruiterij, en één van de bereden Farizeeërs naderde de plaats waar Jezus knielde onder Zijn kruis, en sprak: "Het is uit en gedaan met alle mooie woorden, zorg dat wij van hèm verlost geraken; voorwaarts, voorwaarts!" Toen trokken zij Jezus helemaal overeind; de hele last van het kruis, die wij, naar Zijn heilige, eeuwig ware woorden, Hem ter navolging moeten dragen, rustte op Zijn schouder, en de hier ter wereld zo schandelijke, in de hemel zo zalig geroemde triomftocht van de koning der koningen nam een aanvang.

Aan het onderste uiteinde van de kruisstam had men twee touwen geknoopt, en twee van de beulsknechten hielden daarmee het kruis zwevende. Ver genoeg van Jezus af stonden de vier rakkers, die de touwen strak hielden, welke waren vastgemaakt aan de gordel, die men het laatst om Zijn middel had gelegd. Zijn mantel had men, samengerold, om Zijn bovenlijf gebonden ... Jezus herinnerde mij levendig aan Isaak, toen deze het hout voor zijn eigen slachtoffering naar de top van de berg ging dragen ... Door het bazuingeschal wou Pilatus te kennen geven, dat de kruisstoet zich in beweging moest zeggen, daar hijzelf met een schare soldaten wou uitrijden om een mogelijke opstand in de stad te voorkomen. Hij zat in volle wapenuitrusting te paard, omringd door zijn officieren en een troep ruiters, terwijl ongeveer driehonderd soldaten van het voetvolk, allemaal mannen uit het grensgebeid tussen Italië en Zwitserland, hem zouden volgen.

5. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 178]

Preken

De plichten van de ouders

Ik zeg u dat ge ook over uw kinderen moet waken, als ge ze naar buiten stuurt. Want in uw afwezigheid halen ze allerlei kwaad uit dat hun door de duivel wordt ingegeven. Als ik goed durfde, zou ik u zeggen dat ze zich de helft van de dag vermaken met onbetamelijkheden en gruwelen. Ja, ik weet het wel: de meesten van hen beseffen niet wat ze doen. Maar gij, ouders, hebt hun dat besef bij te brengen. De duivel zal immers niet nalaten hun later in herinnering te roepen wat ze in hun kinderjaren hebben gedaan en zo zal hij er hen toe verleiden dat ze zich op rijpere leeftijd aan soortgelijke dingen bezondigen. Zijt ge er u wel van bewust, broeders, wat er uit uw achteloosheid of uw onwetendheid kan voortkomen? Luister en onthoud goed wat ik u zeg! Een groot deel van de kinderen die ge naar buiten stuurt, bedrijven heiligschennis, reeds bij de eerste Heilige Communie. Ze hebben van tevoren al schandelijke gewoonten aangenomen, die ze ofwel niet durven te biechten, ofwel niet uitgeroeid hebben. Wanneer een priester, die hen niet in het verderf wil storten, hen dan weigert, krijgt hij van de ouders verwijten te horen: "Die van mij zijn zeker niet goed ..."

Ga naar huis, tobbers, en pas voortaan beter op uw kinderen, dan zullen ze heus niet geweigerd worden. Ja, ik zeg u dat het grootste deel van uw kinderen hun zondig leven beginnen in de tijd waarin ze alleen naar buiten gestuurd worden.

Vertaling: Chris De Bodt

6. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 178]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Wat het meisje betreft die kaarsvet had gestolen op het Kerkhof, merkte ik op dat u werd gevraagd om twee gezegende kaarsen te doen branden voor die ene kaars die werd gedoofd. Is dit een voorbeeld van wat "bijkomend herstel" wordt genoemd?
Maria: Precies, ja.

Nicky: Eerder zei u dat kinderen nog steeds dicht bij God zijn en dit is, uiteraard, vanwege hun onschuld. Gebeurt het ook dat kinderen bijzondere genaden ontvangen omwille van hun goed gedrag dat hen is bijgebracht door het voorbeeld van hun ouders?
Maria: O ja, en zelfs heel dikwijls. Ik weet van kinderen die elke dag naar de Mis wensten te gaan en kinderen die heel veel hielden van het horen van verhalen uit de Bijbel. Dit zijn bijzondere genaden. Sommige kunnen zelfs aanvankelijk als extreem worden beschouwd, maar de ouders mogen nooit tussenkomen bij zulke aangelegenheden en het contact tussen God en hun kinderen laten groeien, want dit ligt in Gods plan. Ik heb verhalen gehoord van kinderen die voor een langere periode op kiezel wensten te knielen en te bidden. De ouders zullen hiervoor echter lang moeten boeten wanneer ze zoiets willen tegenhouden. God spreekt heel duidelijk tot de kinderen omdat hun zielen, zoals men zou zeggen, veel zuiverder, helderder en onschuldiger zijn dan de onze.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

7. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 23]

Lucia’s moeder heeft twijfels

Dankzij Onze Goede Heer deed deze verschijning de wolken van voor mijn ziel wegdrijven en werd mijn innerlijke vrede hersteld. Mijn arme moeder werd meer en meer bezorgd toen ze het volk van alle kanten zag komen. "Deze arme mensen," zei ze, "zijn allen naar hier gekomen door uw bedrog, daar kunt u zeker van zijn en ik weet werkelijk wat ik moet doen om hen dit bedrog te doen inzien." Een arme man die opschepte en ons belachelijk maakte, ons beledigde en zelfs zo ver ging door ons te slaan, vroeg op een dag aan mijn moeder:

"Wel moeder, wat hebt u te zeggen over de visioenen van uw dochter?"
"Ik weet het niet," antwoordde ze
"Voor mij lijkt het erop dat ze doet alsof en de halve wereld op een dwaalspoor zet."
"Zeg dat niet te hardop, want dit zou anderen op de gedachte kunnen brengen om haar te doden. Ik denk dat er hier mensen genoeg zijn die dit maar al te graag zouden doen."
"O, daar geef ik allemaal niet om, zolang als ze haar maar kunnen dwingen om de waarheid op te biechten. Ikzelf zal altijd de waarheid vertellen, of dat nu tegen mijn kinderen is of tegen anderen, of zelfs tegen mijzelf."

En dit was waarlijk ook zo. Mijn moeder vertelde altijd de waarheid, zelfs tegen haarzelf. Wij, haar kinderen, kunnen getuigen van haar goede voorbeeld. Op een dag besloot ze om een nieuwe poging te doen om mij alles wat ik had gezegd, te doen herroepen. Ze had het besluit genomen om met mij de volgende dag opnieuw naar de pastorij te gaan. Daar moest ik opbiechten dat ik loog en vergiffenis moest vragen en elke daad van boete te doen die de Eerwaarde pastoor goed achtte of verlangde om mij op te leggen. Deze keer was haar aanval zo erg dat ik niet meer wist wat ik moest doen. Op onze weg, toen wij langs het huis van mijn oom gingen, rende ik naar binnen om aan Jacinta, die zich nog steeds in haar bed bevond, te vertellen wat er gaande was. Daarop spoedde ik mij naar buiten en volgde ik mijn moeder.

In mijn relaas over Jacinta, heb ik Zijne Excellentie reeds verteld over haar rol en dat die van haar broer tijdens deze beproeving die de Heer ons had gezonden, en hoe zij baden terwijl ze op mij aan de bron wachtten, en zo verder. Op onze weg, spelde mijn moeder mij goed de les. Op een bepaald punt zei ik bevend tot haar: "Maar moeder, hoe kan ik zeggen dat ik dit alles niet heb gezien, als ik het wel heb gezien?" Mijn moeder werd stil. Toen we nabij de pastorij kwamen, zei mijn moeder: "Luister enkel naar mij! Wat ik wil is dat u de waarheid vertelt. Als u het zag, moet u het ook zo zeggen! Maar als u het niet zag, moet u toegeven dat u loog."

Zonder enig ander woord, bestegen we de trappen en ontving de goede priester ons in zijn studeerkamer, met, moet ik toegeven, de grootste genegenheid. Hij ondervroeg mij ernstig, maar heel hoffelijk en zocht zijn toevlucht tot diverse strategieën om mijzelf te doen tegenspreken of mij onsamenhangend te doen zijn in mijn verklaringen. Uiteindelijk liet hij ons gaan en trok hij zijn schouders op: "Ik weet niet wat ik hier allemaal moet uit opmaken."

Vertaling: Chris De Bodt

8. Manon des Sources [4/14]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Manon des sources is een Italiaans-Franse dramafilm uit 1987, geregisseerd door Claude Berri. De film is gebaseerd op de tweedelige roman van Marcel Pagnol uit 1966 en is een vervolg op Jean de Florette.

Tien jaar na de dood van Jean, gaan de zaken goed voor Ugolin en zijn oom César ‘Papet’ Soubeyrans [Yves Montand]. De bron die ze voor Jean verstopt hadden, zorgt nu voor een bloeiende anjerkweek. Manon [Emmanuelle Béart], de dochter van Jean, werkt in de streek als geitenhoedster en is ondertussen opgegroeid tot een mooie, schijnbaar argeloze, jonge vrouw. Haar ontwapenende schoonheid brengt het hoofd van Ugolin op hol. Uiteindelijk wreekt zij zich voor het onrecht dat tot haar vaders dood heeft geleid.

Dit Franse drama is uitgebracht in 1987 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu, Hyppolyte Girardot en Emmanuelle Béart. In 1987 won Emmanuelle Béart de César voor beste vrouwelijke bijrol.
De film duurt 113 minuten.



9. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 35: Catherina's geheim [Aflevering 232]

Volgens Sandra L. Zimdars-Swartz, een professor die de situatie grondig bestudeerd heeft, nam Maximins gezicht een "onuitsprekelijke" uitdrukking aan en zei hij op lage toon, "Ach, het is iets goeds" toen Marquise de Moneteyard, de zus van de bisschop van Moulins hem vroeg of hij kon zeggen of het geheim goed of slecht was. Toen men hem verder ondervraagde of iemand ooit het geheim zou kennen, antwoordde jongen op cryptische wijze, "Ja, wanneer alle mensen zullen beoordeeld worden." Aanwijzingen dat de twee geheimen niet alleen op de zieners persoonlijk betrekking hadden, maar op iedereen, werden voor het eerst vastgesteld door een plaatselijke advocaat met de naam Armand Dumanoir, die de zieners kende en zei dat elk kind een geheim had gekregen "dat lijkt te bestaan uit de aankondiging van een grote gebeurtenis, goed voor sommigen, slecht voor anderen." Verdere pogingen om meer informatie los te krijgen faalden, doordat de zieners blijk gaven van een buitengewone vaardigheid om vragen met terughoudende, precieze en vastberaden antwoorden af te weren. Deze eenvoudige kinderen waren m.a.w. in staat om de slimste ondervragers te slim af te zijn.

Maar in 1851, vijf jaar na hun verschijning, kwam er een wijziging in de situatie. Een vertegenwoordiger van Bisschop Philibert de Bruillard van Grenoble, vroeg aan Maximin en Melanie of ze akkoord gingen om hun geheimen neer te schrijven en ze in een verzegelde omslag naar Paus Pius IX te sturen. Ondanks al die jaren van onwrikbare weigering, gingen ze allebei akkoord, wat een aanduiding was dat ze ondertussen bovennatuurlijke signalen hadden gekregen ... in het geval van Melanie mogelijkerwijze een verschijning ... die hen toelating gaven. Men bracht Maximin naar een school in Rondeau en daar schreef hij zijn geheim neer terwijl twee mannen, één met de naam Canon de Taxis, de andere een plaatselijke ingenieur, toekeken. Maximins geheim bestond uit zeven genummerde paragrafen. Op een bepaald moment vroeg men hem om het nog eens netjes over te schrijven. Toen hij dat deed, vroeg hij hoe het woord "paus" geschreven werd. Het geheim werd dan, zoals beloofd, verzegeld in een omslag.

De volgende dag was het de beurt aan Melanie. Ze twijfelde meer, weende zelfs, maar ging uiteindelijk zitten en schreef een geheim neer dat langer was dan dat van Maximin. Onder toezicht schreef ze gedurende een uur rustig en serieus door, zonder pauze, en vulde drie bladzijden. Zonder het na te lezen verzegelde ze haar geheim in een omslag en adresseerde die aan "Zijne Heiligheid Pius IX in Rome." Een paar uur later realiseerde ze zich dat ze zich vergist had door te schrijven dat er op één bepaalde datum twee gebeurtenissen zouden plaatsvinden, terwijl ze in feite op verschillende datums ging gebeuren. Dus ze vroeg om het geheim opnieuw te mogen neerschrijven, wat haar toegelaten werd. Ze deed het opnieuw op een rustige manier, en pauzeerde enkel om de betekenis van het woord "onfeilbaar," en de schrijfwijze van "Antichrist" en "bedorven" te vragen. Op haar verzoek werd het geheim nagelezen door Bisschop Bruillard, die tijdens het lezen in tranen uitbarstte. Het werd dan verzegeld, en beide geheimen werden naar Pius IX gebracht. Pius geloofde in Maria’s bemiddeling (hij geloofde dat ze hem ooit van epilepsie genezen had) en toonde grote emoties bij het lezen van de profetieën. Zijn lippen trokken samen en naar verluid werd z’n gezicht strak. Toen hij gedaan had met lezen zei hij met ernstige stem, "Ik moet deze brieven opnieuw lezen wanneer ik ontspannen ben. Er zijn kastijdingen die Frankrijk bedreigen, maar Duitsland, Italië en heel Europa zijn schuldig en verdienen kastijdingen." Toen het Hoofd van de Missionarissen van O.L.V. van LaSalette meer informatie vroeg, antwoordde Pius, "Je wil dus de geheimen van LaSalette kennen? Wel, hier zijn ze: tenzij je berouwvol bent, zal je sterven."

De pauselijk gezant voor Parijs, Kardinaal Nicolo Fornari, was directer. "Ik ben doodsbang," zei hij, "voor deze voorspellingen; we hebben in onze godsdienst alles wat we nodig hebben voor de bekering van zondaars; en als de hemel zulke middelen gebruikt, moet het kwaad heel groot zijn."

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

10. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 125]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Franciscanen in Taizé

Het jaar 1964 werd gekenmerkt door de vestiging van een franciscaanse fraterniteit in Taizé, een historische gebeurtenis dat meteen een voorsmaak was van de komst van katholieke Broeders in de Gemeenschap in 1969.

De banden tussen Taizé en de franciscanen dateerden van 1945. Sinds 1957 was pater Damien Grégoire provinciale overste van de franciscanen. Hij kende Taizé en zijn prior sinds een tiental jaren en was er biechtvader geworden. Na het begin van het concilie dat nieuwe perspectieven en mogelijkheden scheen te bieden had Broeder Roger meermalen bij pater Damien de mogelijkheid aangehaald dat franciscanen permanent in Taizé zouden verblijven, niet alleen om een blijvende priesteraanwezigheid voor de katholieke bezoekers te waarborgen, maar ook om zoveel mogelijk ‘een zelfde gemeenschapsleven’ te delen met de Broeders van de Gemeenschap, een soort ‘integratie’ met de onvermijdelijke begrenzingen.

Sommige Broeders van de Gemeenschap stonden weigerachtig tegenover dit project dat voor hen trok ‘op een paard van Troje dat de Roomse Kerk ons stuurt’. Maar de prior drukte zijn plan door. Van zijn kant was pater Damien bereid het experiment te wagen, maar niet zonder toestemming van zijn oversten. Een van de Broeders die in Taizé verbleef heeft getuigd van de vrees bij de Roomse overheid: "Een dergelijk experiment kent geen voorgaande in de Kerk. Het concilie heeft nog geen standpunt ingenomen over de oecumene. Onbevoegd zegt onze generale minister dat hij zich moet wenden tot de Congregatie van Religieuzen die, ook onbevoegd, zich moet wenden tot het Heilig Officie, de huidige Geloofszaken. En het zal kardinaal Ottaviani zelf zijn die in brief aan de bisschop van Autun (die ons later die brief las) de toelating toestond met duizend aanbevelingen van waakzaamheid. [...] Het licht staat op groen voor ons."

Op paaszondag 7 april 1964 vestigden de twee eerste Broeders franciscanen, paters Louis Coolen en Max de Wasseige, zich in Taizé. Later vervoegden andere hen: pater Thaddée Matura al vanaf oktober en in de volgende jaren Broeder Azzimonti vanaf 1967, pater Damien Grégoire een zijn ambt als provinciale overste in 1969 was volbracht. Nog andere die niet zo lang zouden blijven.

De Broeders franciscanen bewoonden een huis in het dorp. Iedere dag droegen ze de mis op in de crypte van de kerk van de Verzoening en namen in burger deel aan het onthaal van de bezoekers. ’s Morgens baden ze de Getijden in de kleine gebedsruimte in hun huis. ’s Middags en ’s avonds woonden ze, steeds in burger, het gebed van de Broeders bij. De inburgering in het gemeenschapsleven door Broeder Roger gewenst verliep geleidelijk: de Broeders franciscanen namen deel aan de werkzaamheden van de Gemeenschap (onder andere de keuken) en leidden werkgroepen tijdens de jeugdbijeenkomsten die steeds talrijker werden. Ze woonden de vieringen bij, ditmaal in pijkleed, te midden van de Broeders en namen deel, een heel symbool, aan de kleine raad die dagelijks de Broeders verzamelde rond de prior.

De franciscaanse aanwezigheid duurde slechts acht jaar en werd plots onderbroken na haar grenzen te hebben aangetoond. Maar die breuk was niet aan de prior van Taizé te wijten. Broeder Roger heeft tot op het laatste moment gedacht dat het getuigenis van eenvoud, armoede en liefde dat de franciscanen brachten nog beter kon opgenomen worden in de Gemeenschap die hij gesticht had.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Jezus' tijdgenoten [aflevering 67]

Woordenboek: Letter D

Eleazar, zoon van Simon

Oorzaak van de opstand

De radicale anti-Romeinse ideologie van Eleazar ben Simon is het gevolg van een levenslange onderdrukking van Israël door de Romeinen. Sedert 63 voor Christus was er een uitbuiting over geheel Israël door de Romeinse garnizoenen, met zeer hoge belastingen, die de officiële quota van de Romeinse overheid overtroffen. De rest diende gewoon voor henzelf.
De Romeinse procurators onderwierpen ook de Joodse Hogepriesters, door Romeinsgezinden aan te stellen. Eveneens werden de Joodse religieuzen praktijken ontheiligd door de Romeine heidense gebruiken. In 39 na Christus verklaarde de Romeinse keizer Caligula zichzelf "goddelijk" en beval zijn troepen om zijn naam op de Tempel van Jeruzalem aan te brengen. Toen de Joden dit weigerden, dreigde hij ermee om hun tempel te vernietigen, maar zijn plotselijke overlijden spaarde Jeruzalem van een eerste belegering. Maar de bedreiging van Caligula had wel tot gevolg dat vele gematigde Joden radicaler werden en toen de Romeinse last nog drukkender werd, stapten de priesters, die eerst nog samenspeelden met de Romeingezinde hogepriesters, over naar de partij van de Zeloten om zoveel mogelijk politieke en religieuze vrijheden te herwinnen en dit met alle mogelijke middelen. De Zeloten, gesticht door Judas de Galileër, begonnen aan een anti-Romeinse campagne in Galilea en Judea.

Vertaling: Broeder Joseph

12. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 83]

Het wonder van Faverney, Frankrijk [1608]

Nieuws over dit wonder verspreidde zich snel, en de dorpelingen en priesters uit de omgeving vulden al snel de hele kerk. De Kapucijnenbroeders van Vesoul snelden ook naar de kerk om de gebeurtenis te aanschouwen. Velen knielden in ontzag voor de hangende monstrans, maar ook waren er velen die sceptisch bleven en het wonder voor zichzelf wilde onderzoeken. De rest van de dag en de daaropvolgende nacht waren er geen regels gesteld en mochten alle belangstellenden vrij de plaats van het wonder betreden.

In de vroege ochtend van dinsdag, 27 mei, droegen de priesters uit de hele omgeving om buurten de mis op, zodat er constant een mis was terwijl het wonder plaatsvond. Rond tien uur in de ochtend, tijdens de consecratie van de Mis die Pater Nicolas Aubry, de zielenpriester van Menoux, opdroeg, zag de gemeenschap de monstrans verschuiven naar een verticale positie en de monstrans daalde langzaam af naar het altaar, dat vervangen was omdat het oorspronkelijk altijd was vernietigd door de vlammen. Het zweven van de monstrans duurde 33 uur.

Al op 31 mei werd door de aartsbisschop, Ferdinand de Rye, een onderzoek ingesteld. Vierenvijftig getuigenissen van kloosterlingen, priesters, boeren en dorpelingen. Twee maanden later, op 30 juli 1608, na de getuigenissen te hebben bestudeerd besloot de aartsbisschop in voorkeur voor het wonder.

13. Recente heiligenlevens

Eerbiedwaardige Anita Cantieri [1910-1942]

Haar liefde voor Jezus was groot, zo groot dat wanneer haar kameraden naar haar op zoek gingen, ze haar vaak in de kerk vonden, waar ze lange tijd bij het Heilig Sacrament verbleef.

Na een aantal lezingen in 1929 door Pater Anzuini van het Gezelschap van Jezus, begonnen Anita en haar kameraden in de parochie te werken voor het Apostolaat van het Gebed. Pater Anzuini was in Italië goed gekend als apostel van de devotie aan het Heilig Hart van Jezus, en als begeleider van zielen. Nadat hij Anitas biecht had afgenomen, zei hij: "Dit is geen gewone ziel ... maar een die reeds heel geavanceerd is van geest."

Anita werkte vooral graag voor de missies, en maakte kledingstukken voor de niet-Christelijke kinderen. Ze vroeg aan haar kameraden, de parochie, en het hele land ook geld voor de missies. Ze ontfermde zich ook over de armen die weinig of geen geld hadden om aan de priester te geven, na het doopsel van hun kinderen. Om hen niet in verlegenheid te brengen, zamelde ze geld in en gaf het aan zuster Felicita. De zuster vertelde: "Anita kwam bij mij en gaf me in alle stilte een klein geldbedrag. Ze deed al haar liefdadigheidswerken met zo veel nederigheid dat niemand haar liefdadigheid opmerkte."

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

14. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 70]

Aan Moeder Augustine Ceyrac, overste van Hospitaal Figeac

Nevers,
3 September 1866

Lieve Moeder,

Ik ben blij u te kunnen schrijven hoe dankbaar ik ben voor de tabletten die u mij in uw goedheid hebt toegestuurd. Ik weet echt niet hoe u mijn grote erkentelijkheid te betuigen voor al het goede dat u mij schenkt. Ik geloof dat de goede God nog niet klaar is mij te beproeven, want sedert ik in Nevers ben, lijd ik alle dagen aan maagpijn en hoofdpijn, maar dat verhindert me niet tevreden en gelukkig te zijn in het Noviciaat, waar iedereen me vertroetelt.

Mijn lieve Moeder, ik reken op uw grote barmhartigheid en die van uw lieve Zusters om de Heer te danken voor de genade die hij onophoudelijk over me uitstort. Ik beloof hetzelfde te doen voor u en voor uw huis. Wees zo goed, mijn lieve Moeder, mijn groeten over te brengen aan uw zus. Ik beveel me bijzonder aan in haar gebeden opdat ik een ijverige novice zou worden.

Aanvaard, mijn lieve Moeder, de verzekering van mijn hoogachting waarmee ik de eer heb uw deemoedige en dankbare dienares te zijn,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

15. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Opvoedingsdoelen

Verantwoordelijkheid

Opvoeden is de jongere steunen om zich los te maken uit het isolement van een louter ik-gerichte ontwikkeling. Het is ruimte geven om verantwoordelijkheid te oefenen in zeer concrete situaties, aangepast aan de leeftijd en reeds verworven vaardigheden. Het is hem bewust maken van de verbanden waarin hij leeft en waarvan hij voor een stuk afhankelijk is. Het is hem ook bewust maken van het gegeven dat die verbanden levend gehouden moeten worden. Het is jongeren voorbereiden op hun rol in de kleinere en grotere maatschappij en hun situaties aanbieden waarin ze die verantwoordelijkheid kunnen beleven.

16. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.


Profetie 13

En zo zal Maria de verkozen der aarde inzamelen. Wat de zielen van de slechten betreft, zal een grote gebeurtenis hen afschrikken, maar ten goede van hen. Daarna zal Maria de hele maatschappij veranderen in goede korenaren. Alles zal goed worden. De farizeeërs zullen de laatsten zijn. De grote schurken zullen echter eerst komen. De joden, die Jezus Christus in zijn vernedering niet hebben willen erkennen, zullen Hem erkennen in de glorierijke komst van Maria. Niemand kent het zicht van de Voorzienigheid op ons, want ook al was de Heilige Augustinus één der grootste zondaars, nadien was hij één der grootste lichten voor de kerk. Vraag het aan de Verloren Zoon! U ziet dat de Verloren Zoon op weg is naar zijn veroordeling, omdat hij niet wil terugkeren tot zijn Vader om Hem vergiffenis te vragen! Ja, maar Maria zal hem opheffen: een moeder!

Vertaling: Chris De Bodt


16-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.16 juni 2010
16 juni 2010

1. De Waarschuwing [8/15]

Lees dit

U zult voor al diegenen staan die door uw schuld geleden hebben zoals: uw wederhelft, kinderen, ouders, broers, zussen, dierbaren, vrienden, leraars, werkgevers en collega's, de geaborteerde kinderen, de actieve leden van de Kerk, de religieuzen, uw broers en zussen van alle rassen, talen, naties en religies. Ja, u zult uw schaamte voelen, want ik zal ze voor u brengen door mijn machtige tegenwoordigheid, daar ik ze allen in mij draag.

U zult kennis nemen van alle vijandigheid tegenover mij, de Liefde en uw naaste.

U zult tegenover de schade staan die u hebt aangericht tegen uw naaste, door uw slecht gedrag.

U, die het plezier verkoos boven de liefde tegenover uw naaste, zal ik laten zien hoeveel u dezen die voor u hebben gebeden, hebt doen lijden, terwijl u zichzelf hebt belachelijk gemaakt.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 34/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Overzicht van de laatste ontwikkelingen

Met dit overzicht wordt het meteen duidelijk dat alles erop wijst dat er tijdens de voorafgaande zomer gesprekken op het hoogste niveau hebben plaatsgevonden binnen het Vaticaan, met als hoofdrolspelers Paus Benedictus zelf, Kardinaal Christoph Schönborn, Kardinaal Camillo Ruini en het hoofd van de Congregatie voor de geloofsleer, de Amerikaanse Kardinaal William Levada, kardinaal van Long Beach, Californië, Verenigde Staten. Met zijn bezoek aan Medjugorje van 28 december 2009 tot 2 januari 2010, heeft Kardinaal Christoph Schönborn duidelijk te kennen gegeven dat het Vaticaan absoluut niet onder de indruk blijkt te zijn van de verklaringen van de Derde Onderzoekscommissie en allesbehalve achter de mening van Bisschop Ratko Peric staat. Maar er zit nog meer achter deze bijzonder snelle ontwikkeling van de zaken en dat wordt duidelijk in de boodschap die de Hemelse Moeder doorgeeft aan Mirjana Dragicevic op 2 april 2010:

"Lieve kinderen. Vandaag zegen Ik u op een bijzondere wijze en bid Ik voor u opdat u zou terugkeren op het juiste pad van Mijn Zoon, uw Redder, uw Verlosser, tot Hem die u het eeuwige leven schonk. Denk na over al het menselijke, over alles wat u verhindert om u op de weg te begeven naar Mijn Zoon, over de vergankelijkheid, de gebreken en de beperkingen, en denk dan aan Mijn Zoon, aan Zijn Goddelijke Oneindigheid. Veredel uw lichaam en vervolmaak uw ziel, door uw overgave en gebed. Wees klaar, Mijn kinderen. Dank u."

3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 177]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Jezus tot de kruisdood veroordeeld

De twee moordenaars stonden rechts en links van Jezus. Hun handen waren geboeid en, zoals onze Heiland tijdens het geding, droegen ook zij een keten om de hals. Hun kleding bestond uit een lendendoek en een soort wambuis van slechte stof, open aan de zijden en zonder armen, zoals een scapulier. Hun hoofdbedekking, van stro gevlochten en met een dikke rand, leek op een valhoed voor kinderen. Zij waren vuil, vertoonden striemen en blaren van de hun eerder toegediende geselingen. Hij die zich later zou bekeren, was nu reeds stil en in zichzelf gekeerd: de andere, kwaad en brutaal, vloekte en schimpte met de beulen mee tegen Jezus die de beide gezellen aankeek vol liefde en vol verlangen naar hun heil, want hij offerde ook al Zijn lijden op tot hùn verlossing.

De beulen raapten nu hun werktuigen bijeen en alles werd in gereedheid gebracht voor de treurige, gruwzame tocht, waarop de minnende Heiland, de Man van Smarten, de zondelast van ons, ondankbaren, wou dragen tot het einde en tot boetedoening Zijn allerheiligste bloed vergieten wou uit de kelk van Zijn lichaam, dat door de slechtsten onder de mensen werd doorboord.

Na veel getwist waren Annas en Caïphas dan toch overeengekomen met Pilatus. Ze kregen een paar lange perkamentrollen, die afschriften van het vonnis bevatten en haastten zich naar de tempel. Het zou hun nauwelijks lukken om er ten gestelde tijd te verschijnen.

Hier namen de opperpriesters afscheid van het ware Paaslam en spoedden zich naar de tempel van steen om het zinnebeeldige lam te slachten en te eten. Zij lieten het échte Lam Gods, dat de vervulling was van het beeld, door schandelijke beulen naar het altaar der kruisen voeren. Zij lieten het reine, waarlijk verzoenende Offerlam Gods, dat zij zoveel mogelijk getracht hadden uiterlijk te bekladden, te bevuilen met wat hun gruwelijke snoodheid ook maar bedenken kon, in de handen van onreine, wreedaardige beulen en liepen naar de stenen tempel om er de gereinigde, gewassen en gezegende lammeren te offeren. Zij hadden alles, ook het geringste, in acht genomen, ten einde zichzelf uiterlijk niet te verontreinigen, en ondertussen hadden haat, nijd en spotzucht, die in hun binnenste overkookten, hen bezoedeld.

"Zijn bloed komt over onze kinderen!" Met deze woorden hadden zij de ceremonie volbracht, die erin bestaat dat de offerende zijn handen legt op het hoofd van het slachtoffer. Hier liepen de wegen naar het altaar der Wet en naar het altaar van de Genade uiteen. Pilatus echter, de trotse en twijfelende, voor God sidderende en de goden dienende van de wereldse heidenen, een slaaf van de dood, heersend in de tijd tot hij schandelijk in de eeuwige dood zou neerzinken, trok met zijn dienaren en wachten, tussen de twee wegen door, naar zijn paleis. En de bazuinblazer stapte voorop.

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 177]

Preken

De plichten van de moeder

Ge moogt uw kinderen niet naast u laten slapen, voor ze twee jaar zijn. Doet ge het toch, dan bedrijft ge een zonde. De Kerk heeft dit voorschrift immers niet voor niets gegeven. Ge zult verplicht zijn om het in acht te nemen.

"Maar," zult ge mij tegenwerpen, "soms is het zo koud en vaak ben je ook te moe om ze nog in een ander bed te stoppen."

Dat zijn geen van alle redenen, broeders, die u in de ogen van God kunnen verontschuldigen. Trouwens, als ge gehuwd zijt, weet ge dat ge u hebt te houden aan de taak die aan de huwelijke staat is verbonden. Ja, broeders, tal van vaders en moeders zijn zo slecht op de hoogte van hun godsdienst en slaan zo weinig acht op hun plichten, dat ze kinderen van vijftien tot achttien jaar naast zich laten slapen en dikwijls zelfs jongens en meisjes bij elkaar leggen. O God, wat een onwetendheid heerst er onder zulke ouders! "Maar," zult ge zeggen, "we hebben niet genoeg bedden." Hebt ge geen bedden? Leg dan uw kinderen in een stoel of breng ze bij uw buren. O God, er gaan zoveel ouders en zoveel kinderen verloren in de hemel!

Maar ik kom nog eens op mijn onderwerp terug en ik zeg u dat ge God beledigt, telkens als ge uw kinderen naast u laat slapen, voor ze twee jaar zijn. Hoe dikwijls gebeurt het helaas niet dat een moeder haar kind ’s morgens dood terugvindt, verstikt? Ook onder u zijn er vele moeders aan wie dit ongeluk is overkomen! En mocht de goede God het u voor gespaard hebben, dan wil dat nog niet zeggen dat ge minder schuldig zijt: iedere keer als ge uw kind naast u laat slapen en ge ’t er gelukkig afbrengt, bedrijft ge even groot kwaad als wanneer ge het dood zou terugvinden. Maar ge geeft uw fout niet toe, ge weigert u te beteren. Laten we de dag des oordeels afwachten en ge zult noodgedwongen erkennen wat ge nu niet erkennen wilt.

Je hebt moeders die zo weinig godsdienstzin bezitten of die, als ge wilt, zo onwetend zijn, dat ze hun kinderen uitkleden om tegen een of andere buurvrouw te snoeven over hun gezond uiterlijk. Anderen laten hen bij het verschonen naakt op de tafel liggen voor het oog van iedereen. Neen, zelfs wanneer ge alleen zijt, moogt ge dit niet doen. Of hoeft ge soms geen eerbied te hebben voor de aanwezigheid van hun engelbewaarder? Hetzelfde geldt voor de ogenblikken waarop ge uw kinderen moet voeden. Mag een Christenmoeder haar borsten onbedekt laten? Ja, zelfs wanneer zij zich niet ontbloot heeft, behoort zij zich af te wenden van de anderen. Sommige vrouwen lopen de hele dag halfnaakt rond, onder het voorwendsel dat ze een kind te voeden hebben. Wat een onbeschaamdheid! Zou zelfs een heidin niet blozen bij zo’n gedrag? Eenieder die zich niet tot onreine blikken wil laten verleiden, is verplicht het gezelschap van zulke vrouwen te ontvluchten.

"Maar," zult ge ten antwoord geven, "we moeten onze kinderen toch voeden of verschonen, als ze huilen?" En ik zeg u: als ze huilen, moet ge alles doen wat ge kunt om ze te sussen, maar het is beter om ze een beetje te laten schreien dan de goede God te beledigen. Veel moeders geven helaas aanleiding tot onreine blikken, tot slechte gedachten, tot ongepaste aanrakingen! Zeg me, zijn dat Christenmoeders? Moet een Christenmoeder integendeel niet één en al terughoudendheid zijn? O God, welk vonnis zal hen te wachten staan? Anderen zijn zo wreed, dat ze hun kinderen ’s zomers de hele morgen halfnaakt aan hun lot overlaten. Zeg me, broeders, horen dergelijke mensen niet tussen de wilde dieren thuis? Waar zit uw godsdienst en uw plichtsgevoel? Helaas, de godsdienst ontbreekt u en uw plichten hebt ge blijkbaar nooit gekend! Dat bewijst uw gedrag iedere dag opnieuw. Arme kinderen, wat een ongeluk om aan zulke ouders toe te behoren!

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 177]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Wat nog, als er iets is, hebben de Arme Zielen gezegd over wat moet en niet moet gebeuren in de scholen?
Maria: Ze hebben opgesomd dat seksuele opvoeding niet tot de taak van het onderwijs behoort. Het is een zaak van de ouders om hierover te praten van zodra het kind hier vragen over stelt. Het kind zou verder onder hun begeleiding en zorg moeten blijven omdat kinderen de blijvende liefde enkel van hun ouders leren. Opnieuw is er vandaag veel te veel macht verleend aan de wereldse onderwijzers die geen zaken hebben met opvoeding als het aankomt op geestelijke aangelegenheden, waarvan liefde en seks een groot gedeelte uitmaken. Onderwijzers moeten hun handen afhouden van de heiligheid van de familieband.

Op dit gebied brengt de televisie vandaag ook heel wat kwaad in de huiskamer. Het bestempelt de liefde als een of ander nuttig voorwerp om te consumeren en weg te gooien. Dit is een grote vertekening en aldus een grote zonde tegen de ware liefde, en daarom ook tegen God zelf!

Nicky: Zijn er zielen aan u verschenen, die toen ze hier op aarde waren, seksuele afwijkingen begingen?
Maria: Ja, en ze lijden heel veel.

Nicky: Wat moeten ouders doen om het geweten van hun kinderen te vormen?
Maria: Het goede voorbeeld geven is het belangrijkste. Maar ook door veel voor hen en met hen te bidden. Ook door hen vaak te zegenen. Ook dat is heel wat waard. En dan behoort een goede opvoeding vooraleer ze naar het lagere school gaan ook tot het belangrijkste. Jezus leerde ons de kinderen tot Hem te brengen en niet om de weg te versperren voor Hem.

Nicky: U zegt dat sommige kinderen uit het Vagevuur u hebben bezocht. Kunt u mij over twee of drie zulke gevallen vertellen?
Maria: Een elfjarig meisje kwam mij bezoeken en vertelde mij dat ze een kaars had uitgedoofd op een kerkhof en een beetje van het kaarsvet had genomen om ermee te spelen. Zij wist dat ze dat niet mocht doen en moest daarvoor een tijdje in het Vagevuur verblijven. Ze vroeg mij om twee gezegende kaarsen te doen branden en alle andere dingen te doen die nodig waren om haar te bevrijden.

Dan kwam er een ander jong meisje naar mij toe omdat ze en haar tweelingzus poppen hadden gekregen met kaarten voor Kerstmis en hun moeder had hen gevraagd om er zorg voor te dragen. Het meisje dat tot mij kwam had als spoedig haar pop beschadigd en had deze, om niet te worden betrapt, in het geheim verwisseld met de pop van haar tweelingzus. Dit moest ze verder afregelen in het Vagevuur, maar uiteraard heb ik gebeden en haar op de weg geholpen.

Dan is er een andere geval, maar hier valt meer uit te leren dan dat er zich louter kinderen in het Vagevuur bevinden. Er leefden twee families juist naast elkaar. De ene familie was rijk, de andere eerder arm. Op een dag ging het kleine kind naar haar moeder en vertelde haar dat ze al haar mooie klederen en speelgoed wou weggeven aan het arme kind daarnaast. De moeder was klaarblijkelijk verward en vroeg haar kind waarom ze dat wou doen. Haar antwoord was dat ze niet altijd naar ginds kon gaan om met het andere kind te spelen. Hierop antwoordde de moeder dat het andere kind altijd bij hen kon komen om te spelen. "Neen, neen," drong het meisje aan, "Ik moet het doen, ik wil het doen." De ouders probeerden alles wat ze konden, maar niets kon het kind op andere gedachten brengen. Uiteindelijk gaven de ouders toe: "Goed, ga en doe maar, maar verwacht niet van ons dat we al deze mooie dingen opnieuw zullen kopen. Dat zullen we niet doen." "Geen probleem," zei het meisje en deed precies wat haar voornemen was te doen.

Twee dagen later rende ze uit de voordeur zonder te kijken en werd ze aangereden door een auto en overleed. De ouders kwamen in hun onmenselijk leed tot mij om te vragen waarom dit was gebeurd. Ik stemde ermee in om het aan de Arme Zielen te vragen en spoedig kreeg ik het volgende antwoord mee: "Hun lijden in het verliezen van hun meisje heeft gewaarborgd dat ze één van hun jongens niet zouden verliezen." Dit was dus een herstel voor iets was God zag komen. God is een heel liefdevolle God, want nu zullen beide kinderen spoedig bij Hem zijn en niet enkel één van hun kinderen.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 21]

Aanmoedigingen van Jacinta en Francisco

De dertiende juli kwam dichterbij en ik had nog steeds twijfels of ik zou gaan. Ik dacht bij mijzelf: "Als het de duivel is, waarop zou ik dan gaan om hem te zien? Als ze me vragen waarom ik niet ga, zal ik zeggen dat ik bevreesd ben voor de verschijning en dat ik daarom niet meer terug ga naar de Cova de Ira." Mijn beslissing was genomen en ik was vastbesloten om er naar te handelen.

Op de avond van de twaalfde begonnen de mensen zich reeds te verzamelen, in afwachting van de gebeurtenissen van de daaropvolgende dag. Daarom riep ik Jacinta en Francisco en vertelde hen over mijn besluit. "Wij gaan," antwoorden zij, "De Dame heeft gezegd dat wij moeten gaan." Jacinta zou uit eigen beweging tot de Dame spreken en zij was zo ontsteld over mijn beslissing, dat zij begon te wenen. "Omdat u niet wil gaan!"

"Neen, ik wil niet gaan! Luister! Als de Dame naar mij vraagt, vertel haar dan dat ik niet ga omdat ik bevreesd ben dat het de duivel is." En zo liet ik hen achter en verborg mij om zo te vermijden om op alle vragen te moeten antwoorden van de mensen die ondertussen waren afgezakt. Mijn moeder dacht dat ik met de kinderen uit het dorp speelde, terwijl ik mij de hele tijd verborgen hield in de braamstuiken van onze buurman, dat aan de Arneiro grensde, een beetje oostwaarts van de bron die ik reeds zo dikwijls heb vermeld. Toen ik die avond thuiskwam, schold zij mij uit: "Wat een mooie schijnheilige bent u, wees daar maar zeker van. Al de tijd die er was voor de schapen te hoeden hebt u verspild om enkel maar te gaan spelen en wie weet wat meer u nog had te doen, want niemand kon u vinden!"

De volgende, wanneer het bijna tijd was om te vertrekken, voelde ik plots, gedreven door een vreemde kracht waar ik amper kon aan weerstaan, dat ik moest gaan. Ik stapte op, belde aan bij mijn nonkel om te zien om Jacinta nog steeds daar was. Ik vond haar in haar kamer, samen met haar broer Francisco, knielend en wenend naast het bed: "Gaat u dan niet?" vroeg ik. "Niet zonder u! Wij durven niet. Ga mee!" Ik antwoordde: "Ja, ik ga mee." Hun gezichten klaarden op van vreugde en samen gingen we op stap. Een massa volk bevond zich lang de weg, wachtend op ons, en enkel met veel hinder konden we uiteindelijk de plaats bereiken. Dit was de dag waarop Onze Lieve Vrouw ons het geheim zou onthullen. Hierna, zei Zij ons, om onze hangende hartstocht opnieuw op te flakkeren: "Offer uzelf op voor de zonden en zeg dikwijls tegen Jezus, vooral wanneer u een opoffering maakt: O Jezus, dit is uit liefde voor U, voor de bekering van de zondaars en tot eerherstel van de zonden tegen het Onbevlekte Hart van Maria."

Vertaling: Chris De Bodt

7. Manon des Sources [3/14]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Manon des sources is een Italiaans-Franse dramafilm uit 1987, geregisseerd door Claude Berri. De film is gebaseerd op de tweedelige roman van Marcel Pagnol uit 1966 en is een vervolg op Jean de Florette.

Tien jaar na de dood van Jean, gaan de zaken goed voor Ugolin en zijn oom César ‘Papet’ Soubeyrans [Yves Montand]. De bron die ze voor Jean verstopt hadden, zorgt nu voor een bloeiende anjerkweek. Manon [Emmanuelle Béart], de dochter van Jean, werkt in de streek als geitenhoedster en is ondertussen opgegroeid tot een mooie, schijnbaar argeloze, jonge vrouw. Haar ontwapenende schoonheid brengt het hoofd van Ugolin op hol. Uiteindelijk wreekt zij zich voor het onrecht dat tot haar vaders dood heeft geleid.

Dit Franse drama is uitgebracht in 1987 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu, Hyppolyte Girardot en Emmanuelle Béart. In 1987 won Emmanuelle Béart de César voor beste vrouwelijke bijrol.
De film duurt 113 minuten.



8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 35: Catherina's geheim [Aflevering 232]

Over de hele wereld was er een grote versnelling aan verschijningen, inclusief Amerika, naarmate de mensheid (bedwelmd door nieuwe uitvindingen zoals de stoomboot en spoorwegen) nog dieper in het materialisme verwikkeld raakte. Er was de verbazingwekkende verschijning van Maria in een indianentent in Montana, waar een jonge Flathead indiaan haar zag zoals ze op de Wonderdadige Medaille staat (ze verscheen met een ster boven haar hoofd en een slang onder haar voeten en straalde in een ongelooflijk licht), terwijl twee kinderen in Frankrijk, Maximin Giraud en Melanie Mathieu haar wenend zagen zitten op een grote berg in de Franse Alpen, net boven LaSalette, waar ze op 19 september 1846 elk van de zieners een geheim toevertrouwde en waarschuwde dat de "grote hongersnood" op komst was.

Dat jaar werd niet alleen getroffen door schaarste in de oogst in Frankrijk, maar ook door de Ierse Grote Hongersnood, die tussen1840 en 1850 een miljoen levens eiste.

Maria waarschuwde dat kinderen onder de zeven jaar rillend in de armen van hun ouders zouden sterven, en inderdaad, de hongersnood werd vergezeld van terugkerende epidemieën van tyfus, dysenterie, en de pokken, waardoor kinderen stierven zoals ze voorspeld had. De ziektes herhaalden zich met wat een historicus noemde, "een bijna apocalyptische hevigheid."

Dat waren de gekende voorspellingen. Er waren er ook die niet gekend waren, geheimen op een niveau dat voorheen nog niet gemeld werd en waarvan voor het eerst aanwijzingen waren tijdens de week na de verschijning, toen Maximin ondervraagd werd door de pastoor van Corps. Op de vraag of Maria nog iets anders verteld had, antwoordde Maximin: "Ja, er is nog iets, maar de Heilige Maagd heeft me verboden het te verklappen." Men kwam te weten dat, nadat Maria een aantal zonden van de bevolking had opgesomd, inclusief het ijdele gebruik van Jezus’ Naam en het werken op zondagen, en nadat ze de hongersnood voorspeld had (evenals kleinere problemen met de oogst), ze elke ziener afzonderlijk had toegesproken. Hoewel Melanie haar lippen kon zien bewegen, kon ze niets horen van wat ze tegen Maximin zei en Maximin kon niets horen toen Maria het geheim aan Melanie toevertrouwde.


Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 124]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Tweede sessie

Eind september 1963 herneemt het tweede Vaticaans concilie zijn werkzaamheden in een tweede sessie van drie maanden. Broeder Roger en Max Thurian vervoegen opnieuw hun appartement op de Via del Plebiscito. Ook wonen ze weer dagelijks de zittingen van het concilie bij. De bisschop van Montauban noteert dat onder het vijftigtal niet katholieke waarnemers ‘de Broeders van Taizé de best bekende zijn, veel meer dan de Franstalige bisschoppen. Ze zijn onder ons op hun gemak. Bij aankomst voor de mis zijn ze al in de Sacramentskapel, waar ze hun gebed voortzetten, witte vlekken tussen de bisschoppen. In de zijbeuken worden ze tegengehouden, geven commentaar op de laatste tussenkomst of maken afspraken’.

Broeder Roger is blij met het weerzien van Dom Helder Camara die ook verheugd is. Op acht oktober noteert deze: "Een gesprek met hem is een verrukking. Hij verheugt zich diep bij de stemmingen over liturgie zoals vandaag. Maar hij is ook bedroefd als hij denkt aan de kleine groep (tussen twaalf en vijfentwintig stemmen) waarvan hij hoopt dat ze de bitterheid zullen vermijden. Zoals wij droomt ook hij van een hervorming binnen de Romeinse Curie, maar is bezorgd dat iemand door het puin van de Oude Curie zou verpletterd raken."

Tijdens een maaltijd die vele bisschoppen uit Brazilië, andere Zuid-Amerikaanse landen, Afrika en zelfs Italië bijeenbracht, werd er naar de prior van Taizé geluisterd als naar een orakel. Hij verheugde zich over de teksten van het schema rond de Kerk, dat toen ter sprake kwam, met het episcopaat als sacrament, de collegialiteit van de bisschoppen en de mogelijkheid om gehuwde mannen tot diaken te wijden als onderdelen. Hij zag in de twee eerste doctrinepunten de wil om de maximalistige opvatting van het pauselijk primaat te temperen en de opkomst van een decentralisatie in de Kerk. De hervormingen die de Kerk zelf onderneemt, zo legde hij uit, zouden wel eens kunnen zorgen dat de protestantse Hervorming overbodig wordt.

Wat later op 28 oktober werd Max Thurian uitgenodigd om de Franse bisschoppen toe te spreken in de kerk van Saint-Louis-des-Français. Hij zette voor hen de werkzaamheden uiteen van de commissie ‘Geloof en Constitutie’ van de COE die in Montréal samenkwam en waaraan hij had deelgenomen. Een Franse bisschop verheugde zich dat er nieuwe wind blies: "[Max Thurian] tracht ons alles te tonen wat in de aangenomen teksten van de Commissie kan dienen, zelfs in de doctrine, om de christenen te verenigen. Ook daar was het aangrijpend te kunnen vaststellen wat enkele jaren terug ondenkbaar scheen: Franse bisschoppen die met religieuze aandacht luisteren naar een protestantse dominee en op vele vlakken zijn ideeën delen."

In de geest en in de teksten speelde het tweede Vaticaans concilie zich gedeeltelijk buiten de aula af. Een orthodoxe waarnemer, Mgr. Timiadis, getuigde hoe het appartement van de via del Plebiscito een van de vurige haarden [zeker niet de enige] was geweest van het zogenaamde paraconcilie: "Hoe kunnen we de vriendschappelijke avonden vergeten waarop de waarnemers door de prior van Taizé en Max Thurian in hun huis werden uitgenodigd om commentaar te geven bij het verloop van de conciliaire discussies om vrijuit en eerlijk onze mening te uiten? Waren daar aanwezig kardinaal Tisserand, de Canadese kardinaal Mgr. Roy, Charles Moeller, kardinaal Suenens, pater Yves Congar. Als waarnemers: Oscar Cullmann, Lukas Vischer, Nikos Nissiotis, Paul Evdokimov en vele andere. In een broederlijke sfeer werden opmerkingen geuit waarvan Paulus VI zeker kennis nam."

Het schema over de Maagd Maria, in de eerste sessie verworpen, lag weer op alle tongen. Op een losse vergadering in de Domus Mariae pleitte de prior van Taizé in het bijzijn van een tiental bisschoppen om het weg te laten: "Heel zacht verwees hij naar het schema over Onze Lieve Vrouw: om te vragen dat uit liefde voor Christus, uit liefde voor de eenheid en uit liefde voor de Heilige Maagd zelf we onze kinderlijke gretigheid zouden intomen. Ieder nieuw mariaal dogma geeft een schijnbaar gelijk aan de protestantse prediking die benadrukt dat de Romeinen Maria boven Christus plaatsen." Tenslotte vroeg Paulus VI dat Maria niet meer in een aparte tekst werd behandeld, maar in een hoofdstuk van dogmatische constitutie over de Kerk (Max Thurian werkte er aan mee door een modi). Maria kreeg de titel van ‘Moeder van de Kerk’ zodat er geen nieuw dogma bijkwam.

Op 4 december liep de tweede sessie ten einde. ’s Anderdaags op de middag werd de prior van Taizé door Paulus VI ontvangen. Het was de eerste ontmoeting met hem sinds zijn verkiezing. Door jaarlijkse ontmoetingen onderhouden bleven hun relaties openhartig, meer door ongeduld getekend bij Broeder Roger, en door voorzichtigheid uiteindelijk vanwege Paulus VI.

Daags na die sessie publiceerde de dominee een bijdrage waarin hij erkende dat het concilie bij hem vele vragen opriep en zelfs een ‘interne strijd’: "ik stelde me vragen over het concilie, of de doelstelling van Johannes XXIII overgenomen door Paulus VI wel degelijk zou vervuld worden, of het concilie wel onderweg was naar het fundamentele ofwel verloren liep in bijkomstige discussies." Uiteindelijk dacht hij ‘het doel te bereiken’ onder de volgende sessie: ‘de universele boodschap voor de hedendaagse mens aanpassen en vertalen’.

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 66]

Woordenboek: Letter D

Eleazar, zoon van Simon

Vroege leven

De historische bewijsvorming rond Eleazar begint in 66 na Christus, toen hij de Beit-Horon, het twaalfde Romeinse legioen van Cestus Gallus’ versloeg. Er is echter weinig gekend over zijn vroege leven en hoe hij opklom tot de macht. Men kan echter uit de geopolitieke bewegingen het Israël van de eerste eeuw, afleiden dat hij opgroeide in Galilea, het centrum van de Zeloten. Voor de oorlog, werden de Zeloten gemeden door de Hogepriesters van Jeruzalem. De verdeeldheid tussen de diverse soorten aanhangers van het Judaïsme, beperkt hun werkgebied tot zijn geboorteplaats in Galilea. Toen de opstand uitbrak in 66 na Christus, vluchtten de Zeloten uit Galilea voor de Romeinse afslachtingen en zochten ze hun toevlucht in het laatste Joodse bolwerk: Jeruzalem. Daar Eleazar aan het hoofd stond van een groot Joods leger in de slag tegen Cestius’ legioen, was hij reeds opgeklommen tot een machtpositie binnen het priesterschap, voorafgaand aan zijn militair succes.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 82]

Het wonder van Faverney, Frankrijk [1608]

Het Eucharistische wonder dat plaatsvond in Faverney, in Frankrijk, ging niet over een Hostie die veranderde in vlees, ook niet over een Hostie die begon te bloeden, maar over een Hostie die de gave had om de zwaartekracht te weerstaan.

De abdij, in wiens kerk het wonder plaatsvond werd opgericht door de Heilige Goedele in de achtste eeuw. Het werd opgericht onder de richtlijnen van de Heilige Benedictus, en droeg de naam: Notre Dame de la Blanche, [Onze Lieve Vrouwe van het Wit], ter ere van een klein beeldje dat staat in de kapel aan de rechterkant van het priesterkoor. Oorspronkelijk werd de abdij gerund door nonnen, maar kloosterlingen namen de abdij over in 1132.

Het religieuze leven in de abdij in het begin van de 17e eeuw was niet zo vurig als men zou verwachten. De gemeenschap telde maar zes kloosterlingen en twee ingewijden. Om het geloof van de mensen op peil te houden, dat toen door de protestante invloeden werd verzwakt, hielden de kloosterlingen verschillende jaarlijks feesten, waaronder de aanbidding van het Hoogheilige Sacrament met de viering van Pinksteren en de maandag daarna. Ter voorbereiding van deze vieringen was er een rustaltaar voor een traliewerk in de buurt van het priesterkoor.

In 1608 kwamen er vele mensen bijeen op Eerste Pinksterdag. Met de avondval, toen de deuren van de kerk werden gesloten en de kloosterlingen zich klaarmaakten om naar bed te gaan, lieten ze twee olielampen branden naast het Hoogheilig Sacrament, welke op het altaar verbleef in een simpele monstrans.

De volgende dag, maandag 26 mei, toen de koster, Don Garnier, de deuren opende zag hij de hele kerk gevuld met rook en vlammen die langs de zijden van het altaar omhoog kropen. Hij rende naar het klooster om de kloosterlingen te wekken. Onmiddellijk probeerden ze de kerk te redden. Terwijl de vlammen werden geblust merkte een jonge ingewijde, hij was pas 15 jaar, dat de monstrans zweefde in de lucht, lichtelijk hangend in de richting van het traliewerk aan de achterkant van het altaar.

12. Recente heiligenlevens

Eerbiedwaardige Anita Cantieri [1910-1942]

Eén van de nonnen die Anita onderwees, schreef dat ze "een voorbeeld van heel wat mooie deugden was. Ze was leerzaam en gehoorzaam aan de leraressen. Ze was vriendelijk, barmhartig, stil, behulpzaam voor haar trage medeleerlingen en men zag haar vaak bidden."

Een andere non, Zuster Felicita, het hoofd van de school, vertelde dat Anita stil was en onopgemerkt, en dat ze de vijf punten van schilderen en borduren leerde en er een grote aanleg voor had. "Ze verspilde nooit haar tijd, maar werkte hard en hielp haar medeleerlingen en aarzelde niet om problemen van anderen op zich te nemen om de anderen straffen te besparen."

De zusters merkten keer op keer haar deugdzaamheid op. Eén van haar leraressen gaf een voorbeeld van toen het hard regende aan het einde van de schooldag. Anita had geen paraplu, dus wilde zuster Felicita er haar één lenen. Het was een paraplu voor een volwassen man, geen stijlvolle paraplu voor een jong meisje. Anita deed haar best om het aanbod af te slaan, maar toen de zuster zei dat ze hem moest nemen, gehoorzaamde Anita en nam de paraplu met een glimlach en dankwoordje aan.

Er was ook een voorval met haar dagelijkse ontvangst van de Heilige Communie. Toen de eucharistische vasten op middernacht begon en duurde tot het tijdstip van de ontvangst, at Anita geen ontbijt en ging ze onmiddellijk na de Mis naar school. Vermits ze te laat op school zou zijn als ze eerst naar huis ging ontbijten, verkoos ze te blijven vasten, in navolging van Onze Heer die vaak maaltijden oversloeg tijdens Zijn publieke ambt. Toen haar moeder vaststelde dat ze geen ontbijt at, bereidde ze er elke dag één voor haar, en pakte het in zodat Anita kon eten voordat de lessen begonnen. Men zag dikwijls dat ze haar ontbijt weggaf aan de eerste de beste arme die ze op straat tegenkwam.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 69]

Aan Moeder Alexandrine Roques, overste van het hospitium te Lourdes

Nevers, 3 april 1872
J.M.J.

Lieve Moeder,

Ik begin mijn brief met u te informeren over onze dierbare en vereerde Moeder-Overste, die nu al drie maanden aan haar ziekbed is gekluisterd. De communiteit is, zoals u zich kunt voorstellen, bijzonder bedroefd. Wij hebben de maand van de Heilige Jozef aangewend om genezing voor haar te vragen. Wij hebben ongetwijfeld niet goed gebeden, omdat mijn geliefde Moeder niet genezen is. Het gaat wel iets beter, maar niet veel. Bid de Heilige Maagd om deze genade te verlenen als het tot meerdere glorie van haar goddelijke Zoon strekt. Eigenlijk wil ik de Heilige Jozef, die ik zeer liefheb, geen verdriet doen, maar in de hemel wordt niemand kwaad. Ik wacht vol ongeduld op juffrouw Leontine, ze komt binnenkort toch? Wat heeft men in mijn land toch veel tijd nodig om een beslissing te nemen. Veroorloof mij, mijn lieve Moeder, u een goed Hallelujah te wensen, evenals alle lieve Zusters. Wij zouden veeleer moeten treuren dan ons verblijden over ons arme Frankrijk. Dit is zo verhard en blind dat het een belediging is voor Onze-Lieve-Heer. Laten we veel bidden voor deze arme zondaars dat zij zich mogen bekeren. Per slot van rekening zijn het onze broeders. Laten we Onze-Lieve-Heer en de Heilige Maagd vragen of zij deze wolven willen veranderen in schapen.

Vergeet mijn lichaam. Dat gaat wel. Maar bid veel voor mijn arme ziel. Betuig, alstublieft, mijn nederige en respectvolle complimenten aan mijnheer Pastoor. Vraag hem om een kleine gedachte in zijn dringende gebeden voor een van zijn lammetjes.

Aanvaard, mijn lieve Moeder, evenals alle lieve Zusters, mijn gevoelens van respect waarmee ik uw dankbare dienares ben,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Opvoedingsdoelen

Het uitschrijven van algemene opvoedingsdoelen is steeds een hachelijke onderneming, maar ze zijn nodig willen we het erfgoed van Don Bosco levend houden en vertalen naar deze tijd. In de lijn van Don Bosco's oratorio heeft een salesiaanse opvoedingsstijl vier hoofddoelen van ontwikkeling voor ogen: de groei in vrijheid, verantwoordelijkheid, verbondenheid en zingeving.

Opvoeden is de jongere bijstaan bij zijn zoektocht naar vrijheid en zelfstandigheid. Het is hem helpen zich vrij te maken van eenzijdigheid en beperktheid. Het is hem helpen zich te verlossen van angst en vervreemding. Zich integreren in de maatschappij, maar er zich tegelijkertijd kritisch tegenover opstellen, is de opgave. Men kan dit een kritische socialisatie noemen en dat hoort het ook te worden, binnen de concrete situatie waarin de jongere zich bevindt en waarin de opvoeding plaatsheeft.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 12

Maar, de Onbevlekte Maagd Maria wil ons absoluut gezuiverd zien, opdat onze werken puur zouden worden. Als de boosaardigen hun kinderen zullen weggerukt zien in de glorie van Maria, zullen zij hun kinderen met Haar laten meegaan en door Maria zullen ze tot God stijgen. En zo zal de Heer in zijn glorie zelfs de slechten optrekken. Ziet u dit veld, waar er tussen de slechte planten allerlei soorten verrotte granen staan, met ook enkele mooie korenaren: dat is de maatschappij die aangetast is door het kwaad. Wat ermee te doen? Men mag de mooie zielen niet laten verloren gaan. De mooie zielen zijn de mooie korenaren.

Vertaling: Chris De Bodt


15-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15 juni 2010
15 juni 2010

1. De Waarschuwing [7/15]

Lees dit

Uw nalatigheid in de liefde voor uw naaste, dat de oorzaak was van uw lijden, u zult ze zien.

Weet dat u hebt bijgedragen in laagheden zoals het racisme, het atheïsme, uitsluitingen, gebrek aan medelijden, opstandigheden, meineed, samenzweringen: al dit zijn redenen om u liever te verbergen om niet te moeten zien dat u tekort geschoten hebt in uw liefde voor uw naaste.

Uw koude blikken, hoogmoedige, kleingeestige, snobistische, hatelijke blikken en andere, u zult ze tegenkomen.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 33/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Overzicht van de laatste ontwikkelingen

Sedert december 2009 is er heel wat beweging geweest in Medjugorje. Er was het bezoek van Kardinaal Christoph Schönborn en daarna waren er de nieuwsfeiten rond de nieuwe Commissie. Daarom volgt er dit korte overzicht.
  • 13.12.2009: Officieus wordt het geweten dat kardinaal Christoph Schönborn een bezoek zal brengen aan Medjugorje van 28 december 2009 tot 2 januari 2010. Sedert eind de jaren tachtig is Schönborn een grote voorstander van Medjugorje. In 1989 vertelde hij aan Jozef Ratzinger, toen nog Voorzitter van de Congregatie voor de Geloofsleer: "Als Medjugorje wordt gesloten, mogen we meteen ook ons seminarie opdoeken, omdat de meeste seminaristen hun roeping hebben gekregen door Medjugorje." Ratzinger antwoordde hierop: "Medjugorje sluiten, daar is geen sprake van!"
  • 28.12.2009: Kardinaal Christoph Schönborn komt aan te Medjugorje.
  • 29.12.2009: Kardinaal Schönborn houdt een eerste toespraak in de Kerk over de Goddelijke Barmhartigheid en omschrijft Medjugorje als een "Supermacht van Genade."
  • 30.12.2009: De kardinaal ontmoet de zieners die zich in Medjugorje bevinden en verkent, samen met Marija Pavlovic, de Podbrdo.
  • 01.01.2010: Kardinaal Schönborn is hoofdcelebrant van de Middernachtmis op Nieuwsjaarsnacht.
  • 02.01.2010: De kardinaal keert terug naar Wenen.
  • 05.01.2010: Kardinaal Schönborn geeft interviews weg aan de Oostenrijkse Media met een resumé over zijn bezoek aan Medjugorje.
  • 08.01.2010: De kardinaal zegt dat hij later zeker nog terugkeert naar Medjugorje.
  • 10.01.2010: Kardinaal Schönborn spreekt op de Oostenrijkse TV over de reactie van Bisschop Peric over zijn bezoek aan Medjugorje.
  • 15.01.2010: De kardinaal heeft een privé-ontmoeting met Paus Benedictus XVI.
  • 15.01.2010: Kardinaal Schönborn dient Bisschop Peric schriftelijk van antwoord.
  • 18.01.2010: Samen met Kardinaal Ersilio Tonini spreekt Kardinaal Schönborn op de Italiaanse televisie.
  • 19.01.2010: De bisschop van Mostar, Ratko Peric wenst het openlijk debat te sluiten over zijn uitval naar Kardinaal Schönborn.
  • 22.01.2010: Christoph Schönborn spreekt met kath.net. over het rapport van de voormalige Commissie.
  • 23.01.2010: Kardinaal Bertone wijdt een nieuwe en vijfde Bisschop, Pétar Rajic, voor Bosnië en Herzegovina in.
  • 22.02.2010: Het Pauselijke vastengebed bevat de woorden: "Dat de Heilige Maagd Maria ons, geleid door de Heilige Geest, mag helpen tijdens deze tijden van genade en van vreugde en vruchten ..."
  • 06.03.2010: De eerste officieuze berichten komen door dat de Heilige Stoel een nieuwe Commissie, op internationaal niveau, zal samenstellen zijn rond Medjugorje. In feite komt dit neer op een hevige berisping voor Ratko Peric, dat deze zijn werk allerminst goed gedaan heeft.
  • 09.03.2010: De Kroatische pers rapporteert de mogelijkheid van de oprichting van een nieuw Bisdom voor Medjugorje.
  • 13.03.2010: De Paus heeft een ontmoeting met de Kroatische eerste minister Jadranka Kosor. Er wordt onder meer gesproken over de Katholieke situatie in Bosnië-Herzegovina.
  • 17.03.2010: De Vaticaanse pers maakt officieel de oprichting van een nieuwe Internationale Commissie openbaar, die het Medjugorje fenomeen zal onderzoeken. De Commissie zal worden voorgezeten door Kardinaal Camillo Ruini.
  • 18.03.2010: De voormalige parochiepriester van Medjugorje, Pater Ivan Cesar, zegt niet verrast te zijn door het bericht over de nieuwe Commissie.
  • 19.03.2007: De eerste namen van de Commissieleden worden "officieus" bekendgemaakt.
  • 20.03.2007: De Pauselijke Nuntius in Bosnië en Herzegovina, Aartsbisschop Allessandro D'Errico, geeft verder informatie over de motivering van de Paus voor de oprichting van de nieuwe Commissie. Deze verklaring wordt uitgezonden door Radio Mir Medjjugorje. Duidelijk wordt dat de Paus steeds altijd heel geïnteresseerd bleek in de verschijningen en dikwijls de positieve invloed er van heeft aangehaald.
  • 20.03.2010: De Italiaanse verslaggever over het Vaticaan, rapporteert nu in de zaterdagse uitgave van de krant "Il Giornale," een Italiaanse krant, over de nieuwe mogelijkheid van de oprichting van een bisdom dat Medjugorje onafhankelijk zou maken van het bisdom van Mostar, dat geleid wordt door Bisschop Ratko Peric. Tornielli schreef dat de beslissing om een nieuw bisdom op te richten, met als mogelijke zetel Makarska, in september jongstleden bijna was genomen, maar in laatste instantie werd afgewezen door het protest van Bisschop Peric. Het nieuwe bisdom zou gevormd worden uit gebieden die momenteel vallen onder de bisdommen van Dubrovnik, Mostar en Split.
  • 24.03.2010: Start van de eerste driedaagse zitting in Rome van de Internationale Commissie.
  • 29.03.2010: Officieus worden nu de namen vrijgegeven van 17 Commissieleden.
3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 176]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Jezus tot de kruisdood veroordeeld

Toen het doodvonnis was uitgesproken en het schrijven begon, alsook het geruzie tussen Pilatus en de opperpriesters, werd Jezus prijsgegeven aan de beulen. Voordien hadden zij zich, uit respect voor het gerecht, een beetje ingehouden, maar nu handelden die verschrikkelijke mensen met Jezus gewoon als met een prooi. Men bracht de kledij die men Onze Heer, bij de bespotting vóór Caïphas, van het lichaam had gerukt. Zij waren terzijde gelegd en ik geloof dat meevoelende mensen ze gewassen hadden want ze waren nu opnieuw rein.

Ik geloof ook dat het de gewoonte was bij de Romeinen om, aan diegenen die zouden worden terechtgesteld, hun kledij terug te geven. De schandelijke beulen ontnamen Jezus de spotmantel die nog een weinig zijn naaktheid bedekte en bonden dan Zijn handen los om Hem te kunnen aankleden. Zij trokken de rode, wollen mantel zo ruw van hem af dat vele van zijn wonden opengingen. De Heer legde zelf, rillend en bevend, de doek om zijn lenden, en het wollen scapulier wierpen de beulen Hem om de hals. Daar zij de bruine, naadloze rok, die Maria voor Hem gemaakt had, niet over de brede doornenkroon konden krijgen, rukten zij die kroon van Zijn Hoofd en al de wonden, door de doornen teweeggebracht, begonnen opnieuw te bloeden en onuitsprekelijk pijn te doen.

Nadat zij de rok over Zijn gemartelde leden hadden getrokken, deden zij Hem ook Zijn breed witwollen kleed aan, Zijn gordel en zijn mantel. Tenslotte snoerden zij om Zijn middel nog een gordel, waar de touwen waren aan vastgeknoopt, die zij onder het gaan in de handen hielden. Dit alles gebeurde met ontzettende ruwheid, terwijl zij de Heer voortdurend schopten en sloegen.

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 176]

Preken

De plichten van de vrouw en haar zwangerschap

Ik zal u alles zo eenvoudig mogelijk proberen uit te leggen, opdat ge uw plichten goed begrijpen en goed vervullen zult. Ik zeg u:

Dat een vrouw, van zodra ze zwanger wordt, een gebed moet bidden of een aalmoes geven. Beter nog is het, als zij dat kan, een heilige mis te laten opdragen om de bescherming af te smeken van de allerheiligste Maagd en om van God te verkrijgen dat het arme kind niet zal sterven, alvorens het Heilig Doopsel ontvangen te hebben. Als een toekomstige moeder werkelijk godsdienstzin heeft, zal zij tot zichzelf zeggen: "Had ik toch het geluk mijn kind te zien opgroeien tot een heilige! Moge ik het heel de eeuwigheid aan mijn zijde hebben en het de lof van de goede God horen zingen! Wat een vreugde zou dat zijn voor mij!"

Maar neen, broeders, zulke gedachten koestert een vrouw in haar zwangerschap niet. Haar gezegende staat is voor haar eerder een bron van ergernis en verdriet. Misschien denkt ge er zelfs aan om de vrucht van haar schoot te vernietigen. O, mijn God, hoe kan een Christenvrouw tot zo’n misdaad komen? En toch, op de dag des oordeels zullen we zien dat tal van moeders de gedachte aan een moord in zich hebben gedragen.

Ik zeg u dat een zwangere vrouw die haar kind wil redden voor de hemel, twee dingen moet vermijden: ten eerste, zware lasten dragen en de armen opheffen om iets op te pakken, want daardoor kan het kind een letstel krijgen en sterven. Het tweede ding dat zij moet vermijden, is het innemen van geneesmiddelen die een verkeerde invloed uit kunnen oefenen op het kind, terwijl zij zich ook niet mag laten meeslepen door een driftbui, ten gevolge waarvan het nieuwe leven in haar schoot verstikt zou kunnen worden. De echtgenoot moet veel dingen laten en veel dingen doen, die hij anders niet zou laten of doen.

Als hij het niet wil doen omwille van de moeder, laat hij het dan doen omwille van het kind. De genade van het Heilig Doopsel staat immers op het spel en deze te verliezen zou het grootste van alle ongelukken zijn!

Zodra een vrouw haar weeën voelt naderen, moet zij haar biecht spreken, en wel om verschillende redenen. Ten eerste omdat veel vrouwen in het kraambed sterven en zij dus in staat van genade dient te zijn, wil zij zich verzekeren van haar eeuwige zaligheid. Ten tweede, omdat de smarten en pijnen die zij te verduren heeft, geen verdiensten voor de hemel af zullen werpen, zolang zij in staat van doodzonde verkeert. Ten derde opdat zij de zegen die zij de goede God over haar kind afsmeekt, ook werkelijk zal verkrijgen. Een moeder moet ook in haar kraambed zoveel mogelijk haar schaamtegevoel en haar bescheidenheid trachten te bewaren en nooit uit het oog verliezen dat zij zich in de tegenwoordigheid van de goede God en in het gezelschap van haar engelbewaarder bevindt. Zij mag op onthoudingsdagen, zonder verlof, geen vlees gebruiken, want daardoor roept zij enkel onheil af over zichzelf en over haar kind.

Binnen 24 uur tenslotte zal zij haar kind laten dopen.

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 176]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Wat is uw antwoord op de welbedoelende Christelijke ouders die zeggen dat hun kinderen de toelating moet worden verleend om zelf hun godsdienst te kiezen, omdat dit hun recht is wanneer ze opgroeien?
Maria: Deze laten eenvoudigweg satan toe om hen in een goddeloze maatschappij weg te leiden van de absolute waarheid over onze liefdevolle God. Welke liefdevolle ouder kan zijn kind laten kiezen tussen voedsel dat ondersteunt en geneest en voedsel dat langzaam iemand kan verzwakken, vergiftigen en zelfs doden? Welke ouder kan bij volle kennis zijn kind zonder liefde en warmte laten vertrekken? Ouders die dit zeggen en doen hebben nooit of nooit gebeden en hun eigen goedheid gevoed en in combinatie met deze, wordt God vergeten en wordt Hij dus heel erg gekwetst wanneer dit gebeurt.

Nicky: U hebt reeds gezegd dat er zich kinderen in het Vagevuur bevinden. Zijn deze ook reeds aan u verschenen?
Maria: Ja, er zijn ook reeds kinderen aan mij verschenen. Zelfs kinderen tot de leeftijd van vier jaar. Weet u, kinderen hebben een heel scherper geweten dat de meeste volwassenen. Van zodra het kind het verschil kent tussen slecht en goed, draagt het de verantwoordelijkheid ervoor. Dikwijls wordt onderwezen dat de scheidingslijn de leeftijd van het logisch nadenken is en dit is een heel sterke fout vanwege de verantwoordelijke volwassen in de omgeving van het kind. Ik ken het geval van een kind iets van ouder dan vier jaar dat aandrong op het biechten van een zonde. En het was heel duidelijk wat het had misdaan.

Nicky: U blijkt ook een bijzondere liefde en zorg te hebben voor de kinderen van vandaag. Ik zeg dit omdat ik heb gehoord dat u de kleine kinderen hier in het dorp onderwijst.
Maria: Ja, ik heb vele kinderen rond mij, nu reeds voor een hele lange tijd en ik leer hen de Catechismus.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 20]

Aanmoedigingen van Jacinta en Francisco

Hoezeer deze insinuatie mij deed lijden, weet enkel God, want enkel Hij kan in het binnenste van het hart kijken. Ik begon te twijfelen dat deze verkondigingen eventueel van de duivel zouden komen, die misschien op deze wijze mijn ziel wou doen verloren gaan. Toen ik de mensen hoorde zeggen dat de duivel altijd onenigheid en verwarring zaait, begon ik waarachtig te twijfelen, daar dat de sfeer in ons huis niet meer dezelfde was, want de vreugde en de vrede was verdwenen, sinds deze dingen begonnen. Welke smart voelde ik! Ik maakte mijn twijfels bekend aan mijn neefje en nichtje. "Neen, het is de duivel niet!" antwoordde Jacinta, "helemaal niet! Er wordt gezegd dat de duivel heel lelijk is en dat hij zich onder de grond bevindt, in de hel. Maar die dame is zo mooi, en we zagen haar opstijgen naar de Hemel!"

Onze Heer maakte hiervan gebruik om mijn twijfels die ik had wat te verminderen. Maar tijdens de loop van de maand verloor ik al mijn enthousiasme om opofferingen en daden van versterving te doen, zodanig zelfs dat ik mijzelf begon af te vragen of het niet beter was om te zeggen dat ik gelogen had, zodat aan alles een einde zou komen. "Doe dat niet!" schreeuwden Jacinta en Francisco het uit. "Ziet u dan niet dat u nu juist een leugen gaat vertellen, en is liegen dan geen zonde?" In deze gemoedstelling kreeg ik bovenop een droom die enkel de duisternis in mijn geest nog deed toenemen. Ik zag de duivel lachen omdat hij mij voor de gek gehouden had, terwijl hij probeerde om mij in de hel te trekken. Terwijl ik mijzelf in zijn klauwen zag, begon ik zo hardop te schreeuwen en op Onze Lieve Vrouw te roepen om hulp, dat ik mijn moeder had wakker gemaakt. Zij was ontdaan en vroeg mij wat er gaande was. Ik kan mij niet meer herinneren wat ik haar antwoordde, maar ik herinner mij wel nog dat ik verlamd was door de angst en dat ik die nacht niet meer kon slapen. Deze droom had mijn ziel bedekt met wolken van angst en lijden. Mijn enige troost was mij terug te trekken en mijn hart te laten uitwenen. Zelfs het gezelschap van mijn neefje en nichtje werd mij een last en daarom begon ik mij ook voor hen te verbergen. De arme kinderen! Ze zochten mij, schreeuwden mijn naam uit en kregen geen antwoord, terwijl ik de hele tijd daar was, dicht in hun baijheid verborgen in een hoek, waar ze nooit zouden gaan zoeken.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Manon des Sources [2/14]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Manon des sources is een Italiaans-Franse dramafilm uit 1987, geregisseerd door Claude Berri. De film is gebaseerd op de tweedelige roman van Marcel Pagnol uit 1966 en is een vervolg op Jean de Florette.

Tien jaar na de dood van Jean, gaan de zaken goed voor Ugolin en zijn oom César ‘Papet’ Soubeyrans [Yves Montand]. De bron die ze voor Jean verstopt hadden, zorgt nu voor een bloeiende anjerkweek. Manon [Emmanuelle Béart], de dochter van Jean, werkt in de streek als geitenhoedster en is ondertussen opgegroeid tot een mooie, schijnbaar argeloze, jonge vrouw. Haar ontwapenende schoonheid brengt het hoofd van Ugolin op hol. Uiteindelijk wreekt zij zich voor het onrecht dat tot haar vaders dood heeft geleid.

Dit Franse drama is uitgebracht in 1987 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu, Hyppolyte Girardot en Emmanuelle Béart. In 1987 won Emmanuelle Béart de César voor beste vrouwelijke bijrol.
De film duurt 113 minuten.



8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 35: Catherina's geheim [Aflevering 231]

Ratisbonne had moeite om nog meer te vertellen, maar hij zei wel dat toen hij z’n ogen naar het gezicht van de Maagd wou wenden, hij niet hoger kon kijken dan haar handen. "Er zijn geen woorden om uit te drukken hoeveel genade en vrijgevigheid ik in die handen kon zien," zei hij, en voegde er aan toe dat hij op dat moment de waarheid van het traditionele Christendom begreep en aanvaardde. Kort daarna liet hij zich dopen en gaf hij z’n leven als rijke zakenman op om een Jezuïetenpriester te worden. Zijn bekering was zo indrukwekkend dat het door een kerkelijk tribunaal onderzocht werd, dat de volmaakte en plotse bekering bestempelde als "een waar en buitengewoon mirakel."

Zo’n goede resultaten bevestigden de authenticiteit van Cathérine’s verschijningen, maar er blijven toch nog mysteries rond hangen. We weten niet of de Heilige Moeder geheimen toevertrouwde aan Cathérine. Het is bijna zeker van wel. De reden van haar verschijningen in de negentiende en twintigste eeuwen bevatten dikwijls vertrouwelijke boodschappen over het persoonlijke leven van de ziener, de toestand van de Kerk, of de wereld. Sommige geheimen gingen over alle drie. Cathérine moet op z’n minst een persoonlijk geheim over haar eigen dood gekregen hebben, want ze wist wanneer hij zou komen.

Maria’s belangrijkste geheimen, de geheimen van het leven op aarde, gingen over het praktiseren van het geloof, nederigheid, en liefde, maar er waren altijd verborgen betekenissen aan Maria’s verschijningen, en de boodschap was dikwijls tijdsgebonden. Het geheim zat hem in de timing en de plaats. Cathérine’s verschijningen gebeurden toen Charles Darwin onderzoek deed voor z’n evolutietheorie en terwijl de werken van Hegel alles in gereedheid brachten voor Karl Marx. Enkel zij die niet wisten hoe de hemel werkt, zouden zulke gebeurtenissen als toeval beschouwen.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 123]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Verhoudingen met de orthodoxen

De Gemeenschap stond er ook op goede relaties te onderhouden met de orthodoxen. Op 21 december 1962, na de eerste sessie van het concilie, had Mgr. Nikodim, gelast met de externe relaties aan het patriarchaat in Moskou, een bezoek gebracht tijdens zijn reis door meerdere Europese landen. Mgr. Timiadis, vertegenwoordiger bij de COE van de patriarch van Konstantinopel, was aanwezig om hem te ontvangen. ‘Tijdens een lange gezongen dienst, herinnerde Broeder Roger zich, zegende Mgr. Nikodim de icoon van de Maagd Maria die door velen vereerd wordt in Taizé.’

Op paasmaandag 15 april 1963, werd de eerste steen gelegd van het orthodox Centrum waarvan het project ter sprake kwam tijdens de eerste ontmoeting tussen patriarch Athenagoras en Broeder Roger. Dit Centrum, dat ontstond dank zij een gezamenlijk initiatief van Taizé en de orthodoxen, hing altijd af van de patriarch van Konstantinopel. Het was officieel een metochion (‘gemeenschap’), canoniek verbonden aan de patriarchale zetel van Konstantinopel. Op een honderdtal meters van de kerk van de Verzoening gelegen was er een klein klooster en een kapel voorzien.

De plechtigheid werd voorgegaan door Mgr. Meletios, exarch van de patriarch van Konstantinopel in Parijs. Behalve vele orthodoxe Griekse en Russische bisschoppen, waren er twee katholieke bisschoppen [Mgr. Martin, aartsbisschop van Rouen en gelast met het Frans nationaal Secretariaat voor de Eenheid der christenen, en Mgr. Lebrun, bisschop van Autun], dominee Westphal, voorzitter van de Franse protestantse Vereniging, en een vijftiental dominees. ‘Hier verzoenen zich drie kerken’ titelde Paris Match boven zijn verslag over de viering. Deze losse formule verdoezelde de grenzen van dit gebeuren. In feite wees de patriarch van Konstantinopel in een tijdens de viering gelezen boodschap aan het Centrum een eerder veroverende zending toe. Het zou de eerste patriarchale metochion in Frankrijk en zelfs in Europa zijn. ‘Vertegenwoordigers van de orthodoxie zullen zich hier vestigen om liturgische vieringen voor te gaan en ontmoetingen te leiden. Dit centrum zal een getuige zijn van de geest van het Oosters christianisme in het hart van het Westen. [...] het zal de brug zijn om de rijkdommen van het spirituele, liturgische en theologische erfgoed van de orthodoxie aan het Westen over te dragen.’ Mgr. Timiadis legde van zijn kant de nadruk op ‘de noodzaak om in de oecumenische dialoog een betere plaats te geven aan bepaalde aspecten van het mystieke en liturgische leven die de orthodoxie belicht heeft.’

Het orthodoxe Centrum van Taizé werd twee jaar later ingehuldigd en zou voor de tweehonderd vijftig orthodoxe ministers in West Europa een plaats ‘om samen te bidden en na te denken’ zijn.

Op 3 juni 1963 stierf Johannes XXIII, op Pinkstermaandag. Er waren veel bezoekers en pelgrims in Taizé. Broeder Roger vertelt: "We gingen ’s avonds naar de kerk toen zijn dood vermeld werd. Ik dacht dat God moest bedankt worden voor zijn leven door een woord te zeggen aan de mensen die bij ons waren voor het gebed, maar het woord kwam niet. Het scheen alsof de grond onder mijn voeten wegzakte als ik dacht dat dit enorm vertrouwen dat we in de Kerk kregen er niet meer was. Ik ging naar mijn kamer en bleef er alleen." Veel later vertrouwde de prior van Taizé toe: Bovenop het verlies van een geliefde, een ‘heilige getuige’, een ‘profeet’, bevatte me een angst: wat met de Gemeenschap zonder Johannes XXIII? De persoonlijke secretaris van de paus, Mgr. Capovilla, gaf aan de Broeders van Taizé het brevier van de paus als aandenken van een diepe spirituele nabijheid.

Broeder Roger woonde zijn uitvaart in Rome bij, waarna hij per schip naar Griekenland vertrok om er het millennium van de berg Athos bij te wonen waarop patriarch Athenagoras hem had uitgenodigd. Op het schip vernam hij op 21 april 1963 dat kardinaal Montini tot paus werd verkozen onder de naam van Paulus VI. De prior van Taizé was blij want hij kende de man al meer dan tien jaar.

De berg Athos staat op het einde van een lang bergachtig schiereiland dat in de Egeïsche zee duikt. De ‘Heilige Berg’ biedt sinds eeuwen plaats aan een twintigtal moeilijk te bereiken kloosters. Het eerste werd er in 963 gesticht. Van 22 tot 24 juni volgden plechtigheden en diensten elkaar op, onder het voorzitterschap van patriarch Athenagoras en in het bijzijn van talrijke orthodoxe patriarchen uit verschillende landen. De oecumenische Raad der Kerken was vertegenwoordigd door de secretaris generaal Visser’t Hooft. Verschillende katholieke congregaties waren ook uitgenodigd om vertegenwoordigers te sturen.

Het tweede Vaticaans concilie en de buitengewone belangstelling van de media rond het gebeuren hebben aan Taizé openbare ruchtbaarheid gegeven, vooral in katholieke middens. Van zijn kant toonde Taizé haar groot talent voor communicatie. Behalve aankondigingen en mededelingen dikwijls door de pers opgenomen, gaf de Gemeenschap vanaf 1963, tussen de eerste en tweede zitting van het concilie, een driemaandelijks tijdschrift uit onder de naam ‘Aujourd’hui’, om verslag uit te brengen over de activiteiten, ontmoetingen en retraites en het programma van de komende maanden bekend te maken. Het aantal bezoekers, sessiegangers en retraitanten bleef maar stijgen. Vanaf juli 1963 verbleven twee Zusters van de Gemeenschap van Grandchamp zonder onderbreking in een huis op het dorp. Eén ervan bracht meerdere uren door in de kerk om de bezoekers te ontvangen, want Broeder Roger had geopperd dat er ‘in de kerk van de Verzoening een profetes Anna moet zijn die waakt, bidt en ontvangt’. Dat was meer dan een wens. Het jaar daarop werden er katholieke zusters gevraagd, dominicanessen en franciscanessen, om aan het onthaal mee te werken.

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 65]

Woordenboek: Letter D

Eleazar, zoon van Simon

Ondubbelzinnigheid

Ondanks vele misvattingen hierover, is Eleazar ben Simon, de Zeloot, niet dezelfde persoon als Eleazar ben Ya’ir, de leider van de Sicariërs van Massada. In Josephus Flavius’ "De Bello Judaico," de allereerste bron over de Joods-Romeinse oorlog, maken we kennis met belangrijke historische figuren, met hun erfelijke naam en toenaam. Daar "Eleazar, de zoon van Simon" en "Eleazar, de zoon van Ya’ir" afzonderlijk worden voorgesteld met hun erfnaam, maakt Josephus duidelijk dat deze twee leiders niet één en dezelfde persoon zijn.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 80]

Het wonder van Paterno, Italië [1772]

In gemeenschap met vele parochianen bracht de priester deze tweede verzameling Hosties ook naar de kerk, maar deze keer met nog meer vreugde en plechtigheid. Toen ze bij de kerk aankwamen brachten ze allen hartelijke eer en dank voor de Hemelse tekenen die het bewijs waren van de Werkelijke Aanwezigheid van de Heer in dit Hoogheilig Sacrament.

De verschijning van de mysterieuze lichten in het veld moet men niet beschouwen als iets triviaals, of als een soort bijkomstigheid. Een soortgelijke gebeurtenis gebeurde namelijk ook bij de mensen van Annaya, in de bergen van Libanon, in 1899. Deze lichten verschenen voor 45 nachten na de begrafenis van de Heilige Sjarbel Makhlouf, een Libanees kloosterling en een kluizenaar. Voor onderzoek naar deze lichten werd het lichaam van hem opgegraven, en zagen ze dat zijn lichaam nog niet vergaan was. Niet alleen was zijn lichaam onaangetast, maar voor jarenlang ontstond er uit zijn lichaam een mysterieuze vloeistof die geen wetenschapper kon verklaren. De Heilige Sjarbel werd heilig verklaard op 9 oktober 1977.

De aartsbisschop van Napels is in het bezit van papieren die geschreven zijn Kardinale Sersale, die aartsbisschop was toen het wonder van Paterno plaatsvond. Deze documenten geven een gedetailleerde verklaring van betrouwbare mensen die de ongewone gebeurtenissen rond de ontdekking van de Wonderlijke Hosties hadden mogen aanschouwen, en ze verklaarden de echtheid.

12. Recente heiligenlevens

Eerbiedwaardige Anita Cantieri [1910-1942]

Met de uitdrukking "een bloem is op aarde verschenen," sprak Eerwaarde Lawrence van St. Albert, de provinciaal van de Ongeschoeide Karmelieten van Toscane, geestdriftig over deze Eerbiedwaardige die geduldig leed, die "uiterst eenvoudig, uiterst aantrekkelijk en aardig" was, die een heilige ziel was in de geest van de Karmelieten. Hoewel Anita Cantieri een uitverkoren ziel was die jarenlang met pijn aan het bed gekluisterd was, werd haar heiligheid welbekend. Haar begrafenis werd bijgewoond door een aantal priesters, en er was een grote en indrukwekkende processie van mensen, die bewondering hadden voor haar deugden en haar liefde voor God.

Anita werd op 30 maart 1910 geboren in Lucca, als dochter van David Cantieri en Annunziatia Fanucchi, die door God met 12 kinderen gezegend werden waarvan Anita de voorlaatste was. Een aantal van de kinderen stierf tijdens de kinderjaren, maar Anita was een heel gezond, klein meisje met een levendig karakter die een goede verstandhouding had met haar broers en zussen. Ze ontving de sacramenten en op zesjarige leeftijd ging ze naar school. Ze leerde graag en ging goed vooruit.

Toen ze dertien was, ging ze naar een school van de Dorotheaanse nonnen in Lucca. Voor deze periode uit haar leven hebben we waardevolle getuigenissen die ons een kijk geven in de vroege spiritualiteit van deze Eerbiedwaardige.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 68]

Aan Moeder Alexandrine Roques, overste van het hospitium te Lourdes

Nevers, 23 april 1872

Lieve Moeder,

Ik hoop dat u niet meer op me moppert en me niet meer beschuldigt van nalatigheid u te schrijven. Ik ben blij u te kunnen mededelen dat het genezingsproces van onze dierbare en vereerde Moeder zich voortzet. Bid steeds voor haar. De communiteit houdt op dit moment een novene tot onze goede moeder Marcelline.

Onze gewaardeerde en lieve Zuster-Assistente dankt u voor het water en de bloemen die u zo goed was om haar te sturen. Ze vraagt me u te zeggen dat onze vereerde Moeder het [water] heeft gedronken. Zij heeft twee vazen met rozen in haar kamer gezet. Daar beleeft ze veel plezier aan. Onze vereerde Moeder wil dat u de postulantes met die van Bagneres meestuurt. Onze lieve en gewaardeerde meesteres gelast me u te vertellen dat zij het besluit genomen heeft het u niet meer moeilijk te maken. Mijn lieve Zuster Nathalie, assistente, gaat naar Lourdes, maar zij moet een lange reis maken en ze zal hen niet kunnen meenemen. Dan zouden zij te lang onderweg zijn. Ik vraag u mijn lieve Zuster Nathalie eraan te herinneren wat zij mij beloofd heeft bij mijn beminde Grot te zullen doen.

Mijn lieve Zuster Eleonore moest u daarover schrijven, maar zij ligt al twee dagen op bed met een ontsteking. Mijn lieve Zuster Melanie laat u groeten en betuigt haar vriendschap aan de lieve Zusters.

Ik vergeet mijn lieve Zuster Damien niet, een hartelijke groet aan alle lieve Zusters, in het bijzonder aan mijn lieve Zuster Victorine. Vertel mij, vraag ik u, hoe het met de kinderen van tante Lucile gaat, en of Bernadette al naar school gaat. Omhels haar namens mij, zeg haar dat ze braaf moet zijn. Ontvang, mijn lieve Moeder, evenals de lieve Zusters, mijn respectvolle gevoelens en zusterlijke liefde,

Uw toegewijde kind

Zuster Marie-Bernard Soubirous

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Mensbeeld

Mens zijn of worden doet men bovendien niet alleen. De mens is een relationeel wezen, is verwevenheid, verbondenheid en dialoog. Hij leert zichzelf maar kennen in relatie met anderen en met de maatschappij. Op hun beurt zijn dit wegen om verbonden te raken met een transcendente werkelijkheid, die wij God noemen.

Tegelijk is de mens meer dan het product van zijn genetische, sociale en toevallige mogelijkheden. Het is ook een wezen dat openstaat voor het mysterie. Alles wat leeft en beweegt is meer dan wat het op het eerste gezicht lijkt en wat wij ervan verstaan. Er is steeds een element dat alles overstijgt, dat niet te vatten is, dat mysterie blijft. Die mogelijkheid laat de mens toe zinvolheid te ontdekken in de wisselvalligheden van het bestaan.

Door al die aspecten heen ervaart de mens voortdurend een aantal spanningsvelden, daarom beschouwen we de mens als een wezen levend in fundamentele spanningsvelden, zoals leven en dood, orde en chaos, geven en ontvangen, rede en gevoel, ideaal en werkelijkheid, ... Het is een uitdaging en opgave om die werkelijkheid te doorleven.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.


Profetie 11

satan is de geest van het kwade en zijn dienaren in de zichtbare wereld zijn de slechte mensen, de tegenstanders van Christus. Tijdens de tegenstand zal Maria de mens zoeken en hem de doorn van het kwade laten voelen. En zo zal de slechte mens, vermurwd, zich tot Maria en tot het goede keren en bevrijd worden van het kwaad. Vanaf dan zal de mens worden bevrijd van de bezetenheid van satan en opnieuw het kind van God worden. Een stuk ijzer uit de oven en komt er gezuiverd uit. Zo gebeurt het ook met de ziel in het vuur van de hemel. Vandaag biechten wij het kwade op, maar wij verjagen het kwade niet. Wij halen het slechte gras er uit, maar laten de wortels ervan steken. Wij blijven vastgeroest in de gewoonten van de vroegere mens.

Vertaling: Chris De Bodt

14-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.14 juni 2010
14 juni 2010

1. De Waarschuwing [6/15]

Lees dit

Al uw handelingen tegen Mij, de Liefde en tegen uzelf, zoals moorden, verkrachtingen, incest, verboden verkoop, illegale aankoop, fraude, pedofilie, overmatig seksueel genot, fysiek geweld, snoeplust, luiheid, overspel, heerszucht, manipulaties, complotten, opsluitingen, opstandigheden, verzet, liefdesweigeringen, ongehoorzaamheden, drankmisbruik, misbruik van medicijnen, drugsmisbruik, idolatrie, schandalen, immorele optochten, nalatigheden in verdelingen, handelingen tegen de natuur, handelingen tegen elk dierlijk wezen en hoeveel andere, alles wat van u is zal aan bod komen: u zult uw innerlijke ontdekken dat u al dit kwaad heeft laten doen.

De reden die u ertoe heeft gebracht om het kwade te doen door uw weigering om er u van Mij te verwijderen en waardoor u Mij, de Liefde hebt geweigerd, waardoor u uw naaste en uzelf hebt geweigerd om Mijn Liefde te geven, zal u getoond worden.

Ook de slechte invloeden van de televisie, radio, slechte films, duivelse muziek, wilde en smachtende dansen, ongezonde spelen, heimelijke plaatsen, plaatsen van losbandigheid, occulte wetenschappen, smokkel van verboden goederen, toverkunsten [en u weet, net als Ik, dat er nogal wat zijn], dat alles zult u kennen, want het zal niet mogelijk zijn om uw laagheid te verbergen.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 32/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Nieuw bisdom?

Rome, Italië, 20 maart 2010. Volgend op de aankondiging van verleden week, dat er een nieuwe commissie gevormd wordt om de mogelijke Mariaverschijningen te Medjuorje te onderzoeken, heeft een doorgaans goed geïnformeerde journalist over het Vaticaan, gerapporteerd dat er een nieuw bisdom zou kunnen worden gevormd in het gebied, waar Medjugorje zou ondervallen. Bepaalde gebieden, Mostar inbegrepen [waar Medjugorje zich nu onder bevindt], onder de bevoegdheid van een nieuw bisdom plaatsen, zou "een beter beheer van de toevloed van bedevaarders" betekenen.

De ervaren verslaggever over het Vaticaan, Andrea Tornielli, rapporteerde in de zaterdagse uitgave van "Il Giornale", een Italiaanse krant, over de nieuwe mogelijkheid van de oprichting van een bisdom dat Medjugorje onafhankelijk zou maken van het bisdom van Mostar, dat geleid wordt door Bisschop Ratko Peric. Deze laatste heeft zich meerdere malen minachtend uitgelaten over de authenticiteit van de verschijningen.

Tornielli schreef dat de beslissing om een nieuw bisdom op te richten, met als mogelijke zetel Makarska, in september jongstleden bijna was genomen, maar in laatste instantie werd afgewezen door het protest van Bisschop Peric. Het nieuwe bisdom zou gevormd worden uit gebieden die momenteel vallen onder de bisdommen van Dubrovnik, Mostar en Split.

Hiermee wordt duidelijk hoezeer het Vaticaan de huidige omstandigheden rondom de houding van de Bisschop van Mostar, Ratko Peric, betreurt. Ongetwijfeld wordt dit verhaal nog vervolgd.

3. Wetenschappers ontdekken doodsoorzaak van de Heilige Rosa van Viterbo [1234-6 maart 1252]

De heilige Rosa van Viterbo stierf in 1252. Vrijwel iedereen dacht dat tuberculose de boosdoener was, maar dat is onjuist, zo concludeerde een Italiaanse onderzoeksteam. Ze onderwierpen het stoffelijk overschot van de Middeleeuwse heilige aan een röntgenscan.

De onderzoekers scanden eerst het hart van Rosa. Daar vonden ze een bloedklonter dat waarschijnlijk tot een hartaanval heeft geleid. Daarna zochten ze in het lichaam van het meisje naar overblijfselen die erop wezen dat ze tbc had. Ze vonden niets. De wetenschappers sluiten dan ook uit dat de heilige Rosa door tuberculose om het leven is gekomen.

Rosa van Viterbo werd in 1457 heilig verklaard en is patroonheilige van ballingen en mensen die in het klooster geweigerd worden. Op driejarige leeftijd zou ze een persoon opnieuw tot leven hebben gebracht. Vanaf haar tiende preekte ze in de straten van Viterbo. Hoewel ze graag wilde intreden bij de Clarissen, werd ze keer op keer geweigerd. Wel was ze lid van de Derde Orde van de Franciscanen. Na haar dood werd ze, in opdracht van paus Alexander IX, in een glazen reliekhouder in het klooster bijgezet in het hetzelfde klooster dat haar keer op keer weigerde. Het lichaam van de Heilige Rosa ligt uitstekend bewaard opgeborgen in een glazen kist.


Het ongeschonden lichaam van de Heilige Rosa van Viterbo

In 1921 haalde een priester het hart van Rosa uit de reliekhouder om er een afzonderlijk reliek van te maken. De kerk in Viterbo gaf wetenschappers begin dit jaar de opdracht dat hart te bestuderen en met adviezen te komen om het te bewaren. Daarbij stuitten de onderzoekers op de bloedklonter dat Rosa het leven kostte. Op basis van de autopsie kon ook de leeftijd van Rosa min of meer worden vastgesteld. Ze was achttien of negentien jaar oud toen ze stierf.

4. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 175]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Jezus tot de kruisdood veroordeeld

Pilatus echter werd ongeduldig en met verachting schreeuwde hij hen toe: "Wat ik geschreven heb, blijft geschreven!" Dan wilden zij weer dat het kruis van Christus niet hoger boven Zijn Hoofd zou uitsteken dan dat van de moordenaars. Het moest echter hoger gemaakt worden, want door een aantal mislukkingen die zich bij het werk hadden voorgedaan, was het bovenstuk te kort geworden, zodat men daar Pilatus’ opschrift niet kon aanbrengen. De opperpriesters wezen eerst op het feit dat er geen ruimte was voor dat opschrift en vervolgens protesteerden zij tegen de verhoging van het kruis en dat allemaal omdat zij wensten af te komen van de aan Jezus verleende titel, waarin zij voor zichzelf een belediging zagen. Pilatus verwierp hun protest en zo werden zij verplicht om de kruisstam een eind te verlengen.

Aldus verkreeg het kruis, omwille van allerlei omstandigheden, deze zinrijke vorm, die mij herhaaldelijk te zien werd gegeven. Ik zag namelijk het kruis altijd zo, dat de twee armen, zoals de takken van een boom, uit de stam naar omhoog liepen en zonder het verlengstuk zou het er nagenoeg als een Y hebben uitgezien. De twee kruisarmen waren dunner dan de stam waarin zij, door middel van een verbinding met een opening en een pen, werden bevestigd. Om het geheel sterker te maken sloeg men onder elke verbinding nog een spie. Daar nu de stam aan de bovenkant te kort was geworden en geen plaats kon bieden voor het opschrift, moest men er een stuk aan toevoegen. De stam werd tevens voorzien van een blokje, als steunpunten voor de voeten van de gekruisigde.

Terwijl Pilatus het onrechtvaardige vonnis uitsprak, zag ik dat Claudia Procle, zijn vrouw, hem het pand terugzond en de verbintenis met hem verbrak. Ik zag ook hoe zij ’s avonds heimelijk uit het paleis zou wegvluchten naar de vrienden van Jezus en verborgen zou worden in een overwelfde ruimte onder Lazarus’ huis te Jeruzalem. In verband met het schandelijk vonnis van Pilatus en de vlucht van zijn vrouw, zag ik eveneens hoe een van Christus’ vrienden twee regels ging krassen in een groene steen aan de achterkant van het Gabbatha. Ik herinner mij dat in die twee regels de naam van Pilatus’ vrouw voorkwam, alsmede de woorden "judex injustus." Ik weet niet meer juist of dit laatste vandaag is gebeurd, dan wel een tijd na deze dag, alleen weet ik nog dat daar op het Forum een dichte troep mannen stonden te praten en een soort haag vormden rondom hèm die de regels in de steen grifte. Ook heb ik gezien dat die steen zich thans, door niemand herkend, nog te Jeruzalem bevindt, onderaan een huis of een kerkfundering, op de plaats waar vroeger het Gabbatha was. Claudia Procle kreeg de nieuwe naam Christine en zocht later de apostel Petrus op en werd bijzonder met hem bevriend.

5. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 175]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Hebt ge nooit uzelf vervloekt: "Ik wou dat ik nooit geboren was ... Was ik maar dood ... Ik wou dat ik dit leven nooit had gekend?" Ook dat zijn grote zonden, broeders, maar velen vinden het niet de moeite waard om ze te biechten, ze denken er zelfs niet aan! Ik zeg u nogmaals dat ge niets moogt vervloeken: noch uw kinderen, noch uw vee, noch het weer, want met dat alles vervloekt ge wat de goede God heeft geschapen volgens zijn heilige wil. De kinderen moeten zorgen dat ze hun ouders nooit aanleiding geven om hen te verwensen, want dat is het grootste van alle ongelukken. Maar al te dikwijls wordt een kind dat door zijn ouders is vervloekt, ook door God vervloekt. Iemand die u iets gedaan heeft wat u ergert, zult ge niet naar de duivel wensen, maar veel beter is het tot hem te zeggen: "God zegene u!" Dan zult ge werkelijk goede dienaren zijn van Hem, die het kwade met het goede vergeldt.

Tenslotte vallen onder het tweede gebod nog de zogenaamde geloften. Nooit moogt ge geloften afleggen zonder u van tevoren te bezinnen. Er zijn mensen die alle heiligen des hemels iets beloven, als ze ziek zijn, maar later doen ze niet de minste moeite om hun geloften te volbrengen. Bovendien moet ge zorgen dat ge ze volbrengt zoals het hoort, dit wil zeggen, in een staat van genade. Hoeveel zonden worden er niet bedreven doordat men zijn geloften niet of niet goed nakomt! In plaats van God te behagen, beledigt men Hem!

Als ge mij nu zoudt vragen, broeders, waarom er zo velen zijn die vloeken, die valse eden afleggen, die hun evennaaste verwensen, die de goede God belasteren of verloochenen, dan zou ik u antwoorden dat diegenen die zich aan dit afschuwelijke kwaad overleveren, godsvrucht, noch geloof, noch geweten, noch deugdzaamheid bezitten. Het zijn voor een groot deel mensen die God te rug hebben toegekeerd. Hoeveel gelukkiger zouden we ons voelen, wanneer we onze tong, die door het Heilig Doopsel aan God is toegewijd, enkel en alleen zouden gebruiken om te bidden en Gods lof te zingen! Want daarvoor heeft de Schepper ons een tong gegeven. Laten we haar aan God opdragen, broeders, opdat we Hem na dit leven voor eeuwig mogen prijzen in de hemel. Dat wens ik u toe!

Vertaling: Chris De Bodt

6. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 175]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Vele ouders zeggen vandaag dat Christelijke ouders veel te autoritair zijn met hun kinderen. Wat is uw antwoord op deze opmerking.
Maria: Geen enkele ouder mag te autoritair zijn over zijn kinderen, want als ze dit doen, zullen ze spoedig hun gehoorzaamheid, genegenheid en steun verliezen. Er zijn veel ouders die te autoritair zijn met hun kinderen en die helemaal geen Christen zijn. Die opmerking is dus niet echt verdedigbaar. Christelijke ouders zouden veel meer gezaghebbend moeten zijn in plaats van autoritair. Bepaalde striktheden komen al vlug in het leven van een kind. De ouders die de waarheid kennen over God moeten hen later groot brengen met veel liefde. Steeds alles weerhouden door te zeggen "doe dit niet," of "doe dat niet" is in geen enkel geval Christelijk. De ouders zouden rechtlijnig het "doe wel" moeten benadrukken, het positieve, maar er eveneens onmiddellijk alle nodige uitleg bij verschaffen zodat het kind dit kan begrijpen. Vertel hen dat het goede tot hen komt met het positieve. De ouders zouden Gods Barmhartigheid moeten navolgen en altijd deze barmhartigheid en vriendelijkheid moeten tonen aan hun kinderen.

Nicky: We weten dat zonder de plichten binnen de familie, de maatschappij helemaal geen kans maakt, maar waarom hebben we ook de plicht om anderen, buiten onze familie, te helpen?
Maria: Het begrip familie is een betrekkelijk begrip. Ergens zijn we allen verbonden met elkaar, ongeacht wat wetenschappers ook anders mogen zeggen. We zijn één familie en enkel één familie.

Over dit onderwerp vertelde mij een Arme Ziel dat iemand die niet zijn best doet voor de anderen, het leven niet waard is. In onze zoektocht naar Gods rechtvaardigheid, denk ik dat de zaken veel duidelijker worden wanneer we binnen een familie-eenheid kijken zoals we dit normaal definiëren. Wij zijn verantwoordelijk en bekwaam om onze overgrootouders te helpen zoals we voor de achterkleinkinderen moeten zorgen. Voor de eersten moeten we bidden en goede daden doen en de laatsten moeten we een vredevol, vruchtdragend, gezond en vreugdevol leven in geloof schenken.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

7. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 19]

Lucia’s twijfels en verzoeken

Rond deze tijd kwam onze parochiepriester te weten wat er allemaal gebeurde en vroeg mijn moeder om mij mee te nemen naar zijn pastorie. Het was alsof mijn moeder opnieuw kon ademen, nu ze dacht dat de priester de verantwoordelijkheid voor de gebeurtenissen op zich zou nemen. Daarom zei ze tot mij: "Morgen is het eerste was we gaan doen, naar de Mis gaan en dan gaat u naar de pastorij van de Eerwaarde Vader. Laat hem maar doen om de waarheid te achterhalen, op welke manier ook. Laat hem u straffen. Laat hem doen wat hij maar wenst te doen met u, zolang hij er maar in slaagt u te doen toegeven dat u gelogen hebt. Pas dan zal ik tevreden zijn."

Mijn zussen namen het op voor mijn moeder en vonden eindeloze bedreigingen uit om mij schrik aan te jagen voor mijn gesprek met de parochiepriester. Ik vertelde Jacinta en Francisco er alles over. "Wij gaan ook," antwoordden zij, "De Eerwaarde Vader vertelde aan onze moeder om ons eveneens daarheen te nemen, maar zij heeft zo geen dingen tot ons gezegd. Oh, het geeft niet! Als ze ons verslaan, zullen we lijden uit liefde voor Onze Heer en voor de zondaars."

De volgende dag stapte ik naast mijn moeder zonder de hele weg een woord tot elkaar te spreken. Ik moet toegeven dat ik beefde van de gedachte van wat er stond te gebeuren. Tijdens de Mis offerde ik mijn lijden op aan God. Daarna volgde ik mijn moeder vanuit de kerk naar de pastorij. We begonnen aan de trappen die leidden tot de veranda. We hadden maar een paar treden beklommen toen mijn moeder zich omdraaide en het uitriep: "En verveel mij niet langer meer! Vertel de Eerwaarde Vader dat u gelogen hebt, zodat hij op zondag in de kerk kan zeggen dat het allemaal een leugen was en dat daarmee een einde is gekomen aan de hele zaak. Wat een mooie verhaal is dit! Al het volk loopt naar de Cova de Ira, gewoon om te bidden voor een steeneik."

Vervolgens klopte ze aan de deur. De priestermeid opende en nodigde ons uit om neer te zitten op een zitbank en er te wachten. Tenslotte verscheen de parochiepriester. Hij nam ons in zijn studeerkamer en wenkte mijn moeder om te gaan zitten. Hij bekeek mij vanachter zijn bureel. Toen ik bemerkte dat Zijne Eerwaarde mij heel vriendelijk en rustig ondervroeg, stond ik verbaasd. Ik was nog steeds bevreesd, maar enkel van wat nog moest komen. De ondervraging was heel gedetailleerd en, ik zou durven zeggen, vermoeiend. Zijne Eerwaarde besloot met de korte opmerking: "Het lijkt me niet dat dit een onthulling uit de Hemel is. Het is in dergelijke gevallen gebruikelijk dat Onze Heer de zielen vertelt voor wie deze onthullingen bestemd zijn zodat zij hun biechtvader of parochiepriester rekenschap kunnen geven van het gebeurde. Maar dit kind daarentegen, houdt zoveel mogelijk alles voor zichzelf. Dit kan ook een misleiding van de duivel zijn. We zullen zien. De toekomst zal ons tonen wat we hier allen moeten over denken."

Vertaling: Chris De Bodt

8. Manon des Sources [1/14]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Manon des sources is een Italiaans-Franse dramafilm uit 1987, geregisseerd door Claude Berri. De film is gebaseerd op de tweedelige roman van Marcel Pagnol uit 1966 en is een vervolg op Jean de Florette.

Tien jaar na de dood van Jean, gaan de zaken goed voor Ugolin en zijn oom César ‘Papet’ Soubeyrans [Yves Montand]. De bron die ze voor Jean verstopt hadden, zorgt nu voor een bloeiende anjerkweek. Manon [Emmanuelle Béart], de dochter van Jean, werkt in de streek als geitenhoedster en is ondertussen opgegroeid tot een mooie, schijnbaar argeloze, jonge vrouw. Haar ontwapenende schoonheid brengt het hoofd van Ugolin op hol. Uiteindelijk wreekt zij zich voor het onrecht dat tot haar vaders dood heeft geleid.

Dit Franse drama is uitgebracht in 1987 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu, Hyppolyte Girardot en Emmanuelle Béart. In 1987 won Emmanuelle Béart de César voor beste vrouwelijke bijrol.
De film duurt 113 minuten.



9. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 35: Catherina's geheim [Aflevering 230]

"Haar gezicht was van zo’n schoonheid dat ik het niet kon beschrijven. Plots zag ik ringen aan haar vingers, drie aan elke vinger, de grootste aan de basis van de vinger, een middelgrote in het midden en de kleinste aan de vingertop. Elke ring was bezet met edelstenen, de ene al wat mooier dan de andere. Er kwamen grote stralen uit de grotere edelstenen en kleine uit de kleinere edelstenen. De stralen verlichtten de basis, zodat ik de voeten van de H. Maagd niet kon zien. Op dat moment, terwijl ik haar aanschouwde, keek de H. Maagd me aan. Ik hoorde een stem die de volgende woorden sprak: ‘Deze wereldbol die je ziet vertegenwoordigd de hele wereld, vooral Frankrijk, en ieder persoon apart."

Maria toonde aan Cathérine het Heilig Hart, omringd door doornen, en haar eigen hart, doorstoken met een zwaard. Dan strekte de H. Moeder haar stralende handen uit en zei: "Aanschouw het symbool van de genaden die ik uitstort over zij die er om vragen." Er vormde zich een ovalen omlijsting rond haar met daarop de woorden: "Oh Maria zonder zonde ontvangen, bid voor ons die onze toevlucht tot u nemen!" Er waren ook twaalf sterren rond haar hoofd zoals in [Openbaring 12:1]. Ze zei aan Cathérine om een medaille te laten maken naar het model van de verschijning. In haar handen hield ze een kleine wereldbol met een kruis bovenop, en ze bad terwijl ze hem aan Jezus opdroeg. "Ik hoorde het niet maar begreep dat ze voor de hele wereld aan het bidden was," zei Cathérine, "en ze hield de wereldbol dicht bij haar genadig hart terwijl ze hem met onuitsprekelijke liefde bekeek." Op het moment dat Maria de wereldbol tegen haar borst drukte, "schoten er lichtstralen uit de diamanten en andere edelstenen aan haar handen."

Cathérine gaf deze informatie in het geheim aan haar biechtvader en ging vervolgens in het klooster, waar ze zich volledig van de wereld terugtrok en als een gewone wasvrouw voor de zwakken werkte, en ouder werd terwijl ontelbare medailles verspreid werden. In een periode van tien jaar werden er, door een Parijse firma alleen al, twintig miljoen geslagen. Zesenveertig jaar lang verzweeg Cathérine dat zij het was die de visioenen van de Wonderdadige Medaille had gekregen, tot ze zichzelf net voor haar dood bekend maakte om een ander verzoek van de Maagd, in verband met een bepaald beeld, in te willigen.

De medaille werd één van de drie sacramentaliën die liturgisch zouden vereerd worden, samen met de bruine scapulier en de rozenkrans. Een Engelse bisschop verklaarde: "Behalve het Heilig Kruis werd er geen ander Christelijk symbool zo wijd verspreid of gebruikt als instrument voor zo vele prachtige resultaten." Eén van de mirakels was dat van een koppige Joodse atheïst, een rijke advocaat en bankier met de naam Alphonse Ratisbonne, die een verachting had voor het Christendom. Hij droeg één van de medailles om een vriend een plezier te doen of als een soort uitdaging, maar kreeg dan zelf een verschijning van Maria toen hij in de Kerk van Sant’Andrea in Rome op z’n vriend wachtte. "Ik was pas een minuut of twee in de kerk toen ik bevangen werd van een angstig gevoel," vertelde de Franse atheïst achteraf. "Ik keek rond en het hele gebouw leek verdwenen te zijn, behalve één kleine kapel, en daar, te midden van een zee van licht boven het altaar, stond de Heilige Maagd zoals ze te zien is op de Wonderdadige Medaille. Ik ging naar haar toe. Ze gebaarde me om neer te knielen en leek dan te zeggen, "Zo hoort het"

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

10. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 122]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Het "testament" van Johannes XXIII

Op 25 februari 1963 had Broeder Roger een allerlaatste onderhoud met Johannes XXIII die een diepe indruk op hem naliet en voor hem het geestelijk testament van de paus betekende. Broeder Max en Broeder Alain vergezelden de prior. "Mgr. Dell’Acqua had een dag uitgekozen waarop de paus geen pijn had, zei Roger Schutz later, zodat we tijd hadden om te praten. [...] De Kerk bestaat uit steeds verbredende concentrische cirkels, zei Johannes XXIII. In welke cirkel we thuishoorden zei hij niet. Maar we begrepen dat we ons, in onze situatie, geen zorgen moesten maken, we behoorden tot de Kerk."

De paus had begrepen ‘dat het niet om bekering ging in Taizé’, maar om een oecumene, dus een toenadering. Tijdens het gesprek stelde hij zich streng op tegenover het Heilig Officie en, vertelde Broeder Roger, "we zagen tranen op zijn wangen rollen omdat, zo zei hij ons, omdat sommige van zijn voornemens onlangs verdraaid werden."

Dit was een beslissend moment in de geestelijke en kerkelijke evolutie van de prior van Taizé. Hij herhaalde het dikwijls: "Voor de rest van mijn leven ben ik getekend door die man en misschien vooral door het laatste onderhoud dat ik meemaakte met hem. Sinds de dood van Johannes XXIII ben ik overtuigd dat zijn profetische zending voor eenheid werd geweigerd en dat zodoende het uur van de oecumene werd gemist."

De ontgoocheling zou maar opkomen daags na het concilie. Nu kon de prior van Taizé de nieuwe belangstelling voor de Gemeenschap van vele katholieken aanvoelen. In maart 1963 werd hij uitgenodigd om in Sevilla de openingsrede van het colloquium van katholieke Intellectuelen te houden. Kardinaal Bueno y Monreal ontving hem op het aartsbisdom. Hij gaf een persconferentie die in vele Spaanse dagbladen en in "La Croix" verscheen. In dit diep katholieke land trachtte hij ‘Luther kritisch te bekijken’ zoals hij niet zonder fierheid aan Visser’t Hooft meedeelde. Hij wou aantonen hoe Luther ‘een scherp gevoel voor de Kerk’ had en hoe ‘een gewetensdrama het was die hem leidde tot de genomen en gekende beslissing’. Maar de prior van Taizé verzweeg voor de secretaris generaal van de COE dat hij in dezelfde mededeling ook het Opus Dei loofde: "als ik zie hoe een man als lid van een seculier instituut zich beroepshalve inzet en tegelijk niet vergeet aan het enige noodzakelijke te voldoen, namelijk de Heer aanschouwen die zich dag na dag in de Eucharistie vernieuwt."

Tegelijk maakten de Broeders Robert en Didier een veertiendaagse rondreis door het land om de vertegenwoordigers van de verschillende protestantse strekkingen in Spanje te ontmoeten. Terug thuis schreef Broeder Robert een uitgebreid en vurig verslag dat hij naar de protestantse instanties en de secretaris generaal van de COE zond.

Om nog beter zijn verankering in het protestantisme te onderstrepen nam Taizé in 1963 deel aan de stichting van de ‘Afdeling voor gemeenschapsonderzoek’ dat door de Vereniging van het Franse protestantisme was opgericht en maakte de facto deel uit van de FPF.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Jezus' tijdgenoten [aflevering 64]

Woordenboek: Letter D

Eleazar, zoon van Simon

Eleazar ben Simon was de leider van de Zeloten, een bende Joodse opstandelingen die de Romeinen bestreden tijdens de eerste opstand tegen Rome [66-70 na J.C.]. Ze waren nog meer gekant tegen de andere groepen Joden van Jeruzalem. Bij de aanvang van de vijandelijkheden vielen Eleazar en zijn manschappen de aanhangers van Menahem aan, zoon van Judas de Galileër en doodden hem met zijn luitenant Absalom. Ze dragen ook de verantwoordelijkheid over de moord van de vroegere hogepriester Ananias, zoon van Nebedeus, en van zijn broer Ezechias.

Zij vochten tegen de legers van Cestius Gallus, Vespianus en Titus Flavius. Tijdens deze oorlog, die begon in 66 na Christus en eindigde met de volledige vernietiging van de Joodse tempel in 70 na Christus, vocht hij hevig tegen de Romeinse garnizoenen in Judea en tegen zijn Joodse tegenstanders en dit met het oog op het vestigen van een onafhankelijke Joodse Staat te Jeruzalem.

Alhoewel de Joodse nederlaag niet volledig kan worden toegeschreven aan Eleazar ben Simon, resulteerde zijn onvermogen om eenheid te sluiten met Johannes van Gischala en Simon bar Giroas in een bittere burgeroorlog die de Joodse weerstand tegen de Romeinen erg verzwakte. Eleazar ben Simon en zijn radicale anti-Romeinse poltiek en het uitroeien van de gematigde aristocraten uit Jeruzalem in 67 na Christus, verhinderde eveneens enige vredevolle coalitie met Rome om zo het einde van een tijdperk voorkomen, welke zich voltrok in 70 na Christus.

Vertaling: Broeder Joseph

12. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 79]

Het wonder van Paterno, Italië [1772]

Het was 18 januari 1772 toen de mensen van de Petruskerk er voor het eerst achterkwamen dat het tabernakel van de kerk was onteerd en dat de twee cibories, met daarin geconsacreerde Hosties, werden vermist. Verward, maar ook kwaad, zochten de mensen de stad af voor de Hosties, en voor de vandaal die ze had meegenomen. Hun motivatie nam na een paar weken echter af omdat ze noch de Hosties, noch de vandaal konden vinden.

Enige tijd later, in een landhuis van de Hertog van Grottolelle niet zo ver buiten de stad, waren de buren verbaasd toen ze ’s nachts op het landgoed licht zagen komen van de grond dat leek op schijnende sterren. Elke nacht straalde die plek, en uiteindelijk dacht men dat het ging om een bovennatuurlijke kracht die de plaats aanwees waar de gestolen Hosties gevonden konden worden. Daarom gingen een paar vrome mannen naar het landgoed om het gebied te onderzoeken en te zoeken naar de Hosties, maar zonder resultaat.

Toen, op 24 februari, zagen de mensen een grote vlam huppelend rond een baal stro dat op het veld lag. Toen ze van dit nieuwe fenomeen hoorde, kwam er nog een grotere groep mensen om dit te zien met eigen ogen. Maar na grondig onderzoek gaven de meeste mensen, teleurgesteld, de hoop toch weer op. Ze gingen terug naar de stad toen ze weer door een paar mannen, die waren achtergebleven, werden terug geroepen. Vier mannen uit de groep keerden terug: Tommaso Piccido. Giuseppe en Giovanni Orefice, en Carlo Marotta.

Ze waren net terug bij de plek aangekomen toen ze alle vier werden gegrepen door een onzichtbare en onweerstaanbare kracht die ze op de grond drukten. Met grote moeite stonden ze op en toen werden ze gegroet door een grote lichtbal die uit een nabijgelegen dennenboom kwam. In het midden van deze bol was een oogverblindende witte duif. Hij steeg een paar meter boven de grond en vloog toen terug naar de boom en verdween in een vloed van licht.

Meerdere mensen begonnen gelijk te graven aan de voet van de boom en uiteindelijk ontdekte één van de gravers de Heilige Hosties, welke maar een paar centimeter onder de grond waren begraven. Een priester van de kerk verzamelde de Hosties in een schone linnen doek en, tussen grote vreugde en opluchting, werden de Hosties terug gebracht naar het tabernakel.

Maar het eindigde hier niet. De volgende avond verscheen er opnieuw een licht op het veld. Daarom dachten de meeste mensen dat er nog meer Hosties waren die gevonden moesten worden. Een nieuwe zoektocht werd begonnen, maar zonder resultaat. De nacht daarna verschenen er een aantal vlammetjes in de buurt van een baal stro. Een lichtgevende gloed leek wel van de aarde te komen en daarna weer in de grond te verdwijnen. Opnieuw begonnen de mensen met een zoektocht en toen ze een stuk weg gegraven hadden vonden ze een groot aantal Heilige Hosties onder de grond.

13. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Er zijn getuigenissen in overvloed over de hulp van Praxedes aan de armen en zelfs aan hen met besmettelijke ziektes, en zij die de sacramenten nodig hadden. Al diegenen die Praxedes kenden waren meer dan dankbaar voor haar hulp, en beschouwden haar als een heilige. Eén bedelaar noemde haar "de moeder van de armen." Die uitspraak moet Praxedes plezier gedaan hebben.

Toen de plagen van tyfeuze koorts en darminfecties door de buurt trokken, was Praxedes één van de getroffenen. Ze had dysenterie en moest overgeven, en ze was genoodzaakt in bed te blijven. Dit was de eerste keer dat ze ernstig ziek was geweest. Naast deze problemen had ze ook pijn door appendicitis, en dit alles offerde ze aan God. Uiteindelijk kreeg ze buikvliesontsteking, wat enorme pijn veroorzaakt maar die ze verbeet zonder ook maar één kreun. Na een paar dagen overleed Praxedes, in het bijzijn van twee priesters. In haar rouw riep Amalia, Praxedes’ moeder uit: "Mijn dochter was een heilige."

De begrafenis vond de volgende dag plaats, op 7 oktober, het feest van de Heilige Rozenkrans. Door de burgeroorlog die toen in Spanje woedde, werden er meerdere begrafenissen tegelijk gedaan. Al wie op het Oude Kerkhof van Oviedo was begraven, werd achteraf overgebracht naar een gemeenschappelijk graf op het moderne kerkhof van San Esteban de la Cruces. Om die reden werd het graf van deze heilige vrouw nooit teruggevonden, maar later stelde men vast dat ze was begraven geweest op de plaats waar vandaag het Aartsbisschoppelijk seminarie van Oviedo staat.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

14. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 45]

Aan Paus Pius IX

Ik bid elke dag tot het Geheiligde Hart van Jezus en het Onbevlekte Hart van Maria om u nog lang onder ons te houden, omdat u hen zo goed doet kennen en liefhebben. Ik heb het zoete vertrouwen dat de Geheiligde Harten zich verwaardigen deze in mijn hart zo dierbare wens te verhoren. Het schijnt me toe, wanneer ik overeenkomstig de intenties van Uwe Heiligheid bid, dat de Heilige Maagd vanuit de hemel vaak haar moederlijke blik op u doet neerkomen, zeer Heilige Vader, omdat u haar Onbevlekt hebt geproclameerd. Ik geloof graag dat u bij de heilige Moeder bijzonder geliefd bent, omdat zij, vier jaar nadien, zelf op aarde is komen zeggen: "Ik ben de Onbevlekte Ontvangenis."

Ik wist niet wat dit betekende, ik had dat woord nog nooit gehoord. Sedertdien, wanneer ik erover nadacht, zei ik vaak tegen mezelf dat de Heilige Maagd goed is. Men zou zeggen dat zij gekomen is om de uitspraak van onze Heilige Vader te bevestigen. Ik hoop dat deze goede Moeder mededogen met haar kinderen zal hebben, en dat zij zich verwaardigen zal nogmaals haar voet op het hoofd van de kwaadaardige slang te zetten, om aldus een einde te maken aan de beproevingen van de Heilige Kerk en de pijn van haar Verheven en Welbeminde Pontifex.

Ik kus in alle nederigheid uw voeten
en ik ben,
met het diepste respect,

Zeer Heilige Vader,
Van Uwe Heiligheid,
Uw nederige en dienstwillige dochter,

Zuster Marie-Bernarde Soubirous
Religieuze van de Barmhartigheid
en het Christelijk Onderwijs te Nevers

15. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Mensbeeld

Elke menselijke handeling wordt gedragen door een al dan niet uitgedrukte of verwoorde visie op de mens. Alles wat we doen, getuigt dus van een bepaalde manier van kijken. Het salesiaanse opvoedingsproject vertrekt van een eigen mensbeeld, gebaseerd op Don Bosco's integrale visie op de mens. Het ziet in elke jongere verschillende, elkaar aanvullende dimensies.

Dit mensbeeld vertrekt van een kijk op de mens in zijn totaliteit. Niemand kan immers herleid worden tot een deelaspect van zijn bestaan. In het omgaan met mensen, ook in de opvoeding, horen alle aspecten aan bod te komen: het lichamelijke, technische, muzische, politieke, spirituele, ... Al die aspecten samen maken de mens tot een uniek wezen.

De mens is bovendien een dynamisch wezen, is door tal van factoren steeds in ontwikkeling en nooit 'af'. Ontwikkeling is echter geen continu en rechtlijnig gebeuren; de mens leert voortdurend bij, maar soms ook af, en dat op verschillende domeinen. De mens is met andere woorden nooit dezelfde. Er is steeds evolutie.

Omdat iedere mens op een eigen wijze en eigen ritme alle aspecten van het bestaan integreert, is hij ook een uniek wezen. Hij is nooit een kopie van een ander, maar heeft een originele persoonlijkheid met een aantal typerende trekken en een eigen karakter. Dat betekent dat ieder mens ook in zijn eigenheid erkend moet worden.

16. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 10

Maria, o Mysterie, Maria komt tot voor de verloren kinderen en deze verloren kinderen zijn wij allen, de hele mensheid, en zij zegt: "Kom, Ik hou van u! Maria; Zouden de generaties mij gelukzalig verklaard hebben, zonder uw gelukkige erfzonde? Ik heb aan jou mijn glorie te danken, arm kind: ontvang van mij het heil!"

Vertaling: Chris De Bodt

17. 365 dagen met mijn engelbewaarder

"365 dagen met mijn engelbewaarder" is bijgewerkt tot en met 27 juni [zie rubriek gebeden].

Henk


11-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.11 juni 2010
11 juni 2010

1. De Waarschuwing [5/15]

Lees dit

De gevoelens van wrok, afgunst, begeerte, woede, frustratie, hoogmoed, gierigheid, angst, jaloezie, haat, superiorteit, hypocrisie, onverschilligheid, perversheid, egoïsme, van kwaadwilligheid en andere, die schadelijk geweest zijn voor uw ziel en die van uw naaste en die ingingen tegen de Liefde, zullen niet meer in u verborgen kunnen blijven. U zult weten wat ze met u hebben aangericht, of wat u anderen hebt aangericht en er het gewicht van dragen.

Uw kleinste gedachten tegen Mij, de Liefde, tegen uw naaste en tegen uzelf, zoals de gedachten van onzuiverheid, begeerte, vernietiging, wraak, gulzigheid, oordeel, ontrouw, valsheid, luiheid, ontucht en vele anderen gedachten die u hebben gevoed, zullen u getoond worden.

Al uw woorden, zelfs deze die enkel in uzelf zijn uitgesproken, die gericht waren tegen Mij, de Liefde, tegen uw naaste en tegen uzelf, zoals uw opmerkingen, oordelen, zwarte humor, leugens of heiligschennissen, uw beledigingen, onbeschaamdheden, de spot, het kwetsen en het pesten, valse meningen, laster, kritiek, meineed, dwaasheid, slechte onderscheidingen en andere: niets van dit alles zal voor u verborgen blijven en u zult niet kunnen zeggen dat u onschuldig bent aan deze feiten.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 31/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Vierde Onderzoekscommissie

De samenstelling van deze Commissie

In de Commissie zetelen vijf kardinalen: Jozef Tomko, Julian Herranze Casado, Vinko Puljic, Josip Bozanic en Camillo Ruini. Deze laatste zetelt als voorzitter.

Secretaris is Achim Schütz, bijgestaan door Krysztof Nykiel.

Overige namen zijn David Maria Jaeger, Salvatore Perrelli, Pierangelo Sequeri, Josef Kijas, Tony Anatrella, Franjo Topic, Nela Veronica Gaspar, Mijo Nikic and Mihaly Szentmartoni.
  • Kardinaal Camillo Ruini: Italië, gewezen Vicaris-generaal van Rome, gewezen voorzitter van de Italiaanse Bisschoppelijke Conferentie. Voorzitter van de Commissie. Geboren op 19 februari 1931.
  • Kardinaal Vinko Puljic: Bosnië-Herzegovina, Aartsbisschop van Vrhbosna, Sarajevo. Geboren op 8 september 1945.
  • Kardinaal Josip Bozanic: Kroatië, Aartsbisschop van Zagbreb. Geboren op 20 maart 1949.
  • kardinaal Jozef Tomko; Slovakije, gewezen secretaris generaal van de Wereldbisschoppensynode en voormalig pro-prefect van de Congegratie voor de Evangelisatie van de Volkeren, gewezen voorzitter van de Pauselijke Commissie voor de Internationale Eucharistische Congressen. Geboren op 11 maart 1924.
  • Kardinaal Julian Herranz Casado: Spanje, voormalig voorzitter van de Pauselijke Raad voor de Wetteksten. Herranz is slechts één van de twee kardinalen die lid zijn van Opus Dei. Hij is de hoogste geestelijke in Opus Dei, volgens de Rooms-katholieke hiërarchie. Hij is tevens een groot expert op het gebied van het canonieke recht en werd vlak voor de dood van paus JP II gezien als een van meest invloedrijke mannen in het Vaticaan. Geboren op 31 maart 1930.
  • Aartsbisschop Angelo Amato: Italië, Voormalig secretaris van de Congregatie voor de Geloofsleer. In die hoedanigheid ondertekende hij de kerkelijke sancties tegen de voormalige Broeder Tomislav Vlasic. Pro-prefect van de Congegatie voor de Heilig- en Zaligsprekingsprecoessen. Geboren op 8 januari 1938.
  • Fr. Franjo Topic: Kroatië, Prof. in de Theologie, Voorzitter van de Koratische Culturele Gemeenschap "Progress" in Sarajevo.
  • Fr. Mijo Nikić: Kroatië, Voorzitter van de Jezuïetenorde en Professor in de religieuze psychologie aan het Jezüïeteninstituut van de universiteit van Zagreb.
  • Zuster Nela Veronica Gaspar: Kroatië, Prof. in de Theologie te Rijeka [enig vrouwelijk Commissielid].
  • Fr. Szentmartoni Mihaly: Servië, Jezuïet Voorzitter van het Geestelijk Instituut aan de Pauselijke Gregoriaanse Universiteit te Rome. Als professor in de klinische psychiatrie, maakte hij reeds deel uit van het medische comité van de eerste commissie die geleid werd door de Joegoslavische Bisschoppenconferentie. Het was dit comité, dat bestond uit zes deskundigen, dat tot het besluit kwam dat er mentaal niets verkeerd was met de zieners en dat er zich ook geen tekenen vertoonden bij hen van psychotische aandoeningen, of enig ander fenomeen van die aard. Geboren op 22 februari 1945.
  • Fr. David Maria Jaeger: Franciscaan, Israël, Raadgever van de Pauselijke Raad voor de Wetteksten, Woordvoerder van de Franciscanen te Israël. Zijn ouders waren beiden Joods. Hijzelf bekeerde zich tot het Katholieke godsdienst. Voormalig priester te Austin, Texas.
  • Salvatore M. Perella: Mariaal Priester, Vice Deken en Docent-Marioloog aan het Pauselijke Marianum Faculteit.
  • Mgr. Pierangelo Sequeri: Professor in de fundamentele theologie voor Noord-Europa te Milaan, auteur, musicus. Een van de meest vooraanstaande Italiaanse theologen en vorig jaar door Benedictus XVI aangeduid om te zetelen in de Internationale Theologische Commissie. Geboren in 1944.
  • Fr. Zdzislaw Jozef Kijas, Franciscaan, secretaris van de Pauselijke Academie van Maria Immaculata te Rome, Docent aan de theologische faculteit Sint Bonaventure in Rome.
  • Mgr. Tony Anatrella Frankrijk, Psychoanalyst en Marioloog, professor aan de Universiteit van Parijs en raadgever van de Pauselijke Raad voor het Gezin en de Pauselijke Raad voor de Gezondheidswerkers.
  • Dr. Achim Schütz: Duitsland, Secretaris van de Commissie, Prof aan de Lateraanse Universiteit van Rome en deskundige inzake religieuze fenomenen.
  • Krzysztof Nykiel: Polen, afgevaardigde en assistent-secretaris van Achim Schütz, afgevaardigde in de Congregatie voor de Geloofsleer. gewezen lid van de Pauselijke Raad voor Pastorale Zorg van Migranten en Reizigers: Geboren op 28 februari 1965.
Op 24 maart jongstleden heeft de Commissie, gedurende een periode van drie dagen, reeds een eerste maal beraadslaagd te Rome.

3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 174]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Jezus tot de kruisdood veroordeeld

Van op zijn rechterstoel schreef Pilatus ook nog het vonnis en enkelen, die achter hem zaten, schreven het meer dan driemaal over. Boden werden uitgestuurd want bepaalde dingen moesten door andere personen mede ondertekend worden. Terwijl ik hem daarbij bezig zag, was het alsof hij het tegen zijn wil neerschreef, in een pijnlijke verwarring van het gemoed, en alsof een toornige engel zijn handen vasthield.

Iets algemeen herinner ik me wel daarover: de inhoud was ongeveer als volgt: "Noodgedwongen en ertoe gedreven door de opperpriesters, het Sanhedrin en het met opstand dreigende volk, die de dood van Jezus van Nazareth eisten, door hem te beschuldigen van opruien, godslastering, overtreding der de wetten, etc., beschuldigingen die ik echter niet gegrond kon vinden, heb ik de Joden, ten einde te vermijden dat ze mij bij de keizer zouden aanklagen als een voor hen onrechtvaardige rechter en een bevorderaar van de opstand, de genaamde Jezus als een misdadiger tegen hun wetten overgeleverd om gekruisigd te worden met twee andere, reeds veroordeelde misdadigers, wiens terechtstelling was uitgesteld op aandringen der hogepriesters, die wensten dan Jezus tegelijk met de bedoelde booswichten sterven zou."

Hier schreef de ellendeling dus iets totaal anders dan de eerste keer. Nadien schreef hij ook nog in drie regels het opschrift voor het kruis, met vernisverf op een donkerbruin plankje. Het stuk, waarvan ik de inhoud zojuist heb weergegeven, werd ontelbare keren overgeschreven. Men stuurde afschriften naar verschillende plaatsen. De opperpriesters waren er niet mee akkoord en twistten erover met Pilatus. Zij waren vooral tegen het gedeelte waarin hij geschreven had, dat zij hadden verlangd om de terechtstelling van de twee andere moordenaars te zien uitstellen, opdat Jezus samen met die booswichten zou kunnen worden gekruisigd. De twist ging verder ook nog over het opschrift en de titel die Pilatus daarin had gegeven aan Onze Heer. De opperpriesters zagen er liever "die zich uitgaf voor een Koning der Joden" staan, in plaats van "Koning der Joden."

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 174]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Wat verstaat men nu onder vervloekingen en verwensingen, zult ge me vragen. Wel broeders, daaraan maakt ge u schuldig, wanneer ge in een ogenblik van wanhoop of woede mensen, dieren of dingen vervloekt. Ge wilt hen dan vernietigen of ongelukkig maken. De Heilige Geest zegt ons dat degene die altijd een verwensing in de mond heeft, er moet voor oppassen dat God zijn verlangen niet inwilligt. Er zijn er ook die overal de duivel bij halen en hem alles willen geven wat hen ergert. Als hun paard niet wil werken zoals zij het willen, vervloeken ze het of wensen het naar de duivel. Als het weer hen tegenvalt, zeggen ze: Vervloekt rotweer! Ach, wat is het vervloekt koud! Vervloekte plagen! ... Laten we toch niet vergeten, broeders, dat een lichtvaardig uitgesproken verwensing volgens de Heilige Geest niet zonder gevolgen blijft.

Sint Tomas zegt dat het doodzonde is om tegen onze medemensen een verwensing uit te spreken, als we werkelijk menen wat we zeggen. Sint Augustinus vertelt ons van een moeder die haar zeven kinderen had vervloekt. Zij werden allen bezeten van de duivel. Veel kinderen zijn door de vloek van hun ouders voor hun hele leven ongelukkig geworden. We lezen dat er een moeder was die woedend werd op haar dochter en haar toeriep: "Ik wou dat je arm verdorde!" En werkelijk, de arm van het kind verdorde bijna op hetzelfde ogenblik.

Ook gehuwden moeten er zich voor hoeden om elkaar te vervloeken. Er zijn ongelukkige echtgenoten die hun vrouw, hun kinderen, hun ouders, en allen die zich met hun huwelijk hebben bemoeid, verwensen. Maar ge hebt uw ongeluk aan uzelf te wijten, vriend, omdat ge met een onzuiver geweten de huwelijke staat bent ingegaan. Bedenk dat ge voor het aangezicht van de goede God zult zien dat het de waarheid is.

De arbeiders mogen noch hun werk, noch hun opdrachtgevers vervloeken. Door uw verwensingen zullen uw zaken trouwens geen steek beter gaan, broeders. Integendeel, als ge geduld betracht, als ge uw lijden aan de goede God weet op te dragen, zult ge grote verdiensten verwerven voor de hemel. Hebt ge nooit instrumenten vervloekt, waarvan ge u bij uw werk bedient: Vervloekt ondier! Vervloekt mes! Vervloekte kar, en zo verder? Kijk, broeders, dat zijn woorden die allerhande onheil afroepen over uw vee, uw werk en uw landerijen. Daarom wordt ge zo vaak door hagel, regen en vorst geplaagd.

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 174]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Hebben de Zielen iets gezegd over lichamelijke straffen op kinderen?
Maria: Ja, ze hebben dat gedaan en het is hierop dat ik ben aangevallen dat het Duitse blad "Der Spiegel," een aantal jaren geleden. Ze schreven dat ik voorstander was van het slaan van kinderen. Dat is een leugen. De Arme Zielen hebben gezegd dat een mep of een slag nodig en goed is wanneer het gaat om een heel onbuigzaam en ongehoorzaam kind. Een kleine mep doet geen kwaad en zal vlug vergeten worden in het bewustzijn, maar de gevolgen van de onbuigzaamheid zullen later voor een heel lange tijd worden herinnerd in het onderbewustzijn. Uiteraard mag dit enkel gebeuren wanneer de omstandigheden dit vereisen, maar als men het niet doet zal het te laat zijn wanneer het kind te oud is, en dan zullen de ouders eerder leiden onder de dwingelandij van hun kinderen. Een ouder kind die zich in het onderbewuste een mep herinnert heeft maar enkel een welbepaalde blik van de ouders nodig om juist te handelen. Vele ouders van vandaag weten maar al te best welke vruchten een te grote tolerantie oplevert. Lichamelijk en geestelijk geweld is een grote zonde tegen de liefde, maar voorzichtig beraamde discipline is iets dat God nodig acht wanneer dit nodig is.

Nicky: Weegt eenzelfde zonde tegen een kind zwaarder dan tegen een volwassene?
Maria: Jazeker, veel zwaarder. Zonden tegen een kind, zullen later door het kind als aanvaardbaar en normaal worden beschouwd, als ze niet vlug en voorzichtig worden hersteld. Dit is zo omdat de ouderlijk rol zo machtig en diep ingeworteld is. Een echtscheiding of een daad van geweld, oneerlijkheid, ontrouw, laster of wat dan ook, kan zo gemakkelijk een kettingreactie teweegbrengen op sommige van de telgen. Ouder zijn is zo veel ernstiger dan dat de huidige maatschappij ons tracht voor te houden. De mensen delegeren veel te gemakkelijk deze dingen aan zogenaamde beroepsmensen die niet de door God geschonken verbondenheid hebben zoals de ouders deze hebben, zelfs als de ouders een aantal fouten begaan, zoals mensen doen.

Nicky: Brengen mentaal achtergestelde kinderen enige tijd door in het Vagevuur?
Maria: Ja, maar uiteraard is dit herstel veel lichter dan dat van normale, gezonde kinderen. Het hangt er allemaal van af van wat een kind kan begrijpen.

Nicky: Wat zijn de ergste zonden die kinderen kunnen begaan, laat ons zeggen, tussen de leeftijd van zes en twaalf?
Maria: Ongehoorzaamheid en onwelluidendheid tegen de ouders zijn de twee grootste zonden.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 18]

Verschijningen van Onze Lieve Vrouw

Ik ga niet langer de beschrijving van de verschijning van 13 mei uitstellen. Het is u wel bekend, Zijne Excellentie, en het zou verloren tijd zijn om er heel diep op in te gaan. U weet ook hoe mijn moeder zich bewust werd van wat er gebeurde, en ze zou niets sparen om me te doen toegeven dat ik loog. We kwamen overeen om de woorden die Onze Lieve Vrouw tot ons gesproken had, die dag, te zeggen. Na ons te hebben beloofd om ons naar de Hemel te nemen, vroeg Zij: "Bent u bereid zichzelf op te offeren om al het lijden te dragen dat God u zal zenden, als een daad van herstel voor de zonden door dewelke Hij zo erg beledigd wordt en te bidden voor de bekering van de zondaars?" "Ja, dat willen wij," was ons antwoord. "Dan zult u veel te lijden hebben, maar Gods genade zal uw troost zijn."

Op 13 juni, het feest van de Heilige Antonius, waren er steeds grote festiviteiten in onze parochie. Op die dag lieten we gewoonlijk onze kudde heel vroeg in de morgen buiten, om hen om negen uur ’s ochtend reeds op te sluiten. Toen gingen we naar de "festa." Mijn moeder en mijn zussen, die wisten hoezeer ik van een festa hield bleven maar zeggen: "We moeten nog zien dat u de festa verlaat om naar de Cova de Ira te gaan om tegen die Dame te praten!" Op die dag zal niemand een woord tot mij. Insofa en ik waren bezorgd. Zij deden alsof ze wensten te zeggen: "Laat haar alleen, en we zullen spoedig zien wat ze doet."

Ik liet de kudde bij dageraad uit met de bedoeling om tegen negen uur terug te zijn en naar de mis te gaan van tien uur, en daarop naar de Cova da Ira. Maar de zon was nog maar op of mijn broer kwam mij roepen. Hij vertelde mij om terug naar huis te gaan omdat er verschillende mensen waren gekomen om mij te spreken. Hij bleef bij de kudde en ik ging kijken wat ze wilden. Ik zag een aantal mannen en vrouwen, die kwamen uit plaatsen als Minde, Tomar, Carrascas, Boleiros, en zo verder. Ze wensten me te vergezellen naar de Cova de Ira. Ik vertelde hen dat het nog vroeg was en nodigde hen uit tot de mis van acht uur. Daarop keerde ik naar huis terug. Deze goede mensen wachtten ondertussen in de tuin, in de schaduw van onze vijgenbomen. Mijn moeder en mijn zussen hielden hun minachtende houding aan, en dit brak mijn hart, want het was inderdaad even pijnlijk als de beledigingen. Rond elf uur verliet ik het huis en naar het huis van mijn oom, waar Jacinta en Francisco reeds op mij aan het wachten waren. Toen ging het rechtstreeks richting Cova de Ira, voor het langverwachte ogenblik. Al deze mensen volgden ons en vroegen duizenden vragen. Die dag was ik bedolven van bitterheid. Ik kon zien dat mijn moeder diep verward was en ze zou alles doen wat binnen haar mogelijkheden lag om mij te doen toegeven dat ik loog. Ik wou allemaal zo graag doen wat ze wou, maar de enige manier om dit te doen was door een leugen te vertellen. En vanuit de wieg, heeft ze steeds haar kinderen de grote gruwel van de leugen voorgehouden en iedereen die onwaarheden durfde te zeggen zou streng worden gestraft.

"Ik heb altijd geweten," zei ze dikwijls, "dat mijn kinderen steeds de waarheid spraken en moet ik nu mijn jongste dochter met zoiets zien laten aandraven? Als het maar een kleine, kleine leugen was ...! Maar een leugen van deze afmetingen, die zoveel mensen misleidt en hen allemaal hierheen leidt!" Na deze bittere klachten, draaide ze zich tot mij en zei: "Maak uw besluit over wat u wenst! Ofwel ontdoet u zich van al dit bedrog door de mensen te vertellen dat u hebt gelogen, ofwel sluit ik u op in een donkere kamer waar u zelfs het licht van de zon niet kunt zien. Na al deze moeilijkheden die ik heb meegemaakt, moet mij nu zoiets overkomen!" Mijn zussen zaten allen naast mijn moeder en rondom mij was de sfeer er een van geringschatting en misprijzen.

Toen herinnerde ik mij de oude dagen en zei bij mezelf: "Waar is al de genegenheid nu heen die mijn familie tot voor kort voor mij toonde?" Mijn enige troost was te wenen voor de Heer en Hem deze opoffering te schenken. Het was op deze dag dat, bijkomend op wat ik reeds heb verteld, Onze Lieve Vrouw, alsof ze kon raden wat er gaande was, tot mij zei: "Lijdt u veel? Verlies de moed niet. Ik laat u nooit in de steek. Mijn Onbevlekte Hart zal uw toevluchtsoord zijn en de weg die u tot God zal leiden."

Toen Jacinta mij in tranen zag, wou zij me troosten: "Ween niet. Zeker zijn dit de beproevingen waarover de Engel het had die God tot ons zou zenden. Daarvoor dient uw lijden, voor uw herstel tot Hem en voor de bekering van de zondaars."

Vertaling: Chris De Bodt

7. Jean de Florette [13/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 35: Catherina's geheim [Aflevering 229]

En dat was nog een teken dat het spirituele conflict, het knarsen van de hemelse tektonische platen, echt was en groeide. Terwijl de revolutie bedaard was en Napoleon als snel geen macht meer had, waren de zaden van het goddeloze humanisme aan het ontspruiten. Frankrijk was het spirituele slagveld. Er waren verschijningen in Bordeaux, Grandchamps, en Bretagne, dan opnieuw in Bordeaux, en in 1830 weende een beeld in de Notre Dame zo hevig, dat een conciërge het in een handdoek moest wikkelen.

Er was iets groots op komst. De tijden werden weer kritiek. In 1830, hetzelfde jaar als het wenende beeld, verscheen Maria in de beroemde verschijningen van de Wonderdadige Medaille aan Cathérine Labouré in een Parijse kapel, gelegen Rue de Bac 140. De boodschap was: "De tijden zijn zeer slecht. Rampen zullen zich op Frankrijk storten. De troon zal omvergeworpen worden. De hele wereld zal door allerlei ongelukken getroffen worden [Hier keek Maria heel bezorgd]. Maar kom naar de voet van dit altaar. Daar zullen de genaden worden geschonken aan allen, die er om vragen."

Maria ging verder: "Mijn kind, het Kruis zal worden veracht. Het zal ter aarde geworpen worden. Er zal bloed vloeien. De zijde van Onze Heer zal opnieuw worden geopend. De straten zullen stromen van bloed. De Aartsbisschop zal sterven. [Nu keek ze met zoveel smart dat ze nog nauwelijks kon praten]. Mijn kind, de hele wereld zal in smarten worden ondergedompeld."

Het was waar. Er zou een aartsbisschop ter dood worden gebracht. De wereld zou somber en zwart worden. De Middeleeuwse Kastijding dreigde zichzelf te herhalen. Maar Maria kwam niet om angst in te boezemen. Ze gaf haar boodschappen met bevalligheid. Men beschreef haar als iemand van gemiddelde grootte en gekleed in witte kledij, in een stijl die men "à la Vièrge" noemde. Ze droeg een sluier die over haar hoofd hing en tot de vloer reikte. Haar haren waren gekruld en samengebonden met een hoofdband die met kant versierd was. Haar voeten stonden op een grote witte wereldbol en ze trapte op een groene slang met gele vlekken. "Soms richtte ze haar ogen naar de hemel, en soms niet," herinnerde Cathérine zich uit een verschijning op 27 november 1830.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 121]

Hoofdstuk 7. Naar het Tweede Vaticaans Concilie

De actie "Hoop"

De ontmoeting met Dom Helder Camara en sommige Zuid-Amerikaanse bisschoppen had Broeder Roger gevoelig gemaakt voor de ongelijke verdeling van de rijkdom in dit werelddeel en over de landhervorming. De katholieke Kerk had beslist zelf het initiatief te nemen gezien de falende landbouwpolitiek: Mgr. Larrain was begonnen met het uitdelen aan de landbouwers van gronden van het bisdom en met het oprichten van boerenbonden. Andere Zuid-Amerikaanse bisschoppen koesterden gelijkaardige plannen. Meerdere onder hen vroegen aan de prior van Taizé om een geldinzameling te starten die hun projecten kon ondersteunen. ‘Eerst heb ik dat geweigerd, duidde Broeder Roger. Ik dacht dat niet strookte met de doelstelling van Taizé, waar nooit geld gevraagd wordt. Maar, gezien ze bleven aandringen, heb ik het aanvaard.’

Op 28 januari 1963 lanceerde Broeder Roger, na een persconferentie in Parijs op de zetel van de protestantse Vereniging in Frankrijk, ‘een interconfessionele geldinzameling voor Latijns Amerika’. Onder de naam ‘Deel je brood’ moest deze campagne ‘de solidariteit van de Westerse christenen met de Derde Wereld, de wereld der armen te kennen geven. In het oud christelijk Westen zijn we steeds bekoord om op onszelf terug te vallen en gaat onze beste bezieling dikwijls verloren’. ‘De terugval op een gesloten wereld’ dient te worden bestreden.

De oecumenische dimensie van het opzet bleek niet alleen uit het feit dat Taizé een oproep deed tot de vrijgevigheid van allen (katholieken, protestanten, orthodoxen en ongelovigen), maar ook omdat de opbrengst ongeveer evenredig moest verdeeld worden onder de christenen van Latijns-Amerika: 80% naar projecten van katholieke boerenbonden, 10% naar een orthodox project. De oecumenische Raad der Kerken reageerde negatief en directeur Cooke schreef aan Broeder Roger dat hij spijt had dat, ondanks de raadgevingen, Taizé toch een oproep deed tot steun aan een overheersende Rooms-katholieke onderneming. De COE meende dat Taizé eerst de vertegenwoordigers van het Chileense protestantisme had moeten raadplegen en met hen de nodige actie overeenkomen. De prior van Taizé, steeds meer weigerachtig om zich te laten opsluiten in een confessionele benaming, antwoordde lichtjes bitter: "Op ieder van onze initiatieven buiten de muren van Taizé volgt rechtstreeks of niet je weigering." Dan paste hij het oorspronkelijk project aan volgens de suggesties van Visser’t Hooft, waarschijnlijk afgeschrokken door zijn eigen durf en om toegeeflijk te zijn. Om 10 mei schreef hij hem dat hij zijn raadgeving had opgevolgd: Het protestantse deel zou aan de Chileense protestanten gegeven worden door de COE en de Adjudad Evangelica (de ‘Evangelische Hulp’, een protestants organisme). Het orthodoxe deel zou een consultatiebureau op het eiland Patmos ondersteunen. De prior van Taizé voegde eraan toe dat, op vraag van de protestantse Vereniging in Zwitserland, van de benaming ‘Deel je brood’ werd afgezien ten voordele van de naam ‘Actie Hoop’. Broeder Roger gaf op 15 mei een nieuwe persconferentie in het Grand Hôtel op de Boulevard des Capucines. Hij kon al gewag maken van enkele uitslagen: een hulp aan de boerenbond Los Silos, het jaar daarvoor door Mgr. Larrain opgericht, een steun aan een landelijke coöperatieve bank door de bisschop van São Luis de Maranho gelanceerd, een gift aan het consultatiebureau op Patmos en hulpverlening aan ‘arme protestantse boeren’. Twaalf andere projecten lagen ter studie. In het geheel waren twee miljoen franken nodig. Een enorm bedrag.

Taizé sloot zich aan bij de Secours catholique en de protestantse organisatie van CIMADE voor de geldomhaling. Een beheer- en toezichtraad werd opgericht om heldere financiële transacties te waarborgen. Prominenten uit het burgerleven en zonder verband met Taizé, een oud-minister, de directeur generaal van Insee of ook de voorzitter van de wereldraad van het FAO waren er leden van.

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 63]

Woordenboek: Letter D

Eleazar, zoon van Annas

Zie Annas, zoon van Seth

Eleazar, zoon van Boethos

Zie Joazar, zoon van Boethos

Eleazar, zoon van Simon

Eleazar ben Simon was de leider van de Zeloten, een bende Joodse opstandelingen die de Romeinen bestreden tijdens de eerste opstand tegen Rome [66-70 na J.C.]. Ze waren nog meer gekant tegen de andere groepen Joden van Jeruzalem. Bij de aanvang van de vijandelijkheden vielen Eleazar en zijn manschappen de aanhangers van Menahem aan, de zoon van Judas de Galileër en doodden hem met zijn luitenant Absalom. Ze dragen ook de verantwoordelijkheid over de moord van de vroegere hogepriester Ananas, zoon van Nebedeus, en van zijn broer Ezechias.

Zij vochten tegen de legers van Cestius Gallus, Vespianus en Titus Flavius. Tijdens deze oorlog, die begon in 66 na Christus en eindigde met de volledige vernietiging van de Joodse tempel in 70 na Christus, vocht hij hevig tegen de Romeinse garnizoenen in Judea en tegen zijn Joodse tegenstanders en dit met het oog op het vestigen van een onafhankelijke Joodse Staat te Jeruzalem.

Alhoewel de Joodse nederlaag niet volledig kan worden toegeschreven aan Eleazar ben Simon, resulteerde zijn onvermogen om eenheid te sluiten met Johannes van Gischala en Simon bar Giroas in een bittere burgeroorlog die de Joodse weerstand tegen de Romeinen erg verzwakte. Eleazar ben Simon en zijn radicale anti-Romeinse poltiek en het uitroeien van de gematigde aristocraten uit Jeruzalem in 67 na Christus, verhinderde eveneens enige vredevolle coalitie met Rome om zo het einde van een tijdperk te voorkomen, welke zich voltrok in 70 na Christus.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 78]

Het wonder van Alcalà de Henares, Spanje [1597]

In 1904 werd de Heilige Magistraalkerk een nationaal monument, maar in 1931, toen de politieke condities zich ontwikkelden in wat later de Spaanse burgeroorlog zou worden, verbood de regering alle religieuze activiteiten die buiten plaatsvonden. Hierdoor werden de vieringen tot binnen de kerk beperkt. Deze werden ook steeds meer beperkt en uiteindelijk verboden in 1936 toen de Spaanse burgeroorlog begon.

Dankzij de toenemende oppositie van revolutionairen troepen en het grote uithoudingsvermogen van de Spaanse mensen die beïnvloed waren door de niet-katholieke haat van de revolutionairen, werden alle Heilige objecten verstopt op verschillende plaatsen om ze veilig te houden. De monstrans met de 24 wonderlijk bewaarde Hosties werd door een priester verstopt in de kerk op een geheime plek, die maar bekend was bij een paar priesters van de gemeenschap.

Uiteindelijk werd de kerk ingenomen en omgebouwd tot militaire bunker. Een kanon werd er geplaatst in één van de torens, en machinegeweren werden er geplaatst voor de ramen. Later werden de stad en de Heilige Magistraalkerk gebombardeerd. Om de verwoesting af te maken werd een vlambare vloeistof over de kerk uitgegoten en aangestoken.

Vlak voor of tijdens de vernietiging van de kerk ging een priester, die wist van de geheime plek, de kerk binnen en redde de Heilige Hosties, maar hij was gezien en vervolgens vermoord, net zoals vele andere priesters en nonnen tijdens de Spaanse burgeroorlog. Hoewel het bekend is dat de Hosties gered waren van hun geheime schuilplaats in de kerk, is het onbekend hoe of waar de Hosties zich vandaag de dag bevinden.

De mensen bidden tegenwoordig voor een nieuw wonder waardoor de 24 Hosties teruggevonden worden, die ze graag willen plaatsen in het hoofdaltaar van de gerestaureerde Basiliek.

Tekst onder de afbeelding [wordt later toegevoegd]:

De monstrans met 24 Hosties, welke zijn teruggegeven na te zijn gestolen door de Moren van drie verschillende kerken in Spanje in 1597. Deze Hosties bleven wonderbaarlijk vers en onaangetast en werden voor eeuwen vereerd, maar werden verborgen op een geheime plek toen de Spaanse burgeroorlog in volle antikatholieke haat uitbrak. Hoewel bekend is dat de Hosties zijn weggehaald uit de kerk voordat deze was verwoest door de revolutionairen, is het onbekend hoe en waar de Hosties zich vandaag de dag bevinden. De mensen bidden tegenwoordig voor een nieuw wonder waardoor de 24 Hosties teruggevonden worden, zodat ze deze opnieuw kunnen aanbidden.

12. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Tijdens deze tijd, toen priesters nergens welkom waren door de communistische haat voor alles wat godsdienstig was, weigerden de mensen om hun stervenden de laatste sacramenten te laten ontvangen. Praxedes vulde deze leegte op door niet alleen de zieken bij te staan, maar ook de stervenden, die ze zo goed ze kon op de dood voorbereidde. Men liet toe dat Praxedes deze daden van liefdadigheid uitvoerde omwille van haar reputatie van heiligheid, haar bevalligheid, en haar ware liefde voor anderen.

Zoals de H. Theresa van Avila, met wiens geschriften ze vertrouwd was geworden, vastte Praxedes volgens de regels van de Ongeschoeide Karmelieten en de grote heiligen van de Kerk. Op vrijdag at ze enkel een eetlepel kikkererwten, en op zaterdag vastte ze op water en brood. Snoep, waar ze zo dol op was, at ze slechts op één dag: Paaszondag. Al deze boetedoeningen irriteerden haar familie, die meerdere keren hun bezwaren uitspraken.

Praxedes kreeg financiële verademing toen haar broer haar een aanzienlijk geldbedrag gaf. Daarbovenop ontving ze geld voor Arturos dood, en dit, samen met de huur die ze ontving van het huis dat ze geërfd had, liet haar toe om gul te zijn voor de armen. Ze hielp hen door geld onder de kussens van de zieken die ze geholpen had, achter te laten. Praxedes zei ooit: "Men doet geen liefdadigheid voor de armen met wat men over houdt. Ze moeten de kwaliteit en kwantiteit krijgen die men aan een familielid zou geven."

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 67]

Aan Moeder-Overste Josephine Imbert

Nevers, 15 mei 1870

Geliefde en vereerde Moeder,

Al enige tijd voelt mijn hart het verlangen om u te schrijven, maar sedert uw vertrek voel ik me bijna voortdurend te beroerd of ben ik bezig met onze dierbare zieken. Op dit moment is het alleen mijn Zuster Nathalie, die flink vooruit gaat, zij loopt al enkele keren de gang van de ziekenzaal op en neer. Wat mij betreft, ik heb net een zwelling gehad, er heeft zich een abces in mijn mond gevormd, dat me flink gekweld heeft. Nu ik weer rechtop sta, hoewel mijn mond nog wat scheefhangt, laat ik niet na al mijn kleine leed en opofferingen die de goede God mij oplegt, overeen-komstig uw intenties aan te bieden, opdat Onze-Lieve-Heer en de Heilige Maagd de wensen mogen zegenen en inwilligen die uw Moederhart koestert voor de hogere eer van God en voor de heiliging van de zielen die u zijn toevertrouwd.

In mijn gebeden, hoe zwak ook, vergeet ik niemand van degenen die u mij in uw goedheid aanbevolen hebt bij uw vertrek. Het is vooral gedurende de dagen van communie, dat ik me van deze schuld kwijt, ik voel mijn ziel vervuld met kracht en vertrouwen bij de gedachte dat ik het niet meer ben die bid, maar Jezus in mij. Ik bid heel in het bijzonder voor onze Heilige Vader, de Paus, ten behoeve van het Concilie en de Congregatie. Ach, hoe gelukkig zou het mij maken om zijn zegen te mogen ontvangen. Het bedroefde mij te horen, mijn lieve Moeder, dat u voortdurend geleden hebt. Toch hoop ik dat wij het geluk mogen beleven u weldra terug te zien. Voor ons lijkt de tijd lang te duren.

Wilt u, mijn vereerde Moeder, mijn lieve Zuster Eleonore hierbij mijn hartelijkste groeten overbrengen.

Aanvaard, mijn geliefde en vereerde Moeder, de uitdrukking van diep en warm respect van uw toegewijde en erkentelijke dochter in onze Heer Jezus Christus,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Don Bosco was niet zozeer een groot theoretisch, pedagogisch denker, maar in de eerste plaats een man van de praxis, een gedreven man die vanuit zijn apostolische bekommernis jongeren op een zinvolle en aangepaste manier tot een beter, rijker, dieper leven wilde brengen.

Don Bosco was een priester, een zielzorger, bekommerd om het geestelijk welzijn van de mens en in het bijzonder van zijn 'jongens'. Hij was niet een priester die toevallig in het opvoedingswerk was terechtgekomen; hij was in de eerste plaats zielzorger en die opdracht viel voor hem noodzakelijk samen met het opvoedingswerk bij kansarme jongeren. Opvoeden was voor Don Bosco wezenlijk catechetisch en pastoraal werk. "Geef mij de zielen, de rest mag je houden", is één van zijn legendarisch geworden uitspraken.

Toch had Don Bosco ook oog voor de materiële noden die zijn jongens troffen. Hij hield ook vast aan het christelijke geloof, de evangelische waarden, de opdracht van de Kerk en de devotie tot Maria. Zijn roeping bestond erin de mens tot God, Christus, Maria en de Kerk te brengen.

Hoewel we bij Don Bosco niet echt van een uitgeschreven, pedagogisch systeem kunnen spreken, kwamen een aantal principes in alles wat hij deed, schreef en zei toch steeds weer aan de oppervlakte. Met het oog op het doorgeven en vertalen van het erfgoed van Don Bosco naar deze tijd, hebben de Vlaamse salesianen daarom een salesiaans, pastoraal-pedagogisch project uitgeschreven, dat als basis en maatstaf dient voor alle salesiaanse organisaties in Vlaanderen.

Hieronder vindt u de belangrijkste krijtlijnen van het mensbeeld, de opvoedingsdoelen en de salesiaanse opvoedingsstijl die beschreven worden in het opvoedingsproject.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 9

Maar welke verwarring! Welke afschuw van zichzelf! Welke wroeging! Welke smart wanneer iedereen in het aanschijn van de stralende zuiverheid van Maria, zijn eigen zwartheid zal aanschouwen! En welke tranen van boete om alles weg te wassen! De arme satan! Hij denkt allen tegen God verbonden te hebben, maar dat is buiten Maria gerekend. Zij zal hem treffen en hem met de hiel de kop verpletteren.

Vertaling: Chris De Bodt


10-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.10 juni 2010
10 juni 2010

1. De Waarschuwing [4/15]

Alles zal u worden getoond

Mijn kinderen, Ik die het Leven ben, Ik kan u niet verder laten leven met uw misvattingen. Men moet mij geloven als ik zeg dat Ik in u zal komen om al uw fouten te laten zien. Ik lach er niet mee! Ik ben God-Liefde. Ik heb uw wereld geschapen. Ik kan u dus niet bedriegen. Als u dus denkt u te kunnen verschuilen achter uw gewilde onwetendheid, dan bedriegt u uzelf, want ik kom in u om het u te bewijzen. Ja, ik kom, of u dat nu wilt of niet. U, die al zolang in zonde leeft, alles zal volbracht worden, laat dat heel duidelijk zijn.

Alles is klaar voor u allen, de kinderen van God: van alle rassen, talen, godsdiensten en alles naties, eenieder van u zal geroepen worden bij zijn eigen naam, want ik ken u allen. U zult Mijn Liefde zijn en u zult uw leven zien: niets zal worden overgeslagen. U zult de kleinste details van uw innerlijk en uiterlijk leven kennen en niets zal u bespaard blijven. Alle woorden die u gesproken hebt en alle gebaren die u gemaakt hebt, zij het goede of kwade, zullen gekend zijn: niets is zo machtig als mijn gerechtigheid.

Door dit schrijven wil ik u tonen dat u zich moet voorbereiden op een Grote Zuivering. Alle schade aangericht aan uw geest, lichaam, hart en ziel zal verlicht worden door het vuur van Liefde. Zoals het ijzer dat zich laat zuiveren door het vuur, zal alles in u komen wat u in uzelf bent.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 30/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Vierde Onderzoekscommissie

Op 18 maart verklaarde Mgr. Alessandro d’Errico, de Apostolische Nuntius in Bosnië-Herzegovina: "Bij elk van mijn ontmoetingen met de Heilige Vader heeft deze heel veel belangstelling getoond voor Medjugorje. Als opperste gezagsdrager van de Kerk moet hij zich duidelijk uitspreken over dit fenomeen. Hij kent Medjugorje heel goed en heeft het me al dikwijls herhaald.

De Heilige Vader is zich zeer goed bewust van het vele goede, dat hier door de priesters, de zusters, de Franciscanen en de leken verwezenlijkt wordt en hij vraagt zich af waarom er zoveel vijandige informatie is tegenover dit fenomeen. Daarom wil hij een commissie oprichten van zeer hoog gehalte om zich een algemeen idee te kunnen vormen over dit gebeuren, dat onderzocht zal worden door zeer bekwame mensen. Hij heeft Kardinalen, Bisschoppen en deskundigen van over de ganse wereld uitgenodigd om deel te nemen aan deze commissie. Het was het verlangen van de Heilige Vader dat deze commissie zou aangekondigd worden aan de gelovigen op hetzelfde moment in het Vaticaan als te Mostar, wat een bewijs is van de solidariteit van de Heilige Vader met dit land.

Ik weet dat de media al lang over deze commissie spreken en dat de verwachtingen hoog gespannen zijn. Op heden kunnen we zeggen dat we gelukkig zijn en erkentelijk tegenover de Heilige Vader voor de belangstelling, die hij toont voor Mostar en onze Katholieke gemeenschappen. Zo heb ik op 17 maart, in de naam van de Heilige Vader, deze belangrijke beslissing meegedeeld op hetzelfde moment, dat ze ook in Rome werd bekend gemaakt. Het is klaar dat de taak van deze commissie moeilijk zal zijn en ik nodig al onze gemeenschappen uit om het werk van deze commissie toe te vertrouwen aan de bescherming van de Heilige Jozef, van Maria, de Moeder van de Kerk, en aan de heilige patronen van Mostar."

3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 173]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Jezus tot de kruisdood veroordeeld

Nadat Pilatus de Heer openlijk ten toon had gesteld vóór het volk en het volk zijn moordgeschreeuw had aangeheven, was de Heilige Maagd weggegaan. Zij keerde thans, vergezeld van een aantal vrouwen, terug naar het Forum en drong door de menigte heen om de veroordeling van haar Zoon bij te wonen. Jezus stond aan de voet van Pilatus’ tribunaal, omringd door beulsknechten, terwijl zijn vijanden hem vol haat en spot bekeken. Bazuingeschal weerklonk en in de stilte die volgde, sprak Pilatus, laf en snood, het doodvonnis over Jezus uit. Zijn laaghartigheid en gespleten persoonlijkheid drukten mij volledig te neer. De houding van deze opgeblazen schurk, de triomf van de bloeddorstige, door al hun hotsen en opstoken afgematte, maar nu bevredigde opperpriesters, de ellende en de diepe smart van de arme Heiland, de onuitsprekelijke angst en pijn van Zijn Moeder en van de heilige vrouwen, het begerige en grimmige loeren van de Joden, het koude en trotste doen en laten der soldaten, de gruwelijke bedrijvigheid van de duivelsbenden onder de menigte, wiens bedrijvigheid ik ook te aanschouwen kreeg: dat alles was voor mij vernietigend geweest.

Ach, ik voelde nog dat ik had moeten staan op de plaats waar Jezus, mijn liefste bruidegom, stond: dan had het vonnis gerecht en verdiend mogen heten. Ik leed echter zoveel, ik was zo gebroken, dat ik niet meer juist weet hoe het toen allemaal is gegaan. Wat ik me nog herinner, zal ik proberen te zeggen.

Pilatus hield eerst een holle inleiding, waarin hij de keizer, Claudius Tiberius, met hoge naam prees. Hierna volgde de aanklacht tegen Jezus, dat inhield dat Hij als opruier, rustverstoorder en overtreder van de Joodse wetten [daar Hij zich de Zoon van God en de Koning der Joden liet noemen] door de opperpriesters tot de doodstraf was veroordeeld, terwijl het volk eenstemmig Zijn kruisiging had geëist. Toen Pilatus hieraan toevoegde dat hij het vonnis van de opperpriesters rechtvaardig achtte, hij die uren lang niets anders had verklaard dan dat Jezus onschuldig was, vergingen mij het horen en zien van deze gemene, dubbelzinnige mens. Hij zei nog: "Zo veroordeel ik van mijn kant, Jezus Nazarenus, Koning der Joden, om aan het kruis te worden genageld." Meteen beval hij de beulsknechten om het kruis te gaan halen. Als ik het me goed herinner, heeft hij daarbij ook een lange stok, met daarin wat merg, doormidden gebroken en de stukken vóór Jezus voeten geworpen.

Bij de laatste woorden van Pilatus zonk de moeder van Jezus bewusteloos neer, alsof zij sterven ging. Nu was het zeker, nu viel er aan de smartelijke, smadelijke dood van haar allerheiligste, allerliefste Zoon en Verlosser niet meer te twijfelen. Johannes en de heilige vrouwen leidden haar heen, opdat de blinde mensen zich niet aan het spotten met de smart van de moeder van hun Heiland zouden bezondigen. Maria kon echter niets anders doen dan de lijdensweg van Onze Heer bewandelen. Haar gezellinnen moesten haar van de ene plaats naar de ander voeren. De ijver van een geheimzinnige religie van het medelijden zette er de Moeder van Jezus toe aan, overal waar de uit haar geboren Verlosser voor de zonden van Zijn broers, de mensen, geleden had, het offer van haar tranen te brengen. Zo wijdde Maria vooraf, met haar tranen, al de heilige plaatsen op de aarde die ons aller Moeder, de Kerk, eens vereren zou, zoals eertijds Jacob de gedachtenissteen met olie zalfde, waarbij hem de belofte werd gedaan.

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 173]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Hebt ge zo gesproken, vriend? Sla dan uw ogen op en ge zult zien wie ge gekruisigd hebt? Is het geen godlastering als ge zegt dat ge te zwaar op de proef gesteld wordt, dat ge niet anders kunt, dat het uw noodlot is ...? Weet ge wel, broeders, wat die woorden inhouden? Ge beweert niets anders dan dat de goede God u tot weerspannigen, driftkoppen, tot zedelozen, tot echtbrekers en tot godslasteraars heeft gemaakt! Ge gelooft niet aan de erfzonde, die de mens van de oorspronkelijke gerechtigheid, waarin hij werd geschapen, heeft beroofd. Zeker, die zonde is sterker dan gij ... Maar, mijn vriend, komt de godsdienst u dan niet te hulp om u uit het verderf te redden? En gij, ellendeling, ge durft nog te lasteren tegen Hem, die u deze godsdienst heeft geschonken als de grootste gave die Hij u schenken kon.

Hebt ge nooit gelasterd tegen de heiligen en tegen de Moeder Gods? Hebt ge nooit gespot met hun deugden, hun verstervingen of hun wonderen? Hoeveel goddelozen zijn er helaas niet in deze rampzalige tijd, die er niet voor terugschrikken om de heiligen in de hemel en de rechtvaardigen op aarde te verachten! Hoevelen lachen er niet met de strengheid waarin de heiligen hebben geleefd! Zij wensen de goede God niet meer te dienen en kunnen zelfs niet verdragen dat anderen Hem dienen. Zie toe, broeders, dat uw kinderen uw vloeken en uw godslasteringen niet overnemen. Anders zullen de straffen die u in het andere leven te wachten staan, ondraaglijk zijn.

Maar, zult ge me vragen, welk verschil bestaat er tussen de godslastering en de verloochening van God? We willen hier niet uitweiden over degenen die de goede God verloochenen door de ware godsdienst vaarwel te zeggen: we noemen zulke personen afvalligen of overlopers. Maar ik wil u spreken over hen die de afschuwelijke gewoonte hebben in drift of woede de heilige naam van God te verloochenen. Zo verheffen sommigen zich tegen God wanneer hun zaken mislukken of wanneer ze verliezen bij het spel, alsof Hij daar de oorzaak van was. Bij het minste of geringste dat hen tegenvalt, moet de goede God het ontgelden, alsof Hij de oorzaak was van hun verlies of van het ongeluk dat hen overkomt. Ach, hoe durft ge, armzaligen, die door God uit het niets zijt voortgebracht, die door Hem in leven gehouden wordt en dagelijks wordt overladen met zijn weldaden, Zijn Heilige Naam te verachten, te ontheiligen en te verloochenen? Als God gehoor gegeven had aan Zijn rechtvaardigheid, zoudt ge reeds lang in de afgrond van de hel zijn neergestort! Je zult gewoonlijk zien dat iemand die zich in zijn leven aan dit grote kwaad bezondigt, een ongelukkig einde heeft. De geschiedenis vertelt ons van een man die of zijn sterfbed aan de diepste ellende ten prooi was gevallen. Er trad een priester bij hem binnen om hem te zien en zijn biecht te horen en toen sprak de zieke: "Ach vader, de goede God straft me voor zijn drift, voor mijn godlasteringen en verloocheningen. Ik ben al zo lang ziek. Ik ben straatarm en al mijn ondernemingen zijn op niets uitgelopen. Mijn kinderen verachten me en laten mij in de steek. Ze deugen niet, omdat ik hen een slecht voorbeeld heb gegeven. Hoe lang lig ik hier nu al te lijden? Mijn tong is ontstoken en ik kan niet meer slikken zonder de hevigste pijn? En ik ben bang, vader, dat ik, na op deze wereld zoveel geleden te hebben, ook in het andere leven zal moeten lijden."

Zelfs in onze dagen zien we, broeders, dat degenen die God vervloeken, lasteren of verloochenen, bijna altijd een rampzalig einde hebben. Waak daarom tegen die slechte gewoonte, beter nu, want als ge in dit leven geen berouw krijgt, zult ge het ook in het hiernamaals niet meer krijgen. Vergeet niet dat uw tong alleen mag worden gebruikt om tot God te bidden en Zijn lof te zingen. Als ge geneigd zijt tot vloeken, spreek dan dikwijls met diepe eerbied de heilige naam van Jezus uit, opdat uw lippen gezuiverd mogen worden.

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 173]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Als een moeder haar kind geen borstvoeding geeft, of haar kind niet draagt, is dit dan een zonde?
Maria: Als zij hiertoe lichamelijk bekwaam is en dit doet omwille van enige zelfzuchtige reden, dan is dit het geval. En het niet knuffelen en dragen ervan leidt later tot belemmering van groei en ontwikkeling en aldus is dit ook een zonde.

Nicky: Is het beter om arm te zijn met vele kinderen dan rijk te zijn met enkel één of twee kinderen?
Maria: We mogen nooit Gods plan verhinderen om ons kinderen te schenken. In Zijn Plan zal Hij altijd voor het nodige onderhoud voorzien voor hen. Ik ken veel gelukkiger mensen onder de armen dan onder de rijken, en ik ken heel wat mensen van beide categorieën. De rijkeren dragen veel meer de lasten van de zonden van hun voorouders. Ook meer rijkere mensen komen op dit gebied tot mij. En dit is niet omdat de armen mij niet kunnen bereiken. Ze komen ook.

Nicky: Nochtans spreken de wereldleiders, zoals onlangs, tijdens de meeting in Cairo, over de ernstige bedreiging van overbevolking? Wat is uw antwoord hierop?
Maria: Dat is zelfzuchtige misleidende onzin en opnieuw volledig in elkaar gezet door diezelfde banken! Van de ongeveer zes miljard inwoners vandaag, is het inderdaad zo dan er één derde van sterven, maar dit is enkel omwille van de hebzucht van een klein aantal. Er zijn statistieken die aantonen dat de wereld vijftig miljard mensen of meer kan voeden, indien de energie en het voedsel op een rechtvaardige manier zouden worden aangewend. De hebzucht van het Westen vertoornt God erg en Hij zal hier spoedig iets aan doen, daar ben ik zeker van. Ik weet dat Hij het zal doen.

Wie is het wiens kinderen negentig maal meer verbruiken als een kind uit India? En wie is het die zo bezorgd is over de overbevolking? Het antwoord op beide van deze vragen is hetzelfde: het Westen met zijn banken. Hebzucht en de misleidende angst van armoede doen de mensen geloven in grote leugens en er hen naar handelen. Bovendien zeggen ze deze leugen door aan anderen.

Nicky: Op welke leeftijd mag een moeder haar kinderen voor een poos achterlaten bij een niet-familielid?
Maria: Dit hangt er uiteraard van af, wat de omstandigheden zijn, maar in regel is dit een zonde voor de leeftijd van vier jaar. De wonden die voor de leeftijd zijn aangebracht zijn het moeilijkste om helen omdat ze zo diep in het onderbewustzijn zitten.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 17]

Problemen thuis

Het was een van de droevigste taferelen die ik ooit meemaakte: verlangend uitkijkend naar mijn zussen en mijn moeder zo ellendig te zien. Dit deed mijn hart breken. Ook al was ik nog maar een kind, ik begreep precies de situatie waar we waren in beland. Toen herinnerde in mij de woorden van Engel: "Boven alles, aanvaard nederig de opofferingen die de Heer u zal zenden." Op zulke momenten trok ik mij gewoonlijk terug naar een andere plaats en liet ik haar alleen om mijn moeders lijden niet te vergroten. Deze plaats was dan gewoonlijk onze bron. Daar leunde ik op mijn knieën over de rand van de stenen en ik kon geen woord uitbrengen. Mijn tranen vermengden zich met het water beneden en ik offerde mijn lijden op aan God. Soms vonden Jacinta en Francisco mij in deze staat, in bitter verdriet. Ik kon geen woord uitbrengen want mijn stem was afgesneden door mijn wenen en zij deelden mijn lijden tot zo’n hoogte dat ze ook overvloedig begonnen wenen. Toen zei Jacinta luidop: "Mijn God, onze offers zijn een daad van herstel en voor de bekering van de zondaars. Aanvaard al leed en onze opofferingen." De formule van de opoffering was niet altijd precies dezelfde, maar de betekenis was wel dezelfde.

Zoveel lijden begon de gezondheid van mijn moeder te ondermijnen. Zij kon niet langer werken en zij vroeg mijn zus Gloria om voor haar en het huis te zorgen. Alle artsen en dokters uit de omgeving waren reeds bezocht. We hadden toevlucht voor elke ziekte, maar er was geen enkele verbetering te merken. De goede parochiepriester bood mijn moeder aan om haar mee te nemen met zijn ezelskar, om in Leiria de dokter te raadplegen. Vergezeld door mijn zuster trok zij naar Leiria. Maar ze keerde halfdood van haar reis terug, uitgeput van zo vele raadplegingen, zonder enig resultaat of wat ook. Uiteindelijk werd er een dokter S. Mamede geraadpleegd. Hij verklaarde dat mijn moeder een verzwakking had aan het hart, een verschoven ruggenwervel en falende nieren. Hij schreef haar een rare behandeling voor met roodhete naalden en van alles en nog wat en dit bracht wel enige verbetering aan haar toestand.

Dit waren de dingen thuis bij ons toen de dertiende mei van 1917 aankwam. Het was ook rond deze tijd dat mijn broer de leeftijd had bereikt om zich in te laten schrijven voor het leger. En daar zijn gezondheid goed was, hadden we elke reden om aan te nemen dat hij zou aanvaard worden. Daarnaast, was er oorlog en zou het moeilijk zijn om voor hem een uitzondering te verkrijgen. Mijn moeder die bang was om er thuis alleen voor te staan en niemand had om om het land te latten, vroeg eveneens aan mijn zus Carolina om naar huis te komen. Ondertussen beloofde de peter van mijn broer om zijn uitzondering voor hem te bekomen. Hij sprak enkele woorden met de dokter die verantwoordelijk was voor zijn medisch onderzoek en aldus verleende de Heer mijn moeder deze verlichting.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Jean de Florette [12/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 35: Catherina's geheim [Aflevering 228]

De signalen bleven brullen en woester worden. Het begon een herhaling te worden van de middeleeuwse waarschuwingen. In 1807 sloeg de bliksem in op een houten beeld in een klooster in Guadalajara. Het Kindje Jezus overleefde het in de armen van Zijn moeder, maar het was duidelijk een voorteken.

En er waren er nog. In Italië werd de opmars van Napoleon en z’n voorbereiding om de Pauselijke Staten te veroveren niet alleen door tranende afbeeldingen voorspelt, maar ook door beelden die raar bewogen. In Rome leek een afbeelding van de Moeder van Genade, die over een boog nabij het Piazza Santa Apostoli stond, de ogen te openen en te sluiten. De oude afbeelding, bijna onherkenbaar door de ouderdom, toonde plots duidelijke kenmerken en keerde terug naar haar oorspronkelijke schoonheid. "In de loop van diezelfde dag werd hetzelfde bovennatuurlijke verschijnsel in zes andere afbeeldingen vastgesteld, in straten en in kerken, in verschillende delen van de stad," schreef James Northcote.

Het was een spirituele omwenteling en in Amerika was het gebrul er letterlijk. In 1811 en 1812 waren er in New Madrid, Missouri een aantal bevingen die zo krachtig waren dat de rivier van de Onbevlekte Ontvangenis, nu gekend als de Mississippi, eventjes achterwaarts stroomde. Stroomafwaarts in New Orleans was men geconcentreerd op een beeld bij de Ursulinen nonnen. Een beslissende overwinning tijdens de slag om New Orleans werd aan het beeld toegedragen, toen zesduizend Amerikanen die onder Generaal Andrew Jackson vochten, een Britse troepenmacht van tenminste vijftienduizend man versloegen.

"Vanuit de vensters van hun klooster konden de Ursulinen de rook van het slagveld zien opstijgen en schoten van de geweren en de donder van de kanonnen horen," schreef historicus William J. Walsh. "Jackson had gezworen dat, als hij overwonnen zou worden, de vijand New Orleans in puin zou vinden. Om dit gevaar te helpen afweren zat de kapel van de Ursulinen voortdurend vol met vrome dames die weenden en baden aan de voet van het heilig beeld dat op het hoge altaar werd geplaatst. Bij de H. Communie kwam een boodschapper de kapel binnen om het goede nieuws van de nederlaag van de vijand aan te kondigen." Niemand kon aan de tussenkomst van de hemel twijfelen, door de bemiddeling van O.L.V. van Goede Bijstand. Jackson zelf, de held van de dag, aarzelde niet om de goddelijke tussenkomst in zijn voordeel toe te geven en in z’n eerste verklaring aan het leger, zei hij: ‘Door de zegen van de hemel, die de dapperheid van de troepen onder mijn commando leidt, hebben we één van de meest briljante overwinningen in de annalen van de oorlog behaald."

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 120]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Een invloed

Zoals Hilari Raguer opmerkt waren de niet katholieke waarnemers ‘geen passieve toeschouwers van het gebeuren, ze beïnvloedden zelfs in positieve zin verschillende documenten van het concilie’.

Het Secretariaat voor de Eenheid verzamelde wekelijks de waarnemers in het hotel Columbus. Bekwame katholieke personaliteiten (leden van het Secretariaat, bisschoppen of theologen) hielden toespraken over op het concilie besproken onderwerpen. De waarnemers mochten opmerkingen maken en bezwaren aantekenen die werden overgemaakt aan de conciliaire commissies. Er werden ook losse bijeenkomsten aan toegevoegd tussen waarnemers en verschillende leden van het Secretariaat voor Eenheid, met nota’s door de waarnemers opgesteld en bestemd voor de bisschoppen en theologen, gelast met het bewerken van een of ander thema dat ter sprake lag. Pater de Lubac bevestigde dat: "Kardinaal Bea zou voor zorgen dat hun waarnemingen aan het concilie worden voorgelegd. Misschien kunnen ze zelfs als waarnemers toegelaten worden tot enkele commissies."

In feite ‘hebben de waarnemers de inhoud en de formulering van diverse constituties en decreten beïnvloed, maar het blijkt onmogelijk om ze specifiek op te sporen’.

In oktober 1962 stelde Max Thurian een nota op over liturgie, bestemd voor de betrokken commissie. Dan, toen het schema De fontibus (de twee geloofsbronnen: Schrift en Overlevering) op 21 november 1962 uit de agenda van het concilie genomen werd om volledig te worden herschreven, nam Max Thurian met de protestantse theologen Oscar Cullmann en Hébert Roux deel aan een vergadering rond pater Congar om een nieuwe tekst te schrijven. In januari 1963, na de sluiting van de eerste sessie werd de onderprior van Taizé uitvoerig geraadpleegd voor het nieuwe schema over "oecumene" dat Gustave Thils als theoloog bij het Secretariaat voor Eenheid voorstelde.

Kortom, en volgens Etienne Fouilloux, ‘zonder een vroom optimisme te belijden, reiken de waarnemers een stevige en meestal genuanceerde steun aan de stelling van de meerderheid dat al gauw duidelijk werd in de vergadering. [...] het Secretariaat voor Eenheid maakt gebruik van de aanwezige waarnemers om zijn invloed op het concilie uit te breiden’.

Na de eerste sessie die eindigde op 8 december 1962 verheugde Broeder Roger zich over ‘de diepe verstrengelingen’ die in het concilie aan het licht kwamen, en over een ‘scheppende dynamiek’ die tegelijk katholieken en niet katholieken trof.

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 62]

Woordenboek: Letter D

De Egyptenaar

Hij pretendeerde dat op zijn commando de muren van Jeruzalem zouden instorten. De soldaten van Felix maakten een einde aan de illusies. De overlevenden, waaronder de Egyptenaar, sloegen op de vlucht. In De Oorlog der Joden wordt beweerd dat een meerderheid van de dertigduizend rebellen werd gedood of gevangen genomen en dat slechts een handvol met de Egyptenaar kon vluchten. Het Nieuwe Testament haalt dit incident aan. Toen Paulus in het jaar 57 in Jeruzalem werd gevangengenomen, was dit nog maar net gebeurd, want de tribunus vroeg hem: "Bent u dan niet die Egyptenaar die enige tijd geleden een opstand heeft ontketend en met vierduizend sicariërs naar de woestijn is getrokken?" [Handelingen 21:38].

Ondanks het mislukken van deze poging de Romeinen te verdrijven brandde het vuur van de opstand verder. De Zeloten riepen de mensen op de wapens tegen de Romeinen op te nemen. Wie dat niet wou, werd met de dood bedreigd. Ook onder stadhouder Festus [59-62] waren de Zeloten bijzonder actief. Opnieuw was er een valse profeet die een nieuwe uittocht beloofde en de mensen naar de woestijn leidde. Zo kwam Jezus' waarschuwing uit: "Als iemand dan tegen jullie zegt: Kijk, hier is de Messias, of "daar, vertrouw het niet. Want er zullen valse messiassen en valse profeten opstaan, en ze zullen grote tekenen en wonderen laten zien om, als het mogelijk zou zijn, zelfs de uitverkorenen op een dwaalspoor te brengen. Kijk, Ik heb het jullie van tevoren gezegd. Als ze jullie dan zeggen: ‘Kijk, Hij is in de woestijn’, trek er niet op uit: "Kijk, Hij is ergens binnenskamers, vertrouw het niet." [Matteüs 24:23-26].

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 76]

Het wonder van Alcalà de Henares, Spanje [1597]

Toen ze hoorden dat de beroemde en geleerde doktoren geen wetenschappelijke verklaring konden geven voor het niet vergaan van de Hosties, liet Don Pedro Garcia Carrero, een arts en professor aan de universiteit, een publieke onderzoek plaatsvinden. Tijdens dit onderzoek werden vijf Hosties gebroken. Hun behoud en frisheid overtuigde de professor dat het echt om een wonder ging, omdat de Hosties zich niet hielden aan de natuurwetten.

Toen de prominente theologen, religieuzen en professoren allemaal tot de conclusie kwamen het behoud van de Hosties een wonder was, schreef de rector, Don Francisco Robledillo, een brief aan de vicaris-generaal van Alcalá, op 16 juli 1619, waarin hij toestemming vroeg om het wonder bekend te maken en de Hosties publiekelijk uit te stellen, want hij wist dat de mensen enthousiast waren om dit religieuze wonder te aanbidden en te vereren.

De plaats waar de Hostie uit werd gesteld was een kapel in de Jezuïetenkerk. Hier werden de Hosties, in een grote processie door de straten van de stad, naar toe gebracht. De straten van de stad waren voor deze gelegenheid versierd met honderden kleden, vlaggen en bannieren.

Een noemenswaardig bezoek werd gebracht aan de Wonderlijke Hosties, in 1620, door de monarch, Filips III, die samen met zijn Koninklijke familie en zijn hele huishouden langskwam. Hij schonk aan de Hosties een kostbare doos gemaakt van parelmoer en zilver. De binnenkant van deze kist was bekleed met kostbaar brokaat. De Hosties werden in deze doos bewaard totdat er een monstrans geschonken werd door Kardinaal Spinola, de aartsbisschop van Sevilla en Santiago.

De Monstrans was iets meer dan 86 cm hoog en had de vorm van een vierzijdige lantaarn. Rond een centraal punt waren acht delen gemaakt, ieder deel huisde drie vertikaal geplaatste Hosties. Deze delen vormden een achthoek rond dit centrale punt, en het geheel was aan vier kanten omsloten door glas. Een klein koepeltje aan de bovenkant was versierd met een klein elegant kruis aan de bovenkant. Er wordt gezegd dat er ooit een gouden ring aan dit kruis hing, dat geschonken was aan de Wonderlijke Hosties op 18 september 1810, tijdens een bezoek aan Jozef Bonaparte, die koning van Spanje was gekroond door zijn broer Napoleon.

De Hosties verbleven in de kapel van de Jezuïetenkerk tot 1777, toen koning Karel III een koninklijk beval gaf aan kanunnik Ramon de los Herreros, om de Heilige Hosties te verplaatsen naar De Heilige Magistraalkerk. Toen werden de Hosties in grote plechtigheid naar de nieuwe kerk overgebracht. Ook werden de beelden, juwelen, versieringen, vazen, lampen en alles wat herinnerde aan de Hostie, of gegeven was aan de Hosties, mee verplaatst.

In de Heilige Magistraalkerk werden de Hosties bijzonder vereerd op het Hoogfeest van Hemelvaart, een feestdag toegewijd aan het wonder. Elk jaar op die dag kleedden de mensen van Alcalá de Henares zich in de mooiste kleden en namen deel aan de vieringen die zou uitgebreid waren dat het onmogelijk is om ze omschrijven.

12. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Rond het jaar 1927 deden antigodsdienstige overtuigingen hun intrede in de vallei, waarbij duivelse uitlatingen gebeurden tegenover iedereen die zich aan God toewijdde. Door de parochiepriester te helpen, deed Praxedes al wat ze kon voor de kerk. Haar eigen kinderen brachten andere kinderen, die op straat bedelden, mee naar huis, waardoor haar liefdadigheid voor de zieken en de armen nog toenam. Praxedes was opgetogen dat ze deze arme ongelukkigen kon voeden en kleden.

Ondanks het communistische antiklerikalisme en tot groot genoegen van Praxedes, trad haar zoon Enrique toe tot het Dominicaans seminarie. Ze had altijd gewild dat één van haar zonen priester zou worden. Op een keer toen ze Enrique een bezoekje bracht in het seminarie, vertelde Vader Felix Velez, bij wie Praxedes te biechten ging, aan één van de moeders: "Enriques moeder is een heilige." Tijdens de laatste jaren van haar leven, trad Praxedes toe tot de Derde Orde van de H. Dominicus, een vereniging voor leken.

Arturo, de kleine deugniet van het gezin die van school gegaan was om in de mijnen te gaan werken, werd gedood door een trein, op bijna dezelfde wijze als z’n vader. Door deze tragedie vond Praxedes een zekere verlichting in haar geloof en vertrouwen in Gods genade. Toen men haar geld gaf voor bloemen, spendeerde ze het aan dertig Gregoriaanse Missen voor de rust van zijn ziel. Tijdens de derde Gregoriaanse Mis voor Arturo, zag Praxedes in haar scapulier haar zoon in de armen van de Heilige Maagd. Vol van vreugde keerde Praxedes terug naar huis en zei: "Nu ben ik gelukkig, want mijn zoon werd gered."

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 66]

Aan Mijnheer Pastoor Peyramale

Nevers, 25 februari 1868

Mijnheer Pastoor,

Ik vraag u mij te verontschuldigen dat ik tot deze dag gewacht heb om u deelgenoot te maken van de vreugde die ik geproefd heb op de dag waarop ik het geluk had mijn religieuze professie te doen. Ik zou deze schuld, die de erkentelijkheid me oplegt, eerder hebben ingelost als de goede God mij niet met verscheidene zware ziekten aan het bed gekluisterd hield. Laat mij u bedanken, Mijnheer Pastoor, voor de dringende gebeden die u zo goed was voor mij op die dag tot de hemel te richten, en u vragen deze welwillend voort te zetten om mij te helpen Onze-Lieve-Heer en zijn Heilige Moeder te danken voor alle genade waarmee zij mij hebben overladen. Ik vraag u zo goed te zijn, Mijnheer Pastoor, mijn respect te betuigen aan de Zeer Eerwaarde Heer Pomian, alsook aan de Heren Vicarissen. Ik dank hen voor de dringende gebeden die zij zo goed waren voor mij op te dragen. Ik heb de afgelopen dagen een dame ontmoet die mij veel over u verteld heeft, Mijnheer Pastoor, en over uw reis naar Rome, waar zij met u heeft kennisgemaakt; ook vernam ik met vreugde dat u het geluk had de Heilige Vader te ontmoeten en met hem te spreken; Ik hoop, Mijnheer Pastoor, dat ik een klein beetje deel mag hebben aan de zegening die u van Zijne Heiligheid hebt mogen ontvangen voor de groep die u was toevertrouwd. Ik besluit, Mijnheer Pastoor, me aanbevelend in uw dringende gebeden, vooral gedurende het Heilig Misoffer vraag dan voor mij, bid ik u, om de deugd van de nederigheid en een grote offeringsgezindheid.

Wees zo goed, Mijnheer Pastoor, mij aan te bevelen in de gebeden van de Congregatie, ik zou alle juffrouwen erkentelijk zijn als zij zo goed zouden willen zijn enkele gebeden te richten tot Onze-Lieve-Heer en Zijn Heilige Moeder voor mijn intentie, om te bedanken voor de genade die zij mij hebben geschonken, vooral wanneer zij naar mijn geliefde grot gaan. Ik zal proberen dit terug te betalen door mijn gebeden, hoe zwak dan ook, tot Onze-Lieve-Heer in zijn Heilige Tabernakel te richten. Ontvang, Mijnheer Pastoor, de uitdrukking van het diepe respect waarmee ik Uw dienstwillige en dankbare dienares ben,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Mama Margherita

Als Margherita Occhiëna tot op vandaag in verschillende levensbeschrijvingen 'Mama Margherita' wordt genoemd, dan is het omdat ze niet alleen voor Jan Bosco een echte moeder was, maar ook voor heel wat jongens die in het oratorio van Don Bosco terechtkwamen.

Margherita Occhiëna werd geboren in 1788, in Serra di Capriglio, een dorp in de provincie Asti, Noord-Italië. Haar jeugd tekende zich vooral af op het platteland en in 1812 huwde ze met Francesco Bosco, een jonge landbouwer en weduwnaar, die in het gehucht Becchi woonde. Ze trok in bij hem en zijn zoon Antonio. Samen kregen ze twee kinderen: Giuseppe en Giovanni, de latere Don Bosco. Francesco stierf echter op 33-jarige leeftijd en vanaf 1817 kwam Margherita er alleen voor te staan, met de zorg voor drie kinderen en de verantwoordelijkheid voor de boerderij.

Toch is niets haar teveel geweest om er te zijn voor haar kinderen, als een moeder en vader tegelijk. Ze wist een evenwicht te bewaren tussen beide: een voldoende krachtig moederschap om de afwezigheid van een vader op te vangen en een voldoende zacht vaderschap om de onmisbare moederlijke warmte niet verloren te laten gaan. Ze werd een sterke vrouw, teder, maar vastberaden, vol geduld en begrip en toch onwrikbaar.

Al de tijd tot aan zijn priesterwijding en enkele jaren erna heeft Margherita naast haar zoon Jan Bosco gestaan. Toen hij priester werd, waarschuwde ze hem voor de ernst van zijn keuze: "Het is niet het kleed dat je groot maakt, maar de echtheid van je inzet en overgave. Liever een arme boer dan een priester die zijn plicht niet doet."

Tijdens de beginjaren van Don Bosco's patronaat bleef Margherita op de Becchi, als trotse grootmoeder van een groep kleinkinderen. Maar het aantal jongeren rond Don Bosco groeide aan en in 1846 vergezelde zijn moeder hem naar Valdocco. Wilde het huis van Pinardi een echt verblijf voor zijn jongens worden, dan hoorde zij erbij. Margherita Occhiëna werd 'Mama Margherita' voor de jongens van Don Bosco's patronaat. Ze betekende veel voor het oratorio, zoveel dat ze er wel eens de verpersoonlijking van wordt genoemd.

Mama Margherita stierf op 25 november 1856. "God weet hoeveel ik van je heb gehouden," zei ze aan Don Bosco, "van daarboven zal ik het nog beter kunnen." Op 25 november 2006 werd Margherita Occiëna door paus Benedictus XVI eerbiedwaardig verklaard.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 8

Alle mensen van goede wil zullen binnentreden. Voor God is alles mogelijk. Maria komt! Zij komt tot iedereen en aan iedereen zal zij het boek van hun geweten tonen. Het boek is niet geopend naar de wereld toe: dit is voorbehouden voor het laatste oordeel, maar naar ieders eigen ogen gericht. God zal deze eerste openheid van het geweten tot stand brengen door de zorgen van Maria, zachte Moeder! Het zal een geheimzinnig aanschouwing zijn, zonder echter de eigenliefde te kwetsen tussen de Moeder en haar kinderen. Het is de biechtstoel van Maria ...

Vertaling: Chris De Bodt


09-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.9 juni 2010
9 juni 2010

1. De Waarschuwing [3/15]

Alles zal u worden getoond

Ik heb het Rijk van Mijn Vader op de aarde zoals in de Hemel aangekondigd. Deze tekenen kondigen u Mijn komst in heerlijkheid aan in de harten van Mijn kinderen: zie en begrijp. Het zijn u, de ongelovigen, de besluitelozen, de onverschilligen, die Mijn liefdesopwellingen ver van u afgooien.

Zij die wachten op Mijn komst in hen om dan hun "ja" uit te spreken zullen enkel de tijd van zuivering lijden, dat is waar. Maar hoe groot zullen de pijnen zijn voor de anderen, zij zullen zo'n spijt hebben dan zij gewacht hebben, want de vreugde die zij zouden hebben kunnen smaken, zal niet door hen gekend zijn. Zij die "neen" zeggen bij Mijn Komst en hun "neen" zullen volhouden voor de Liefde, zijn diegenen die ervoor kiezen om eeuwig te lijden.

Kijk rondom u, merkt u niet dat u in een wereld leeft die nog verderfelijker is dan Sodom en Gommora? Staat dat u aan? Indien ja, dan wil dat zeggen dat u er vrijwillig voor gekozen hebt om "neen" te zeggen tegen de Liefde. Indien u zo verder wenst blijven te leven, zonder iets te veranderen, zult u ontgoocheld zijn, want deze tijd die op drift is, zal vervangen worden door de tijd van Liefde.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 29/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Vierde Onderzoekscommissie

Bisschop Ratko Peric van het bisdom Mostar, waaronder Medjugorje ressorteert, ontbreekt opvallend verdacht op deze lijst. Zijn standpunt is reeds gekend: hij heeft de verschijningen nooit als authentiek willen aanvaarden.

Inmiddels heeft Kardinaal Ruini verklaard nog geen einddatum voorop te kunnen stellen voor het beëindigen van de onderzoekswerkzaamheden.  Het ligt echter wel in zijn intentie om reeds voor eind 2010 een eerste beeld te vormen en hierover verslag uit te brengen.

Pater Ivan Sesar, Provinciaal Overste van de Franciscanen in Herzegovina, heeft reeds zijn volledige medewerking aan het onderzoek beloofd. In de Kroatische krant "Vecernji list" stelde hij verheugd te zijn over dit onderzoek. "Alles wat in Medjugorje gebeurt is openbaar en niets is geheim. Eenieder met goede intenties kan naar Medjugorje komen en zelf zien wat hier gebeurt. Zowel de Franciscaanse gemeenschap als de parochie van Medjugorje staat absoluut open voor elke vorm van samenwerking met de Commissie. Wij zijn bereid om hen te helpen in hun werkzaamheden en elke inlichting te verschaffen die ze maar wensen."

3. Rechtstreekse beelden van het Deepwater Horizon olielek

Men is naar de Maan geweest, men verkent andere planeten met onbemande ruimtetuigen, er is de CERN deeltjesversneller te Genève, men heeft de verschrikkelijkste wapens om de mensheid te vernietigen, de lucht hangt vol met satellieten, maar men is niet in staat om een pijpleiding af te sluiten op 1.500 meter diepte. Dit is het begin van alles. Medjugorje, 2 april 2010: "Wees klaar, Mijn kinderen." Maria liegt nooit. Zij is de Onbevlekte Ontvangenis, de Moeder van God. Hoe erg het ook mag klinken, maar wij zijn de bevoorrechte getuigen van het begin van het einde.

http://www.bp.com/liveassets/bp_internet/globalbp/globalbp_uk_english/incident_response/STAGING/local_assets/html/Skandi_ROV1.html

4. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 172]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Jezus tot de kruisdood veroordeeld

Neen Pilatus, zie gij erop toe wat gij doet! Gij noemt Jezus "rechtvaardig" en vergiet Zijn bloed: gij zijt de onrechtvaardige, gewetenloze rechter. Het bloed dat hij van zijn handen zou afwassen, doch niet kon afwassen van zijn ziel, datzelfde bloed riepen de moorddadige Joden vloekend neer over zichzelf en hun kinderen. Zij eisten dat Jezus’ bloed, dat voor ons om barmhartigheid roept, tegen hen om wraak zou schreeuwen.

Terwijl de verschrikkelijke roep van de Joden: "Zijn bloed komt over ons en onze kinderen!" weerklonk, beval Pilatus om alles in gereedheid te brengen voor het uitspreken van het vonnis. Hij liet zich andere kleren, statiekleren, brengen en aantrekken. Een soort kroon waaraan een edelsteen, iets blinkends althans, was vastgemaakt, werd op zijn hoofd gezet. Men legde een andere mantel om zijn schouders en een stafdrager kwam vóór hem te staan. Nu begaf Pilatus zich, stoetsgewijze, van het paleis naar het Forum. Soldaten omringden hem en gerechtdienaars, die iets droegen, liepen voorop. Achteraan liepen schrijvers met rollen en plankjes en helemaal aan het hoofd van de stoet ging een bazuinblazer.

Op het Forum, tegenover de geselplaats, bevond er zich een schoon gemetste verhoging van waarop de vonnissen moesten worden afgekondigd om van kracht te worden. Dit ronde bouwwerk heette Gabatha. Het was voorzien van verschillende trappen. De rechterstoel van Pilatus en daarachter een bank voor de andere leden van het tribunaal, bevonden zich ginder boven. Veel soldaten stonden op het verhoog en ook op de trappen. De meeste Farizeeërs waren reeds van Pilatus’ paleis naar de tempel gegaan. Alleen Annas en Caïphas, met 28 anderen, trokken naar het tribunaal op het Forum, toen zij zagen dat Pilatus zijn ambtsgewaad aandeed. De twee moordenaars had men er al heengebracht, toen het "Ecce Homo" voorbij was. Op de rechterstoel van de landvoogd werd eerst een rode deken gelegd en dan een blauw kussen met gele boorden.

Jezus, nog steeds in zijn spotmantel, de kroon op het hoofd en de handen geboden, werd thans door de beulsknechten en een groepje soldaten, dwars door de schimpende menigte heen, tot vóór het tribunaal gebracht en tussen de twee moordenaars geplaatst. Pilatus, die zijn stoel had ingenomen, sprak nogmaals luid tot de vijanden van Jezus: "Zie daar uw Koning!" Maar zij riepen: "Weg met Hem! Kruisig Hem!" Pilatus vroeg: "Wilt gij dat ik uw koning laat kruisigen?" De opperpriesters schreeuwden: "Wij hebben geen andere vorst dan de keizer!" Toen sprak Pilatus verder geen woord meer voor of met Jezus en ging hij over tot de veroordeling van Onze Heer. De twee moordenaars werden vroeger al tot de kruisdood verwezen. Hun uitstel tot terechtstelling kwam er echter op verzoek van de opperpriesters, die Jezus op deze wijze belachelijk wensten te maken, door Hem samen met gemene misdadigers te laten kruisigen. De kruisen voor de moordenaars lagen naast hen. Helpers van de beulen hadden ze naar hier gebracht. Jezus’ kruis was er nog niet, waarschijnlijk omdat Zijn doodvonnis nog niet was uitgesproken.

5. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 172]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Bedenk, broeders, dat alles mis zal gaan, wanneer de godslastering heerst in uw gezin. Sint Augustinus zegt dat deze zonde groter is dan de meineed. Bij de meineed immers, roepen we God tot getuige voor iets wat niet waar is, maar bij de godlastering beschuldigen we de goede God zelf van iets wat niet waar is. Wat een misdaad! Wie van ons heeft het ooit kunnen begrijpen? Sint Thomas zegt dat er ook godlasteringen bedreven worden tegen de Heilige Geest, en wel op drie manieren:
  • Door de werken van de goede God toe te schrijven aan de duivel. Dat deden de Joden, toen ze zeiden dat Jezus de duivel uitdreef in naam van de vorst der duivelen. Dat deden de tirannen en de wreedaards, die de wonderen van de heiligen aan tovenarij en aan de duivel toeschreven.
  • Volgens Sint Augustinus maakt men zich eveneens schuldig aan godlastering tegen de Heilige Geest, "wanneer men sterft zonder berouw." Gebrek aan berouw getuigt van een godslasterlijke geest, omdat we vergiffenis voor onze zonde kunnen krijgen door Gods liefde, en Gods liefde is de Heilige Geest.
  • Op de derde manier lasteren we de Heilige Geest door gedachten, woorden of handelingen die rechtstreeks tegen Gods goedheid ingaan. Bijvoorbeeld: wanneer we wanhopen aan onze redding en we niet alle middelen te baat nemen om haar te bewerkstelligen, of wanneer we er ons over ergeren dat anderen meer genaden verkrijgen dan wij.
Hoed u voor al deze zonden, broeders, want ze zijn toch zo verschrikkelijk! We maken de goede God immers uit voor een onrechtvaardige, als Hij anderen meer geeft dan ons. Of is het soms geen godslastering, broeders, als we bezweren dat er alleen voor de rijken en voor de deugnieten een Voorzienigheid bestaat? Is het geen godlastering als ge in uw ongeluk mort tegen de goede God: "Doe ik soms meer kwaad dan de anderen? Waarom moet ik het altijd zijn?"

Vertaling: Chris De Bodt

6. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 172]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Wat anders weet u dat de Arme Zielen tot hun familie wensen mede te delen?
Maria: Ze kunnen een familielied vragen om iets goed te maken dat de ziel verkeerd of onrechtvaardig heeft verricht hier op aarde. En door deze aanwijzingen te volgen zullen de levenden de ziel op diens weg begeleiden. Zij kunnen hen waarschuwen tegen dit of dat of door dit en dat te vermijden. Zij beschermen hen, leiden hen en dragen liefde en bescherming over op verschillende wijzen.

Nicky: Zijn er dingen die de zielen nooit zullen zeggen tegen hun familie?
Maria: Ze zullen nooit negatieve dingen zeggen en zaken veroordelen. Het zal steeds positief, hulpvol, beschermend en aldus genezend zijn.

Nicky: Worden families ook bezocht door overleden aanverwanten die verloren zijn, die naar de hel zijn gegaan, zonder dat de familie door hen wordt aangevallen of gekweld?
Maria: Ja, er zijn er. Maar dan sommen ze uiteraard niet op wat er voor hen kan gedaan worden, omdat ze zich buiten alle hulp en genaden bevinden. In deze gevallen willen ze hen enkel op de hoogte brengen van hun eigen toestand en van het bestaan van de hel.

Nicky: Hebben de Arme Zielen iets gezegd over de Vrouwenbeweging?
Maria: Neen, niet in deze woorden behalve dat er zich geen vrouwen mogen rond het altaar bevinden. In de gewone wereld is het absoluut goed dat ze op gelijke hoogte met de man willen staan. Ze mogen hun eigen beroep hebben, maar enkel als de leden van de familie hierdoor niet worden veronachtzaamd. Ook hier begaan zowel mannen als vrouw grote zonden vandaag. Als ook maar de kinderen of één der partners worden veronachtzaamd, zal de andere er later veel moeten voor lijden. Dit is een ondubbelzinnige, ernstige zonde tegen te ongelijkheid.

Nicky: Hebben de Arme Zielen ooit vernoemd waartoe de huidige maatschappij vandaag zo dikwijls is geneigd met de grootouders? Hier bedoel ik het plaatsen in rusthuizen, of de zogenaamde "verzorgingstehuizen," waar ze dikwijls als geringste en als een nummer worden behandeld en, erger nog, waar ze dikwijls kalmeringsmiddelen of andere middelen, die leiden tot de dood, krijgen toegediend?
Maria: Niet in het bijzonder, maar hebben zonden van zulke grootsheid nog verdere toelichting nodig? Dit zijn ontzagwekkende zonden! Hoe dikwijls is het de grootvader niet die de gebeden leidt en hoe dikwijls overbruggen de generaties elkaar zo mooi omdat de grootouders er zijn om hun wijsheid te delen die ze hebben verworven door de jaren van ervaring? Hen uit het huis werpen is enkel het werk van satan.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

7. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 16]

Problemen thuis

Hier ben ik dan, Zijne Excellentie, aan het einde gekomen van mijn drie jaren als herderin, van wanneer ik zeven tot wanneer ik tien jaar oud was. Tijdens deze drie jaren onderging ons huis, zowel als onze parochie, een totale verandering. Eerwaarde Vader Pena was niet langer parochiepriester en was vervangen door Eerwaarde Vader Boicinha. Toen deze zeer ijverige priester zag dat zo een heidense gewoonte als het eindeloze dansen te gebruikelijk was in de parochie, begon hij er zich onmiddellijk van op zijn preekstoel tegen te verzetten. Ook op straat en in de huizen, liet hij geen gelegenheid voorbijgaan om in te gaan tegen deze slechte gewoonte. Van zodra mijn moeder vernam dat deze goede priester op de wijze optrad, verbood ze mijn zus om nog langer deze amuzementen bij te wonen. En zoals altijd, leidde het voorbeeld van mijn zussen tot de opvolging door anderen en geleidelijk aan stierf de gewoonte dus uit. Hetzelfde gebeurde onder de jonge kinderen, die naar kleine aparte dansgelegenheden gingen, zoals ik reeds aan Zijne Excellentie heb uitgelegd, in mijn schrijven over de nichtje Jacinta.

In verband hiermee, merkte iemand aan mijn moeder op: "Tot nu was het geen zonde om te dansen, maar enkel omdat we een nieuwe parochiepriester hebben, is het een zonde geworden. Hoe kan dat nu?" "Ik weet het niet," antwoordde mijn moeder: "Alles wat ik weet is dat de priester niet wil dan ze dansen en zo gaan mijn dochters niet meer naar zulke gelegenheden. Ik laat hen dan een beetje binnen de familie dansen, omdat de priester zegt dat dit geen kwaad kan." Tijdens deze periode, verlieten mijn twee zussen het huis, na het sacrament van het huwelijk. Mijn vader was in slecht gezelschap terechtgekomen en door zijn zwakheid verloren we een deel van onze eigendom. Toen mijn moeder er zich van bewust werd dat onze middelen en levensonderhoud verminderden, loste ze dit op door mijn twee zussen, Gloria en Carolina, als diensters te laten werken. Thuis bleef er enkel mijn broer over om te passen op onze overblijvende velden, om zorg te dragen voor mijn moeder, het huis en mijzelf en om onze schapen naar de weide te brengen. Mijn arme moeder leek in het midden van tegenspoed terechtgekomen te zijn. Toen we op een avond rond het haardvuur zaten te wachten op mijn vader voor het avondmaal, keek mijn moeder naar de lege plaatsen van mijn zussen en zei met diepe droefheid: "Mijn God, waar is al die vreugde van ons huis heengegaan?" Daarna barste ze in tranen uit en legde haar hoofd te rusten op de kleine tafel naast haar. Mijn broer en ik weenden mee.

Vertaling: Chris De Bodt

8. Jean de Florette [11/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


9. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 34: Geboren in de hel [Aflevering 226]

Alle heilige feestdagen werden afgeschaft, en alle verwijzingen naar de geboorte van Christus werden geschrapt door de vestiging van een nieuw tijdperk dat begon met de revolutionaire republiek in 1792. De Christelijke Zondag werd verdrongen door een nieuwe kalender die de belichaming was van de eredienst van de Rede en verering voor een geïdealiseerde geaardheid die de zaden van het atheïsme en het globalisme verspreidde.

Veel van de Franse heiligdommen, veel van de miraculeuze plaatsen, veel van de plaatsen waar Maria was verschenen, waar ze mirakels met beelden deed, of de zieken genas, waar ze miraculeuze bronnen getoond of de behoeftigen gered had, waar ze de aarde had aangeraakt met de kracht van de hemel, werden ontheiligd, besmeurd, en vernietigd. Op 30 augustus 1792 werd in Fourvière de laatste Katholieke Mis gevierd, en de volgende jaren vielen revolutionairen Chartres binnen en knipten een groot stuk van een oud en beroemd relikwie waarvan men dacht dat het een deel was van Maria’s sluier. Ze namen het mee voor "wetenschappelijk" onderzoek, en tot hun teleurstelling gaf de analyse aan dat de sluier echt kon geweest zijn, en misschien wel tweeduizend jaar oud was. De sluier werd uiteindelijk terug op z’n plaats gelegd, maar de rest van Chartres werd geplunderd, terwijl het heiligdom van O.L.V. van de Gelofte te Cherbourg, waar een keizerin die in een storm gevangen zat en door Maria gered was geweest, op een gelijkaardige manier vernietigd werd.

Een kapel met een miraculeus beeld in Luxemburg werd vernield, en het zeventiende eeuwse beeld dat in Boulogne was beland nadat het door een mysterieus schip aan wal was gebracht, werd bemachtigd door revolutionaire dieven en tot as herleid.

Ook Clairfontaine werd afgebrand.

Misschien waren er gerechtvaardigde doelen in de revolutie, zoals er vaak een gerechtvaardigd begin is aan dingen die kwaadaardig uitdraaien, maar uiteindelijk was de revolutie geboren in de hel. In de Kathedraal Notre Dame werd een actrice op de troon geplaatst als de Godin van de Rede, en op dezelfde dag zorgde een decreet voor de sluiting van alle kerken in Lyon, waar een ezel die met priestertekenen versierd was een Kruisbeeld vertrappelde en uit een kelk dronk. "Er waren nog vreselijkere heiligschennissen in voorbereiding toen er plotseling een einde aan kwam door wat de onverlaten zelf aanvoelden als een bovennatuurlijk teken van het goddelijke misnoegen," schreef James Northcote. "De lucht werd plots donker en er barstte zo’n hevige storm los over de hoofden van de schandelijke menigte, dat ze allen samen wegliepen en verschrikt van de plaats wegvluchtten."

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

10. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 119]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Dom Helder Camara: ’een zeldzame vriendschap’

Broeder Roger en Broeder Max maakten op 31 oktober 1962 kennis met Dom Helder Camara, de Braziliaanse bisschop vermaard door zijn steun aan ‘Sem vez e sem voz’ [zonder geluk en zonder stem]. Sinds tien jaar hulpbisschop van Rio de Janeiro en secretaris generaal van de nationale conferentie van de Braziliaanse bisschoppen (CNBB) werd hij stilaan de meest beluisterde stem van het Braziliaans episcopaat dat liefst honderd drieënzeventig leden naar de eerste zitting van het concilie stuurde, maar ook werd zijn invloed buiten die groep merkbaar. Hij logeerde met Mgr. Manuel Larrain, bisschop van Talca uit Chili en die Broeder Roger al kende, in het grote Domus Mariae (Huis van Maria) op de via Aurelia niet ver van het Vaticaan. Er was daar een grote conferentiezaal waar zeshonderd man binnenkon. De bijeenkomsten van bisschoppen en de toespraken van theologen maakten van die plek, volgens Dom Camara, ‘een plek van niet gewelddadige revolutie en evangelische samenzwering’.

Zeer bezorgd door de grote ongelijkheden ‘die toelaten dat 1/3 overdadig ontwikkelde mensheid met overvloed en luxe de 2/3 in onderontwikkeling en honger blijven duwen’ probeerde hij met enkele andere Zuid-Amerikaanse bisschoppen Broeder Roger warm te krijgen voor die realiteit en brachten hem ertoe initiatieven te ondernemen, waarover later meer.

Dom Helder Camara was verleid door de stichters van Taizé: ‘allebei heel sympathiek, de zeer jonge Roger is de meester en Max de volgeling’. Hij is vervoerd door wat ze over hun Gemeenschap vertellen: "Nu zijn er tweeënvijftig protestantse monniken. Acht zijn dominee. Ze geloven in de werkelijke aanwezigheid van Jezus Christus en dragen de Heilige Mis op [het Avondmaal]. Ze biechten en de dominees geven de individuele absolutie (zoals wij). Ze bidden de Getijden [in feite gaat het om het Office de Taizé]."

De Braziliaanse prelaat en de ‘protestantse monnik’ [zo noemde Dom Helder Camara hem toen] bleven nauw in contact tijdens en na het concilie. Zo ontstond een door Broeder Roger genoemde ‘zeldzame vriendschap’, ondanks de verschillen in karakter: daar waar de stichter van Taizé schuchter en zachtaardig was toonde Dom Helder een ‘verassend talent voor communicatie in woord en daad’. Dom Helder gaf hem zijn bisschoppelijk borstkruis dat Broeder Roger op zijn habijt droeg aan een wit lint. Op een dag dat hij ze in Domus Mariae had uitgenodigd merkte de Braziliaanse bisschop op: "De twee protestantse monniken Roger en Max aten bij ons. Weinige mensen stralen een dergelijke heiligheid uit [...]. Ze werden op applaus onthaald in de eetzaal [zoals abbé Pierre]." Deze laatste opmerking is betekenisvol. Voor de Gemeenschap was het concilie een grote klankkast. Honderden bisschoppen ontdekten het bestaan van Taizé en kwamen in contact met de stichters. De pers in vele landen toonde interesse voor hen en ontelbare bijdragen verschenen. Deze plotse mediatisatie, die niets gemeen had met wat Taizé voor het concilie gewoon was, gaf Broeder Roger een dubbel gevoel: enerzijds een zekere voldoening om erkend en gewaardeerd te zijn en, tegelijk, ten prooi in de wereld worden gesmeten met het risico verkeerd begrepen te worden.

Daarbij ontbrak de commentaar niet. Mgr. Jauffrès, bisschop van Tarentaise, werd voor de lunch uitgenodigd via del Plebiscito met twee andere bisschoppen uit de Savoie en noteerde in zijn dagboek: "Ze zijn ons zeer nabij: [...] de drie eeuwige geloften van armoede, zuiverheid en gehoorzaamheid. [...] Ze zouden openlijk katholiek zijn, maar ze weigeren die beslissing te nemen om zich niet van hun protestantse broeders af te scheiden en hen mee te sleuren in hun zog om de door Christus gewilde eenheid bereiken." Dezelfde bisschop vermelde een vertrouwelijke mededeling van de prior van Taizé. Broeder Roger, zei hij, "ik lijd er niet onder zeker te zijn vat de validiteit van hun handelingen als dominee bij het vieren van het Avondmaal, bij gebrek aan apostolische overdracht. God zorgt ervoor," aldus de prior. Dit is de eerste keer dat er schriftelijk gewag wordt gemaakt van de geestelijke evolutie die Broeder Roger ertoe bracht het Avondmaal niet meer te vieren als dominee om daarna uitsluitend te communiceren in de katholieke Eucharistie vanaf 1972.

Schutz en Thurian zijn thoroughly catholic [helemaal katholiek] zei Douglas Horton, een protestants waarnemer en Amerikaans congregatiekenner. De uitdrukking is ver overdreven, maar ze geeft wel de indruk weer die de uitspraken en de houding van Broeder Roger en Max Thurian weergaven.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Jezus' tijdgenoten [aflevering 61]

Woordenboek: Letter D

De Egyptenaar

Na de dood van koning Herodes Agrippa I [44 n.Chr.] wist de zelotische beweging een steeds sterker stempel op de samenleving te zetten. Tijdens het stadhouderschap van Felix [52-59 n.Chr.] gingen de Zeloten over op een nieuwe tactiek. Gewapend met dolken [in het Latijn: sica] vermoordden ze hun tegenstanders. Ze werden daarom door de Romeinen met de naam sicariërs aangeduid. Naast deze sluipmoordenaars waren er ook valse profeten. "Het ging om leugenaars en bedriegers die deden alsof zij door God waren geïnspireerd, maar in werkelijkheid uit waren op revolutionaire veranderingen. Zij wisten de mensen te beheksen en voerden hen naar de woestijn onder het voorwendsel dat God hun daar tekens van een op handen zijnde vrijheid zou geven." [Josephus, De Joodse Oorlog 2:259].

De Egyptenaar verscheen op het toneel rond 58 na J.C. onder het bewind van procurator Felix [52-60 na J.C.]. Hij verzamelde in de woestijn talrijke aanhangers, zowat dertigduizend manschappen, volgens Flavius Josephus in De Oorlog der Joden. Vanuit de woestijn bracht de Egyptenaar zijn troepen op de Olijfberg voor Jeruzalem. Daar zweerde hij voor zijn lichtgelovige volgelingen dat hij het wonder van Joshua voor Jericho zou overdoen. Vanuit de woestijn trok hij met 30.000 man vanuit de naar de Olijfberg trok om van daaruit Jeruzalem in te nemen en de Romeinen te verdrijven.

Vertaling: Broeder Joseph

12. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 75]

Het wonder van Alcalà de Henares, Spanje [1597]

In het begin van 1597 kwam er eens een onbekende man in de Jezuïetenkerk van Alcalá de Henares. Deze man biechtte op dat hij hoorde tot een Morengroep die schuldig was van een aantal diefstallen in de katholieke kerk. Om zijn geweten te zussen vertelde de man aan de Jezuïetenpriester, Juan Juarez, hoe hij en zijn partners verschillend Heilig Vaatwerk hadden gestolen en verkocht hadden. De man vertelde ook de verschrikkelijke heiligschennis die hij en de andere hadden begaan met de Hosties die ze tijdens hun diefstallen hadden gevonden. Hij biechtte op dat hij een aantal Hosties nu bij zich had die gestolen waren uit drie verschillende kerken. Pater Juarez kreeg toen van de man 24 Hosties, allemaal glanzend wit en verpakt in dik papier.

Pater Juarez vertelde toen de details hiervan weer aan Pater Gabriel Vazquez, die de Hosties in eerste instantie bij de volgende mis wilde gebruiken. Omdat in sommige plaatsen, zoals Murcia en Segocia, sommige priesters vergiftigd waren, besloten ze om het zekere voor het onzekere te nemen en de Hosties in een zilveren doos te bewaren. Ze hadden namelijk geen manier om zeker te zijn dat het verhaal van de onbekende man waar was. De priester wisten zelfs niet eens of de Hosties geconsacreerd waren. Daarom werden ze niet in de tabernakel bewaard, maar in de voorraadkast van de kerk. Op de zilveren doos plakten ze een briefje waarop geschreven stond: "Lees deze brief en volg de opdrachten op". De opdrachten op dit briefjes waren dat als de Hosties smerig zouden worden deze met water of vuur vernietigd moesten worden, dit was het gebruik van de kerk om zich te ontdoen van Hosties die geconsacreerd waren, maar niet meer geschikt waren voor consumptie, om wat voor reden dan ook.

Elf jaar later, in 1608, onderzocht het hoofd van de provincie Toledo, Dr Luis de la Palmo, samen met Pater Juarez, de Hosties en zagen dat de Hosties nog steeds glanzend wit waren en helemaal fris. Toen besloot het hoofd van de provincie dat de Hosties naar de ondergrondse kluis geplaatst moesten worden om te kijken of de vochtigheid van de kelder de Hosties kon aantasten. De doos met de Hosties werd voorzien van een label en naar een stapel dozen met ongeconsacreerde Hosties geplaatst, die ook gelabeld waren. De ongeconsacreerde Hosties waren binnen een paar maanden helemaal aangetast door de vochtigheid, maar deze Hosties waren nog steeds puur en wit. Omdat ze niet aangetast waren wisten ze met absolute zekerheid dat er een hoger macht hier aan het werk was, wat de Hosties beschermde. Een paar maanden later stelde Pater Bartolome Perez voor om de Hosties in het tabernakel te bewaren, waar ze thuis hoorden.

13. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Florentina, de jongere zus van Praxedes die nog thuis woonde, was hier niet mee opgezet. Op een dag zei Florentina: "Het zou beter zijn als jij met je kinderen zou vertrekken en mij en moeder met rust laat." Hierop antwoordde Praxedes rustig: "Als ik de erfenis krijg die me volgens vaders wens op zijn sterfbed toekomt, zal ik met plezier vertrekken. Anders heb ik niets om van te leven." Florentina maakte er geen geheim van dat ze het haatte dat Praxedes bij hen woonde, en maakte vaak ruzie met haar. Op zeker moment deed ze een kast op slot waarin haar lievelingseten lag. Praxedes zorgde ervoor dat haar zonen alles aten wat ze hen kon geven, maar zij at vaak restjes, en vaak een maaltijd van brood en melk.

Met de terugkeer van Praxedes in het ouderlijke huis werd de meid ontslagen, en Praxedes nam het onderhoud van het huis op zich, en werd in alle opzichten een meid. Vermits ze geen inkomen had was ze verplicht om de afgedankte schoenen van haar moeder en zus te dragen, en de kledij voor haar zonen maakte ze van de kledij die hun vader had achtergelaten. Eén van de zonen van Praxedes zei later: "Mijn moeder deed al het zware huishoudelijke werk en werkte zelfs in de tuin. Mijn moeder bediende iedereen aan tafel en at wanneer iedereen gedaan had met eten. Ze ging als laatste slapen, en nooit voor middernacht. Met andere woorden, ze was de meid van het huis."

Toen haar schoonmoeder overleed erfde Praxedes haar huis, dat ze verhuurde zodat ze zelf een klein inkomen had. Rond deze tijd begon Praxedes te helpen tijdens drie dagelijkse Missen; twee in Mieres en één in Fabrica. De afstand tussen de twee kerken legde ze te voet af. In de jaren 1930 zei ze: "na het ontvangen van de H. Communie, voel ik een enorme hitte in mijn borst." Het leek erop dat Praxedes uitzonderlijke genaden ontving.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

14. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 65]

Aan Mevrouw Marie Casteron-Secail te Mauleon-Barousse [Lage Pyreneeen]

Lourdes, 14 maart 1864
J.M.J.

Mevrouw,

Ik heb uw brief ontvangen met het bankbiljet voor de stipendia van de negen missen die opgedragen zullen worden zoals u dat wenst. Mijn geliefde Moeder laat mij u zeggen dat wij onze gebeden negen dagen lang met de uwe zullen verenigen om te bewerkstelligen dat de persoon die uw belangstelling geniet, zich door de bemiddeling van Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes zal bekeren. Ook mijn persoonlijke gebeden zal ik hierop richten en zelfs na de noveen zal ik de goede Moeder in de Hemel blijven lastigvallen totdat zij ons heeft verhoord.

Intussen vraag ik u, Mevrouw, om te bidden voor mij en voor de communiteit, die zich daartoe bij u aanbeveelt, in de hoop dat deze vereniging van gebeden voor ons allen gunstig mag uitpakken en het Hart zal raken van Jezus en dat van Zijn allerheiligste Moeder. Wees verzekerd, Mevrouw, van mijn diepste respect en geheel mijn toewijding.

Bernadette Soubirous

15. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Missie

In 1870 vond in Rome het Eerste Vaticaans Concilie plaats. Bisschoppen uit Afrika, Azië en Amerika vroegen priesters en helpers voor hun missiegebieden. Opnieuw kwam een droom van Don Bosco uit: in 1875 werden de eerste salesianen naar Argentinië gestuurd. Nadien volgden nog missies in Uruguay, Brazilië, Chili en Ecuador.

Als paus Leo XIII Don Bosco vroeg om in Rome de H. Hartkerk te bouwen, kon hij niet weigeren, ook al vroegen de immense bouwopdracht en het verzamelen van de nodige fondsen immense inspanningen. Don Bosco ondernam bedelreizen naar o.a. Frankrijk en Spanje en verspreidde daarmee het werk van de salesianen buiten Italië. Maar het ging ten koste van zijn gezondheid. Vanaf 1887 ging de gezondheidstoestand van Don Bosco bergaf. Hij stierf op 31 januari 1888. In 1929 werd hij zalig en in 1934 heilig verklaard.

Ondertussen deinde het werk van Don Bosco verder uit, wereldwijd, tot een grote beweging. Tot op vandaag zijn er salesianen en salesiaanse werken in 127 landen, verspreid over 5 werelddelen. De eerste Vlaamse stichting vond plaats in Hechtel, waar in 1896 een vormingshuis voor salesianen geopend werd.

16. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 7

Vele eersten zullen de laatsten zijn. De kinderen die zich niet met het kwade inhouden zullen de eersten zijn die hun Onbevlekte Moeder zullen horen en zien. Zij openen de weg voor Maria en kort daarop komen de heiligen en de goede vrouwen, de arme mensen en de rijken. Er zijn hooggeplaatsten die zich hovaardig voelen, maar onder hen zijn er ook die nederig zijn. Er zullen arme hoogmoedigen zijn die slechts met de laatste groep zullen aankomen.

Vertaling: Chris De Bodt


08-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.8 juni 2010
8 juni 2010

1. De Waarschuwing [2/15]

Alles zal u worden getoond

Mijn geliefde kinderen, Jezus is voor u iemand van welwillendheid. Ik ben liefde, tederheid! Ik wil dat u verliefd bent op uw Redder. Er komt een tijd dat Ik Mij aan u zal tonen. Geloof Mij, Mijn woorden zijn waarheid, krachtig en vol licht. Zij borrelen uit uw binnenste. Weet dat alles dat in u is uitschreeuwt naar Mij. Als u hartstochtelijk verlangt naar Mijn Komst, weet Ik, Jezus, dat die tijd van wachten heel belangrijk voor u is en leg Ik in u genaden die u voorbereiden om Mij te zien, want zonder deze genaden zou u niet kunnen standhouden voor zoveel liefde. Zolang al zie Ik uit naar dat liefdesmoment bij ieder van u.

Zie, zo weiningen onder u zijn klaar voor deze gebeurtenis, want weinigen geloven erin en weinigen bereiden er zich op voor. Zij hebben het veel te druk met hun eigen bezigheden en zij vergeten hun geestelijk leven. Voor sommigen van Mijn kinderen is dat leven van onverschilligheid voorbij. Ja, want kinderen, net als u "ja" hebt gezegd tegen de Liefde, zult u genaden van Liefde ontvangen met heel uw wezen en met zo'n intensiteit, dat heel uw wezen zal worden omgevormd. Die dag zullen Mijn kinderen Mijn licht kunnen waarnemen dat in hen verschijnt.

Sommigen onder u kunnen getuigen dat zij God horen door inwendige woorden of door de inspiratie van de Heilige Geest en anderen kennen dan weer zo'n intense vreugde dat zij hun tranen niet meer kunnen bedwingen, terwijl er ook nog zijn die inwendige en uitwendige visioenen krijgen. Er zijn mensen die aanvaarden om te lijden voor de zielen en die zo'n sterke genaden van kracht en liefde ontvangen, dat hun pijnen hen niet kunnen verhinderen om vreugdevol te zijn. Weer anderen ruiken Hemelse geuren of zijn getuigen van Gods handelen: gezegende beelden en voorwerpen scheiden vocht af en soms verspreiden die de geur van rozen en wierook. Er zijn er ook die stemmen horen van dierbare overledenen die, ofwel bij Mij in de Hemel zijn, of zich nog steeds in het Vagevuur bevinden. Sommigen voelen de Hemel in hen, zijn getuigen van Hemelse tekenen of zien Mijn aanwezigheid, alsook die van Mijn Moeder bij hen. Ziet u, Mijn kinderen: dit alles is Mijn Goddelijke Wil, Mijn tekenen uit de Hemel.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 28/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Vierde Onderzoekscommissie

Met de vorming van deze vierde Commissie, officieel door het Vaticaan bekendgemaakt op 17 maart 2010, ontneemt de "Congregatie voor de Geloofsleer" voor de eerste maal in de geschiedenis van de Katholieke Kerk, elke handelswijze en controle van de plaatselijke Bisschop en de Bisschoppelijke Conferentie van Bosnië en Herzegovina. Een mooie blaam om zo de geschiedenis in te gaan. In hun plaats geeft de Congregatie nu een internationale Onderzoekscommissie samengesteld, met aan het hoofd de Italiaanse Kardinaal Camillo Ruini. Verder bestaat ze uit theologische en wetenschappelijke deskundigen.

Met Kardinaal Camillo Ruini heeft de Paus een van zijn meest trouwe medewerkers aan het hoofd geplaatst van deze vierde onderzoekscommissie rond Medjugorje. Kardinaal Camillo Ruini, die bekend staat als een werker en een discreet persoon, antwoordde op de vraag hoe hij te werk zou gaan: "Neen, hierover kan ik niet praten."

De laatste zeventien jaar was hij vicaris van het Bisdom Rome en Voorzitter van de Italiaanse Bisschoppelijke Conferentie. Tijdens deze periode werkte hij vooral aan de aanwezigheid van katholieken in het openbare leven. Johannes Paulus II zei over Ruini dat hij intelligent was, een hart had en eveneens de moed had om aanhanger te zijn van de magistratuur van de Kerk. Benedictus XVI heeft de nadruk gelegd op zijn optimisme en zijn medewerking met de Pausen tijdens moeilijke momenten.

Nu moet de filosoof en theoloog, ooit professor in de dogmatiek, Benedictus XVI inlichten over een van de fenomenen dat steeds meer Katholieken van over de hele wereld aantrekt: namelijk de verschijning van de Maagd Maria te Medjugorje, Bosnië-Herzegovina.

3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 171]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Jezus tot de kruisdood veroordeeld

Pilatus, die niet de waarheid zocht, maar een uitweg, was meer dan ooit besluiteloos. Zijn geweten sprak: Jezus is onschuldig. Zijn vrouw zei: Jezus is heilig. Zijn bijgeloof: Hij is een vijand van uw goden. Zijn lafheid: Hij is zelf een god en zal zich wreken en de menigte: Hij is een godlasteraar. Hij moet sterven!

Toen wendde hij zich bevreesd, maar plechtig tot Onze Heer en de Heer onthulde hem zijn meest verborgen euveldaden, voorspelde hem zijn droevig lot en ellendige einde, alsmede de dag waarop Hijzelf, Jezus, ten troon gezeten op de wolken des hemels, een rechtvaardig vonnis over hem zou komen vellen. Dit alles wierp in de onjuiste weegschaal van de rechter een nieuw gewicht tegen de vrijlating van Onze Heiland.

Het ergerde de man dat hij in heel de naaktheid van zijn innerlijke schande vóór Jezus stond en Hem niet doorgronden kon. Dat Diegene die hij had laten geselen en kon laten kruisigen, hem zijn ellendig einde voorspelde, ja, dat dezelfde Jezus, die nooit van enige leugen werd beschuldigd, wiens mond geen enkel woord tot eigen rechtvaardiging gesproken had, hem in dit moment van uiterste nood, vóór de stoel van Zijn rechtvaardigheid daagde. Pilatus voelde zich in zijn hovaardigheid gekrenkt tot de toorn toe, maar deze onstandvastige, waarin nooit één enkel gevoel overheerste, was meteen en tengevolge van Jezus’ bedreiging vol van angst en zo deed hij dan een laatste poging om de Heer vrij te laten.

Toen echter de Joden verklaarden dat zij hem bij de keizer zouden aanklagen, verviel hij in een andere, nieuwe lafheid. De vrees voor de aardse keizer woog zwaarder dan zijn vrees voor de koning, wiens Rijk niet van deze wereld was. De laffe, weifelmoedige booswicht dacht bij zichzelf: "Sterft Jezus, zo sterft met hem wat hij van mij weet en over mij geprofeteerd heeft." Tegen het woord in, dat hij zijn vrouw gegeven had, tegen recht en gerechtigheid, alsmede tegen zijn persoonlijke overtuiging in, handelde Pilatus naar de wil de Joden, die bij wijze van dreigement de keizer in het geding hadden gemengd. Uit vrees voor de keizer gaf hij aan de Joden het bloed van Jezus prijs. Om zijn geweten te sussen had hij niets anders dan water, dat hij over zijn handen liet gieten, terwijl hij riep: "Ik ben onschuldig aan het bloed van deze rechtvaardige, ziet lieden wat gij doet!"

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 171]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

De Heilige man Job was zo bang dat zijn kinderen God gelasterd hadden, dat hij offers bracht aan de Heer voor het geval dat zij zich aan deze zonde schuldig gemaakt zouden hebben. Sint Augustinus zegt dat diegenen die Jezus Christus in de hemel lasteren, wreder zijn dan zij die Hem op aarde aan het kruis sloegen. De slechte moordenaar lasterde Jezus nog, terwijl hij zelf aan het kruis hing: "Zijt Gij de Christus niet? Red uzelf dan en ons!" De profeet Nathan sprak tot koning David: "Omdat gij er de oorzaak van zijt geweest dat men de naam van de goede God gelasterd heeft, zal uw kind sterven en heel uw leven zal de straf niet wijken van uw huis." De goede God zelf zegt ons: "Ik wil dat diegene, die de naam des Heren lastert, ter dood zal worden gebracht." We lezen in de Heilige Schrift hoe men eens een man voor Mozes leidde, die een godlastering uitgesproken had. Mozes vroeg de Heer om raad en hij kreeg bevel de godlasteraar naar het veld te laten brengen en te doden, dit wil zeggen, hem met de vuisten dood te slaan.

We mogen werkelijk zeggen dat de godlastering de taal is van de hel. De Heilige Lodewijk, koning van Frankrijk, had zo’n afschuw van deze misdaad, dat hij beval om alle godlasteraars met een gloeiend ijzer op hun voorhoofd te brandmerken. Toen er eens een burger uit Parijs bij hem gebracht werd, die God had gelasterd, ontving de koning van velen een verzoek om gratie. Maar Lodewijk zei dat hij zelfs wou sterven om deze vervloekte zonde uit te roeien en hij liet de burger straffen. Onder keizer Justinus werd elke godlasteraar de tong uitgerukt. Tijdens de regering van koning Robert was Frankrijk voortdurend het slachtoffer van grote rampen en de goede God openbaarde een heilige dat de straffen niet zouden ophouden, zolang de mensen God bleven lasteren. Toen vaardigde men een wet uit tegen de godlasteraars: de eerste keer zou hen de tong doorboord worden, de tweede keer zouden ze moeten sterven.

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 171]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Wat hebben de Arme Zielen gezegd over de echtscheiding?
Maria: Ze hebben gezegd dat dit een van de grootste zonden van allen is tegen God zelf. Het kwetst iedereen verschrikkelijk en, uiteraard, de onschuldigen het meest. Het is niets minder dan een geestelijke, emotionele en mentale moord die wordt begaan op Gods grootste geschenk aan ons, de mogelijkheid om deel uit te maken van de schepping van het leven en de kinderen te mogen opvoeden. Geen enkel kind uit een echtscheiding kan in de volheid groeien dat God er heeft voor gepland. Tijdens deze eeuw, miljoenen keer meer dan ooit ervoor, verscheurt satan de families en de schoot der vrouwen. Hij vergiftigt en snijdt de heilige banden die de families in Zijn plan houden, aan stukken en hij vergiftigd en snijdt de kinderen aan stukken die God hen heeft gegeven. Het is voor het herstel voor deze twee zonden dat de Arme Zielen zeggen dat God spoedig zal komen en de aarde zal verbrijzelen. En in landen als de Verenigde Staten, waar meer dan 50 procent van de huwelijk nu stuk lopen, zal God er heel spoedig voor zorgen dat dit ophoudt. Hij zal het opnemen voor de nederige, de onschuldige, de gebedsvolle en de liefhebbende mens en zal de anderen straffen voor de nooit ophoudende beledigingen tegen de liefde. De industrie, de organisaties, de beëdigden, de culten, de dokters en psychologen die liegen, verwarren en samenzweren, er voordeel uit halen, en hierdoor de waarheid vertekenen om deze aller verschrikkelijkste der oorlogen in stand te houden zullen spoedig Gods woede ervaren zoals het nog nooit tevoren is geschied. God, wees genadig voor hen die weten wat ze doen! En we hebben de plicht om de onwetenden in te lichten over wat ze doen.

Nicky: Hebben de Arme Zielen u ooit iets verteld over de Kerkelijke ontbinding van huwelijken?
Maria: Ja en ze hebben gezegd dat de Kerk die vandaag maar al te dikwijls verleend. Dergelijke zaken zouden diepgaander moeten worden onderzocht. Ik ben bevreesd dat het tot op een zekere graad inderdaad waar is dat zij die goede banden hebben of bekend staan voor hun schenkingen, gemakkelijker toegang hebben tot deze nietigverklaringen en zoiets past niet in Gods plan. Uiteraard zijn er gevallen waar onderdrukking, emotionele beperkingen en andere gevallen in plaats en tijd het huwelijk ongerechtvaardigd maken om ermee te beginnen, maar dit zijn ernstige zaken die zeer liefdevol en diepgaand moeten worden onderzocht.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 15]

Verschijningen van de Engel in 1916

Van zodra we daar waren, knielden we neer, met onze voorhoofden tot aan de grond, en begonnen het gebed van de Engel te herhalen: "Mijn God, Ik geloof en stel mijn hoop in U, Ik aanbid U en ik hou van U! Ik vraag vergiffenis voor zij die niet in U geloven en hun hoop stellen, U niet aanbidden en niet van U houden." Ik weet niet hoe dikwijls we dit gebed hadden herhaald, toen er plots een buitengewoon licht op ons scheen. We sprongen op om te zien wat er gebeurde en aanschouwden de Engel. In zijn linkerhand droeg hij een Kelk, met de zwevende Hostie erboven, uit dewelke enkele druppels Bloed in de Kelk dropen. De Engel liet de Kelk zwevend in de lucht hangen en knielde naast ons neer en deed ons drie maal herhalen: "Meest Heilige Drievuldigheid, Vader, Zoon en Heilige Geest, Ik aanbid u diep en ik offer U het meest dierbare Lichaam, Bloed, Ziel en de Goddelijkheid van Jezus Christus aan, aanwezig in alle tabernakels ter wereld, tot herstel van de gewelddaden, de onteringen en de onverschilligheid waarmee Hijzelf werd beledigd. En door de onmetelijke verdiensten van Zijn meest Heilige Hart en het Onbevlekte Hart van Maria, smeek ik U om de bekering van de arme zondaars." Daarna, bij het oprichten, nam hij de Kelk en de Hostie in zijn handen. Hij overhandigde mij de Heilige Hostie en verdeelde het Bloed van de Kelk tussen Jacinta en Francisco, met de volgende woorden: "Neem en drink het Lichaam en Bloed van Jezus Christus, afschuwelijk beledigd door ondankbare mensen! Herstel hun misdaden en troost uw God." Opnieuw wierp hij zich op de grond en herhaalde nogmaals drie maal met ons, hetzelfde gebed: "Meest Heilige Drievuldigheid, Vader, Zoon en Heilige Geest, Ik aanbid u diep en ik offer U het meest dierbare Lichaam, Bloed, Ziel en de Goddelijkheid van Jezus Christus aan, aanwezig in alle tabernakels ter wereld, tot herstel van de gewelddaden, de onteringen en de onverschilligheid waarmee Hijzelf werd beledigd. En door de onmetelijke verdiensten van Zijn meest Heilige Hart en het Onbevlekte Hart van Maria, smeek ik U om de bekering van de arme zondaars." Hierop verdween hij. We bleven nog een lange tijd in deze houding en herhaalden deze woorden opnieuw en opnieuw. Toen we ten laatste opstonden, bemerkten we dat het reeds donker was en dus ook tijd om terug te keren naar huis.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Jean de Florette [10/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 34: Geboren in de hel [Aflevering 224]

Dit was een gigantisch moment in zowel de Franse geschiedenis als in de wereldgeschiedenis. Het was het hoogtepunt van het rationalisme en van de Verlichting. En het sloeg toe met de kracht van een orkaan. In 1789 arriveerden in Versailles twaalfhonderd afgevaardigden uit elke uithoek van Frankrijk, om een financiële crisis op te lossen. Ze besloten dat het land een radicale verandering nodig had, wat betekende dat er moest afgerekend worden met alle geboortevoorrechten en de macht aan de middenklasse moest gegeven worden. De afgevaardigden waren ook voor volledige economische vrijheid. En hoewel veel van de doelstellingen bewonderenswaardig waren en veel steun kregen, werd de opstand bloedig. Zoals Satan veel zaken die nobel starten doet omslaan, zo focusten de liberalen al gauw hun woede op de Kerk en begonnen ze een verschrikkelijke vervolging, onder het mom van rationalistische vooruitgang. In tegenstelling tot de Amerikaanse Revolutie, was de Franse Revolutie niet tegen een buitenlandse tegenstander; ze was tegen God. Het was het extreme tegenovergestelde van nederigheid, het toonbeeld van arrogantie.

Het rationalisme had zo’n extremen bereikt dat het Katholicisme vogelvrij verklaard werd en dertigduizend tot veertigduizend priesters uit hun geboortesteden verdreven werden. Ze verborgen zich of werden afgeslacht omdat ze niet akkoord waren dat de staat tot absolute autoriteit werd uitgeroepen, in plaats van Rome.

Het was de Heerschappij van de Verschrikking. De eerste afslachting van geestelijken gebeurde in Parijs, waar 220 priesters en een aantal bisschoppen het leven lieten. Elders volgden vele anderen. In Orange werden nonnen die opgesloten zaten voor "fanatisme en bijgeloof" naar de guillotine gebracht, en in de loop van een paar jaren werd bijna elke kerk in Frankrijk dichtgenageld, vernietigd of omgevormd tot een "tempel van de rede."

Bokenkotter schreef: "De Revolutie begon het karakter te krijgen van een religie op zichzelf. Sommige van de patriottische ceremonieën bevatten heilige eedafleggingen en heilige bomen, en sommige dorpen vervingen de religieuze straatnamen met patriottische namen. In Compiègne verving men de namen van de heiligen met die van helden van de revolutie, net zoals op vele andere plaatsen.. Zuigelingen kregen ‘onchristelijke’ namen. Kerkklokken en kelken werden in beslag genomen en gesmolten."

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 118]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Een concilie met gesprekken op fluistertoon

In de onmetelijke beuk van de Sint-Pietersbasiliek, waar de voltallige congregaties van het concilie verliepen, waren de waarnemers niet naar een donker hoekje verwezen maar zaten op een bevoorrechte plaats volgens de wens van Johannes XXIII: rechts van het voorzittersverhoog en voor de rijen waar de kardinalen zaten. Bijgestaan door vertalers die de Latijnse tussenkomsten omzetten en de nodige uitleg verschaften woonden ze alle zittingen en openbare congregaties bij, zonder echter het woord te nemen in de aula of aan stemmingen deel te nemen.

De openingsplechtigheid van het tweede Vaticaans concilie vond plaats op 11 oktober 1962, rechtstreeks uitgezonden door de Italiaanse staatstelevisie en overgenomen door vele Europese zenders en ook in de Verenigde Staten. Ongeveer tweeduizend vijfhonderd bisschoppen uit de hele wereld waren aanwezig voor een liturgische plechtigheid die als ‘groots’ werd genoemd, ondanks de kritiek van gebrek aan ‘participatie’ en de praal die de paus omringde. Een andere plechtigheid op 4 november [een grote pauselijke dienst naar ambrosiaanse ritus om de vierde verjaardag van de kroning van Johannes XXIII te vieren] ergerde ook de prelaten die verlangden naar een meer sobere en participerende liturgie. ‘Overschot van praal en gemis aan gemeenschappelijke liturgie’ stelde een bisschop vast. Broeder Roger betreurde het ritualisme, maar wou er geen openbaar twistpunt van maken: "Laten we dat gerust. Onze ergernis zal de eenheid niet bevorderen."

Broeder Roger en Max Thurian vonden enkele katholieken theologen terug die ze goed kenden en in Rome waren als geaccrediteerde ‘experts’ bij het concilie of privé theologen van een bisschop: de paters de Lubac, Congar, Maurice Villain onder andere. Onder de niet katholieke ‘waarnemers’ waren er voor hen bekende personaliteiten: Oscar Cullmann of nog Douglas V. Steere, een Amerikaans quaker die meermaals naar Taizé kwam tussen 1948 en 1950.

Op 13 oktober ontving Johannes XXIII al de waarnemers. Broeder Roger en Max Thurian drukten aan pater Chenu hun ‘vurige ontroering over die audiëntie’ uit, vooral door het slotwoord van Johannes XXIII: "We hebben niet geredetwist, maar met elkaar gesproken. We hebben niet gediscussieerd, maar we hebben elkaar bemind." Deze woorden waren de weerklank van de openingsrede: uitnodiging tot een aggiornamento (‘een bijwerken’) van de Kerk, veroordeling van de ‘ongeluksprofeten’ aansporing tot doorgeven ‘zonder verzwakking of aantasting’ van de geloofsinhoud onder een nieuwe ‘formulering’. De reacties waren trouwens uiteenlopend en tot op vandaag zijn de historici het niet eens over de paradigmatische waarde ervan.

Vanaf het begin was een theoloog als pater Congar, die een grote invloed had op het concilie, ongerust: "Het risico is groot een soort prefab concilie in Rome of onder Romeins bewind te hebben. Vele bisschoppen zijn niet bij machte om een globale visie te hebben op de kwesties, vooral de ideologische en theologische aspecten ervan." Roger Schutz en Max Thurian waren vooral gevoelig aan de veelvoudige debatten en discussies die zich naast het concilie en na de plechtige zittingen afspeelden: "Dit concilie komt voor als een vrije en moedige confrontatie waarin, in tegenstelling met wat doorgaans gemakkelijk beweerd wordt, de bisschoppen het wederzijdse contact opzoeken, om tegenstrijdige blokken te vermijden en om de eenheid te zien openbaren die vrede brengt. Dat is misschien een onverwachte maar niet minder belangrijke werkelijkheid van het concilie."

Ze droegen zelf in grote mate bij tot deze ‘vrije en moedige confrontatie’. Tijdens de vier jaar lange duur van het concilie zag hun appartement van de via del Plebiscito tal van kardinalen en honderden bisschoppen uit alle landen defileren, steeds in kleine groepjes, en ook theologen en journalisten, meestal uitgenodigd voor de lunch of het avondmaal. Broeder Roger zegende de tafel. De discussies gingen door onder het eten en een gebed in de gebedsruimte besloot de bijeenkomst.

Pater Congar was kind van het huis en schreef in zijn dagboek op 8 november 1962: "Om 20 uur was er het avondmaal met de vier Broeders van Taizé. Ze hebben een eigen sfeer ontwikkeld in het appartement dat ze bewonen. Er wordt veel gepraat. Ik vooral misschien. Ze ontvangen veel. Bijna nooit zijn er maaltijden zonder genodigden, soms vijf tot zes bisschoppen. Zo loopt er momenteel een concilie met gesprekken op fluistertoon en veel vriendschap dat de sfeer van het eigenlijke concilie ten goede komt."

De Broeders van Taizé vonden van hun kant dat ze de paus moesten steunen die de moed had gehad de Kerk op nieuwe wegen te leiden. Pater Congar noteerde ook: "Het standpunt van de Broeders van Taizé is: We moeten MET de paus en kardinaal Bea het risico op ons nemen dat ze moedig hebben aanvaard door waarnemers op het concilie toe te laten." Maar deze houding werd verkeerd begrepen door sommige meer kritische theologen. Op zijn beurt haalde Max Küng aan: "[Schutz en Thurian] vragen me tijdens een maal wat ze zouden moeten ondernemen op dit historisch moment en ik antwoord: ‘Gewoon protestant blijven’. Het is een antwoord dat ze niet helemaal op prijs stelden." Hans Küng vreesde in feite dat ‘de stichters van Taizé, vertroeteld door Rome, zich te goed in Rome zouden aanpassen.

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 60]

Woordenboek: Letter D

Drusilla II

Na de oudheid

Pas tegen het einde van de 20e eeuw, met de opkomst van "genderstudies", begonnen de onderzoekers zich te interesseren voor Livia en probeert men zich een objectief beeld van Livia te vormen.

In de populaire roman van Robert Graves [I, Claudius], wordt Livia geportretteerd als een complotterend politiek brein, om Tiberius aan de macht te brengen en hem die macht te doen handhaven zodra hij deze in handen heeft. Tot aan haar dood was zij volgens Graves het brein achter bijna elke dood of elk schandaal in de Julisch-Claudische dynastie. Er deden geruchten de ronde dat Livia de hand zou hebben gehad in de overlijdens op betrekkelijk jeugdige leeftijd van een hele reeks personen die meer recht op de troon zouden hebben gehad dan Livia's zoon Tiberius. Deze geruchten waren een bron van inspiratie voor Graves en Livia als gifmengster zou een rode draad door zijn verhaal vormen. Aan de hand van de beschikbare bronnen kunnen deze beschuldigingen niet worden bevestigd, maar evenmin definitief ontzenuwd. In de BBC-miniserie, die op het boek was gebaseerd, werd Livia op memorabel wijze door Siân Phillips vertolkt.

Livia is ook in gedramatiseerde vorm opgevoerd in de HBO/BBC-serie Rome. Geïntroduceerd in de in 2007 vertoonde episode "A Necessary Fiction," wordt zij al snel opgemerkt door de jonge Octavianus. Historisch gezien is dit echter niet correct, daar het ontstaan van de relatie tussen beide hier reeds voor het einde van het tweede triumviraat en de geboorte van Livia's eerste zoon wordt geplaatst.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 74]

Het wonder van Morrovalle, Italië [1560]

In zijn brief schonk de Pontifex ook een aflaat voor iedere gelovige die in staat van berouw het Sacrament van de Verzoening zou ontvangen en vervolgens de Franciscuskerk zou bezoeken tijdens de herdenking van het wonder. De Heilige Vader gaf ook toestemming tot een Heilig Gebed ter ere van het Lichaam van Christus, tijdens de vieringen op de herdenking van het wonder.

Dankzij de vrijgevigheid van de mensen, die allemaal goede christenen waren, werd de Franciscuskerk herbouwd, en werd zij nog mooier dan zij was voor de vlammen de kerk verwoestten. De giften van drie families [Lazzarini, Marchetti en Collarerali] maakten het mogelijk de altaren te vervangen. Een aandenken waarop hun vrijgevigheid wordt vernoemd is nog steeds aanwezig.

In de volgende 300 jaar onderging de kerk verschillende transformaties, en werd elke jaar bezocht door enorme groepen mensen die graag de aflaat wilde ontvangen die Paus Pius IV aan de kerk had verbonden.

Halverwege de 19e eeuw, toen Italië was gesplitst in koninkrijkjes, hertogdommen en andere naties, ontstond er een grote politieke onrust. Er waren oorlogen tussen verschillende delen van Italië en er was grote vijandigheid tussen hen en het Vaticaan. Gedurende deze pijnlijke tijd, in het jaar 1860, stormden antireligieuze troepen en vandalen de Franciscuskerk binnen en jaagden de broeders weg, om vervolgens verschillende schatten en kunstwerken mee te nemen. Velen menen dat de wonderlijke Hostie bij deze inval werd gestolen. Vanwege de moed van Pater Luigi en zijn broer, de apotheker Bartolomeo Baldassarini, was het schilderij "Onze Lieve Vrouwe van de Genade" gered. Het schilderij was zeer oud en kostbaar en was voor de mensen zeer dierbaar. Dit schilderij bevind zich nu in de Augustinuskerk.

Na de heiligschennis door de vandalen viel de Franciscuskerk in zo’n slechte toestand dat het niet meer mogelijk was om de Mis of andere religieuze vieringen daar te houden. Hierom liet het Vaticaan de aflaat, eens verbonden aan deze kerk, overgaan op de Bartholomeuskerk, waar deze aflaat nog steeds ontvangen kan worden. De Franciscuskerk is sindsdien gerestaureerd en is de plaats van toewijding van de pelgrims en toeristen geworden.

Ook al is de wonderlijke Hostie verdwenen, het deksel van de pyxis waarin de Hostie bewaard was gebleven voordat het vuur de kerk verwoestte, is nog steeds bewaard. Deze wordt bewaard in een kristallen cilinder en is geplaatst in een monstrans op een verhoging, met een kruis aan de bovenkant.

12. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Doorheen al deze moeilijkheden bleef Praxedes verder bidden. Ze ging dagelijks naar de Mis, bad de Rozenkrans, en bezocht regelmatig het Heilig Sacrament. Bovendien leek ze altijd te bidden terwijl ze haar huishoudelijke taken deed.

Op zekere dag had Praxedes een voorgevoel dat ze spoedig haar man zou verliezen. Dat gebeurde ook, toen twee goederenwagons volgeladen met stenen, los raakten en de helling afrolden en de locomotief raakten waar Gabriël en een stoker verpletterd werden.

Zonder het inkomen van haar man, wendde Praxedes zich tot haar familie. Amalia, haar moeder, was nu een zeer rijke vrouw. Alle leden van het gezin waren welvarend, behalve Praxedes. Haar vader had voorzien in het onderhoud van zijn dochters als ze weduwe werden. Amalia wilde echter geen geld geven, en om de zaak te regelen raadde ze Praxedes aan om met haar kinderen bij hen te komen wonen.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 64]

Aan mevrouw Duvroux
Lente 1866

Mevrouw,

Ik vraag u mij te verontschuldigen dat ik zo lang werd opgehouden u te schrijven. Misschien dacht u dat het onachtzaamheid was van onze kant, maar dat is in het geheel niet zo. U weet hoe mijn moeder lange tijd geleden heeft. En zoals u weet, zou Marie peettante worden, maar de goede God heeft het anders beschikt. Wij kregen een meisje, maar ons werd niet de tijd gegeven om lang van haar te genieten, de goede God heeft haar niet geschapen voor de aarde. Wij hadden wel nog tijd om haar te dopen, en ze is naar de hemel opgestegen, de arme kleine engel! Zoals u zich wel kunt voorstellen, was het een zwaard van smart voor mijn arme moeder, maar toch herneemt ze zich op dit moment een beetje. Zij spreekt dikwijls over u, zeker sinds mijn zus van haar bezoek aan u is teruggekeerd. Zij zegt dat ze zich thans verveelt in Lourdes, en dan zegt ze erbij dat ze niet gehuild, maar echt gelachen heeft, en dat, als wij haar niet hadden laten halen, zij pas teruggekomen zou zijn als u haar buiten de deur had gezet. Kunt u dat geloven van die kleine lelijkerd? Zij draagt me op u duizend en meer groeten over te brengen, en ook aan mijnheer uw echtgenoot.

Wij bidden u, mevrouw, onze dank te aanvaarden voor al het goede dat u voor ons gedaan hebt, en ook mijnheer uw echtgenoot.

Wees zo goed, mevrouw, mijn vriendelijke groeten over te brengen aan de jongeman die met u meegereisd is, en hem te zeggen dat wij hem ver-wachten bij uw volgende bezoek aan Lourdes. U moest eens weten hoe het ons al met al te lang duurt dat wij u weerzien om u mondeling te kunnen bedanken.

Ik beveel mij in uw dringende gebeden aan, mevrouw, ik heb ze meer dan nodig, zodat ik steeds met geduld lijd zo vaak als God het wil. Ik vergeet op mijn beurt u niet, ik denk vaak aan u allen en vooral als mij het geluk ten deel valt om de Grot te bezoeken.

Ik eindig mijn krabbels door u met heel mijn hart te omhelzen. Ontvang, mevrouw, de respectvolle gevoelens van uw toegewijde en erkentelijke

B.S.

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

In 1844 startte Don Bosco met zijn oratorio in Turijn. Na twee jaar rondzwerven, kwam het patronaat in 1846 in het huis van Pinardi in Valdocco terecht. Vanaf 1847 huisvestte Don Bosco er ook heel wat jongeren.

In 1848 braken moeilijke tijden aan: de oorlog wakkerde armoede en honger aan. Don Bosco had bovendien de kant van de paus gekozen, tegen het liberalisme. De clerus werd het mikpunt van allerhande pesterijen en ook het patronaat van Don Bosco ontsnapte hier niet aan. Don Bosco richtte daarom met zijn jongens een eigen 'ordedienst' op.

Omdat de bestaande infrastructuur niet langer toereikend bleek voor de grote groep jongeren, besloot Don Bosco zijn patronaat verder uit te bouwen. Op 20 juli 1850 startte hij met de bouw van een kapel in Valdocco. In 1853 volgden twee werkplaatsen: een schoenmakerij en een kleermakerij. Het jaar nadien kwam er een boekbinderij en in 1856 een meubelmakerij. In 1861 kreeg hij de toestemming om een drukkerij op te richten en een jaar later kwam er eveneens een smederij.

In 1864 brak de cholera uit in Turijn. Het patronaat stelde alles in het werk om de zieken te helpen. Eén van Don Bosco's leerlingen, Giovanni Cagliero, geraakte besmet. Don Bosco, de man van profetische dromen, zag in een droom dat Giovanni zou genezen en één van zijn eerste salesianen zou worden. Hij had het bij het rechte eind.

De congregatie van de salesianen werd gesticht op 9 december 1859. In 1874 werd de congregatie officieel erkend door Rome. Intussen was Don Bosco gestart met de bouw van een grote kerk in Valdocco, de basiliek van Maria Hulp der Christenen. Het moest het geestelijke centrum van de congregatie zijn. Op 9 juni 1868 werd de kerk ingewijd.

Bij Don Bosco groeide stilaan de gedachte om het patronaatswerk en het daarmee verbonden apostolaat ook voor meisjes uit te bouwen. Toen hij in 1864 een bezoek bracht aan Mornese, vond hij in Maria Mazzarello de geschikte persoon voor de uitbouw van een patronaat voor meisjes en van een vrouwelijke congregatie: de Dochters van Maria Hulp der Christenen, ook wel zusters van Don Bosco genoemd.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 6

In de Kerk zelf zal men denken dat alles verloren is. Maria komt! En hier de verwarring, de verwarring zelfs onder de priesters. Ondertussen is het aan de katholieke priesters dat men de absolutie en de zegen moet vragen. Maria is heel machtig, maar Zij kan ons de zonden niet vergeven. Dat is de taak van de priesters. Maria, in alles, vol van eerbied voor de priesters!

Vertaling: Chris De Bodt


07-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7 juni 2010
7 juni 2010

1. De Waarschuwing [1/15]

Medjugorje-Garabandal: God schonk ons het vermogen om een onderscheid te kunnen maken

Net zoals de Heer aan iedere mens het vermogen heeft geschonken om een onderscheid te kunnen maken tussen het goede en het kwade, heeft Maria er ons in Medjugorje dikwijls op gewezen dat we een onderscheid moeten kunnen maken tussen de tekenen van deze tijd en wat er op zal volgen:
  • 24 juni 1981: Feest van de geboorte van Johannes De Doper: te Medjugorje beginnen de verschijningen
  • 29 augustus 2008: Herdenking van de moord op Johannes De Doper: te Medjugorje beschadigen vandalen het Mariabeeld op de Verschijningsberg. De linkerhand, en beschermende hand, van Maria wordt afgebroken.
  • 16 september 2008: Daags nadat de presidentskandidaat John McCain de legendarische woorden uitspreekt "Our economy is strong", stort de economie op "Black Tuesday" in elkaar.
  • 20 april 2009: Onze Lieve Vrouw heeft slechts aan één persoon op deze wereld de datum van de Waarschuwing medegedeeld, aan Mari-Loli Mazon te Garabandal. Op deze dag overlijdt Mari-Loli, na een lange en slepende ziekte. Hoewel Onze Lieve Vrouw haar nooit strikt heeft verboden om deze datum bekend te maken, doet Mari-Loli dit niet, omdat anders teveel geweten wordt. Onze Lieve Vrouw heeft immers aan Conchita Gonzalez de opdracht gegeven om de datum van het Grote Mirakel slechts acht dagen op voorhand bekend te maken, maar het is geweten dat het Grote Mirakel binnen het jaar na de Waarschuwing valt. Ook maakt Onze Lieve Vrouw aan Mari-Loli Mazon bekend dat de Waarschuwing zal samenvallen met een gebeurtenis die aanvangt met een letter "A". Ook vertelt Mari-Loli dat de Waarschuwing een innerlijke gebeurtenis betreft met een weerspiegeling van de staat van onze ziel.
  • 2 april 2009: In Medjugorje geeft Maria aan Mirjana Dragicevic de volgende ongebruikelijke boodschap door: "Lieve kinderen. Vandaag zegen Ik u op een bijzondere wijze en bid Ik voor u opdat u zou terugkeren op het juiste pad van Mijn Zoon, uw Redder, uw Verlosser, tot Hem die u het eeuwige leven schonk. Denk na over al het menselijke, over alles wat u verhindert om u op de weg te begeven naar Mijn Zoon, over de vergankelijkheid, de gebreken en de beperkingen, en denk dan aan Mijn Zoon, aan Zijn Goddelijke Oneindigheid. Veredel uw lichaam en vervolmaak uw ziel, door uw overgave en gebed. Wees klaar, Mijn kinderen. Dank u."
  • 20 april 2010: Precies één jaar na het overlijden van Mari-Loli Mazon gebeurt de ramp met het olieplatform "Deepwater Horizon." Na anderhalve maand staat men nog evenver als bij het begin, maar is de omvang van de ramp bijna niet meer te overzien. Een echte oplossing kan nog maanden op zich laten wachten. Gelovige mensen weten dat data één wijze is waarop God met de mensen spreekt. Ook mede door de boodschap van 2 april te Medjugorje, weten we nu dat hier geen toeval is mee gemoeid en dat deze gebeurtenis kan leiden tot de Waarschuwing.
  • Ondertussen vindt er binnen de Katholieke Kerk zowat de grootste zuivering uit de geschiedenis plaats
  • 2 mei 2010: Medjugorje, eerste verwijzing naar de Waarschuwing in haar boodschap aan Mirjana Dragicevic: "Lieve kinderen, vandaag vraagt de Goede Vader, via Mij, om u, met uw zielen vol van liefde, op te maken voor een geestelijk bezoek [Engelse versie] geestelijke reis [Kroatische versie]. Lieve kinderen, wees vol van genade, heb oprecht berouw over uw zonden en verlang naar het goede. Verlang hier ook naar in naam van hen die er niet toe zijn gekomen om het volmaakte van het goede te kennen. U zult God meer behagen. Dank u!"
  • 2 juni 2010: Medjugorje, tweede verwijzing naar de Waarschuwing in haar boodschap aan Mirjana Dragicevic: "Lieve kinderen, vandaag vraag Ik u, om door vasten en gebed de weg vrij te maken, langs dewelke Mijn Zoon in uw harten zal binnentreden. Aanvaard Mij als een moeder en een aankondigster van Gods liefde en Zijn wens om uw redding. Bevrijd uzelf van alles uit het verleden dat u tot last is en u een gevoel van schuld geeft, van alles dat u tot dwaling en duisternis bracht. Aanvaard het licht. Word herboren in de gerechtigheid van Mijn Zoon. Dank u."
  • 15 augustus 2010: Leidt de eerstvolgende Katholieke Feestdag die begint met een letter "A" en tevens de dag waarop ieder jaar de meeste bedevaarders aanwezig zijn te Medjugorje, tot de Waarschuwing?: in het Spaans: "Asunción," in het Engels: "Assumption," in het Frans: "Ascension," in het Portugees: "Assunção".  Daarmee hebben we alle wereldtalen doorlopen. De gelovigen weten dat alles nabij is en Maria's berichten over "een geestelijk bezoek" kunnen niet blijven duren.
De kans bestaat en wordt zelfs met de dag groter, maar niets is zeker tot dusver.

2. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 27/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

De onverwachte wending

De tegenstanders van de verschijningen te Medjugorje hebben al hun hoop gevestigd op de negatieve bevindingen van deze Derde Commissie en denken dat het Vaticaan nu voor eens en voor altijd komaf zal maken met de verschijningen. En dat er tegenstanders zijn bewijst het onderstaand artikel dat verscheen in RKNieuws.net Nederland [RKK].


Artikel RKK-Rorate

Maar, tot spijt van wie het benijd lopen de zaken heel anders dan verwacht. Het komt er op neer dat het Vaticaan het beu is dat er zoveel wordt getreuzeld over Medjugorje en dat het al lang door heeft dat er "opgezet spel" aan het werk is, iets wat Kardinaal Vinko Puljic blijkbaar niet doorhad. Alle beslissingen van de voorgaande commissies worden resoluut van tafel geveegd en met rode wangen keert hij naar Bosnië en Herzegovina terug met het nieuws dat er een Vierde Onderzoekscommissie zal worden opgericht die deze maal zal worden geleid vanuit het Vaticaan zelf. Dit betekent dat Puljic sprak zonder werkelijk van de ontwikkelingen op de hoogte te zijn, wat meteen ook verklaard dat ook de Derde Commissie eenzijdig gekleurd was. De tegenstanders hebben op dit ogenblik alle strijd verloren.

3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 170]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Aanvullende beschouwingen

Meer dan eens zie ik datgene wat ter vertroosting, of ook ter bedreiging wordt gezegd, in lichtende en kleurige woorden uit de mond van die verschijningen komen, ofwel dragen zij de boodschap die zij moeten overbrengen als een schriftstuk in de handen. Wanneer het nodig is zie ik aandoeningen en hartstochten en alles wat tot het gevoel behoort, in bewegende figuren die nu eens lichtgevend zijn en dan donker, meestal ook in verschillende kleuren. Ik zie die figuren binnen in de borst van de mensen, ja, zich door heel hun lichaam heen zich, zie ze langzaam of snel van hier naar daar trekken en van vorm, kleur en richting veranderen, terwijl ze mij op die wijze alles te verstaan geven wat ik weten moet. Maar het is onmogelijk om dit na te vertellen, want er zijn zo machtig vele dingen, en ikzelf, die ze te aanschouwen krijg, ben zo vol smart en treurnis, zo pijnlijk gekweld omwille van mijn zonden en de zonden van de ganse wereld, zozeer gebroken van deernis door het bittere lijden van Onze Heer, dat ik niet weet hoe ik, het weinige dat ik hier vertel, nog kan bijeen rapen.

Vele bijzonderheden [vooral wat betreft het verschijnen en de bedrijvigheid van de engelen en duivels] die ook door andere zielen, die Christus’ lijden in visioenen aanschouwden en met het verhaal van de Passie werden samengevlochten, zijn losse stukken van zulke beelden in verband met een innerlijk, geestelijk gebeuren, zoals ik even tevoren bedoelde. Volgens de zielstoestand van wie ze mochten waarnemen, zijn ze nu eens zo en dan weer anders in het geheugen gebleven en achteraf in het verhaal opgenomen. Vandaar dat men dikwijls een zekere tegenspraak bij hen vindt, terwijl ze niet allemaal precies hetzelfde onthouden, bepaalde dingen vergeten en overslaan. Daar alle denkbare boosheid in de marteling van Christus tot uiting gekomen is, alle liefde geleden is in Hem, die de zonden der wereld als Lam Gods op Zich nam, is het begrijpelijk dat het aantal gruwelijke èn heilige dingen die men te zien krijgt en waarover te vertellen valt, tot in het oneindige gaat. Wanneer dan de visioenen van vele vrome personen niet helemaal met elkaar overeenkomen, komt zulks voort omdat niet al die personen dezelfde genade ontvingen om dingen te zien, weer te geven èn te doen verstaan.

Dergelijke mededelingen over haar "wijzen van aanschouwen" heeft de zieke herhaaldelijk gedaan, zodat ik ze thans niet voor het eerst van haar vernam. Zij verklaarde meteen dat zij de meeste dingen in de aard van de laatst vermelde liever niet ophaalde, omdat de geschiedenis daardoor te onduidelijk zou kunnen worden. Eenieder zal nu toch begrijpen hoe moeilijk het voor haar moest zijn, om bij zo’n overstelpende veelheid van beelden, de gang van het gebeuren vast te houden in de herinnering. Wie zal het dan ook de zo diep en hevig, door haar medelijden gepijnigde geheugen, niet graag vergeven wanneer er zich hier en daar in de loop van haar verhaal kleine leemten voordoen, of er eens een enkele keer een vergissing wordt begaan in verband met het uur en de tijd waarop de feiten der Passie hebben plaatsgevonden.

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 170]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Sint Thomas zegt dat de godlastering een smadelijk scheldwoord is tegen de goede God of tegen zijn heiligen. Er bestaan vier vormen van godlastering:
  • Een bevestigende vorm, wanneer ge bijvoorbeeld zegt: "God is wreed en onrechtvaardig! Anders kan Hij niet toelaten dat ik zoveel te lijden krijg, dat de mensen mij belasteren, dat ik dit geld of dat proces verlies. Ach, ik val van het ene ongeluk in het andere! Alles loopt mis bij mij: ik houd geen stuiver over. En bij anderen lukt het allemaal."
  • Een ontkennende vorm, wanneer ge bijvoorbeeld zegt dat de goede God niet almachtig is, dat ge iets kunt zonder Hem. Deze godlastering sprak Sennacherib, de koning van de Assyriërs uit, toen hij Jeruzalem belegerde. Hij meende de stad tegen Gods wil te kunnen bezetten. Hij bespotte Hem en zei dat geen God hem kon verhinderen om Jeruzalem binnen te trekken en heel de stad in vuur en bloed te veranderen. Om de koning voor die godlastering te bestraffen en hem het bewijs van Zijn Almacht te leveren, zond de Heer hem een engel die in één enkele nacht 180.000 Assyrische soldaten doodde. Toen Sennacherib de volgende morgen zijn hele leger uitgemoord terugvond, zonder te weten door wie, vluchtte hij verschrikt naar Ninive, waar hij zelf door zijn eigen kinderen om het leven werd gebracht.
  • Ook wanneer ge aan een schepsel eer bewijst die alleen aan God toekomt, maakt ge u schuldig aan godlastering. Dat geldt bijvoorbeeld voor diegenen die tot het voorwerp van hun hartstochten zeggen: "Ik heb je lief met heel mijn hart ... Ik hou zoveel van je, dat ik je aanbid." Woorden die afgrijzen doen verwekken, broeders, en toch worden ze elke dag opnieuw weer uitgesproken.
  • Tenslotte bestaan er een aantal godlasterende uitdrukkingen, die ik u niet nader hoef te noemen. Ze zijn een gruwel!
Deze zonde is in de ogen van God zo groot en zo afschuwelijk, dat zij allerlei rampen over de wereld afroept. Wanneer de Joden iemand een godlastering hoorden zeggen, verscheurden zij hun kleren, zo sterk was hun afkeer van het kwaad. Zij durfden zelfs het woorden niet uit te spreken en duidden het aan met zijn tegendeel, het woord benedictie of zegenwens.

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 170]

Hoofdstuk 25. Huwelijk, familie en kinderen

Nicky: Mag de partner, in een huwelijk waar de vrouw moet heel wat moet lijden door de man, of omgekeerd, de andere verlaten?
Maria: Dat mogen ze, maar het is zeker beter van het niet te doen. Ze zouden het allemaal moeten opofferen. Maar de lijn moet enigszins getrokken worden waar lichamelijk lijden wordt toegebracht, omdat God zijn martelaren zoekt, niet wij.

Nicky: Wat kan er op het geestelijke gebied geschieden tussen een paar dat gehuwd is voor de Kerk, dat niet gehuwd is voor de Kerk of in het geheel niet gehuwd is?
Maria: Gods Zegen, de Huwelijksbeloften, die we uiteindelijk maken voor God, de Huwelijksmis en de steun van de familieleden zijn allen zo’n machtige beschermende genaden dat het gebrek aan één of verscheidene ervan de nodige sterkte een eenheid ernstig kan verzwakken. Als we God en de zegen van de Kerk inroepen, zullen de zaken zich veel beter ontplooien en zo is het zeker beter met deze dan zonder deze.

Ik zie dat er gelijkaardige dingen gebeuren wanneer Arme Zielen mij komen bezoeken en onder de leven zouden we het bilocatie noemen. Of het gebeurt ook dat er een engel aan één van beiden verschijnt om aan de andere de boodschap over te brengen. Hij of zij zouden dan moeten horen en zien, of samen elkaar horen en zien en daarbij beschermende en begeleidende woorden krijgen. Dit gebeurt dikwijls en moet als een mooi geschenk gezien worden van God voor een heilig paar. Het zal zeker niet gebeuren wanneer mensen tezamen in zonde leven. In zo’n gevallen is er veel minder bescherming van buiten deze wereld. Ik zou hen waarschuwen van deze weg te willen afstappen en terug onder Gods bescherming te komen.

Het is ook gebruikelijk dat een overleden partner dichtbij komt om de nog levende partner te begeleiden door het stervensproces. Wat een overweldigende vreugde moet dit voor beiden zijn om dit te kunnen ervaren. Oprechte, gevende en heilige liefde sterft, nooit. Nooit! Toch is dit enkel zo wanneer God het huwelijk heeft gezegend en hen steeds nabij is tijdens hun gebeden en tijdens hun daden van onbaatzuchtige liefde.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 14]

Verschijningen van de Engel in 1916

We knielden neer op de grond en hij boog zich voorwaarts neer tot zijn voorhoofd de grond raakte, en hij deed ons de volgende woorden drie maal herhalen: "Mijn God, Ik geloof en stel mijn hoop in U, Ik aanbid U en ik hou van U! Ik vraag vergiffenis voor zij die niet in U geloven en hun hoop stellen, U niet aanbidden en niet van U houden." Toen hij zich oprichtte, zei hij: "Bid nu. De Harten van Jezus en Maria zijn aandachtig voor de woorden van uw verzoeken." Zijn woorden griften zich zo diep in onze geesten dat we ze nooit meer konden vergeten. Van dan af, brachten we lange perioden door in de houding van de Engel, en herhaalden zijn woorden, tot we soms uitgeput waren. Ik waarschuwde Francisco en Jacinta meteen dat dit moest geheim worden gehouden. Godzijdank stemden zij hiermee in.

Enkele weken gingen voorbij en de zomer kwam, toen we naar huis moesten voor de siësta. Op een dag speelden we op de paveien van de bron, aan het diepste punt van de tuin van mijn ouders, die we de Arneiro noemden [ik heb deze bron reeds vermeld aan Zijne Excellentie in mijn relaas over Jacinta]. Plots zagen we naast ons dezelfde figuur, of liever, de Engel, zoals het mij leek.

"Wat bent u aan het doen?" vroeg hij. "Bid, bid heel veel! De meest Heilige Harten van Jezus en Maria hebben plannen van genade met u. Bied voortdurend de Meest Heilige gebeden en opofferingen aan."

"Hoe moeten we opofferingen maken?" vroeg ik.

"Maak van alles wat u kan een opoffering en schenk het aan God als een daad van herstel voor de zonden door dewelke hij wordt beledigd en met de bekering van de zondaars als verzoek. Zo zult u vrede doen neerdalen over uw land, waarvan ik de Beschermengel ben, de Engel van Portugal. Boven alles, aanvaard en draag met nederigheid het lijden dat de Heer u zal zenden."

Een aanzienlijke tijd ging voorbij, tot we op een dag onze schapen uitlieten op een eigendom van mijn ouders, op de helling van de heuvel die ik reeds heb vermeld, een beetje hogerop dan de Valinhos. Het is een olijfbos, Preguiera, genaamd. Na ons middageten besloten we om te gaan bidden in de holte tussen de rotsen aan de andere kant van de heuvel. Om tot daar te komen, gingen we rond de helling en moesten bij over een aantal rotsen boven Pregueira klimmen. De schapen konden maar met de grootste moeite over de rotsen klauteren.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Jean de Florette [9/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 34: Geboren in de hel [Aflevering 223]

Toen hij net na het vallen van de avond terugkwam, stuurde hij een bediende naar de vertrekken van de officier die op dat moment van wacht was. Na een inleidend gesprek van zo’n half uur zei Washington, starend naar z’n gezel met die vreemde blik van waardigheid die hij alleen had, tot de officier: "Ik weet niet of het te wijten is aan de zorgen in m’n hoofd of iets anders, maar deze namiddag zat ik aan deze tafel een bericht voor te bereiden, toen iets me leek te verstoren. Toen ik opkeek, zag ik voor mij een mooie vrouw. Ik was zo verbaasd ... want ik had strikte bevelen gegeven niet gestoord te willen worden ... dat het even duurde voordat ik de woorden vond om naar de reden van haar aanwezigheid te vragen. Ik herhaalde mijn vraag twee, drie, en zelfs vier keer, maar ik kreeg geen antwoord van mijn geheimzinnige bezoekster, behalve dat ze haar ogen lichtjes oprichtte. Op dat moment voelde ik vreemde gewaarwordingen door gans m’n lichaam. Ik zou opgestaan zijn, maar de gerichte blik van het wezen dat voor me stond maakte me willoos. Ik probeerde haar nogmaals aan te spreken, maar ik kon m’n tong niet meer bewegen. Zelfs mijn gedachten leken verlamd. Een nieuwe invloed, mysterieus, krachtig, onweerstaanbaar, nam bezit van mij. Het enige wat ik kon doen was wezenloos naar m’n onbekende bezoekster staren."

Hoewel er genoeg reden was tot scepticisme (men beweerde dat Sherman zich dit herinnerde toen hij negenennegentig jaar oud was), en hoewel het verhaal van Washington niet dezelfde aandacht kreeg als vele gelijkaardige bezoeken aan bisschoppen, pausen, of wereldlijke leiders in Europa, was er geen twijfel dat dergelijke legende tegen 1880, zo niet eerder, de ronde deed.

Men citeerde Washington als volgt: "Geleidelijk leek de omgeving zich te vullen met gewaarwordingen, en gaf licht af. Alles rond mij leek ingewikkeld te worden, de mysterieuze bezoekster zelf werd doorzichtiger en toch duidelijker te zien dan voordien. Ik begon nu het gevoel te krijgen als iemand die sterft, of eerder de gewaarwordingen te krijgen die ik me soms bij ontbinding voorstel. Ik dacht niet na, ik redeneerde niet, ik bewoog niet; dat was allemaal onmogelijk."

Op dat moment zou Washington naar verluid een stem gehoord hebben. "Zoon van de Republiek, kijk en leer," zei de vrouwelijke verschijning, en ze strekte haar arm oostwaarts.

Men beweert dat Washington op dat moment een witte nevel zag, die geleidelijk optrok en "alle landen van de wereld" liet zien, en hij zag een wolk die opsteeg van Europa en Amerika, een wolk die westwaarts bewoog.

Onweerswolken. Nog meer donderslagen. Als de legende fictief was, was ze toch briljant in het uiten van de vage eigenschappen van echte verschijningen. Anderen zagen ook dikke, stijgende mist toen de Revolutie in Amerika gevolgd werd door de Franse Revolutie.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 117]

Hoofdstuk 7: Naar het Tweede Vaticaans Concilie

Enkele maanden na de aankondiging van het concilie door Johannes XXIII in januari 1959 werden de bisschoppen over heel de wereld uitgenodigd om wensen over de nodige hervormingen en de te behandelen doctrinepunten op te sturen. Hun antwoorden beslaan vijftien boekdelen en meer dan tienduizend pagina’s. In juni 1960 werden tien ‘voorbereidende commissies’ opgericht, elk met als voorzitter een kardinaal van de Curie, en gecoördineerd door een centrale voorbereidende commissie. Vijfenzeventig schema’s werden opgesteld: teksten over de doctrine en het pastoraat in de liturgie, de Openbaring, de Maagd Maria bijvoorbeeld.

Over het vraagstuk van de ‘eenheid van de christenen’ verklaarde Johannes XXIII al op 30 augustus 1959, tijdens een audiëntie in Castelgandolfo, dat indien de protestanten en orthodoxen het nakende concilie wensten bij te wonen ‘het redelijk was hen te onthalen want de Kerk is nog altijd hun thuis waarvan ze afstand namen door de lotgevallen van de geschiedenis’. In juni 1960 werd een Secretariaat voor de Eenheid van de christenen opgericht met als voorzitter kardinaal Bea.

Broeder Roger was al op zoek gegaan naar een in te huren appartement in Rome om er te verblijven met enkele Broeders tijdens de zittingen van het concilie. Vertraagd door een zeker verzet was de officiële beslissing niet gevallen. Broeder Roger had een weigering voorzien: "Indien we niet uitgenodigd worden zullen we toch in Rome zijn en voor de duur van het concilie zullen twee Broeders permanent bidden."

Eindelijk gaf op 25 december 1961 de bul Humanae salutis van bijeenroeping tot het concilie aan dat niet katholieke christen gemeenschappen de werkzaamheden van het concilie konden bijwonen. Een première in de geschiedenis.

Later gaf Broeder Roger commentaar op de brief van juli 1962: "Ik denk terug aan de dag dat die brief aankwam: uitgenodigd worden om mee te zoeken is een geschenk van God!"

Vijfenvijftig niet katholieke personaliteiten namen deel aan de eerste zitting van het concilie: zesenveertig ‘afgevaardigde waarnemers’ door hun respectieve Kerken gezonden, en acht persoonlijk uitgenodigde ‘gasten’. Volgens een vertrouwelijk verslag van die tijd was "het verschil tussen de ‘waarnemers’ en de ‘gasten’ alleen een kwestie van benaming, daar ze beiden dezelfde status genoten."

Broeder Roger en Max Thurian lieten zich als officiële genodigden vergezellen door twee Broeders van de Gemeenschap. Het gehuurde appartement met 5 kamers op nummer 107, via del Plebiscito, diende al de tijd van het concilie en nog meerdere jaren nadien. De middelste kamer was de gebedsruimte met een eenvoudig altaar, witgeschilderde muren en versierd met enkele mooie werken gewijde kunst die wel onverwachts overkwamen in een ruimte voor protestantse cultus: "een mooi kruisbeeld, oude schilderijen, allemaal heel mooi en die Christus, de Heilige Maagd, de Verheerlijking voorstelden. Boven het altaar was een lichtgevende driehoek (van binnenuit verlicht) die de Heilige Drie-eenheid voorstelt."

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 59]

Woordenboek: Letter D

Drusilla II

Beeldende kunst

Munten en talrijke standbeelden van haar die over het hele rijk zijn teruggevonden tonen de enorme populariteit van Livia aan. De literaire bronnen bieden daarentegen een contrastrijk portret van haar. Tacitus, Suetonius en Cassius Dio, die elk wel haar kwaliteiten erkennen, stellen haar voor als een gifmengende stiefmoeder en een manipulatieve echtgenote. Zo vertelt Tacitus dat zij "de oude Augustus stevig onder controle had, zelfs zozeer dat hij zijn enige overgebleven kleinzoon naar het eiland Planasia verbande". Wat later vat hij het nog eens kort en bondig samen als "gevaarlijk in staatszaken als moeder, gevaarlijk als stiefmoeder van het huis van de Caesari". Vellius Paterculus daarentegen, die nog onder Tiberius had gediend en deze bewonderde, maakte een ontroerende grafrede voor haar: "uitstekend boven de vrouwen en in alles meer gelijkend op goden dan op mannen, wiens invloed niemand opmerkte tenzij bij het opheffen van gevaren of het stijgen in ambten."

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 73]

Het wonder van Morrovalle, Italië [1560]

Omdat enthousiaste groepen mensen uit verre gebieden kwamen om de omgeving te aanschouwen, beval een afgevaardigde van de Curie van het aartsbisdom Fermo dat de plaats van het wonder ordelijk en eerbiedig moest blijven.

De Wonderlijke Hostie en de deksel van de pyxis werden bewaard in een kristallen vaas, welke vervolgens werd afgesloten. Deze vaas werd bewaard in een ivoren doos, en afgesloten met drie sloten. Twee sleutels waren in handen van de prior, de derde sleutel was in handen van de bewaker van het klooster.

Nieuws rond het wonder deed Paus Pius IV een grondig onderzoek instellen. Om dit te overzien koos hij Ludovico, Bisschop van Bertinoro, bijgestaand door Cristoforo Bartoli, kanselier van de Kerk in Loreto. De details over de gebeurtenis werden bericht aan de Pontifex, die deze gegevens besprak met verschillende hooggeplaatste geestelijken.

Vijf maanden na het wonder gaf Paus Pius IV een pauselijke brief uit, op 17 september 1560. In dit document stond een korte beschrijving van het wonder, waarna de Paus de integriteit en voorzichtigheid van Bisschop Ludovico erkende, maar ook de enorme ijver van de bisschop in zijn onderzoek naar dit wonder werd genoemd. Daarna verklaarde hij dat hij met eerwaarde geestelijken had overlegd, die allemaal beaamden dat er geen fraude of bedrog was in de conclusie en dat er voor de gebeurtenis geen natuurlijke uitleg bestond. Het was hun mening en uitsluitsel dat de gebeurtenis ‘Indubitato miracolo’ was [onmiskenbaar wonderlijk].

12. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Tien maanden na hun huwelijk verwelkomden Gabriël en Praxedes hun eerste kindje. Ze noemden hem Celestino, naar de overleden vader van Praxedes. Na het doopsel van het kindje, droeg Praxedes hem op aan de Moeder van God. Kort daarna verhuisde het koppel van het appartement met één kamer, naar een huis met twee verdiepingen, een binnenplaats en een tuin. Praxedes was gelukkig, en teelde haar eigen groenten en bloemen, en ze spendeerde vele uren aan naaiwerk voor het gezin. Het volgende jaar, 1916, werd Arturo geboren. Enrique werd geboren in 1917, en Gabriël in 1920. Ze werden allemaal toegewijd aan de Heilige Maagd Maria.

Het huwelijksleven van Praxedes voorzag veel gelegenheden voor het beoefenen van deugdzaamheid. Dat werd bewezen door wat plaatsvond toen Gabriël regelmatig een nabijgelegen taverne begon te bezoeken. Het was op dat moment dat zijn liefde voor z’n echtgenote bekoelde. Consuelo, de neef van Praxedes, getuigde: "Ik zag dat Gabriël haar soms heel ruw behandelde, dictatoriaal en minachtend, alsof hij haar niet waardeerde. Op zo’n momenten boog Praxedes, die steeds aan het naaien was, het hoofd en weende, zonder hem te antwoorden of zichzelf te verdedigen." Een buur verklaarde: "Gabriël maakte het moeilijk voor Praxedes, maar ze klaagde nooit of zei nooit iets tegen iemand. Slechts één keer vertrouwde ze haar probleem toe aan een oom langs vaderszijde, die haar aanraadde Gabriëls moeder in te lichten."

Filomena sprak blijkbaar met haar zoon over z’n gedrag, vermits er een volledige ommekeer kwam en hij nooit meer naar de taverne ging. Gabriël was zeker geen perfecte echtgenoot. Zijn armtierig salaris, dat altijd een probleem was, verhinderde hem echter nooit om z’n vrienden regelmatig mee uit eten te nemen. Hij rookte veel en spaarde z’n geld niet.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 63]

Aan haar zus Marie

Nevers, 25 december 1870

Lieve zus,

Je zegt in je brief dat vader van plan is me op te zoeken. Persoonlijk zou ik heel blij zijn hem terug te zien: zeg hem echter dat hij zich niet op weg mag begeven. Als hem onderweg per ongeluk iets verschrikkelijks overkomt, zal ik me dat mijn leven lang kwalijk blijven nemen. Onze Moeder-Overste heeft me beloofd dat ik heel de familie mag opzoeken wanneer de kapel van de Grot wordt ingezegend. Ik zou heel blij zijn geweest vader te ontmoeten, maar mijn geluk zal nog groter zijn als ik jullie allen in familieverband zie. Mijn gezondheid is nog goed, maak je over mij geen zorgen.

Mijn lieve zus, het is overbodig te zeggen welk verdriet ik voelde toen ik vernam dat mijn neefje geboren is met een verdraaide voet en dat hij misschien voor zijn hele leven verminkt is. Ik smeek je, ga met hem naar de dokter, misschien kunnen ze er iets aan doen. Houd een noveen voor Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes en was hem met water uit de Grot. Ik ben heel blij dat je de heer en mevrouw Alphonse en Louise Ponson peetouders hebt gemaakt. Vergeet niet hun mijn groeten te doen. Ik denk vaak aan hen bij Onze-Lieve-Heer. Nooit meer zal ik de drie jongens van de vrouw van de voerman vergeten; ik deel haar verdriet, want ik begrijp haar toestand.

Zeg Laurentine Soubirous namens mij dat ik elke dag tot de Heilige Maagd bid om haar zoon Jean te willen bewaren, en dat zij zich niet wanhopig moet voelen als zij geen nieuws ontvangt. Waarschijnlijk heeft hij op dit moment geen tijd en geen toestemming om te schrijven. Ons staat slechts een ding te doen, veel bidden tot de Heilige Maagd opdat zij voor ons allen mag bemiddelen bij haar dierbare Zoon, en ons vergiffenis en erbarmen mag verlenen. Ik vertrouw er heimelijk op dat de Gerechtigheid van God, die ons thans treft, door onze tedere Moeder nog zal worden bedaard.

Beste zus, je maakt me nogal wat verwijten in je brief. Je vindt dat ik niet vaak genoeg schrijf. Dat geef ik toe, maar wat wil je dat ik vertel, tenzij ik de hele tijd dezelfde dingen herkauw, omdat ik niets nieuws weet. Je moet een beetje inschikkelijk zijn, als jij drie keer schrijft op een brief van mij, dan zou het wel gaan. Intussen wacht ik vol ongeduld op jullie nieuwtjes, antwoord me maar meteen.

Je vertelt me niets over tante Lucile en haar familie, zou ze me moe zijn? Toch houd ik altijd van haar en denk ik vaak aan haar. Doe haar mijn lieve groeten, en ook aan al mijn ooms en tantes, neven en nichten van wie ik altijd houd.

Ik besluit, mijn liefste familie, met jullie allerinnigst te omhelzen; ik gelast mijn kleine nichtje twee grote kussen van mij aan haar vader te geven. Als jullie nieuws ontvangen van mijn broer Jean-Marie, geef het mij dan door. Ik ben niet tevreden over mijn broer Pierre, ik vind het erg lui van hem dat hij mij niet schrijft. Ontvang, mijn liefste familie, de hartelijke groeten van jullie dankbare kind,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Priester

Op 5 juni 1841 werd Giovanni Bosco tot priester gewijd. Er stond hem een goed betaalde loopbaan te wachten: als huisleraar bij de adel van Genua, als kapelaan in Morialdo of als pastoor van Castelnuovo. Maar Don Bosco aanvaardde geen van alle. Hij trok naar Turijn, volgde er een driejarige pastorale opleiding voor jonge priesters en leerde er het stadsproletariaat kennen.

Via don Cafasso, zijn geestelijke leider, kwam Don Bosco in contact met de schaduwkant van de samenleving. Don Cafasso bezocht immers regelmatig de gevangenen van Turijn. Don Bosco was getroffen door de vele jongeren in de gevangenissen en ontdekte zijn roeping: iets doen aan het lot van deze jongeren en vooral voorkomen dat ze in plaatsen als deze belandden. Tijdens zijn opleiding, in 1844, startte Don Bosco daarom met een jeugdpatronaat, een zogenaamd oratorio, toegewijd aan de heilige Franciscus van Sales, wiens zachtmoedigheid en mildheid hij ontzettend bewonderde.

Twee jaar lang heeft Don Bosco met zijn oratorio wat rondgezworven, tot hij in 1846 terecht kon in een zijgebouw van het huis Pinardi in Valdocco. Dit werd het centrum van zijn werk, de plaats overigens waar van dan af ook zijn moeder zijn leven en dat van zijn jongens zou delen.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 5

Pius IX is de laatste Paus van de onderdrukte Kerk. Kruis van het Kruis [Pius IX in de profetieën van Malachias], aan hem de smart, maar ook de vreugde. Na hem de verlossing: Lumen in Coelo [Leo XIII in de profetieën van Malachias]: hij is het toeziend oog van Maria. Verder zei Madeleine nog dat Pius IX niet de laatste Paus is, maar de laatste Paus van een tijdperk. Denkt u dat Maria, die naar ons toekomst, het werk van Haar Zoon zal laten vernietigen? De Paus is de plaatsvervanger van God op aarde en ik elk bisdom, in elke parochie is er respectievelijk de Bisschop en de Pastoor, die Jezus Christus op de aarde vertegenwoordigen, zoals Maria staat voor de Goede godsdienstige Moeder. Ga naar uw priesters: het is God die hen heeft ingesteld. Maar tegenspoed, tegenspoed voor onstandvastigen, die de geest van de wereld volgen.

Vertaling: Chris De Bodt

16. 365 dagen met mijn engelbewaarder

"365 dagen met mijn engelbewaarder" is bijgewerkt tot en met 13 juni [zie rubriek gebeden].

Henk

04-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4 juni 2010
4 juni 2010

1. Medjugorje: De Onderzoekscommissies [aflevering 26/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

De onverwachte wending

Op woensdag 7 oktober 2009 rapporteerde Adam Tanner, de verantwoordelijke voor Reuters in het Balkangebied, dat Kardinaal Vinko Puljic [hoofd van de Bosnische Bisschoppelijk Conferentie] daags ervoor een verklaring had vrijgegeven waarin hij meldde dat het Vaticaan spoedig verdere richtlijnen zou geven voor de Katholieken over de bewering dat de Heilige Maagd Medjugorje bezoekt. Puljic verklaarde: "Wij wachten nu nog enkel op verdere richtlijnen over deze aangelegenheid. Ik denk niet dat we nog lang zullen moeten wachten. Ik denk dat het nog voor het einde van dit jaar zal zijn, maar dat is nog niet zeker. Ik ga in november naar Rome en daar zal alles worden besproken."

Eind november ging Kardinaal Vinko Puljic dus, zoals afgesproken, naar Rome om er de bevindingen van de Derde Onderzoekscommissie voor te leggen aan de Heilige Stoel en de Congregatie voor de Geloofsleer. Deze bevindingen zijn opnieuw dezelfde en hieruit kunnen wij niet anders dan opmaken dat kardinaal Puljic, Bisschop Peric en andere leden van de Bisschoppelijke Conferentie van Bosnië gewoon de mogelijkheid weigeren te aanvaarden dat Onze Lieve Vrouw zou kunnen verschijnen in Medjugorje. Zoals zo vele andere priesters, geloven ze niet meer in verschijningen en wensen ze maar één ding: dat alles stopt.

2. In één oogwenk kan alle communicatie uitvallen

De ruimte raakt zodanig vervuild met afval dat elke botsing tussen satellieten een 'oncontroleerbare kettingreactie' in gang kan zetten, die de communicatienetwerken op aarde vernietigt. Dat zegt het Pentagon in een rapport.

Het wordt zo langzamerhand aanschuiven in de baan om de aarde, waar het aantal gedumpte raketten, kapotte satellieten en ander ruimteschroot steeds groter wordt. De hoeveelheid rommel komt op een 'kantelmoment' en vormt een bedreiging voor de ruimtevaartindustrie. Eén enkele botsing tussen twee satellieten of grote stukken 'ruimterommel' kan duizenden andere stukken afgedankt materiaal doen wegkaatsen, die op hun beurt weer andere satellieten vernietigen. In zo'n scenario worden gps-systemen, internationale telefoonverbindingen en weersvoorspellingen in één klap waardeloos.



Een dergelijke kettingreactie kan sommige banen zo volstouwen met rommel dat ze onbruikbaar worden voor commerciële of militaire satellieten, zo waarschuwt het Amerikaanse Ministerie van Defensie. Daarnaast vreest men ook dat grote brokstukken een bedreiging vormen voor het internationaal ruimtestation ISS en zijn bemanning. In een geheim rapport dat het Pentagon in maart naar het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden stuurde, wordt gemeld dat de ruimte 'steeds voller en problematischer' wordt, en dat de situatie nog erger zal worden.

Bharath Gopalaswamy, een Indische ruimtevaartexpert, schat dat er zich in de 'lage baan' om de aarde [tussen de 800 en 1.000 kilometer boven de planeet] meer dan 370.000 stukken rommel en zo'n 1.100 satellieten bevinden. De ruimterommel, ook wel een 'rondcirkelende vuilnisbelt' genoemd, bevat ook bouten, moeren, handschoenen en andere overblijfselen van ruimtemissies. "Het omslagpunt is bijna bereikt", zegt Gopalaswamy. "We kunnen satellieten onmogelijk afdoende beschermen tegen zo'n vernietigende kracht."

De waarschuwingen zijn niet louter op theorie gebaseerd. In 2007 knalde een Chinese testraket tegen een satelliet, waarna 150.000 stukken rommel in de atmosfeer raakten. En na een crash tussen een in onbruik geraakte satellatiet van de Russen en een communicatiesatelliet in februari vorig jaar kwamen zo'n 1.500 stukken rotzooi vrij - die vliegen nu in een baan om de aarde aan zo'n 7 kilometer per seconde.

Dergelijke ongevallen gaven de VS een duwtje in de rug om samen met de VN richtlijnen omtrent het vermijden van ruimteafval uit te vaardigen. In de 'Space Debris Mitigation Guidelines', die vorig jaar werden gepubliceerd, worden landen aangemaand om ruimtetuigen en lanceringsvehikels na het einde van de missie weg te halen. "Ook in de ruimte zijn er wetten en beleidsregels nodig", vindt Mazlan Othman, directeur van het VN-bureau voor Ruimtezaken. "We moeten kunnen verzekeren dat de levensstijl op aarde niet onder druk komt te staan door problemen in de ruimte."

3. Golf van Mexico: Olielek niet dicht voor december en tweede lek ontdekt

Drie opmerkelijke ontwikkelingen gisteren bij het olielek in de Golf van Mexico. Er zou een tweede, nog veel groter lek ontdekt zijn. Bovendien blijkt het scenario dat er in augustus een einde aan het dagelijks lekken van miljoenen liters olie komt veel te optimisch en het zal waarschijnlijk duren tot december. Sommige specialisten houden er zelfs rekening mee dat het nog veel langer duurt of dat de bron niet gedicht kan worden en nog een tiental jaar zal "leegbloeden". Ondertussen blijkt naast miljoenen liters olie ook dagelijks zes miljoen kubieke meter gas te ontsnappen, dat van de oceaan een levensloze dead zone zonder zuurstof maakt.

Er zou een tweede, nog groter olielek ontdekt zijn op een goeie acht kilometer van het lek op 1.500 meter diepte onder het op 20 april ontplofte platform Deepwater Horizon in de Golf van Mexico. Uit dat lek zou dagelijks 18 miljoen liter olie ontsnappen. Dat beweert Matt Simmons in een interview met Bloomberg News. Hij zegt dat NOAA (National Oceanic and Atmospheric Association) hem dat bevestigd heeft.

Simmons was een adviseur van George Bush tijdens diens presidentschap, is lid van de National Petroleum Council en CEO van Simmons & Company International, een investment bank die alleen werkt voor oliemaatschappijen. De Wall Street Journal noemde hem vorig jaar nog "één van de vijf belangrijkste stemmen binnen de olie-industrie". Volgens Simmons zijn de pogingen om het lek onder Deepwater Horizon te dichten niet meer dan een "sideshow" van BP, een afleidingsmanoeuvre om de aandacht niet te vestigen op het echte probleem.

Hoe het tweede lek, en dan nog op zo'n afstand van de plaats van de ramp, onstaan is, weet Simmons niet. Hij vermoedt dat een gevolg is van de explosie en het stukgaan van de well casing onder Deepwater Horizon. Wat veel mensen niet beseffen is dat de oliebron een enorme bel is die kilomters ver gaat in alle richtingen, merkt de man op.

Simmons zegt dat ook zijn uitspraken over het dichtmaken van de lekken met een nucleaire bom in die context moet worden gezien. "Het publiek beseft bij lange aan de omvang van deze ramp niet. Obama moet onmiddellijk BP van de zaak halen en het Amerikaans leger de zaak laten oplossen, anders geraakt ze niet opgelost. BP staat nergens in het bestrijden van deze ramp, zelfs het boren van die twee relief wells zal niks oplossen, want het echte lek zit ergens anders."

Er worden momenteel twee nieuwe gaten geboord naar het lek onder de Deepwater Horizon, wat algemeen gezien wordt als de enige manier om het lekken te stoppen. Die zouden klaar zijn in augustus. Maar sinds vandaag is er sprake van dat het pas tegen Kerstmis zou lukken. Zelfs met de meest conservatieve schattingen (3 miljoen liter lekkage per dag) zou dat betekenen dat er nog eens 635 miljoen liter ruwe olie in de Golf van Mexico gaat stromen. Wetenschappers betwisten die cijfers, volgens hun metingen, ontsnapt er dagelijks meer dan het dubbele. We kijken dus aan tegen meer dan een miljard liter olie.

Het boren van een relief well is eigenlijk veel moeilijker dan het boren van een gewoon boorgat omdat de ingenieurs een erg specifiek doel moeten raken. In dit geval moeten ze met een pijp een andere pijp raken die amper 30 centimeter breed en 5 kilometer verderop ligt.

Eén van de redenen waarom er nu plots over december gepraat wordt is van een onwaarschijnlijke stupiditeit: bij het uitrekenen van het aantal boordagen zou BP "vergeten" zijn rekening te houden met het orkaanseizoen dat net begonnen is en gedurende vijf maanden roet in het eten gooit in de regio. NOAA waarschuwt dat het orkaanseizoen uitzonderlijk hevig zal zijn. NOAA voorspelt 14 tot 23 bijzonder zware stormen (normaal zijn er dat gemiddeld 11), waarvan er acht tot 14 (normaal zes) zich zullen ontwikkelen tot orkanen. Van die orkanen zullen er drie tot zeven zich ontpoppen tot het soort vergelijkbaar met Katrina. Normaal zijn er dat hooguit twee per seizoen.

Dan Pickering van beursmakelaar Tudor Pickering Holt & Co. in Houston, gespecialiseerd in aandelenhandel van olie- en energiebedrijven, bevestigt dat de finaciële wereld eerder afgaat op het scenario van december. "We zijn erg sceptisch", zegt hij.

Pech voor de aandeelhouders van BP, maar even naar de essentie. Als het lek duurt tot december - en in alles wat we nu zeggen gaan we er niet van uit dat het verhaal van het tweede lek klopt - dan betekent dat duizenden kilometers kustlijn in Texas, Alabama, Louisiana, Florida, maar ook Cuba en Mexico die onder de olie zullen komen te zitten. Dixit Harry Roberts, professor Coastal Studies aan Louisiana State University. "En het betekent de uitroeiing van het overgrote deel van de zeedieren in de Golf van Mexico."

"Zo'n hoeveelheid olie die in de zee loopt, dat is inderdaad andere koek", bevestigt Mak Saito, van het gereputeerde Woods Hole Oceanographic Institution in Massachusetts. "Dat betekent dat de chemische samenstelling van een hele zee overhoop wordt gegooid."

Er is nog iets waar angstvallig over gezwegen wordt: het boren van relief wells is enorm preciesewerk en het gaat vaak mis. "Meestal lukt het wel bij de tweede poging, maar vaak zijn er vier nodig" zegt Dave Rensink, die aan het hoofd staat van de American Association of Petroleum Geologists. En mislukken betekent simpelweg: opnieuw, van nul herbeginnen. "Die 90 dagen van BP da's echt wel heel optimistisch. Dan mag er niks, maar ook niks misgaan. Tot nu hebben ze niet echt bewezen daar goed in te zijn."

Fred Aminzadeh, research professor aan de University of Southern California's Center for Integrated Smart Oil Fields, heeft nog iets anders in gedachten. "Wel, niemand denkt momenteel aan een erg reëel scenario: dat het lek gewoon nooit dichtgeraakt." Hoe lang blijft de olie dan stromen? "Een tiental jaar. Maar ik geloof dat het wel gaat lukken uiteindelijk met die relief wells, 't zal alleen langer duren dan BP zegt."

Vorig jaar duurde het 105 dagen om de Montara Well voor de kust van Australië te dichten met een relief well. Daar werd echter geboord op amper 75 meter diep. Toch waren er vijf pogingen nodig. Robert Bea van de University of California in Berkeley meent dat het succesvol boren van relief wells niet het einde van het verhaal is: je moet daarna de oliebron nog altijd dichtkrijgen. Lees: vol modder pompen en er een betonnen stop over plaatsen. "En bij dat ging het in de eerste plaats mis op 20 april, zo simpel is dat niet op 1.500 meter."

Marinebiologen luiden ondertussen de alarmbel over iets heel anders: de schrikwekkende afname van zuurstof in het zeewater. Dat heeft vooral te maken met een aspect van de ramp waar niemand het over heeft, en dat komt omdat je er ook niks van kan zien. Maar de realiteit is dat er naast de olie een enorme hoeveelheid gas ontsnapt uit het lek. Drieduizend keer meer dan olie zelfs. Het gaat om zeker zes miljoen kubieke meter gas per dag. De oceaan heeft een grote capaciteit om methaan vast te houden, maar wanneer het methaan oplost in water gaat dat ten koste van zuurstof. Wat onstaat heet een "dead zone", zeewater dat niet genoeg zuurstof heeft opdat er iets in kan leven. Ook de olie die onderwater blijft heeft dat effect.

Doordat de Golf van Mexico eigenlijk een binnenzee is, doet de stroming bijzonder weinig om in die dead zones toch zuurstofrijk water te krijgen. Dat was voorafgaand aan deze ramp in de regio al een immens probleem. Want er was al een dead zone die groter is dan België ontstaan door de Mississippi-rivier, die pesticiden afzet die in de hele Amerikaanse midwest gebruikt worden in vooral de maïsteelt.

4. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 169]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Aanvullende beschouwingen

Telkens als ik, onder de visioenen van het Bitter Lijden van de Heer, het huiveringwekkende geschreeuw van de Joden te horen krijg: "Zijn bloed komt weer over onze kinderen!" wordt het uitwerken van deze plechtige zelfvervloeking mij in ontzettende beelden voorgesteld en voelbaar gemaakt. Ik zie hoe daar een donkere hemel, vol bloedrode wolken, vurige stafroeden en zwaarden, over de schreeuwende menigte hangt. Het is alsof ik de stralen van de vervloeking door merg en been zie gaan van al die mensen, alsof ik ze tot de kinderen in hun moederschoot toe zie treffen. Het ganse volk verschijnt mij als een duister blok en ik zie de verschrikkelijke schreeuw uit de duizenden mensen losbreken in troebele, grimmige vlammen, die zich met elkaar verenigen en weer op het volk neerschieten en diep binnendringen in hen. Hun aantal is niet gering, maar ik zie ook hoe Jezus en Maria, onder het vreselijkste lijden, onophoudelijk bidden voor het heil der pijnigers en zich geen ogenblik ergeren aan al de verschrikkelijke mishandelingen.

Ik zie hoe de Heer, gefolterd op de kwaadaardigste, gruwzaamste manier, overladen met de hoon van de hovaardigen en laaghartigen, besprongen door de haat, de woede en de bloeddorstigheid van Zijn vijanden en hun knechten, terwijl zoveel van Zijn volgelingen Hem lonen met ondank en Hen verloochenen, Zijn allerbitterste lijden naar ziel en lichaam, tot de laatste ademtocht in voortdurend gebed ondergaat in een nooit verminderende liefde voor zijn vijanden, steeds smekend om bekering. Ik zie echter eveneens hoe al Zijn liefde en geduld de woede en de haat van Zijn vijanden nog feller doen ontvlammen. Razend zijn zij, omdat geen enkele van hun mishandelingen ook maar één woord vermag te ontrukken aan zijn mond, één woord dat als een verontschuldiging voor hun boosheid zou kunnen gelden. Vandaag, op de dag van de Pascha, wanneer zij het Paaslam slachten, weten zij niet dat zijn een LAM ter dood brengen.

Wanneer ik tijdens dergelijke visioenen mijn gedachten richt op het gemoed van het volk en de rechters, op de heilige zielen van Jezus en Maria, wordt mij dikwijls al wat daarbinnen omgaat en wat de mensen toen niet gezien, maar wel gevoeld hebben, in beeld getoond. Ik zie dan een niet te tellen menigte duivels [elk van hen in een vorm, in overeenstemming met het kwaad dat hij vertegenwoordigt] een vreselijke bedrijvigheid onder het volk aan de dag leggen. Ik zie ze lopen van man tot man, ophitsen, in de war brengen, in de oren fluisteren, in de mond springen en zie ze met velen uit de volksmassa komen aanstormen om front te maken en de mensen tegen Jezus op te stoken. Dan zie ik hen weer voor Jezus’ liefde achteruitdeinzen en verdwijnen in de menigte. Ik zie in al hun doen echter iets vertwijfeld en verward, een element van zelfvernietiging, iets dol en onzinnig in al hun gesleur van hier naar daar. Boven en rondom Jezus, alsmede bij Maria en de weinige andere, heilige personen, zie ik integendeel vele engelen aan het werk. Ook zij verschillen van elkaar in gedaante en kledij, overeenkomstig hun bijzondere taak. Er zijn er die bidden, die troosten, die zalven, laven en spijzigen, kleden en andere werken van barmhartigheid doen.

5. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 169]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Ik zeg u dus dat we God lasteren:
  • Wanneer we zeggen dat Hij niet rechtvaardig is, omdat er zoveel rijken in weelde baden, terwijl anderen nauwelijks hun honger kunnen stillen.
  • Wanneer we zeggen dat Hij niet zo goed is als ons voorgehouden wordt, omdat hij zoveel zwakke mensen aan de verachting van de wereld prijsgeeft, terwijl anderen door iedereen worden geëerd en bemind.
  • Wanneer we ontkennen dat Hij alwetend is, omdat Hij geen aandacht schenkt aan hetgeen er op aarde gebeurt.
  • Wanneer we bezweren dat Hij niet eerlijk is, als Hij in zijn barmhartigheid de zondaar tot Zich trekt.
  • Wanneer we tegen Hem in opstand komen, als we een of ander verlies hebben geleden. "Ach, ik ongelukkige," beklagen we ons dan, "hoe kan God ons zoiets aandoen? Hij weet zeker niet meer dat ik op de wereld ben. En als Hij het weet is het alleen om mij te laten lijden!"
Ook ten opzichte van de Heilige Maagd en de heiligen kunnen we ons schuldig maken aan godslastering. Hoe dikwijls hoor je een christen bijvoorbeeld niet zeggen: "Ik geloof er het mijne van: ik heb al zo dikwijls tot die en tot die gebeden en nooit word ik verhoord."

Vertaling: Chris De Bodt

6. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 169]

Hoofdstuk 24. Begrafenissen en graven

Nicky: Hebben de zielen andere dingen vernoemd bij Westerse rouwkamers, dat zij verkeerd vinden?
Maria: Het veiligste bij het kiezen van rouwkamers is waar iemand gebedsvol kan verblijven in een christelijke Kerk. Dit verzekert dat er niets onheiligs zal geschieden aan de aardse overblijfselen van onze geliefden.

Nicky: En hebben ze iets gezegd over het onderhouden en opsmukken van graven na de begrafenis?
Maria: Ook dit is heel belangrijk. Het moet een nederige en liefdevolle plaats zijn en regelmatig zou er wijwater moeten besprenkeld worden over hun graf. Er zou steeds een gezegende kaars moeten branden. Van deze twee zaken houden de heilige zielen heel veel. Bezoeken aan het graf worden door hen waargenomen en deze bezoeken helpen hen veel meer vooruit dan dat we ons kunnen inbeelden.

Vandaag zijn er sommige begraafplaatsen, waar omwille van het praktische, de herdenkingsplaats zich gewoon op de grond bevind zodat dat gras- en graafmachines er gewoon met gemak kunnen over rijden. Dit is vadsig en een respectloze houding vanwege de familie en daarom zullen deze zielen langer moeten lijden dan dat de familie zelf naar deze plaats zou gaan en er voor hun graven zou zorgen.

Elk minste gebaar helpt hen en, als wederdienst, ook ons omdat ze het dan gemakkelijker voor ons zullen opnemen wanneer wij bescherming en begeleiding nodig hebben. Zelfs als wij onze vensters uit liefde voor hen kuisen, brengt dit hen zoveel goeds.

Nicky: Hoe lang zouden we de graven moeten onderhouden?
Maria: Hier opnieuw denk ik dat we dit gedurende minstens drie generaties zouden moeten doen. Ik zeg dit omdat de Bijbel ons vertelt dat de zonden van onze vaders ons blijven volgens gedurende drie of vier generaties. En zo hebben onze gebeden betrekking op meerdere generaties en niet louter voor diegene die we persoonlijk kenden. Het is goed dat de kinderen alles over hun grootouders en overgrootouders wordt bijgebracht, om hun interesse te behouden. Degelijke zaken schenken iedereen veel goeds. Het toont hen een weg en een eenheid. De huidige maatschappij wil hier allemaal niet meer van weten en het stoort de zielen erg wanneer hun familie enkel op zoek is naar het vergroten van hun vermogen en een steeds groter huis. Beseffen de mensen nog wel dat de mensen op een bepaald ogenblik terugkeren naar hun "huis." satan verdeelt hele families op alle mogelijke manieren, zowel in dezelfde generatie als tussen de overige generaties.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

7. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 13]

Verschijningen van de Engel in 1916

Rond deze tijd, zoals ik Zijne Excellentie reeds heb medegedeeld, zochten en bekwamen Francisco en Jacinto van hun ouders de toestemming om zorg te dragen over hun eigen kudde. Zo verliet ik mijn goede gezellinnetjes om mij de in plaats hiervan bij mijn neefje, Francisco en bij mijn nichtje, Jacinta, te vervoegen. Wij vermeden de Serra om niet alle overige herdertjes achter ons aan te krijgen en we spraken af om onze kudde uit te laten op de eigendommen van mijn oom en tante en van mijn ouders.

Op een dag lieten wij onze schapen los op een land dat aan mijn ouders toebehoorde en dat aan voet van de oostelijke zijde van de helling lag, wat ik reeds vermeld heb. Deze eigendom noemde Chousa Velha. Van zodra we in de voormiddag aankwamen, begon er een lichte motregen te vallen, zo licht dat het als mist leek. We gingen de heuvel op, volgden onze kuddes en zochten naar een overhangend stuk rots om te schuilen. Dit was dus de eerste maal dat wij deze gezegende holte tussen de rotsen binnentraden. Het was midden een olijfbosje, dat aan mijn peter Anastacio toebehoorde. Van daaruit kon men het kleine dorpje zien waar ik was geboren en ook de gehuchten Casa Velha en Eira da Pedra. Het bosje strekte zich verder uit, over het grondgebied van verschillende eigenaars, tot de grenzen van de gehuchtjes.

We brachten ginds de dag door, tussen de rotsen, ondanks dat het niet meer regende en de zon klaar en helder scheen. We aten ons middageten op en baden de Rozenkrans. Ik ben er niet zeker meer van of we die dag de Rozenkrans baden op de wijze die ik aan Zijne Excellentie reeds heb verteld, door enkel de woorden "Weesgegroet Maria" en "Onze Vader" te zeggen op elk kraaltje, zo groot was onze verlangen naar het spelen. Onze gebed was beëindigd en we begonnen met de steentjes te spelen. We genoten maar een kleine poos van het spel, want een sterke wind schudde de bomen plots heen en weer. We keken geschrokken op om te zien wat er gebeurde, want de dag was anders ongewoon kalm. Toen zagen we boven de olijfbomen, de figuur waar ik reeds heb over gesproken, naar ons toekomen. Jacinta en Francisco hadden deze figuur nog niet gezien, noch had ik er hen ooit over gesproken. Terwijl de figuur naderde, konden wij de gelaatstrekken waarnemen. Het was een jonge man van een grootse schoonheid, zo’n veertien tot vijftien jaar oud, witter dan sneeuw, en, bij zonneschijn, zo doorzichtig als kristal. Toen hij ons bereikte, zei hij: "Wees niet bevreesd! Ik ben de Engel van de Vrede. Bid met mij."

Vertaling: Chris De Bodt

8. Jean de Florette [8/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


9. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 34: Geboren in de hel [Aflevering 222]

Maria verscheen ook aan een bisschop met de naam Alfonsus van Liguori, die kort erna een klassieker zou schrijven met de naam De Glorie van Maria, en in Turijn was er een geval waar een ziener, gekend als de Heilige Maria der Engelen dagelijkse extases had, hoewel ze ook hevige gevechten had met demonen. Acht maanden lang had ze verschijningen van geesten die haar sloegen en haar geloof, hoop en kuisheid uitdaagden. Geloof was een doel omdat het een geheim wapen was. Met geloof konden duivels van eender welke soort afgeweerd worden. Geloof verhief de persoon boven de aanval.

En aanvallen waren er zeker. Tijdens de zomer van 1780 zocht een mijnwerker, die op zoek was naar een doorgang door de bergen ten westen van Copiago, Chili, samen met z’n muilezeldrijvers z’n toevlucht in een grot, toen een hevige storm losbarstte. Te midden van de bliksem, het gebrul van de donder en de huilende wind, begonnen ze te bidden. Een uitzonderlijk heldere bliksem schoot door de lucht en de mijnwerker, Mariano Caro Inco, zag tussen de rotsen tegenover de grot, iets wat leek op het bleke gezicht van een kleine vrouw. Toen Caro en z’n mannen de volgende morgen op onderzoek uitgingen, vonden ze op een platte steen het beeldje van een mooie dame met een kind in haar armen. Het was zo’n twintig centimenter hoog en het zou spoedig beroemd worden door z’n miraculeuze genezingen.

In het heiligdom van Lujan, nabij Buenos Aires, Argentinië, stond er een ander standbeeld dat vereerd werd. Mariaal historicus H.M. Gillett schreef: "Op 28 augustus 1780 raakten de inwoners van Lujan in paniek door het nieuws van wat ze lang gevreesd hadden, dat een enorm leger van wrede Indianen de vlakten terroriseerden, waarbij ze iedereen op hun pad afslachtten en heel vlug de stad naderden. Totaal weerloos vluchtten de mensen naar het heiligdom en plaatsten hun volledig vertrouwen in hun speciale Beschermster. Opeens, zelfs terwijl ze aan het bidden waren, kwam er een dichte en onverwachte mist opzetten die de stad onderdompelde zodat de wilde bende de weg kwijt raakte en de stad voorbij liep."

In Noord Amerika waren er geruchten van een visioen aan niemand anders dan George Washington. Of ze echt waren, en zo ja, of de gedaante die hij zag de Maagd was, zijn twee belangrijke vragen die waarschijnlijk nooit zullen beantwoord worden. Maar het is moeilijk om het rapport in deel 4, nummer 12, van een oude negentiende eeuwse veteranenpublicatie, gekend als de National Tribune, nu Stars and Stripes, te negeren. Een heel oude man, Anthony Sherman werd geciteerd over het verhaal van een gebeurtenis in 1777, tijdens de terugtrekking naar Valley Forge. Terwijl de kille wind door de bladerloze bomen ruiste, was Washington, van wie gekend was dat hij biddend op z’n eentje rondliep, naar verluid een hele namiddag in z’n kamer gebleven, en wilde hij niet gestoord worden. "Toen hij naar buiten kwam merkte ik dat z’n gezicht iets bleker was dan anders, en dat hij aan iets dacht dat belangrijk was," beweerde Sherman, die naar verluid aan de zijde van Washington streed.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

10. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 116]

Hoofdstuk 6: Tussen Genève, Parijs en Rome

La Copex

De inhuldiging van de kerk van de Verzoening viel samen met de oprichting van de Copex een maand later. In feite zijn de twee gebeurtenissen nauw met elkaar verbonden. De nieuwe grote kerk kon een nieuw teken van macht en rijkdom blijken voor Broeder Roger, die bezorgd was om het ‘uiterlijk teken’ van welvaart welke de boerderij en de kudde geselecteerde koeien brachten.

Na lang nadenken met boeren uit het dorp en de omgeving had de Gemeenschap beslist haar landbouwinrichting met hen te delen. Op 1 september, enkele weken na de kerkinhuldiging, werd de Copex opgericht (Coopérative d’exploitation, de transformation et d’utilisation du matériel agricole). In naam van de Gemeenschap ging Broeder Alain, gelast met de boerderij van Taizé, samen met vijf jonge katholieke landbouwkoppels van Taizé en omgeving om er een coöperatieve vereniging voor productie te beginnen die gerief en veestapel, gezamenlijke uitbating en gelijke verdeling van de winst nastreefde. Dit ‘teken van armoede’ maakte in zekere zin het pronkstuk van de nieuwe grote kerk van Taizé goed.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Jezus' tijdgenoten [aflevering 58]

Woordenboek: Letter D

Drusilla II

Livia's persoonlijkheid

Livia speelde een cruciale rol in de vorming van haar kinderen Tiberius en Drusus. Vooral haar rol met betrekking tot de scheiding van haar eerste echtgenoot, vader van Tiberius, in 39/38 v.Chr. krijgt veel aandacht in het moderne onderzoek. Vooral wat voor rol ze dan bij deze scheiding, evenals bij die van Vipsania Agrippina en Tiberius in 12 v.Chr. op aandringen van Augustus: of dit slechts een neutraal of passieve rol was of dat zij actief aan Caesar zijn wensen tegemoet kwam. De eerste scheiding zou Tiberius kort daarop als stiefzoon in het huis van Octavianus brengen; de tweede bezorgde Tiberius een emotionele litteken voor het leven, aangezien hij was gedwongen de vrouw waarvan hij hield te verlaten uit dynastische overwegingen. Hoewel we hiervan niets terugvinden in onze bronnen, is het misschien best mogelijk dat de hartsgrondige antipathie van Tiberius voor Livia in deze twee gebeurtenissen ligt besloten.

Het zou nog een 13 jaar duren, tot onder het bewind van haar kleinzoon Claudius in 42 na Chr. voordat al haar eerbewijzen in ere zouden worden hersteld en ze haar vergoddelijking ten slotte ontving. Diva Augusta [vergoddelijkte Augusta] genoemd, ontving zij een door olifanten getrokken strijdwagen om haar beeld naar alle publieke spelen te vervoeren, een standbeeld van haar werd opgesteld in de tempel van Augustus samen met die van haar echtgenoten, paardenrennen werden ter ere van haar gehouden, en vrouwen moesten haar vernoemen in hun eden.

Vertaling: Broeder Joseph

12. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 72]

Het wonder van Morrovalle, Italië [1560]

Het was twee uur ’s ochtends op de derde zondag na Pasen, op 16 april 1560, toen Pater Bonaventure, een minderbroeder, wakker werd van het aanhoudend gerinkel van het brandalarm in de stad. Met een zekere schrik kleedde hij zich heel snel aan en rende naar de binnentuin van het klooster. Daar vandaan kon hij de Franciscuskerk zien. Het licht dat hij zag flikkeren in de ramen van de kerk kon maar één ding betekenen ... een vuur bedreigde de kerk en bracht het Heilig Sacrament in gevaar.

Het rinkelen van de bel bleef aanhouden en al snel kwamen andere priesters en mensen uit het dorp aangesneld om te helpen. Een bijzondere moedige daad werd gepoogd door twee mannen, Antonio Lazzarini en Claudio Paganelli, maar de hevigheid van het vuur was zo groot, en ze beseften al snel dat alle hoop verloren was. De vlammen duurden zeven uur. Toen de brand voorbij was, was de kerk veranderd in een berg van onherkenbare rommel en smeulende as.

Ancona, de provincieoverste, vroeg Pater Girolamo om de schade op te nemen. Hij vroeg daarbij voor de hulp van Pater Battista en Broeder Illuminato om het stuk rond het verwoeste hoofdaltaar, dat op de grond lag, te inspecteren.

Terwijl ze stukken verbrand hout en een gebroken stuk marmer verplaatsten vonden ze vol verbazing, in een opening tussen as en kleine stenen, een Hostie, puur, wit en in perfecte staat. Toen ze dichterbij kwamen zagen ze dat de Hostie op een verbrande corporale lag, dat op zijn buurt weer lag op een stuk linnen dat ook zwaar beschadigd was.

Bij het zien van de perfect bewaarde Hostie tussen zo veel vuil en vernietiging vielen de priesters op hun knieën in aanbidding en baden om genade. Allen die de Hostie zagen beschouwden dit als een Wonder, met name ook omdat het tabernakel, waarin de Hostie bewaard was, volledig door het vuur was verwoest. Ook het Heilige Vaatwerk in de tabernakel was vernietigd door het vuur. Toen ze de grond nader bekeken vonden zo ook de pyxis waarin de Hostie was bewaard, voordat de vlammen kwamen. Het deksel van dit doosje was bewaard gebleven.

13. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Het huwelijk werd voltrokken op 25 april 1914, toen Praxedes achtentwintig was en Gabriël eenendertig. Praxedes verliet haar gezin dat, dankzij hard werken en spaarzaamheid, rijk was geworden. Nu was ze de echtgenote van een eenvoudig man die weinig verdiende. Na hun huwelijksreis betrokken ze een appartement met één kamer in de stad Figaredo, kort bij het werk van Gabriël. Het appartement bevond zich in het huis van een vrouw met drie kinderen. Ze deelden de keuken, maar er was nooit onenigheid tussen de vrouwen.

Praxedes stelde al vlug vast dat Gabriël zich tevreden stelde met een minimum aan godsdienstige plichten, en stond ver van de idealen van zijn echtgenote.

Was Praxedes een mishandelde echtgenote? We weten dat Gabriël een gewelddadig temperament ontwikkelde, en dat Praxedes haar schoonmoeder nooit vertelde over hoe hij haar behandelde. Er kwam echter één incident aan het licht. Het gebeurde op Goede Vrijdag in 1915, nadat Praxedes terugkeerde van de kerkdienst, waarvan Gabriël vond dat het teveel van haar tijd in beslag nam. In een vlaag van woede sloeg hij Praxedes. De eigenares van het huis zag dit en vertelde het onmiddellijk aan Filomena, de moeder van Gabriël. Verontwaardigd ging Filomena onmiddellijk kijken of het waar was. Het enige wat Praxedes zei was: "Gabriël is goed voor mij, en ik heb niets slechts te zeggen over hem." Filomena apprecieerde de goedheid van Praxedes en zei: "Hoe goed en heilig is Praxedes. Mijn zoon is haar niet waard." Filomena confronteerde Gabriël met de zaak, en er werd een verandering merkbaar. Praxedes slaagde erin de woede-uitbarstingen van haar man te kalmeren, en beetje bij beetje werd hij minder hard. Gabriël zei later: "Ik ben blij dat ik haar als m’n echtgenote heb genomen. Ik ben volledig overtuigd en leef heel tevreden met haar ..."

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

14. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 62]

Aan haar zus Marie Soubirous [Toinette genoemd]

Nevers, 16 april 1868

Lieve zus,

Ik begin mijn brief met een hartelijk Halleluja voor jou en voor heel de familie en mijn andere verwanten. Omhels hen allen namens mij, geef hun duizend kussen, vooral de kinderen, die ik altijd liefheb. Zeg hun dat ze lief moeten zijn en dat ze alle dagen een weesgegroetje voor mij moeten bidden, vooral wanneer ze naar mijn geliefde Grot gaan. Ik had Joseph willen schrijven op zijn naamdag, als het geen vastentijd geweest was. Zeg hem dat ik hem desondanks niet vergeten ben. ik heb wel voor hem gebeden, ik heb in het bijzonder de heilige Jozef gevraagd van hem een ijverig christen te maken. Ik heb hem dat ook voor alle leden van onze familie gevraagd. Omdat hij de patroon van de goede dood is, heb ik hem ook maar gevraagd ons alien de genade van een zalige dood te verlenen. Vergeet me niet bij mijn oom en tante Lucile. ik denk vaak aan hen, omhels hen namens mij. Ik denk dat Bernadette nog altijd naar onze geliefde zuster Victorine gaat, vraag haar of ze haar namens mij wil omhelzen en dat ik haar verwacht dit jaar. Als de familie uit Momeres jullie opzoekt, doe hun dan mijn vriendelijke groeten. Ik zou graag willen weten of mijn nicht nog bij hen woont, evenals Francois; vraag hun mij te schrijven. Mijn gezondheid is uitzonderlijk goed, houd je dus niet in omwille van mij: ik ben in alle opzichten heel gelukkig. Ik besluit met jullie allerhartelijkst te omhelzen en de kleine Pierre draag ik op om mijn vader, namens mij, drie grote kussen te geven.

Aanvaard, mijn lieve familie, mijn gevoelens van respect van uw dankbare kind,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

15. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

De jeugdjaren

Giovanni Bosco werd op 16 augustus 1815 in Becchi bij Castelnuovo d'Asti, in de buurt van Turijn, geboren. Becchi was een boerengehucht, op een hoogte gelegen, te midden van de wijngaarden en bossen. Het gezin Bosco was een arm landbouwersgezin. Giovanni's vader stierf in 1817, op 33-jarige leeftijd. Zijn moeder, Margherita Occhiena, op dat moment 29 jaar oud, stond voortaan alleen in voor het onderhoud van de drie kinderen: Antonio, een kind uit het eerste huwelijk van haar man, en haar eigen kinderen Giuseppe en Giovanni. 1817 was in menig opzicht een rampjaar: een lange winter en een droge zomer met een mislukte oogst en hongersnood als gevolg.

De kinderen Bosco moesten dus mee werken om hun schamele brood te verdienen, maar toch kreeg Giovanni tijdens de wintermaanden wat leesonderwijs. Dit voedde de afgunst van zijn oudere broer Antonio, want terwijl hij zware handenarbeid moest verrichten, leek Giovanni zich te verliezen in boeken en dromen. En dromen deed hij: in een droom die zich later nog herhaalde, zag de negenjarige Giovanni zijn roeping en levensopdracht aan zich voorbijtrekken. De spanningen tussen beide broers liepen echter zo hoog op, dat mama Margherita besloot haar jongste zoon onder te brengen in een naburig boerengezin, waar hij als knecht werkte.

Maar Giovanni wilde studeren en priester worden. Als hij in het naburige dorp Morialdo de oude priester don Calosso leert kennen, vindt hij in hem dan ook een belangrijke bondgenoot voor zijn studies. Don Calosso stierf onverwacht en al te snel, maar Giovanni was vastbesloten zijn studies voort te zetten. In 1831 kon hij in Chieri zijn middelbaar onderwijs aanvatten. Al snel bleek hij een intelligente, weetgierige en behendige knaap te zijn. Bij kermissen en vertoningen keek hij nieuwsgierig toe en ontpopte hij zich gaandeweg zelf tot een goochelaar, koorddanser, ... die de aandacht van omstanders en kinderen wist te trekken.

Na de middelbare school trok Giovanni naar het seminarie. Op 25 oktober 1835 vond zijn inkleding plaats.

16. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 4

Tussen de zesde en de zevende plaag zal er geen rust zijn en zal alles vlug gaan. Heeft 1789 enkel Frankrijk ten val gebracht, dan zal dat wat komen zal de hele wereld ten val brengen. De zevende plaag zal uitdraaien op ellende en de wereld zal denken dat alles verloren en vernield zal zijn! Enorme ontreddering op de stormachtige zee. Alles wat zich niet op het Schip bevindt zal worden verslonden. Het schip zal in woelige storm bijna kantelen, maar, Petrus, heb vertrouwen! De ark zal heelhuids uit de storm komen die zal gaan liggen.

Vertaling: Chris De Bodt


03-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.3 juni 2010
3 juni 2010

1. Medjugorje: De Onderzoekscommissies
[aflevering 25/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Het jaar 2009

Dit jaar staat gekend als een jaar dat Bisschop Ratko Peric, bisschop van Mostar-Duvno, onder wiens bevoegdheid de Parochie van Jacobus de Meerdere van Medjugorje valt, uiterst agressief en openlijk te keer gaat over vele aspecten van de Medjugorje gemeenschap, de zieners, de priesters en de bedevaarders. Voorbeelden waren onder andere dat het Mirjana Dragicevic niet langer was toegelaten om haar verschijningen in het Cenacolo, het huis van de ex-drugsverslaafden te hebben. Ook is het de parochie niet langer toegelaten om het maandelijkse "Persbulletin" uit te geven. Ook mochten er niet langer erediensten worden gehouden in "Oasis van Vrede," waardoor dit gebedsoord in september de deuren moest sluiten.

In het verleden heeft Peric zich meerdere malen categoriek uitgesproken tegen de Medjugorje verschijningen. Peric schreef zelfs een boek, waarin hij bladzijden wijdt tegen de verschijningen, de clerus en de bedevaarders van het verschijningsoord. De zware koppigheid van Peric tegen de verschijningen is niet volgens de Kerkelijke regels. Tijdens het onderzoek van verschijningen is volledige stilte aan de orde. Bisschop Peric was alles, behalve stil.

2. Louisiana en Amerika: nu zijn het nog waarschuwingen, maar dra volgen de straffen

Er is geen plaats in Noord Amerika met meer vrome katholieken dan in Louisiana, ten minste in verhouding tot de bevolking. Men vindt ze overal, ze zijn krachtig en het zijn buitengewone warme mensen met een briljante, eigen humor en diepe banden met de Heilige Moeder, maar de strijd in hun leven speelt zich eveneens af op de rand van het meest intense kwaad van Noord Amerika.

Het is hun levenstest, hoe de strijd zich opstapelt, en deze goede mensen moeten er veel om lijden. Het goede tegen het kwade, het heilige tegen het occulte. Het is een strijd tegen de voodoo, tegen de grootste godslasteringen op Vastenavond met optochten van homo's, lesbiennes en travestieten, tegen de cultuur van het Franse kwartier, tegen de duistere krachten die de natuur verwoesten.

Het door de olie aangetaste moerasland, noemt "ironisch" genoeg, het "duivelsmoeras" en ooit was het een paradijs voor vissers en jagers met massa's herten, konijnen, baarzen, rivierkreeften in dit zo mooie gebied met cipressen en houten veeafsluitingen.

Ik herinner mij nog goed mijn eerste bezoek aan Louisiana, toen ik een onwaarschijnlijke ramp onderzocht rond een plantage in East Baton Rouge, eigendom van een vrome Katholieke familie, wiens boerderij vervuild werd of ernstig werd bedreigd door het onverantwoord dumpen van toxische afgeleiden van petroleum: chemische producten zo giftig als deze die ooit werden gedumpt in Love Canal. Nu zijn het eenzame veeafsluitingen [een doodshoofd kruiste ons pad] en zijn er praktisch geen wilde dieren meer, door de vervuiling van een chemisch bedrijf dat hoge volumes aan petroleumafgeleiden in het duivelsmoeras had gedumpt, afkomstig van de vele petroleumbedrijven die de Baton-Rouge-New-Orleans doorgang beheersen en verstikken.

Het is deze ongecontroleerde industrie die rampen smeedt zoals we vandaag zien.

De eigenaar van de boerderij, David Ewell, met stevige rode wangen, die een blauwe helm, zoals ze er in de bouwwerken hebben, droeg, stopte aan de eerste rivier en dompelde een tak onder aan de rivierbedding en haalde een zwarte brij boven van schadelijk bezinksel met een metaalgeur. Uit de leidingen stroomde er een zilverachtige olieresidu: kwikzilver. De grond was tot vijf meter diep vergiftigd en rondom het gebied waren de eiken aan het afsterven, samen met de rivierkreeften, de karetschildpadden en de krokodillen. De baarzen zwollen op. Het zand en de schorsen gaven een etherische oliestank af en waren zelfs verstoken van muggen.

Zoals we nu weten, was dit enkel het begin. Aan de overkant van Zuid Louisiana zag ik ongelofelijke voorbeelden van gezamenlijke hebzucht en het opkopen van de petrochemische industrie. De staat liet virtueel alles toe dat geld in het laadje bracht, of het nu verdedigbaar was voor de gezondheid of niet. Zoals ik in 1979 schreef, "zoals de orkanen vertrouwd zijn aan de Golf van Mexico, zo waren de vernietigende elementen, langzaam, maar in groot volume, niets minder dan onheilspellende voorbodes van een toxische zondvloed."

Vissen met gezwollen buiken braakten witte bolletjes toen de vissers met hun voeten op hun buik drukten en de langoesten hadden zwarte olieklonters in hun hoofden. "Het is onwezenlijk wat ze gedaan hebben," zei Dave, wiens boerderij volledig vernietigd was, "en weet u: het zullen onze kinderen zijn die er zullen moeten voor betalen, jawel."

De milieu- en kankergevallen waren zo spectaculair hoog dat Dr. Velma L. Campbell, een geneesheer in de Ochsner Kliniek, het omschreef als een "enorm menselijk experiment geleid zonder de eensgezindheid onder de experimenten." Toen al konden 31,1 % van de inwoners van New Orleans zich verwachten aan de een of andere vorm van kanker. Ook zullen de klinieken u niet nalaten de plotse stijging van het aantal gevallen van kanker onder de kinderen, uit dit gedeelte van het land, te vermelden.

De moeder van een kankerslachtoffertje te Baton Rouge, toonde mij foto’s van haar dochter met haar knuffeldiertjes en omschreef hoe je haar in het hele hospitaal kon horen roepen toen men die naald in haar beenderen stak, om het merg uit te testen. Ik ben samen met haar moeder naar haar graf gegaan. Zij bezoekt het elke dag. Er lag een witte grafzerk op, versierd met een kleine engel. Ik bezocht een ander huis, waar een oudere man, als vaste gezel de Bijbel op de koffietafel liggen had. Hij weende toen hij mij vertelde over Emma, zijn echtgenote, nadat de wind uit een chemische schoorsteen onverwachts een wolk van schadelijke rook richting hun huis waaide, en de mensen in de omgeving aan het duizelen bracht.






Hij had een foto van Emma in de leefkamer. "Het heeft haar goed te grazen genomen," zei haar man, Leon Johnson. "Zij kon de geur niet verdragen, maar zij kon het goedje nog ruiken, ik niet meer." Het goedje was zo giftig dat het zelfs de zondagsmissen verhinderde in de nabije kerken.

Geen enkele staat had meer aanhoudende en vernietigende problemen als Louisiana. De trots van Louisiana, de pelikaan, stond op het punt om uit te sterven bij mijn eerste bezoek. Dat is de vogel die u nu overal op de foto’s ziet, volledig kapotgemaakt door de olie. De kweek van garnalen en langoesten, waar de restaurants van het Franse Kwartier om bekend waren, was ernstig bedreigd.

En dan was er vier jaar geleden de orkaan Katrina [de naam Katrina betekent "zuivering"].

Nu kijkt de hele wereld toe alsof de golven afkomstig zijn van een "orkaan" gevormd door de onverantwoorde industrie, een industrie die men nooit had mogen toelaten om te boren, waar men geboord heeft. Maar voor het belang van het geld zwicht alles, zelfs de afschuwelijkste rampen. Men verdient er zelfs geld bij. BP weigerde het verbod van de Amerikaanse regering toe te passen om nog langer hun toxische bestrijdingsmiddelen te gebruiken. Er zullen wel onheuse redenen achterzitten, want er zijn heel wat dingen te verbergen.

Dit is een teken voor Lousiana en ook een teken voor het hele Golfgebied, maar eveneens een teken voor de hele mensheid. We moeten terug naar een eenstemmigheid met Gods Schepping. We zijn geschapen om vreedzaam naast elkaar te leven, in eenheid met de natuur, en de natuur niet te behandelen als een vijand door deze in te palmen voor een geldgewin van korte duur. Geen enkele andere streek in Amerika was zo erg vervuild.

Nu heeft men geoogst wat men gezaaid heeft. Ik herinner mij het angstaanjagende gevoel, ik zie de helikopters uitrukken naar de olieplatformen, die daar niet thuishoren.

Dit is een morele aangelegenheid, in het belang van de natuur, in het belang van het nieuwe leven. Het is daarnaast ook een persoonlijke gewetenskwestie, waar politieke belangen niets zouden mee te maken mogen hebben. Hier zou de politiek zich moeten boven stellen: geen hebzucht, maar een overweging tussen de voor- en nadelen. Van het ogenblik dat er hebzucht is mee gemoeid komen we tot resultaten zoals we deze nu kennen.

Een onlangs gemaakte studie deed het land opschrikken door tot het besluit te komen dat we er werkelijk geen enkel idee van hebben welke de resultaten zullen zijn van de tienduizenden chemicaliën die we nu gebruiken, omdat weinig onder hen echt zijn getest alvorens de maatschappijen de toestemming gaven ze te gebruiken en te verspreiden in het belang van de economie en hebzucht. De laagste raming is dat ze de oorzaak zijn van minstens zes procent van alle kankers, maar ongetwijfeld ligt het getal veel hoger. Denk hier een ogenblik aan, en bid voor meer dan een ogenblik om het inzicht te verkrijgen wat die kankergevallen zo hoog maakt.

Een aantal jaren voor "Katrina," waarschuwden we al dat een orkaan van categorie 3 noodlottig zou zijn en dat de duisternis over New Orleans [vooral deze van de seksuele immoraliteit en het voodoogebruik] een uitdaging voor catastrofen betekende, die er inderdaad ook kwam. Nog een aantal maanden geleden hebben we Louisiana vernoemd in een andere gebeurtenis. Hopelijk zal de bron van het olieplatform geen catastrofe worden, hoewel er geen beterschap in het onmiddellijke vooruitzicht is. Laat ons een gebed richten tot Onze Lieve Vrouw van de Toevlucht om het zwarte tij te doen keren, hetzelfde tij dat reeds werd aangevoeld door mensen als de Ewels, ver weg van de kust. Bid, dat er een oplossing gevonden wordt om het gat van de bron te dichten.




O, Louisiana, O, Amerika! Verzaak aan hen die geen geweten hebben en plunderen wat God heeft geschapen. Ga terug naar de eenheid waaraan God Zijn uiterlijk gaf. De tijd loopt ten einde, en het wordt hoogtijd dat we er ons bewust van worden dat de zonde veel verder gaat dan wat we gezamenlijk denken, met name de gevolgen van de zonde. Het heeft ook te maken met de vernietiging van Gods schepping. Het heeft ook met arrogantie te maken: dat we alles beter kunnen dan God. Het is een zonde en een grote zonde: "U zult niet doden." Is dat niet het gebod dat in Louisiana voor de geest komt?

Bron: Michael Brown

Vertaling: Chris De Bodt

3. Medjugorje: Statistieken voor april 2010

Aantal uitgedeelde communies: 136.200
Aantal concelebrerende priesters: 2.612 [87/dag]

4. Olieramp: Nieuwe poging tot afsluiten oliepijp mislukt en een ware slachtpartij onder de dieren

Poging 4: afzagen pijpleiding mislukt

Ingenieurs van BP zijn vandaag gestart met een nieuwe, riskante poging om het olielek in de Golf van Mexico in te dammen. Met behulp van robots gaan ze 1.500 meter diep de defecte pijpleiding tussen het boorplatform en de boorput afzagen. Daarna wordt dan een opvangstructuur gemonteerd om de olie naar een schip te pompen. 

Na de mislukking van de Top Kill-methode is het al de vierde poging van BP om het olielek te stoppen. De nieuwe poging is niet zonder risico, want tijdelijk zou er meer olie in zee kunnen stromen. Het zagen van de pijpleiding zou 24 tot 36 uur in beslag nemen, maar gisterenavond werd al snel duidelijk dat ook de vierde poging was mislukt. De zaag waarmee de lekkende oliepijpleiding in de Golf van Mexico moet afgezaagd worden, zodat er een trechter kan op geïnstalleerd worden, zit "geblokkeerd". Dat heeft Thad Allen, de opperbevelhebber van de Amerikaanse kustwacht, gezegd.

Een eerste snede werd gemaakt met een krachtige metalen tang die met een kabel aan de oppervlakte verbonden was, dat om een te grote druk op de oliepijpleiding te vermijden, luidt het. Nu wordt geprobeerd met een diamanten lemmet een tweede snede te maken. Die tweede snede moet zo perfect mogelijk zijn zodat de trechter netjes kan geïnstalleerd worden.

De zaag is echter vast blijven zitten in de buis. Ingenieurs proberen het probleem op te lossen, en Allen toonde zich optimistisch dat dat heel spoedig kan.

De nieuwe poging om het olielek in te dammen, geldt als uiterst gecompliceerd en dient met robots te gebeuren. Na het afzagen van de oliepijpleiding moet een opvangtrechter boven de opening gemonteerd worden. Daarmee moet de olie dan naar een schip gepompt worden.

Intussen maken de VS duidelijk dat ze buitenlandse hulp zoeken om de ramp te bestrijden. De Amerikaanse regering denkt daarbij aan steun uit landen als Nederland, Canada en Mexico. De hulp is dringend, want het orkaanseizoen is in aantocht.

President Barack Obama dreigt intussen opnieuw de verantwoordelijken voor de olieramp voor het gerecht te brengen. Minister van Justitie Eric Holder bevestigt dat er een burgerlijk en strafrechterlijk onderzoek loopt, zonder te preciseren of dat tegen BP is gericht. De olieramp kostte het Britse olieconcern al bijna 1 miljard dollar. Volgens CNN gaan analisten ervan uit dat BP uiteindelijk 22 miljard dollar zal moeten ophoesten om de schade te vergoeden. Dat is meer dan de jaarwinst [16,5 miljard dollar] van het bedrijf in 2009.

Ware slachtpartij onder de dieren

Ondertussen rich het olielek in de Golf van Mexico nu al een ware slachtpartij aan bij het onderwaterleven. Het zal volgens biologen onvermijdelijk leiden tot het uitsterven van een aantal dier- en vissoorten. De dode dieren die nu aanspoelen vormen hooguit twee procent van het werkelijke aantal slachtoffers.

In september 2009, dus nog geen jaar geleden, werd in de Golf van Mexico, op amper 30 kilometer van de ramp met het ontplofte olieplatform Deepwater Horizon, een wonderbaarlijke ontdekking gedaan. Op een diepte van bijna 1.000 meter vond een researchonderzeeër een koraalrif. Ondanks de volledige duisternis en de tegen het vriespunt aanlopende temperaturen barstte het er van het leven. Koralen, vissen, schaal-en schelpdieren; de biodiversiteit was van het kaliber dat je doorgaans vindt in koraalriffen die baden in het zonlicht.

Negen maanden later is de kans groot dat van dat magische koraalrif niet veel meer overblijft. Het lag immers in het traject van één van de immense giftige onderwaterwolken, gevormd door het bombarderen van het olielek onder het BP-platform met chemicalieën. We weten dat die immense pluim ondertussen de bodem bedekt, tot vijftig kilometer van de plaats van het lek. Daardoor zullen de koralen stikken, en geen koralen meer betekent ook dat de rest van het leven in de diepwater-oase zal verdwijnen. 

Het heeft weinig zin hoopvol te zijn. Eén van de marinebiologen waar we mee spraken, verwoordde het zo: "Dit is vergelijkbaar met een klein aquarium waar je gewoon een hele fles afwasmiddel in spuit. Alles gaat dood."

De onderwaterwolken zijn van eenzelfde toxiciteit omdat ze niet alleen uit olie bestaan, maar eerder een verbinding zijn tussen de olie, ontsnapt gas en het fameuze, erg giftige Corexit.

De jongste jaren zijn veel van die diepwaterriffen gevonden in het noordelijk deel van de Golf van Mexico. De meeste zijn klein, amper een voetbalveld groot. Maar ze blijken een essentieel deel te zijn van de biologische piramide in de Golf. Hoeveel er zijn? Tussen Texas en Florida werden er een honderdtal gevonden, naar schatting slechts 1 procent van hun werkelijke aantal.

Ze zijn [nog] veel kwetsbaarder dan de koraalriffen die we kennen, omdat de koralen hun energie niet voor een groot stuk halen uit fotosynthese, maar helemaal aangewezen zijn op voedingstoffen in het water, zoals algen en andere micro-organismen. Als het water vervuild is, valt er niks uit te halen, tenzij giftige bacteriën. 

Hoe erg de impact van de ramp gaat zijn op het leven in de oceaan valt ook een beetje af te leiden uit de ramp met het olieplatform Ixtoc 1 in 1979, dat 100 kilometer voor de Mexicaanse kust aan het lekken sloeg. In de tien maanden die het duurde voor het gedicht kon worden, lekte bijna 500 miljoen liter ruwe olie in zee.

Wes Tunnell van het Texas Harte Research Institute mat toen de vervuiling die dat aanrichtte. Hij stelde vast dat op meer dan 100 kilomter van het lek 80 procent van het leven op de oceaanbodem stierf. Het duurde zes jaar voor er sprake was van enig herstel. Vandaag de dag, meer dan dertig jaar later dus, hoef je nog steeds maar een paar centimeter te woelen in het zand voor de kust van Champoton om op olievervuiling te stuiten stellen duikers vast.

Uit het Deepwater-lek is nu tussen 300 en 400 miljoen liter olie ontsnapt. Er zijn twee factoren die de huidige ramp destructiever maken. Eén: het lek bevindt zich op 1.500 meter en niet op 50 meter. Bij Ixtoc ging alle olie quasi direct naar de oppervlakte dus. Twee: de jongste 30 jaar is het visbestand door overbevissing in de Golf van Mexico en het ontstaan van gigantische, zuurstofloze dead zones door afvalwater uit rivieren vol pesticiden, gedaald met maar liefst 90 procent.






De implicatie van dat laatste is enorm: wat de olie overleeft, zal zo klein in aantal zijn dat het niet meer in staat is zich voldoende snel voort te planten om uitsterven te vermijden. 

Het grote drama van de oceaan, is dat wat er onderwateren op zee  gebeurt niet of amper zichtbaar is. De ernst van de ramp wordt gemeten aan wat er op de stranden en oevers aanspoelt en met olie besmeurd rondloopt. Dat is echter maar een fractie van wat door de vervuiling sterft. Tussen 90 en 98 procent van de gestorven dieren zinkt gewoon naar de bodem van de oceaan. Bovendien hebben we als mens de neiging om de schade te meten aan de hand van de sterfte bij dieren waar we ons verwant mee voelen, en dat zijn in de eerste plaats zoogdieren (dolfijnen, walvissen) en in de tweede plaats dieren met poten (schildpadden, vogels).

Michael Blum, hoogleraar aan het departement ecologie en evolutionaire biologie van de Universiteit van Tulane, waarschuwt dat sommige soorten dreigen te verdwijnen. "Er zijn honderden strandvogels en zeezoogdieren die acuut gevoelig zijn voor olie. Je kunt hele soorten verliezen." Als voorbeeld noemt hij de bruine pelikaan, die net van de lijst met bedreigde soorten was gehaald maar er nu opnieuw op kan belanden.

Blum is vooral bezorgd om de zeeschildpadden en dolfijnen, die de Golf van Mexico als voortplantingsgebied of voedselplaats gebruiken, of als halte op hun migratieroute. Er zijn geen dolfijnsoorten die uitsluitend langs de Golf migreren, maar Blum vreest dat ook het aantal dolfijnen dat niet getroffen is door de olieramp zo klein zal zijn, dat ze niet in staat zullen zijn zich voldoende snel voort te planten om het uitsterven te vermijden.

"Als wetenschapper wil je niet te ver gaan en geen foute conclusies trekken. Maar als je de zaken vanuit het perspectief van de echte wereld bekijkt, naar beneden gaat, ziet wat er gebeurt, en de ecologie van het systeem snapt, dan staan we voor de onmiddellijke effecten van de blootstelling. Wanneer de olie op de kust aanspoelt, dan heb je onmiddellijke toxische effecten op bijna alles. Als je een vis bent, krijg je de olie op je kieuwen en kun je niet meer ademen. Als je een krab bent, hetzelfde verhaal. Als je een plant bent, stik je, het vermindert de fotosynthese."

De moeraslanden van de Golf zijn voor veel dieren een broedplaats. Jonge garnalen bijvoorbeeld groeien in de moeraslanden en migreren vervolgens naar de oceaan, waar ze voedsel worden voor vissen. Als over drie of vier jaar geen volwassen garnalen meer naar de oceaan migreren, kan dat gevolgen hebben voor de hele voedselketen.

Blum zegt dat de langetermijngevolgen ernstiger kunnen zijn dan men vermoedt. "Eerst heb je de rechtstreekse schok voor het systeem: onmiddellijke toxiciteit en onmiddellijke mortaliteit - onder de olie geraakte vogels, dolfijnen, zeezoogdieren. De mortaliteit is relatief klein in vergelijking met het potentiële accumulerende effect na verloop van tijd. De zaken staan er vandaag niet zo slecht voor in vergelijking met wat nog kan komen."

5. Guatemala: Eerste tropische storm "Agatha" maakt meteen al meer dan tweehonderd doden

Het dodental door de tropische storm Agatha in Guatemala blijft oplopen: al zeker meer dan 200 mensen kwamen om en velen zijn vermist. Duizenden in het Midden-Amerikaanse land zijn dakloos. Het water van Agatha sloeg in Guatemala Stad ook een enorm gat dat een appartementsgebouw van drie verdiepingen en een woonhuis opslokte. Als bij wonder zou daar maar één dode bij zijn gevallen.


Het ziet er onwaarschijnlijk uit, iets dat je alleen maar verwacht in een Hollywood-blockbuster. Maar het gat is echt. En het is niet het eerste. Vorig jaar ontstond er al een gelijkaardig, ook in het noordelijk gedeelte van de stad. Het zou te maken hebben met een slecht aangelegd rioleringsnetwerk onder de stad.

In de regio Chimaltenango, ten westen van Guatemala Stad, zouden modderlawines "tientallen" woongemeenschappen van Indianen hebben begraven, en daarbij vielen officieel 60 doden, maar dat worden er veel meer, want echt geteld is er nog niet. Momenteel zijn nog steeds honderdduizenden Guatemalteken op de vlucht.

Alsof het niet genoeg is, wordt Guatemala door een tweede ramp getroffen: sinds vorige week is de vulkaan Pacaya aan het uitbarsten. De Pacaya is 2.552 meter hoog en sinds 1565 al 23 keer uitgebarsten, de laatste keer in 1961. Deze keer kwam ondermeer een tv-reporter om en waarschijnlijk ook drie kinderen tussen 7 en 12 die nog steeds vermist zijn sinds vrijdag. Honderden huizen zijn beschadigd door de as en lava, en 65 mensen liepen zware verbrandingen op. Er is ook veel schade aan wegen.

Ook in Honduras hebben duizenden mensen hun huizen verlaten en zijn op de vlucht voor de eerste echte tropische storm van het seizoen. In El Salvador veroorzaakte Agatha zeker 179 modderlawines die de woningen van 11.000 mensen vernielden. Ook Nicaragua werd getroffen door Agatha.

Agatha is de ergste tropische storm die Midden-Amerika langs de kant van de Stille Oceaan treft sinds Pauline in 1997. De storm kwam op 29 mei 's avonds aan land op de grens tussen Mexico en Guatemala. Het is volgens metereologen een buitenbeentje omdat hij niet echt gepaard ging met felle wind maar wel enorm veel regen meebracht.

De Europese Unie heeft 3 miljoen euro vrijgemaakt bestemd voor noodhulp aan de landen in Centraal-Amerika die getroffen zijn door de tropische storm Agatha. Daarbij zijn al 144 mensen om het leven gekomen en duizenden anderen rechtstreeks getroffen. Met het geld moeten minstens 100.000 mensen geholpen kunnen worden in Guatemala, El Salvador en Honduras.
 
Eurocommissaris voor Humanitaire Hulp Kristalina Georgieva zegt dat de noodhulp "een onmiddellijk gebaar van Europese solidariteit is voor de mensen van de regio". Voor het geval er nog nieuwe noden zouden opduiken, zal de Unie "de situatie van dichtbij opvolgen", zei ze nog.

6. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 168]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Ecce homo

Hij keerde dus naar Jezus terug en bleef met Hem alleen in de gerechtskamer. Met een forse, maar tevens twijfelende blik keek hij de arme, bloedende Jezus aan, die men niet kon aanzien zonder te gruwelen, en vroeg hij zichzelf af "of deze mens dan toch een God zou kunnen zijn." Plotseling trad hij nader en bezwoer Onze Heer om hem in een krachtige taal te zeggen of hij een god, geen mens en de beloofde koning was, hoever zijn rijk zich uitstrekte en welke rang aan zijn godheid toekwam. Indien Jezus het zei, zou hij, Pilatus, hem vrijlaten.

Wat de Heer hierop antwoordde kan ik niet meer letterlijk herhalen. Alleen de inhoud van het antwoord kan ik weergeven. Hij toonde hem aan wat voor een soort koning hij was en over welk Rijk hij heerste. Hij maakte hem duidelijk wat de waarheid was, want Hij zei hem de waarheid. De Heer zei Pilatus in het aangezicht alles wat Hij wist, dat in de geest en het gemoed van de landvoogd omging. Al het gruwelijke daarbinnen verborgen, bracht hij aan het licht. Hij voorspelde Pilatus het lot dat hem te wachten stond, zijn ellendige val en zijn afschuwelijke einde en hoe Hij, die thans tot hem sprak, eenmaal zou weerkomen om een rechtvaardig oordeel over hem te vellen.

Pilatus, half verschrikt en half geërgerd door Jezus’ woorden, ging buiten op het terras en riep voor de zoveelste maal dat hij Jezus wou vrijlaten. Toen brulden de Joden: "Als gij Hem vrijlaat, zijt gij de vriend van de keizer niet, want wie zich uitgeeft voor koning, pleegt verzet tegen de keizer!" Anderen schreeuwden dat zij de landvoogd bij de keizer zouden aanklagen, omdat hij hun feest verstoorde. Hij diende spoed te maken, want tegen tien uur moesten zij op de grote plaats in de tempel zijn. Het getier: "Aan het kruis met Hem! Weg met Hem!" verhief zich weer van alle kanten. Ja, velen waren op de platte daken rondom het Forum gestegen en schreeuwden van ginds boven.

Pilatus zag thans dat hij bij die razenden niets vermocht te bereiken: hun brullen en tieren had iets vreselijks in zich. De volksmenigte voor het paleis begon zo wild te doen, dat er een losbarsting van geweld te vrezen viel. Toen liet de landvoogd zich water brengen en een dienaar goot het uit de schaal over zijn handen, ten aanschouwen van het volk. En van op het terras riep Pilatus naar beneden: "Ik ben onschuldig aan het bloed van deze rechtvaardige, gij kunt het voor u zelf verantwoorden!"

Nauwelijks had hij aldus gesproken of de hele massa, samengesteld uit mensen van alle steden en dorpen van het land, schreeuwden eenstemmig de huiveringwekkende schreeuw: "Zijn bloed komt over onze kinderen."

7. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 168]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Wanneer deze getuige nu een valse eed aflegt en hij is niet in staat om de verliezende partij schadeloos te stellen, dan zijt ge verplicht om het zelf te doen, omdat ge u, door uw verkeerde raadgevingen, tot medeplichtige hebt gemaakt. Wilt ge weten, broeders, hoe ge voor het gerecht en elders dient te handelen? Luister dan naar Jezus Christus zelf, die ons in het evangelie zegt; "Wil iemand u voor het gerecht dagen en u het onderkleed nemen, laat hem ook de mantel." Want dat is beter dan te zweren. Hoeveel zielen gaan er niet ten onder door meineed, haat, bedrog, wraak!

Maar ook buiten het gerecht, broeders, wordt er maar al te vaak met de naam van God gespeeld. Als we iemand iets vertellen en hij wil ons niet geloven, bezweren we het met een dure eed. Vooral ouders en opvoeders, meesters en meesteressen moeten zich daarvoor hoeden. Telkens als hun kinderen of hun personeel een of andere fout begaan hebben, dwingen zij hen tot een bekentenis, en de kinderen of de knechten, bang van geslagen of beknord te worden, zweren dat ze van de prins geen kwaad weten, dat ze anders stokstijf mogen blijven staan. Ge kunt hen beter ongemoeid laten, broeders, en de schande die ze u toegebracht hebben, geduldig verdragen. Alles is beter dan het in het verderf te storten. Wat schiet ge er trouwens mee op? Ge laat de goede God beledigen en dat is het enige wat ge bereikt. En wat een droefheid, broeders, als ge op de dag des oordeels uw kinderen verworpen ziet om een kleinigheid, om niets!

Anderen zweren of beloven iets te zullen geven of te zullen doen, zonder daartoe ook werkelijk de bedoeling te hebben. Voor ge iets belooft, moet ge nagaan of ge uw belofte wel kunt volbrengen. En nooit zult ge aan uw woord vermetele bezweringen toevoegen. "Als ik het niet doe, mag ik voor eeuwig verdoemd zijn, mag ik hier stokstijf blijven staan."

Pas op, broeders, ge bedrijft met zulke taal een zonde die verschrikkelijker is dan ge ooit zult begrijpen. Wanneer ge bijvoorbeeld, in een aanval van woede belooft hebt om u te wreken, is het beslist beter uw belofte niet te houden: ge moet er de goede God vergiffenis voor vragen. De Heilige Geest zegt ons dat degene die zweert, gestraft zal worden.

Misschien wilt ge nu weten wat men onder godlastering dient te verstaan. Dit woord is al zo verbijsterend, broeders, dat een Christen het eigenlijk niet over zijn lippen moest kunnen krijgen. God lasteren betekent immers een oneindige schoonheid besmeuren en bevloeken: deze zonde is dus rechtstreeks gericht tegen de goede God. Sint Augustinus zegt; "Wij maken ons schuldig aan godlastering wanneer we de goede God iets toeschrijven wat Hij niet heeft of wat niet met Zijn Wezen overeenstemt, wanneer we een van Zijn eigenschappen loochenen, of tenslotte, wanneer wij onszelf toebedelen wat van God is en wat alleen aan Hem toekomt."

Vertaling: Chris De Bodt

8. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 168]

Hoofdstuk 24. Begrafenissen en graven

Nicky: Hebben de zielen u iets verteld over begrafenissen?
Maria: Jazeker! De Arme Zielen verkiezen om een beetje bij hen thuis te mogen blijven en niet meteen naar het lijkenhuis te worden afgevoerd, omdat deze plaatsen hen geen gebeden opleveren. Zij hebben gebeden nodig terwijl ze nog thuis zijn en meestal wordt er niet gebeden wanneer ze zo vlug worden meegenomen. Zij zien hun eigen begrafenis, zoals ik gisteren reeds heb verteld. Zij kunnen ook zeggen wie er voor hen bidt of wie er enkel is voor het uiterlijk. Zij horen wat wij over hen vertellen. Tranen leveren hen niets op. Tranen zijn enkel nodig voor ons genezingsproces, maar niet voor dat van hen. Begrafenissen moeten eenvoudig blijven en met een liefde uit het hart worden bijgewoond.

Nicky: Waar houden ze niet van, aan de begrafenissen vandaag?
Maria: Zij houden er niet van dat er leugens over hen worden verteld, zelfs al is de waarheid niet altijd bekoorlijk. Loven moet eerlijk zijn als het in onze bedoeling ligt om hen te helpen op hun reis. De familie zou ook moeten op de hoogte zijn van hun zonden, zodat ze deze kunnen biechten en er in gebed tot Jezus voor bidden. En de zielen houden niet van opgeblazen begrafenissen.

Zij houden ook niet van crematie en ze houden er ook niet van dat hun stoffelijke resten aan de wetenschap of ziekenhuizen worden gegeven of verkocht. Het verstrooien van de as vanuit een vliegtuig in de oceaan is belachelijk en doet absoluut geen goed. In feite kwetst het de zielen omdat de levenden hun zo veel gemakkelijker vergeten. Bij het graf kan men op regelmatige basis bidden en kleine, liefdevolle gebaren maken. De Kerk laat crematie enkel toe opdat er minder heiligschennis zou gebeuren. Dit was eerder een politieke beslissing dat een hulpvolle en heilige beslissing.

Ze houden van niets dat niet gebedsvol is of dat hen in een verkeerd daglicht stelt. Hen gedenken voor Jezus is precies wat hen tezamen brengt. Het voor hen opnemen en het goed maken voor hen voor Jezus, dat is wat ze meer dan nodig hebben.

Dit herinnert mij aan een ziel die ooit tot mij kwam tijdens de dag. Op een namiddag wandelde ik vanuit het bos naar huis en een heel oude vrouw bezocht mij. Mijn eerste gedachte was: "Wat ziet zij er oud uit!" Zij dwaalde rond mij en keek mij bedroefd en wat verloren aan. Ik groette haar en vroeg haar waarom ze zich daar zo alleen bevond en zei haar dat het reeds laat werd. Ze antwoordde: "niemand geeft om mij. Niemand neemt mij en ik moet op de straat slapen." Ik dacht daarop: "Ze is de pedalen wat kwijt." Ik dacht een seconde na en bood haar dan aan of met mij mee te gaan, want ik wist dat, wanneer ze een hinder zou zijn, ze daar niet lang zou blijven. "Ik zal u meenemen, maar mijn huis is klein. Het is alles wat ik heb, maar er staat een dak op en ik kan u te eten geven." Onmiddellijk vrolijkte zij op en zei: "Dat is alles wat ik nodig heb!" en zij verdween.

Later heb ik vernomen dat zij op een bepaald ogenblik tijdens haar leven iemand de hulp had geweigerd die het echt nodig had en daarom moest zij nu in het Vagevuur verblijven tot een andere persoon haar mee binnen nam. Mijn aanbod was dus in feite het herstel van haar weigering. Herstel is altijd nodig en als wij het niet vrijwillig doen, dan zal God het voor ons doen.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

9. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 12]

Een raadselachtig voorteken in 1915

Rond de middag gebruikten we ons middagmaal. Hierna nodigde ik de meisjes uit om samen de Rozenkrans te bidden, waarmee ze enthousiast instemden. We waren amper begonnen of we zagen daar, vóór onze ogen, een figuur zweven in het licht boven de bomen. Het leek op een beeld uit sneeuw, bijna doorzichtig door de stralen van de zon.

"Wat is dat?" vroeg ik hen, enigszins bevreesd.

"Ik weet het niet!"

We vervolgden met bidden, met onze ogen gericht op de figuur voor ons, en toen ons gebed was beëindigd, verdween ook de figuur. Zoals gebruikelijk zei ik niets, maar mijn vriendinnetjes hadden thuis verteld wat er was gebeurd van zodra ze waren teruggekeerd. Het nieuws had zich vlug verspreid en op een dag, toen ik thuis aankwam, werd ik door mijn moeder ondervraagd: "Kijk eens! Er wordt gezegd dat jullie iets of wat dan ook hebben gezien daarboven. Wat was het dat u hebt gezien?"

"Ik weet het niet," zei ik, "het leek op een persoon, gewikkeld in een laken!" Omdat ik geen gelaatstrekken kon waarnemen, voegde ik hieraan toe: "Er waren geen ogen, noch handen uit af te leiden."

Mijn moeder maakt een einde aan de hele zaak met een gebaar van "kinderlijke onzin!"

Na enige tijd keerden we met onze kudde naar dezelfde plaats terug en precies hetzelfde deed zich opnieuw voor. Opnieuw vertelden de meisjes het hele verhaald. Na een korte tijd gebeurde het opnieuw. Het was de derde keer dat mijn moeder van deze feiten had gehoord, zonder dat ik er zelf thuis een woord over had gezegd. Ze riep mij daarom, nogal onwelgevallig, bij haar, en vroeg: "Zeg nu meer eens wat jullie meisjes daarboven hebt gezien?"

"Ik weet het niet moeder. Ik weet niet wat het is."

Sommigen begonnen de spot met ons te drijven. Mijn zussen, die zich herinnerden zich dat ik mij, na mijn Eerste Communie, nogal vreemd gedroeg, vroegen minachtend: "Ziet u iets dat in een laken is gewikkeld?"

Ik voelde deze minachtende woorden en gebaren nogal scherp aan, want anders werd ik steeds geliefkoosd. Maar dit was zo onwerkelijk. U ziet, ik wist niet wat de Goede Heer voor mij had voorbehouden in de toekomst.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Jean de Florette [7/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


11. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 34: Geboren in de hel [Aflevering 221]

Bekeringen gebeurden dankzij de liefde en nederigheid van Maria, samen met geloof. Het waren geheimen die met mekaar verweven waren. Nederigheid was een aspect van liefde omdat liefde tot onbaatzuchtigheid leidde, en op haar beurt leidde onbaatzuchtigheid tot het delen van het lijden, de eer, en het geloof ... de schoonheid ... van Christus.

Grote geheimen. De sleutel tot het geluk. De boodschap van Maria. Er waren geen profetieën die zo krachtig waren. Maria kwam op een wolk. Ze stond normaal gezien niet op de aarde. Dat betekende dat we onszelf niet moeten verankeren in de wereld. Het betekende zich losmaken van het ‘ik’. Hier ligt een nieuw geheim: Maria gaf te kennen dat, bovenop nederigheid, een sleutel tot innerlijke rust [vrede] het losmaken van het ‘ik’ was. Overgave. Het was het hoogste stadium van nederigheid. Ze toonde het iedere keer. Ze toonde het bij elke echte verschijning. Ze was onbaatzuchtig en als gevolg was ze majesteitelijk en rustig. Dat kleine geheim was zo krachtig dat het meer zei dan eender welke literatuur, meer dan de opkomende Europese filosofen, meer dan Locke en Rousseau en Voltaire: Wanneer een persoon zich losmaakte van z’n ego, wanneer alle gedachten en handelingen aan Christus werden opgedragen, was sereniteit het verrassende resultaat. Iemand kon door het leven gaan, op zoek naar alle mogelijke middelen voor vrede, en het nooit vinden tenzij hij of zij afstand deed van het ‘ik’.

Soms betekende dat lijden. Christus gaf aan elk van Zijn volgelingen een kruis. Lijden was een ticket naar de hemel, de test van het leven, wat op zich al een constante test was!

Maar de Heilige Moeder was er altijd en, zoals Margaretha-Maria Alacoque van de Heilig Hart-openbaringen zei, bleef Maria steeds aanmoedigen. Ze weigerde nooit te helpen. Hoe harder en zinvoller de tijden, des te meer Moeder Maria zich op de voorgrond plaatste. Er was al achttien eeuwen lang een opbouw geweest. Nu manifesteerde hoofdstuk 12 van Openbaringen zich, voorafgegaan door donder, bevingen en hagel. En donder was er zeker geweest! En bevingen: de zeventiende eeuw had meer dan z’n deel gehad, met driehonderdduizend slachtoffers in Calcutta, nog een grote beving in Hokkaido, Japan, en nog meer bevingen in Quito, Catania, en Lissabon.

De spirituele conflicten waren op z’n hevigst. De duivel was er altijd geweest, maar de afgrond, de aarde bleef opengaan. Er waren overal sprinkhanen. In 1679 was er een bericht uit Lemster, Engeland, van bepaalde mensen die beweerden "de aarde op een heel vreemde en ontzaglijke manier te hebben zien opengaan" en een soort van "zwarte, droefgeestige kleuren" uit de grond te hebben zien komen. Was het echt, of een symbool? Zieners verwachtten een grote beving zoals in [Openbaring 11:13] en sommigen hadden het begrepen dat "beving" voor een komende revolutie stond.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

12. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 115]

Hoofdstuk 6: Tussen Genève, Parijs en Rome

Brief aan cenobieten

Er kan gedacht worden dat de glans en de meeval van deze eenstemmige viering in Taizé Broeder Roger een gevoel van zelfvoldoening gaf. Een nadere kijk op de chronologische volgorde laat toe zijn ware gevoelens in te schatten. Op de dag zelf van de inhuldiging schreef hij een ‘Brief aan cenobieten’. Geen enkele krant maakte er gewag van, zelfs de confessionele pers niet, behalve dan de volledige tekst in "La Documentation catholique," wat voor een blijvende weergalm zorgde. De toon van die ‘brief’ steekt fel af tegen de glans van de viering van die dag en ook tegen het enthousiasme en het optimisme dat het nakende concilie meer en meer opwekte. De prior van Taizé ontwaarde al van het begin van een crisis in de Kerk die zou uitbreiden en verergeren in het volgende decennium. Een scherpzinnige waarneming. Zelfs als vandaag de geschiedenis van die crisis in de katholieke Kerk in die decennia nog uitgebreid beschreven moet worden, is geweten dat ze eerst de reguliere clerus (de religieuzen) trof voordat de seculiere clerus begin de jaren 1960 de volle laag kreeg. Ook kwam ze op verschillende wijzen voor naargelang de congregaties of de landen. De meest zichtbare kant bestond in minder toetredingen in kloosters en abdijen, een groter aantal uittredingen en een steeds grotere opspraak tegen sommige aspecten van constituties en regels die in de congregaties en kloosters gangbaar waren.

In zijn ‘brief’ groet Broeder Roger uitvoerig de religieuzen die, zoals de Broeders van Taizé, werden geroepen ‘om de verbintenis van de cenobietroeping te beleven’ en ‘in de voetstappen van Christus zelf te lopen’. Maar hij is ook verontwaardigd: ‘En zie, nu zijn er onder u enkele die niet meer solidair met de hunnen willen zijn op de moeilijke weg van hun roeping. De ene geven er de voorkeur aan om hun eerste verbintenis in vraag te stellen op gevaar af de persoonlijke eenheid te breken. Maar dit gebeurt niet straffeloos. Andere dreigen. Maar een groep, zo klein ook, wordt niet onder bedreiging hervormd. Het is steeds van binnenuit en met oneindig geduld dat deze heropleeft. Alleen zo is de confrontatie opbouwend. Elke breuk die nu de druk schijnt weg te nemen is in feite een verarming. [...] Als de wereld binnenstroomt in ons intiemste innerlijke, door de grote strekkingen van de hedendaagse geschiedenis doorkruist, als de kloosterroeping steeds meer blootgesteld wordt omdat ze onderhevig is aan krachtige spanningen en dagelijkse bekoringen, blijft Christus oproep des te dringender.’ Daar Broeder Roger nooit een betwister is geweest, was zijn revolutie van een andere afmeting.

Vertaling: Broeder Joseph

13. Jezus' tijdgenoten [aflevering 57]

Woordenboek: Letter D

Drusilla II

Livia's persoonlijkheid

Terwijl ze berichtten over verschillende smakeloze geruchten, stelden de oude bronnen over het algemeen Livia [Iulia Augusta] voor als een trotse en koninklijke vrouw, trouw aan haar imperiale echtgenoot, voor wie zij een waardige partner was, altijd even evenwichtig en waardig. Met een vervolmaakte vaardigheid speelde zij haar rol van partner, moeder, weduwe en douairière. Dio vermeldt twee uitspraken van haar: "Ooit, toen enkele naakte mannen haar ontmoetten en ten gevolge daarvan ter dood waren veroordeeld, redde zij hun leven door te zeggen dat voor een kuise vrouw zulke mannen op geen enkele wijze verschillen van standbeelden. Toen iemand haar vroeg hoe zij zo een grote invloed over Augustus had verkregen, antwoordde zij dat het door zelf scrupuleus kuis te zijn, te doen wat hij maar wilde, zich niet te bemoeien met eender welke van zijn zaken, en, in het bijzonder, door te veinzen noch iets te horen noch de deelgenoten in zijn passie op te merken."

Mettertijd echter en door haar weduwschap, traden een trotsheid en een openlijk verlangen naar macht en publieke statussymbolen meer en meer op de voorgrond. Livia was altijd een van de voornaamste begunstigden van het klimaat van adulatie dat Augustus had gecreëerd en dat Tiberius verachtte. In 24 n. Chr. werd telkens wanneer zij een toneel bijwoonde een zetel tussen de Vestaalse maagden voor haar vrijgehouden en dit werd mogelijk zelfs gezien als eerder een eer voor de Vestalinnen dan voor Livia.

Vertaling: Broeder Joseph

14. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 71]

Het wonder van Turijn, Italië [1453]

De kerk van Exilles, waar de Hostie oorspronkelijk uit gestolen werd, leed nogmaals een verlies, maar dit keer dichter bij onze huidige tijd. Er kwamen dieven in de kerk op 1 april 1975. Aangetrokken door de waarde van het antieke gouden tabernakel, maakte ze deze los van het altaar en namen hem mee. Dit tabernakel, waarvan vele men dat het dezelfde is waar de Monstrans en de Hostie uit gestolen waren in 1453, was statig van aard en design. De dieven waren waarschijnlijk erg teleurgesteld toen ze erachter kwamen dat het tabernakel niet van goud was, maar van verguld hout.

En wat betreft de Hostie van het wonder? Op bevel van de Heilige Stoel, geuit in Turijn tijdens het bisschoppelijk bezoek van Monseigneur Peruzzi in 1584, was de Hostie opgegeten, nadat deze perfect bewaard was gebleven voor 131 jaar. De reden hiervoor was "om God niet te verplichten het wonder voor altijd in pure en goeie conditie te houden."

Vanwege de grote hoeveelheid documenten die opgesteld waren vlak na de gebeurtenissen van 1453, geschriften waarvan er vele bewaard zijn gebleven, is het wonder van Turijn niet te ontkennen. Documenten uit 1454, 1455 en 1456, de Observations geschreven door Enea Silvio Piccolomine tussen 1460 en 1464, en de details geschreven door priester Giovanni Galesio, een paar jaar na de gebeurtenis, samen met de getuigenissen van de tien leken die er bij waren, bevestigden allen de gebeurtenis. Voor de details zoals die hier opgeschreven staan hebben we ons gericht op de geschriften van Pater Galesio, een inwoner van Turijn, wiens geschriften, zo zegt men, poëtisch klonken.

Naast de vele manuscripten en documenten uit de tijd van het wonder, maar ook van later, zijn er verschillende Pausen geweest die het wonder hebben erkend. Pausen Pius II, Gregorius XVI, Clementes XIII, Benedictus XIV, Heilie Pius X en Pius XI gaven allemaal een aflaat en schonken voorrechten. Ter ere van het vierde eeuwfeest van het wonder stond Paus Pius IX een speciaal gebed en een bijzonder Mis toe, voor het aartsbisdom Turijn.

In 1953, voor het vijfde eeuwfeest van het wonder, werden er bijzonder missen gehouden in Exilles maar ook in Susa, een van de dropjes waar de dief de Hosties doorheen droeg. Een grootste processie in Turijn liep langs de zelfde route die de dieven namen op weg naar Turijn. Aan deze processie namen Kardinalen deel, maar ook bisschoppen en talloze priesters en religieuzen als ook duizenden gelovigen.

Het is noemenswaardig dat bij de Kathedraal van Johannes de doper, waar de Wonderlijke Hostie tijdenlang is bewaard, een geweldige kapel is, waar nog een andere kostbare schat te vinden is: Het Heilige Gewaad van Turijn.

15. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Als jonge vrouw, en zelfs vroeger, woonde ze dagelijks de Mis bij en ontving ze de H. Communie. Ze bezocht vaak het Heilig Sacrament. Ze bad dagelijks de Rozenkrans en deed vaak de Kruisweg. Later, in 1911, vervoegde ze het Aartsbroederschap van het Allerkostbaarste Bloed, wat tot een grote toewijding voor het Lijden leidde.

De dochters van het gezin begonnen de aandacht van jonge mannen aan te trekken, maar Praxedes kreeg het meeste aandacht. Ze was een heel mooi meisje. Ze had ros haar en helderblauwe ogen. Ze sprak weinig en was formeel en beschaafd. Ze had geen interesse in de laatste trends, maar bezat alle kwaliteiten die een jonge man in een vrouw waardeert.

Hoewel ze geen interesse had in het huwelijk en eraan dacht om in het klooster te gaan, adviseerde haar spiritueel adviseur haar iets anders. Daarom ging ze akkoord om een aantal mannen te ontmoeten. Ze wees ze allemaal af, tot ze in haar gezinswinkel Gabriël Fernandez Martinez ontmoette. Hoewel hij niet gekend was omwille van economische of sociale status, zag Praxedes goedheid in hem. Hij was elektrieker van beroep, en vast en zeker een goed man. Toen hij uiteindelijk bij het gezin van Praxedes met zijn voorstel op de proppen kwam, vreesde de vader voor het verlies van z’n dochter, terwijl de moeder vreesde dat ze Praxedes’ hulp ging verliezen. Op een dag zei Gabriël: "Ik zou Praxedes voor geen andere vrouw in de wereld willen ruilen, zelfs niet voor een koningin of keizerin."

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

16. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 61]

Aan haar zus Marie

Nevers, 29 mei 1872

Lieve Marie,

Ik ben blij te horen dat je een lief meisje hebt, en dat jullie beiden het goed maken, evenals Joseph. Ik verenig me in jullie gebeden voor de kleine lieve Justine, en ik heb groot vertrouwen dat de goede God haar voor jullie zal bewaren als jullie doorgaan hem te dienen en als jullie de goede raad van meneer Pastoor opvolgen.

Ik ben zeer verbaasd over de rekening van 629 francs waarover je spreekt in je laatste brief. Ik kan niet geloven dat men je een dergelijk bedrag vraagt. Waarschijnlijk hebben de goede Paters van Garaison je die rekening per vergissing gestuurd. Zoek meneer Pastoor op, vertel hem je probleem en doe alles wat hij zegt. Het is de enige raad die ik je geef hierover, in je eigen belang.

Men heeft mij verteld dat Joseph een of ander idee heeft om een soort winkeltje op te zetten met mijn broertje Pierre, wanneer hij terugkeert uit Garaison. Zeg hun namens mij dat ik mij daartegen absoluut verzet, want het past niet: de Goede God zou niet blij zijn met jullie. Ik sta erop dat Pierre blijft waar Zijne Hoogheid Monseigneur van Tarbes hem wil laten opvoeden. Ik wil niet dat jullie hem laten vertrekken uit Garaison zonder dat jullie daartoe opdracht ontvangen hebben van de Monseigneur van Tarbes. Ik ben jullie oudste zus, ik heb de plicht te waken over de toekomst van mijn jongere broer. De studie van dat lieve kind mag niet belemmerd worden. Ik weet dat men in Garaison heel tevreden over hem is. Luister niet naar slechte raad en word zeker niet boos.

Jullie kunnen de goede Paters enige verklaring over het verblijf vragen waarvan Joseph de prijs betwist. Wellicht is er een of andere vergissing over dit onderwerp. Alvorens er met iemand over te spreken en je er boos over te maken moeten jullie opheldering vragen ofwel aan mijnheer Pastoor, ofwel aan de goede Paters. Ik wil niet dat jullie iemand kwetsen. Als de goede Paters deze [rekening] gemaakt hebben, hadden zij daartoe het recht, want ze zijn niet verplicht ons lief broertje gratis op te leiden. Als zij dat tot nu toe wel gedaan hebben, is dat omdat Monseigneur genegen was het zo te regelen.

Vaarwel, mijn goede zus, ik zeg tot ziens door je te omhelzen, in dankbaarheid. Bezorg me niet nog meer verdriet met dergelijk gekonkel,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

17. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Historische achtergrond

Don Bosco leefde van 1815 tot 1888. Zijn verhaal speelt zich dus af in het Italië van de 19de eeuw. Europa had op dat moment bewogen tijden achter de rug en was nog lang niet tot rust gekomen. Frankrijk had gedurende twee eeuwen de suprematie opgeëist in Europa, maar beleefde in 1789 een revolutie die het hele politieke en maatschappelijke bestel veranderde en de relaties tussen Kerk en maatschappij grondig verstoorde.

Onder Napoleon leek het tij weer te keren en werd de Kerk gedeeltelijk in haar oude rechten hersteld. In 1804 werd Napolen tot keizer gezalfd, maar amper vijf jaar later liet hij paus Pius VII gevangen nemen. Met de val van Napoleon in 1815 werden de grenzen rond Frankrijk echter versterkt. Het koninkrjk Sardinië werd hersteld, kwam terug in handen van Savoye en Nice en werd uitgebreid met Genua. De paus kreeg opnieuw het gezag over de pauselijke staten. Na 1815 volgde een periode van restauratie, maar ook van talrijke revoluties in Europa.

De periode 1815 tot 1870 werd in Italië gekenmerkt door een grote eenmaking, maar ook door een groeiende tegenstelling tussen Kerk en Staat.

Algemeen kunnen we stellen dat de 19de eeuw een periode was van politiek liberalisme en het streven naar een constitutionele monarchie. Geleidelijk aan vormden zich de nationale staten, begrensd door een taal, cultuur en/of volksaard. Zo groeide, politiek gezien, het Europa van vandaag, al ging dit niet zonder strijd en revolutie.

Het liberalisme van de 19de eeuw had tot gevolg dat de kloof tussen arm en rijk schrijnend groot werd. De industrialisatie, gecombineerd met een maatschappij die geen bescherming bood aan de sociaal zwakkeren, leidde tot verregaande sociale onderdrukking. De sociale onrust die hieruit volgde, deed geleidelijk aan sociale structuren en wetten ontstaan die het lot van de laagste klassen verbeterden.

In die context leefde Don Bosco en bouwde hij zijn jeugdwerk uit, ten dienste van de sociaal zwakkere jongeren.

18. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 3

Ik heb u zesentwintig jaar geleden de zeven inzinkingen, de zeven wonden en smarten van Maria aangekondigd die aan Haar triomf en ons herstel moeten voorafgaan:
  • Stormen en overstromingen
  • Zieken over planten en dieren
  • Cholera over de mensen
  • Opstanden
  • Oorlogen
  • Bankroet over de gehele wereld
  • Verwarring
De voorgaande ellenden zijn verzacht, dankzij Maria die de hand van Haar Zoon heeft weerhouden. Ziehier de zesde plaag: deze van het geld die haar dood tegemoet gaat omdat het wiel van de kar geen as, en daardoor ook geen vertrouwen, meer heeft.

Vertaling: Chris De Bodt


02-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 juni 2010
2 juni 2010

Maandelijkse boodschap van Maria aan Mirjana Dragicevic voor hen die Gods liefde nog niet kennen:

"Lieve kinderen, vandaag vraag Ik u, om door vasten en gebed de weg vrij te maken, langs dewelke Mijn Zoon in uw harten zal binnentreden. Aanvaard Mij als een moeder en een aankondigster van Gods liefde en Zijn wens om uw redding. Bevrijd uzelf van alles uit het verleden dat u tot last is en u een gevoel van schuld geeft, van alles dat u tot dwaling en duisternis bracht. Aanvaard het licht. Word herboren in de gerechtigheid van Mijn Zoon. Dank u."

Onze Lieve Vrouw zegende alle religieuze artikelen en Mirjana zei dat zij op het einde van de verschijning, toen Maria verdween, een witte duif zag, waarin Mirjana de Heilige Geest dacht te herkennen.


Chris De Bodt (www.bloggen.be/medjugorje)

01-06-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1 juni 2010
1 juni 2010

1. Medjugorje: De Onderzoekscommissies
[aflevering 24/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Derde Commissie

Vroegere tekenen dat deze Commissie er zou komen, konden reeds worden waargenomen in 1999, toen Pater Francois-Xavier Wallays, Algemeen Overste van de Gemeenschap der Zaligsprekingen en meerdere van zijn priesters Aartsbisschop Tarcisio Bertoni, destijds secretaris van de Congegratie van de Geloofsleer in Rome, hadden bezocht. Bertoni zei toen: "Men moet Medjugorje of dezelfde wijze beschouwen als we de Madonna van Czestochowa, een zeer populair Maria-oord in Polen, beschouwen. Laat ons afwachten in hoop en vrede. Onze taak is nu te bidden dat Rome een nieuwe Commissie met wijsheid zal samenstellen en dat deze zal bijdragen tot de redding van velen. Als Paus Johannes Paulus II aan zijn vrienden, Zofia en Marek Skmarnicki van Krakow kon schrijven dat hij elke dag door het gebed te Medjugorje was, toont dit ons aan dat hij deze goddelijke genade van Medjugorje voor onze tijden kon waarnemen."

Hier is een uittreksel uit een van zijn brieven aan Zofia en Marek: "Ik dank Mevr. Zofia voor alles aangaande Medjugorje. Ook ik ga daar elke dag in gebed heen als pelgrim. Ik verenig in mijn gebeden al diegenen die ginds bidden of er een roep tot gebed ontvangen. Vandaag hebben we deze roep beter begrepen. Ik verheug mij dat het in onze tijden niet ontbreekt aan mensen die bidden en aan apostelen." [Johannes Paulus II, 8 december 1982].

Laat ons, in afwachting van nieuwe veranderingen te Medjugorje, trouw blijven aan het laatste officiële document dat dateert van 26 mei 1996 [154/81-06419] en dat afkomstig is van de Congregatie voor de Geloofsleer te Rome: "De Kerk laat privé bedevaarten naar Medjugorje toe, maar geen officiële bedevaarten. Zij vraagt dat de bedevaarders die naar Medjugorje gaan, zouden begeleid worden met pastorale zorgen."

2. Golf van Mexico: algemene stemming van radeloosheid

De Amerikaanse regering weet het niet meer. Zelfs de modernste technologie blijkt niet in staat om het olielek in de Golf van Mexico te dichten. Dat BP het nu zelf maar oplost, zo lijkt de teneur in het Witte Huis. Maar de regering is ook bang dat BP met een nieuw plan het lek nog met 20 procent gaat vergroten.

Het is voor de VS eerder beschamend dat ze ondanks hun ontwikkelde technologie al een maand proberen om het olielek in de Golf van Mexico te dichten. Poging na poging mislukt en intussen worden de gevolgen voor het milieu steeds groter. Na een nieuwe mislukking vorige week noemde het Witte Huis het olielek de grootste milieuramp in de geschiedenis van de VS.

BP krijgt intussen steeds meer kritiek te slikken. Het bedrijf huurde het platform Deepwater Horizon toen het op 20 april door een explosie in zee zonk. Op anderhalve kilometer diepte ontstond een lek dat dagelijks enorme hoeveelheden olie in zee doet stromen. Verwacht wordt dat het drama nog maanden zal duren. BP lijkt zich wel op te maken voor een ultieme poging om het lek te dichten.

Zo wil BP de pijpleidingen openbreken om een soort schaal over de oliebron te plaatsen. In de Amerikaanse regering wordt gevreesd dat op die manier nog twintig procent meer olie in zee terecht kan komen. Maar bij BP verzekeren ze dat er geen gevaar bestaat dat meer olie zou vrijkomen. Om het lek definitief te dichten zal een nieuwe bron geboord moeten worden.

De Amerikaanse regering plaatste 150 wetenschappers op de zaak. Iedere dag zou tussen 45.000 en 70.000 liter olie in zee spoelen. In totaal zou al tot 150 miljoen liter gelost kunnen zijn. BP heeft nog steeds vertrouwen dat de nieuwe methode kan slagen om de olie op te vangen. "Het is alleen de vraag hoeveel olie we zullen kunnen opvangen", klinkt het.

De kloof tussen het Witte Huis en BP wordt wel steeds groter. "Ik heb geen vertrouwen in BP. Ze weten niet wat ze aan het doen zijn", zegt Ed Markey, voorzitter van de energiegroep die het lek volgt. "Ze begonnen hun actie met golfballen. En dat was in de eerste weken, dus ik denk net dat mensen nog moeten geloven dat de voorspellingen van BP zullen uitkomen."

Het enige goede nieuws komt vanaf het land waar de VS de grootste milieu-operatie ooit heeft opgezet. Met enorme inspanningen wordt de olie op afstand gehouden om zo weinig mogelijk smurrie op de kust te zien stromen.

Ook uit Republikeinse hoek is de ongerustheid groot. De tegenstanders van president Barack Obama zijn over het algemeen voor de olieboringen. "En daar zal dit olielek geen verandering in brengen", zegt Senator David Vitter van Louisiana. "Maar we moeten leren uit dit ongeval. Voorlopig mag er niet meer geboord worden in de Golf van Mexico. Niet voor we weten hoe we deze operaties veilig kunnen maken en wat er gebeurt als deze beveiliging het laat afweten."

Orkaanseizoen begint vandaag en maakt de zaken nog complexer

Vandaag begint in de Golf van Mexico officieel het orkaanseizoen en dat baart milieuteams zorgen. De Golf is immers een soort snelweg voor orkanen die op de Amerikaanse kust inbeuken. En dat doet het ergste vermoeden voor de gigantische olievlek.

Wetenschappers lijken het erover eens te zijn dat de olielaag de vorming van een storm niet zal beïnvloeden. Maar wat als een orkaan hoge golven met olie op de kust doet stromen? Bovendien ligt de plek van het voormalige Deepwater Horizon in de baan van veel orkanen. Zo passeerde ook orkaan Katrina in 2005 langs de plaats waar nu al meer dan een maand olie in zee stroomt.

Hoewel deze situatie zich nog nooit eerder voordeed, valt moeilijk te voorspellen wat er gaat gebeuren. De olie kan terechtkomen op plaatsen die nu nog onaangetast zijn. Maar sommige wetenschappers denken dat het een goede zaak is als de olie zich zou verspreiden. "De olie kan op plaatsen terechtkomen die beter bestand zijn tegen de concentraties", zegt Joe Bastardi van het Amerikaanse orkaancentrum.

3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 167]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Ecce homo

De opperpriesters en de leden van de Raad werden woest bij het zien van de Heer, die voor hen de angstwekkende spiegel was van hun geweten, en ze schreeuwden: "Weg met Hem! Kruisig Hem!" Pilatus echter riep: "Hebt gij dan nog niet genoeg gekregen? Hij is zo vreselijk toegetakeld dat hij geen koning meer zal willen zijn." Maar zij werden nog razender en schreeuwden immer wilder en het volk raasde en tierde door elkaar: "Weg met Hem! Aan het kruis met Hem!" Toen liet Pilatus opnieuw de bazuin steken en sprak: "Neemt gij Hem dan van mij over en kruisig Hem zelf, want ik, ik vind geen schuld in deze man." Na deze woorden riepen enkele opperpriesters: "Wij hebben een wet en volgens die wet moet Hij sterven, want Hij heeft zich uitgegeven voor de Zoon van God!" Pilatus antwoordde: "Indien gij zulke wetten hebt, dat deze hier sterven moet, dan wens ik geen Jood te zijn."

De aanklacht van de Joden "dat Jezus zich uitgaf voor de Zoon van God," maakte Pilatus toch bevreesd en vervulde hem, als bijgelovige, met zorg en kommer. Daarop liet hij Jezus naar een stille plaats brengen. Daar wendde hij zich tot Onze Heer en vroeg Hem: "Van waar zijt gij?" Maar Jezus gaf geen antwoord. Toen zei Pilatus: "Staat gij mij niet te woord? Weet gij dan niet dat ik de macht heb om u te kruisigen en om u vrij te laten?" En Jezus antwoordde: "Gij zoudt niet de geringste macht over mij hebben, zo u deze van hogerhand niet gegeven was. Daarom draagt diegene die mij aan u heeft overgeleverd, een zoveel zwaardere schuld."

Intussen zond Claudia Procle, ongerust geworden door het aarzelen van haar man, nogmaals een bode naar het paleis. De bode liet het pand zien dat de landvoogd herinnerde aan zijn belofte, en Pilatus gaf een antwoord mee voor zijn vrouw dat verward was en vol van bijgeloof. Ik weet alleen nog dat hij zich in dat antwoord beriep op zijn goden. Jezus’ vijanden, de opperpriesters en de Farizeeërs kregen er lucht van dat Pilatus’ vrouw ten beste sprak voor Jezus en zij lieten onder het volk de leugen verspreiden dat de aanhangers van Onze Heer de gemalin van de landvoogd hadden omgekocht. Indien de Galileër vrijkwam, zou Hij met de Romeinen een bondgenootschap sluiten en voor de Joden zou zoiets "het einde" betekenen.

Pilatus was in zijn besluiteloosheid als een dronken man. Zijn oordeel helde nu eens naar deze en dan eens naar de andere kant over. Hij sprak opnieuw tot Jezus’ vijanden en zei hen dat hij niet de minste schuld vond in Onze Heer. Daar zij echter, onstuimiger dan ooit, Jezus dood bleven eisen, wou Pilatus, die door zijn eigen verwarde gedachten, de dromen van zijn vrouw en de zware betekenis van de woorden van Jezus, heel en al in onzekerheid was gedreven, nog een antwoord van de Heer vrij krijgen, dat hem wellicht uit deze pijnlijke situatie zou kunnen redden.

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 167]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

"Maar," zult ge zeggen, "als we geen eed mogen verlangen, dan verliezen we onze rechten." Ge verspilt dus liever uw ziel en die van de anderen, dan uw rechten en uw geld? Wees trouwens gerust, broeders, Wanneer ge een offer weet te brengen om een belediging van de goede God te voorkomen, zal hij niet nalaten u op een andere wijze schadeloos te stellen! Nu komt dit gelukkig niet zo heel vaak voor, maar nooit moogt de degenen die voor het gerecht tegen u getuigen door middel van geschenken of op een andere wijze er toe aanzetten om de waarheid te verzwijgen, want zo stort ge niet alleen niet die getuige, doch ook uzelf in het verderf. Hebt ge voor de rechter leugens verteld of laten vertellen en is er ten gevolge daarvan iemand schuldig veroordeeld, dat zijn ge verplicht alle schade die ge hem, hetzij in zijn bezittingen, hetzij in zijn goede naam, hebt berokkend, zoveel mogelijk te vergoeden want anders zal uw ziel verloren gaan.

Ge moet zelfs nagaan of ge niet van plan zijt geweest om vals te zweren, en hoe lang ge met dat plan hebt rondgelopen. Velen menen dat ze onschuldig zijn, zolang ze hun plannen niet in daden omgezet hebben. Neen, vriend, al doet of zegt ge niets, ge zondigt, zodra ge bereid zijt iets te doen.

Ge moet ook nagaan of ge soms verkeerde raad gegeven hebt. Iemand zegt u bijvoorbeeld: "Misschien moet ik vandaag of morgen getuigen voor een vriend van me, wat denkt ge daarvan? Ik heb geen zin om die lui alles aan de neus te hangen en mijn vriend het ongeluk in te sturen? Zijn tegenstander zit er warm bij, ik hoef hem niet te sparen. En toch..."

"Och, geeft ge hem ten antwoord, je zult er heus niet zo’n groot kwaad mee doen ... ook al verliest die andere de zaak ..."

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 167]

Hoofdstuk 23. Dood

Nicky: Sommige mensen met deze kennis zeggen dat enkel zij die tijdens de laatste momenten geloven beter af zijn. Is dit zo?
Maria: Ja, de graden van heiligheid komen in duizenden vormen [lachend]. Neen, ernstig nu: zij zijn zeker niet beter af, omdat ze zoveel kansen misten om goed te doen. Om deze reden zal hun plaats in de Hemel niet op hetzelfde niveau liggen als het niveau van anderen die gepoogd hebben om tijdens heel hun leven Gods wil na te leven.

Nicky: Misschien bent u zich hier niet van bewust, maar tijdens de laatste jaren worden bijna-dood-ervaringen steeds beter onderzocht en wordt er meer dan ooit over geschreven. Een bepaald boek komt op dit ogenblik bij mij op. Mijn vraag nu, Maria, is: wanneer mensen die terugkeren naar het leven hun ervaringen beschrijven, zijn deze beschrijvingen dan altijd een geldig bewijs, 100% waar?
Maria: Neen, zeker niet. Omdat ze niet dood waren. Ook hier moet men liefdevol blijven maar verstandig en heel voorzichtig. Sommige van de wijdverspreide beschrijven bevatten regelrechte leugens. Net zoals bij verschijningen, moeten liefdevolle, ervaren en gebedsvolle dokters en theologen die een goed onderscheid kunnen maken, deze ervaringen diep kunnen bewijzen. In gevallen waar niet-biddende ongelovige dokters de enige beoordelaars zijn, en op een zekere wijze deze mensen beïnvloeden, zullen er ongetwijfeld heel gemakkelijk leugens worden verspreid.

Neem mijn eigen geval. Het is niet omdat een psycholoog met zekerheid beweert dat ik evenwichtig, eerlijk en niet mentaal ziek ben, dat dit voldoende is om te kunnen besluiten dat alles wat ik zeg de waarheid is. Deze andere ervaringen die niet zuiver bovennatuurlijk zijn moeten ook veel beter worden bewezen, zoals bij mij het geval was. Ook bij de kinderen van Medjugorje was dit het geval.

Nicky: In het boek dat ik in mijn gedachten heb, en dat zopas goed onthaald werd in de Verenigde Staten, wordt er gezegd dat de zielen zelf kunnen kiezen in welk lichaam ze willen intreden. Om deze reden zou dit dan betekenen dat abortus, ondanks dat het tegen de natuur is, in werkelijkheid niet zo slecht is, omdat het eenvoudig betekent dat de ziel elders wenst te gaan. Wat zegt u hierover?
Maria: Dit zijn gevaarlijke nonsens en men ziet er duidelijk de invloed van satan in! We moeten bidden dat deze persoon nederig genoeg zou zijn om zijn ervaringen te laten bewijzen, en niet louter en alleen door seculiere dokters en psychologen, maar eveneens door gebedsvolle en opmerkzame mensen die deskundigen zijn op het gebied van de Christelijke waarheden, voor ze verder doen met het verspreiden van satans leugens aan een groot aantal mensen. En mijn plichtsgevoel doet mij hieraan toevoegen dat deze persoon voor God verantwoording zal moeten afleggen voor elke abortus die zal worden uitgevoerd door zijn of haar advies.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 11]

De Verschijningen: Lucia, de herderin

Dit is hoe de dingen geschieden tot ik zeven jaar oud was. Toen besloot mijn moeder dat ik de schapen zou hoeden. Mijn vader, noch mijn zussen, waren het ermee eens. Zij hadden mij zo lief en zo wilden ze in mijn geval een uitzondering. Mijn moeder gaf echter niet toe: "Zij is zoals de anderen," zei ze, "Caroline is reeds twaalf jaar en kan reeds beginnen werken in de velden, of anders leren voor weefster of naaister, wat ze verkiest." De hoede over onze kudde werd dus mijn taak. Het nieuws dat ik voortaan een herderinnetje zou zijn verspreidde zich vlug onder de andere herdertjes: bijna iedereen kwam langs en bood aan om mijn gezel te zijn. Ik zei "ja" aan iedereen en kwam met allen overeen om elkaar te ontmoeten aan de helling van de Serra. De volgende dag was de Serra één massa schapen met hun herders, alsof er een wolk op was neergedaald.

Maar ik voelde mij ziek tussen al deze herrie. Daarom koos ik drie meisjes uit de herdertjes om mij voortaan te vergezellen en zonder tegen iemand een woord te zeggen hadden we afgesproken om onze schapen op het grasland op de hellingen aan de overkant te laten grazen. Het waren Teresa Matias, haar zus Maria Rosa en Maria Justino. En zo vertrokken we de volgende dag naar de heuvel die gekend stond als de Cabeco. We gingen langs de noordelijke helling. Valinhos is een plaats die Zijn Excellentie reeds kent bij naam en ligt aan de zuidelijke kant van dezelfde heuvel. Aan de oostelijke kant is de grot waar ik reeds over gesproken heb in mijn uiteenzetting over Jacinta. Samen met onze kudden, klommen we tot bijna bovenaan de heuvel. Vanaf daar strekten er zich tot aan de vallei beneden een grote oppervlakte olijfbomen, eiken, pijnbomen, steeneiken, en zo verder, uit.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Jean de Florette [6/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 33: Geheimen in Amerika en Europa [Aflevering 220]

Toen we het over Saragossa hadden, vertelde ik dat het tijdens de verbazingwekkende zeventiende eeuw was dat een onvoorstelbaar en toch door de Kerk gedocumenteerd mirakel zou gebeurd zijn aan een drieëntwintig jaar oude man met de naam M.J. Pellicer Blasco. Blasco’s rechterbeen was geamputeerd geweest nadat er een kar was over gereden. Als gevolg moest hij gaan bedelen aan de kerk, die spoedig erna tot een grote basiliek werd omgebouwd.

Op 29 maart 1640 droomde Blasco dat hij in de kapel van O.L.V. van de Pilaar was, en dat de Heilige Moeder hem z’n been had teruggegeven. Toen Blasco wakker werd [en dit was natuurlijk het ongelofelijke] had hij z’n been terug.

Het leek ongelooflijk, tot op het punt van het bizarre, ware het niet dat de zaak door de autoriteiten was opgetekend geweest. Velen hadden getuigd dat ze de man met één been ontelbare keren aan de kerk hadden zien bedelen, en dat het been in 1637 was geamputeerd geweest in Grace Hospital in Saragossa, door de chirurgen J. Estange en D. Millruelo, en dat het begraven was geweest door een assistent met de naam J.L. Garcia.

Tijdens een hoorzitting door het stadsbestuur legden vijfentwintig getuigen een formele getuigenis af, en op 27 april 1641 werd het mirakel door Aartsbisschop P. Apolaza officieel erkend.

Filip IV ontving Blasco in Madrid en Paus Urbanus VIII werd op de hoogte gebracht.

Vanaf 1641 deed het verhaal van het Blasco-mirakel in Europa de ronde in het Spaans, Latijns, en andere talen. Dit waren wonderen die in de Bijbel zouden thuishoren. Op 18 september 1692 leek in Verviers, België een zandstenen beeld van Maria en Jezus tijdens een aardbeving te veranderen. Niet dat het door mekaar geschud werd door de bevingen, maar Jezus keerde zich tot Zijn moeder en hield zich stevig vast.

Maria’s betrokkenheid was zo tastbaar dat New York aan haar werd toegewijd, nog voor de stad bekend werd als "New York."

Eén van de eerste parochies in de kolonies in Philadelphia zou spoedig aan haar toegewijd worden.

In het Mexicaanse dorp San Juan Bautista Mezquititlan was er een verbluffend verhaal van een "dood" kind dat in haar doodskleed plots begon te bewegen en terug tot leven kwam toen het voor een beeld van de Onbevlekte Ontvangenis werd gelegd.

Even verbluffend was het geval in Antipolo, op de Filippijnen, waar een beeld van Maria tot twee maal toe uit de kerk verdween. Men vond het telkens terug in de takken van een boom, die dan omgehakt werd en van de boomstronk maakte men een voetstuk voor het beeld. Maria wou die plek blijkbaar voor ongekende redenen.

Op andere plaatsen waren er beelden die weenden of op miraculeuze wijze teruggevonden werden.

Er waren ook bekeringen, waarvan de meest uitzonderlijke die van een Marokkaans sultan die in 1660 een verschijning van Maria had, die hem zei dat hij het geloof van Mohammed moest achterlaten en Katholiek worden, wat hij ook deed, en hij maakte een pelgrimstocht naar Rome in plaats van naar Mekka.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 114]

Hoofdstuk 6: Tussen Genève, Parijs en Rome

De kerk van de Verzoening

Onder de kerk was een crypte aangelegd voor de katholieke cultus zo beschreven: ‘Na enkele trappen af kom je in een duistere ruimte. Van een zware centrale pijler vertrekken betonnen balken die het plafond ondersteunen. Overal ruwe materialen behalve de muren die wit gekalkt zijn. In feite is er geen hoogkoor, want het altaar staat op een licht verhoogd platform. Het altaar bestaat uit een zware stenen blok met een wit laken bedekt. Links een lange ijzeren staaf, in het cement gegoten, dat eindigt met een kruis met moderne lijnen. Aan de muur een schilderij van de maagd Maria met daaronder een mooie zandstenen vaas met veldbloemen. In een nis hangt aan de wand het tabernakel met twee deurtjes versierd met brandschilderwerk. Rechts van het altaar staat een koorlessenaar met twee kaarsen op losse staven die ingeklapt worden voor de verkondiging van het Evangelie. Voor het altaar staan hoge driepotige kandelaars.

De gelovigen nemen deel aan de liturgie op houten banken gezeten, zoals in alle katholieke kerken. Links en rechts verlichten hoge klassieke glasramen amper de crypte.’

In de katholieke crypte konden maar een twintig à dertig mensen binnen, maar de kerk had 450 zitplaatsen en 500 staanplaatsen. De broeders zaten in het midden van de beuk in een ruimte omringd met een stenen muurtje.

Op 5 en 6 augustus 1962 werd de kerk ingehuldigd in het bijzijn van religieuze personaliteiten uit verschillende Kerken: vertegenwoordigers van de hervormde Kerk uit zeven landen. Twee anglicaanse bisschoppen en sinds lang vrienden van Taizé: Mgr. Tomkins en Mgr. Neill. Twee vertegenwoordigers van het patriarchaat in Konstantinopel: Mgr. Meliton en Mgr. Timiadis en een vertegenwoordiger van het patriarchaat in Moskou. Drie katholieke bisschoppen (waaronder Mgr. Lebrun). Ook waren de Zusters van de Gemeenschap in Grandchamp, vier abten uit de benedictijner- en cisterciënzerkloosters en pater Damien, provinciaal van de Franciscanen in Lyon, aanwezig. Nooit zag Taizé zoveel kerkelijke prominenten van verschillende christelijke strekkingen bij elkaar. Een groot contrast met de bescheiden viering van de eerste geloften in 1949!

De inhuldiging van de kerk viel op het feest van de Verheerlijking. Dit was geen toeval. Broeder Roger legde uit in een mededeling: "We moeten er inderdaad aan herinneren dat Christus zijn gedaanteverandering in ons en onze naaste volbrengt. Hij overwint de grootste weerstand tegen verzoening. Langzaam verdringt Zijn licht onze ondoordringbare schaduw." De verzoeningsgeest die van Taizé uitstraalt en waarvan de nieuwe kerk symbool staat, werd onderlijnd door een groot bord bij de ingang waarop in drie talen (Frans, Engels, Duits) op drie kolommen stond:
    Jij die hier binnengaat, verzoen je:
    De vader met zijn zoon,
    De man met zijn vrouw,
    De gelovige met degene die niet kan geloven,
    De christen met zijn afgescheurde broeder.
Meerdere vieringen volgden elkaar op: op zondag 5 augustus ging een dankviering in orthodoxe ritus de eucharistische dienst van de Gemeenschap vooraf en, op maandag 6 augustus droeg Mgr. Lebrun de eerste mis op in de crypte, voorbehouden aan de katholieke cultus.

De schijnbare eenstemmigheid van die dagen viel niet bij iedereen in de smaak. Daar waar de katholieke en de niet confessionele pers de lof van een oecumenische Kerk die het nakende concilie scheen aan te kondigen weergaven, had dominee Finet in zijn naar gewoonte directe stijl in het blad Réforme vragen bij de betekenis van het gebeuren ‘dat vele valstrikken en dubbelzinnigheden inhield’: De Gemeenschap van Taizé vertegenwoordigt niet de hedendaagse hervormde Kerk in Frankrijk, ook niet het Europese of wereldprotestantisme, ondanks de vele nationaliteiten onder haar leden. Het kan niet genoeg gezegd aan de katholieken die daarover illusies koesteren.

"De Gemeenschap van Taizé is juridisch verbonden aan geen enkele kerkelijke vereniging en ook niet aan de oecumenische Raad. Ze is in dat opzicht totaal vrij. Een geestdriftige vrijheid, denk ik, maar vol gevaren."

De afwezigheid Visser’t Hooft was opmerkelijk. Hij had de uitnodiging van de prior van Taizé afgewezen. Deze vond het spijtig: "Waarlijk, ik had enerzijds gehoopt dat de inhuldiging van onze kerk de gelegenheid zou zijn waardoor uw solidariteit met Taizé tot uiting zou komen. Anderzijds was dit de mogelijkheid om samen het zo gegeerd gesprek van man tot man te voeren."

In feite was Broeder Roger nooit tevreden over dit gebouw. Hij vond het te opvallend, te hoog zelfs zonder toren. Acht jaar later had hij er zich niet meer verzoend: "Toen ik de betonnen kerk zag rijzen werd het voor mij een zware periode. Na al die jaren aanvaard ik het nog altijd niet. Ik zag ze liever ingegraven en onzichtbaar voor het mensenoog." Uiteindelijk was Broeder Roger ontgoocheld: "Beton straalt stijfheid en kracht uit." Precies het tegengestelde beeld dat Taizé wou uitstralen. Daarom bracht hij steeds betekenisvolle veranderingen aan op het gebouw. Ten eerste werd het stenen muurtje binnen afgebroken om de Broeders en de gelovigen naderbij te brengen en de communicatie te vergemakkelijken. Dan gingen de strooien stoelen weg om meer volk plaats te geven door ze op grondmoquette te laten zitten. Later werd het portaal afgebroken en een grote tent aangebouwd die, nog later, zou vervangen worden door een grote overdekte ruimte. Het stenen altaar werd ook afgebroken en weggegeven aan de parochiekerk van Rumilly in de Haute-Savoie. Het werd oor een eenvoudiger, houten altaar vervangen. Het grote orgel kende pijnlijke beproevingen waarin gemeenschappelijke en persoonlijke belevenissen verstrengeld waren.

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 56]

Woordenboek: Letter D

Drusilla II

Na Augustus' dood

De historici Tacitus en Cassius Dio stellen Livia voor als een aanmatigend, zelfs dominante douairière, die zich altijd mengde in de beslissingen van Tiberius. De meest merkwaardige situaties waarbij zij dit deed, waren waarschijnlijk die van Urgulania, een vrouw die meende dat haar vriendschap met de keizerin haar boven de wet plaatste en van Plancina, die werd verdacht van vergiftiging van Germanicus en werd gered door Livia's interventie. Een inscriptie uit 22 n. Chr. deelt mee dat Iulia Augusta een standbeeld aan Augustus wijdde in het centrum van Rome en haar eigen naam zelfs voor die van Tiberius plaatste.

Antieke historici noemen als een van de redenen dat Tiberius zich terugtrok op Capri zijn onvermogen om Livia nog langer te verdragen. Tot 22 n. Chr. was er, volgens Tacitus, "een echte harmonie tussen moeder en zoon of een goed verborgen haat." Dio vertelt ons dat Tiberius Livia reeds hartsgrondig haatte ten tijde van zijn aanvaarding van het principaat. Toen Livia in 22 ziek was, haastte Tiberius zich om terug te keren naar Rome om bij haar te zijn. Maar toen zij ten slotte in 29 n. Chr. opnieuw ziek werd en stierf, bleef Tiberius op Capri en zei hij dat hij het te druk had met zijn werk. Hij stuurde Caligula om de begrafenisrede te verzorgen. Suetonius voegt hier nog het macabere detail aan toe dat "toen zij stierf... na vele dagen te hebben gewacht, tijdens dewelke hij [d.i. Caligula] de hoop koesterde op zijn [d.i. Tiberius'] komst, werd zij tenslotte begraven omdat de toestand van het lijk het noodzakelijk maakte ...". Tiberius gebruikte ook zijn veto tegen goddelijke eerbewijzen voor Livia, alsof hij er een pervers genoegen in had haar te beroven van haar geheime verlangens. Later sprak hij nog een veto uit over alle eerbewijzen die de senaat haar na haar dood had gegeven en verbood hij de uitvoering van haar testament. Ze zou echter wel worden bijgezet in het mausoleum van Augustus.

Haar Villa ad Gallinas Albas ten noorden van Rome wordt nog steeds verder opgegraven: de beroemde fresco's met tuinzichten kan men gaan bezichtigen in het Palazzo Massimo. Een van de beroemdste standbeelden van Augustus [de Prima Porta Augustus] is afkomstig uit de villa van Livia.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 70]

Het wonder van Turijn, Italië [1453]

Na het wonder te hebben onderzocht lichtte de priester, Bartolomeo Coccono snel de bisschop van Turijn in, Ludovico van Romagnano. Na zich te kleden in de geschikte regalia ging de bisschop samen met vele nobelen en andere geestelijken naar de plaats van het wonder en viel op zijn knieën van verwondering van de zwevende Hostie. Na het Heilige Sacrament te hebben vereerd vroeg hij om een kelk. Toen hij deze kelk kreeg stond hij op en hield hem omhoog. Terwijl iedereen toekeek daalde de Hostie langzaam af tot dat deze rustig in de kelk lag.

Ter herinnering aan het wonder werden er veranderingen aangebracht in de antwoorden die volgden op hymnen, gezongen tijdens vieringen in het aartsbisdom Turijn.

In plaats van het gebruikelijke: "Panem de caelo preastisti eis [Brood van de Hemel gaf hij hen]," zegt de priester nu: "Hic est panis vivus [Dit is het levende Brood]", waarop het volk antwoordt: "Qui de cealo descendit [Dat uit de Hemel neerdaalde]"

Na de Heilige Mis, als de hymne O Sacrum Convivium werd gezongen worden deze twee zinnen herhaald. Dit gebruik werd ingesteld door Ludovico, bisschop van Romagnano, die ook de kelk beet hield toen de Hostie er in afdaalde. Dit gebruik werd toen verspreid naar de Basiliek van het Lichaam van de Heer door Monseigneur Rorengo di Rora, en heeft ter gedachtenis in de parochiekerk van Exilles plaatsgevonden.

De kelk, waarin de Hostie was opgevangen wordt bewaard in de grote kerk. Qua vorm is het precies dezelfde als ten tijde van het wonder. Ook is het wapenschild van het huis van Rovero te vinden aan de voet van de kelk, waarmee aangeduid wordt dat de kelk ooit toebehoorde aan Kanunnik Antoinetto Delle Roveri, die de Kanunnik was van de kathedraal van Turijn van 1449 tot 1460.

12. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Celestina, de zus van Praxedes, schreef ooit over haar: "Ze was de vurigste van allemaal. Ondanks het feit dat er thuis zoveel te doen was, ging ze met ons moeder om zes uur ’s morgens steeds naar de novenen voor de H. Rita en de H. Antonius."

Als puber droeg Praxedes steeds de zwaarste last. Haar nicht, Benigna Fernandez zei: "niet enkel thuis, maar ze werkte ook op het veld en met de dieren. Soms zag ik haar op haar hoofd een mand vol aardappelen, uien of andere groenten uit de tuin dragen." Praxedes was ook de huishoudster, kokkin, bakker, tuinierster, herderin en naaister. Ze was niet vies van werk. En dit allemaal bovenop haar favoriete, tijdrovende godsdienstige bezigheden. Een aantal jaren later werkte ze in haar parochie als catechismuslerares, en één van haar studentes vertelt: "Ze gaf les met zo’n toewijding dat de les vaak langer duurde dan toegelaten ... Dat deed ze vele jaren lang."

Toen de Gravin van Mieres en één van de nonnen "Naaien voor de Armen" oprichtten om armen van de streek van kledij te voorzien, deed Praxedes mee en overtuigde ze veel jonge dames om gratis hun diensten aan te bieden. Toen in 1908 de Vereniging van de Dochters van Maria, voor ongehuwde jongedames opgericht werd, trad Praxedes diezelfde dag nog toe, en ze werd uiteindelijk benoemd tot eerste adviseuse van de vereniging. Ze werd ook koorleidster voor de jonge vrouwen, en bleef actief lid tot de dag van haar huwelijk.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 60]

Aan haar zus Marie

Nevers, 9 maart 1871

Lieve zus,

Het heeft Onze-Lieve-Heer behaagd van ons weg te nemen wat ons het meest dierbaar was in deze wereld, onze dierbare welbeminde vader. Ik hull met je mee: laten we desondanks altijd berustend blijven, hoe bedroefd ook, en ons onderwerpen aan de Vaderhand die ons nu al enige tijd zo hard treft. Laten we het kruis dat onze goede Jezus ons voorhoudt, dragen en omhelzen. Laten we hem en de Heilige Maagd om kracht en moed vragen om het naar hun voorbeeld te dragen, zonder ons te laten omverwerpen. De scheiding van onze lieve en welbeminde vader is heel zwaar, maar de troost is groot, omdat hij de sacramenten heeft mogen ontvangen. Laten we Onze-Lieve-Heer danken voor deze grote genade. Laten we veel bidden om de rust van zijn ziel en die van onze arme moeder. Ik vraag je missen voor hem te laten opdragen zo vaak je kunt.

Ik ben hevig ontroerd door de lieve goedheid van onze vereerde Moeder-Overste, die vandaag een mis heeft laten opdragen voor onze arme vader. Heel de communiteit bidt voor hem en de familie. Mijn goede zus, ik raad jou en ook Joseph aan je niet door het verdriet te laten meeslepen. Mijn goede zus, ik heb een deel van de droefheid overgenomen die je moederhart heeft gevoeld door het verlies van je kleine Bernadette. Troost je, zij is nu onze kleine engel in de hemel die voor ons bidt op het moment dat wij het hard nodig hebben.

Het schijnt dat mijn Tante Lucile erg ziek is, misschien zelfs al overleden. Ik bereid me voor op het ergste, schrijf me, vraag ik je, en verberg niets voor mij. Als mijn tante nog in deze wereld is, zeg haar dan dat ik voor haar bid, evenals al onze lieve Zusters. Ik vraag de goede God en de Heilige Maagd of ze haar willen bewaren voor haar kinderen. Ik zou voor haar vrijwillig het offer van mijn leven brengen aan onze Lieve Heer als dat zijn wil is.

De sacramenten leiden niet tot de dood. Men vertelt me dat mijn tante haar biecht begonnen is, dat is goed om te horen. Ik hoop dat ze die afgesloten heeft en dat ze het geluk zal hebben Onze-Lieve-Heer te ontvangen, de enige die de ziel en het lichaam kan genezen; zeg haar dat ik in gedachte dikwijls bij haar ben. De kleine vraag ik dat zij haar moeder voor mij omhelst.

Omdat ik geen medaille aan mijn tante kan sturen zoals haar verlangen was, sluit ik voor haar een stukje stof van de soutane van Onze Heilige Vader de Paus in.

Stuur mij zo snel mogelijk nieuws. Ik besluit, mijn welbeminde geliefde zus, met een allerinnigste omhelzing voor jullie. Ik ontmoet je aan de voet van het kruis: daar vinden wij kracht en moed,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

14. Ongeschonden Lichamen: Don Bosco [1815-1888]

Inleiding

Jan Bosco, later Don Bosco genoemd, werd op 16 augustus 1815 in Castelnuovo d'Asti, een stadje niet ver van Turijn, geboren. Hij groeide er op in het gehucht Becchi, als derde zoon van een landbouwersgezin. Aan de basis van zijn spiritualiteit en pedagogie ligt een droom die hij had op negenjarige leeftijd. Als zestienjarige knaap trok Don Bosco naar de middelbare school van Chieri en op 5 juni 1841 werd hij tot priester gewijd.

De confrontatie met de vele jongeren in de gevangenissen van Turijn, deed Don Bosco beslissen in Valdocco, een Turijnse volkswijk, een eigen 'oratorio' uit te bouwen, een speel- en ontmoetingsruimte, een thuis, een school, een parochie op maat van de jongeren.

In 1859 stichtte Don Bosco, samen met een aantal van zijn jonge medewerkers, een eigen congregatie, die zich noemde naar de H. Franciscus van Sales, de salesianen van Don Bosco. In 1872 legde hij samen met Maria Mazzarello de basis van het Instituut van de zusters van Don Bosco.

Don Bosco was een populair man, een pedagoog, een stichter van congregaties, maar ook een missionair man en vooral iemand met een hart voor jongeren. Op 31 januari 1888 stierf Don Bosco, 'versleten als een oud kleed', zo luidde het.  In 1934 werd hij heilig verklaard.

15. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 2

Hier het grote mirakel. Maria komt uit de Hemel, vergezeld van een legioen engelen. De verkozenen op aarde staan, opgewekt door een soort spirituele stroom, op, om de gezanten van de Heer tegemoet te gaan. Hier het leger van de Heer: vele Heilige vrouwen en weinig Heilige mannen. En hier de wapenuitrusting van de Heer: geen geweren, geen zwaarden, geen grendels en geen honden van het hoenderhof! Geen enkele materiële kracht, geen enkele menselijke hulp. Andere tijden, andere wetten.

Vertaling: Chris De Bodt


31-05-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.31 mei 2010
31 mei 2010

1. Medjugorje: De Onderzoekscommissies
[aflevering 23/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Derde Commissie

Ondanks het feit dat de Kerk, na het stoppen van de werkzaamheden van de Tweede Commissie, had verklaard dat Medjugorje niet meer zou worden onderzocht tot de verschijningen ten einde zouden komen, waren er zoveel onenigheden, bleven er massa’s gelovigen naar Medjugorje komen en waren er voor hen zoveel onduidelijkheden, dat het Vaticaan niet anders kon dan een nieuwe, derde officiële commissie naar het onderzoek van de echtheid van de verschijningen, op te richten.

Dit werd bevestigd door de Kroatische krant "Vecernji List" van 16 juli 2006 waarin werd gepubliceerd dat Kardinaal Vinko Puljic van Sarajevo een nieuwe Commissie heeft afgekondigd voor Medjugorje, die zal worden samengesteld in september. De leden van deze Internationale Commissie zijn nog niet gekend. Deze aankondiging kwam er nadat de Bisschoppelijke Conferentie van Bosnië een bijeenkomst had in Banja Luka, van 12 tot 14 juli 2006. Het eerste doel van deze Commissie zal eruit bestaan te beslissen of Medjugorje al dan niet officieel wordt erkend als Maria-oord. Hieruit zullen dan alle andere aspecten van Medjugorje, ernstig worden ontleed.

In verband hiermee is er een merkwaardige waarneming vast te stellen in Rome. Tijdens het jubileumjaar van 25 jaar verschijningen, zal het officiële Vaticaanse Reisagentschap voor Bedevaarten, Opera Romana Pelligrini, zo’n 14 bedevaarten per bus en 24 bedevaarten per vliegtuig organiseren.

2. Operatie "Top Kill": Medjugorje 2 april: "Wees klaar, Mijn kinderen."

De fameuze top kill lijkt dan toch een maat voor niets te worden. Volgens ondermeer de New York Times staan de ingenieurs van BP na bijna vier dagen eigenlijk net zo ver als in het begin om het lek in de Golf van Mexico te dichten.

Alle drie de "junk shots" zijn mislukt. Vrijdag verklaarde de Amerikaanse admiraal Thad Allen op ABC's Good Morning America nog dat alles volgens plan verliep en dat BP erin was geslaagd het lek voorlopig te dichten. Allen krijgt z'n informatie van BP, en iemand moet hoogdringend tegen de man zeggen zijn kop te houden, want net als woensdag zat de admiraal ernaast.




Ook Tony Hayward, de CEO van BP, had het op CNN over "goed nieuws". Zaterdag kwam er dan een indicaties dat het allemaal niet zo geweldig loopt. Doug Settles, BP's chief operating officer for exploration and production, zei: "denk eraan dat we hier met dingen bezig zijn die nog nooit eerder werden gedaan, heel erg moeilijke dingen. We blijven proberen hoor, tenminste tot we er 100 procent zeker van zijn dat het niet lukt." Volgens de New York Times wordt er zondag gestopt met de top kill.

Bij een 'top kill' maken reddingswerkers van bovenaf een einde aan het lek. Ze pompen onder hoge druk heel zware boorvloeistof in het gat, waardoor er nauwelijks nog olie kan weglekken. Daarna dekken ze het gat af met cement.

Suttles zei ook dat BP "in het geval we met de top kill falen" alvast "anticipeert" en is begonnen met de voorbereidingen om opnieuw een grote afzuigkap boven het lek te gaan installeren. De vorige keer liep dat falikant af. Een kleinere versie deed het wel, nu ja, ving iets van een 15 procent van ontsnappende olie op in de dagen voor ze ging. BP zou ook de blowout preventer die stuk is gaan vervangen.




BP heeft ondanks het pompen van meer dan acht miljoen liter 'heavy mud' amper 10 procent daarvan effectief in de bron kunnen duwen. "Everyone is disappointed at this time" [iedereen is momenteel teleurgsteld] vertelde iemand die meewerkt ter plaatse aan de New York Times. Hij maakte ook gewag van "serieus wat ambras" tussen BP-ingenieurs in de controlekamer van de operatie, want ze hebben blijkbaar allemaal andere ideeën over waarom de top kill faalt. Inmiddels is ruim 240 kilometer van de zuidelijke kust van de Verenigde Staten vervuild. Donderdag was nog sprake van 160 kilometer.

3. Tekenen van deze tijd: Jordaanrivier dreigt op korte tijd op te drogen

Toen Ofer Levin uit Israël een kleine jongen was, zag hij een kolossale hoeveelheid water door de bedding van de Jordaan-rivier stromen: jaarlijks circa anderhalf miljard liter. Een vooraanstaande milieuorganisatie voorspelt nu dat de rivier zo ver is opgedroogd, dat de nu 65-jarige Levin volgend jaar voor het eerst kan gaan meemaken dat deze wereldberoemde rivier zomers niet meer bestaat.

De Jordaan, de rivier waar Jezus in is gedoopt, is misschien wel de bekendste rivier ter wereld. Het land Jordanië is ernaar vernoemd en aan deze rivier wordt gerefereerd als er weer eens in de media wordt gesproken over de Westelijke Jordaanoever, het gebied waar de Palestijnen hun toekomstige staat moeten gaan krijgen. Toch, wanneer je hem vergelijkt met de Rijn of de Mississippi, is de Jordaan als rivier een lachertje. Op sommige plaatsen, vooral in het stuk rivier tussen het Meer van Galilea en de Dode Zee, is de rivier niet groter dan een Westlandse poldersloot. In een enkele weken geleden verschenen rapport van de organisatie Friends of The Earth wordt voorspeld dat als het zo doorgaat, de rivier volgend jaar voor het eerst in de zomer droogvalt. Boeren uit Syrië, Jordanië en Israël onttrekken zo veel water uit de Jordaan of de rivieren die hem voeden, dat de hoeveelheid Jordaanwater de afgelopen decennia spectaculair afnam. In 1930 stroomde er nog jaarlijks 1,6 miljard liter water door de rivier, genoeg om er zelfs een stuwdam in te bouwen. Maar tegenwoordig staan diezelfde waterbouwkundige werken er nutteloos bij. Nu stroomt er nog maar twee procent van die hoeveelheid voorbij.


Vooral bananenboeren staan erom bekend dat ze grootverbruikers zijn. Door de steeds grotere waterproblemen zijn zij geleidelijk anders gaan werken. Ze hebben grote netten over hun plantages gespannen om verdamping van het irrigatiewater tegen te gaan, iets wat het waterverbruik met dertig procent terugdringt. "Als er water in overvloed zou zijn, zouden we hier tot twintig procent meer verbouwen", vertelt bananenboer Guy Gilad uit de regio Bet Shean.

Maar water in overvloed komt er waarschijnlijk nooit meer. Soms wordt waterschaarste zelfs genoemd als de aanleiding voor de volgende oorlog in de regio. Zover is het echter nog niet. Het is moeilijk voor te stellen dat politici vanwege te weinig productiviteit van bananenboeren zoals Gilad zo nerveus worden dat ze er een gewapend conflict voor riskeren. Maar het is wel bijna zeker dat de natuurgids Ofer Levin nog gaat meemaken dat hij de rivierbedding van zijn geliefde Jordaan kan oversteken zonder natte voeten te krijgen.

4. Turkije verwacht zware aardbeving na invasie van padden langs de Ignatië route in Griekenland

Massa's padden steken reeds voor de tweede opeenvolgende dag de grote weg naar Ignatië, in Noord-Griekenland over, nabij de stad Langadas, een twaalftal kilometer ten oosten van Thessaloniki. Vermoedelijk trekken ze naar een nabijgelegen meer, op zoek naar voedsel. Nadat drie autobestuurders een gevaarlijk uitwijkmanoeuvre hadden uitgevoerd, om de padden te vermijden, heeft de Griekse overheid besloten om de weg af te sluiten. Gelukkig vielen er geen gekwetsten.


Grote Weg naar Ignatië

Turkije is in paniek omdat een invasie van padden langs de weg naar Egnatië een voorteken kunnen zijn van een krachtige aardbeving. De Turkse kranten winden er alleszins geen doekjes om dat het sluiten van de weg, omwille van een invasie van miljoenen padden, een aankondiger kan zijn van een krachtige aardbeving in Turkije of Griekenland.

Padden voelen een aardbeving waarschijnlijk aankomen en zijn daardoor vaak in staat om op tijd te vluchten. Dat concluderen Britse wetenschappers in een studie die vorig jaar werd uitgevoerd vlak voor de zware aardbeving in Italië. De onderzoekers van Milton Keynes Open University bestudeerden vorig jaar het voortplantingsgedrag van een kolonie padden op ongeveer 75 kilometer afstand van L’Aquila, toen die stad op 6 april werd getroffen door een zware aardbeving. Vijf dagen voor de aardschok liep het aantal mannelijke padden in de populatie met 96 procent terug. Dat is erg ongewoon, want de dieren blijven normaal gesproken langere tijd op de plek waar hun kroost ter wereld komt. Drie dagen voor de aardbeving waren alle koppeltjes uit het gebied vertrokken.


Volgens onderzoeksleidster Rachel Grant voelden de padden de aardbeving waarschijnlijk aankomen, al is niet precies duidelijk op welke manier ze dit kunstje flikken. "Onze bevindingen suggereren dat padden in staat zijn om gassen of geladen deeltjes te detecteren die vlak voor een aardschok vrijkomen," verklaart Grant op BBC News. "Dat vermogen gebruiken de dieren waarschijnlijk als een soort waarschuwingssysteem voor aardbevingen." Eerdere onderzoeken hebben uitgewezen dat ook slangen, knaagdieren en sommige vissen bijzonder gedrag vertonen voor een aardbeving. Maar die dieren reageren meestal pas vlak voor een naderende aardschok, en niet reeds dagen van tevoren.

5. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 166]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

Ecce homo

Nu voerden zij Jezus, gekroond met de doornkroon met de rietscepter in Zijn geboeide handen en de rode mantel om de schouders, weer naar het paleis van Pilatus. Het bloed dat Zijn ogen vulde en verder beneden gevloeid was tot Zijn mond en baard, maakte Jezus onkennelijk. Zijn met wonden en blaren bedekte lichaam, leek op een doek die men in het bloed had gedoopt. Hij ging gebogen en wankelend. De mantel was zo kort dat Hij zich bukken moest om Zijn naaktheid te verbergen, want bij de kroning hadden zij Hem van al Zijn kledij beroofd.

Toen de arme Jezus beneden aan de trap stond vóór Pilatus, voelde zelfs deze wreedaardige mens zich bevangen door medelijden en walging. Hij leunde op de arm van één van zijn officieren en terwijl de priesters en de massa altijd maar lawaaiden en scholden, riep hij uit: "Als de duivel der Joden zo wreed is, kan men onmogelijk in de hel bij hem wonen!" Toen Jezus dan moeizaam de trap was opgesleept en ginder achteraan stond, schreed Pilatus naar de voorkant van het terras en werd er op een bazuin geblazen, ten einde stilte te verkrijgen, omdat de landvoogd wou spreken.

Hij zei tot de opperpriesters en tot allen die zich op de markt bevonden: "Zie, ik laat Hem thans nog één keer voor uw aanschijn brengen, omdat gij zou weten dat ik geen schuld vind in Hem!" En de beulen leidden Jezus naar de voorkant van het terras, naast Pilatus, zodat iedereen van op het Forum de Heer kon zien. Het was een vreselijk en hartverscheurend toneel dat in het begin ook iedereen deed gruwen en met stomheid sloeg, zoals daar de afzichtelijk verminkte Zoon van God, die één en al bloed en wonde was, Zijn ogen op de golvende massa richtte, en Pilatus aan Zijn zijde trad, naar Hem wees en de Joden toeriep: "Aanzie de mens, hier is Hij!"

Terwijl Jezus in Zijn rode spotmantel, het lichaam met wonden bezaaid, het bloedoverlopen en door de doornen gruwelijk gekwetste hoofd ten gronde gebogen, het riet in de geboeide handen, zich bukkend om met Zijn handen Zijn naaktheid te bedekken, van oneindige treurnis en mildheid vervuld, van smart en liefde gebroken, zoals een bloedig spookbeeld vóór Pilatus werd vrijgegeven aan het woeste haatgeschreeuw van de priesters en van de menigte, trokken er scharen vreemde dienstmaagden en mannen, in korte kledij, over het Forum naar de schapenvijver, waar zij gingen helpen bij het wassen van de offerlammeren, van wie het ontroerend geblaat, als wilden zij tenminste van de zwijgende Waarheid getuigen, zich nog vermengde met het moordgeschreeuw van het volk. Alleen het ware Paaslam van God, het geopenbaarde maar niet herkende geheim van deze dag, vervulde de profetie en boog zwijgend naar de slachtbank neer.

6. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 166]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Een vader zei tot zijn zoon: "Ik wou dat je me nooit meer onder de ogen kwam!" En de jongen verdween spoorloos. Mijn God, wat een ongeluk voor het kind en voor de ouders! In de provincie Vallerie leefde eens een man die door iedereen geëerd werd om zijn goed gedrag. Toen hij op een zekere dag thuiskwam van een lange reis, scheen hij zichzelf een ogenblik te vergeten en riep driftig tot zijn knecht: "Waar zit je toch, duivel? Kom je me niet helpen met die rotlaarzen?" Plotseling schoven de laarzen van zijn voeten zonder dat iemand er aan trok. Dodelijk verschrikt riep de man: "Weg, satan! Ik bedoel jou niet, maar mijn knecht." Onmiddellijk sloeg de duivel op de vlucht en de laarzen bleven halverwege hangen. Dit voorbeeld leert ons, broeders, hoezeer de satan er op uit is om ons in zijn strikken te vangen en in het verderf te storten, van zodra de gelegenheid zich voordoet. Daarom waren de eerste Christenen zo bang van hem, dat zij zelfs zijn naam niet durfden uitspreken. Ook gij moet er u voor hoeden om de duivel bij naam te noemen, en wanneer ge het uw kinderen of knechten hoort doen, zult ge hen berispen tot zij zich van deze slechte gewoonte gebeterd hebben.

We handelen niet alleen verkeerd, als we lichtvaardig zweren, broeders, we handelen ook verkeerd, als we het anderen laten doen. Sint Augustinus zegt dat iemand die zijn broeder een valse eed laat afleggen, schuldiger is dan een moordenaar. "Want," zegt hij, "een moordenaar dood alleen het lichaam, maar degene die een ander tot meineed drijft, doodt de ziel."

Om er u een denkbeeld van te geven hoe groot deze zonde is, zal ik u laten horen welke schuld men op zich laadt, wanneer men voorziet dat degenen die men voor het gerecht roept, vals zullen zweren. We lezen in de geschiedenis dat er in de stad Hippone eens een man woonde, goed van karakter, maar een beetje teveel gehecht aan het aardse. Hij wilde een van zijn medeburgers, die hem iets schuldig was, voor het gerecht dagen. De ongelukkige legde een meineed af en hij zwoer dat hij niets schuldig was. De volgende nacht zag de schuldeiser zichzelf voor de rechter staan en deze vroeg hem met een onheilspellende stem waarom hij zijn schuldenaar een valse eed had laten zweren. "Hecht gij meer waarde aan het geld dat hij u schuldig is, dan aan zijn ziel? Op grond van uw goede werken zal ik u ditmaal gratie verlenen," sprak de rechter, "maar ge zult met roeden gekastijd worden!" Men vond de man ’s morgens badend in zijn bloed.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 166]

Hoofdstuk 23. Dood

Nicky: Is het waar dat iemand die heengaat de film van diens volledige leven ziet voorbijgaan?
Maria: Ja, in een zekere zin. De beschrijvingen erover variëren slechts licht. Een Zwitserse man die ik kende en die hieraan maar weinig geloof hechtte en enkel dacht dat we deze dingen bedenken om goede levens te leiden, voelde zich erg ziek en viel in een coma van de angst die hij ervoer, maar stierf niet. Hij had niet geloofd in de eeuwigheid. Toen hij tot bewustzijn kwam, beschreef hij mij alles. Hij zag zichzelf zittend in een kamer en op de muur voor hem stond zijn hele leven beschreven tot in de kleinste details. Op dat ogenblik besefte hij dat er een eeuwigheid bestond en werd hij angstig. De muur verdween langzaam en daarachter bevond zich een onbeschrijfelijke pracht waar hij geen woorden voor had. Toen werd hij klaar wakker en veranderde daarna volledig zijn levensstijl.

Ik denk dat het zeer wijs zou zijn dat mensen het stervensproces zouden bestuderen om te zien wat er gebeurt als de mensen worden geleid door de christelijke waarheid, juist voor het heengaan. Hoe dikwijls hebben we niet gehoord dat iemand op het allerlaatste moment nog katholiek is geworden? Hoe dikwijls hebben we niet gehoord van een Christen die ongelovig is geworden tijdens hun leven hier op aarde? Ik laat de vragen en antwoorden met betrekking tot dit, over aan u.

De ontvangenis en de dood zijn de twee momenten uit ons leven dat Gods het dichtst bij ons is, en beiden worden zo weinig bestudeerd. Eerder dan de ontvangenis te misbruiken en te onderbreken voor immorele doelen als het beëindigen of van het leven, waarom bestuderen we deze momenten niet met liefde en stellen we ons niet beschermend op, zoals elk ander ogenblik van het leven? Als men dit zou doen zouden spoedig enorme waarheden aan het licht komen.

Nicky: Over de film die bij de mensen hun dood wordt getoond, zegt u dat ze in alle duidelijkheid de goede daden, zowel als de zonden zien die ze tijdens hun leven hebben begaan. Zijn hier zonden inbegrepen die goed gebiecht zijn, de zonden waar men een oprecht spijt over heeft en met geheel het hart hebben hersteld? Ik vraag dit omdat er uiteraard wordt gezegd dat, wanneer wij te biechten gaan, Jezus de zonden voorgoed uitwist en dat dit betekent dat ze letterlijk niet meer bestaan, zodat satan er zelfs niet langer weet van heeft. Als Jezus deze werkelijk heeft uitgewist, hoe of eerder waarom worden de zonden ons opnieuw getoond bij onze dood?
Maria: Eerst en vooral ziet niet iedereen zo een film, en dan, zelfs wanneer ze er een zien, moet het niet worden beschouwd als een aanval van satan. Als men volledig herstelde en gebiechte zonden ziet, dan doet God dit om ons zijn absolute gerechtigheid te tonen, en door de dingen van beide kanten te bekijken, wordt de ziel alles heel duidelijk en kan het zijn eigen niveau van het Vagevuur toewijzen.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

8. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 10]

Lucia's familie

Iedereen had wel iets te doen. Mijn zus Maria ging naar het weefgetouw, mijn vader vulde de spoelen met draad. Teresa en Gloria deden het naaiwerk en mijn moeder deed het spinnen. Carolina en ik gingen, na het opkuisen van de keuken, helpen bij het naaiwerk, droegen de rijgsteken buiten, naaiden knoppen aan, en zo verder. Om de slaperigheid tegen te gaan speelde mijn broer op het accordeon, en we zongen allerlei liedjes mee. Dikwijls vielen de buren in huis om gezelschap te houden, en alhoewel dit hun slaap belette, vertelden ze dat het geluid van onze opgewektheid al hun zorgen deed verdwijnen en hen vervulde van geluk. Ik hoorde meerdere vrouwen soms tot mijn moeder zeggen: "Hoe gelukkig bent u! Wat een lieve kinderen heeft God u geschonken." Toen de tijd kwam om graan te oogsten, scheidden we ’s nachts het kaf.

Soms zat ik boven de berg maïs en elke keer er een donkergekleurde maïskolf verscheen, moest ik iedereen tegen mij aandrukken. Als ik terugkijk weet ik niet meer of de hierboven vermelde feiten die ik met mijn Eerste Communie in verband breng werkelijkheid of enkel de inbeelding van een kind waren. Wat ik wel weet is dat ze altijd tot op vandaag een grote invloed hadden in mijn vereniging tot God. Maar ik weet niet, Zijne Excellentie waarom ik u al deze zaken over ons familieleven vertel. Maar het is God die mij ingeeft om het zo te doen, en hij kent de reden waarvoor. Misschien is het om u te laten zien hoe ik, na zoveel liefde rondom mij te hebben gehad, meer en meer het lijden zou voelen dat de Heer van mij zou vragen. Zoals Zijne Excellentie mij heeft gevraagd om een relaas te geven van al het lijden dat de Heer mij heeft gezonden en van alle genaden die de Heer mij heeft geschonken, denk ik het beter is alles te vertellen zoals het gebeurd is. Bovendien voel ik mij er vredig en rustig bij, omdat ik weet dat Zijne Excellentie alles zal vernietigen wat niet tot Gods of Maria’s meest Heilige eer strekt.

Vertaling: Chris De Bodt

9. Jean de Florette [5/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


10. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 33: Geheimen in Amerika en Europa [Aflevering 219]

Nog een bevestigd verhaal was dat nabij Inssbruck, waar de vrouw van een boer op 25 december 1685 iemand hoorde wenen in haar kamer. Na wat zoeken vond ze achter een kist een lang-vergeten schilderij van Maria met Jezus. Het zat onder het stof maar er stroomden tranen uit, die zelfs bleven stromen nadat het met een doek was schoongeveegd. De Kerkelijke instanties deden een onderzoek en oordeelden dat het een mirakel was, zoals ze deden met een aantal gelijkaardige gebeurtenissen uit deze tijdsperiode.

Hoewel het niet gebruikelijk was om kerkelijke commissies samen te stellen, behalve in speciale gevallen, was er voor het plaatsen van miraculeuze beelden in kerken of de bouw van kapellen, wat in de grote meerderheid van de gevallen die ik vernoemde gebeurde, goedkeuring van de Kerk vereist. In Hongarije werd de naam van het dorpje "Pocz" gewijzigd in "Mariapocz," nadat de bisschop in 1696 de verhalen van nog méér tranen onderzocht had. De fenomenen op deze en andere plaatsen waren duidelijk verbonden met wanhoopspogingen van de verzwakte Turken om delen van Europa te bedreigen. Het volgende jaar ontsprong er een bron met vermeende geneeskrachtige eigenschappen onder het altaar van een kerk in Bildstein, die achtenzestig jaar voordien gebouwd was om een plaats te herdenken waar er zowel een vereerd beeld als een bijhorende verschijning was geweest.

Kapellen werden verlicht door onverklaarbare lichten of geestachtige fakkels. Dat was het geval in het klooster van Pochaiv, Oekraïne, waar herders in de twaalfde eeuw de vuurzuil hadden gezien. Maria werd daar opnieuw gezien in 1675, toen het klooster aangevallen werd door Turken. De hemel ging open en openbaarde Maria en een schare engelen. Hetzelfde gebeurde in Czestochowa, toen de Zweden in 1655 hadden aangevallen. Maria kwam tussen om de bewakers van het heiligdom bij te staan om hen te verslaan. De overwinning was zo belangrijk dat O.L.V. van Czestochowa voortaan "Koningin van Polen" werd genoemd.

Toen een zware storm met hevige winden, onheilspellende zwarte wolken en heldere bliksem Ardesio in Italië trof, verscheen Maria, gezeten op een gouden stoel met het Kindje, in een levend schilderij aan een aantal jonge meisjes die in hun huis aan het bidden waren. Op dat ogenblik ging de storm liggen. Anderen in het dorp waren getuigen van de gebeurtenis, die zichzelf een paar dagen later herhaalde, maar deze keer verscheen Christus aan het Kruis met een cirkel van sterren rond Zijn Hoofd. Na een kerkelijk onderzoek werd 24 juni uitgeroepen tot feestdag voor deze gebeurtenis en de Kerkelijke instanties keurden de bouw van een nieuwe kerk goed.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

11. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 113]

Hoofdstuk 6: Tussen Genève, Parijs en Rome

De kerk van de Verzoening

De volkstoeloop in Taizé werd almaar groter. Het aantal ontmoetingen liep op. De katholieken werden steeds talrijker, zelfs indien de studie- en reflectiebijeenkomsten toen in aparte groepen verliepen: protestanten enerzijds, katholieken anderzijds. Op aanvraag van Broeder Roger kwam dom Michel Doiteau, een benedictijner monnik van Ligugé tijdens de zomer van 1962 naar Taizé om de katholieken te onthalen en de mis op te dragen. Op het einde van de zomer bleef dom Doiteau ter plaatse zoals door de prior van Taizé gevraagd en door zijn abt toegestaan. "Mijn droom, zei hij, was katholieke monnik te zijn in Taizé en Broeder Roger vond dat een prachtig idee, maar het scheen hem voorbarig en hij dacht dat Rome me geen toestemming zou geven." Na negen maanden in Taizé stuurde de abt van Ligugé hem uiteindelijk naar Saint-Lambert-des-Bois om deel te nemen aan de stichting van een benedictijner klooster dat openstond voor de wetenschapswereld. Het was eerst zeven jaar later dat katholieke broeders toegelaten werden tot de Gemeenschap van Taizé. Dom Michel Doiteau was de eerste katholieke priester die regelmatig de mis deed in de nieuwe kerk van de Gemeenschap.

Door het stijgende aantal Broeders en de veelvuldige aanwezigheid van grote groepen werd de oude Romaanse kerk te klein. Er werd beslist een nieuwe kerk te bouwen waarin uitgebreide bijeenkomsten konden vieren. Broeder Roger Zou gewenst hebben dat ze ‘heel dicht’ bij de Gemeenschap stond. Meerdere Broeders gaven de voorkeur dat ze verderaf kwam. Deze laatste keuze werd aanvaard. Veel later, zoals gezegd, stelde Broeder Roger vast dat ze op de plaats stond waar in 1947 een inwonende van hert dorp het visioen had van een rechtopstaand kruis.

Een Duitse vereniging, Aktion Sühnezeichen (Actie teken van Verzoening) bekostigde de bouw en leverde het werkvolk. Deze vereniging, in 1958 gesticht door een dominee van de Duitse evangelische Kerk, Lothar Kreyssig, met de gedachte van boete en verzoening, hield geldomhalingen en deed beroep op jonge Duitse vrijwilligers om ‘iets goed te ondernemen’ in landen die door Duitsland te lijden kregen. Zo werden, onder andere, een vakantiecentrum in Nederland, een tehuis voor gehandicapten in Noorwegen en een synagoge in Villeurbanne gebouwd. Het project van de Gemeenschap van Taizé, bestemd om christenen te verzoenen stond centraal in de doelstelling van de vereniging. Het was dan ook vanzelfsprekend dat ze de naam ‘Verzoening’ meekreeg.

Broeder Denis van Taizé was de architect en een bouwonderneming uit de streek nam de werf aan, die op 17 april 1961 startte. Een maand later, op Pinksteren, werd de eerste steen gelegd. Dan losten groepen van een dertigtal jonge Duitse vrijwilligers elkaar om de zes maand af, om het gebouw op te trekken. De werf vorderde vlug vanwege het veelvuldig gebruik van beton. Het dak van voorgegoten driehoekige elementen werd gemakkelijk in elkaar gezet. Zo leek de kerk als een enorm betonblok wel een scheepsromp, het portaal bestond uit een driehoekige uitsteek die opende op een brede esplanade. De beuk, bij aanvang 43 meter lang [later meerdere malen uitgebreid] en 24 meter breed, boog omlaag naar het hoogkoor waar in het midden een mooie blok steen als altaar diende. Dit hoogkoor lag hoger dan de beuk en eindigde boven in een vijfhoek. Aan de rechterkant van de kerk schetsten zeven glasramen van Broeder Eric zeven liturgische feesten: Maria Boodschap, Driekoningen, Palmzondag, Pasen, Onze Heer Hemelvaart, de Verheerlijking. De chronologische volgorde in Christus leven was in acht genomen, behalve de Verheerlijking die voor Palmzondag moest staan, maar op het einde stond om aan te tonen dat heel de Kerkgeschiedenis een gedaanteverandering moet zijn, een verheerlijking van het goddelijke, tegelijk met een verandering.

Vertaling: Broeder Joseph

12. Jezus' tijdgenoten [aflevering 53]

Woordenboek: Letter D

Drusilla II

Na Augustus' dood

Augustus stierf op 17 september 14 n. Chr. en werd kort daarop door de Senaat vergoddelijkt. In zijn testament liet hij een derde van zijn eigendom na aan Livia en de rest aan zijn adoptiefzoon Tiberius. Hij adopteerde haar bovendien bij testament, waardoor ze werd opgenomen in de gens Iulia en dus in de stand van de patriciërs. Daarenboven verleende hij haar de eretitel van Augusta. Deze beschikkingen stonden haar toe haar status en macht ook na Augustus' dood te blijven handhaven, onder de naam Iulia Augusta.

Een sestertius met aan de voorzijde een carpetum [een wagen die een voorrecht was voor slechts enkele matronae in Rome] getrokken door muilezels en de legende S.P.Q.R. IVLIAE AVGVST en aan de keerzijde de legende TI. CAESAR. DIVI. AVG. F. AVGVST. P. M. TR. POT. XXIIII rond een grote S.C. [geslagen in 20-23 n. Chr.]

Enige tijd schenen Livia en haar zoon Tiberius, de nieuwe princeps, goed met elkaar te kunnen opschieten. Haar tegenspreken werd vanaf 20 n. Chr. officieel beschouwd als verraad en in 24 n. Chr. stond Tiberius zijn moeder toe dat ze tussen de Vestaalse maagden kon zetelen in het theater. Livia oefende onofficieel een zeer reële macht uit in Rome, waarbij ze een man die voor verraad veroordeeld was, naar eigen goeddunken kon vrijlaten. Uiteindelijk kwam Tiberius echter steeds meer afkerig te staan tegenover de politieke status van zijn moeder, in het bijzonder tegen het idee dat zij het was die hem de troon had gegeven. Aan het begin van zijn regering stelde hij zijn veto tegen de nooit eerder toegekende titel "Mater Patriae" [moeder van het vaderland] die de Senaat haar wilde verlenen, vergelijkbaar met Augustus en voor hem Gaius Iulius Caesar en Marcus Tullius Cicero, die "Pater Patriae" [vader des vaderlands] waren genoemd [Tiberius weigerde ook consequent voor zichzelf de titel van Pater Patriae].

Vertaling: Broeder Joseph

13. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 69]

Het wonder van Turijn, Italië [1453]

Ten tijde van het wonder van Turijn was het geloof van de mensen zwak geworden, en men denkt dat God ze daarom een teken wilde geven om hun op te wekken uit hun passiviteit. Het wonder, dat het gewenste gevolg had, vond plaats op 6 juni 1453.

Twee soldaten, die omschreven werden als mannen uit de onderste laag van de samenleving en absoluut geen eerbied hadden voor heilige dingen, waren pas ontslagen uit de militaire dienst. Ze reisden samen door Exilles, toen één van hen besloot een kerk te bestelen. De andere stemde er mee in. Eenmaal in de kerk pakten ze kostbare gewaden, kandelaren, en andere objecten die ze maar konden vinden. Ze naderden het altaar en openden de Tabernakel. Ze namen de monstrans, die nog gevuld was met een grote geconsacreerde Hostie. Ze verzamelden alles wat ze hadden gestolen en legden alles op een ezel en gingen terug naar Turijn, waar ze alles wilde gaan verkopen.

Ze liepen door de stadspoort van Turijn in de vroege avond en de ezel struikelde en viel op de grond. Alles waar ze de ezel mee hadden opgezadeld viel en lag verspreid over de grond ... waaronder de monstrans met de geconsacreerde Hostie erin. Maar de Hostie viel niet op de grond. In plaats daarvan steeg de Hostie op, en bleef hangen in de lucht omringd met stralen licht zoals een hemelse zon. Dit gebeurde op de marktplaats Piazza van Graan, vlak voor de ingang van de Silvesterkerk, nu bekend als de Sacramentbasiliek.

Mensen die in de buurt woonden renden erop af om het wonder te zien. Tussen al deze mensen waren tien leken: Pietrino van Gorzano [die behoorde tot een nobele familie van Turijn], Pietrino Da Aieris, Gasparino Buri Miolerio, Martino Bellenda, de edelman Girogie Gastaudo, de respectabele Michele Murri, Giovanni Franconino [een smid], Bonifacio van Cassino, Antonio Manerio van Milan en Bartolomeo Canarino.

14. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Toen Praxedes ouder werd, verspilde ze haar tijd niet aan spelen en dansen zoals de meisjes van haar leeftijd. Praxedes, een opmerkelijk kind, was steeds bezorgd om de armen, de zieken, de behoeftigen, en was steeds gehoorzaam aan en liefdevol voor haar ouders en anderen. De zachtheid waarmee ze haar ouders behandelde was voorbeeldig, vooral tijdens de momenten dat haar vader aan chronische maagproblemen leed.

In januari 1896, toen Praxedes zo’n twaalf jaar oud was, liep ze school bij de Dominicaanse Zusters van de Aankondiging, die ervoor zorgden dat ze meisjes een opleiding gaven die overeenstemde met hun toekomst als echtgenotes en moeders. Haar leraressen hebben ons prachtige beschrijvingen gegeven over het leven van Praxedes tijdens deze tijd. Eén van de leraressen zei: "Ze was altijd heel fatsoenlijk, en ik weet dat alle leraressen veel eerbied voor haar hadden. Ze toonde een grote liefde voor haar moeder, en hielp haar thuis met alles wat gedaan moest worden. Ze was de lieveling van haar vader. Haar zussen waren ook goed, maar zij had iets speciaals en was de beste van hen allemaal. Zelfs op jonge leeftijd was ze heel vroom. Ze woonde alle kerkdiensten bij, en ze was altijd attent voor de zusters."

Eén van haar klasgenotes schreef later over haar: "Ik kende Praxedes op de Dominicaanse Zustersschool. Ik merkte haar deugdelijke houding op. Ik ben ervan overtuigd dat ze zelfs als kind goed was. Ze vervulde haar plichten, zowel godsdienstige als andere. Ze ging vaak naar de Mis. Ik zag haar nooit boos. Enkel al door haar gedrag merkte men haar nederigheid op."

Een andere vorige klasgenote schreef: "Ik leerde Praxedes kennen tijdens onze schooldagen. Geen enkele mate van lof zou ooit de werkelijkheid van haar goedheid kunnen evenaren, want ze was heel godsdienstig, heel vreugdevol en buitengewoon bescheiden."

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

15. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 59]

Aan haar nichtje en petekind Bernadette Nicolau

Nevers, januari 1872

Mijn lieve kind,

Je laatste brief, waarin je zulke mooie nieuwjaarswensen schrijft, heeft me bijzonder veel plezier gedaan. Ik lees hieruit dat je aan mij denkt. Dank je wel, mijn schat, voor je goede wensen. Mijn wensen voor jou zijn minstens zo vurig en oprecht. Wees altijd braaf en ijverig. Daardoor weet je zeker dat je je vader tevreden stelt en je lieve onderwijzeressen. Mijn hart is door jou al tevreden gesteld omdat het jou zo heftig liefheeft. Ja, mijn lieve kind, je zult vooral gelukkig zijn als je de goede God bemint die jou heel bijzonder beschermt door je de kans te geven christelijk onderwijs te ontvangen. Zo veel zijn er niet die zo'n kans krijgen als jij. Bedank dus de Heer en denk soms aan je tante, die altijd aan jou denkt, de lieveling van haar hart.

Mijn gezondheid is niet veel slechter dan vorig jaar. Alleen, de bittere kou van deze winter heeft me nogal op de proef gesteld. Ik adem minder gemakkelijk. Desondanks, wees gerust samen met de rest van de familie. Vaarwel, mijn kleine lieve kind, ik omhels je innig. Geef mijn gelukwensen voor het nieuwe jaar aan je uitstekende onder-wijzeressen,

Je liefhebbende tante

Bernarde Casterot (1823-1907), Bemadettes peettante, die een opmerkelijke rol speelde bij de negende verschijning; haar dochter Bernadette Nicolau is Bemadettes petekind.

16. Ongeschonden Lichamen: Clara van Assisi [1193/94-1253]

Verering en Cultuur

Haar lichaam is nog steeds te zien in een glazen schrijn in haar basiliek te Assisi.

Zij is medepatrones van Assisi (Italië) en van Santa-Clara op Cuba. In Nederland is er een St-Claraziekenhuis in Rotterdam en in Gorkum zijn een tehuis en een school naar haar genoemd. In Californië zijn er een plaats, een gebergte ('sierra') en een rivier naar haar genoemd. Bahia kent een stadje Santa Clara. Ecuador een eiland Isla Santa Clara en Utah een rivier.

Zij wordt afgebeeld als claris [met bruin- of zwartwollen habijt, dat om het middel enigszins is opgebonden], met de staf van de abdis, met een kruis, een lelie (symbool van maagdelijkheid), regelboek, en zeer vaak met een monstrans en soms met een brandende lamp (verwijzing naar haar naam en naar Jezus' verhaal van de wijze maagden).

Zij is patrones van de wasvrouwen, naaisters en borduursters, en van de vergulders. Zij wordt ook aangeroepen tegen oogkwalen en koorts [zelf had zij daar 27 jaar last van]. In 1958 werd zij door Paus Pius XII uitgeroepen tot patrones van de televisie: in het jaar voor haar dood was zij al zo verzwakt dat zij zelfs met kerstmis haar cel niet kon verlaten om in Assisi. Drie kilometer verderop, de nachtmis bij te wonen. Het verhaal vertelt dat zij vanaf het ziekbed in haar cel voor haar ogen de kerstplechtigheden in de kerk van Assisi zag gebeuren. Mede op grond van deze legende wordt haar voorspraak ingeroepen tegen oogkwalen; daar wordt ook de betekenis van haar naam ['klaar', 'helder'] mee in verband gebracht. Zij helpt ook koortslijders; dat komt omdat het water uit haar bron, de 'Fontaine de Sainte Claire' in het Franse plaatsje Guéret geneeskrachtige werking bleek te hebben vooral voor koortspatiënten.

Sinds de hervormingen van de liturgische kalender door het Tweede Vaticaans Concilie (1970) is haar feest voor de hele kerk vastgesteld op 11 augustus. Omdat haar feest ook op 12 augustus stond, is het zeer waarschijnlijk dat haar weerspreuken op deze dag betrekking hebben.

17. Madeleine Porsat [1773-1843]: 17 profetieën

Zuster Madeleine Porsat, van de Orde der Clarissen, was een nederige dienares die leefde van 1773 tot 1843. Zij heeft heel helder de voorafgaande tekenen voorspeld van de crisis die ons bedreigt, de algemene verwarring die moet voorafgaan aan "de grote slag" en vooral de komst van Maria die voorafgaat aan de Tweede Komst van Jezus en het einde der tijden.

Profetie 1

Luister, mijn kinderen, naar wat Maria mij opdraagt om u mede te delen. Ziehier het einde der tijden. Ziehier het einde van het kwade en het begin van het goede. Het is geen gewone gebeurtenis, het is een groot tijdperk dat zal aanvangen, het derde tijdperk, na de Heer die ons heeft geschapen om Hem te kennen, van Hem te houden en Hem te dienen, na de Zoon die ons heeft gered. Nu zullen de Vader en de Zoon, om ons te troosten, Hun triomfantelijke Geest sturen, met zijn hemelse bruidegom Maria!

Vertaling: Chris De Bodt

18. 365 dagen met mijn engelbewaarder

"365 dagen met mijn engelbewaarder" is bijgewerkt tot en met 13 juni [zie rubriek gebeden].

Henk

28-05-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.28 mei 2010
28 mei 2010

1. Medjugorje: De Onderzoekscommissies
[aflevering 22/36]

Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

Bisschop Ratko Peric

Fr. Komadina: Thans verschijnt Onze Lieve Vrouw naar verluidt elke vijfentwintigste van de maand en geeft Ze haar gebruikelijke boodschap voor gebed en boete. We kunnen deze boodschappen in de gewone dagbladen lezen. Een aantal dagen geleden [12 september] konden we lezen hoe één der "zieners," die boodschappen over boete en gebed doorgeeft, recentelijk in het huwelijk is getreden en hoe ze haar huwelijksreis plant aan de Azuurkust in een zessterrenhotel te Monza, Italië!
Mgr. Peric: De berichtgeving over de maandelijkse verschijningen lijken mij meer propaganda dan waardige journalistiek. De Madonna verdient dit soort propaganda niet! Gebed, vrede, vasten en boete zijn de kern van de Christelijke boodschap en zijn dit zo reeds sinds de eerste verschijning van Christus tot op heden. De Kerk preekt onophoudelijk deze boodschap en probeert deze ook in de praktijk te brengen. En zo is er niets nieuws aan de boodschappen van Medjugorje.

Fr. Komadina: Wat denkt u over de "genezingen" en de "mirakelen" die er in Medjugorje plaatsvinden?
Mgr. Peric: Noteer dat we vandaag niet meer zoveel horen over mirakelen als tijdens de beginperiode. Ik vroeg aan Pater Ivan Landeka, als pastoor, om mij een rapport over te maken over de huidige situatie in Medjugorje, dat ik in juni heb ontvangen. Het rapport bevat zes bladzijden. Hij haalde geen enkel "mirakel" aan. Bekeringen zijn overal mogelijk, en sommigen ervan zijn verbonden aan Medjugorje. Maar dit is geen bewijs dat de "verschijningen" bovennatuurlijk zijn.

Fr. Komadina: Tot slot, wat is uw standpunt inzake Medjugorje?
Mgr. Peric: De kerk beveelt gebed, vasten, verzoening, boete en bekering aan ieder van haar leden aan. Ik wil niemand verbieden om ergens te gaan om tot God te bidden, maar ik kan niet goedkeuren dat de priesters van aan het altaar van de kerk in Medjugorje, de plaats aanbevelen als "een bedevaart naar de verschijningen," omdat de "verschijningen" door de Kerk niet erkend zijn als "bovennatuurlijk." Als onze Bisschoppelijke Conferentie, na een ernstig, diepgaand en deskundig onderzoek, de moed heeft gehad om de verschijningen te Medjugorje als "niet bovennatuurlijk" te verklaren, ondanks de massa verhalen en tegengestelde overtuigingen, dan is dit een teken dat de Kerk, zelfs in de twintigste eeuw, "de waarheid ondersteunt en het beschermt." Ik bevestig dit ondubbelzinnig en openlijk tot al diegenen die anoniem of niet aan mij brieven hebben gericht met het tegengestelde advies.

2. Onze Lieve Vrouw van Anguera, Bahia, Brazilie: Nieuwe boodschappen

Boodschap 3319 van 15/05/2010

Lieve zonen en dochters, Ik nodig u uit om het evangelie van Mijn Jezus met vreugde te beleven. Slechts door de aanvaarding van de leer van Jezus, zult u groot zijn in het geloof. Ik ken uw problemen en ik spreek voor u ten beste bij Mijn Jezus.  Geef de moed niet op. Als u het gewicht van het kruis voelt, aanroep dan Jezus. Hij is uw grote vriend en zal u nooit verlaten. Ik ben uw bedroefde Moeder die lijd om de komende gebeurtenissen. De terroristen zullen de Kerk aanvallen. Zij zullen proberen om een tempel te vernietigen en Mijn arme kinderen zullen een zwaar kruis dragen. Italië zal door elkaar geschud worden door deze trieste gebeurtenis. Bid voor de Kerk in deze tijd van verdriet.
Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede.

Boodschap 3320 van 16/05/2010

Lieve zonen en dochters, vertrouw volledig op Mijn Zoon Jezus. Hij staat aan uw zijde, ook al ziet u Hem niet. Hij is uw hoop en zonder Hem kunt u helemaal niets. Ik vraag u om voor iedereen goed te zijn. Open uw harten en neem uw werkelijke rol als christenen aan. Ik ken uw behoeften en spreek voor u ten beste bij Mijn Zoon Jezus. Geef de moed niet op. Er is geen overwinning zonder het kruis. Als alles verloren lijkt, zal de Heer optreden en een grote overwinning behalen. Wees zachtmoedig en nederig van hart. Vul uzelf met de liefde van God, want de liefde is sterker dan de dood en machtiger dan de zonde. Ik wil u vertellen dat alles wat u doet voor Mijn arme kinderen niet zonder beloning zal blijven. Breng hoop voor iedereen. Wees het licht van deze wereld voor iedereen die in duisternis leeft. God heeft u nodig. Verheug u, want uw naam staat geschreven in Mijn Onbevlekte Hart. Na alle verdrukking, zal de Heer de aarde veranderen en vrede brengen aan de mensheid. Er zal geen dood meer zijn en geen kwaad zal de uitverkorenen van God kunnen raken. Het zal een tijd van de definitieve triomf van Mijn Onbevlekt Hart worden. Sterkte. Deins niet terug. Ik zal altijd dicht bij u blijven. Voorwaarts.
Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede.

Boodschap 3321 van 18/05/2010

Lieve zonen en dochters, let op. Kniel neer in gebed om niet misleid te worden. De duivel wil verwarring brengen in de Kerk en voortdurend onenigheid zaaien tussen de zonen van God met bedrieglijke schandalen, valse tekenen en valse verschijningen. Een groot aantal van Mijn kinderen zal het slachtoffer worden van de listen van de duivel. Wees bekeerd en leef het evangelie van Mijn Zoon Jezus. Blijf bij de Kerk. Bewerk uw bekering met de WARE LEER van de Kerk. De tijd van grote geestelijke verwarring is aangebroken. Wijk niet af van de waarheid. Ik ben uw Moeder die uit de hemel komt om aan u allen de waarheid te verkondigen. De duivel zal in Brazilië blijven doorgaan met het geven van valse tekenen door middel van wenende beelden en stigmatas. Ik ben uw bedroefde Moeder die lijd als gevolg van degenen die zich volledig aan de duivel geven en hierdoor verwarring veroorzaken bij Mijn arme kinderen. God zal diegenen die misleiden en bijdragen tot de terugtrekking van vele van Mijn arme kinderen van het pad van de waarheid straffen en hen dit aanrekenen.  Bid. Bid. Bid. Op dit moment laat Ik vanuit de Hemel buitengewone stromen van genaden op u neerkomen. Voorwaarts.
Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede.

Boodschap 3322 van 22/05/2010

Lieve zonen en dochters,  Ik ben uw Moeder die uit de Hemel komt om u tot een oprechte bekering op te roepen. Deins niet terug. God houdt van u en Hij wacht u op met de onmetelijke liefde van de Vader. Bekeer u van uw zonden en neem het aanbod van bekering van de Vader aan. Kijk om u heen en u zal het toenemende aantal kinderen die vluchten voor God aanschouwen.  De mensheid is verontreinigd en Mijn arme kinderen gaan door het leven als geestelijke blinden. Kniel neer in gebed, want u leeft in een tijd van grote geestelijke verwarring. Vlucht niet voor de Heer. Hij is uw alles en alleen in Hem vindt u uw volledige geluk. Verlies de moed niet. Wie met de Heer door het leven gaat, zal nooit een nederlaag ervaren. Voorwaarts. Een beangstigende gebeurtenis zal plaatsvinden in Argentinië en herhaald worden in Alagoinha [een staat in Brazilië]. Bid. Ik ben uw Moeder die weet wat u te wachten staat. Sterkte. Ik spreek ten beste bij Mijn Zoon Jezus. Verheug u. Wat er ook gebeurt, deins niet terug.
Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede.

Boodschap 3323 van 24/05/2010

Lieve zonen en dochters, Mijn Jezus is het licht van de wereld. Hij alleen is uw enige echte Verlosser. Vertrouw in Hem die alles ziet wat verborgen is en u allen bij naam kent.  Geef  de moed niet op want God staat aan uw zijde. Sterkte.  Niets zal u kunnen deren wanneer u leeft met de Heer. Kniel neer in gebed. De mensheid is ziek en moet genezen worden. Wijk niet af van de waarheid. U bent belangrijk voor de realisatie van Mijn plannen. Doe uw best in de missie die de Heer aan u heeft toevertrouwd. Ik ben uw onvermoeibare Moeder die u de weg toont.  Sta niet stil. Uw leven behoort de Heer toe. U bent de uitverkorenen van God en Hij wacht op uw oprecht en moedig ja-woord.  Italië zal drinken uit de bittere kelk van pijn. Iets beangstigend zal gebeuren in Rome en herhaald worden in het noorden van Frankrijk. Ik ben uw Moeder die lijd om wat u te wachten staat. Bid veel voor het kruis. Wie met de Heer door het leven gaat, zal nooit lijden onder het gewicht van de nederlaag. Voorwaarts.
Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede.

Vertaling: Frederick Deknudt


3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 165]

Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

De doornkroning en de bespotting van Jezus

Zij rukten Jezus nog eens de kleren van het lichaam, vol van wonden. Daarop hingen zij om Zijn schouders een oude, rode, gescheurde soldatenmantel, die niet eens tot aan Zijn knieën reikte. Er hingen resten van gele kwasten aan de mantel, die daar ergens in de beulenkamer in een hoek lagen en gewoonlijk de gegeselde misdadigers over het bovenlijf werd geworpen, hetzij om er het bloed mee af te drogen, hetzij om hen te bespotten. Nu sleepten zij Jezus naar de met scherven en stenen bedekte schabel en duwden Hem heftig, met Zijn naakte en vol met wonden bedekte lichaam, daarop neer. En dan brachten zij de doornkroon. Deze was een paar vuisten hoog, dicht en kunstig gevlochten en had bovenaan een vooruitspringende rand. Zij legden de kroon om Zijn voorhoofd, als een band, en maakten ze van achteren stevig vast, zodat deze tegelijk Zijn kroon en hoed was.

Uit drie vingerdikke, in het kreupelhout recht opgeschoten doorntakken, had men kunstig de kroon ineengevlochten en opzettelijk de stekels, zoveel men kon, naar binnen gedraaid. De takken waren van drie soorten steekdoornen, wat overeenkomt met wat men bij ons de kruisdoorn, de sleedoorn en de hagendoorn noemt. Voor de rand hadden de vlechter een doornig goedje gebruikt, dat lijkt op ons braamgewas. Die aangevlochten rand diende om de kroon vast te nemen en heen en weer te trekken. Ik heb de plek gezien waar de doornen werden gehaald.

Zij gaven Jezus een dikke rietstengel met een pluim in de hand. Zij deden dit alles op een spottende wijze, maar tevens statig, alsof zij Hem werkelijk tot koning kroonden. Zij namen Hem het riet weer uit de hand en sloegen er hevig mee op de kroon, zodat het bloed in Zijn ogen liep. Zij knielden vóór Hem neer, staken hun tong uit op Hem, sloegen Hem en bespuwden zijn aangezicht, terwijl zij riepen: "Wees gegroet, Koning der Joden!" Onder hoongelach wierpen zij Hem met de schabel omver en duwden Hem opnieuw op het lage bankje.

Het ligt niet in mijn vermogen om hier al het lage en gemene te herhalen dat de schelmen uitvonden om onze Heer te bespotten. Ach, Hij leed zo’n geweldige dorst want Hij had wondkoorts, ten gevolge van de onmenselijke geseling, waardoor het vlees in Zijn zijde hier en daar tot op de ribben was opengerukt. Hij rilde en Zijn tong was krampachtig ingetrokken. Alleen het heilige bloed dat neervloeide van Zijn hoofd, ontfermde zich over Zijn gloeiende mond, die smachtend open stond. Maar die verschrikkelijke mensen namen Zijn mond als doelwit voor hun walgelijk spuugsel. Zo werd Jezus nagenoeg een half uur lang mishandeld en de cohorte, die in het gelid het wachthuis omgaf, lachte en juichte de spotters en de folteraars toe.

4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 165]

Preken

Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

Laat ik u nog een voorbeeld geven, dat niet minder treffend is. We lezen in de geschiedenis van de Heilige Edward, koning van Engeland, dat zijn schoonvader, graaf Grondevin, zo jaloers en zo hoogmoedig was, dat hij niemand ander in de nabijheid van de koning duldde. Op een zekere dag beschuldigde Edward de graaf er van deelgenomen te hebben aan de moord op zijn broer. "Als dat waar is," antwoordde hij, "mag ik in dit stuk brood stikken."

De koning nam het brood en maakte er, zonder iets te vermoeden, een kruisteken over. De ander at er van, maar het bleef hem in de keel steken. Hij stikte en stierf ter plaatse. Na deze voorbeelden zult ge het er met mij over eens zijn, broeders, dat een zonde die zo verschrikkelijk zwaar wordt gestraft, in de ogen van de goede God een gruwel is.

Er zijn opvoeders en ouders die zich niet schamen om ieder ogenblik verwensingen in de mond te nemen: "O, kreng van een kind! Snotaap! Idioot! Ik wou dat je verrekte ... Ik wou dat ik je nooit meer zag ... God zal je straffen!" En nog vele andere uitdrukkingen worden er gebruikt, ik wil ze u niet eens noemen.

Ja broeders, er zijn vaders en moeders die zo weinig godsdienst bezitten, dat ze altijd dergelijke woorden in de mond hebben. Hoeveel arme kinderen zijn er helaas niet gebrekkig, zwakzinnig, onhandelbaar of weerspannig geworden ten gevolge van een vloek die hun eigen ouders over hen hebben afgeroepen! We lezen in de geschiedenis van een moeder die tot haar kind zei: "Ik zie je nog liever sterven, lastpost!" Terstond viel het arme kind dood aan haar voeten.

Vertaling: Chris De Bodt

5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 165]

Hoofdstuk 23. Dood

Nicky: Zal God iemand de hel besparen als Hij weet dat er in de toekomst voor deze persoon zal worden gebeden?
Maria: Aangezien Gods liefde en bermhartigheid onbeperkt zijn, zie ik geen reden waarom Hij dat niet zou doen.

Nicky: Hoe ernstig moeten we de verzoeken nemen van een stervende persoon?
Maria: Er zijn drie omstandigheden waar we deze heel ernstig moeten nemen en onze uiterste best moeten doen opdat ze zouden geëerbiedigd en vervuld worden. En onder deze voorwaarden zou ik iemands laatste wensen heilig durven te noemen. Dat is omdat God de betrokkenen toelaat om tijdens het stervensproces de dingen volledig anders te zien dan toen ze nog in leven waren. Deze voorwaarden zijn:
  • De wens van de persoon kon duidelijk worden gehoord bij diens dood.
  • De wens is, objectief bekeken, niet slecht.
  • De persoon overleed in een betrekkelijke vrede.
Als aan al deze voorwaarden is voldaan, moeten we zeker ingaan op de laatste wensen van deze persoon.

Nicky: Is het niet uitvoeren van iemands laatste wensen en het beroven van een dode of diens erfenis erger dan het beroven van een levende?
Maria: Ja. Gods bezwaar zal veel erger zijn, omdat de dode hieraan niet langer iets kan veranderen, als diens wensen niet correct worden uitgevoerd.

Nicky: Als iemand weet dat hij niet lang meer zal te leven hebben, wat is dan het beste dat we kunnen doen om deze voor te bereiden?
Maria: Door te bidden en zichzelf volledig aan God te schenken. Door zichzelf volledig open te stellen voor Zijn Goedheid en door uw vertrouwen volledig in Hem te stellen.

Nicky: En hoe benadert men een stervende persoon het beste?
Maria: Zonder twijfel door samen met de persoon te bidden en deze de volledige waarheid te vertellen. Vertel hen wat u weet over Gods Licht en vertel hen dat we nooit, nooit alleen worden gelaten. Stel met veel liefde een biecht voor, als dit nog niet is geschied. Bid samen met de Heilige Moeder en vraag Haar om haar kind te begeleiden op diens weg. Onze Moeder zal dit nooit afwijzen.

Bron: Nicky Eltz

Vertaling: Chris De Bodt

6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 8]

Lucia’s familie

Deze momenten van afzondering waren inderdaad uitzonderlijk. Zoals Zijne Excellentie reeds weet, moest ik op de kinderen letten die ons door de buren warden toevertrouwd; en daarenboven werd mijn moeder, als verpleegster, in de omgeving zo dikwijls gevraagd. Bij minder erge ziekten kwamen de mensen bij ons thuis om advies te vragen, maar wanneer een zieke persoon een huis niet kon verlaten werd aan mijn moeder gevraagd om bij hen thuis te gaan. Vaak bracht ze daar hele dagen en zelfs nachten door. Bij een langdurige ziekte, of als de toestand van de persoon het vereiste, stuurde ze nu en dan mijn zussen om naast het bed van de zieke te blijven tijdens de nacht om zo de familie wat laten tot rust te komen.

Als de zieke persoon de moeder van een jonge familie was, of iemand die het geluid van kinderen niet kon verdragen, dan bracht mijn moeder de kleintjes mee naar huis en werd ik ingeschakeld om op de kinderen te letten. Ik hield mij bezig met hen. Zo leerde ik hen hoe ze de draad moest worden klaargemaakt bij het weven.

En zo hadden we steeds van alles te doen. Meestal werkten er meerdere meisjes in ons huis, die dan kwamen om te leren weven of om kledij te maken. Meestal toonden deze meisjes veel genegenheid voor onze familie en later zeiden ze dat de beste tijd uit hun leven, de tijd was die ze bij ons thuis hadden doorgebracht. Tijdens bepaalde perioden van het jaar moesten mijn zussen in het veld gaan werken tijdens de dag en moesten ze hun weef- en naaiwerk ’s nachts doen. Het avondmaal werd gevolgd door gebeden, die werden geleid door mijn vader en dan begon het werk.

Vertaling: Chris De Bodt

7. Jean de Florette [4/13]

In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 33: Geheimen in Amerika en Europa [Aflevering 218]

In Attersee, Oostenrijk hakte een Protestantse vrouw met een bijltje in op een beeld van Maria, en er verscheen bloed op het hoofd van het Kindje en Maria’s hals.

In Siluva, Litouwen, waar Protestanten eigendom van de Kerk in beslag hadden genomen, zag men de Maagd met het Kind op een rots. Tijdens de jaren 1600 kwam er een wet waardoor Katholieken hun eigendom konden terugnemen, maar ze konden hun officiële documenten die in een kist waren bewaard geweest, niet terugvinden. Die documenten waren nodig om het land terug te eisen. Toen zagen jonge herders Maria bij de kerk. Eén van hen ging het aan Mikola Fiera vertellen, een plaatselijk Calvinistisch onderwijzer die de verschijning onmiddellijk een misleiding van de duivel noemde.

De volgende dag ging Fiera terug naar de plaats en bespotte een menigte die er was bijeen gekomen. Hij bekritiseerde hen omdat ze de fantasie van kinderen geloofden. In het midden van z’n heftige toespraak verscheen Maria opnieuw op de rots. Iedereen, ook Fiera, zag haar. "Waarom ween je?" vroeg de stomverbaasde onderwijzer.

"Vroeger werd mijn Zoon in deze plaats aanbeden en vereerd, maar het enige wat de mensen nu doen is zaaien en het land bewerken," antwoordde ze, met Jezus in de armen.

De Heilige Vrouw verdween, maar wanneer een plaatselijke blinde man van de verschijning hoorde, herinnerde hij zich de kist, en toen hij naar de rots ging kon hij terug zien. Hij kon de plaats aanwijzen waar de kist begraven was, waardoor de Katholieken hun land konden terugnemen, en in de kist zat een beeld van Maria die Christus vasthield, net zoals ze het Kindje in de verschijning vasthield.

In Oostenrijk en Duitsland waren er veel gevallen van verborgen of vergeten heiligdommen op heuvels of in velden of in bossen. Ik kan een boek vullen van dezelfde grootte als dit, met enkel deze gevallen. Men vond haar beeldjes in stronken van eikenbomen en boomholtes. Volgens een legende werd er tijdens de Dertigjarige Oorlog door een aantal Zweden verschillende keren een beeldje in een dorpsvijver gegooid, maar men vond het telkens weer op z’n plaats in de kerk terug. Tijdens de plundering van een kapel in Miltenberg werd er een beeld in de rivier Main gegooid, maar men vond het terug toen een plaatselijke visser, George Elbert, een mysterieuze glinstering op het water zag. Toen hij er met z’n net naar reikte, zag hij dat het licht uit een beeldje van Maria kwam, dat onder water lag. De verhalen gingen door. Er waren verhalen van miraculeuze genezingen, ontelbare verhalen over Turken en Protestanten wiens pogingen om beelden te vernielen op vreemde manieren gedwarsboomd werden. In een kapel in Luxemburg hing een lijst van drieëndertig bevestigde genezingen.

De tussenkomst in Oostenrijk was fenomenaal. Het was de bekendste plaats van de jaren 1600. Alle mirakels van Maria passeerden de revue. De meest interessante gebeurden in Graz, waar een afbeelding van Maria op bovennatuurlijke wijze op een schilderdoek van een artiest met de naam, Pietro Giovanni de Pomis verscheen. Zoals in Spanje waren er ook vreemde geestachtige processies van in wit geklede gedaanten, en veel gevallen van geneeskrachtige bronnen.

In 1667, in Schwadorf, waren een Katholieke priester en een Lutheraan, Elias Seltenschlag in discussie over Maria ["Oh, je overdrijft met je Maria!"], toen een schilderij van haar plots los kwam van de muur, bijna op de grond viel, maar net voor het de grond raakte terug naar omhoog ging tot waar het gehangen had. Naar verluid deed het fenomeen zich een tweede keer voor om te voorkomen dat men het als een hallucinatie kon aanzien.

Bron: Michael Brown

Vertaling: Mario Lossie

9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 112]

Hoofdstuk 6: Tussen Genève, Parijs en Rome

Naar Konstantinopel

Tijdens deze eerste ontmoeting mat Athenagoras werd het ontstaan van een orthodox Centrum in Taizé overwogen. De patriarch van Konstantinopel had de wens uitgedrukt om een ‘orthodox Taizé’ te stichten, een klooster met monniken afkomstig uit de verschillende orthodoxe Kerken op het eiland Patmos waar de apostel Sint Jan het Boek Openbaring schreef. Daarop antwoordde Broeder Roger dat "Taizé bereid was een kleine gemeenschap van orthodoxe monniken te herbergen." Het idee werd in de volgende maanden per brief behandeld vooraleer er een beslissing werd genomen.

Terug uit Istanboel vertrokken Broeder Roger en Max Thurian meteen naar Oost Europa. Op voorstel van patriarch Athenagoras bezochten ze de metropoliet van Sofia in Bulgarije. Na lang getwist werd zijn titel als patriarch eindelijk vorig jaar herkend door de oecumenische patriarchaat van Konstantinopel. Daarna gingen Broeder Roger en Max Thurian naar Joegoslavië waar de metropoliet van Belgrado en patriarch van Servië hen ontving.

Deze eerste verblijven in het Oosten [incognito, in burgerpak], waren kort en lieten waarschijnlijk de twee bezoekers niet toe in contact te komen met de gelovigen van deze communistische staten die vervolgd en streng bewaakt werden. Maar de zorg om de Oosterse christenen hield al lang de Gemeenschap bezig. In 1960 had een Poolse katholieke, Aniela Urbanowicz, voor het eerst Taizé bezocht. ‘Als eerste Poolse die er kwam ontdekte ze verrast dat Broeder Roger bijzonder op de hoogte was van de moeilijke toestand waarin de Poolse Kerk vertoefde en dat de Gemeenschap iedere dag bad voor de primaat van Polen kardinaal Stefan Wyszynski’. Eens terug thuis verscheen er meteen van haar een bijdrage over Taizé waar ze daarna meermalen terugkwam en de Gemeenschap bekend maakte in Polen en omliggende Oostbloklanden die ze veel bezocht. Telkens Broeder Roger naar Polen ging vanaf eind de jaren 1960 ontmoetten ze elkaar in Warschau.

Na het verblijf van Roger en Max in Sofia en Belgrado begonnen de onopvallende reizen naar het Oosten van andere Broeders uit Taizé. Broeder Christophe (Walter von Wachter), een Duitser die de gemeenschap twee jaar voordien vervoegde, had in zijn prille jeugd kennis gemaakt met de sovjetkampen en dacht dat de Gemeenschap van Taizé een rol kon spelen bij de christenen van de oosterse landen. Hij stelde voor dat de Broeders ‘twee per twee’ achter het ijzeren gordijn zouden gaan ‘om jongeren en minder jongeren te ontmoeten, om te luisteren en te begrijpen’. Dit door de Raad van de gemeenschap aanvaardde voorstel zou uitmonden in een eerste reis van Broeder Christophe naar de DDR. Vele andere volgden.

Vertaling: Broeder Joseph

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 52]

Woordenboek: Letter D

Drusilla II

Livia, echtgenote van de princeps

Daar Augustus slechts de vader van één dochter was [Iulia Caesaris maior bij Scribonia], zou Livia al gauw een ambitieuze moeder blijken te zijn en ze begon vrij spoedig met haar eigen zonen, Tiberius en Drusus, te helpen bij het verwerven van machtsposities. Drusus was een betrouwbaar generaal en trouwde met het favoriete nichtje van Augustus, Antonia minor. Tiberius huwde eerst Vipsania Agrappina, een dochter van Augustus' vertrouweling en rechterhand Marcus Vipsanius Agrippa, en na diens dood in 11 v. Chr., Iulia [dochter van Augustus]. Tiberius werd uiteindelijk in 4 n. Chr. geadopteerd door zijn stiefvader en voorbestemd als diens opvolger.

Het gerucht deed de ronde dat toen Marcellus, de neef van Augustus, in 23 stierf, hij geen natuurlijke dood was gestorven en dat Livia erachter zat. Een voor een stierven alle zonen van Iulia en Marcus Agrippa: eerst Lucius en vervolgens Gaius, die Augustus als zijn zonen had geadopteerd om zijn beoogde opvolgers te zijn. Ten slotte werd Agrippa Postumus, Julia's enige overgebleven zoon, die samen met Tiberius door Augustus was geadopteerd, opgesloten en uiteindelijk gedood. Tacitus laat duidelijk doorschemeren dat Livia niet geheel onschuldig was aan deze doden en Cassius Dio vermeldt ook dergelijke geruchten, maar Suetonius, die gewoonlijk roddels niet schuwt en die toegang had tot officiële documenten, herhaalt de geruchten niet. Moderne historische biografieën van Livia verwerpen het idee. Nog minder geloofwaardig is de roddel vermeld door Tacitus en Cassius Dio dat Livia Augustus' dood op haar geweten had.

Vertaling: Broeder Joseph

11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 67]

Het wonder van Avignon, Frankrijk [1433]

Op 1 december, de dag dat het water terugtrok, verzamelde een grote menigte mensen zich rond de kapel om voor zichzelf te zien dat alle gewaden, boeken en objecten, die onder het altaar waren geplaatst, droog waren.

Het wonder leidde tot een enorme toename in de devotie voor het Heilig Sacrament. Er werd besproken hoe ze deze gebeurtenis het beste de eer aan konden doen die het verdiende. Uiteindelijk werd besloten dat er op 30 november, de dag dat het wonder voor het eerst werd aanschouwd, een speciale feest gehouden moest worden.

Voor vele jaren ontdeden de Grijze Boetelingen zich, op deze viering, van hun schoenen en kropen op hun knieën naar het altaar.

Jammer genoeg werd de Heilige Kruiskapel in 1793, het hoogtepunt van de Franse Revolutie, verwoest. Na deze verschrikkelijke periode, echter, werd de kapel weer herbouwd door de gulle giften van een nobele familie. Toen de kapel was herbouwd verbond de aartsbisschop van Avignon opnieuw de privileges aan deze kapel, die ook eerder aan de kapel verbonden waren, namelijk dat het een kapel mocht zijn van Voortdurende Aanbidding. Dit privilege is vandaag de dag nog steeds geldig.

12. Recente heiligenlevens

Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

Een maand nadat ze haar Eerste Communie had gedaan, werd Praxedes geconfronteerd met haar eerste tragedie toen haar broer Hijinio, die met haar het minst verschilde in leeftijd, op zesjarige leeftijd overleed aan difterie. Het was op dat moment dat ze de ijdelheid van aardse dingen begon te zien.

Toen ze elf jaar was, verhuisde het gezin naar Sueros, de geboorteplaats van haar vader. Hier bouwden ze een huis met twee verdiepingen, waarbij de bovenste verdieping gebruikt werd als leefruimte. Het gelijkvloers werd omgebouwd tot een delicatessenwinkel en een warenhuis, met eveneens een bakkerij die het hele dorp bevoorraadde. De delicatessenwinkel, het warenhuis, en de bakkerij werden heel populair in het dorp en de omringende gebieden. Er was ook een naaiatelier, waar jonge vrouwen kwamen werken. Praxedes naam graag de huishoudelijke taken voor haar rekening, en hielp ook in de winkel. Daarnaast onderhield ze ook nog twee tuinen, liet de schapen grazen, hielp ze in de bakkerij om deeg te kneden en hielp ze ook nog eens met de opvoeding van de jongere kinderen. Hard werken zou het keursmerk van haar hele leven worden.

Elk lid van het gezin had z’n taken, en hun gezinsleven was ideaal. De buren merkten de levendige en joviale gesprekken, de muziek, het zingen en het dansen op, en noemden het huis terecht "De Buurt van Vreugde." Praxedes was een heel gelukkige vrouw die ervan hield de "jota" te dansen, een Spaanse volksdans, maar ze deed het met matigheid en bescheidenheid.

Bron: Joan Carroll Cruz

Vertaling: Mario Lossie

13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 58]

Aan haar broer Pierre

Nevers, 5 januari 1879

Lieve broer,

Ik ontving je brief met voelbare vreugde. Dat vermoedde je wel, denk ik, omdat je mijn tedere gevoelens voor jou kent. Ik was ook blij te horen dat Jean-Marie een goede reis heeft gehad, want ik wachtte ongeduldig op nieuws van hem. Ik had hem zozeer op het hart gedrukt mij bij mijn aankomst te schrijven, omdat ik vreesde dat hem iets vreselijks was overkomen.

Ik heb van onze hooggeachte Moeder vernomen dat mijn zus ziek was, hetgeen me zeer bedroefd heeft, omdat ik niet wist hoe ernstig het was. Het is al een tijdje terug. Ik wil heel graag weten hoe het zit. Misschien zat het haar dwars dat mijn broer mij is komen opzoeken zonder haar iets te vertellen. Als je daarover iets te weten kunt komen zonder te laten merken dat ik je daarover heb aangesproken, zou je me een groot plezier doen. Ik vraag je verstandig en zachtaardig te zijn, als je wilt dat de goede God je het genoegen schenkt waarnaar je kennelijk zo sterk verlangt, namelijk mij te komen opzoeken. Ik ga vooruit, ik hoest minder nu het weer een beetje zachter wordt. Onze hooggeachte Moeder heeft mij toegestaan een noveen te houden voor Onze-Lieve-Vrouw van Lourdes om genezing voor mij te vragen. Die eindigt zaterdag. Ik nodig je uit je intenties daarmee te verenigen, dat vraag ik ook aan heel mijn familie. Mocht ik genezen, dan vraag ik jullie allemaal naar de Grot te gaan uit dankbaarheid voor deze grote gunst.

Je wilt wel zo vriendelijk zijn mijn diepe respect aan de Monseigneur over te brengen, ik hoop dat hij mijn goede wensen voor het nieuwe jaar wil aanvaarden. [...] Misschien wil je ook mijn gevoelens bij de familie vertolken, zeg hem dat zij altijd op mijn vurige wensen kunnen rekenen.

Met deze gevoelens neem ik afscheid van je, welbeminde broer, in de plezierige verwachting je te ontmoeten, duizend gelukwensen, adieu pour Dieu,

Je liefhebbende zus,

Zuster Marie-Bernard Soubirous

14. Ongeschonden Lichamen: Clara van Assisi [1193/94-1253]

De indeling van de brief
  • Vers 1-3: Adres, schrijfster en wens
  • Vers 4-8: Persoonlijk voorwoord,verbonden met de reden voor uitblijven van een brief. Agnes krijgt 7 titels, waarvan de middelste bruid van het Lam is. Verderop komt dit nog eens sterk aan de orde.
  • Vers 9-17: Een uiteenzetting over wat het hechten aan Hem betekent. In de tegenwoordige tijd betekent dat: schoonheid, liefde, beschouwen, welwillendheid, zoetheid, gedenken. In de toekomende tijd betekent dat: geur en aanschouwen in heerlijkheid. Let op het getal 8 dat een volledigheid veronderstelt.
  • Vers 18-27 vormt de kern van de brief. Hier staat de lieflijkheid centraal in de kruismystiek [het lijden, de armoede, de nederigheid] en de bruidsmystiek-tussen Christus en de kerk (zoetheid, verrukking, hartstochten). Soms is Christus daarbij passief: in een kribbe gelegd, op kruishout geplaatst, maar ook actief is er sprake van de wil van Christus in 22,23.
  • In Vers 20 komt de schrijfster in vervoering. Het beschouwen ligt hier tegen de lofprijzing aan. 
  • In Vers 28-34 is veel ontleend aan het Hooglied en aan de kruismystiek. De zelfverloochening groeit tot bloemen van bruidsmystiek.
Naar het einde toe wordt de brief persoonlijker en tot slot wil ik nog opmerken dat de schrijfster van de brief ontegenzeggelijk een charisma voor contemplatie en mystiek heeft.

De vaak schitterende vlinder die te voorschijn komt uit een onaanzienlijke pop is een oud opstandingssymbool. In de oudheid was de vlinder het symbool van de menselijke ziel, die drie stadia doorloopt: leven, dood en wederopstanding.

In Mt. 6,28 wordt de lelie door Christus een voorbeeld van eenvoud en godsvrucht genoemd. Het is ook het symbool van onschuld en maagdelijkheid. Clara van Assisi wordt er nogal eens mee afgebeeld.

15. Bartholomeüs Holzhauser: 14 profetieën

Profetie 14

Er zal een dappere Koning opstaan, gezalfd door God. Hij zal Katholiek zijn en tegelijkertijd een afstammeling zijn van Lodewijk XIV en van een oude Duitse Keizerlijke familie, in ballingschap geboren. Hij zal oppermachtig regeren in wereldse aangelegenheden en de Paus zal oppermachtig regeren in geestelijke aangelegenheden. Vervolgingen zullen ophouden en gerechtigheid zal heersen en elke valse leer zal worden uitgeroeid. Zijn zeggenschap zal zich van het Oosten tot het Westen uitstrekken. Alle landen zullen God als hun Heer aanbidden, volgens de Katholieke leer. Er zullen vele wijze en geleerde mensen zijn. De mensen zullen houden van deze gerechtigheid en vrede zal heersen over de hele wereld, want de goddelijke macht zal satan ketenen voor vele jaren tot de komt van de Zoon des Verderfs. De Grote Koning zal de bijzondere hulp van God krijgen en zal niet te verslaan zijn.

Vertaling: Chris De Bodt


    27-05-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.27 mei 2010
    27 mei 2010

    1. Medjugorje: De Onderzoekscommissies
    [aflevering 21/36]

    Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

    Bisschop Ratko Peric

    Fr. Komadina: Bent u dan niet verheugd door het feit dat de wereld uiteindelijk van de Kroatische Katholieke wereld dingen vernam, ook al kwam dit enkel door Medjugorje?
    Mgr. Peric: Ik ben verheugd over elke plaats in de wereld waar Gods genade aan het werk is, zoals in de Handelingen der Apostelen, toen Barnabas sprak over zijn bezoek aan Antiochië, maar "mijn" vreugde over Medjugorje wordt verstoord door verscheidene feiten. Zo zijn er bijvoorbeeld reeds gedurende meer dan twaalf jaren "beweringen van dagelijkse verschijningen." Als geen enkele van deze meerdere duizenden verschijningen door de bisschoppen als bovennatuurlijk wordt erkend, dan is er iets erg opstandig rond Medjugorje bezig, waar ik geen enkele verantwoordelijkheid wil rond nemen.

    Fr. Komadina: Er wordt gezegd dat zelfs uitdragers van Medjugorje beweren dat alles "in rook zou opgaan," indien de verschijningen zouden stoppen.
    Mgr. Peric: De Kerk erkende slechts enkele van de vele gerapporteerde verschijningen te Lourdes en, 135 jaar later, blijft dit zo. Als iemand in Medjugorje "verschijningen" uitvindt, dan heeft hij blijkbaar meer oog voor de kwantiteit dan voor de kwaliteit.

    2. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 164]

    Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

    De doornkroning en de bespotting van Jezus

    De Heilige Maagd en het groepje dat haar vergezelde zag ik na de geseling, toen Maria het bloed van Jezus had opgenomen, het Forum verlaten. Ik zag hen met de bloedige doeken in een klein huisje dat tegen een muur was aangebouwd, niet ver van de markt. Ik herinner mij niet meer wie de eigenaar was van dat kleine huis, zoals ik mij ook niet meer herinner dat ik Johannes bij de geseling heb gezien.

    De kroning en de bespotting van Jezus greep plaats op het binnenhof van het wachthuis, waaronder zich de kerkers bevonden. Het was met zuilen omgeven en de toegangen waren vrij. Zowat vijftig schurken uit de groep, knechten van de gevangenbewaarders, beulen, hulpjongens en slaven, naast de geselaars, namen deel aan deze nieuwe mishandeling van de Heer. In het begin verdrong zich het volk dat er wou bij zijn, maar weldra werd de orde rond het wachthuis door niet minder dan duizend Romeinse soldaten verzekerd. Zij stonden in het gelid, maar schimpten en lachten en stookten aldus de woedende folteraars van Jezus nog meer op om het nog erger te maken, want het gelach en de grappen van de soldaten waren voor Jezus’ beulen wat de bijval is voor de toneelspeler.

    Zij hadden het voetstuk van een oude zuil naar het midden van het binnenhof gerold. Er was een gat in het voetstuk, waarin vroeger wel de schacht van de zuil bevestigd zal geweest zijn en zij zetten er een lage, ronde schabel over, die van een handvat voorzien was en uit kwaaddoenerij legden zij scherpe stenen en scherven op die schabel.

    3. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 164]

    Preken

    Alles wat ge meer zegt komt van de duivel

    En wat die zonde nog erger maakt, zijn de afschuwelijke verwensingen die er maar al te dikwijls aan worden toegevoegd: "Als dat niet waar is, mag ik het aangezicht van God nooit aanschouwen ... God moge me verdoemen ... of: de duivel hale me!"

    Ach, ongelukkige, waar zoudt ge zijn als de goede God gevolg gaf aan uw woorden? Reeds jaren zoudt ge branden in de hel! Kunt ge begrijpen, broeders, hoe een Christen tot zo’n ontzettende misdaad kan vervallen? O God, zelfs een barbaar zou er zich voor schamen! Neen, broeders, neen, voor een Christen is dit onbegrijpelijk.

    Ge moet uw geweten onderzoeken en nagaan of ge soms hebt besloten te zweren of een valse eed af te leggen. Ge moet nagaan hoeveel dagen ge met die gedachte hebt rondgelopen, dit wil zeggen: hoe lang ge bereid geweest zijt het te doen. Veel Christenen letten daar niet op en zeggen: "Ja, ik heb het wel gedacht, maar niet gedaan." Uw hart heeft het gedaan en zolang ge bereid zijt het te doen, zijt ge schuldig in de ogen van de goede God. O, hoe slecht kent ge de voorschriften van uw geloof!

    We lezen in de geschiedenis een treffend voorbeeld van de straf die op het zweren van valse eden staat. Ten tijde van de Heilige Narcissus, bisschop van Jeruzalem, waren er drie jeugdige losbollen. Ze gaven zich regelmatig over aan allerlei ontucht, maar nu wilden ze hun heilige bisschop beschuldigen van de misdrijven die zij zelf begingen, in de hoop dat hij hen dan niet meer zou durven berispen. Zij zwoeren voor de rechter dat de bisschop die en die zonde bedreven had en zetten hun eed kracht bij met de afschuwelijkste verwensingen.

    De eerste zei: "En als het niet waar is, mag ik stikken."
    De tweede: "Het is de waarheid, anders mag ik levend verbranden."
    De derde: "Ik sta er voor in met beide ogen."

    Gods gerechtigheid aarzelde niet om hen te straffen. De eerste onderging een ellendige verstikkingsdood. Het huis van de tweede werd bij de gelegenheid van een vreugdevuur door een gloeiende pijl getroffen en hij verbrandde tezamen met al zijn bezittingen. De derde bracht het er beter van af. Hij verloor weliswaar zijn ogen, maar hij zag zijn fout in en deed boete.

    Vertaling: Chris De Bodt

    4. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 164]

    Hoofdstuk 23. Dood

    Nicky: Er moet dus een verschil zijn tussen iemand die sterft tijdens zijn of haar hulp voor anderen, of iemand die sterft uit onberadenheid.
    Maria: O ja! Als iemand sterft louter omwille van zichzelf bewust in een gevaarlijke toestand te begeven, betekent dit dat het zijn tijd nog niet was om te sterven. Maar als het ongeluk gebeurt zonder enige fout van de overledene, dan roept God deze steeds tot Hem. Indien echter de fout bij de persoon zelf ligt, is het de persoon zelf die aan de oorzaak ervan ligt.

    Ik heb weet van een jonge kerel die in Wenen verongelukte met zijn moto omwille van overdreven snelheid. Hij heeft mij later verteld dat, indien hij voorzichtiger was geweest, God hem nog dertig jaren op aarde zou hebben geschonken. Toen ik hem vroeg of hij reeds klaar was voor de eeuwigheid, zei hij van niet, maar dat God aan iedereen die hem niet ingrijpend minacht, steeds de kans zal geven om spijt te hebben over alles. En deze jongeman had spijt over alles.

    Nicky: Op het ogenblik van de dood, ziet de ziel dan duidelijk Gods licht in alle volheid?
    Maria: Neen, niet in alle volheid, maar genoeg voor de ziel om te wensen vooruit te gaan. De toepasselijke helderheid en volheid hangt af van de toestand van de ziel op dat ogenblik.

    Nicky: Als we bidden voor iemands vredevolle dood, bekomen we dan hiermee resultaat?
    Maria: Is God doof? Het helpt zelfs als de persoon die we in ons hart hebben een hele tijd geleden stierf. God en het gebed zijn niet beperkt, noch beïnvloed door de tijd. God was daar zowel vijftig jaar geleden, zoals hij er ook over vijftig jaar zal zijn. Hij zal voor ons precies evenveel doen als in ons vertrouwen op Hem om ons te helpen.

    Nicky: Maar als we nog kunnen bidden voor iemand die reeds een vredevolle dood is gestorven, betekent dat dan ook niet dat we mensen de hel kunnen besparen die reeds daar zijn?
    Maria: Neen. Verloren is verloren, maar de genaden van dergelijke gebeden zullen daar gebruikt worden voor hetzelfde doel, om iemand toe te laten een vredevolle dood te sterven.

    Bron: Nicky Eltz

    Vertaling: Chris De Bodt

    5 Jean de Florette [3/13]

    In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

    Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

    Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.


    6. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 33: Geheimen in Amerika en Europa [Aflevering 217]

    Het geval van Györ was opmerkelijk, want er waren niet alleen rabbijnen en Protestantse predikanten onder de getuigen, maar ook de bisschop, de burgemeester van de stad, en alle raadsleden. De Hongaren waren er van overtuigd dat dit beeld hen van de Turken en andere rampen had gered. Zoals voorheen gingen Maria’s verschijningen gepaard met berichten over de Aartsengel Michaël. Men zag hem in het Engelse Old Bayly. Op een berg in de Franse Alpen, niet ver van Grenoble, zag een zeventien jaar oude herderin de verschijning van de H. Mauritius. De heilige wees naar een bron die ze nog nooit had gezien en zei haar dat ze de volgende dag haar schapen dichter bij het gebied dat gekend staat als Saint Etienne moest laten grazen. Daar zag het meisje, Benoîte Rencurel, een licht uit een grot in een holle rots met de naam Roche-aux-Fours komen, en zag een mooie vrouw die naar haar glimlachte.

    De vrouw had Jezus in de armen en verscheen gedurende twee maanden voordat Benoîte, aangepord door een plaatselijke magistraat, aan de verschijning vroeg wie ze was. "Ik ben Maria, de moeder van Jezus, en het is de wil van mijn Zoon dat ik in deze parochie vereerd zou worden," zei ze, en ze leidde Benoîte naar een oude, vervallen kapel in het nabije Le Laus. "Ik heb aan mijn goddelijke Zoon om Le Laus gevraagd, en Hij heeft het me gegeven. Deze kerk zal ter ere van Hem en mij gebouwd worden. Hier zullen veel zondaars bekeerd worden."

    De twijfels van de Kerkambtenaren verdwenen, toen een plaatselijke vrouw haar reeds lang verlamde ledematen opnieuw kon gebruiken terwijl ze er aan het bidden was.

    In Vinay, Frankrijk bevatte het verslag van een onderzoek door een bisschop het ongelooflijke verhaal van een Calvinist, Pierre Port-Combet genaamd. Geërgerd omdat Katholieken het werk hadden onderbroken om het Feest van de Aankondiging te gedenken, bespotte Combet hen door handenarbeid te verrichten; hij snoeide een wilg op de meest opvallende plaats langs de processieroute.

    Plots bleef hij stil staan en werd hij met afschuw vervuld, toen er bloed uit de schors begon te sijpelen. De boom bloedde! Combet dacht eerst dat hij zichzelf had verwond, tot hij nog drie keer in de boom hakte en bloed uit het hout zag komen. Z’n vrouw en nog anderen waren getuige van het wonder, wat een hoogtepunt bereikte op 25 maart 1656, toen Combet een dame zag, gekleed in wit en met een blauwe mantel en een dunne zwarte sluier die een deel van haar gezicht verborg. Ze waarschuwde hem dat hij spoedig zou sterven en de kans liep dat hij naar de hel zou gaan, maar hij bekeerde zich voor z’n dood.

    Bron: Michael Brown

    Vertaling: Mario Lossie

    7. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 111]

    Hoofdstuk 6: Tussen Genève, Parijs en Rome

    Naar Konstantinopel

    De ‘wil tot eenheid’ en de ‘vredelievende houding’ die Broeder Roger in ‘het hart van de roeping van Taizé wou terugvinden’ vond een praktische invulling in een concreet en betekenisvol initiatief, nog een! In december 1961 stierf Moeder Geneviève, stichteres van de Gemeenschap van Grandchamp. Vele Broeders van Taizé woonden de uitvaart bij op 11 december in de collegiale kerk van Neufchâtel, de historische hoofdplaats van het Zwitserse protestantisme.

    Voor de dienst vroeg de prior van Taizé aan dominee Cand die voor zou gaan om te bidden voor de katholieke en orthodoxe overheden, met het gedacht dat dit overeenstemde met de oecumenische geest van de stichteres van Grandchamp. Dominee Cand aanvaardde en haalde de orthodoxe patriarchen, paus Johannes XXIII, de bisschoppen van Fribourg en Autun aan. ‘Broeder Roger straalde van geluk’ schreef een aanwezige katholieke priester die het feit ‘ongehoord’ noemde.

    De dood van de stichteres van Grandchamp viel samen met het verschijnen van de "Office de Taizé." De tot dan in Taizé gebruikte "Office de l’Eglise universelle" was ontstaan uit de samenwerking van de groep ‘Kerk en liturgie’ met de Gemeenschap van Grandchamp, zoals eerder vermeld. Sinds jaren wilden Broeder Roger en Max Thurian er een nieuwe versie van opstellen om ‘zich aan te sluiten bij de Bijbelse en liturgische traditie van de Kerk’ en tegelijk om de zorg voor een aangepast gebed te hebben.

    "Office de Taizé," in 1961 uitgegeven werd warm onthaald door bekende namen van de katholieke pers. Pater Gelineau, een oude vriend van Taizé, oordeelde dat het ging om een ‘soort brevier’ waarin de ‘vier basiselementen van de christelijke cultus [lezing uit het Evangelie, psalmodie, gezamenlijk en boetegebed] vervat waren’. Ook pater Congar beschouwde het Office de Taizé als ‘een soort brevier’: "Tal van teksten zijn geleend uit de liturgische traditie die we goed kennen door ze dagelijks te gebruiken," maar in het Frans vertaald.

    Enkele weken na het verschijnen van dit nieuwe Office ontmoetten Broeder Roger en Max Thurian voor de eerste keer de patriarch van Konstantinopel, Mgr. Athenagoras. Zonder het evenbeeld te zijn van de paus voor de katholieken had de oecumenische patriarch van Konstantinopel een herkende voorrang op de andere patriarchen. Sinds 1948 in functie, had Athenagoras de verklaringen, bezoeken en initiatieven vermenigvuldigd om de verzoening van de orthodoxe Kerken met de aan hem niet onderworpen Kerken te bevorderen, en was welwillend gestemd tegenover de katholieke Kerk. In de loop van zijn verklaringen zette hij een visie over de eenheid van de christenen op die meestal strookte met deze van de prior van Taizé. De patriarch Athenagoras maakte een onderscheid tussen ‘eenheid’ in gebed en naastenliefde die onmiddellijk mogelijk was en de ‘dogmatische eenheid’ die alleen maar veraf kan zijn. "De discussies," zei hij, "over dogma’s moeten we aan bekwame theologen en specialisten overlaten, anders zullen dergelijke discussies de eenheid vertragen in plaats van bevorderen."

    Toen Broeder Roger in februari 1962 met Max Thurian naar Istanboel ging ontdekte hij een orthodoxe leider die, zoals hij, vol vuur de eenheid van de christenen betrachtte en in wie hij later ‘een profeet zoals Johannes XXIII’ herkende.

    In deze overheersende moslimstad kromp de christelijke gemeenschap jaar na jaar en leefde deze in de nagedachtenis van de vervolgingen die niet hadden opgehouden sinds het Ottomaans keizerrijk. Broeder Roger herinnerde zich: "De patriarch wenste dat we samen met de wagen een bedevaart rond Istanboel maakten. Telkens de wagen op een plaats kwam waar een christen de marteldood was gestorven deed hij vertragen of stoppen. We maakten een kruisteken en reden verder." De prior had meerdere gesprekken met Athenagoras: "Zes dagen lang verbleven we bij hem, deelden zijn maaltijd met hem, spraken vrijuit, namen deel aan de gebeurtenissen die hij beleefde, zetten de gesprekken verder." Op een dag toen ik in het bijzijn van de bisschoppen die zijn gevolg uitmaakten aan de patriarch uitlegde dat Johannes XXIII niet altijd kan doen wat hij wou antwoordde hij: "Hij doet niet al wat hij wil? Dan bemin ik hem nog meer."

    Vertaling: Broeder Joseph

    8. Jezus' tijdgenoten [aflevering 51]

    Woordenboek: Letter D

    Drusilla II

    Livia, echtgenote van de princeps

    Na de zelfmoord van Marcus Antonius na de slag bij Actium in 31 v. Chr., kende Octavianus praktisch geen weerstand meer tegen zijn steeds meer toegenomen macht, die hij zou consolideren als princeps, nadat de Senaat hem de eretitel Augustus had toegekend. Als feitelijk alleenheerser zou hij altijd Livia aan zijn zijde hebben om hem bij te staan in raad en daad. Samen vormden zij het rolmodel voor Romeinse huisgezinnen. Ondanks zijn macht en rijkdom, bleef Augustus en zijn familie een sobere levensstijl aanhouden in hun huis op de Palatijn. Ze vormde als het ware een voorbeeld van de "mos maiorum" [voorouderlijke zeden]. Livia zou het rolmodel worden voor de adellijke matrona. Zij droeg noch buitensporige juwelen, noch pretentieuze kostuums, zij zorgde voor het huisgezin en haar echtgenoot [dikwijls zijn kleren zelf makend] en zij lette niet op zijn beruchte slippertjes, als immer trouwe en toegewijde echtgenote.

    In 35 v. Chr. verleende Octavianus zijn zus Octavia Thurina minor samen met Livia de ongekende eer om vrijgesteld te zijn van de "tutela" [voogdij] van hun echtgenoot, de "sacrosanctitas" [schendeloosheid] van een tribunus plebis en wijdde standbeelden aan hen op publieke plaatsen. Dit laatste zou haar opnieuw worden verleend in 9 v.Chr. bij de dood van haar zoon Drusus, samen met het "ius trium liberorum" [recht van drie kinderen, d.i. een voorrecht voor moeders van drie kinderen], waardoor ze haar eigen financiën kon beheren. Zij had haar eigen kring van clientes en bracht vele protegés tot politieke ambten, waaronder de grootvader van Otho en Galba zelf!

    In 7 v. Chr. werd ter hare ere de porticus liviae [begonnen door Augustus in 15 v. Chr. op de plaats waar vroeger het huis van Vedius Pollio stond] ingewijd. Deze porticus moest het Romeinse ideaal van soberheid voorstellen en stond open voor het publiek. Binnenin bevond zich de "aedes Concordiae," waarvan het altaar duidelijk aangaf dat het door Livia volledig uit eigen zak was betaald. Aldus droeg Livia haar steentje bij aan het in stand houden van de Augusteïsche ideologie.

    Vertaling: Broeder Joseph

    9. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 66]

    Het wonder van Avignon, Frankrijk [1433]

    In het jaar 1433 stegen de rivieren buiten hun oevers door hevige regenval en overstroomde de hele stad. Op 29 november bedreigde het water de kapel van de Grijze Boetelingen. De regenval was zo ernstig dat de hoofden van de het broederschap bang waren dat het Heilig Sacrament aangetast zou worden door het stijgende water. Om deze schennis te voorkomen besloten zo om het Sacrament in veiligheid te brengen.

    Na een boot te hebben geregeld, vaarden sommige leden over de overstroomde straten naar de kapel. Toen ze deur opende zagen ze, tot hun verbazing, dat het water dat zich in de kapel bevond zich had gesplitst, op een zelfde manier als het water van de Rode Zee ooit zichzelf spleet in de tijd van Mozes. Voor hun stond het water aan de rechter en linker kant langs de muren, tot een hoogte van ruim een meter. Er was een droge doorgang naar het altaar. Twee getuigen vielen op hun knieën uit eerbied voor het wonder, de rest haastte zich om het nieuws bekend te maken.

    Een uitreksel van de documenten van het kapel over dit wonder gaat als volgt: "Groot was het wonder in de kapel toen het water binnenliep in 1433. Op maandag 29 november begon het water heel erg te stijgen. Het water stroomde in de kapel zo hoog als het hoofdaltaar. Onder het altaar bevonden zich alle papieren documenten en perkamenten, en ook de gewaden, doeken en relieken waren daar. Niets van dat alles is ook maar lichtelijk vochtig geworden. Ook de volgende dag, dinsdag bleef het water stijgen, woensdag begon het water pas te bedaren..."

    10. Recente heiligenlevens

    Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

    Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

    Het koppel had twaalf kinderen, maar vijf ervan stierven tijdens de kinderjaren. Praxedes werd als vierde geboren. Toen Praxedes twintig maanden oud was en nog steeds niet kon stappen, gebeurde er iets eigenaardigs. Vermits haar jongere broer ook nog klein was, nam de moeder, die haar handen meer dan vol had omdat ze twee kinderen moest dragen, haar toevlucht tot de H. Rita van Cascia. Terwijl ze een Mis die aan de heilige werd opgedragen bijwoonde, vroeg Amalia de heilige om haar tussenkomst in de zaak. Toen ze terug thuis kwam was Amalia opgelucht en heel tevreden, toen ze Praxedes met open armen naar haar toe zag komen lopen. Het plotselinge antwoord op haar gebed werd door de buren als een mirakel beschouwd. Tijdens haar leven was de H. Rita één van de favoriete heiligen van Praxedes.

    Praxedes’ leven van liefdadigheid begon toen ze vier of vijf jaar oud was, toen er bij haar thuis een arme man op de deur klopte en om iets te eten vroeg. Praxedes rende naar de keuken, nam een mes, en sneed een boterham van het brood, die echter helemaal in stukken was. De arme man was desondanks tevreden.

    Ismaël, Praxedes’ broer, vertelde later: "Haar godsdienstige neigingen werden op heel prille leeftijd wakker." Haar grootste vreugde tijdens haar kindertijd, was het bidden van de Rozenkrans met het ganse gezin. Haar zus Celestina getuigde: "Ik weet dat Praxedes de vurigste was om de Rozenkrans te bidden. Ze was ook een gehoorzaam kind, stelde nooit in vraag wat men haar opdroeg, en was steeds vlug om anderen te helpen. Ze begon op vroege leeftijd ook een aanleg voor het huishouden te tonen; ze hielp haar moeder in het huis en zorgde voor haar jongere broers en zussen.

    Bron: Joan Carroll Cruz

    Vertaling: Mario Lossie

    11. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 57]

    Aan haar broer Pierre

    Nevers, 23 mei 1872

    Mijn lief broertje,

    Met groot genoegen heb ik vernomen dat jou het onschatbare geluk ten deel gaat vallen op 19 juni je eerste communie te doen. Het is vanzelfsprekend, mijn lief broertje, dat vanaf dan je hart, je geest, je ziel slechts nog met een enkele gedachte bezig moeten zijn, namelijk je hart tot verblijfplaats van God te maken. Jazeker, de goede Verlosser moet voortdurend in jouw gedachten aanwezig zijn en je moet hem vragen zelf zijn verblijf voor te bereiden zodat hij niets tekortkomt bij zijn komst. Nu al benijden de engelen je geluk: zij bezitten de driemaal heilige God, zij bezingen zijn lof onafgebroken, maar anders dan wij kunnen zij hem niet ontvangen. Welk een goedheid van Jezus neer te dalen en zich aan ons te geven en van ons arme hart zijn verblijfplaats te maken. Roep de Heilige Maagd veelvuldig aan, mijn lief vriendje, opdat zij jou alle genade verleent die je nodig hebt om deze grote gebeurtenis te volbrengen. Heel de communiteit bidt voor jou en je kameraden. Wij vragen vooral dat jullie sterke en ijverige christenen mogen worden, dat jullie de goede God mogen beminnen met heel jullie hart, en vooral dat de goede Jezus jullie grote afkeer inboezemt van al het kwade, of wat hem ook maar in het minste mishaagt. Ik vraag de Zeer Eerwaarde Pater Prefect van orde mijn diep respect welwillend te aanvaarden als ook mijn dank voor zijn bereidheid mij over jou te berichten en me op de hoogte te stellen van de dag van je eerste communie, hetgeen mij veel vreugde heeft gebracht. Ik herinner me juffrouw Josephine Cazenave heel goed. Ik ben zeer verheugd te vernemen dat zij religieuze wordt. Ik vraag haar, als vriendin, of ze zo nu en dan aan mij wil denken in haar dringende gebeden. Lieve kleine vriend, vergeet niet mijn diepe respect te betuigen aan je beminde en gewaardeerde Leraar, en me in zijn dringende gebeden aan te bevelen, evenals in die van heel de communiteit van Garaison. Ik dank je, mijn lieve kleine broer, voor het deel dat je me wil geven in de verdeling van je gebeden, en die van je kameraden. Vergeet de zielen niet van onze arme overleden ouders. Vaarwel, mijn lieve kleine broer, ik omhels je allerinnigst, en ik ontmoet je bij de Heilige Harten van Jezus en Maria,

    Zuster Marie-Bernard Soubirous

    12. Ongeschonden Lichamen: Clara van Assisi [1193/94-1253]

    Aan Agnes van Praag

    31. Ik zal komen en het niet nalaten tot Gij mij binnenvoert in het wijnhuis [vgl.Hoogl.2,4].
    32. tot uw linkerarm rust onder mijn hoofd en uw rechterarm mij gelukkig omhelst [vgl.Hoogl.2,6; 8,3], en Gij mij kust met de gelukkigste kus van uw mond' [vgl. Hoogl.1,1].
    33. Jij die in deze aanschouwing geplaatst bent, denk aan mij, je kleine arme moeder.
    34. en weet dat ik de lieve herinnering aan jou onuitwisbaar in mijn hart geschreven heb, want ik heb je boven allen lief [vgl.II Kor. 3,3]
    36. Wat zal ik nog meer zeggen? Laat in mijn liefde voor jou de taal van het vlees zwijgen. Dit zegt en spreekt de taal van de Geest. O gezegende dochter, de taal van het vlees is immers niet in staat ten volle de liefde uit te drukken, die ik voor je heb. In de taal van het vlees heb ik dit slechts ten halve kunnen schrijven.
    37. Ik vraag je, dat je deze brief welwillend en met toewijding aanneemt en daarin vooral de moederlijke genegenheid opmerkt, waardoor ik iedere dag met het vuur van de liefde voor jou en je dochters vervuld word. Beveel mij en mijn dochters in Christus van harte aan bij je dochters.
    38. Ook mijn dochters zelf even vooral de zeer wijze maagd, onze zuster Agnes, bevelen zich bij jou en je dochters in de Heer aan, zoveel zij kunnen.
    39. Vaarwel, liefste dochter, met je dochters, tot voor de troon van de heerlijkheid van de grote God, en bid voor ons.
    40. De brengers van deze brief, onze geliefde broeders Amatus, bemind bij God en bij de mensen, en Bonagura beveel ik bij deze, zoveel ik kan, in je liefde aan. Amen.

    13. Bartholomeüs Holzhauser: 14 profetieën

    Profetie 13

    Wanneer alles is verwoest door oorlog, wanneer Katholieken hard worden onderdrukt door verraderlijke en overdreven godsdienstijveraars en verkondigers van dwaalleren, wanneer de Kerk en haar dienaars worden ontzegd van hun rechten, wanneer koninkrijken zijn omvergeworpen en hun heersers zijn omgebracht, dan zal de hand van God een wonderbaarlijke verandering tewerkstellen, iets wat onmogelijk lijkt volgens het normale menselijke denken.

    Vertaling: Chris De Bodt


    26-05-2010
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.26 mei 2010
    26 mei 2010

    1. Medjugorje: De Onderzoekscommissies
    [aflevering 20/36]

    Sedert het begin van de verschijningen zijn er rond Medjugorje een aantal officiële kerkelijke onderzoeken geweest. Voor de lezer wordt het echter moeilijker om moeilijker om een duidelijk inzicht te krijgen hoe alles, in verband hiermee, tot hiertoe is verlopen. Daarom dit overzicht. Hoewel de hoofdrolspelers in Medjugorje uiteraard Onze Lieve Vrouw en de zieners zijn, spelen de Commissies die zijn ingesteld door de Kerkelijke overheden een heel belangrijke rol. Daarom dit overzicht.

    Bisschop Ratko Peric

    Fr. Komadina: Onlangs nog werd een verklaring van Bishop Zanic verkeerd voorgesteld in de uitgave Glas Mira [pro-Medjugorje] van maart 1993: "Alles wijst erop dat de kinderen niet liegen, maar de moeilijkste vragen blijven: waren de bovennatuurlijke gebeurtenissen met de zieners subjectief?" Glas Mira suggereerde hiermee niet alleen dat deze verklaring pas recentelijk door Bisschop Zanic was vrijgegeven, en vermeldde er ook niet bij dat deze woorden in feite van twaalf jaar eerder dateerden, namelijk van tijdens de eerste maanden van de gebeurtenissen.
    Mgr. Peric: Misschien is het geven van verkeerde informatie een ander Medjugorje fenomeen. Maar laat ons terugkomen op Bisschop Zanic. De hele zaak had zodanig zijn interesse opgewekt dat hijzelf de zieners begon te ondervragen en de gebeurtenissen van Medjugorje van heel nabij volgde. Welke Bisschop zou er niet om verheugd zijn dat de Heilige Maagd Maria in zijn bisdom verschijnt? Vooral Mgr. Zanic, die Maria erg genegen was en die als priester en bisschop elf bedevaarten had gedaan naar verschillende Maria-oorden over heel Europa: Lourdes, Fatima, Syracuse, enz... en dan schenkt Maria hem de genade met een verschijning in zijn eigen achtertuin, alsof Zij hiermee een einde wou maken aan al zijn zwerftochten over geheel Europa!

    Maar na een aantal maanden, toen hij van de zienertjes allerlei kleine tot grote leugens, onoprechtheden, onjuistheden en in elkaar gestoken verhalen kreeg te horen, raakte hij er volledig van overtuigd dat het geen aangelegenheid was van een bovennatuurlijke verschijning van de Gospa. Hierop begon hij de waarheid te zeggen door de leugens naar buiten te brengen. De grootste voldoening van zijn tien jaren hard werken kwam er toen de Bisschoppen van Joegoslavië tijdens hun ontmoeting in de lente te Zadar, op 10 april 1991, plichtsgetrouw verklaarden: "Op basis van de onderzoeken kan er niet worden bevestigd dat er bovennatuurlijke gebeurtenissen en onthullingen gebeuren." Dit is een uitzonderlijk duidelijke geestelijke beslissing en een weerlegging van de beweringen van al diegenen die zeggen dat de ze overal en op elk mogelijk moment de Gospa zien, sinds 1981.

    Het verdict van de Bisschoppelijke Conferentie is voor mij een gezaghebbend, ontvankelijk en bindend voorschrift, tenzij er een nieuw verdict zou komen. Maar tot nu is er geen andere [geestelijk] oordeel gekomen. In dezelfde verklaring meldden de bisschoppen dat er een "noodzakelijke gezonde verering tot de Heilige Maagd, overeenkomstig de onderrichten van de Katholieke Kerk, moet zijn." Ze publiceerden dan ook een aantal richtlijnen in verband hiermee. De Commissie beloofde ook om de gebeurtenissen te Medjugorje op te volgen en te onderzoeken. Ik weet dat er nog een ontmoeting was in Mostar, in juni 1991, waar er geen documenten werden vrijgegeven en hierna begon in de herfst van 1991 de Servische agressie in de Kroatische gebieden van Oostelijk Herzegovina. In de lente van 1992 breidde dit zich uit tot geheel Bosnië en Herzegovina. Zo werd het uiteraard onmogelijk voor de Commissie om elkaar nog verder te zien.

    2. Noord-Korea brengt leger in staat van paraatheid

    De Noord-Koreaanse leider Kim Jong Il heeft het leger in staat van paraatheid gebracht na de verklaring van Zuid-Korea dat het land "de prijs zal betalen" voor het zinken van een Zuid-Koreaans oorlogsschip. Pyongyang ontkent elke betrokken bij de torpedering van het schip.

    Zuid-Korea houdt Noord-Korea verantwoordelijk voor de torpedering van hun oorlogsschip de Cheonan op 26 maart. Daarbij vielen 46 doden. De Noord-Koreaanse leider verklaarde dat het land geen oorlog wenst, maar dat ze elke aanval van Zuid-Korea zullen beantwoorden.


    De streng bewaakte grens tussen de beide Korea's

    De Zuid-Koreaanse president Lee Myung Bak laat vandaag weten dat het land alle handel met de noorderburen zal stopzetten. Daarnaast gaat het aan de VN-Veiligheidsraad vragen om sancties te treffen tegen Noord-Korea. Een vraag die gesteund wordt door de Verenigde Staten.

    3. A.C. Emmerich: Het bitter lijden van Onze Heer Jezus Christus. [Aflevering 163]

    Hoofdstuk 5. Herodes en Pilatus

    De doornkroning en de bespotting van Jezus

    Toen het visioen van de Bittere Passie verder ging, werd Anna Catharina zwaar ziek. Zij kreeg hevige koorts en leed zo’n dorst dat haar tong, krampachtig ingetrokken, als verdord was. ’s Ochtend na de dag van "laetare" was zij zo uitgeput, zo ellendig, dat zij slechts met moeite en zonder juiste orde de volgende bijzonderheden vermocht mee te delen. Haar verklaring luidde daarbij dat zij, in de toestand waarin zij zich bevond, onmogelijk al de mishandelingen die Jezus tijdens zijn "Kroning" onderging, kon navertellen, waar alles haar dan opnieuw voor de ogen kwam te staan.

    Terwijl Christus gegeseld werd, sprak Pilatus nog herhaaldelijk met het volk en éénmaal zelf riep de Joden: "Hij moet verdwijnen, al zou dit ook onze ondergang betekenen!" Toen Jezus naar Zijn Kroning werd gevoerd, schreeuwden zij opnieuw: "Weg met Hem! Weg!" Want er kwamen altijd nieuwe drommen Joden bij, die door de afgevaardigden van de opperpriesters werden bewerkt om hier dit geschreeuw aan te heffen.

    Er ontstond nu een korte pauze. Pilatus hield besprekingen met zijn soldaten. De opperpriesters en de raadslieden, die op de hoge banken aan beide zijden van de weg naar Pilatus’ terras onder de bomen, ofwel onder uitgespannen tentdoeken zaten, lieten zich spijs en drank brengen door haar dienaars. Ik zag thans ook weer Pilatus, zeldzaam verward in zijn bijgeloof, helemaal alleen wierook offeren aan zijn goden en zich bezighouden met allerlei wichelarij.

    4. Biografie Heilige Jean-Marie Vianney [Aflevering 163]

    Preken

    Wilt ge gelukkig zijn in uw leven, broeders? Wilt ge dat de goede God uw gezin en uw zaken zegent? Vermijd dan het vloeken en de lichtwaardige eed en ge zult zien dat het u goed begint te gaan. God zegt dat het huis waar de vloek regeert, door de hand des Heren getroffen en verwoest zal worden? Hoe slecht beseffen we wat we eigenlijk doen! Eenmaal zullen we het beseffen, zeker, maar te laat!

    Er bestaat nog een tweede, slechtere vorm van vloeken en zweren. Ik bedoel de vloek of de eed waaraan een verwensing wordt toegevoegd. Om te sidderen, broeders, als ge dat soms aanhoort: "Ik zeg je dat het waar is, anders mag ik op staande voet blind worden..." Ach ongelukkige, riskeert ge zo gemakkelijk het verlies van uw ogen? "Ik verwed er mijn plaats in de hemel om! God moge mij verdoemen! Of: de duivel mag mij halen als ik lieg..." De duivel zal u toch wel halen vriend, ge hoeft het hem heus niet zo lang van tevoren te vragen. Hoeveel Christenen zijn er niet, die altijd de duivel op hun lippen hebben bij het minste of het geringste dat hen tegenvalt: "Duivel van een plaag! Duivel van een dier! Verduivelde rommel!" Ik ben er wel bang voor broeders, dat zulke christenen de duivel niet alleen op hun lippen hebben, maar ook in hun hart.

    Dan is er nog een soort vloeken en verwensingen waar men nauwelijks bij stilstaat. Dat zijn de vloeken die men uitspreekt in zijn binnenste. Velen menen dat ze daar geen kwaad mee doen. Maar ge vergist u, broeders. Wanneer iemand u benadeeld heeft op uw akker of elders, maakt ge u schuldig aan groot kwaad, als ge bijvoorbeeld bij uzelf denkt: "Ik wou dat de duivel hem meegenomen had ... de bliksem had hem moeten treffen ... Laten zij zich ziek eten aan die rapen of die aardappels! Dagenlang loopt ge met dergelijke gedachten rond en ge waant u onschuldig, omdat ge ze niet in woorden uitdrukt. Maar het is doodzonde, ge moet het biechten, anders gaat ge verloren. Hoe weinigen van ons kennen helaas de ware gesteldheid van hun ziel zoals de goede God haar kent!

    Nog schuldiger echter maken zich degenen die niet alleen op de waarheid, maar ook op de leugen een eed afleggen. Als ge zoudt kunnen begrijpen hoe diep uw boosheid de goede God beledigt, zoudt ge nooit meer durven zweren. Ge gedraagt u tegenover de goede God zoals een slaaf die tot zijn koning zegt: "Sire, u moet voor mij als valse getuige optreden."

    Is dat niet verbijsterend broeders? De goede God zegt ons in de Heilige Schrift: "Wees Heilig, omdat Ik Heilig ben. Lieg niet, bedrieg uw evennaaste niet, leg geen meineed af door de Heer, uw God, tot getuige te nemen voor een leugen en ontheilig de naam des Heren niet." Sint Johannes Chrystostomus zegt ons: "Indien het al zo’n grote misdaad is om de waarheid te bezweren, hoeveel groter moet dan de misdaad zijn van degene die een leugenachtige eed aflegt?" De Heilige Geest zegt ons dat degene die leugens verkondigt, ten onder zal gaan. De profeet Zacharias verzekert ons dat de vloek des Heren het huis zal treffen van degene die zich aan een meineed bezondigt, en dat hij op dat huis zal blijven rusten tot het ingestort en verwoest zal zijn. Volgens Sint Augustinus is de meineed gelijk aan een wild dier dat een ontstellende schade aanricht.

    Vertaling: Chris De Bodt

    5. Nicky Eltz en Maria Simma: Get us out of here!! [Aflevering 163]

    Hoofdstuk 23. Dood

    Nicky: Bij het bijwonen van iemands dood, zijn er enige tekenen waaraan we kunnen weten dat deze persoon recht naar de Hemel is gegaan?
    Maria: Misschien, maar ook deze tekenen vertellen niet steeds het hele verhaal. Wat zeker is, dat, wanneer een persoon een uiterst angstige, verbolgen en soms gewelddadige dood sterft, het vrijwel zeker is dat ze veel zullen moeten lijden, als ze al niet volledig verloren zijn. Maar ook hier moeten we voorzichtig zijn, omdat zelfs grote Heiligen, zoals bijvoorbeeld Pater Pio, zelfs een vredevolle en zelfs vreugdevolle dood stierf, maar toch nog een korte tijd in het Vagevuur moest verblijven. Vredevolle overlijdens zijn mooi en leiden tot schoonheid, en vreselijke overlijdens zijn akelig en brengen veel lijden met zich mee, maar het is steeds riskant om hier te gaan gissen.

    Nicky: Geeft God op een bijzondere wijze een antwoord als een persoon zijn leven geeft voor een ander?
    Maria: De Arme Zielen hebben mij verteld dat sterven voor iemand anders, zowel in diens plaats als bij een reddingspoging, steeds een heilige dood is. Dit betekent dat zo’n daad veel wegwist dat anders nog zou moeten ingeboet worden.

    Een twintigtal jaren geleden kende ik een jongeman die niet echt de faam had erg vroom te zijn. Ik kende hem omdat zijn familie buren waren. Maar een heel sterke en goede karaktertrek die hij had was dat hij steeds aandrong om anderen te helpen. En toen, op een zekere strenge winterdag, hoorde hij schreeuwen om hulp buiten en rende hij naar buiten. Zijn moeder probeerde hem te overtuigen om te blijven, omdat hij het steeds was die de risico’s voor een ander nam. Deze keer wou ze dat iemand anders ter hulp snelde. Maar ze kon hem niet stoppen en hij spurtte naar de deur. Maar van zodra hij buiten was, kwam er een lawine van poedersneeuw naar beneden en sleurde hem mee. De volgende dag werd hij dood teruggevonden.

    Hierop zeiden de andere jongens: "zo’n dood wenste niemand hem."
    "Wat bedoelt u hier mee?" vroeg ik hen.
    "U bent niet op de hoogte van zijn volledige levensstijl."

    Ik antwoordde: "U mag nog zo bezorgd zijn als u wil, maar een sterven voor iemand anders sluit elke mogelijkheid uit dat hij verloren is, want het is altijd een heilige dood."

    Amper een paar dagen later, verscheen hij aan mij en zei dat hij slechts drie Missen nodig had om te worden bevrijd. Ik was nog steeds verbaasd en hij zei: "Ja, omdat ik geprobeerd heb om anderen te redden. God heeft voor de rest gezorgd." Waarop hij nog het volgende aan toevoegde: "Indien dit niet gebeurd was, zou ik nooit de kans meer hebben gehad om zo vreugdevol te mogen sterven."

    Bron: Nicky Eltz

    Vertaling: Chris De Bodt

    6. Fatima's in Lucia's eigen woorden: Hoofdstuk 2. Lucia's kinderjaren [aflevering 7]

    De grote Dag

    Eens men begonnen was met de Missa Cantata en het grote moment nabij kwam, begon mijn hart harder om harder te kloppen, in afwachting van het bezoek van de Grote God die zou neerdalen uit de Hemel om Zich met mij te verenigen. De parochiepriester kwam naar beneden en ging door de rijen van de kinderen en verdeelde het Brood der Engelen.

    Ik had het geluk dit als eerste te mogen ontvangen. Terwijl de priester van de altaartreden kwam, was het of mijn hart uit mijn borst zou springen. Maar van zodra hij de Goddelijke Hostie op mijn tong had gelegd voelde ik een onveranderlijke sereniteit en vrede. Ik voelde mezelf in een bad van zo’n bovennatuurlijke atmosfeer dat de tegenwoordigheid van Onze Lieve Hier mij zo ontvankelijk en klaar als mogelijk was, alsof ik Hemzelf gehoord en gezien had met alle mijn lichamelijke zinnen. Toen richtte ik mijn gebed tot Hem: "O Heer, maak van mij een heilige. Houdt mijn hart steeds rein, voor U alleen." Toen leek het of de Heer de volgende woorden in de diepten van mijn hart plaatste: "De genade die aan u op deze dag wordt verleend zal levend in uw ziel verblijven en de vruchten voortbrengen van het eeuwige leven." Het voelde aan alsof ik getransformeerd was tot God.

    Het was bijna 13 uur wanneer de plechtigheid beëindigd was, vanwege een aantal priesters die laattijdig waren, omdat ze van ver moesten komen, de preek en de hernieuwing van de doopbeloften. Mijn moeder kwam mij nogal verstrooid halen, omdat ze vreesde dat ik van zwakte ging flauwvallen. Maar overvloeid door het Brood der Engelen kon ik geen enkel voedsel meer tot mij nemen. Hierna verloor ik de smaak en de aantrekking voor de dingen van de wereld en voelde mij nog enkel thuis in een afgezonderde plaats, waar ik, helemaal alleen, het genoegen van mijn Eerste Heilige Communie weer kon oproepen.

    Vertaling: Chris De Bodt

    7. Jean de Florette [2/13]

    In 1986 maakte regisseur Claude Berri zijn verfilming van het tweeluik "Jean de Florette/Manon des Sources," van befaamd auteur Marcel Pagnol. Twee films die niet van elkaar kunnen gescheiden worden, die samen één verhaal vertellen, maar die met enkele maanden tussentijd werden uitgebracht aan het einde van ’86 en het begin van ’87. De neiging blijft evenwel bestaan om Berri’s films als twee afzonderlijke prenten te blijven beschouwen, omdat een tijdssprong tussen de twee delen eerder het gevoel geeft dat het hier twee verschillende verhalen betreft. Niet dus.

    Hoe het ook zij, beide films zijn ondertussen bekend geraakt als klassiekers van de Franse cinema. Jean de Florette [Gérard Depardieu], een gebochelde onderwijzer uit de grote stad komt, samen met zijn vrouw en jong dochtertje, naar de Provence om er zijn geluk te beproeven als boer. Hij heeft moderne ideeën over de landbouw en een stapel boeken bij zich. Doordat de Soubeyrans, een rijke herenboer [Yves Montand] en zijn lichtelijk achtergebleven neef Ugolin [Daniel Auteui], stiekem de waterbron hebben dichtgemetseld mislukt zijn plan op dramatische wijze.. ‘Jean de Florette’ is, zeker samen gezien met z’n tweede deel, een prachtig werkstuk over de manier waarop eenvoudige hebzucht kan leiden tot de vernieling van alle vooruitgang en van nieuwe ideeën. De moraal van het verhaal is genieus prachtig in beeld gebracht. Na deze film "Jean de Florette," volgt het vervolg, "Manon des Sources."

    Dit Franse drama is uitgebracht in 1986 en staat onder regie van Claude Berri. Hoofdrolspelers zijn Yves Montand, Daniël Auteuil, Gérard Depardieu en Elizabeth Depardieu. De film duurt 120 minuten.



    8. Het Laatste Geheim. Hoofdstuk 33: Geheimen in Amerika en Europa [Aflevering 216]

    In het Belgische heiligdom La Sarte waren de genezingen overvloedig, en Paus Urbanus VIII, die normaal gezien sceptisch stond tegenover mirakels, vroeg om Maria’s hulp in Genazzano nadat hij de indrukwekkende documenten had gezien. Er waren geruchten van een verschijning in Nederland, terwijl men in Lyon Onze Lieve Vrouw van Fourvière aanriep tijdens een uitbarsting van de builenpest in 1643. "Onmiddellijk," zei een kroniekschrijver, "verdwenen alle sporen van de pest."

    Het is onmogelijk om alle mirakels te vertellen of zelfs op te sommen. Op zaterdagen of feestdagen van O.L.V. waren er onverklaarbare lichten op een heuveltje langs de Donau. In het Duitse Elend kwam een verschijning, waarvan men denkt dat het Maria was, uit de bossen en bevrijdde een kar die vast zat in de sneeuw. Men beschreef haar als "een vrouwelijke gedaante zoals de zilveren maan als ze boven de bergtoppen verschijnt ... rank als de sparrenboom ... rooskleurig als de vroege dauw."

    Op de vooravond van Allerheiligen hoorde men gedurende een paar uur in een heiligdom in Dieburg engelen, en drie jaar later verscheen Maria aan een meisje met de naam Eva in Mühlberg, een speciale tussenkomst voor Duitsland. In een heiligdom in Albendorf ontdekte men een miraculeuze bron en de stem van Maria voorspelde dat een groot prins ziek zou worden, maar zou genezen wanneer hij een klooster dat ze wenste gebouwd zou hebben. Dit gebeurde met Prins Ferdinand von Fürstenberg van Kasteel Neuhaus, die genas nadat hij haar wens had vervuld.

    In Wemding werd een Protestant genezen nadat hij voor een uit hout gesneden beeld van de Maagd had gebeden, dat later de gedaante van een echte persoon aannam, en in München zag men de ogen bewegen van een beeld van O.L.V. van Smarten , waarmee ze haar grote bezorgdheid voor het land wou uitdrukken dat door hongersnood, oorlog en plagen (en geheel volgens [Openbaring 6:8]), zijn bevolking van zeventien miljoen in 1618 tot acht miljoen tegen het midden van de jaren 1600 zag terugzakken.

    In het Zwarte Woud te Rottweil zagen in 1643 zowel Katholieken als Protestanten de kleuren van een beeld veranderen en het gezicht smart en droefheid uitdrukken, tijdens een belegering door Franse en Zweedse strijdkrachten. Tijdens de vervolging van Oliver Cromwell in Ierland, zag een priester met de naam John Turner een mooie vrouw naar de hemel opstijgen, zo’n acht kilometer van Wexford waar, zonder dat hij er weet van had, Katholieken werden afgeslacht. Men zag Maria ook tijdens de belegering van Limerick, op 17 maart 1697; duizenden mensen die aan het bidden waren voor een beeld dat van Ierland naar Györ, Hongarije was gezonden, zagen drie uur lang toe hoe het beeld tranen en bloed weende.

    Bron: Michael Brown

    Vertaling: Mario Lossie

    9. Taizé: Frère Roger Schutz, biografie [Aflevering 110]

    Hoofdstuk 6: Tussen Genève, Parijs en Rome

    Een tweede colloquium

    Op dezelfde eerbiedige toon lichtte de prior van Taizé de algemene secretaris van het COE in over het aanstaande colloquium: "Wat graag heb ik uw raad gevolgd om het colloquium in twee groepen op te splitsen" en "een groot stilzwijgen te bewaren" en we "doen alles wat mogelijk is om te pers op afstand te houden en we zullen daarin slagen. Daarbij zal ik eender welk persbericht weigeren. [...] met blijheid onderwerp ik me aan uw raad, want ik ben overtuigd dat elke gehoorzaamheid in de Kerk eenheid baart."

    Deze tweede ontmoeting verliep inderdaad over twee sessies: van 30 augustus tot 1 september en van 6 tot 8 september. Het centrale thema was: ‘Pastoraatleven en spiritualiteit van de zending’. Niets over de discussies, aantal en identiteit van de deelnemers kwam in de pers. Elf bisschoppen en tachtig dominees namen aan een van beide sessies deel. Onder hen Mgr. Marty, toenmalig bisschop van Reims, die voor het eerst naar Taizé kwam, zoals de meeste uitgenodigde bisschoppen. Later hield hij nogal nauwe banden met Broeder Roger aan en gaf toelating in 1969 om katholieke Broeders in de Gemeenschap op te nemen.

    In zijn verslag over het tweede colloquium aan kardinaal Gerlier stak de prior van Taizé zijn voldoening niet onder stoelen of banken: "Ik denk te mogen zeggen dat ons colloquium een dankzegging aan God is geweest en dat de doelstelling vervuld werd. Het heeft onder de deelnemers een katholiek bewustzijn teweeg gebracht, en hen geholpen om in de huidige situatie te ontdekken dat we niet meer verspreid en als concurrenten verder moeten. Door persoonlijke contacten werd het wederzijds mogelijk de ongekende ministeries te ontdekken door levensgetuigenissen. [...] De mis was zeker een belangrijk gebeuren. Op dit vlak kwam er een negatieve reactie: sommige deelnemers vonden het spijtig dat de bisschoppen, natuurlijk passief, het Heilig Avondmaal niet mochten bijwonen."

    Maar dit soort bijeenkomsten werd niet herhaald. Misschien had ze haar grenzen bereikt. Daar bij, en heel onverwachts, zouden Broeder Roger en Max Thurian weldra aan een veel belangrijker en langdurige bijeenkomst deelnemen: het tweede Vaticaans concilie. De tijd van plaatselijke ontmoetingen was voorbij.

    Vertaling: Broeder Joseph

    10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 50]

    Woordenboek: Letter D

    Drusilla II

    Huwelijk met Octavianus

    Nadat een algemene amnestie was afgekondigd bij de Vrede van Brundisium [39 v.Chr.], keerde Livia en haar gezin terug naar Rome, waar zij in 39 v.Chr. persoonlijk aan Octavianus werd voorgesteld. Livia had reeds een zoon, de toekomstige "princeps" Tiberius, en was zwanger van een tweede zoon [Drusus maior]. Het verhaal deed de ronde dat Octavianus onmiddellijk op haar verliefd werd, hoewel hij nog steeds met Scribonia was getrouwd. Octavianus liet zich in 39 v.Chr. scheiden van Scribonia, op dezelfde dag dat zij van zijn dochter Iulia beviel. Het lijkt erop dat rond deze tijd, toen Livia zes maanden zwanger was, Tiberius Claudius Nero door Octavianus was overtuigd of gedwongen om van Livia te scheiden.

    Op 14 januari werd Decimus Claudius Drusus geboren. Nadat het College van Pontifices [waarvan Octavianus zelf lid van was] had geoordeeld dat er geen bezwaar was tegen het huwelijk, trouwden Octavianus en Livia op 17 januari, zonder de traditionele wachttijd in acht te nemen. Door de geboorte van Drusus, kort voor het huwelijk, deden er spotversjes de ronde dat enkel de gelukzaligen kinderen krijgen in drie maanden.

    Tiberius Claudius Nero was aanwezig bij het huwelijk en gaf haar ten huwelijk "precies zoals een vader zou doen." Het belang om de patricische Claudii te winnen voor Octavianus' zaak en het politieke overleven van de Claudii Nerones zijn waarschijnlijk rationelere verklaringen voor het snelle huwelijk. Niettemin bleven Livia en Octavianus de volgende 51 jaar lang getrouwd, hoewel zij geen kinderen hadden. Zij genoot altijd de status van bevoorrechte adviseur van haar echtgenoot, pleitte bij hem ten voordele van anderen, en beïnvloedde zijn beleid.

    Vertaling: Broeder Joseph

    11. Eucharistische Mirakelen [Aflevering 65]

    Het wonder van Avignon, Frankrijk [1433]

    Nadat Lodewijk VIII, koning van Frankrijk, geslaagd was in het uitroeien van de Katharen, die naast anderen dingen, de Werkelijke aanwezigheid van Christus in de Eucharistie ontkenden, zwoor hij een publieke demonstratie te geven ter eerherstel van de heiligschennissen die deze ketters hadden begaan.

    De stad, uitgekozen voor deze reparatie, was Avignon, en de gekozen datum was 14 september 1226, op het Hoogfeest van Kruisverheffing, de dag waarop hij afstand deed van de troon. Een processie met de Heilige Eucharistie werd gepland die samen zou komen in de kapel die ter ere van het Heilige Kruis was gebouwd.

    Aan de processie nam ook de koning deel, gekleed in een boetekleed met een touw rond zijn middel en met spies in zijn hand. Bij hem was de Kardinaal Legaat en het hele gerechtshof, samen met een grote menigte gelovigen. De processie werd geleid door Bisschop Corbie, die het Hoogheilig Sacrament door de stad droeg. De verering van de koning voor de Heilige Eucharistie was zo groot, en de menigte gelovigen was zo bewogen door de eer, dat het Hoogheilig Sacrament dag en nacht uitgesteld werd voor vele dagen, totdat de bisschop besloot dat het hoogheilig Sacrament voortdurend tentoongesteld moest worden, een gebruik dat werd doorgezet door zijn opvolgers, met toestemming van de Heilige Vader.

    De ijver van de mensen leidde uiteindelijk tot een vrome broederschap, bekend als de Grijze Boetelingen. In de Heilige Kruiskapel hadden de leden het voorrecht van de voortdurende aanbidding voor meer dan 200 jaar. Aan het einde van deze tijd gebeurde er een spectaculair wonder.

    Om dit wonder beter te waarderen, bekijken we eerst de stad zelf. Avignon bevindt zich langs de Rhône, en het district buiten de stad wordt voorzien van water door de Durance en een zijrivier van de Vaucluse. Meerdere malen werd de stad geteisterd door verwoestende overstromingen.

    12. Recente heiligenlevens

    Praxedes Ferdandez, Dienares van God [1886-1936]

    Zij was een moeder van vier kinderen en een mishandelde echtgenote

    Praxedes Fernandez, die een moeilijk huwelijksleven had, was ook respectievelijk echtgenote, moeder, dienares en weduwe. Haar leven begon in het stadje Mieres, in het hart van de Asturische mijnvallei in het noordwesten van Spanje. Omringd door enorme bergen, was de vallei, en nu nog altijd, trots op haar Katholieke geloof, haar landbouwgronden en haar natuurlijke bronnen van ijzer, kwik, magnesium, zwavel en steenkool. De verschillende mijnen van de streek spelen een belangrijke rol in het leven van deze heilige vrouw. Haar vader, Don Celestino Fernandez, en de meesten van zijn familie, werkten in deze mijnen maar hij had nog andere bronnen van inkomsten. Hij was een succesvol mijningenieur en was landeigenaar; land dat hij gebruikte voor de productie van hout. Hij was een heel goede Christen, en zijn voornaamste deugd was liefdadigheid. Hij droeg niet alleen zijn steentje bij in de noden van de armen, maar zijn buren deden ook beroep op hem om beslissingen te nemen m.b.t. moeilijkheden in de buurt, en zelfs om de vrede te herstellen bij gezinsruzies.

    De moeder van Praxedes was Amalia Garcia Suarez, die heel goed en gul was voor de armen. Ze was heel spaarzaam in het huishouden en was een harde werkster die steeds bezig was. Net zoals haar echtgenoot, was ze heel gelovig. Ze namen beiden regelmatig deel aan de ontvangst van de sacramenten, en leidden gezinsgebeden. Kortom, ze leken de geschikte ouders voor een toekomstige heilige.

    Bron: Joan Carroll Cruz

    Vertaling: Mario Lossie

    13. Onze Lieve Vrouw van Lourdes: Brieven van Bernadette [Aflevering 55]

    Aan haar broer Pierre

    Nevers, [later dan maart] 1887

    Mijn lieve kleine Pierre,

    Ik was heel blij met jouw briefje, vooral je goede voornemens bevielen me. Je lijkt vervuld van goede wil om je dierbare en waarde onderwijzer tevreden te stellen; blijf doorgaan, mijn lief vriendje, met die prijzenswaardige inspanningen om zijn zorg en vaderlijke aandacht te beantwoorden; de Goede God zal je zegenen. Je zult ook mij troost geven, als je [zoals je zelf zo mooi schrijft] vroom, gehoorzaam en toegewijd blijft en je aan je plichten houdt. Daarvoor bid ik elke dag voor jou tot Onze-Lieve-Heer en de Heilige Maagd. Je bent ongetwijfeld zeer bedroefd geweest om het verlies van onze zeer beminde Vader, die ons zo plotseling ontnomen is. Je hebt hem gelukkig nog enkele dagen voor zijn dood mogen zien: welk een troost voor jou en onze arme Vader! [...] Ik heb de goede God ervoor bedankt. Laten we hem ook danken dat hij heeft toegestaan dat deze dierbare overledene de laatste sacramenten kon ontvangen. Laten we veel bidden, mijn kleine lieve Pierre, voor de rust van zijn ziel, voor die van onze arme Moeder en van onze lieve tante Lucile, die de goede God ook tot zich geroepen heeft. Vergeet onze goede zus Marie niet in je gebeden, die moed nodig heeft en gezondheid voor het verzorgen van haar jongen. Haar moederhart heeft geleden onder het verlies van haar kleine Bernadette. Ik heb al lang niets meer gehoord van Jean-Marie; ik neem me voor hem te schrijven.

    Vaarwel, mijn kleine lieve Pierre, breng mijn diepe respect over aan de overste, door mij in zijn dringende gebeden aan te bevelen. Ik omhels je zeer innig, mijn lief vriendje,

    Je toegewijde zus

    14. Ongeschonden Lichamen: Clara van Assisi [1193/94-1253]

    Aan Agnes van Praag

    21. De Koning van de engelen, de Heer van hemel en aarde, [vgl.Mt.11,25] wordt in een kribbe neergelegd [vgl.Lc.2,7].
    22. Beschouw in het midden van de spiegel de nederigheid, vooral de zalige armoede, de ontelbare inspanningen en het vele lijden, dat Hij gedragen heeft voor de verlossing van het menselijk geslacht.
    23. Aanschouw het einde van diezelfde spiegel de onuisprekelijke liefde, waardoor Hij aan het kruishout heeft willen lijden, en daaraan de meest schandelijke dood heeft willen sterven.
    24. Daarom vermaande deze spiegel zelf, op het kruishout geplaatst, de voorbijgangers dit te beschouwen:
    25. 'O gij allen, die langs de weg voorbijgaat, kijk met aandacht en zie of er een smart is zoals mijn smart' [Kl.1,12]
    26. Laten wij, zoals Hij het zelf zegt, Hem die roept en weeklaagt eenstemmig en eensgezind antwoorden: 'Altijd zal ik hieraan denken en mijn ziel zal in mij wegkwijnen' [Kl.3,20, via ontlediging tot liefde]
    27. Daarom, o koningin van de hemelse Koning, laat je hierdoor steeds sterker ontvlammen in brandende liefde.
    28. Wanneer je bovendien zijn onzegbare genietingen, zijn rijkdom en altijddurende eer aanschouwt
    29. en versmacht van overgroot liefdesverlangen in je hart, roep dan uit:
    30. 'Trek mij mee, wij zullen achter U aankomen in de geur van uw balsem [Hoogl.1,3], hemelse Bruidegom!

    15. Bartholomeüs Holzhauser: 14 profetieën

    Profetie 12

    Nadat de ontreddering haar hoogtepunt heeft bereikt in Engeland zal ginds de vrede worden herteld en zal Engeland met heviger vuur dan ooit terugkeren tot de Katholieke leer.

    Vertaling: Chris De Bodt



    Foto




    Weetjes over Medjugorje

    Geografie

    Kroatië

    Bosnië en Herzegovina

    Godsdienst

    Wetenschap

    Portret van de zieners

    Maria's uiterlijk

    De 5 pijlers van het geloof

    Vragen en antwoorden

    Standpunt van het Vaticaan

    Ratzinger bezocht ooit Medjugorje "incognito"

    1e onderzoekscommissie

    2e onderzoekscommissie

    3e onderzoekscommissie

    4e onderzoekscommissie

    De kwestie Herzegovina 1

    De kwestie Herzegovina 2

    De kwestie Herzegovina 3

    Profetieën nemen hun tijd

    Mirjana meer en meer op de voorgrond

    Bestemming van de ziel

    De Podbrdo [Verschijningsberg]

    De Krizevac [Kruisberg]

    Het Votiefkruis

    Parochiekerk Jacobus de Meerdere

    Uitbreiding biechtgelegenheid

    Kapel der Twee Harten

    Oasi delle Pace

    Verrezen Christus

    Cumunità Cenacolo

    Mother's Village

    Vr. Slavko Barbaric

    Vr. Jozo Zovko

    Vr. Pétar Ljubicic

    Ratko Perics toorn

    Heeft Zanic Medjugorje verraden?

    Vr. Amorthe betreurt apathie

    Siroki Brijeg

    Retraîtekasteel

    Zr. Emmanuel Maillard

    Ivans gebedsgroep

    Nedjo Brecic

    Christoph Schönborn

    St. Stephansdom, Wenen 2012

    Scalambra & Casale Monferetto

    Madonna van Civitavecchia

    Little Audrey Santo

    Maria's verjaardag

    Medjugorje en Moederdag

    De IIPG [1]

    De IIPG [2]

    De IIPG [3]

    De IIPG [4]

    De IIPG [5]

    De weide van Gumno

    De priester die verdween

    Nieuwe taksen op logies

    Mirakel van de Maan

    Documentaire 1983

    BBC Documentaire 2010

    Documentaire Mary TV

    The Miracle of Medjugorje


    Interviews Medjugorje

    Mirjana Dragicevic [2008]

    Mirjana Dragicevic [1998]

    Mirjana Dragicevic [1983]

    Mirjana Dragicevic [1989]

    Mirjana Dragicevic [1]

    Mirjana Dragicevic [2]

    Mirjana Dragicevic [2009]

    Vicka Ivankovic [2008]

    Vicka Ivankovic [1983]

    Vicka Ivankovic [2007]

    Vicka Ivankovic [1988]

    Vicka Ivankovic

    Ivan Dragicevic [2003]

    Ivan Dragicevic [2004]

    Ivan Dragicevic

    Ivanka Ivankovic [1983]

    Ivanka Ivankovic [1989]

    Ivanka Ivankovic

    Pétar Ljubicic [2004]

    Pétar Ljubicic [2006]

    Pétar Ljubicic [2008]

    Slavko Barbaric [1987]

    Gabriele Amorth [2002]

    Jakov Colo

    Jakov Colo

    Jakov Colo [2007]

    Marija Pavlovic [2008]

    Marija Pavlovic [1989]

    Marinko en Dragico Ivankovic [1983]

    Damir Coric [1983]

    Marica Kvesic [1983]

    John en Andja Setka [1983]

    Jelena Vasilj [2002]

    Jelena Vasilj en
    Marijana Vasilj [1]

    Jelena Vasilj en
    Marijana Vasilj [1]

    Zlatko Zudac [1999]

    Bisschop Hnilica [2004]





    Overige Weetjes

    Bestemming van de Ziel

    Theresia van Lisieux
    over het Vagevuur

    Maria Simma

    De invloedrijkste vrouw

    Engelen

    Twaalf stappen voor een gelukkig heengaan

    Twaalf fabels over het Katholieke geloof

    Pater Pio en Karol Woijtyla

    San Nicolàs de los Arroyos

    La Madonna del Ghisallo

    O.L.V. Van den Oudenberg

    Fatima:
    Reeds eeuwen Mirakels

    Jacinto Marto uit Fatima
    door Fr. Robert J. Fox

    Profetieën nemen hun tijd

    Jacinto Marto uit Fatima
    door Zr. Lucia Dos Santos

    Ingrid Betancourt

    Dikwijls gewichtige feiten
    nà verschijningen

    satans opzet

    De Graal van Valencia

    Notre-Dâme du Laus

    Kibeho, Rwanda

    Esther en Mordechai

    Monte Cassino

    Gods adres

    Jezus' geboortekerk [1]

    Jezus' geboortekerk [2]

    De Komeet Lulin

    De Komeet Elenin

    De Komeet Honda

    Samuel Alexander Armas

    De Geur van Regen

    Jaar van de Priesters

    Dr. Gloria Polo's terugkeer

    Ian McCormack: Een blik
    in de eeuwigheid

    Middel tegen komende pandemie

    Kim Phuc

    Michael Anderson

    Zeven kenmerken
    van een goede vader

    O.L.V. van Las Lajas

    Vaders Liefdesbrief

    O.L.V. van Ocatlàn

    Elena Desserich

    Rom Houben

    Overlijden Mari-Loli Mazon

    Advent

    Gered door een engel?

    Kerst in de loopgraven

    Mgr. Peter Savelbergh

    Ontdekking v/d sarcofaag v/d H. Philomena

    De Heilige Mis

    Petrus Lombardus

    Oscar, de kat

    Tieners, geef hen nooit op!

    Ontdekking te Nazareth

    Efeze: Maria's Huis

    Wonderdadige Medaille

    De rivier Kwai

    De Exodus

    Valentino Mora

    Het vijfde Maria Dogma

    Elizabeth Kindelmann

    H. Louis de Montfort

    H. Clelia Barbieri's
    miraculeuze stem

    Steven en Djaingo

    Het wonder van San José

    Aalst, België's 9/11

    Het getal 11

    Maria en het getal 101

    Sterven op 33

    Is dit St. Jozef's graf?

    Het Kerstverhaal
    en Koning Herodes

    De Kardinale Climax

    Winterzonnewende 2010

    En de maan werd rood

    Schoonheid van Wijwater

    De dag die ontbrak

    Het celibaat

    De vierde ruiter van de Apocalyps

    De maagdelijke geboorte

    Jordanië claimt oudste christelijke vondst

    Colton Burpo versus Stephen Hawking

    H. Gelaat van Manoppello

    Padre Pio: under investigation

    Grace

    Michael Browns retreat

    7 niveau's van het liegen

    De dood van Sint Jozef

    De dood van Maria

    Betekenis van Maria's naam

    Het Aramees in opmars

    De Bosnische pyramiden

    Brugge, het Jeruzalem van het Noorden

    Wonder te Skopje


    Diverse Profetieën
    Miscellanous Prophecies

    Profetieën nemen hun tijd

    Is dit de tijd waarover ze spraken?

    Garabandal [1961-65]

    Israël en Bijbelse Profetie

    Pinksterprofetieën 1975

    Quito [17de eeuw]

    Kenmerken v/d antichrist

    A.C. Emmerich [1]

    A.C. Emmerich [2]

    De Kremna Profetieën

    Hildegard van Bingen

    Belpasso [1986-88]

    2 Noorse profetieën

    La Salette [1846]

    Anna Maria Taigi

    Diversen

    Heilige Mechtildis

    Non van Tours

    Heilige Nilus

    Bernardine Von Busto

    Non van Bellay

    Kloosterling Hilarion

    Don Giovanni Bosco

    Elizabeth Canori Mora

    Judah Ben Samuel

    Jeanne Le Royer

    Giacchino di Fiore

    Bartholomeüs Holzhauser

    Madeleine Porsat

    De profeet Daniël

    Kibeho, Rwanda

    Ida Peerdeman

    H. Ireneüs van Lyon

    Methodius van Olympus

    H. Hippolytus van Rome

    Firmanus Lactantius

    De Berkenboomprofetieën

    Dr. Arnold Fruchtenbaum

    H. Ephraïm de Syriër

    H. Cesarius van Arles

    Columba van Ierland

    Elena Aiello

    Beda, de eerbiedwaardige

    Odilia van de Elzas

    Johannes Damascenus

    Adso, de Monnik

    Anselmus van Canterbury

    H. Vincent Ferrer

    Joachim van Fiore

    Johannes Friede

    Thomas van Aquino

    John of the Cleft Rock

    Franciscus van Paola

    H. Birgitta van Zweden

    Robertus Ballarminus

    Dionysus van Luxemburg




















    Het Laatste Geheim

    1. Een enorm mysterie

    2. Sterk en zedig

    3. Dagen van duisternis

    4. Moeder van de Heer

    5. Boven de zon

    6. Gog en Magog?

    7. Door de straten van de stad

    8. Vanop de hoogste bergen

    9. Kleine geheimen

    10. Klokslag twaalf

    11. Lichten, geluiden, graven

    12. De klokken luiden

    13. Donderslag in de verte

    14. Geheime aanwezigheid

    15. Vuurzuil

    16. Geheimen van de Rozenkrans

    17. Het voorteken

    18. De zeven

    19. Het voorgevoel

    20. Signalen en vloeken

    21. Afschuwelijke wonderen

    22. De kastijding

    23. Naschok

    24. Waar duivels beefden

    25. Geheime Martelaren

    26. Geheim van de gehoorzaamheid

    27. Geheim van het vertrouwen

    28. Ik wacht op u

    29. De geest van opstand

    30. Genade en rechtvaardigheid

    31. De Profetie

    32. Voorbij de grenzen
    van de kennis

    33. Geheimen in
    Amerika en Europa

    34. Geboren in de hel

    35. Cathérina's geheim

    36. Geleende tijd

    37. Ik zal uw Moeder zijn

    38. Het grote Teken

    39. Koningin van de Eeuwigheid











    Thomas à Kempis
    De navolging van Christus

    Boek 1.1

    Boek 1.2

    Boek 2

    Boek 3.1

    Boek 3.2

    Boek 3.3

    Boek 4.1

    Boek 4.2



    Novenen

    Maria Onbevlekte Ontvangenis

    OLV van Lourdes

    OLV Van Fatima

    OLV Van Banneux

    OLV van de Berg Carmel

    OLV Hemelvaart

    H. Maagd van de Wonderdadige Medaille

    Maria Lichtmis

    Don Bosco

    Maria Boodschap

    Sint Jozef

    Heilige Familie

    Goddelijke Barmhartigheid

    Heilige Geest

    Kindje Jezus

    Engelbewaarder

    Aartsengel Michaël

    Aartsengel Gabriël

    Franciscus van Assisi

    Antonius van Padua

    Pater Pio

    Heilige Benedictus

    Heilig Hart van Jezus

    Heilige Rita

    Sint Valentijn

    OLV van Altijddurende Bijstand

    Jean Marie Vianney

    Theresia van Lisieux

    Maria, die de knopen ontwart

    OLV van de Bezoeking

    Zielen in het Vagevuur

    Kracht van het Kruis
    tegen het kwade

    H. Gelaat van Jezus

    Hart van Jezus en Maria

    Kindje Jezus van Praag

    OLV van Genezing

    Miraculeuze Maagd

    Pater Damiaan

    Heilige Anna

    H. Maria Goretti

    Heilige Peregrinus

    Heilige Expeditus

    Sint Joris

    H. Margareta van Cordoba



    Films

    Padre Pio

    The Miracle of Our Lady of Fatima

    The 13th Day

    Het Lied van Bernadette

    One Night with the King

    Faustina

    Docu: Faustina Kowalska

    Docu: Mariaverschijningen

    Docu: OLV van Guadalupe

    Vincentius a Paolo

    Sint Paulus

    Sint Petrus

    Docu: Pater Damiaan

    Passion de Jeanne d'Arc

    Story of Father Damien

    Docu: Garabandal

    Exorcism of Emily Rose

    The Nativity Story

    Don Johannes Bosco

    The Passion of The Christ

    King David

    Romero

    Jean de Florette

    Manon des Sources

    Abraham

    Mozes

    Solomon

    Jacob

    Francesco

    A man for all seasons

    The Apocalypse

    Docu: H. Maria Goretti

    Docu: The birth of Israël

    Docu: The six-day war

    Docu: Ghosts of Rwanda

    Becket

    Gospel of Luke

    Gospel of Matthew

    Gospel of John

    Acts

    Unsolved mysteries

    Joseph

    Samson and Delilah

    H. Rita van Cascia

    Thérèse de Lisieux

    Isaak, Jacob & Esau

    Fray Martin de Porres

    Lourdes [2000]

    Clara & Francisco

    Maria Goretti

    Mother Theresa




    Astronomische verschijnselen

    28/11/2011



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs

     

    Real Time Web Analytics

    Page Content

    Page Content