Redactie
Medjugorje België en Nederland
Chris De Bodt
(1958 - 2012)

medjugorjebn@gmail.com

Patty De Vos
Kasteelstraat 81
9180 Temse
België
patty.de.vos@hotmail.com

Dr. Guy Claes
Platanendreef 40
8790 Waregem
België
gclaes@scarlet.be

Henk
Twan Vereecken
Geertrui Schonken
Veerle De Caluwé
Anne Van Der Sloten
p. Alfons J. Smet
Broeder Joseph
Zoeken in blog

Medjugorje 2015 Medjugorje 2014 Medjugorje 2013 Medjugorje 2012 Medjugorje 2011 Medjugorje 2010

 

Voorlopig worden enkel de boodschappen gepubliceerd.
20-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.20 april 2011
20 april 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic
[deel 53]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Maria, Moeder van onze Redder

Janice: Vicka, kiest niet iedereen voor de hemel?
Vicka: De Gezegende Moeder zegt dat veel mensen vandaag voor de hel kiezen.

Janice: Wie zou er voor de hel kiezen?
Vicka: Degene die van zichzelf en van hun aardse lusten God gemaakt hebben.

Janice: Dat is nauwelijks te geloven.
Vicka: Dat is niet zo moeilijk te geloven. Bekijk eens al het lijden op aarde. Vader keert zich tegen zijn zoon, zoon keert zich tegen zijn vader, dochter tegen moeder. Broers en zusters hebben grieven tegen elkaar. Ouders verwaarlozen en misbruiken hun kinderen, het aantal scheidingen is overal hoog, ongeboren kinderen worden gedood, oudere mensen worden niet gerespecteerd, kinderen gehoorzamen hun ouders niet. Deze voorbeelden tonen aan dat veel mensen over de gehele wereld al in een hel op aarde leven. Het koninkrijk van de hemel is een koninkrijk van de liefde. Zij die zonder liefde zijn, die zonder God leven, zijn reeds in de hel.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Fukushima is een tikkende tijdbom

In de kerncentrale van Fukushima hebben vanop afstand bestuurde robots hoge niveaus van radioactiviteit gemeten in de gebouwen van reactoren 1 en 3. Het aantal radioactieve deeltjes in het zeewater is weer verder gestegen, wat mogelijk duidt op nieuwe lekken. In het gebouw van reactor 1 werden waarden tussen 10 en 49 millisievert per uur gemeten, en bij reactor 3 was dat 28 tot 57 millisievert per uur. Dat kan uitstel betekenen voor alle werk dat in de reactoren uitgevoerd moet worden, meldt het agentschap voor nucleaire veiligheid.




Amerikaanse robotten onderzoeken de reactoren

Tepco, de beheerder van de kerncentrale, zet de robots in om te vermijden dat werknemers blootgesteld zouden worden aan hoge niveaus van radioacitviteit. Tepco zei eerder dat de ramp nog negen maanden zou aanslepen. Eerst moeten de reactoren en bassins met gebruikte brandstof tot een stabiel niveau worden gekoeld, wat drie maanden kan duren. In de drie tot zes maanden daarna moet de 'losgeslagen' kerncentrale helemaal 'doven'.

Het aantal radioactieve deeltjes in het zeewater bij de Japanse kerncentrale was in het weekeinde weer verder gestegen, wat mogelijk duidt op nieuwe lekken. Het aantal radioactieve jodiumdeeltjes steeg naar 260 becquerel per kubieke centimeter, 6.500 keer de toegestane hoeveelheid en meer dan zes keer zoveel als op vrijdag. Ook werd er vier keer zoveel cesium gemeten.

Volgens de befaamde Amerikaanse kernfysicus Michio Kaku lekken er onophoudelijk radioactieve stoffen uit de centrale. De kleinste verstoring kan al een meltdown veroorzaken, die erger is dan de ramp in Tsjernobyl. "Kort gezegd kijk je naar een tikkende tijdbom", zei de professor, die verbonden is aan een aantal Amerikaanse universiteiten.

De hersteloperatie na de ramp, die op 11 maart begon met een zware beving en verwoestende tsunami, wordt geschat op meer dan 200 miljard euro. Hiermee is het de duurste ramp in de geschiedenis. De Japanse regering liet weten dat dit mogelijk nog te laag is geschat.

De Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton was gisteren in Tokio om haar steun te betuigen aan het zwaar getroffen land. Ze moedigde Japan aan zich niet in zichzelf te keren: "Economisch, diplomatiek en op vele andere manieren is Japan onmisbaar voor het oplossen van problemen in de wereld."

3. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 104]

Schrift 1

182. Ik heb gemerkt dat sommigen een speciale gave hebben om anderen lastig te vallen. Ze zetten er zich tot het uiterste voor in en de arme ziel die in hun handen valt, kan er niets aan doen, de beste dingen worden vervormd.

+ Kerstavond

Vandaag was ik innig verenigd met de Moeder Gods en ik heb Haar innerlijke momenten beleefd. 's Avonds vóór het breken van de oplatek [10] ben ik naar de kapel gegaan om in de geest te delen met de personen die me dierbaar zijn, en ik heb aan de Moeder Gods voor hen genaden gevraagd. Mijn geest was gans verdiept in God. Tijdens de middernachtmis zag ik het Jezuskindje in de Hostie. Mijn geest heeft zich in Hem gestort. Hoewel een klein Kindje, overstroomde Zijn majesteit mijn ziel. Ik was diep doordrongen van dit mysterie, deze diepe nederbuiging van God. Zijn onpeilbare ontlediging. Dit gevoel bleef leven in mijn ziel gedurende al de feesten. O, wij zullen nooit deze diepe nederbuiging van God begrijpen. Hoe meer ik ze beschouw... [11]

183. Op een ochtend, na de heilige Communie hoorde ik deze stem: "Ik wens dat ge Mij vergezelt wanneer ik naar de zieken ga." Ik antwoordde dat ik akkoord ging, maar na een moment nadenken, vroeg ik me af hoe ik dat zou doen, want de zusters van het tweede koor [12] vergezellen het Allerheiligste niet, het zijn de zusters directricen die dit altijd doen.

Ik dacht dat Jezus het wel zou verhelpen. Kort daarna zond moeder Rafaëla iemand om mij te halen en zei me: "Mijn zuster, gij zult de Heer Jezus vergezellen wanneer de priester bij de zieken gaat." En tijdens de gehele tijd van de proeftijd mocht ik de godslamp dragen en de Heer vergezellen. Zoals een ridder van Jezus probeerde ik me altijd te omgorden met een ijzeren gordel [13], want zo maar naast de Koning gaan, doet men toch niet. En ik offerde deze versterving op voor de zieken.

[10] Oplatek: Poolse traditie, een soort zeer fijn ongedesemd brood (ouwel) dat men tijdens de Kerstwake verdeelt terwijl men wensen uitdrukt.
[11] Hier wordt de gedachte afgebroken.
[12] In de congregatie van de M.G.D.B. waren twee soorten zusters: de directricen of het eerste koor en de coadjutricen. De raad van de Congregatie besliste over de rang naargelang het intellectueel niveau, de leeftijd en de geschiktheid der zusters. De directricen bestuurden de congregatie en de vormingshuizen, de coadjutricen deden het handwerk en hielpen de directricen.
[13] Een ijzeren gordel was gemaakt van een netwerk met fijne punten dat als boetegordel gebruikt werd. De zusters mochten die slechts dragen met toestemming van de overste en voor een beperkte tijd.


Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 104]

Vierde Lezing: Over de plek van onsterfelijkheid of de staat van de verheerlijkte lichamen na de verrzijzenis

Zo zijn de taal en de leer van het geloof en de heilige Schrift. Maar de gewijde theologie brengt naar voor en leidt dezelfde vaste toepassingen als wij af, alsook dezelfde verlichtende standpunten.

De theologie vertrekt van het principe dat, na de verrijzenis, en de elementen en de stoffelijke natuur overeenstemmen met de status van de verheerlijkte wezens. Dus is het genoeg ons te herinneren aan wat ons geleerd werd over de verheerlijkte wezens om onze geest open te stellen voor nieuwe einders en een duidelijker idee te krijgen over het paleis van die vernieuwde schepping die eens ons domein en onze woning wordt.

Een eerste vereiste dat de verrezen wezens zullen voldoen is deze van de scherpzinnigheid. Zoals de verrezen Heer door een gesloten graf brak en ’s anderendaags plots voor zijn leerlingen in een appartement met gesloten deuren verscheen, zo zal ons lichaam, zonder nog uit grove en inerte stof te bestaan maar bezield en vol van geest, corpus spirituale, de ruimte doorkruisen als een zonnestraal en geen enkele hinderpaal zal het afstoppen.

De tweede eigenschap van de verheerlijkte wezens zal de lenigheid zijn, ze zullen als vonken door het riet lopen, tanquam scintillae in arundineto discurrent. Ze bezitten de eigenschap om zich snel als het denken te bewegen en overal waar de geest naartoe wil zal het lichaam haar dragen.

Ons lichaam zal dus niet meer aan de aarde gekluisterd zijn door de zwaartekracht maar, vrij van alle verderf en zwaartekracht, zal het bloeien. En zoals de Heer ten hemel steeg, zo zullen ook wij hem tegemoet vliegen in de hemel, gezeten op de wolken.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [11/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


6. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 12]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

De families Rencurel en Matheron

Ziehier, om er niet op terug te komen, het nageslacht van de zusters van Benoîte beperkt tot de eerste generatie.

Madeleine had drie kinderen:
  • Claudine, die zich in Savines vestigde rond 1700 bij Claude Broche;
  • Marguerite, gehuwd met Jean Mallet uit Saint-Etienne rond 1695 en moeder van 3 kinderen: Thomas, Jean en Benoîte. Thomas zal naar La Rochette gaan bij Françoise Para in 1734;
  • Jean zal Marguerite Allemand uit Saint-Etienne huwen in 1791, 5 baby’s verliezen [allen met voornaam Jean] en 4 dochters krijgen: Benoîte, Louise, Marie en Madeleine tussen 1704 en 1726. Benoîte gehuwd met Joseph Bertrand-Vincent in 1727, Marie met Pierre Sarrazin uit La Rochette in 1730 en Madeleine met Jean-Antoine Beraud uit Théus in 1743.
Marie [Pons] zal maar 2 kinderen hebben:
  • Joseph-André, die Catherine Veyère uit Orcières zal huwen in 1695 en minstens 2 dochters krijgen: Marguerite (1701) en Anne-Rose;
  • Benoîte-Raymonde [die als peter Raymond Juvenis zal hebben, historicus die meermaals consul in Gap zal zijn], die Jean Souche uit Chorges zal huwen rond 1700 en minstens 2 dochters zal hebben, Marguerite genaamd, en de eerste zal kort na de geboorte in 1701 overlijden.
Vertaling: Broeder Jozef

7. Jezus' tijdgenoten [aflevering 234]

Johannes de apostel

Johannes en een verloren zoon

Toen hij dit hoorde, stond de jongeman eerst stil, met neergeslagen ogen. Maar daarna smeet hij zijn wapens weg en bleef hij bevend bitter staan huilen. Toen viel hij de oude man, die hem inmiddels bereikt had, om de hals en al huilend probeerde hij met jammerklachten zich te verontschuldigen, zo goed als hij kon. Hij werd als het ware voor de tweede keer gedoopt, maar nu met zijn eigen tranen. Alleen zijn rechterhand hield hij verborgen.

Maar de apostel stelde zich borg voor hem, en bezwoer hem, dat hij voor hem vergeving had ontvangen van de Heiland. Hij ging in gebed en knielde neer: toen kuste hij de rechterhand van de jongeman als een teken dat deze door de bekering van de jongeman was gereinigd. Daarna bracht hij hem terug in de kerk. Hij deed ook daarna langdurige smeekbeden voor hem en streed als het ware met hem mee in regelmatige vastentijden. Hij liet zijn innerlijk tot rust komen door prachtige woorden. En naar men zegt, week hij niet van hem, totdat hij hem weer had kunnen terugbrengen als lid van de gemeente. Daarmee gaf hij een machtig voorbeeld van waarachtige bekering, een klaar bewijs van de wedergeboorte en een zichtbaar overwinningsteken van de opstanding.

Vertaling: Broeder Joseph

8. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 59]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Gedaanteverandering van Jezus vóór Eliud

In de nacht tussen 20 en 21 september zag ik hen weer hun weg voortzetten, nu eens samen, dan weer gescheiden. Ik kreeg toen iets wonderbaars, een onbeschrijfelijk verrukkelijk tafereel te zien. Eliud sprak met Jezus, terwijl deze voor Hem uit ging, over zijn stevig gebouwd en schoon lichaam. Toen zegde Jezus tot hem: "Moest gij dit lichaam over ruim een paar jaren wederzien, gij zoudt er schoonheid noch gestalte aan terugvinden, zo zullen zij Mij smaad en mishandelingen aandoen.

Eliud verstond dit niet, zoals hij evenmin verstond waarom Jezus telkens weer sprak van zo'n korte duur van zijn Rijk. Hij meende dat Jezus toch wel tien, ja, twintig ja­ren nodig had om zijn Rijk ook maar te vestigen. Hij kon zich Jezus' Rijk niet anders indenken,omdat hij van geen ander dan van een aards koninkrijk begrip had.

Nadat zij nog een eindweg alzo gegaan waren, stond Jezus stil en zegde tot Eliud, die afzonderlijk en in gedachten verdiept achter Hem aankwam, om dichter te naderen: Hij zou hem laten zien wie Hij was, hoe zijn lichaam was en hoe zijn Rijk was.

Eliud naderde tot op enige stappen van Jezus en Jezus schouwde nu biddend ten hemel. Toen daalde een wolk neder, die als een onweer hen beiden omgaf. Van buiten kon men hen niet zien. Boven hen opende zich een hemel van licht die, a.h.w. op hen neerdaalde, en ik zag boven hen een stad met schitterende muren. Ik zag het hemelse Jeruzalem. Geheel het binnenste was met regenboogglans bekleed. Ik zag een gedaante als God de Vader, ik zag Jezus in een mededeling van licht met Hem. Jezus verscheen in zijn menselijke gedaante geheel schitterend en doorzichtig.

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 18

De door de tiran onderdrukte wereld, zal niets vermogen tegen zijn dwingelandij, daar de hulpbronnen van de mensen ontoereikend zullen zijn om een tirannie van zo’n immense sterkte omver te werpen. Er zal zo’n grote ellende zijn dat er zonder een goddelijke tussenkomst geen uitzicht meer zal zijn. Daarom zal God, opgewekt door het onwaarschijnlijke gevaar en door het ellendige gejammer van de rechtschapenen, onmiddellijk een bevrijder zenden. Dan zal het midden van de hemel geopend zijn in het dode en de duisternis van de nacht, dat het licht van de afdalende God zichtbaar zal zijn over de hele wereld als een bliksem. Hierover sprak de profetes in de volgende woorden: wanneer Hij zal komen zal er vuur en duisternis heersen in het midden van de zwarte nacht.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 82: Iucunditas Crucis [Vreugde van het Kruis]

Innocentius X [1644-1655]

Echte naam: Giovanni Battista Pamphili [Rome, 6 mei 1574 - Rome, 5 januari 1655]

Giovanni was paus van 14 september 1644 tot 5 januari 1655. Ook deze paus stond bekend om zijn nepotisme, zij het op minder grote schaal. Giambattista Pamphili werd benoemd tot nuntius te Napels. Enige jaren later kreeg hij de functie van kardinaal te Madrid [1626].

De verkiezing als paus was langdurig. De benoeming werd gedwarsboomd door Mazarin. Innocentius X wordt beschouwd als een zwakke figuur die zich liet overheersen door zijn schoonzuster, Olympia Moridalchini. Hij protesteerde tegen de Vrede van Westfalen die tot stand kwam buiten de Paus om. Onder zijn pontificaat valt de veroordeling van Jansenius vanwege de kwestie van diens vijf stellingen, door de bul "Cum occasione" [31 mei 1653].

Hij liet Gian Lorenzo Bernini het interieur van de Sint Pieter veranderen en gaf hem opdracht tot de bouw van de beroemde colonnade. De schilder Jan Baptist Weenix viel erg bij hem in de smaak en de paus smeekte hem om terug te keren. Deze alles behalve vrome kerkvader werd in 1650 geschilderd door Diego Velazquez

Chris De Bodt


19-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.19 april 2011
19 april 2011

1. Beeldmateriaal Medjugorjedag te Banneux 2/4/2011 met Vr. Pétar Ljubicic

Toespraak van Vr. Pétar [7/7]


2. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 52]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Maria, Moeder van onze Redder

Janice: Waarom zijn de Geboden zo belangrijk?
Vicka: Als we uit vrije wil niet gehoorzamen aan de Geboden door onwetendheid of zwakte dan geven we satan macht over ons leven. We hebben dan Gods genade nodig om ons te redden. Maar we moeten meewerken.

Janice: Is het daarom dat Mirjana ons zegt dat de Gezegende Moeder "ons smeekt" om minstens één keer per maand te biechten.
Vicka: Ja. De sacramentele biecht is een grote genade van Gods medelijden voor onze zwakke menselijke kwetsbaarheid.

Janice: En wat met de geloofstradities die geen heilige biecht kennen?
Vicka: De christelijke Kerk staat open voor iedereen.

Janice: Roept de Gezegende Moeder iedereen op aarde op om Christen te worden?
Vicka: Neen. De Gezegende Moeder zegt dat als elke christen zou leven volgens zijn geloof, de hele wereld christelijk zou zijn. Maar alle religies zijn dierbaar voor haar en haar Zoon. Ze zegt dat wij het zijn die op aarde een onderscheid gemaakt hebben. Ze zegt dat we allemaal kinderen van God, onze Vader zijn. Jezus heeft iedereen vrijgekocht. Niet iedereen aanvaardt die vrijkoop. We moeten God kiezen om de hemel te kiezen.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

3. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 103]

Schrift 1

179. Tijdens de ganse proeftijd had ik als taak de zusters van de vestiaire [9] te helpen. Deze taak gaf mij vele gelegenheden de deugden in praktijk te brengen. Soms moest men met de was driemaal naar bepaalde zuster teruggaan en dan kon men ze nog niet tevreden stellen. Maar ik heb ook grote deugden van sommige zusters ontdekt die altijd vroegen hen het slechtste te geven dat er in de voorraad was. Ik bewonderde deze geest van nederigheid en versterving.

180. Tijdens de advent ontwaakte in mijn ziel een groot verlangen naar God. Met al de krachten van mijn wezen ging mijn geest uit naar God. En de Heer verleende mij talrijke verlichtingen in de kennis van Zijn eigenschappen.

De eerste eigenschap die God mij leerde kennen is Zijn heiligheid. Deze heiligheid is zo groot dat alle Machten en Krachten voor Hem beven. De zuivere geesten versluieren hun aangezicht en verliezen zich in een onophoudelijke aanbidding. De uitdrukking van hun hoogste aanbidding is alleen een: Heilig... De heiligheid van God verspreidt zich over Zijn Kerk en over elke ziel die in Haar leeft, maar niet in dezelfde mate. Er zijn zielen die gans doordrongen zijn van God en er zijn er die nauwelijks leven.

De tweede kennis die God mij verleende, is Zijn gerechtigheid. Zijn gerechtigheid is zo groot en zo doordringend dat ze de dingen in hun wezen bereikt en alles biedt zich aan Hem in zijn naakte waarheid aan, en niets zou Hem kunnen weerstaan.

De derde eigenschap is de liefde en de barmhartigheid. En ik heb begrepen dat de liefde en de barmhartigheid de grootste eigenschap is. Ze verenigen schepsel en Schepper. Ik heb de opperste liefde en de afgrond van barmhartigheid gekend in de Vleeswording van het Woord, in Zijn verlossing, en het is zo dat de ontdekking van deze eigenschap de grootste is in God.

181. Vandaag deed ik het onderhoud van de kamer van één van de zusters. Ik probeerde zo zorgvuldig mogelijk te kuisen, terwijl die persoon mij overal volgde en zei: "hier een stofje en daar een vlekje op de plankenvloer." Op elk van haar opmerkingen verbeterde ik een detail tot tienmaal hetzelfde met de bedoeling haar tevreden te stellen.

Het is niet het werk dat vermoeit, maar dat gebabbel en die ongematigde eisen. Mijn martelaarschap van de hele dag was haar nog niet genoeg, ze is zich nog gaan beklagen bij de meesteres: "Mijn moeder, wat is die zuster weinig zorgzaam, ze kan zich niet haasten." De volgende dag ben ik zonder protest dezelfde taak gaan doen. Toen ze mij opnieuw begon op te jagen, dacht ik: "Jezus, men kan een stille martelares zijn. Het is niet het werk dat mij verzwakt, maar het martelaarschap."

[9] De kleedkamer waar het wasgoed gestreken en versteld werd en nieuwe habijten gemaakt werden.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 103]

Vierde Lezing: Over de plek van onsterfelijkheid of de staat van de verheerlijkte lichamen na de verrzijzenis

Weliswaar, om dergelijke hoogstaande feiten te beschrijven die elk denkbeeld overstijgen dient beroep gedaan op raadselachtige beelden, op geheime en duistere uitdrukkingen. Om de volmaaktheid en de harmonie van de verheerlijkte stad aan te tonen wordt verteld dat ze gebouwd is met blinkende geslepen stenen. Om haar rijkdom en praal te beschrijven wordt ons gezegd dat "de stad een grote hoge vesting bezit met twaalf poorten en twaalf engelen, één aan elke deur. Maar de stad is in een vierkant gebouwd en is even lang als breed. En de engel die me sprak mat de vesting die honderd veertig el mat. En die vesting bestond uit jaspis, en de stad was zeer zuiver goud en helder als glas. En de funderingen van de stadsvesting waren versierd met allerlei edelstenen, jaspis, saffier, chalcedon, smaragd, sardonyx, topaas, hyacint. De twaalf poorten waren twaalf parels en elke duur bestond uit één van die parels en het stadsplein was uit goud zo zuiver als doorschijnend glas." [Apoc 21,11-21]

Al die uitdrukkingen en afbeeldingen dienen figuurlijk genomen en allegorisch vertaald.

Maar er zijn sommige trekken te onthouden en die aantonen dat het verblijf van de verheerlijkte uitverkorenen niets te maken heeft met het verblijf hier. Sint Jan zegt ons in hetzelfde hoofdstuk dat er geen tempel zal zijn, omdat de Heer God almachtig en het Lam zelf de tempel zijn [Joh 11-22]. Er zal ook maan noch zon zijn, omdat Gods licht ze verlicht en omdat het geofferde Lam zelf de lamp is [Id. 24]. Vandaar, in overeenstemming met en afgeleid zal er geen gerechtshof zijn, omdat er geen misdaden bestaan, er zullen geen soldaten zijn omdat er oorlog noch geschil optreedt. Er zullen geen tirannen of despoten zijn daar de Heer de kracht en de tooi van de stadsbewoners zijn die voor eeuwig zullen heersen [Id. 22,2]. Sint Jan laat zelf al die verscheidene interpretaties toe wanneer hij zegt: "dat er niets bezoedeld zal binnenkomen noch iemand die gruwel of leugen begaat," en wanneer hij ons leert in de voorgaande verzen "dat er geen wacht op de vesting zal staan om de boze aanvallen af te weren, dat de deuren overdag niet zullen dichtgaan en dat de eer en glorie des naties er zal aangedragen worden."

Het staat vast dat in die stad alles rustig en goddelijk geordend zal zijn. Verdriet en begeerte zijn er voorgoed verbannen, want, volgens Sint Augustinus, "komen verdriet en begeerte van onze boze passies en de verlangens die ons andermans bezitting doen begeren. Maar in Gods stad zal er geen verlangen meer zijn daar al degenen die de uitverkorenen niet op de proef stelden zullen voldaan zijn: het Lam zal hen laven aan de bron van levend water en hun dorst zal ten volle gelest worden." Ten tweede zal er geen andermans bezit te begeren vallen. In de heilige stad zullen goederen en rijkdom uit de God van Liefde bestaan die Zich onder elke uitverkorene verdeelt volgens zijn verdienste. Zo zal het universele karakter van engelen en mensen volbracht worden in een perfecte eenheid, dankzij Hem die de eerste der schepping genoemd wordt, het hoofd van de Kerk en die het oppergezag over alles kreeg [Colos 1,18], opdat God alles in alles zou zijn: Ut sit Deus omnia in omnibus [I Cor 15,28].

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [10/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


6. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 11]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

De families Rencurel en Matheron

Beide families zijn al lang in Saint-Etienne d’Avançon. Er zijn al Rencurels vanaf 1329 met drie generaties lang de voornaam Giraud, en dan Pierre, Guillaume, Antoine in de XVe eeuw en begin XVIe. Vanaf 1578 is Jean de meest gebruikelijke voornaam, een nieuwe tak die kan voortkomen uit de familie Evarras du Noyer, met de bijnaam Conyl, daar waar de tak Guillaume als Gay wordt bijgenaamd. Ten slotte worden in XVIIe eeuw de voornamen Antoine, Guillaume, Arnoux gebruikt, de 2 laatste zijn deze van 2 families Rencurel die in 1632 voorkomen.

De Matherons zijn er ook al lang met meerdere takken met twee eigenaars in Laus in 1578. De moeder van Catherine Matheron, de grootmoeder dus van Benoîte, kwam langs haar vader uit de streek van Grenoble. Deze laatste, gehuwd in Savines, kreeg een zoon en een dochter. De zoon huwde in Villard-Robert [parochie Crottes] en kreeg een dochter die daar een Ridder huwde.

Benoîte was het nichtje van de kinderen van Arnoux Rencurel, Marguerite, Jean en Marie die veel jonger waren dan zij en ze zal meerdere malen meter zijn van hun kinderen vanaf 1695.

Marguerite zal Charles Sarret huwen en minstens 8 kinderen krijgen. Jean zal met Marguerite Massot een dochter Benoîte krijgen die Michel Bertrand zal huwen in 1695. Marie zal rond 1699 in Jarjayes huwen met Antoine Moynier.

Vertaling: Broeder Jozef

7. Jezus' tijdgenoten [aflevering 233]

Johannes de apostel

Johannes en een verloren zoon

Prompt werd hij in het veld gevangen genomen door de wachtposten van de bandieten. Maar Johannes probeerde niet te vluchten. hij vroeg om niets, hij riep alleen maar: "Hiervoor ben ik juist gekomen; breng me naar jullie leider."

Die leider stond inmiddels te wachten in volle wapenrusting. Maar toen hij ontdekte dat het Johannes was die naar hem toekwam, schaamde hij zich, keerde zich snel om en sloeg op de vlucht. Maar de apostel vergat even zijn leeftijd en probeerde uit alle macht hem bij te houden. Hij riep hem luid toe: "Mijn zoon, waarom zou je wegvluchten van mij, je vader, oud en ongewapend? Heb toch medelijden met mij, zoon, en wees niet bang. Je hebt nog hoop in het leven. Ik zal voor jou rekenschap geven aan Christus. Als het nodig is, zal ik zelfs vrijwillig voor jou de dood sterven, zoals de Heer dat voor ons deed. Mijn leven zal ik geven voor het jouwe. Daarom stop! Geloof me, Christus heeft me gestuurd."

Vertaling: Broeder Joseph

8. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 58]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Jezus, op weg naar zijn doop, bezoekt een verblijf van melaatsen

20 september. In de nacht van 19 op 20 september zag ik Jezus met Eliud uit Nazaret in zuidwestelijke richting gaan. Het was niet de geheel rechte weg, maar Jezus wilde naar Chim,een melaatsenverblijf . Zij kwamen daar bij het aanbreken van de dag aan en ik zag dat Eliud Jezus er wilde van weerhouden in deze plaats te gaan, waardoor Hij Zich zou ver­ontreinigen. Hij zou, indien men het te weten kwam, zeker niet tot de doop toegelaten worden. Op deze en dergelijke motieven antwoordde Jezus dat Hij zijn opdracht kende: Hij wilde die plaats bezoeken, omdat daar een goed man naar Hem verlangde. Om dit verblijf te bereiken, moesten zij over de Kisonbeek, die haar water uit de Kison ontving en het in een kleine vijver leidde, waarin de melaatsen zich reinigden. Het water vloeide niet in de Kison terug. Deze plaats lag gans afgezonderd en werd door niemand bezocht. De melaatsen woonden er in verspreide hutten. buiten hun oppassers woonde daar niemand anders.

Eliud bleef op een afstand wachten op de Heer. Deze ging in een afgelegen hut, waar een ellendig man, geheel in doeken gewonden, ter aarde lag. Jezus sprak met hem. Het was een goede man. Ik vergat hoe hij de melaatsheid gekregen had. Hij richtte zich op en het bezoek van de Heer ontroerde hem onbeschrijfelijk. Jezus beval hem op te staan en zich in een met water gevulde trog te leggen, die nabij de hut stond. Hij deed het en Jezus hield de handen boven het water. Toen werd de man geheel le­nig en rein. Hij kleedde zich anders aan en Jezus beval hem aan niemand van zijn ge­nezing iets te zeggen, tot Hij van zijn doop teruggekeerd zou zijn. Deze man vergezelde Jezus en Eliud nu een eindweg, tot Jezus hem zegde terug te keren. Jezus en Eliud zag ik nu de ganse dag in het dal Esdrelon meer naar het zuiden wandelen. Nu spraken zij tezamen, dan weer gingen zij gescheiden, ieder op zijn eigen als in gebed en beschouwing.

Het weer is daar nu niet zeer aangenaam. De hemel is overtrokken en in het dal hangt er mist. Jezus gebruikt geen stok. Hij droeg er nooit een, de anderen wel. Dikwijls was aan hun stok, gelijk aan die van de schapers, een klein schupje. Jezus droeg slechts zolen. Andere mensen droegen ook wel een soort van volkomen schoenen,van boven gevlochten uit dikke boomwol. Ik zag beiden eens op het middaguur rusten en brood eten.

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 17

En aldus zal de wereld er verlaten uitzien alsof er één grote plundering is geschied. Wanneer deze dingen zullen gebeuren, zullen de rechtschapen mensen en de volgers van de waarheid zichzelf scheiden van de boosaardigen en vluchten naar de eenzaamheid. En als hij hiervan zal horen, zal de goddeloze koning, aangestoken door woede, met zijn groot leger komen en alle krachten bij elkaar brengen en de bergen omsingelen waar alle rechtvaardigen zich zullen bevinden, zodat hij hen kan afslachten. Maar als deze rechtvaardigen zullen zien dat ze langs alle kanten ingesloten en belegerd worden, zullen ze God met luide stem aanroepen en om de hulp van de hemel vragen en Hij zal hen aanhoren en vanuit de hemel een grote koning zenden om hen te redden en te bevrijden en alle slechten met het vuur en het zwaard te vernietigen.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 81: Lilium et Rosa [De Lelie en de Roos]

Urbanus VIII [1623-1644]

Echte naam: Maffeo Barberini [Florence, 5 april 1568 - Rome, 29 juli 1644]

Het was tijdens zijn pontificaat dat Galileo Galilei in 1633 naar Rome werd ontboden om zijn meningen te herroepen. Hij was ooit een studiegenoot geweest van Galilei en stond niet onwelwillend tegen de door Galilei gepropageerde heliocentrische theorie van Copernicus, maar in 1632, na de publicatie van de Galiliei's Dialoog, en onder zware druk van een aantal Spaanse kardinalen, liet hij Galilei vallen om verdere kritiek op zijn laksheid ten opzichte van de ketterij te voorkomen. Het proces diende vooral Urbanus VIII politiek doel om sterker naar voren te komen als bestrijder van de ketterij, en was eerder symbolisch bedoeld. Galilei zwoer de leer van Copernicus af en werd in 1633 in de ban gedaan en tot levenslang huisarrest veroordeeld. Hij spendeerde anderzijds enorme bedragen uit de pauselijke middelen om veelzijdige geleerden als Athanasius Kircher naar Rome te halen. Hij was ook een groot beschermheer der kunsten, waar schilders als Nicolas Poussin en Claude Lorrain van profiteerden. De architecten Bernini en Borromini droegen bij aan de bouw van Palazzo Barberini, het college voor de Verbreiding van het Geloof, de Fontana del Tritone op de Piazza Barberini, de Vaticaanse "cathedra" en andere prominente bouwwerken in de stad. Pietro da Cortona verfraaide de "gran salon" van zijn familiepaleis met een allegorie van de apotheose van de triomf van de Barberini.

Hij was de laatste paus die op een grote schaal nepotisme praktiseerde: diverse leden van zijn familie werden dankzij hem enorm rijk, zodat zijn tijdgenoten de indruk kregen dat hij een Barberini-dynastie aan het instellen was. Hij canoniseerde Elisabeth van Portugal en Andreas Corsini en vaardigde de pauselijke bul uit met betrekking tot de canonisatie van Ignatius van Loyola en Franciscus Xaverius, die al door zijn voorganger Gregorius XV gecanoniseerd waren. Urbanus VIII was een knap auteur van Latijnse poëzie. Een collectie van bijbelse parafrases en originele geestelijke liederen zijn veelvuldig herdrukt. Zijn dood op 29 juli 1644 schijnt verhaast te zijn door zijn verdriet over de gevolgen van de Eerste Castro-oorlog. Deze oorlog was hij zelf begonnen tegen Odoardo Farnese, de hertog van Parma. Vanwege de kosten hiervan voor de stad Rome werd Urbanus VIII hierdoor uiterst impopulair. Tijdens zijn regering voerde hij niet minder dan 10 nieuwe belastingen in. Bij zijn overlijden werd zijn buste, die naast het Paleis van de Conservator op de Capitolijnse Heuvel stond, al snel vernield door een woedende menigte. Een alert optredende priester redde het beeld van Urbanus, dat tot de Jezuïeten behoorde, van eenzelfde lot.

Malachias kan doelen op zijn afkomst uit Florence, een stad met een rode lelie in haar wapen, maar eveneens op zijn buitengewone belangstelling voor Frankrijk [lelie] en Engeland [Roos].

Chris De Bodt


18-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.18 april 2011
18 april 2011


1. Beeldmateriaal Medjugorjedag te Banneux 2/4/2011 met Vr. Pétar Ljubicic

Toespraak van Vr. Pétar [6/7]


2. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 51]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Maria, Moeder van onze Redder

Janice: Waarom zijn de Geboden zo belangrijk?
Vicka: Als we uit vrije wil niet gehoorzamen aan de Geboden door onwetendheid of zwakte dan geven we satan macht over ons leven. We hebben dan Gods genade nodig om ons te redden. Maar we moeten meewerken.

Janice: Is het daarom dat Mirjana ons zegt dat de Gezegende Moeder "ons smeekt" om minstens één keer per maand te biechten.
Vicka: Ja. De sacramentele biecht is een grote genade van Gods medelijden voor onze zwakke menselijke kwetsbaarheid.

Janice: En wat met de geloofstradities die geen heilige biecht kennen?
Vicka: De christelijke Kerk staat open voor iedereen.

Janice: Roept de Gezegende Moeder iedereen op aarde op om Christen te worden?
Vicka: Neen. De Gezegene Moeder zegt dat, als elke christen zou leven volgens zijn geloof, de hele wereld christelijk zou zijn. Maar alle religies zijn dierbaar voor haar en haar Zoon. Ze zegt dat wij het zijn die op aarde een onderscheid gemaakt hebben. Ze zegt dat we allemaal kinderen van God, onze Vader zijn. Jezus heeft iedereen vrijgekocht. Niet iedereen aanvaardt die vrijkoop. We moeten God kiezen om de hemel te kiezen.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

3. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 102]

Schrift 1

176. Voornemen: Trouw aan de innerlijke ingevingen wat het mij ook moge kosten. Niets uit mijzelf doen zonder instemming van mijn biechtvader.

177. Hernieuwing van de geloften. Vanaf de ochtend, toen ik wakker werd, was mijn geest geheel ondergedompeld in God, de oceaan van liefde. Ik voelde dat ik helemaal in Hem verzonken was. Tijdens de heilige Mis bereikte mijn liefde voor Hem een grote kracht. Na de hernieuwing van de geloften in de heilige Communie zag ik plots de Heer Jezus, die me met veel welwillendheid zei: "Mijn dochter kijk in Mijn barmhartig Hart. Als ik mijn blik vestig op dit Allerheiligste Hart zie ik dat er stralen als van bloed en water uit neerdalen, dezelfde als op de Beeltenis, en ik begrijp hoe groot de barmhartigheid van de Heer is." En opnieuw zegt Jezus mij met welwillendheid: "Mijn dochter, spreek met de priesters over mijn onvatbare barmhartigheid. De vlammen van Mijn barmhartigheid verteren Mij, Ik wil ze uitgieten over de zielen, maar de zielen willen niet geloven in mijn goedheid." En opeens verdween Jezus.

Mijn geest bleef de ganse dag ondergedompeld in de tastbare aanwezigheid van God. Dat stoorde mij niet. Mijn geest was in God, zelfs als ik uiterlijk deelnam aan de gesprekken, en ik ben zelfs Derdy [8] gaan bezoeken.

178. Vandaag beginnen we aan de derde proeftijd. We zijn alle drie bijeengekomen bij Moeder Malgueriet, want de andere zusters hadden hun derde proeftijd in het noviciaat. Moeder Malgueriet begon met een gebed, ze legde ons uit waarin de derde proeftijd bestond en herinnerde hoe groot de genade van de eeuwige geloften is. Plots begon ik luid te wenen. In één oogwenk verschenen al de genaden van God voor de blik van mijn ziel en zag ik mij zo ellendig en ondankbaar tegenover God. De zusters begonnen mij te berispen: "Waarom barst zij in tranen uit?" Maar de moeder meesteres nam mij in bescherming en zei dat het haar niet verwonderde.

Toen het uur voorbij was, ben ik naar het Allerheiligste Sacrament gegaan en in de grootste ellende en nietigheid vroeg ik aan Gods barmhartigheid dat het Hem gelieve mijn arme ziel te genezen en te zuiveren. Toen hoorde ik deze woorden: "Mijn dochter, al uw ellenden zijn opgebrand in het vuur van Mijn liefde, zoals een grassprietje in een onmetelijke vuurpoel geworpen. Door deze vernedering trekt ge over u en andere zielen heel de oceaan van Mijn barmhartigheid." Ik antwoordde: "Jezus, vorm mijn arm hart om naar Uw goddelijk welbehagen".

[8] Een klein landgoed op 1 km van Walendow, waar de Congregatie in een vroegere hoeve een internaat heeft voor weeskinderen. Tot 1947 hing dit huis af van Walendow.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 102]

Vierde Lezing: Over de plek van onsterfelijkheid of de staat van de verheerlijkte lichamen na de verrzijzenis

Dan zal het mechanisme van het heelal onderworpen zijn aan andere wetten, zon en sterren zullen hun omwentelingen niet meer vervullen, hemel en aarde zullen ter plaatse rusten. Tevergeefs protesteert de valse wetenschap tegen de verkondigingen van de Schrift en beweert dat ze de wetten van de materie en de samenstellende principes van de elementen tegenspreken. Maar wie kan beweren dat de beweging een fundamentele eigenschap is van de elementen en de materie? De door de mens geschapen elementen en materie zijn maar dienaars en helpers: de Schepper heeft ze willen aanpassen aan onze toestand en manier van bestaan. Nu we reizigers zijn en leven in het tijdelijke is de materie onderworpen aan verandering en aantasting. Maar wanneer de mens zal binnentreden in het oneindige en het onbeperkte zullen de elementen in harmonie gepaard gaan met het nieuw leven dat hij nu bezit. De tijd zal niet meer bestaan: Quia tempus non erit amplius, ook geen dagen of jaren meer. "De zon zal niet meer ondergaan," zegt Isaias, "en de maan zal geen verduistering meer kennen. Het firmament zal ophouden te wentelen en alles zal stabiel worden wanneer de Heer voor ons het oneindige licht zal betekenen en hij de dagen van rouw en verslagenheid zal aangevuld hebben" [Is 60].

Zodoende zal de schepping niet verdwijnen: de tempel van onsterfelijkheid zal geen immateriële en vluchtige plek zijn zoals sommigen inbeelden of verkondigen, maar een wezenlijk verblijf en een stad. Sint Anselmus beschrijft die nieuwe aarde als volgt: ‘Deze aarde die het gewijd lichaam van de heer heeft ondersteund en gevoed zal een paradijs zijn. Daar ze met bloed van de martelaars doordrenkt werd zal ze eeuwig met geurende bloemen, onvergankelijke viooltjes en rozen versierd worden.

En Willem van Parijs, na verklaard te hebben dat dieren, planten en grondstoffen ook zullen verbrand en door vuur vernield worden, voegt er aan toe: ‘Talrijke wijzen onder de christenen beweren dat de aarde, na de verrijzenis, versierd zal worden met nieuwe altijd groene soorten, met onvergankelijke bloemen en er steeds een eeuwige lente en zachtheid zal heersen zoals in het paradijs waar onze vaderen verbleven’. De volgende woorden van de profeet schijnen overeen te stemmen met het gevoel van deze twee dokters in psalm 103: "Zendt uw geest en ze zullen geschapen worden en de aarde zal vernieuwd worden."

Aangaande de opstelling, afmetingen en structuur van de tempel van de onsterfelijkheid geeft Sint Jan ons een beschrijving in zijn boek Openbaring in hoofdstuk 21.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [9/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.



6. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 10]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

Geboorte van Benoîte. Familiale omgeving

Er was al een dochter in de familie Rencurel, Madeleine, geboren 18 maand eerder en er zal een derde kind komen, Marie, 4 jaar later. ‘Deze ouders waren volgens M. Gaillard, aartsdiaken van Gap, goede katholieken, zeer deugdelijk: ze leefden van hun klein bezit en van het werk van hun handen.’

Guillaume Rencurel was bijzonder verliefd op het levendige en speelse meisje dat Benoîte was, maar hij overleed toen ze 7 was en de sfeer aan de haard werd somber. De schaarse weelde van het huishouden sloeg vlug over tot armoede daar de weduwe niet kon optornen tegen de begerigheid van haar ouders. "De arme weduwe werd beroofd van al haar bezittingen," verzekert M. Gaillard. Buiten de meter van Benoîte en de priorpastoor kwam niemand deze beproefde familie ter hulp, vandaar de strenge opmerking van de kroniekschrijver over deze bevolking, "een van de meest goddeloze in de streek alvorens Laus zijn invloed uitoefende." De lastige omstandigheden van het bestaan verstenen vaak de harten.

De zusters van Benoîte, zoals hun moeder, bleven in Saint-Etienne, waar Madeleine rond 1675 Jean Imbert huwde en Marie rond 1680 André Pons. Weduwe reeds in 1690 (Imbert) en rond 1694 (Pons) bleven ze in de omgeving van Laus en bleven er werken zonder de situatie uit te buiten, want Benoîte waakte zorgvuldig dat haar zusters zich niet verrijkten in dienst van de bedevaart.

De twee stammen van Imbert en Pons zullen niet in de vallei blijven bij gebrek aan mannelijke nakomelingen. Al deze mensen hebben boerenwortels zonder enig sociaal reliëf.

Vertaling: Broeder Jozef

7. Jezus' tijdgenoten [aflevering 232]

Johannes de apostel

Johannes en een verloren zoon

Zo ging er enige tijd voorbij. Op zekere dag liet men Johannes komen om een kwestie te regelen. De apostel regelde de zaken waarvoor hij gekomen was. Toen zei hij: "Wel bisschop, een tijdje geleden hebben ik en Christus in tegenwoordigheid van de gemeente die onder uw leiding staat, een waardevol pand onder uw hoede gesteld; geeft u nu maar terug wat ervan geworden is."

De bisschop raakte een beetje in de war, omdat hij dacht dat hij een som geld moest terugbetalen die hij niet eens ontvangen had, maar daarover wel schuldig gesteld werd. Hij kon echter natuurlijk geen beheer voeren over iets wat hij niet had; anderzijds wilde hij niet twijfelen aan wat Johannes vroeg.

Toen zei Johannes: "Ik vraag die jongeman terug en daarmee de ziel van een broeder."
De oude bisschop zuchtte diep en moest huilen: "Hij is dood", zei hij.
"Dood? Hoezo?"
"Hij is dood voor God," zei de oude. "Want hij ging de kwade weg op, verderfelijk. Nu is hij, zeg maar, een rover. In plaats van de kerk te dienen maakt hij nu het bergland onveilig met een stel van zijn eigen soort."

Toen de apostel dat hoorde, scheurde hij zijn kleed, en greep jammerend naar zijn hoofd. Daarop zei hij: "Een mooie bewaarder van een ziel heb ik aangesteld, zeg! Laat maar een paard komen en iemand moet met mij meegaan om de weg te wijzen." Toen verliet hij zonder meer het kerkgebouw.

Vertaling: Broeder Joseph

8. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 57]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Afwijzing van rijke, jonge pedanten. Beschaming van geleerden.

Allen waren door zijn wijsheid meegesleept [cfr Lc 5:14-15]. De Nazarethanen verlangden nu van Hem dat Hij hier zou blijven wonen. Zij zouden zorgen voor een huis en in al zijn noodwendigheden voorzien. Zij vroegen Hem daarom ook waarom Hij met zijn Moeder naar Kafarnaüm was gaan wonen. Hij antwoordde dat Hij hier niet kon blijven. Hij was met zijn Moeder naar Kafarnaüm getrokken, omdat Hij midden in het land wilde wonen. Dit was nodig om doeltreffender zijn bestemming en zending te vervullen. Maar zij wilden dit niet begrijpen en hielden zich voor beledigd, om­dat Hij niet onder hen wilde wonen. Zij meenden Hem een voordelig aanbod gedaan te hebben en hielden zijn argument van zending en bestemming voor hovaardigheid. In deze stemming verlieten zij, toen het reeds avond was, de school.

De drie jongelingen, die twintig jaar konden zijn, verzochten Hem om een onderhoud, doch Hij stond het hun niet toe tot dat zijn negen leerlingen rondom Hem vergaderd waren. Dit stelde hen teleur. Hij verklaarde dat Hij aldus handelde, opdat er getuigen zouden zijn van hetgeen Hij hun te zeggen had.

In tegenwoordigheid nu van de negen leerlingen legden die zonen Hem zeer heus en ootmoedig hun wens voor, die ook de wens van hun ouders was, te weten dat Hij hen onder zijn leerlingen zou aanvaarden. Hun ouders zouden Hem het onderwijsgeld betalen. Zij verlangden om Hem te vergezellen en verklaarden zich bereid Hem bij Zijn arbeid te dienen en te helpen.

Naar ik zag was Jezus bedroefd omdat Hij hun bede niet inwilligen kon, deels om henzelf, deels om zijn leerlingen, want Hij moest hun de redenen er van geven en zij waren er nog niet vatbaar voor. Hij zegde hun: "Wie geld geeft om zich daarmede iets aan te schaffen, beoogt tijdelijk voordeel en winst, doch wie Zijn weg wou opgaan, moest zelfs zijn ouders en vrienden verlaten. Ook vrijden en trouwden zijn leerlingen niet." Dus stelde Hij hun zeer hoge eisen en dit maakte hen neerslachtig en zij spraken nog van de Essenen, waarvan een groot deel toch getrouwd waren. Doch Jezus antwoordde hun dat zij goed handelden volgens hun wet, doch dat zijn volmaaktheidsleer moest voltooien wat die wet voorbereid had. Hij liet hen gaan en raadde hun aan om zich eerst goed te bezinnen.

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 16

En velen die hen zullen geloven en zich met hem zullen verenigen zullen een merkteken krijgen zoals de schapen, maar zij die dit merkteken zullen weigeren zullen vluchten naar de bergen of worden gegrepen en worden gedood, of met verfijnde technieken worden gemarteld. Hij zal ook de rechtschapen mannen met de boeken der profeten oppakken en hen verbranden en er zal hem macht worden verleend om gedurende 42 maanden de wereld te verwoesten. Dat zal de tijd zal waarin de rechtvaardigen zullen worden uitgeroeid en de onschuld gehaat zal worden en waarin de boosaardigen de goeden als hun vijanden zullen tot prooi nemen. Noch wet, noch orde, noch tucht zullen gehandhaafd worden. Niemand zal eerbiedwaardigheid vertonen voor de ouderen, noch de plicht van medelijden willen erkennen. Alle dingen zullen met elkaar in verwarring worden gebracht en met elkaar worden vermengd tegen het goede en de wetten der natuur.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 81: Lilium et Rosa [De Lelie en de Roos]

Urbanus VIII [1623-1644]

Echte naam: Maffeo Barberini [Florence, 5 april 1568 - Rome, 29 juli 1644]

Zijn veelbewogen 21-jarige pontificaat viel in de Dertigjarige Oorlog. Het uiteindelijke resultaat van die grote worsteling werd grotendeels bepaald door Urbanus' beleid, dat niet zozeer gericht was op herstel van het katholicisme in Europa dan wel op het bereiken van een machtsevenwicht dat zijn eigen onafhankelijkheid en wereldlijke macht in Italië ten goede kwam. In 1626 werd het hertogdom van Urbino bij de pauselijke staat ingelijfd, en in 1627, toen de directe mannelijke lijn van de Gonzagas in Mantua uitstierf, pleitte hij voor opvolging door de hertog van Nevers om daarmee de aanspraak van de door hem gevreesde Habsburgers te dwarsbomen.

Hij was de laatste paus die de pauselijke staat uitbreidde, en het Castelfranco Emilia versterkte aan de grens met Mantua. In Rome versterkte hij de Engelenburcht aanzienlijk. Ten behoeve van de fabricage van kanonnen en voor decoratie van het Vaticaan werden de bronzen omlijsting van de cassetten geplunderd uit het Pantheon, dat al sinds 609 een Christelijke kerk was. Dit leidde tot de memorabele uitspraak quod non fecerunt barbari, fecerunt Barberini, "wat de barbaren nalieten, wordt nu door de Barberini gedaan." Hij richtte ook in het Vaticaan een arsenaal en in Tivoli een wapenfabriek in. Hij versterkte de haven van Civitavecchia.

Maatregelen van hem op kerkelijk en geestelijk gebied waren: verbetering van het missaal en het brevier, regeling van het proces van heiligverklaring, en veroordeling het boek "Augustinus" van Jansenius.

Chris De Bodt

11. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

9 februari 2011

Onze Heilige Moeder kwam tot mij tijdens mijn gebed. Ze zei: "Ik zal u alles uitleggen over de Eucharistie. Hoe gezegend en heilig het Heilig Sacrament is waarin Mijn Zoon waarlijk aanwezig is."

In een visioen toonde ze mij een pateen met een heel grote, rode bloem erin. Op de top bevond zich een zuiver witte Hostie.

De Heilige Maria zei: "Valentina, raak dit nooit aan want u zou er Mijn Zoon erg door beledigen. Mijn zoon wordt zo ontheiligd in alle kerken. Iedereen doet maar met Hem en verplaatst het tabernakel. Zij plaatsen het aan de kant, waar het niet hoort te staan om Het te eren. Het tabernakel hoort in het midden te staan."

Er werd mij een kerk getoond en naast de ingang was er een donkere plaats waar er een witte Hostie lag op de vloer. De Heilige Moeder zei: eIk ben zo bedroefd voor Mijn Zoon, Ik bescherm deze plaats voor Hem."

Onmiddellijk verscheen God de Vader tot Mij met tranen in Zijn ogen en zei: "Zie wat de Moeder van Mijn Zoon u probeert uit te leggen. Het is de fout van vele bisschoppen en priesters die niet meer geloven in Mijn ware aanwezigheid. Velen dragen hun gewaden niet meer. Zij wensen niet langer te dienen. Zij vernietigen Mijn kerken. Mijn kinderen, blijf Mij trouw en bid voor mijn intenties."

Vertaling: Chris De Bodt


15-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.15 april 2011
15 april 2011


1. De biecht [5/5]
[ter voorbereiding op het houden van uw Pasen tijdens de Goede Week]

Wat zegt Jezus zelf over de biecht?

In Zijn openbaringen aan de Heilige Zuster Faustina Kowalska, zoals opgenomen in haar dagboek, heeft Onze Heer deze woorden te zeggen over Zijn groot geschenk aan ons:

"Als u te biechten gaat, naar deze fontein van Mijn genade, vloeit het Bloed en het Water dat uit Mijn Hart liep, steeds over uw ziel en veredelt deze. Elke keer als u te biechten gaat, dompel uzelf dan volledig onder in Mijn genade, met een groot vertrouwen, zodat ik de vrijgevigheid van Mijn genade over uw ziel kan uitstorten. Als u de biechtstoel nadert, weet dan dat Ikzelf daar op u wacht. Ik ben enkel verborgen in de priester, maar Ikzelf werk in uw ziel. Hier ontmoet de ellende van de ziel de genade van God. Vertel de zielen over deze fontein van genade die de zielen met het werktuig van vertrouwen begenadigt. Als hun vertrouwen groot is, staan er geen grenzen op mijn edelmoedigheid. De stortvloed van Mijn genade vloeit over de nederige zielen. De trots blijft achter in ellende en schamelheid, omdat Mijn genade deze wegneemt van de nederige zielen. [Db. 1602]

"Vertel aan de zielen dat zij vertroosting moeten zoeken: dat is in de rechterstoel van Genade. Daar vinden de grootste mirakelen plaats en worden ze onophoudelijk herhaald. Om voordeel te halen uit dit mirakel is het niet nodig om een grote bedevaart te ondernemen, noch een uiterlijke ceremoniële aangelegenheid uit te voeren. Het volstaat om met geloof tot de voeten van Mijn plaatsvervanger te komen en hem uw ellende te onthullen en het Mirakel van de Goddelijke Barmhartigheid zal zich ten volle openbaren. Als een ziel zoals een afgetakeld lichaam is zodat er vanuit menselijk oogpunt, geen hoop meer is op herstel en alles reeds verloren is, dan is dit niet zo met God. Het mirakel van de Goddelijke Barmhartigheid herstelt deze ziel volledig. O, hoe ellendig zijn dezen die geen voordeel willen nemen uit het Mirakel van de Goddelijke Barmhartigheid! U zult het vergeefs uitroepen, maar het zal te laat zijn. [Db. 1448]

Vertaling: Chris De Bodt

2. Beeldmateriaal Medjugorjedag te Banneux 2/4/2011 met Vr. Pétar Ljubicic

Toespraak van Vr. Pétar [5/7]


3. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 50]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Maria, Moeder van onze Redder

Janice: Mirjana heeft gezegd dat de kracht van satan zal gebroken zijn nadat het eerste geheim heeft plaats gehad.
Vicka: Dat is inderdaad zo.

Janice: Wat betekent dat?
Vicka: De Gezegende Moeder roept iedereen op aarde op om zich onmiddellijk te bekeren.

Janice: Vicka, weet u wat bekering betekent?
Vicka: Bekering is zich ervan bewust zijn dat we dag en nacht leven voor het aangezicht van God en dat we verantwoordelijk zijn voor alles wat we zijn en hebben.

Janice: U spreekt met zo ’n grote spoed.
Vicka: De Gezegende Moeder weent voor al haar kinderen die God niet kennen, die zich van Hem afkeren, die Zijn Geboden veronachtzamen.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

4. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 101]

Schrift 1

173. Bekoringen van Satan tijdens de meditatie. Een vreemde angst greep me aan dat de priester mij niet zou begrijpen of me niet genoeg tijd zou gunnen om mij helemaal uit te drukken. Hoe hem spreken over dit alles? Indien het nog ging over Pater Bukowski, dan zou ik het nog gemakkelijker kunnen, maar het was de eerste maal dat ik deze Jezuiet zag. Hier herinnerde ik me een raad van Pater Bukowski die me gezegd had dat wanneer ik een retraite deed, ik enkele nota's moest nemen van het licht dat God me zendt, en hem er minstens een kort verslag van geven. Mijn God, anderhalve dag ging alles zo goed - en nu begint een strijd op leven en dood. Binnen een half uur begint de conferentie en dan moet ik gaan biechten. satan probeerde mij te overtuigen: als de oversten gezegd hebben dat mijn innerlijk leven een illusie is, waarom de biechtvader dan nog ondervragen en vermoeien?

"Moeder X heeft gezegd dat Jezus geen diepe omgang heeft met zo'n ellendige zielen. Deze biechtvader zal u hetzelfde antwoorden. Waarom er over spreken? Het zijn geen zonden en Moeder heeft u heel duidelijk gezegd dat deze vertrouwelijkheid met Jezus maar dromerij of pure hysterie is, waarom dan er met de biechtvader over spreken? Ge doet er beter aan al deze illusies te verwerpen. Zie, ge hebt weeral zoveel vernederingen ondergaan, en vele wachten u nog en de zusters weten dat ge hysterisch zijt". "Jezus" heb ik geroepen met al de kracht van mijn ziel.

174. Op dat moment begon de pater zijn conferentie. Hij sprak maar kort, alsof hij zich haastte. Na de conferentie ging ik naar de biechtstoel. Ik kijk: geen enkele zuster gaat er naartoe. Ik ben van mijn bidstoel opgestaan en knielde al in de biechtstoel. Ik had geen tijd om na te denken. In plaats van aan de Pater al mijn twijfels te zeggen die men over mijn omgang met Jezus gezegd had, begon ik hem te spreken over al de bekoringen die ik hoger beschreef. Maar de biechtvader begreep onmiddellijk de situatie en zei: "Gij wantrouwt de Heer Jezus omdat Hij zo welwillend met u omgaat. Maar, zuster, wees volledig gerust. Jezus is uw Meester en uw omgang met Jezus is noch hysterisch, noch dromerij, noch illusie. Geloof dat ge op de goede weg zijt. Probeer trouw te zijn aan deze genaden en het is verboden hen te ontwijken. Met uw oversten moet ge over deze innerlijke genaden helemaal niet te spreken, alleen wanneer Jezus u een duidelijk bevel geeft en ook dan moet ge u eerst verstaan met uw biechtvader. Maar als Jezus iets vereist dat uiterlijk is, dan moet ge, na overleg met de biechtvader, volbrengen wat de Heer vereist, zelfs als u dat veel moet kosten. Anderzijds moet ge alles aan uw biechtvader mededelen. Zuster, er is voor u absoluut geen andere weg. Bid om een geestelijke begeleider te hebben want anders zult ge deze grote gaven van God verspillen. Ik herhaal het nog eens, wees gerust, ge zijt op het goede spoor. Let op niets maar wees trouw aan de Heer Jezus, het heeft geen belang wat men over u zegt. Het is juist met zo'n ellendige zielen dat de Heer Jezus omgang heeft en hoe meer ge u vernedert hoe meer Hij zich met u zal verenigen".

175. Toen ik uit de biechtstoel kwam, overstroomde een onzegbare vreugde mijn ziel, zodat ik me op een eenzame plaats in de tuin terugtrok om mij voor de zusters te verbergen en mijn ziel de kans te geven zich geheel in God te verliezen. De goddelijke aanwezigheid doordrong mij en op een moment verzonk mijn hele nietigheid helemaal in God en ik voelde, 't is te zeggen, ik onderscheidde dan de Drie Goddelijke Personen die in mij verbleven en beleefde zo'n grote vrede in mijn ziel dat het mij verwonderde dat ik me zo had kunnen verontrusten.

[7] P. Edmond Elter S.J. (1887-1955) leidde de retraite.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

5. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 101]

Vierde Lezing: Over de plek van onsterfelijkheid of de staat van de verheerlijkte lichamen na de verrzijzenis

De eerste van die veranderingen zal de totale vernieling zijn van de huidige fysische ordening. Sint Pieter zegt: ‘De dag van de Heer zal komen als een dief en de hemelen zullen met grote onstuimigheid vergaan, de elementen door de hitte gesmolten en de aarde met al wat erop leeft door het vuur zal verteerd worden’ [Petr 1]. Zo is de zichtbare aarde, eens door de zondvloed overstroomd, bestemd om opnieuw te vergaan en ze zal in een wereldbrand verslinden. Dezelfde oorzaak dan van de zondvloed zal de uiteindelijke natuurramp veroorzaken, de aarde zal vernield worden omdat de zonden van de mens ze bezoedeld hebben. De elementen zullen totaal opgelost worden omdat ze ‘onwillig aan de ijdelheid onderworpen werden’. De hemelen zullen zich pijlsnel teruggetrokken hebben want ook zij, volgens Jobs woord, zijn niet zuiver in aanwezigheid van de Heer [[Job 13].

Maar de tweede verandering, het totale herstel van de schepping, zal meteen na de vernieling van het heelal plaatsvinden. Deze stralende en voorbestemde tempel die de Heer gaat bouwen als het duidelijkste vertoon van zijn glorie kan nooit verduisterd of geschonden worden door de aanwezigheid van de verdoemden. Slechts wanneer deze opgeslorpt zullen zijn in de diepte der aarde en dat het woord infernus et mors missi sunt in stagnum ignis zal volbracht zijn zullen de stoffelijke wezens bevrijd zijn en zal God overgaan tot hun grote vernieuwing.

Sint Augustinus zegt: ‘Wanneer het oordeel volbracht zal zijn zullen hemel en aarde ophouden te bestaan’. En Sint Pieter in Ef 2,3, 13: ‘Wij verwachten een nieuwe hemel en een nieuwe aarde waar rechtvaardigheid zal heersen volgens de gekregen belofte’.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

6. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [8/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


7. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 10]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

Geboorte van Benoîte. Familiale omgeving

Er was al een dochter in de familie Rencurel, Madeleine, geboren 18 maand eerder en er zal een derde kind komen, Marie, 4 jaar later. ‘Deze ouders waren volgens M. Gaillard, aartsdiaken van Gap, goede katholieken, zeer deugdelijk: ze leefden van hun klein bezit en van het werk van hun handen.’

Guillaume Rencurel was bijzonder verliefd op levendige en speelse meisje dat Benoîte was, maar hij overleed toen ze 7 was en de sfeer in de haard werd somber. De schaarse weelde van het huishouden sloeg vlug over tot armoede daar de weduwe niet kon optornen tegen de begerigheid van haar ouders. ‘De arme weduwe werd beroofd van al haar bezittingen’ verzekert M. Gaillard. Buiten de meter van Benoîte en de priorpastoor kwam niemand deze beproefde familie ter hulp, vandaar de strenge opmerking van de kroniekschrijver over deze bevolking, ‘een van de meest goddeloze in de streek alvorens Laus zijn invloed uitoefende’. De lastige omstandigheden van het bestaan verstenen vaak de harten.

De zusters van Benoîte, zoals hun moeder, bleven in Saint-Etienne, waar Madeleine rond 1675 Jean Imbert huwde en Marie rond 1680 André Pons. Weduwe reeds in 1690 [Imbert] en rond 1694 [Pons] bleven ze in de omgeving van Laus en bleven er werken zonder de situatie uit te buiten, want Benoîte waakte zorgvuldig dat haar zusters zich niet verrijkten in dienst van de bedevaart.

De twee stammen van Imbert en Pons zullen niet in de vallei blijven bij gebrek aan mannelijke nakomelingen. Al deze mensen hebben boerenwortels zonder enig sociaal reliëf.

Vertaling: Broeder Jozef

8. Jezus' tijdgenoten [aflevering 231]

Johannes de apostel

Johannes en een verloren zoon

Johannes ging weer terug naar Efeze. De priester nam de jongen die hem was toevertrouwd mee naar huis; hij voedde hem op, beschermde hem en zorgde goed voor hem. Tenslotte doopte hij hem. Daarna liet hij zijn zorg en waakzaamheid wat varen; want hij meende hem nu wel los te kunnen laten, onder het volmaakte toezicht van het zegel [ = het doopsel] van de Heer.

Maar een stelletje losbandige nietsnutten kwam ongelukkigerwijs met hem in contact; die kerels waren goed in allerlei kwaad, en bedierven de jongen die te vlug onder het toezicht van zijn opvoeders vandaan was gekomen. Eerst namen de mannen hem mee naar hun dure etentjes, Maar toen gingen ze 's nachts o.a. kleren stelen en namen hem ook mee; daarna meenden ze dat hij aan nog ergere dingen mee zou kunnen doen.

Zo raakte hij al snel gewend aan hun manieren. Hij was een ondernemend jongmens, en stoof nu voorwaarts als een tomeloos, sterk jong paard, dat de goede weg is kwijtgeraakt en de teugels doorbijt; steeds meer ging hij richting afgrond.

Tenslotte wilde hij niets meer weten van Gods genade en bleef het niet enkel meer bij kleine vergrijpen. Na een grote misdaad begaan te hebben dacht hij in één keer verloren te zijn en ging ervan uit dat hij net als de anderen toch wel een zware straf zou krijgen. Daarom organiseerde hij zijn makkers in een roversbende waarvan hij zelf de aanvoerder werd; en hij was hun allen de baas in gewelddadigheid, bloeddorst en wreedheid.

Vertaling: Broeder Joseph

9. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 55]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Afwijzing van rijke, jonge pedanten. Beschaming van geleerden.

Allen waren door zijn wijsheid meegesleept [cfr Lc 5:14-15]. De Nazarethanen verlangden nu van Hem dat Hij hier zou blijven wonen. Zij zouden zorgen voor een huis en in al zijn noodwendigheden voorzien. Zij vroegen Hem daarom ook waarom Hij met zijn Moeder naar Kafarnaüm was gaan wonen. Hij antwoordde dat Hij hier niet kon blijven. Hij was met zijn Moeder naar Kafarnaüm getrokken, omdat Hij midden in het land wilde wonen. Dit was nodig om doeltreffender zijn bestemming en zending te vervullen. Maar zij wilden dit niet begrijpen en hielden zich voor beledigd, om­dat Hij niet onder hen wilde wonen. Zij meenden Hem een voordelig aanbod gedaan te hebben en hielden zijn argument van zending en bestemming voor hovaardigheid. In deze stemming verlieten zij, toen het reeds avond was, de school.

De drie jongelingen, die twintig jaar konden zijn, verzochten Hem om een onderhoud, doch Hij stond het hun niet toe tot dat zijn negen leerlingen rondom Hem vergaderd waren. Dit stelde hen teleur. Hij verklaarde dat Hij aldus handelde, opdat er getuigen zouden zijn van hetgeen Hij hun te zeggen had.

In tegenwoordigheid nu van de negen leerlingen legden die zonen Hem zeer heus en ootmoedig hun wens voor, die ook de wens van hun ouders was, te weten dat Hij hen onder zijn leerlingen zou aanvaarden. Hun ouders zouden Hem het onderwijsgeld betalen. Zij verlangden om Hem te vergezellen en verklaarden zich bereid Hem bij Zijn arbeid te dienen en te helpen.

Naar ik zag was Jezus bedroefd omdat Hij hun bede niet inwilligen kon, deels om henzelf, deels om zijn leerlingen, want Hij moest hun de redenen er van geven en zij waren er nog niet vatbaar voor. Hij zegde hun: "Wie geld geeft om zich daarmede iets aan te schaffen, beoogt tijdelijk voordeel en winst, doch wie Zijn weg wou opgaan, moest zelfs zijn ouders en vrienden verlaten. Ook vrijden en trouwden zijn leerlingen niet." Dus stelde Hij hun zeer hoge eisen en dit maakte hen neerslachtig en zij spraken nog van de Essenen, waarvan een groot deel toch getrouwd waren. Doch Jezus antwoordde hun dat zij goed handelden volgens hun wet, doch dat zijn volmaaktheidsleer moest voltooien wat die wet voorbereid had. Hij liet hen gaan en raadde hun aan zich eerst goed te bezinnen.

10. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 15

Maar deze koning zal niet enkel schandeloos zijn, hij zal ook een profeet van de leugen zijn en hij zal zich vestigen en zichzelf God noemen en zal bevelen om te worden aanbeden als de zoon van God en er zal hem macht worden verleend om tekenen en wonderen te verrichten, waardoor hij veel mensen zal verleiden om hem te aanbidden. Hij zal het vuur bevelen om uit de hemel te komen en de zoon uit haar baan halen en een beeld doen spreken en deze dingen zullen gebeuren op zijn woorden. Door zijn mirakelen zullen er zelfs vele wijze mensen door hem verleid worden. Dan zal hij pogen om de tempel van God te vernietigen en de rechtvaardigen te vervolgen en er zal verwarring en rampspoed heersen zoals er sedert het begin van de aarde geen geweest is.

Vertaling: Chris De Bodt

13. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 81: Lilium et Rosa [De Lelie en de Roos]

Urbanus VIII [1623-1644]

Echte naam: Maffeo Barberini

Florence, 5 april 1568 - Rome, 29 juli 1644]

Hij werd geboren uit een familie van groothandelaars en opgevoed bij de Jezuïeten. Hij zou rechten studeren. In 1601 werd hij pauselijk legaat voor Frankrijk en in 1604 aartsbisschop van Nazareth. In 1604 werd hij door Paus Clemens VIII als nuntius en protonotaris naar Parijs gezonden en in 1606 door Paus Paulus V tot kardinaal benoemd.

Gregorius XV stierf tijdens de hondsdagen. Op het conclaaf leden alle kardinalen aan malaria. Acht van hen stierven eraan. Daarom wou men dan ook snel en doeltreffend te werk gaan. Op 6 augustus 1623 werd een man van 55 jaar, die het best weerstand had geboden aan de ziekte, met een ijzeren gezondheid en een onwankelbaar zelfvertrouwen, met eenparigheid van stemmen verkozen: Maffeo Barberini. Hij koos als pausnaam Urbanus VIII.

De Kerk betreurde het feit dat het pontificaat van Gregorius XV slechts twee jaar geduurd had, maar ze zou nog meer spijt krijgen dat het pontificaat van Urbanus VIII tien keer langer duurde. In die tijd verloor ze heel wat aan invloed, prestige en goederen. De goederen gingen echter niet voor iedereen verloren: voor de Barberini' s betekenden ze hun fortuin. Het nepotisme had nu wel zijn eigen record verbeterd: Urbanus VIII gaf meer dan 100 miljoen ecu's uit voor zijn familie, die de machtigste eigenaar werd van de hele pauselijke Staat.

Chris De Bodt

14. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3464 van 5/4/2011

Lieve zonen en dochters, Piuma zal een zwaar kruis te dragen hebben en Mijn arme kinderen zullen groot lijden eraren. Ajuda zal om hulp schreeuwen en Socorro zal ogenblikken van smart beleven. Het eiland Madeira zal ogenblikken beleven van grote rampspoed. De dood zal komen en de mensen zullen wenen en jammeren. Ik vraag u om in de genade van God te leven en dat u alles wat tegengesteld is aan Zijn Wil ontvlucht. Leef voor het Paradijs en ontvlucht de zonde voor altijd. U gaat een toekomst tegemoet van smartvolle rampspoed. Kniel neer in gebed. Luister naar mij. Wees volgzaam en geef Mijn oproepen aan allen door. Zeg geen stap terug. God staat aan uw zijde, ook al ziet u hem niet. Heb moed geloof en hoop. Wie ook met de Heer is: hij zal overwinnen. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

15. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

13 januari 2011

De Heilige Moeder verscheen en zei: "Mijn kind, Ik kom zo spoedig als ik kan. Prijs Mijn Zoon Jezus en troost Hem want hij wordt zoveel beledigd door de wereld en door dit land. De mensen geloven niet meer in God en groeien hun kinderen op zonder God. Zij geloven enkel in vermaak, geld en materialisme. Zie, Mijn dochter, welke zonden de mensen begaan. Het verlaagt hen tot modder en vernietiging in één minuut. Hoe ween ik voor u allen."

In het visioen keek Mijn Moeder naar me en kwam ze voor mij te staan om mij verschrikkelijke beelden te tonen hoe het water alles opzwelgt, doet vallen en verspreid. De heilige Maria zei: "Het spijt me dat Mijn kinderen zo’n verschrikkelijke ramp moeten ondergaan. U moet hen vertellen dat ik hen echter niet verlaat in deze schrikwekkende ogenblikken en dat Ik daar aanwezig was om hen te troosten. Mijn kinderen, u moet dingen uit deze ramp leren en uw levens terug tot God veranderen, want Hij is uw enige redding in het geven van leven. Vertel hen dat God heel diep gekwetst is als de mensen zeggen dat de ramp is veroorzaakt door Moeder Natuur. God staat voor elke schepping. Hij laat al deze dingen toe te gebeuren en u moet er u bewust van zijn dat u in de eindtijden leeft en dat alle profetieën moeten worden vervuld. Bid, Mijn kinderen, voor deze mensen en dat de wereld zich zou bekeren en berouw hebben."

Dank u, Mijn Moeder, blijf bij ons. Wij houden van u.

Vertaling: Chris De Bodt


14-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.14 april 2011
14 april 2011


1. De biecht [4/5]
[ter voorbereiding op het houden van uw Pasen tijdens de Goede Week]

Benedictus XVI: De biechtstoel is ook een plaats om iets te leren [2/2]

Met betrekking tot de pedagogische waarde voor de biechtelingen, zegt de Heilige Vader dat dit "eerst en vooral afhangt van de werking van de genade en de objectieve invloed van het sacrament in de ziel van de gelovige. Een sacramentele verzoening is een van de ogenblikken waarin de persoonlijke vrijheid en het zelfbewustzijn worden geroepen om zich uit te drukken op een bijzonder duidelijke wijze," zei de Paus. "Dit is misschien ook omdat dit in een tijdperk van relativisme en van een voortdurende vermindering van het bewustzijn van een persoon, de praktijk van dit sacrament ook afneemt.

In deze context heeft het onderzoek van het geweten een belangrijke opvoedkundige waarde, daar het ons leert hoe men met oprechtheid een kijk moet nemen op ons eigen bestaan, om het te tegenover de waarheid van het Evangelie te plaatsen en om de waarde ervan te bepalen, niet allen met menselijke parameters, maar veranderd door de goddelijke openbaring," zei hij. "De vergelijking met de geboden, met de zaligheden en boven alles, met het beeld van de liefde, vestigt de eerste grote 'berouwvolle school.'"

Verder bracht Benedictus XVI naar voor dat een algemene biecht van de zonden "de boeteling nederigheid, de herkenning van zijn eigen breekbaarheid en tegelijkertijd, het bewustzijn van de nood aan de vergevingsgezindheid van God en het vertrouwen dat de goddelijke barmhartigheid zijn leven kan hervormen, bijbrengt."

"In een tijd die wordt gekenmerkt door lawaai, afleiding, vermaak en eenzaamheid," zei de Paus, "is het gesprek van de biechteling met zijn biechtvader een van de weinige, zo niet de enige gelegenheid waar echt en oprecht in diepzinnigheid naar hem geluisterd wordt." Om deze reden vraagt de Bisschop van Rome aan de priesters om "de gepaste aandacht en tijd te schenken aan de oefening van het uitoefenen van de biecht in de biechtstoel. Het verwelkomd en het gehoord worden is eveneens een menselijk teken van de aanvaarding en de goedheid van God van zijn kinderen," zei hij.

De gezondheid van de zielen

In zijn begroeting van de Paus, herinnerde kardinaal Fortunato Baldelli eraan "dat iedere biechtvader de noodzakelijke opleiding en geduld moet hebben voor dit doel en dit om zijn opdracht goed en met de hand op het hart uit te oefenen. De kardinaal stelde aan de Paus de priesters van 242 bisdommen en 68 landen voor die deelnemen aan de jaarlijkse opleiding van het interne forum, en hij bevestigde dat de "leerstellige deelname van de biechtvader absoluut onontbeerlijk is."

De kardinaal beveelt elk jaar deze studiedagen over het sacrament van de biecht aan, en dit in de voetstappen van Paus Pius V die zei: "geef me goede biechtvaders en ik zal de hele Kerk, vanaf haar fundamenten, hernieuwen."

"Met een intense voldoening," zei hij, "zien we dat de vruchten van deze jaarlijkse bijeenkomst hun concrete bevestiging hebben in de dagelijkse activiteiten van alle onderdelen van de Romeinse curie, die met een toenemende interesse benaderd worden en gekend staan als een wezenlijke opdracht binnen de Kerk, die de ziel in elke mens naar boven laat komen.

Bron: Zenit

Vertaling: Chris De Bodt

2. Beeldmateriaal Medjugorjedag te Banneux 2/4/2011 met Vr. Pétar Ljubicic

Toespraak van Vr. Pétar [4/7]


3. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 49]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Maria, Moeder van onze Redder

Janice: Op een keer zat ik met Jacov en gedurende een ogenblik was er een soort van ervaring, of een glimp van waarover u sprak. Ik keek in zijn ogen en ik werd er mij van bewust dat zijn menselijke ogen de Moeder van God [zij stierf bijna twee duizend jaar geleden] elke dag zagen. U ook hebt dat voorrecht.
Vicka: Ja. Zij is de Moeder van Jezus, onze Heer en Redder.

Janice: Waarop gelijkt onze Gezegende Moeder echt, Vicka?
Vicka: Ze is zo nederig.

Janice: Waarom?
Vicka: Omdat ze God kent. Ze zegt dat degene die God goed kennen, nederig zijn omdat God nederig is.

Janice: Weet u waarom dit de laatste keer is dat de Gezegende Moeder naar hier op aarde komt als een verschijning?
Vicka: Ze zegt dat het niet meer zal nodig zijn om te komen nadat de geheimen zijn verwezenlijkt.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

4. Twee gigantische draaikolken in de atlantische oceaan stellen wetenschappers voor een compleet raadsel

Amerikaanse wetenschappers hebben twee gigantische draaikolken ontdekt in de Atlantische Oceaan. Ze bevinden zich bij de kust van Guyana en Suriname. Het gaat om een sensationele ontdekking omdat dit deel van de oceaan grondig is onderzocht en niemand iets dergelijks verwachtte te vinden in het gebied. Bovendien kan niemand begrijpen waar de draaikolken vandaan komen en wat voor verrassingen ze in petto hebben.

Volgens de Braziliaanse wetenschapper Guilherme Castellane hebben de twee trechters een diameter van zo’n 400 kilometer. Tot nu toe kwamen deze op Aarde niet voor. Naar verluidt hebben de trechters een grote invloed op het klimaat. “De trechters roteren met de klok mee, ze bewegen in de oceaan als enorme frisbees, twee schijven die in de lucht worden gegooid,” legt Castellane uit. “De trechters roteren met één meter per seconde waarmee ze vele malen sneller bewegen dan zeestromen. Zelfs gedurende droge maanden, wanneer zeestromen en de instroom vanuit de rivier de Amazone praktisch stil komen te liggen, verdwijnen de trechters niet. Derhalve zijn ze niet afhankelijk van stromend water wat door één van de grootste rivieren ter wereld naar de oceaan wordt getransporteerd. De moderne wetenschap is vooralsnog onbekend met het natuurlijke fenomeen wat de draaikolken creëert."

Het fenomeen is echter niet nieuw. In de meeste gevallen worden de trechters en de ringen gevormd als gevolg van zogenaamde verticale stromingen. Deze ontstaan door verschillen in de dichtheid van het water wat wordt veroorzaakt door temperatuurverschillen van de verschillende lagen. Het is geen geheim dat koud water zwaarder is en dus naar beneden zakt, onder de massa van warm water, wat lichter is. Dit is de reden waarom warme stromingen zich altijd dichter bij het oppervlak bevinden en koude dichter bij de bodem.

Daarnaast speelt het zoutgehalte een rol. Zout water is zwaarder en beweegt omlaag, waardoor minder zout water omhoog gestuwd wordt. Door dergelijk bewegingen van water ontstaan gigantische draaikolken. Deze draaikolken, met een diameter van tientallen of zelfs honderden kilometers, kunnen maanden of jaren blijven bestaan, zo zeggen wetenschappers. De verticale beweging van water is echter een langzaam proces.

Waarom blijven draaikolken gedurende een lange tijd bestaan? Dit komt deels door het magnetische veld van de Aarde. Zeewater bevat veel geladen ionen, bijvoorbeeld natrium en chloor. Watermoleculen zijn dipolen die zowel positief als negatief geladen zijn.

Elke dipool begint rond te draaien wanneer het een magnetisch veld binnenkomt. Een oceanische ring verzamelt miljoenen miljarden moleculen. Dit is de reden waarom de gigantische trechter die is ontstaan als gevolg van de verticale beweging van het water vele maanden of zelfs jaren kan bestaan. Ionen voorzien de trechters van energie. Natrium en chloor zijn ook geladen en lijken in het magnetische veld op een cirkelvormige manier te bewegen.

Het wordt niet uitgesloten dat de enorme draaikolken bij de kust van Zuid-Amerika op dezelfde manier zijn ontstaan als elders in de wereld. Wetenschappers bestuderen momenteel de invloed van de gigantische trechters op het klimaat van Zuid-Amerika en Afrika. Dergelijke draaikolken beïnvloeden de atmosfeer en vormen cyclonische luchtmassa’s. Ze kunnen ook luchtmassa’s beïnvloeden die elders zijn gevormd.

5. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 33]

Appendix

In 1967 vertelde Ida Peerdeman, de zieneres, hoe de Eucharistische belevenissen plaatsvonden. Daarbij zei ze o.a.: "De belevenissen hadden altijd plaats direct na het ontvangen van de heilige Communie en waren heel anders dan de Boodschappen van de Vrouwe. Bij de boodschappen was de Vrouwe werkelijk aanwezig. Ik zag Haar voor me als een werkelijk levende persoon en ik hoorde Haar ook met een werkelijke stem tot me spreken, zoals ik een gewoon levend mens voor me zie en hoor spreken.

Bij de Eucharistische Belevenissen was er ook sprake van de werkelijke aanwezigheid van een persoon, maar zonder dat ik die persoon zag. Ik voelde Hem alleen bij mij. Je durft er eigenlijk niet met anderen over te spreken, omdat ze je misschien verwaand vinden, maar voor mij was die persoon, de Heer.

De woorden die bij de Eucharistische Belevenissen werden gesproken, hoorde ik niet van buitenaf zoals in de Boodschappen, maar binnen in mij. Ook zag ik soms beelden, bijvoorbeeld een mond met een vinger ervoor, niet van buitenaf zoals in de Boodschappen, maar weer binnen in mij. Maar de Stem die ik hoorde was werkelijk en ook de beelden die ik zag waren werkelijk. Ik voelde dat mijn ogen en oren opensprongen, precies zoals bij de Boodschappen van de Vrouwe, maar nu meer naar binnen ... beter kan ik het niet uitleggen.

De woorden bij deze belevenissen werden heel langzaam gezegd, maar ik kon ze niet nazeggen zoals bij de Boodschappen van de Vrouwe. Als ik weer thuis was schreef ik ze direct op. Dan was het alsof ik ze opnieuw in mij hoorde...

Zoals bij de Boodschappen van de Vrouwe voelde ik ook deze Eucharistische belevenissen niet van tevoren aankomen. Geheel onverwachts maakte ik na het ontvangen van de heilige Communie zo’n belevenis mee. Tijdens het meemaken van deze belevenissen kreeg ik steeds een blije, hemelse toestand over me. Ik kan onmogelijk uitleggen wat dat voor een toestand was. Het leek erg veel op de toestand tijdens de laatste boodschap van de Vrouwe op 31 mei 1959. Aan het einde van een Eucharistische belevenis verdween die toestand en was het of ik weer terug was op de aarde. Mijn ogen en oren sloten zich weer van binnen en ik zag en hoorde weer gewoon. Het Licht bij de belevenissen na 25 maart 1961 bleef altijd nog even en trok dan ook weer langzaam weg..."

Met dank aan Pater Peter Klos

6. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 100]

Schrift 1

170. Eerste dag van de retraite. 's Morgens trachtte ik de eerste in de kapel te zijn. Vóór de meditatie had ik nog een moment om tot de Heilige Geest en de Allerheiligste Moeder te bidden. Ik vroeg vurig de Moeder Gods om de genade te bekomen trouw te zijn aan de innerlijke inspraken en trouw de wil van de Vader te kunnen volbrengen, wat die ook zij. Ik ben die retraite met uitzonderlijke moed begonnen.

171. Strijd om het zwijgen te bewaren. Zoals naar gewoonte verzamelen zich de zusters uit alle huizen voor de retraite. Een zuster die ik lang niet gezien had, kwam in mijn cel en zei dat ze mij iets wou zeggen. Ik antwoordde niet en ze zag dat ik het zwijgen niet wou verbreken. Ze zei: "Ik wist niet dat ge zo'n buitengewone waart," en ze ging weg. Ik heb begrepen dat deze persoon geen andere bedoeling had dan haar nieuwsgierige eigenliefde te bevredigen. O mijn God, bewaar mij in de trouw.

172. De Pater [7] die de retraite predikte kwam van Amerika. Hij was voor een kort verblijf naar Polen gekomen en de omstandigheden hadden er voor gezorgd dat hij onze retraite predikte. Een diep innerlijk leven straalde uit deze mens. Zijn persoon verraadde de grootheid van zijn geest. Versterving en ingetogenheid kenmerkten deze priester. Maar ondanks de grote deugden van deze priester, kostte het mij veel moeite mijn ziel, voor wat de genaden betrof, aan hem te ontvouwen. Voor de zonden is het altijd gemakkelijk, maar voor de genaden moest ik werkelijk een grote inspanning doen en dan nog zei ik niet alles.

[7] P. Edmond Elter S.J. (1887-1955) leidde de retraite.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

7. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 100]

Vierde Lezing: Over de plek van onsterfelijkheid of de staat van de verheerlijkte lichamen na de verrzijzenis

Maar op dat vlak is er een woord van onze Meester die van die verwachting een zekerheid maakt. De Heer zegt ons: ‘Hemel en aarde zullen vergaan, de machten des hemels zullen wankelen en de sterren neervallen’. De profeet zei al: ‘Heer, je hebt de aarde bij het begin geschapen en de hemel is het werk van je handen. Ze zullen vergaan, maar Jij blijft, ze zullen oud worden en Jij zult ze omvormen als een mantel’.

Maar, wat zal de toestand van de schepping en alle wezens zijn nadat ze hun oude banden verbroken hebben en zullen openbloeien in de rust en in het volle en voleindigd leven? Zal de aarde nog om haar as draaien? Zullen de sterren, met grote snelheid verdreven, nog rond hun middelpunt draaien? Zullen de sterren nog hun bleek en koud licht over de oneindigheid verspreiden? Dit zijn ernstige en mysterieuze vragen die het menselijk verstand moeilijk kan beantwoorden zonder de hulp van het geopenbaarde licht. Maar niemand zal tegenspreken dat deze studie over de plek van onsterfelijkheid en vestiging van de mens in de komende eeuwen veel ernstiger en waardiger voor onze geest is dan de beperkte studies die de mensen boeien en die als enig doel trachten enkele zinloze en steriele geheimen aan de veranderlijke en vluchtige natuur te geven.

Mensen zoals rationalisten en pantheïsten die onze hoop niet delen, maar wel de onsterfelijkheid en een hiernamaals aanvaarden, kennen we de toestand niet van de ziel na de dood. Ze wordt ingebeeld als een zinloze afbeelding zonder inhoud, rondzwervend in wazige onbepaalde ruimtes, zonder omschreven in een bepaalde staat en verblijf, als schaduwen die onbewust over hun geweten zijn, die ondergedompeld zijn in het opperste wezen dat het grote geheel heet zoals de stromen die in diepe Oceaan verdwijnen. Fabelachtige en denkbeeldige onsterfelijkheid die niets anders is dat de koude afbeelding van de oneindige nacht en de duistere droom van het niets en het onvermijdelijke.

De Heilige Schrift ontkent al die fabels en zinloze veronderstellingen. Ze leert ons dat, ten tijde van de tweede komst van Jezus Christus, de aarde die we bewonen en de hemel die ons licht geeft het toneel zullen zijn van twee tegengestelde veranderingen.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

8. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [7/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


9. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 9]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

Geboorte van Benoîte. Familiale omgeving

Op 17 september 1647 werd Benoîte Rencurel gedoopt zoals we lezen in een kopie van officiële Acte in 1957 teruggevonden in de papieren van de Miniemen in Marseille. Het parochieregister van Saint-Etienne werd gedeeltelijk vernield in de brand van 1692, maar deze Acte was overgeschreven door M. Malaval, vriend van de Paters Miniemen en trouwe pelgrim van Laus rond 1680. Dit is de tekst: ‘In het jaar duizend zeshonderd zevenenveertig op de zeventiende dag van september werd gedoopt Benoîte Rencurel, dochter van Guillaume Rencurel en Catherrine Materon. De peter Imbert Aubert, de meter Catherine Allard uit Saint-Etienne. En door mij ondertekend, Jean Fraisse, prior.’

Dit document laat toe de geboorte van Benoîte te stellen op 16 september als meest waarschijnlijke datum, daar het doopsel één dag later of op de dag van de geboorte doorging in die tijd van hoge mate van kinderdood. Het parochieregister toont inderdaad dat 7 op de 10 kindjes binnen de 3 maand overlijden, een natuurlijke selectie die te wijten is aan een gebrek aan hygiëne, aan bekwame vroedvrouwen en aan de overlast van ondervoede moeders die te veel zwanger zijn. Het achterlaten of vermoorden van kinderen was schering en inslag, zoals de registers van Laus zullen aantonen.

De juiste data was niet de zorg van de mensen in die tijd. De overlijdensaktes geven aan: ‘Ongeveer overleden op die leeftijd’, en het laatste handschrift van Laus uit 1710 aarzelt tussen 21en 29 september voor de geboortedatum van Benoîte, wat verklaart dat betrokkene zelf niet op de hoogte was.

Vertaling: Broeder Jozef

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 230]

Johannes de apostel

Johannes en een verloren zoon

[Clemens van Alexandrië schrijft in zijn boek 'Welk rijk mens zal behouden worden?' een verhaal over de apostel Johannes], prima lectuur voor mensen die graag mooie en nuttige zaken horen. Luister naar het volgende verhaal, geen fantasie maar echt gebeurd; het gaat over de apostel Johannes en is met zorg overgeleverd en bewaard.

Na de dood van de tiran [keizer Nerva, 98] keerde Johannes van het eiland Patmos terug naar Efese. Als men hem riep, ging hij ook wel naar de heidense streken in de buurt; in sommige stelde hij bisschoppen [= episkopoi] aan, in andere stichtte hij nieuwe gemeenten; soms ook bevestigde hij iemand die door de heilige Geest was aangewezen, in het dienstwerk.

Het gebeurde nu dat hij naar één van die steden toeging; die stad lag niet ver weg en sommigen wisten ook de naam ervan te noemen; Johannes had verschillende kwesties met de broeders besproken en wendde zich toen tot de aangestelde bisschop. Hij keek daarbij naar een jongeman, goed gebouwd, van een vriendelijk voorkomen en met een vurige geest. Johannes zei tegen de bisschop: "Ik beveel u deze jongeman in alle ernst aan in uw hoede, in tegenwoordigheid van de gemeente en met Christus als getuige."

De bisschop ontving hem en beloofde alles, waarna Johannes hetzelfde nog een keer herhaalde en betuigde.

Vertaling: Broeder Joseph

11. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 54]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Afwijzing van rijke, jonge pedanten. Beschaming van geleerden.

De arts vroeg Hem of Hij wist wie van een droge, en wie van een vochtige natuur is, onder welke planeten zulk een mens geboren is, en welke geneeskruiden men aan zo of zulk een mens moet geven en hoe het menselijk lichaam geschapen of ineengesto­ken zit.

Jezus antwoordde hem als was hij een meester in het vak en wees ter illus­tratie op de lichaamsgesteldheid van enige aanwezigen, op hun ziekten en de geschik­te geneesmiddelen er tegen. Hij sprak van het menselijk lichaam met een kennis die aan de geneesheer totaal onbekend was. Hij sprak van het lichaam van de geest en hoe het op het lichaam inwerkt. Hij maakte ook gewag van ziekten die alleen door gebed en verbetering van leven genezen kunnen worden en van deze die met behulp van natuurlijke geneesmiddelen bestreden moeten worden.

Dit alles zette Jezus zo diepzinnig uiteen, in zulk een welsprekende taal, dat de geneesheer verstomd was en zijn kunde voor overwonnen gaf. Hij gaf toe dat zulk een kennis hem totaal vreemd was. Ik geloof ook dat hij Jezus wilde volgen. Jezus gaf de geneesheer een soort ontleding van het lichaam en een beschrijving van alle ledematen, spieren, aderen, zenuwen en ingewanden: van hun bestemming, onderlinge ver­houding en dit zo nauwkeurig en diepzinnig, tevens zo begrijpelijk en doorzichtig, dat de geneesheer zijn onwetendheid en kleinheid erkende.

Ook was daar een sterrenkundige en Jezus sprak over de loop der sterren en zei hoe het ene gesternte het andere beheerst, en hoe de verschillende sterren een verschillende invloed op elkaar uitoefenen. Nog sprak Hij over staartsterren en hemeltekens.

Voor een andere besprak hij de bouwkunde, waarbij Jezus zeer diepzinnige din­gen naar voren bracht. Ten slotte bracht Hij het gesprek op de handel en op de betrekkin­gen met vreemde volkeren. Hij veroordeelde streng allerhande modes en ijdele nieuwigheden, die men van Athene hier had ingevoerd. Hij bedoelde o.m. heidense spe­len en goochelkunst die van ginds in het land gekomen waren. Die goochelaars waren ook door Nazareth en andere steden getrokken. Hij zegde dat die ondeugden niet ver­geven zouden worden, omdat men die niet voor ondeugden hield en er bijgevolg geen boete voor deed. Daarom zouden ze niet vergeven worden.

12. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 14

Als zijn werk zal zijn volbracht zal er een andere koning uit Syrië opstaan, geboren uit een kwade geest, de omverwerper en vernietiger van het menselijke ras, die alles zal vernietigen wat overbleef van het vorige kwaad, samen met hemzelf. Hij zal het opnemen tegen de profeet van God en zal overwinnen en hem afslachten en zal hem doen lijden door hem onbegraven te laten, maar na de derde dag zal hij terug tot leven komen, en terwijl allen dit wonder zullen aanschouwen zal hij in de hemel opgenomen worden.

Vertaling: Chris De Bodt

13. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 80: In Tribulatione Pacis [In de verstoring van de Vrede]

Gregorius XV [1621-1623]

Echte naam: Alessandro Ludovisi [Bologna, 9 januari 1554 - Rome, 8 juli 1623]

Allesandro werd in 1554 geboren en werd rechter van het Capitool. In 1612 maakte Paulus V hem tot aartsbisschop van Bologna. Als nuntius bij het hof van Savoye bemiddelde hij tussen de hertog van Savoye en koning Filips van Spanje. In 1616 werd hij kardinaal en in 1621 opvolger van Paulus V. De betrekkingen tussen Engeland en de Paus namen tijdens zijn regering een vriendschappelijker karakter aan en Gregorius XV werd door de Europese vorsten hoog ingeschat, niet alleen in wat betreft de godsdienstige aangelegenheden, maar ook in zuiver politieke kwesties.

Zijn pontificaat had veel te lijden onder de dertigjarige oorlog, een grootschalig conflict waar de meeste Europese mogendheden bij betrokken waren. De oorlog duurde van 1618 tot 1648 en eindigde met de Vrede van Westfalen. Een coalitie rond de Duitse keizer, waar ook Spanje deel van uitmaakte, vocht tegen wisselende coalities van voornamelijk protestantse staten. Aanleiding was een opstand in Bohemen, dat deel uitmaakte van de Habsburgse monarchie. Deze opstand leidde tot een burgeroorlog binnen het Heilige Roomse Rijk, meteen een uitleg voor Malachias’ profetie. In latere fasen van de oorlog speelden Zweden en Frankrijk, beide tegenstanders van de keizer, een belangrijke rol. Voor de keizer en zijn bondgenoten liep de oorlog uit op een nederlaag.

Chris De Bodt

14. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3464 van 5/4/2011

Lieve zonen en dochters, Piuma zal een zwaar kruis te dragen hebben en Mijn arme kinderen zullen groot lijden eraren. Ajuda zal om hulp schreeuwen en Socorro zal ogenblikken van smart beleven. Het eiland Madeira zal ogenblikken beleven van grote rampspoed. De dood zal komen en de mensen zullen wenen en jammeren. Ik vraag u om in de genade van God te leven en dat u alles wat tegengesteld is aan Zijn Wil ontvlucht. Leef voor het Paradijs en ontvlucht de zonde voor altijd. U gaat een toekomst tegemoet van smartvolle rampspoed. Kniel neer in gebed. Luister naar mij. Wees volgzaam en geef Mijn oproepen aan allen door. Zeg geen stap terug. God staat aan uw zijde, ook al ziet u hem niet. Heb moed geloof en hoop. Wie ook met de Heer is: hij zal overwinnen. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

15. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

13 januari 2011

De Heilige Moeder verscheen en zei: "Mijn kind, Ik kom zo spoedig als ik kan. Prijs Mijn Zoon Jezus en troost Hem want hij wordt zoveel beledigd door de wereld en door dit land. De mensen geloven niet meer in God en groeien hun kinderen op zonder God. Zij geloven enkel in vermaak, geld en materialisme. Zie, Mijn dochter, welke zonden de mensen begaan. Het verlaagt hen tot modder en vernietiging in één minuut. Hoe ween ik voor u allen."

In het visioen keek Mijn Moeder naar me en kwam ze voor mij te staan om mij verschrikkelijke beelden te tonen hoe het water alles opzwelgt, doet vallen en verspreid. De heilige Maria zei: "Het spijt me dat Mijn kinderen zo’n verschrikkelijke ramp moeten ondergaan. U moet hen vertellen dat ik hen echter niet verlaat in deze schrikwekkende ogenblikken en dat Ik daar aanwezig was om hen te troosten. Mijn kinderen, u moet dingen uit deze ramp leren en uw levens terug tot God veranderen, want Hij is uw enige redding in het geven van leven. Vertel hen dat God heel diep gekwetst is als de mensen zeggen dat de ramp is veroorzaakt door Moeder Natuur. God staat voor elke schepping. Hij laat al deze dingen toe te gebeuren en u moet er u bewust van zijn dat u in de eindtijden leeft en dat alle profetieën moeten worden vervuld. Bid, Mijn kinderen, voor deze mensen en dat de wereld zich zou bekeren en berouw hebben."

Dank u, Mijn Moeder, blijf bij ons. Wij houden van u.

Vertaling: Chris De Bodt


13-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.13 april 2011
13 april 2011


1. De biecht [3/5]
[ter voorbereiding op het houden van uw Pasen tijdens de Goede Week]

Benedictus XVI: De biechtstoel is ook een plaats om iets te leren [1/2]

Vaticaanstad, 25 maart 2011. Volgens Benedictus XVI is er een bijzondere opvoedkundige waarde verbonden aan het sacrament van de biecht. Dit bevestigde de Paus vandaag toen hij zich richtte tot de deelnemers van een vijfdaagse cursus bij een intern forum. Het seminarie, gesponsord door een apostolische organisatie voor rehabilitatie, sloot vandaag af.

De Heilige Vader zei dat het onderricht/leren aspect van de biecht niet voldoende wordt overwogen, ondanks het geestelijke en pastorale belang ervan.

"Op welke wijze doet het sacrament van de boete aan opvoeding?" vroeg hij. "Op welke wijze heeft het een opvoedkundige waarde, in de eerste plaats voor de geestelijken?" Om op deze vragen te antwoorden, voerde hij aan om de beginnen met het herkennen "dat de priesterlijke taak een enig en bevoordeelde observatiepost vormt, van waaruit we dagelijks kunnen nadenken op de pracht van de goddelijke barmhartigheid.

"Fundamenteel," zegt de Heilige Vader, "betekent de biecht het bijstaan in zoveel "professiones fidei" als er boetelingen zijn, om de daden van de genadevolle God in de geschiedenis te overdenken en het reddende resultaat aan te raken van het kruis en de verrijzenis van Christus, ten allen tijde voor iedereen.

De Paus zei hoe een priester in de biechtstoel op een bepaalde wijze de "afgrond van het menselijk hart, zeker in de duistere aangelegenheden, bezoekt, en dit," zei hij "test ook de mens en het geloof van de priester zelf. Aan de andere kant," vervolgde hij, "voedt het in hem de zekerheid dat het laatste woord, over het slechte van de mens en van de geschiedenis, steeds bij God ligt, in Zijn barmhartigheid die het mogelijk maakt om alle dingen als nieuw te maken."

"In feite kan de priester heel veel leren uit de biecht," zei de Paus, "en boven alles over het spirituele leven van voorbeeldige boetelingen, door de ernst waarmee zij omgaan met het onderzoek van hun geweten, door de doorzichtigheid in het herkennen van hun zonde en door hun volgzaamheid aan de leer van de Kerk en aan de kenmerken van de biechteling."

"Uit het sacrament van de boete kunnen we diepe lessen leren van nederigheid en geloof," verzekerde hij. De biecht is een "heel sterke roep voor iedere priester om zich bewust te worden van zijn eigen identiteit. Indien het enkel van de kracht van de mensheid zou afhangen, zouden we er nooit toe in staat zijn om de biecht van onze broers te horen," vervolgde de Paus. "Als ze ons benaderen, is dit enkel omdat we priesters zijn, naar de vorm van Christus, de Hoogste en Eeuwige Priester, en bekwaam gemaakt worden om in Zijn Naam en Persoon te handelen, om de ware aanwezige God te vertegenwoordigen, die vergeeft, hernieuwt en hervormt."

Bron: Zenit

Vertaling: Chris De Bodt

2. Beeldmateriaal Medjugorjedag te Banneux 2/4/2011 met Vr. Pétar Ljubicic

Toespraak van Vr. Pétar [3/7]


3. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 48]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

De gave van het geloof

Janice: Velen hebben familieleden die niet geloven, zelfs niet in de aanwezigheid van God noch in het feit van God.
Vicka: Ik weet daar alles van. De Gezegende Moeder zegt dat als één familielid gelovig is, allen zullen gezegend worden.

Janice: Soms is het eenzaam om in een familie te leven waar slechts enkelen of niemand gelooft.
Vicka: Voor zij die God kennen is de enige eenzaamheid gescheiden van Hem te zijn.

Janice: Bedoelt u dat het geloof haar eigen beloning is?
Vicka: De Gezegende Moeder zegt dat praktiserend geloof leidt tot hoop en levendige hoop leidt tot liefde. God is liefde. Degene die in liefde leven, leven in God en God leeft in hen.

Janice: Zijn dit de woorden van Jezus?
Vicka: Inderdaad. Ziet u nu hoe alles van God komt en alles naar God leidt?

Janice: Ik weet het niet.
Vicka: Jezus is het pad dat leidt naar de hemel. Zij die God volgen hebben een hemel op aarde.

Janice: Waarom?
Vicka: Omdat Jezus’ pad dat Hij ons toonde Gods volmaakte wil is voor ons. Zij die recht in het midden van Gods wil leven, zullen de hemel bezitten.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

4. Japan: Seismologen voorspellen tweede megabeving en tien jaar zware naschokken

Met betrekking tot het eerste geheim van Medjugorje: Alle omstandigheden die we kennen uit de interviews met de zieners [in dit geval uit een interview met Mirjana] wijzen erop dat het eerste geheim heel nabij is: Ooit versprak Mirjana zich in een interview met Janice T. Connell.

Janice: Mirjana, wat betreft het eerste geheim hebben sommige mensen gezegd dat u zei dat een volledig deel van de planeet zou verlaten/doods zijn ... zou volledig verwoest zijn. Geen enkel leven zou nog groeien op die plaats. Is dat waar?
Mirjana: Ik kan me niet herinneren dat ik daarover met iemand sprak. Vraag de mensen alstublieft om niet over de geheimen te spreken. Vraag aub aan hen die op de hoogte zijn van de verschijning van de Gezegende Moeder om zich te focussen op Gods wil. Onze Gezegende Moeder zegt dat we meer zouden moeten bidden en God als onze Vader moeten liefhebben. We zouden de boodschappen, die God aan de wereld zendt door de Gezegende Moeder van Jezus, i.v.m. het gebed, het vasten, de bekering en de verzoening moeten aanvaarden. Als we dat doen, zullen we nergens schrik van moeten hebben wat ook de toekomst moge inhouden.

Met het optrekken van de inschaling van de nucleaire ramp in Fukushima van 5 naar 7 stuurt Japan een belangrijk signaal naar buurlanden Zuid-Korea en China, en naar de hele wereld. Niveau zeven betekent "naar alle waarschijnlijkheid gezondheidsproblemen in een groot gebied, mogelijk buiten de landsgrenzen". Volgens een aantal seismologen is er overigens nog erger op komst. Ze zeggen dat door de megabeving van 11 maart de stress op breuklijnen verhoogd en verplaatst is en verwachten een nieuwe megabeving. Ze denken dat het land nog tien jaar lang gaat nabeven.

Waarom duurde het langer dan een maand om de inschatting bij te stellen van "een ramp met lokale gevolgen" naar eentje die even erg is als Tsjernobyl? De officiële uitleg is dat "het een poosje geduurd heeft om alles te meten en in te schatten hoeveel straling er vrijgekomen is" en ook "voor het eerst hebben we een aantal dingen samengelegd". Het moet daarbij gezegd dat het Japanse Atoomagentschap NISA overigens helemaal geen "nucleaire waakhond" is, maar een organisatie is van en voor de nucleaire industrie.

Nieuwe cijfers doen ernstig twijfelen aan de niks-aan-de-hand-politiek van de Japanse overheid. Op 11 en 12 maart alleen ontsnapte tien keer meer schadelijke radioactieve straling uit Fukushima dan bij de explosie van de atoombommen in Hiroshima en Nagasaki tesamen zegt Tetsuo Iguchi van de Nagoya Universiteit. "Het optrekken naar schaal zeven is een erkenning van de Japanse overheid dat de hoeveelheid straling een nieuwe grootorde heeft bereikt", volgens Iguchi. Hij denkt ook dat het inschalen van Fukushima naar zeven "enorme gevolgen gaat hebben voor de nucleaire industrie wereldwijd".

Bijzonder zorgwekkend is ook een statement van uitbater Tepco dat de hoeveelheid straling die uit Fukushima vrijkomt "de hoeveelheid die in Tsjernobyl vrijkwam wel eens zou kunnen overtreffen". Volgens het Japanse atoomagenstschap lekt er nu één terabecquerel per uur weg uit Fukushima, maar dat is niet meteen een betrouwbaar cijfer.

De meest omvattende studie over Tsjernobyl, gepubliceerd door de New York Academy of Sciences en van de hand van drie Russische stralingsspecialisten en nucleaire medici en gebaseerd op honderden verslagen van wetenschappers en artsen, schat dat die kernramp in de Oekraïne verantwoordelijk is voor 980.000 overlijdens in de voormalige Sovjetunie en Europa. De straling is in Oekraïne en Wit-Rusland ook in de genen gekropen. Drie jaar geleden stelden artsen bijvoorbeeld vast dat naar Westerse normen slechts 20 procent van de kinderen als gezond kunnen worden beschouwd.

En hoewel de nucleaire lobby erg hard haar best doet om de impact van Tsjernobyl te minimaliseren, valt het effect ervan op de gezondheid niet te onkennen. [Hoewel, zoveel moeite moet het daar niet eens voor doen, een van tv bekende bioloog verklaarde in de krant Het Laatste Nieuws nog dat er geen toename in de geboorte van misvormde kinderen in de regio rond Tsjernobyl was. Die toename was spectaculair en ze is bijzonder goed gedocumenteerd. In 2010 werden nog altijd 22 % meer misvormde baby's geboren in de direct getroffen regio dan voor de ramp].

In de drie jaar na Tsjernobyl werd er in toenmalig West-Berlijn een piek in geboortes van kinderen met het downsyndroom vastgesteld. In Frankrijk verdrievoudigde het aantal gevallen van schildklierkanker. In Turkse ziekenhuizen werd een verdubbeling vastgesteld van neuralebuisdefecten bij ongeboren baby's en een vervijfvoudiging van het aantal gevallen van anencefalie. Gewoon vijf minuten praten met één van de gastgezinnen die al jarenlang Tsjernobylkinderen voor de vakantie naar ons land halen, zegt ook genoeg.

Volgens het Internationale Atoomagenstschap IAEA zijn vele ziekten die aan Tsjernobyl worden gelinkt in feite te wijten aan de stress van radiofobie, een angst voor straling, of armoede en een ongezonde levensstijl, maar het IAEA is dan ook een organisatie die in eerste instantie opgericht is ter promotie van kernenergie. ["The agency shall seek to accelerate and enlarge the contribution of atomic energy to peace, health and prosperity through the world."]

Het was ook opnieuw een dag van excuses en knipmesserij. Achtereenvolgens boden Tepco [voor de overlast], het Japanse Atoomagentschap [wegens het verkeerd inschatten van de ramp] en premier Kan [voor vanalles en nog wat] hun excuses aan. Kan sprak vandaag ook opnieuw de Japanse bevolking toe. Hij vroeg de Japanners om een maand na de ramp hun gewone leven weer op te nemen.

Het land werd de jongste uren weer getroffen door verschillende zware naschokken. Na één daarvan brak er brand uit in een reactorgebouw van de rampcentrale van Fukushima en moest al het personeel geëvacueerd worden, maar volgens Tepco heeft de zwaarbeschadigde kerncentrale geen verdere averij opgelopen.

Gisteren kwam de geplaagde centrale opnieuw in de problemen toen de stroom uitviel en de reactors 1, 2 en 3 daardoor zo'n 50 minuten zonder koeling kwamen te zitten. Een beving van 7,1 op de schaal van Richter was daarvan de oorzaak.

De naschokken vertraagden wel de werkzaamheden om de crisis onder controle te krijgen. Die werken omvatten het overpompen van 700 ton hoog radioactief water uit een ondergrondse gracht naar een opslagplaats in het turbinegebouw van reactor 2.

Nieuwe megabeving op komst?

Sinds 11 maart werd Japan opgeschrikt door meer dan 400 naschokken met een magnitude van minstens 5.0. Maar volgens een aantal seismologen is er nog erger op komst. Ze zeggen dat door de megabeving van 11 maart de stress op breuklijnen verhoogd en verplaatst heeft.

Ondermeer U.S. Geological Survey geophysicist Ross Stein en Shinji Toda (Kyoto University) hebben berekend dat ondermeer een hotspot ten oosten van Tokio nu een pak meer onder druk staat dan voor de megabeving. Ze waarschuwen dat daardoor opnieuw erg zware bevingen gaan komen en ook dat Japan nog zeker tien jaar lang gaat beven door naschokken.

Stein en Toda concluderen dat ondermeer uit de plaatsen waar de naschokken nu plaatsvinden. Ze zeggen een patroon te hebben ontdekt, maar voegen er meteen aan toe dat ze daarmee nog niet aan het voorspellen kunnen gaan.

Er is overigens een precedent. Drie maanden na de vreselijke aardbeving en tsunami van 26 december 2006 in Indonesië (9.1), brak een door de verplaatsing van de stress op de platen er een stuk van een breuklijn met een 8.7 als gevolg. Gebeurde de eerste megabeving toen op Tweede Kerstdag, de tweede megabeving vond toen plaats op daaropvolgende Paasmaandag.

5. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 32]

Vaarwel tot in de eeuwen der eeuwen...

Na het Agnus Dei zag ik ineens tussen het altaar en het tabernakel de Vrouwe van alle Volkeren staan. Zij was geheel doorstraald van Licht. Ik zag haar zoals vroeger toen ze mij haar boodschappen gaf. Nu echter zonder Kruis, schapen en wereldbol. Ik kon mijn ogen niet geloven. Maar de Vrouwe begon te spreken en ik hoorde haar duidelijk zeggen: "Begrijpt ge nu waarvoor ik gekomen ben? De verwording in kerk en wereld is in volle gang. De rampen in kerk en wereld voltrekken zich. De oorlogen duren voort..." Dan wachtte zij weer even en vervolgde: "Om daartegen te waarschuwen heeft mijn Heer mij gezonden, maar ze hebben niet geluisterd."

Dan keek de Vrouwe voor zich heen en vervolgde: "Ik ben u immer voorgegaan om u te brengen naar Hem, als eerste onder Zijn schapen, en mocht aan alle volkeren het Gebed brengen. Blijf dit bidden..." Dan sprak de Vrouwe met grote nadruk en ernstig: "Blijft trouw aan uw kerk, de Kerk van Rome. Blijf trouw aan Kefas, Petrus, uw paus. Komt tot inkeer..." Hij, de Geest der waarheid, zal de wereld redden, als gij erom blijft vragen."

Dan wendde zij haar hoofd naar mij toe en zei: "Breng dit alles goed over,  hetgeen ik nu gezegd heb..." Dan wachtte de Vrouwe weer even en troostend hoorde ik haar zeggen: "Vaarwel, tot in de eeuwen der eeuwen!" [11 februari en 31 mei 1981]

Met dank aan Pater Peter Klos

6. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 99]

Schrift 1

167. Vandaag [november 1932] ben ik in Warszawa aangekomen voor mijn derde proeftijd. Na hartelijk de dierbare Moeders gegroet te hebben, ging ik een ogenblik naar de kapel. Plots overstroomde de goddelijke aanwezigheid mijn ziel en ik hoor deze woorden: Mijn dochter, ik verlang dat uw hart gevormd wordt naar het voorbeeld van Mijn barmhartig Hart. Gij moet geheel doordrongen zijn van mijn barmhartigheid.

De lieve Moeder Meesteres [5] vroeg mij onmiddellijk of ik dit jaar reeds een retraite had gedaan. Ik antwoordde van niet. "Wel, mijn zuster, ge moet eerst minstens drie dagen retraite doen."

God zij dank was er in Walendow [6] een retraite van acht dagen en kon ik daarvan gebruik maken. Maar er rezen moeilijkheden met het vertrek naar de retraite. Een persoon had zich er tegen verzet en er was reeds besloten dat ik niet zou gaan. Na het middageten ging ik vijf minuten in de kapel aanbidding doen. Opeens zag ik Jezus die me zei: "Mijn dochter Ik bereid u veel genaden die ge zult ontvangen tijdens de retraite die ge morgen zult beginnen." Ik antwoordde: "Jezus deze retraite is reeds begonnen en ik mag niet vertrekken". Hij zei me: Bereid u voor om morgen de retraite te beginnen, ik zal uw vertrek regelen met de oversten. En plots verdween Jezus. Ik begon me af te vragen hoe dat zou gebeuren. Maar onmiddellijk schoof ik elke bedenking ter zijde en wijdde ik al mijn tijd aan het gebed; ik vroeg de heilige Geest mij te helpen om al de ellende te kennen die ik ben. En na een weinig tijd verliet ik de kapel om naar mijn taak te gaan. Kort daarna riep de algemene overste me en zei: "Mijn zuster, vandaag nog vertrekt ge met moeder Valeria naar Walendow om morgen uw retraite te kunnen beginnen, moeder Valeria is juist hier, zodat ge samen kunt vertrekken". Nauwelijks twee uur later was ik te Walendow. Ik keerde een ogenblik in mezelf en erkende dat alleen Jezus de zaken zo kon regelen.

168. Toen de persoon, die zich er zo fel tegen verzet had dat ik de retraite zou doen, mij zag, toonde ze haar verwondering en ontevredenheid. Maar, zonder er acht op te slaan, groette ik haar hartelijk en ging bij de Heer om te weten hoe ik me moest gedragen tijdens de retraite.

169. Gesprek met Jezus bij het begin van de retraite. Jezus zei me dat deze retraite zich van de andere zou onderscheiden: "Ge gaat u inspannen om een grote vrede te verkrijgen in uw omgang met Mij. Ik zal alle twijfels daarover wegvagen. Ik wil dat gij rustig zijt terwijl Ik met u spreek, maar als Ik ophoud met spreken, begint ge weer twijfels te zoeken. Maar weet meteen dat Ik uw ziel zo goed zal versterken, dat zelfs als ge u wilt verontrusten, dit niet in uw macht zal zijn. Als bewijs dat Ik het ben die met u spreek, zult ge de tweede dag van de retraite gaan biechten bij de priester die de retraite preekt. Van zodra hij klaar is met zijn conferentie gaat ge onmiddellijk naar hem en zult ge hem al uw angsten tegenover Mij ontvouwen. Ik zal u antwoorden door zijn mond en dan zullen uw angsten vervliegen. Onderhoud in deze retraite een strenge stilte, alsof er rond u niets bestond. Spreek alleen met Mij en met deze biechtvader, aan uw oversten vraagt ge alleen om boeteoefeningen." Ik beleefde een enorm geluk te zien dat de Heer Jezus mij zoveel welwillendheid betoonde en zo diep tot mij neerdaalde.

[5] De meesteres was Moeder Margareta, Anna Gimbutt.
[6] In het dorp Walendow, op 20 km van Warzawa, was een huis van de congregatie van de M.G.D.B. met een heropvoedingsgesticht voor veroordeelde vrouwen en meisjes. Naast deze retraite [in november 1932] verbleef Z.F. daar in 1936 van 25 maart tot mei.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

7. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 99]

Vierde Lezing: Over de plek van onsterfelijkheid of de staat van de verheerlijkte lichamen na de verrzijzenis

En die op de troon zat zei: Zie, ik maak alles nieuw. [Apoc 21,5].

De zichtbare hemel en de aarde die we bewonen zijn maar een tijdelijk verblijf, een mobiele tent voor een dag opgericht, de voorbereiding en de grove schets van een betere wereld.

De huidige wereld is als een werf waar alles gist en werkt. De elementen verminken elkaar en ontbinden zich om nieuwe vormen aan te nemen. Ze lopen en zoeken elkaar. Alle wezens zuchten en zijn overgelaten aan de pijnen van het baren: Omnis creatura ingemiscit et parturit usque adhuc [Rom 8,22]. Ze snakken naar de dag waarop ze, van slavernij en bederf verlost, zullen binnengaan in de glorie en de vrijheid van de kinderen Gods en waarop de Schepper hen zal vernieuwen in een volmaakter en harmonischer geheel.

Daarom zal er een einde aan de wereld komen, in de ware zin van het woord, en dit einde zal van het heelal een plek van onsterfelijkheid maken door hemel en aarde te veranderen.

Een van de topfiguren van de hedendaagse wetenschap heeft dit subliem woord uitgesproken: "De aarde in haar voortdurende evolutie, zoekt waarschijnlijk haar rustplaats."

Leibnitz zei al: "De aarde zal vernietigd en hersteld worden in de tijd, vereist voor het beheer van de geesten." Een schrijver uit de protestantse school zei ook: "Het is vermoedelijk dat deze rijke afwisseling haar eenheid zoekt. Alle schepselen zullen zich verzamelen in een school van goeds en moois. De bloemen uit alle werelden zullen verzameld worden in een tuin" [Herder].

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

8. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [6/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


9. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 8]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

Sociale en religieuze toestand

Enkele medeheerschappen van Avançon bezitten grond in Saint-Etienne: de heren Martin de Champoléon, de Pontis d’Urtis, de heren Philibert de Venterol, de heren César de Chabestan en deze van Hercule du Serre. Deze edele families en de pastoorprior van Saint-Etienne betalen geen belasting aan de gemeente, ondanks dat deze in het krijt staat bij vele schuldeisers.

De religieuze strijd tussen Katholieken en Calvinisten die fel oplaaide in de streek van Gap tussen 1577 en 1597 had boerderijen verbrand en de kerken in de vallei vernietigd. De doortocht van het koninklijk leger van Graaf de Sault in 1631, vergezeld van opeisingen, had de armoede door het onweer veroorzaakt ten top gevoerd, zodat tussen 1632 en 1647 de meeste belastingen voor het dorp Saint-Etienne dienden opgeheven. De dodelijke overval van de algemene directeur van de zoutbelasting Amat, die plaats vond in 1649 te Avançon, veroorzaakte een opstandige beweging in meerdere balies en werd verstraft met een boete van 2.100 pond deels ten laste van Saint-Etienne. Deze gemeenschap zal in 1661 nog 3.500 pond schuld hebben die dienen te worden ontleend bij de notaris van Valserres. Het is duidelijk dat een zo arme gemeente de door ziekte of rouw beproefde families niet kon bijstaan. De vroegtijdige dood van het hoofd van de familie betekent de ondergang voor al de zijnen.

De dorpskerk kwam van een bescheiden priorij verenigd met deze van Saint-Maurice op de naburige berg, maar werd pastoriewinst voor 1516. Heropgebouwd in 1614 dankzij aartsbisschop Honoré de Laurens, bezat ze 2 bijzondere altaars toegewijd aan de Geboorte en aan Sint Jozef. De vergadering van de Raad van de Gemeenschap [2 consuls, 4 bijzitters en de hoofden van de families] verliep onder de luifel van de ingangspoort, goed in de zon gelegen op een verhoog tegen de buitenmuur, barri genoemd, en die uitzag op heel het dorp.

Dit is de omgeving waarin Benoîte heel haar leven zal doorbrengen. De zorg om het dagelijks brood wordt er zwaar aangevoeld en de meest onvoorziene gebeurtenissen zullen die armoedige trend nooit verdringen.

Vertaling: Broeder Jozef

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 229]

Johannes de apostel

Johannes’ verbanning naar Patmos en zijn terugkeer naar Efese

Onder Domitianus' opvolger, keizer Nerva [96-98], kon hij andermaal naar Efese terugkeren. In de Legenda Aurea wordt dat als volgt beschreven:

Johannes de apostel en evangelist, was de leerling die de Heer liefhad; bovendien was hij uitverkoren tot de lichamelijke maagdelijkheid. Toen de twaalf heilige apostelen na het pinksterfeest over de wereld werden verdeeld, vertrok Johannes naar Klein-Azië, waar hij een groot aantal kerken bouwde. Dat kwam keizer Domitianus ter ore. Deze gaf opdracht hem te arresteren en liet hem in een ketel kokende olie zetten, voor de zogeheten Latijnse Poort. Maar Johannes verliet de ketel volkomen ongedeerd, precies zoals hij altijd al zonder enige vlek of rimpel op aarde had rondgewandeld. Toen de keizer zag dat hij zelfs nu nog niet ophield met preken, verbande hij hem naar een eilandje in zee, dat Patmos heette. Daar woonde hij moederziel alleen en schreef er het boek van de geheime openbaring. Nog datzelfde jaar werd de keizer omwille van zijn gruwelijke wreedheid gedood en de senaat herriep al zijn wetten en geboden.

Vandaar dat Johannes die volkomen ten onrechte naar dat eilandje verbannen was, met groot eerbetoon weer teruggebracht werd naar de stad Efese. Het volk liep hem tegemoet en riep: "Gezegend die daar komt in de naam des Heren." Bij het binnengaan van de stad bracht men zijn zojuist gestorven vriendin Drusiana naar hem toe; iemand die zich bijzonder verheugd had op zijn terugkeer. Haar ouders, de weduwen en de wezen riepen: "Ach Sint Johannes, zie toch: hoe wij hier Drusiana wegdragen. Volgens uw leer en vermaningen heeft zij ons, armen, altijd van voedsel voorzien en geholpen waar zij maar kon. Zonder ophouden keek zij uit naar uw terugkeer met de woorden: 'Mocht God mij nog toestaan dat ik Sint Johannes nog één keer mag zien voor ik sterf.' Nu bént u gekomen en mag zij het niet meer met eigen ogen aanschouwen." Daarop liet Johannes de lijkbaar stilhouden en het lijk losmaken en hij zei: "Mijn Heer Jezus Christus moge jou, Drusiana, opwekken. Sta op, ga naar huis en maak voor mij een maaltijd klaar." En zij stond op, en vertrok meteen om aan de wens van de apostel te voldoen. Zij meende niet anders dan dat zij uit haar slaap was gewekt. [Legenda Aurea: 27 december]

In die tijd moet het verhaal geplaatst worden, dat zich afspeelt, als Johannes al zeer oud is. Het gaat terug op Polycrates, bisschop van Efese in de tweede eeuw. Het wordt onder meer overgeleverd door de vroeg-christelijke kerkhistoricus Eusebius van Cesarea [† 339; Boek III, hoofdstuk 23]. Hij zegt het gevonden te hebben in het boekje 'Welke rijke gered wordt' van Clemens van Alexandrië [† vóór 215; feest 4 december].

Vertaling: Broeder Joseph

11. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 53]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Afwijzing van rijke, jonge pedanten. Beschaming van geleerden.

18 september. Gisteren, de zeventiende 's avonds, zag ik Jezus te Nazareth in het huis van een Farizeeër overnachten. Bij zijn vijf gezellen hadden zich nog vier andere gevoegd, ook verwanten en vrienden der Heilige Familie. Ik meen dat er nog een der drie zonen van de drie weduwen onder hen was en ook nog iemand uit Bethlehem, die tot de ontdekking geko­men was dat hij van Ruth afstamde, die in Bethlehem met Booz was gehuwd. Jezus nam hen zonder moeite tot leerlingen aan.

Maar er waren te Nazareth een paar rijke families met drie zonen, die in hun jeugd met Jezus omgegaan hadden en nu door hun geleerdheid voorname personen waren. De ouders die van Jezus' schriftuurverklaringen getuige geweest waren en die ook anderen met ophef over zijn wijsheid hadden horen spreken, besloten dat hun zonen heden nog eens een staaltje zijner Wijsheid zouden gaan beluisteren en dan zouden zij tot een vergelijk trachten te komen. Zij zouden Hem geld bieden om Hem op zijn reizen te mogen vergezellen en zich zijn wetenschap eigen te mogen maken. Die mensen liepen hoog met hun zonen op en meenden dat Jezus wel hun hofmeester kon worden. Die zonen kwamen heden in de synagoge en door de zorgen van de Farizeeërs en van die rijke ouders, kwam er ook alles wat in Nazareth door geleerdheid uitblonk. Zij namen zich voor de geleerdheid van Jezus nu eens grondig en in alle vakken op de korrel te nemen. Er was o.m. een rechtsgeleerde in de school en ook een geneesheer, een statige brede man met lange baard, een gordel om het lijf en een beroepskenteken op de schouder van zijn kleed.

Wanneer nu Jezus de school binnenging, zag ik Hem wederom vele kinderen zegenen, door de moeders Hem aangebracht. Daaronder waren er ook enige melaatse die Hij genas. Ik zag dat Jezus in zijn toespraak in de school telkens opnieuw onderbroken werd door geleerden,die Hem allerhande ingewikkelde vragen voorlegden en dat Hij hen allen tot zwijgen bracht. De moeilijke vragen van de rechtsgeleerde beantwoordde Hij uit de Wet van Mozes op een verrassende wijze en toen men hem vraagstuk van de echtscheiding te berde bracht, verwierp Hij ze onvoorwaardelijk: gescheiden mannen of vrouwen konden de echtgenoten niet worden, maar wanneer de man op geen manier met de vrouw kon leven, dan mocht hij ze heenzenden, maar zij bleven één vlees en mochten geen nieuw huwelijk aangaan. Dit was de Joden volstrekt niet naar de zin.

12. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 13

Maar ik zal nu meer volledig de wijze uiteenzetten hoe dit zal gebeuren. Wanneer het einde der tijden zal naderen, zal God een grote profeet zenden om de mensen tot de leer van God te richten, en hij zal de macht krijgen om wonderlijke dingen te verrichten. Waar de mensen hem niet zullen horen, zal hij de hemel sluiten waardoor de regen worden tegengehouden. Hij zal hun water in bloed veranderen en hen kwellen met dorst en honger en wanneer iemand het zou aandurven op hem te verwonden, dan zal er vuur uit zijn mond komen en deze man verbranden. Door deze wonden en krachten zal hij velen terugbrengen tot de verering van God.

Vertaling: Chris De Bodt

13. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 79: Gens Perversa [Een boos geslacht]

Paulus V [1605-1621]

Echte naam: Camillo Borghese [Rome, 17 september 1552 - Rome, 28 januari 1621]

Op 24 februari 1616 werd de leer van Copernicus als 'absurd, gek en volstrekt ketters' veroordeeld door wetenschappelijk totaal incompetente theologen van het heilig officie, die beweerden alle kennis in pacht te hebben. Twee dagen later haastte Galilei zich naar Rome om de eminenties wat meer toelichtingen te geven. Het was allemaal vergeefse moeite. Hij kreeg alleen een attest van kardinaal Bellarmin met de melding dat hij 'geen straf had gekregen', maar alleen een 'verwittiging' , wat een soort van voorlopige vrijgeleide was.

De Villa Borghese is tot op vandaag getuige gebleven van het ongeremde nepotisme van de paus. Hij was nog maar net tot paus gekroond, toen Paulus V zijn neef Scipio Caffarelli, 26 jaar, het kardinaalspurper verleende en hem de naam van de Borgheses gaf. De paus was zo vrijgevig zijn neef een jaarinkomen van 140.000 Ecu's toe te kennen. Maar ook de broers van Scipio werden niet vergeten. De Borgheses investeerden een groot deel van hun fortuin in het aanleggen van kunstcollecties.

Paulus V stierf op 28 januari 1621. Rome en de pauselijke Staat hadden dank zij hem een wijs bestuur gekend: landbouw, communicatie en handel waren verbeterd, de Sint-Pietersbasiliek werd afgewerkt en de bibliotheek van het Vaticaan uitgebreid.

Ook hier is Malachias profetie onduidelijk. Ze kan verwijzen naar zijn fervente aanhang van het nepotisme, waarbij hij een neefje tot prins van Vivero benoemde, maar meer dan waarschijnlijk duidt ze op het geslacht Borghese. Het wapen van de paus bevat een draak en een arend, net als het wapen van het geslacht Borghese.

Chris De Bodt

14. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3463 van 4/4/2011

Lieve zonen en dochters, de dood zal door Fronteira gaan en Mijn kinderen zullen een zwaar kruis dragen. Kniel neer in gebed. U zult opnieuw gruwelen zien op aarde. Ik ben uw bedroefde Moeder en Ik kom uit de Hemel om u op te roepen tot bekering. Laat de armen niet hangen. Ga niet achteruit. God wacht op u met open armen. Doe vandaag nog wat u moet hebt te doen. Uw tijd is kort. Geween en gejammer zullen worden gehoord in Tarifa. Ik leid om wat er u gaat overkomen. Open uw harten en aanvaard Mijn oproepen. Wat ik u zeg is niet om u angst aan te jagen, maar eerder om u waakzaam te maken voor wat gaat komen. Moed. Keer terug tot de Heer.  Hij is gehaast en er is geen tijd meer te verliezen. Voorwaarts op he tpad van de goedheid en de heiligheid. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

15. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

1 januari 2011

In de ochtend, tijdens mijn gebeden, verscheen de Heilige Moeder. Haar mooie gelaat keek bedroefd. Ze zei: "Mijn Zoon was verondersteld om naar u te komen om te praten, maar Hij is te teleurgesteld en bedroefd voor de wereld en de kerken."

In Haar handelen hield ze zes vierkanten ijsblokjes. Ze legde uit: "Zie de vierkanten ijsblokjes die Ik in Mijn handen hou. Zij vertegenwoordigen de harten van de mensen van vandaag: ijskoud. In de kerken, wanneer het tijd is voor de Heilige Communie, komt iedereen met uitgestrekte handen de Heilige Communie ontvangen zoals een snoepje of een koekje, met geen enkel gevoel van wroeging of liefde in hun harten. Het is zoals: iedereen doet het en zo wordt het een gewoonte.

De Bisschoppen en Priesters van Mijn Zoon zwijgen hierover. Zij leren hun vlok niet om wroeging te hebben, noch om het Sacrament van de Boete bij te wonen in hun kerken. Alstublieft, Mijn dochter, vertel het verder. Vertel de geestelijken dat ze het volk moeten onderrichten. Mijn Zoon is zo teleurgesteld met de kerken over de hele wereld."

De ijsblokjes in mijn hand, leer het hen alstublieft, zodat de mensen het opmerken en veranderen."

Vertaling: Chris De Bodt


12-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.12 april 2011
12 april 2011


1. De biecht [2/5]
[ter voorbereiding op het houden van uw Pasen tijdens de Goede Week]

20 tips

Terwijl we nadenken over het onderricht van Onze Gezegende Heer en de uitnodiging van Bisschop Mark Davies, zijn er nog wat hindernissen te overwinnen alvorens de knoop door te hakken en te biechten gaan. De meesten zullen het er mee eens zijn dat het biechten van de zonden een last kan zijn, vooral als er een aanzienlijke tijd verlopen is sinds we onze laatste absolutie kregen. Daarom is er het volgende advies van Vr. Zuhldorf:

20 tips van Vr. Zuhldorf voor het maken van een goede biecht
  • Ons geweten regelmatig en grondig onderzoeken
  • Kom op tijd, wanneer de biecht is voorzien, niet enkel een paar minuten voor de biechtsessies eindigen en wacht uw beurt geduldig af. Tijdens het wachten kunt u tot de Heer bidden om u bij te staan voor een ondubbelzinnige biecht.
  • Spreek stellig maar nooit zo luid dat anderen u kunnen horen.
  • Biecht uw zonden klaar en duidelijk op. Rammel niet zomaar iets af.
  • Biecht uw doodzonden op in aantal en aard.
  • Luister aandachtig naar het advies die de priester u geeft.
  • Biecht uw eigen zonden op en spreek niet over andermans zonden.
  • Aanhoor aandachtig en herinner duidelijk uw penitentie en wees zeker dat u deze begrijpt.
  • Doe een daad van boetvaardigheid uit eigen beweging. Hiermee behaagt u God ten zeerste.
  • Maak gebruik van een regelmatige formulering van uw zonde, zodat het u aangenaam en vertrouwd is.
  • Wees niet bevreesd om uzelf in verlegenheid te brengen ... zeg zoals het is.
  • Maak u niet bezorgd dat priesters zouden denken dat u een schurk zou zijn. Het tegendeel is het geval. De priester zal onder de indruk zijn van uw moed.
  • Vrees nooit dat de priester het biechtgeheim zal schenden. Hij is gebonden door zijn priestergelofte.
  • Biecht nooit "neigingen" of "moeilijkheden" op ... enkel uw zonden.
  • Verlaat nooit de biechtstoel alvorens de priester u de absolutie heeft gegeven.
  • Studeer uw akte van berouw in.
  • Beantwoord de vragen van de priester bondig, als hij u vraagt om verduidelijking.
  • Stel vragen als u niet begrijpt wat hij bedoelt wanneer hij u iets zegt.
  • Houdt in gedachten dat een priester ook mindere dagen kan hebben, zoals ieder onder ons.
  • Onthoud dat ook een priester moet te biechten gaan. Zij weten wat u moet doorstaan.
Tot slot, vergeet niet dat Onze Lieve Vrouw, onze engelbewaarders en de heiligen steeds begerig zijn om u bijstand te verlenen en nog meer aan gewonde zielen die nood hebben aan genezing. Bid om hun tussenkomt, zodat we niet zouden twijfelen om de biechtstoel, de fontein van de Goddelijke Barmhartigheid te benaderen.

Bron: Vr. Zuhldorf.

Vertaling: Chris De Bodt

2. Beeldmateriaal Medjugorjedag te Banneux 2/4/2011 met Vr. Pétar Ljubicic

Toespraak van Vr. Pétar [2/7]


3. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 46]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

De gave van het geloof

Janice: Veel mensen op aarde kennen Jezus niet. Weet u daar iets meer over?
Vicka: Daarom is de Gezegende Moeder hier. Veel "christenen" leiden geen christelijk even. Zovelen zijn God vergeten. Zovelen geloven niet meer. Ze roept op tot een sterk geloof.

Janice: Hoe bekomt men een sterk geloof, Vicka?
Vicka: Door gebed en vasten.

Janice: Wat met de mensen die in het geheel geen geloof hebben? Degene die niets weten over bidden en vasten.
Vicka: De gebeden, het vasten, boetedoeningen en het aangeboden lijden van de gelovigen kunnen als een mantel zijn die de ongelovigen bedekt. Dat is wat de Gezegende Moeder wil van ons: een totale overgave aan Gods wil. De Gezegende Moeder pleit bij ons om te bidden en te vasten en boete te doen voor onszelf en voor diegene die het niet kunnen of niet willen.

Janice: Helpen onze gebeden en vasten echt?
Vicka: De Gezegende Moeder zegt van wel.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

4. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 31]

Volkeren, verheugt u...

We kwamen op een oneindige vlakte en midden in die vlakte stond een hoge berg met een ladder ervoor. De lichtende Gestalte zei tot mij: "Beklim deze berg...!" Ik ging trede voor trede naar boven, voorgegaan door de lichtende Gestalte, die echter niet de ladder opliep, maar erboven zweefde. Toen we boven op de berg gekomen waren, zag ik dat de top bedekt was met een zwart kleed. De lichtende Gestalte gaf een teken. Van vier zijden van de berg kwamen vier mannelijke inwoners van de hemel. Ik kreeg in mij: "dat zijn de vier evangelisten." Zij namen dat zwarte kleed weg en ik hoorde de lichtende Gestalte roepen: "Volkeren, verheugt u...!"

Daarna zag ik een witte sluier over de berg liggen. Weer gaf de lichtende Gestalte een teken en nu kwamen die vier evangelisten weer uit de vier hoeken van de berg en namen ook de witte sluier weg. Weer hoorde ik de Stem roepen: "Verheugt u..." Dan zag ik de lichtende Gestalte omhoog zweven met uitgespreide armen en de voeten aaneen gesloten. De Gestalte veranderde in een geweldig schitterend lichtend kruis.

Van Oost en West van de berg kwamen toen twee bewoners van de hemel. Ze droegen beiden iets in de handen en gingen naar het midden van de bergtop. Dan zag ik dat ze beiden een grote ‘3’ droegen, die ze gelijktijdig midden op de top van de berg neerzetten. Het werd het cijfer 33.

Dan kwamen van Noord en Zuid van de berg weer twee hemelsen. Zij droegen ook iets mee. Ik zag dat ze iets van bladeren meedroegen. Deze plaatsten ze gelijktijdig om dat cijfer 33 heen. Het was een lauwerkrans. Vanaf dat lichtende kruis klonk toen de Stem: "Het is volbracht!" Ik begon te wenen en hoorde de Stem zeggen: "Ween niet, mijn dochter, wees verheugd..." [8 december 1978]

Met dank aan Pater Peter Klos

5. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 98]

Schrift 1

163. J.M.J. Het jaar 1937

Algemene oefening

+ Zo dikwijls mijn borst ademt, zo dikwijls mijn hart klopt, zo dikwijls mijn bloed in mijn lichaam stuwt, zo vele duizenden malen wil ik Uw barmhartigheid te prijzen, o Allerheiligste Drieëenheid.
+ Ik verlang mij geheel in Uw barmhartigheid om te vormen en zo een levende weerspiegeling te zijn van U, o Heer. Dat het grootste van de goddelijke eigenschappen, Uw onpeilbare barmhartigheid, doorheen mijn ziel en mijn hart naar mijn naaste vloeien.

Help mij, Heer, dat mijn ogen barmhartig zijn, en ik nooit iemand verdenk of beoordeel naar de uiterlijke schijn, maar waarneem wat mooi is in de ziel van mijn naaste en hem te hulp kom.
Help mij, Heer, dat mijn oor barmhartig zij en zich buigt over de noden van mijn naaste en niet onverschillig blijft voor zijn leed en zijn klagen.
Help mij, Heer, dat mijn tong barmhartig zij, en ik nooit kwaad spreek van mijn naaste, maar voor elkeen een woord van troost en vergeving hebbe.
Help mij, Heer, dat mijn handen barmhartig zijn, gevuld met goede daden, om mijn naaste goed te kunnen doen, en de zwaarste en lastigste taken op mij te nemen.
Help mij, Heer, dat mijn voeten barmhartig zijn, om mijn naaste te hulp te snellen, terwijl ik mijn vermoeidheid en afmatting overwin. Mijn ware rust is mijn naaste dienst bewijzen.
Help mij, Heer, dat mijn hart barmhartig zij, en ik alle lijden van mijn naaste meeleef, mijn hart aan niemand weiger. Ik zal oprecht omgaan zelfs met degenen waarvan ik weet dat ze mijn goedheid zullen misbruiken, en ik zal me opsluiten in het allerbarmhartigste Hart van Jezus. Ik zal zwijgen over mijn eigen lijden. Moge Uwe barmhartigheid in mij rusten, o mijn Heer.

+ Gij zijt het die mij beveelt me te oefenen in de drie graden van barmhartigheid: de eerste: de barmhartige daad, wat het ook zij. De tweede: het barmhartige woord, wat ik als daad niet kan volbrengen, zal ik met het woord verhelpen. De derde: is het gebed. Als ik noch door woord noch door de daad barmhartigheid kam betuigen, zal ik het altijd door het gebed kunnen. Ik zend mijn gebed zelfs daarheen waar ik lichamelijk niet kan gaan. O mijn Jezus, vorm mij om in U, want Gij kunt alles [3].

164. + J.M.J. Warzawa, 1933

Proeftijd vóór de eeuwige geloften [4]

Toen ik vernam dat ik mocht vertrekken voor de proeftijd was mijn hart vervuld van vreugde bij het vooruitzicht van zo'n onschatbare genade, die de eeuwige geloften is. Ik ben vóór het Allerheiligste Sacrament gegaan en toen ik mij in dankzegging stortte, hoorde ik in mijn ziel deze woorden: "Mijn kind, Gij zijt Mijn zaligheid, gij zijt de troost van Mijn Hart. Ik verleen U zoveel genaden als ge er kunt verdragen. Telkens ge Mij vreugdevol wilt maken, verkondig aan de wereld Mijn ondoorgrondelijke barmhartigheid."

Enkele weken vóór mijn proeftijd werd aangekondigd, zei Jezus me, toen ik een moment in de kapel doorbracht: "Op dit ogenblik kondigen de oversten aan welke zusters hun eeuwige geloften gaan uitspreken. Ze zullen niet allen deze genade ontvangen, maar dat is hun schuld. Wie geen voordeel haalt uit de kleine genaden ontvangt geen grote. Maar aan u, Mijn kind, is deze genade gegeven." Mijn ziel werd overstelpt van blijde verwondering, want enkele dagen voordien had een van de zusters mij gezegd: "Gij zult de derde proeftijd niet doen, mijn zuster. Ik zelf ga afraden u deze geloften te laten afleggen." Ik heb aan deze zuster niets geantwoord, maar het was mij zeer pijnlijk, maar ik trachtte zo goed mogelijk mijn pijn te verbergen.

O Jezus, hoe vreemd zijn Uw wegen. Ik zie nu dat de mensen uit zichzelf niet veel vermogen, want ik ga in proeftijd zoals Jezus gezegd heeft.

166. In het gebed vind ik altijd licht en geesteskracht ook al zijn er soms moeilijke en zeer lastige momenten, zoals er soms voorkomen die in een klooster moeilijk voorstelbaar zijn. Verwonderlijk is het dat God dat soms toelaat, maar het geschiedt altijd om in een ziel een deugd te bevorderen of te vervolmaken. Daarom hebben die moeilijkheden plaats.

167. Vandaag [november 1932] ben ik in Warszawa aangekomen voor mijn derde proeftijd. Na hartelijk de dierbare Moeders gegroet te hebben, ging ik een ogenblik naar de kapel. Plots overstroomde de goddelijke aanwezigheid mijn ziel en ik hoor deze woorden: "Mijn dochter, ik verlang dat uw hart gevormd wordt naar het voorbeeld van Mijn barmhartig Hart. Gij moet geheel doordrongen zijn van mijn barmhartigheid."

[3] Hier bleven vier bladzijden onbeschreven.
[4] Na de tijdelijke gelofte kan de generale Overste, na haar raad gehoord te hebben, een zuster toelaten tot de eeuwige geloften, de tijdelijke geloften verlengen of haar wegens zware tekorten uit de congregatie wegsturen.


Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

6. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 98]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

We zijn geen profeet en we zouden niet durven alle perverse mensen op zo korte tijd opnoemen, de prulschrijvers van de vrijdenkerij, de opstellers van een onbillijke wetgeving, degenen die tekort doen aan de eer en de vrijheid van de families, aan de rechten en de deugd van de kinderen. Maar dat deze mensen die God uitdagen en bespotten met zijn dreiging eens strenge en zorgvuldige rekenschap verschuldigd zullen zijn aan zijn gerechtigheid [dat is een vaststaande waarheid] die rekenschap komt er vroeg of laat. Op deze dag van plechtig herstel zullen de goddelozen, die de rechtvaardigen onbesuisd noemden, die zich verzadigden met hun folteringen en tranen zoals brood voor een uitgehongerde, voor eigen rekening leren dat God niet kan verdragen dat er met Hem gespot wordt en dat er noch straffeloosheid noch verjaring bestaat voor misdaad en onrecht.

Alle schade zal glansrijk hersteld worden. Het bloed van Abel dat de aarde laafde, zal over Kaïn komen en hem beschuldigen. Sint Pieter zal rekenschap vragen aan Nero voor de foltering die hij onderging. Maria Stuart zal de goddelijke wraak op het hoofd van haar moordenares Elisabeth van Engeland oproepen. Alle heiligen zullen God inroepen en eenstemmig vragen: Usquequo, Domine, non judicas et non vindicas sanguinem nostrum de iis qui habitant in terra [Apoc 6,10].

Het zal een groot hof van verbreking zijn waarvoor een menigte beroemde rechtszaken zullen verschijnen, waar ontelbare oordelen door vrees, ambitie en eigenbelang ingegeven voorgoed zullen opgeheven worden, waar kortom de Voorzienigheid die de zinlozen op aarde verketteren en beschuldigen van ongevoeligheid, onrecht, en blinde partijdigheid haar keuzes ten volle zal rechtvaardigen volgens dit gezegde: Ut vincas cum judicaris [Ps 50,6].

Er wordt verteld dat er in Duitsland een eenzaam man was waarvan de heiligheid en de werken uitstraalden. Hij genas de zieken, deed de blinden zien en trok de volkeren van de omtrek aan rond zijn woning. Keizer Otto wilde hem bezoeken. Verrukt door de wijze woorden van de heilige man kon hij zijn bewondering niet bedwingen: "Vader, zei hij hem, vraag me wat je wilt, al was het de helft van mijn koninkrijk, je krijgt het."

De heilige nam een plechtige houding aan, hief statig het hoofd dat gekroond leek met een diadeem van edelheid en deugd, legde zijn hand op de borst van de keizer en zei op plechtige toon: ‘Prins, ik kan met je kroon en je schatten niets aanvangen, maar ik vraag een gunst, dat ik midden de praal en de betovering van uw almacht en uw grootheid, elke dag enkele ogenblikken in de geheime eenzaamheid van uw hart terugtrekt en inziet dat er een dag komt van rekenschap aan God. Want, volgens de woorden van paus Sint Clemens: "Quis peccare poterit, si semper ante oculos suos Dei judicium ponat, quod in fine mundi certum est agitandum."

Laat ons hetzelfde doen en met de profeet zeggen: "Cogitavi dies antiquos et annos aeternos in Mente habui" [Ps 86,6]. Mogen we onszelf beoordelen en niet veroordeeld te worden. Mogen we alle dagen van ons leven bij Jezus Christus wonen en dan zullen we van alle angst verlost zijn, want er is geen veroordeling voor degenen die bij de Heer Jezus verblijven: Nihil ergo nunc damnationis iis qui sunt in Christo [Rom 8,1].

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

7. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [5/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


8. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 7]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

Sociale en religieuze toestand

Het kadaster van 1639 leert ons dat de gemeenschap van Saint-Etienne toen bestond uit 40 aarden waarvan 5 op het gehucht Laux en hun sociale toestand wordt beschreven door de belastingen op het perceel van elke familie. Na 3 aarden die er relatief goed voorstaan, waaronder die van notaris Jean Astier, griffier op de gemeente, komen 8 boeren die elk 70 of 80 sols, 17 andere de helft en de laatste 12 bijna niets. De familie Rencurel waarin Benoîte geboren wordt, betaalt 71 sols voor 7 percelen waaronder een wijngaard op het perceel van Guillaume Matheron op de weg naar Pindrau.

De vallei van de Avance, door het herengoed van Avançon overheerst, was de grens door de bergtoppen op de rechteroever, tussen de bisdommen van Gap en Embrun. Ze hing af van dit laatste aartsbisdom dat op meer dan 30 km lag, daar waar Gap slechts op 2 mijl via het bergpad lag. Administratief behoorde ze tot de kieskring Gap en voor sommige rechtszaken van de onderdelegatie Embrun, filiaal van Grenoble.

Ter plaatse behoorde het hogere heerschap aan de kasteelheer van Avançon, in 1647 Florent de Renard afkomstig uit Diois. In Saint-Etienne bezat hij slechts een versterkt huis en een schuur. Louis de Gordes, de latere bisschop van Langres, kocht zijn heerschap af in 1657 om ze meteen door te verkopen voor 90.000 pond aan Jacques Amat, baron van Poët, heerschap van Upaix, Rabou, Chaudun en Châteaurenard. Zijn zoon Claude-Noël zal het afstaan in 1669 voor 64.000 pond aan de markies Horace de Castellane en ten slotte in 1727 zal het aangekocht worden door Claude Souchon-Despréaux, heerschap van Jarjayes en magistraat in Aix-en-Provence. Benoîte zal te doen krijgen met al deze mensen, goed of slecht gezind ten overstaan van Laux.

Vertaling: Broeder Jozef

9. Jezus' tijdgenoten [aflevering 228]

Johannes de apostel

Johannes voor de Latijnse Poort [ook 'Sint-Jan-in-de-Olie' of 'Kleine Sint Jan'] ca 90

De apostel en evangelist Johannes preekte het evangelie in de stad Efese. Daar werd hij door de stadhouder gevangen genomen en men gebood hem aan de afgoden te offeren. Maar hij weigerde te gehoorzamen en werd in de gevangenis geworpen. Men schreef keizer Domitianus een brief waarin hij werd uitgemaakt voor een lelijke tempelschenner, een verachter van de goden en een dienaar van de gekruisigde. Domitianus beval hem naar Rome over te brengen. Daar aangekomen werden hem [om hem belachelijk te maken] al zijn hoofdharen afgeschoren. Voor één van de stadspoorten, de zogeheten Latijnse Poort, werd hij neergelaten in een ketel kokende olie op het vuur. Maar het deed hem in het geheel geen pijn en ongedeerd kwam hij er weer uit.

Nadien bouwden de christenen in die stad een kerk, en ze vierden deze dag alsof Johannes op dat moment inderdaad de marteldood had ondergaan. Toen keizer Domitianus bemerkte dat hij ook op deze manier Sint Johannes niet kon afbrengen van de verkondiging van het evangelie, zond hij hem in ballingschap naar het eiland Patmos. Het is goed te bedenken dat de Romeinse keizers niet de christenen vervolgden vanwege de verkondiging van Christus, want ze wijzen geen enkele godheid af. Nee, het was, omdat Christus zonder toestemming van de senaat als godheid vereerd werd. En zoiets stonden ze niemand toe. Daarover lezen we ook in de Historia Ecclestiaca ['Kerkgeschiedenis']: nl. dat Pilatus over Christus brieven zond aan Tiberius [27 vóór Chr. - 14 na Chr.]. De keizer neigde er reeds toe de Romeinen het geloof in Christus te laten aannemen. Maar de senaat was ertegen, omdat Christus zich god genoemd had zonder hun toestemming.

Nog iets anders lezen wij in een kroniek: zij zouden hem afgewezen hebben, omdat Hij zich niet eerst aan de Romeinen zou hebben geopenbaard. Een andere reden was nog dat Hij het veelgodendom uitroeide, terwijl de Romeinen dat juist aanhingen. Nog een andere reden was dat hij wereldverzaking preekte, terwijl de Romeinen materialistich en eerzuchtig waren. Bovendien wilden ze Christus niet erkennen omdat ze hun wereldlijke macht niet op het spel wilden zetten. Magister Johannes Beleth geeft nog een andere reden waarom de keizer en de senaat Christus en de apostelen vervolgden: een God die geen enkele andere godheid naast zich duldde vonden zij wel al te trots en al te afgunstig. Nog een andere oorzaak schrijft Orosius: dat de senaat kwaad was omdat Pilatus wel aan Tiberius, maar niet aan hen had geschreven over Christus' wonderen. Daarom hadden ze Hem niet onder de goden willen opnemen. Dat maakte Tiberius zo kwaad dat hij vele senatoren doodde, terwijl hij een heel stel andere in ballingschap stuurde.

Toen Johannes' moeder hoorde dat hij in Rome gevangen gehouden werd, werd zij bewogen door moederlijke gevoelens. Zij reisde naar Rome om hem persoonlijk te zien. Daar aangekomen trof zij hem niet meer en zij vernam dat hij in ballingschap gestuurd was. Op de terugweg naar huis stierf ze in de stad Verulae in de landstreek Campania. Daar lag haar lijk lange tijd begraven in een grot. Later werd het door toedoen van haar zoon Jacobus geopenbaard, waarop het onder groot eerbetoon de stad werd binnengebracht. Er ging een wonderbare geur van uit, en het bewerkte vele wonderen. [Legenda Aurea: 6 mei]

Op het eiland Patmos schreef hij zijn boek Openbaring [of Apocalyps] op basis van een aantal visioenen die hij ontving, waarbij een engel hem van alles uitleg gaf.

Vertaling: Broeder Joseph

10. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 52]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Twee dagen te Nazara en Endor

Jezus te Nazareth

Zij brachten het gesprek ook op de Essenen en zij maakten hen uit voor huiche­laars die de Wet niet onderhielden. Doch Jezus toonde hun aan hoe zij de Wet beter onderhielden dan zijzelf en de beschuldiging van huichelarij viel op hen terug. De Essenen kwamen hier ter sprake naar aanleiding van het zegenen, want zij namen er aanstoot aan dat Jezus vele kinderen zegende en zij raakten dit onderwerp aan omdat ook bij de Essenen het zegenen zeer gebruikelijk was.

Inderdaad, telkens als Jezus een synagoge in- of uitging, traden vele vrouwen met hun kinderen Hem tegemoet en zij baden Hem dan om zijn zegen er voor.

Wanneer Jezus hier nog woonde, hield Hij zich altijd veel met de kinderen bezig en deze werden bij Hem stil en rustig door zijn zegen. Hun huilen, al was het nog zo onbedaarlijk, ging over. De moeders waren dit nog niet vergeten en zij brachten Hem daarom ook nu nog hun kinderen, misschien ook wel om te zien of Hij ondertussen niet trotser geworden was. Er waren thans enige kinderen bij, die steigerden en achterover sloegen, alsof zij stuiptrekkingen kregen en die geweldig schreeuwden. Doch na zijn zegen werden zij onmiddellijk kalm. Ik zag uit enige een soort donkere damp uitgaan. Hij legde de knapen de hand op het hoofd en zegende ze op de manier gelijk de aartsvaders het deden, met drie lij­nen van het hoofd en de beide schouders tot aan de schoot,waar die lijnen sa­menliepen. Zo zegende Hij ook de meisjes, maar zonder handoplegging. De meisjes maakte Hij een teken op de mond. Ik dacht daarbij dat het misschien was opdat ze niet te veel zouden praten, maar het hield ook wel een ander geheim in. Hij overnachtte met zijn leerlingen in het huis van een Farizeeër.

11. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 12

Door dit en vele ander onheil zal er verlatenheid heersen op aarde en de wereld zal verminkt en verlaten zijn, wat geschreven staat in de verzen van de profetes. De wereld zal van zijn schoonheid ontdaan worden door de vernietiging van de mens. Want het menselijk ras zal zo verteerd worden dat er amper een tiende deel van hen zal overblijven. Van waar er duizend vertrokken, zullen er amper honderd overblijven. Ook van de gelovigen zullen twee derden verdwijnen en het derde deel, waar de echtheid van bewezen is, zullen overblijven.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 79: Gens Perversa [Een boos geslacht]

Paulus V [1605-1621]

Echte naam: Camillo Borghese [Rome, 17 september 1552 - Rome, 28 januari 1621]

In een andere zaak gaf Paulus V gelukkig blijk van meer wijsheid en liet hij zich niet beïnvloeden door Hendrik IV om stelling te nemen tegen Spanje. Zijn strikte neutraliteit tijdens het regentschap van Maria de Medici stimuleerde ook de geheime onderhandelingen van de nuntii van Parijs en Madrid die leidden tot de huwelijksplannen tussen Lodewijk XIII en de zuster van de toekomstige Filips IV en tussen deze laatste en Isabella, de zuster van Lodewijk XIII. In 1615 nam de Franse geestelijkheid de decreten van Trente officieel aan.

Als Paus schreef hij in 1606 een brief naar Jacobus I van Engeland. Hij wenste hem geluk met zijn troonsbestijging, drukte zijn leed uit over een complot tegen het leven van de vorst [het buskruitverraad] en verzocht de koning van Engeland om de onschuldige katholieken niet te doen lijden voor de misdaad van enkelen. Hij beloofde alle gouverneurs van het koninkrijk aan te sporen om onderdanig en loyaal te zijn jegens hun vorst in alles wat niet strijdig was met de eer van God. Jammer genoeg bevatte de eed van trouw die door Jacobus van zijn onderdanen geëist werd, bepalingen die de paus in 1607 moest veroordelen, wat leidde tot een bittere onenigheid tussen de monarchie en de gouverneurs, die zich aan de beslissing van de Paus onderwierpen.

In Duitsland brak in 1618 een oorlog uit die dertig jaar zou duren. Paulus V bood de keizer en de katholieke liga een financiële steun aan, die in twee jaar tijd opliep tot 625.000 florijnen.

Chris De Bodt

13. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3462 van 2/4/2011

Lieve zonen en dochters, ontvlucht de zonde en dien de Heer met vreugde. Laat de zonde, die duisternis is, uw levens niet beheersen. U behoort tot de Heer en Hij houdt van u. Kniel neer in gebed, want dit is de enige wijze waarop u vrede zult bekomen. U leeft in een tijd van grote geestelijke verwarring. Heb de waarheid lief en verdedig ze. Mijn Jezus heeft een publiekelijke en moedige getuigenis nodig. Open uw harten. Ik kom uit de hemel om u de weg te tonen die u zal leiden tot de redding. Luister naar mij. De mensheid leeft in grote drukte en bevindt zich aan de rand van de afgrond. Ik lijd om wat over u komen gaat. Het lijden zal door Tapa en Quimados gaan. In Luz zal geween en gejammer worden gehoord. Bid, bid, bid. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

14. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

25 december 2010, Kerstmis

Gedurende de ochtend, tijdens het gebed, verscheen een Engel. Hij zei: "Ik ben gekomen om u voor te bereiden op een bijzondere gebeurtenis die gaat komen." Hij leek mij heel ernstig. Hij zei: "Kom, ik zal u met mij meenemen en wees dankbaar voor de genade die u gaat bekomen."

Plots stond ik samen met hem in een mooi huis, heel net en warm. Ik werd gevraagd om neer te knielen en te wachten. Ik kon Engelen en Heiligen zien die heen en weer gingen. Na een korte tijd opende zich een deur die was gebouwd in de gotische stijl. Onze Heilige Moeder verscheen en droeg het Kindje Jezus. Zij plaatste Hem om een verheven kussen, bedekt met zuiver wit satijn. Tewijl Zij dit deed, glimlachte Hij en hield Hij Zijn beide armen omhoog. Hij leek mij zo’n drie maanden oud. Alle Engelen en Heiligen begonnen te zingen en Hem te prijzen in het Latijn: "Gloria in Exelcis Deo."

Ik denk dat de Engel die mij begeleidde, de aartsengel Gabriël was. Hij boog zich over mij en zei: "Geen knuffels, geen kussen. U moet hem eerbiedigen en hen gelukwensen omdat ze de Koninklijke Familie zijn. Loof en bid, want vandaag is de Koning geboren."

Op dat ogenblik keerde de Heilige Maagd zich glimlachend tot mij. Ik zei tegen de Engel: "Hoe kan iemand weerstaan aan zo’n Heilig en mooi Kind? Beeld u in dat de hele wereld zou verlangen om Hem te omhelzen en aan te raken, dan zouden ze heel wat kiemen overbrengen."

Opnieuw sprak de Engel ernstig: "Kiemen kunnen het Heilig Kind niet raken, maar de zonden van de mensen raken en beledigen Hem." Daarop zei hij: "Ga en verkondig waar u vandaag getuige van was. Loof en bedank Hem voor de genade die u verkreeg."

Nadien ervoer ik verlichting van alle pijn en kwellingen die ik moest doorstaan om de zielen van het Vagevuur naar de Hemel te brengen met Kerstmis.

Vertaling: Chris De Bodt


11-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.11 april 2011
11 april 2011

1. De biecht [1/5]
[ter voorbereiding op het houden van uw Pasen tijdens de Goede Week]

Inleiding

Terwijl we verder de vasten ingaan, is Bisschop Mark Davies’ laatste pastorale brief een geschikte gelegenheid voor ons om over onszelf na te denken hoe wij het beste baat kunnen hebben bij het sacrament van de biecht: Ik ben maar één keer in de woestenij van Judea geweest. Het Evangelie beschrijft de streek als een landschap vol met rotsen en onvruchtbare aarde, dat meer op een andere planeet lijkt dan de aarde. Dat is ook zo. Enkel was er vandaag de ongewone hevige regenval die mij deed herinneren mij aan thuis, en nog meer dat u en ik nu geroepen zijn om in diezelfde plaats van het innerlijke gevecht te verblijven tijdens deze dagen van de vasten.


Pietro Longhi

Op aswoensdag begon de vasten met de uitnodiging om zich af te wenden van de zonde en trouw te zijn aan het Evangelie. Het is nooit gemakkelijk om onszelf te confronteren met onze eigen zonden, om aan onze eigen misleidingen te weerstaan, met een duivel die zich onophoudelijk ergens in de omgeving rondom u schuilhoudt. Dit is waarom de Kerk ons dringend vraagt om onze zonden op te biechten tijdens deze veertigdagentijd, die ons naar het Paasfeest leidt.

We leven in een maatschappij waarin we gewend zijn om "openbare biechten" te aanhoren van politiekers, kerkleiders en andere bekenden die in een of ander schandaal zijn betrokken. Het wordt ons allemaal op het scherm gebracht. We vragen zelfs naar dergelijke biechten van hen die een openbaar leven leiden. We hebben niet liever dat zij hun meest gore verhalen naar boven brengen, zodat we in het beste geval onze eigen zonden vergeten, maar in het slechtste geval anderen nog meer als zondaars gaan aanzien.

Echter, als het op onszelf aankomt, vinden we de biecht zo enorm moeilijk, ook al vertegenwoordigt de priester de Enige die ons kan redden van onze zonden. Het christelijk geloof is anders dan het publiek dat om gerechtigheid schreeuwt en niet kan vergeven. Ik ben tijdens mijn leven meerdere malen te biechten gegaan, maar ik heb nooit een meer eenvoudige weg gevonden dan met deze woorden te beginnen: "Vader, dit zijn mijn zonden." Op iets eenvoudiger hoop ik niet, want anders zou ik nooit die heel mooi woorden kunnen horen: "de Heer heeft u bevrijd van uw zonden, ga in vrede."

"Opdat de Heer ons kan bevrijden van onze zonden dienen we eerlijk alles op te biechten wat ooit onze relatie met Hem ernstig heeft ontwricht, alsook elke doodzonde die deze relatie heeft vernietigd. Alinea 1446 van de catechismus zegt: "Christus heeft het boetesacrament ingesteld ten behoeve van alle zondige leden van zijn kerk, allereerst voor hen die na het doopsel zwaar gezondigd hebben en die zo de doopgenade verloren zijn en de kerkelijke gemeenschap geschaad hebben." En om onze relatie met Hem te verdiepen, wat groeien in heiligheid betekent, helpt het biechten van onze dagelijkse zonden en tekortkomingen. Het helpt ons om de zonde te vermijden en om te groeien in het Christelijke leven, of zoals de catechismus zegt: "De regelmatige belijdenis van onze dagelijkse zonden helpt ons ook werkelijk ons geweten te vormen, te strijden tegen onze slechte neigingen, ons te laten helen door Christus en voortgang te boeken in het geestelijk leven." [Alinea 1458]

Aan dit Sacrament worden vele namen gegeven in de Catechismus van de Katholieke Kerk: verzoening, boetvaardigheid, vergevingsgezindheid. De naam die ik in het bijzonder naar voor breng is het "Sacrament van Bekering." Omdat bekering een levensproces is, vanaf onze kinderjaren tot de hoge ouderdom en dit door dit Sacrament; waarbij Jezus Christus zelf Zijn genade en vergevingsgezindheid belooft. Doorheen de loop van ons leven en onze strijd zullen we altijd in dit Sacrament terugvinden dat "Zijn geduld op ons wacht," zoals de Heilige Jean-Marie Vianney het zo mooi heeft uitgedrukt.

Het gaat inderdaad tegen de draad in om toe te geven waar we verkeerd zijn gegaan. Het druist in tegen onze trots en onze inbeelding, om onszelf voor een priester te vernederen bij de biecht van onze zonden. De priester vertegenwoordigt zowel Christus als het hele lichaam van de Kerk, die gewond is door onze zonden, en in dit Sacrament worden we genezen en verzoend met Christus en Zijn Kerk. En het is door een dergelijke oprechte biecht van onze zonden dat alle onze zinsbegoochelingen over onszelf worden opzij geschoven. En dan kunnen we zien waarom de Kerk de biecht ziet als "de enige gewone manier waarop de gelovigen zich met God en de kerk verzoenen." [Alinea 1484]. Het is door de biecht, die met berouw en met een stellig doel tot verbetering [wat betekent: een eerlijke wil om dezelfde zonden te vermijden en wat ons ook tot de zonde verleidt] dat we elk een van de grootste vreugden die op aarde bestaan ervaren: de vreugde dat onze zonden vergeven zijn en dat we andermaal door de genade rechtop kunnen staan.

Het is mijn wens in mijn gebed dat we elk de Biecht kunnen herontdekken in deze veertigdagentijd. In feite hoop ik nog ietsje meer dan enkel het herontdekken van dit Sacrament. Laat ons dit sacrament in dank aanvaarden als een geschenk, laat het ons liefhebben en onze innerlijke band met Christus, de Heer versterken, zodat we in onze strijd tegen de zonde en de verleiding, zouden deel uitmaken van Zijn overwinning in de woestijn, de overwinning die Pasen ons belooft.

Bron: Bisschop Mark Davies, Strewsberry

Vertaling: Chris De Bodt

2. Beeldmateriaal Medjugorjedag te Banneux 2/4/2011 met Vr. Pétar Ljubicic

Toespraak van Vr. Pétar [1/7]


3. Beeldmateriaal van de verschijning van Maria aan Mirjana Dragicevic van 2 april 2011


Dit beeldmateriaal is intussen ook ingesloten in het tekstvak van 2 april 2011

4. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 45]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

De gave van het geloof

Janice: Het geloof is een grote gave, nietwaar Vicka?
Vicka: Ja. Maar net zoals bij alle geschenken, kan ze worden weggegooid.

Janice: Vicka, wie zou deze gave van het geloof weggooien?
Vicka: Veel mensen doen dat en hebben dat gedaan. Het geloof is een kostbaar geschenk. Het vergt werk om de gaven van het geloof te beschermen.

Janice: Welk soort werk?
Vicka: Het vereist gebed om Gods hulp te bekomen. En het heeft oefening nodig. Degenen met de gave van het geloof moeten leven naar de waarheden die zij kennen om het even wat het hen kost.

Janice: Hoe zo?
Vicka: Ik, ik weet veel dingen omdat de Gezegende Moeder mij dat getoond en geleerd heeft. Mijn hele leven is een getuige van het geloof dat ik in haar goddelijke Zoon en Zijn weg heb. De Gezegende Moeder roept iedereen op aarde op om te leven volgens het woord van God, Jezus. Ze zegt dat we allen dat leven van geloof kunnen leiden door gehoorzaamheid aan Gods woord, Jezus.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

5. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 30]

De zonnewijzer is gedraaid...

Ik zag een lichtende Gestalte voor mij uitgaan. Ineens stond ik voor een hoge berg. De lichtende Gestalte wees mij naar die berg en sprak: "Ge zult deze berg beklimmen tot ge aan de top zijt gekomen. Zoek eerst je weg..." Ik zag nu links en rechts van de berg een pad lopen en koos het rechtse pad. Het was een zandpad. Toen ik echter enkele stappen daarop had gedaan, zakte ik steeds dieper en dieper in het zand weg, zodat ik niet meer verder kon. Ik riep: "Heer, ik kan niet meer verder." De lichtende Gestalte zei bevelend: "Keer terug..."

Ineens stond ik weer aan de voet van die berg. Dan ging ik het pad op aan de linkerkant. Dit was een hard rotsachtig pad. Maar dit pad kronkelde zo erg, het leek me een doolhof, waar ik niet meer uit kon komen. Links van dat pad zag ik één en al ruïne liggen. Ik probeerde verder te gaan, maar ik verdwaalde steeds meer en meer in dat doolhof en ik riep: "Heer, ik verdwaal, red mij ... ik kan niet meer." En de lichtende gestalte sprak: "Kom, Ik zal je helpen..."

Plotseling stond ik dan weer aan de voet van die berg. Nu zag ik dat er een grote lange ladder midden tegen die berg geplaatst werd. Ik hoorde de Stem zeggen: "Ga nú naar boven..." Ik klom de ladder op en ineens stond ik boven op de top. Toen hoorde ik, nu vanuit de wolken, de Stem roepen: "Dit tijdperk is afgesloten. Het tij zal gaan keren! De zonnewijzer is gedraaid, ziet toe..." En ik zag een grote zonnewijzer op de top van die berg staan.

De wijzer stond gericht naar de letter W. Dan ging ze met een boog langzaam naar de andere kant. Nu bleef de wijzer staan bij de letter O. Zo ging dit een paar maal, steeds met een boog, heen en weer tussen de letters W en O. Bij de letter O zag ik naast de zonnewijzer geestelijken van verschillende oosterse kerken staan. Een ervan had een icoon in de hand en een ander had een puntmuts van brokaat op, verder verschillende anderen. Ook zag ik verschillende kruisen naast die zonnewijzer staan."

Bij de letter W stond een gewoon kruis. Het was heel groot en straalde naar alle kanten. Dan kwam boven dat alles een grote schitterende Ster en daar boven kwam het teken xP te staan. Ik mocht daar lang naar kijken. Dan ging alles langzaam voor mijn ogen weg." [22 oktober 1978]

Met dank aan Pater Peter Klos

6. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 97]

Schrift 1

161. O Maria, Gij onbevlekte Maagd,
zuiver en reinste kristal van mijn hart,
Gij zijt mijn kracht, mijn anker stevig vast,
Gij zijt een schuts en schild voor 't zwakke hart.

O Maria, rein, ongeëvenaard,
Maagd en ook Moeder, beiden tegelijk,
schoon als de Zon zijt Gij rein, onbesmet,
aan 't beeld van Uwe ziel is niets gelijk.

Uw pracht verrukt het oog der Drieeenheid,
God daalde neder van Zijn eeuwige Troon,
nam vlees en bloed van uw maagdelijk hart,
negen maand lang in zijn verborgen woon.

O Moeder Maagd, niemand heeft ooit bevat
dat de oneindige God mens worden wil,
Zijn liefde alleen en Zijn barmhartigheid;
door U komt leven met God voor altijd.

Maagd Maria, poort van het hemels hof
door U kwam redding, heil, zegen voor ons,
door Uw hand vloeit ons elke gratie Gods,
alleen U getrouw volgen heiligt ons.

O zoete Maagd, heerlijkste leliehart,
't eerste tabernakel van Jezus op aard;
Uw nederigheid heeft Hem het diepst bekoord,
meer dan al d'heiligen en het engelenkoor.

O Maria, mijn zoetste Moeder lief,
U geef ik alles, ziel, lichaam en hart,
Wees Gij mijn schuts, bewaakster van mijn zijn
Vooral in 't uur der dood, mijn laatste pijn.

162 J.M.J. Jezus, ik vertrouw op U. 1 januari 1937.

Blad van innerlijk controle van de ziel. Bijzonder gewetensonderzoek: zich verenigen met de barmhartige Christus. Praktijk: innerlijke stilte, strenge stilte bewaren.

Het geweten

Januari God en de ziel, stilte. Gewonnen 41, gevallen 4. Schietgebed: "En Jezus bewaarde het zwijgen".
Februari God en de ziel, stilte. Gewonnen 36, gevallen 3. Schietgebed: "Jezus, ik vertrouw op U".
Maart God en de ziel, stilte. Gewonnen 51, gevallen 2. Schietgebed: "Jezus ontvlam mijn hart van liefde".
April God en de ziel, stilte. Gewonnen 61, gevallen 4. Schietgebed: "Met God kan ik alles".
Mei God en de ziel, stilte. Gewonnen 92, gevallen 3. Schietgebed: "In Zijn Naam is mijn kracht".
Juni God en de ziel, stilte. Gewonnen 64, gevallen 1. Schietgebed: "Alles voor Jezus".
Juli God en de ziel, stilte. Gewonnen 62, gevallen 8. Schietgebed: "Jezus, rust uit in mijn hart".
Augustus God en de ziel, stilte. Gewonnen 88, gevallen 7. Schietgebed: "Jezus, Gij weet..."
September God en de ziel, stilte. Gewonnen 99, gevallen 1. Schietgebed: "Jezus, verberg mij in Uw Hart".
Oktober God en de ziel, stilte. Gewonnen 41, gevallen 3. Schietgebed: "Maria, verenig mij met Jezus".
November God en de ziel, stilte. Gewonnen, gevallen. Schietgebed: "O mijn Jezus barmhartigheid".
December God en de ziel, stilte. Gewonnen, gevallen. Schietgebed: "Wees gegroet, levende Hostie".

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

7. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 97]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Zodoende moeten we ons niet van ons stuk laten brengen door de arrogantie en de duistere bedreigingen va de goddeloze, wij die momenteel overgeleverd zijn aan geweld en onderdrukking, onze rechten miskend en vertrappeld worden, en onderhevig aan de listen van de ongelovigen teveel despotisme en macht ondergaan. Als God momenteel zwijgt en schijnt te slapen zal hij onvermijdelijk op zijn tijd ontwaken. Nogmaals, het onderzoek is ten einde, het dossier van de goddeloze is volledig, de getuigen zijn ontboden en de vordering is geschied. Het is maar voor korte duur dat de plechtigste hoorzitting uitgesteld is.

Er wordt verteld dat een fiere en edelmoedige Bretoense prins overwonnen en gevangen genomen werd door een woeste rivaal die hem naar een donker cachot verwees met weinig lucht, brood en zon en waar het leven al vlug uitstierf vanwege de wreedheid van een langdurige en doordachte foltering. Vooraleer te sterven zond het slachtoffer volgend citaat naar zijn moordenaar: "Ik ga in beroep bij de opperste Beschermer van de verdrukten voor je wreedheden en grofheid, en binnen één jaar en één dag daag ik je met mij voor zijn goddelijk gerecht." Inderdaad, op de gestelde dag stierf de moordenaar.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

8. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [4/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


9. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 6]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

Regionale omgeving van dit verhaal

Enkele beboste percelen werden beschermd tegen de geiten op de bergflanken van Valserres die de vallei ten zuiden afsloten. De voornaamste boomgroep lag boven het gehucht Laux, verborgen in een dal op de rechteroever van de Avance en waarvan het grondgebied onder Saint-Etienne lag. Maar de verboden ontginningen waren frequent en veroorzaakten rechtszaken onder naburige gemeenten, vooral met Jarjayes.

Onder het mergel zaten aders gipssteen die een plaaster van zeer goede kwaliteit opleverde en waarvoor men van ver kwam. In deze afgravingen groeven de inwoners talrijke kalkovens voor eigen gebruik. Enkele wijngaarden op de zonovergoten flanken van het gehucht Pindrau gaven een degelijke wijn. Het grootste perceel van 74 aren hehoorde in 1565 Guillaume Matheron toe langs de weg van Gap over de berg van Laux. Talrijke notelaars zorgden voor de nodige olie in de keuken. ‘Dit karig bestaan, verklaarde de onderzoeker, gaf maar brood het hele jaar door aan 2 of 3 families, de overige moesten bedelen’. De bekwame mannen gingen als huurlingen de wijnoogst verzorgen in de Midi, de dochters en weduwen dienden als meiden in Gap.

Vertaling: Broder Jozef

10. Jezus' tijdgenoten [aflevering 226]

Johannes de apostel

Johannes en de gifbeker

Omdat Johannes in geheel Klein-Azië het evangelie verkondigde, werd hij door de afgodendienaars naar de tempel van Diana gesleept.

Ze wilden hem dwingen aan deze godin te offeren. Daarop bood de heilige hun een keuzevoorstel aan: als zij in staat waren, door Diana aan te roepen, de kerk van Christus te doen instorten, dan was hij bereid aan Diana te offeren; maar als hij daarentegen door het aanroepen van Christus in staat zou blijken Diana's tempel te doen instorten, dan moesten zij in Christus geloven. Het grootste deel van het volk stemde hiermee in. Johannes liet eerst alle aanwezigen uit Diana's heiligdom verwijderen. Daarop begon hij te bidden. De tempel stortte in en het beeld van Diana viel in gruzelementen.

Nu begon de hogepriester, Aristodemus, het volk op te stoken met als gevolg dat het uit dreigde te lopen op een ordinaire vechtpartij. De apostel kwam tussenbeide: "Wat kan ik doen om u tot vredelievende gedachten te brengen?" Waarop hij antwoordde: "Als u wilt dat ik ga geloven in uw God, dan zou ik u het liefst vergif te drinken willen geven. En als dat u niet deert, dan moet uw God wel de ware God zijn."

En de apostel zei: "Ga uw gang." Op dat moment kwam de ander met nog een voorwaarde: "Maar dan wil ik wél dat u eerst te zien krijgt hoe anderen sterven aan de gevolgen van dat gif, zodat u er de kracht zelf van kunt constateren." Vandaar dat Aristodemus bij de consul om twee ter-dood-veroordeelden liet vragen. Hij gaf ze van het gif te drinken, en onmiddellijk vielen zij dood neer. Nu nam de apostel de beker, hij tekende zich met het kruisteken en dronk vervolgens het gif in één teug op. Hij ondervond er geen enkele hinder van. Daarop begonnen alle omstanders God te loven. Maar Aristodemus zei: "Ik moet bekennen dat ik toch nog twijfels heb. Maar als uw Christus het klaarspeelt die twee mannen die aan het gif gestorven zijn, te doen verrijzen, zal ik echt niet meer twijfelen en voortaan Christus geloven." De apostel gaf daarop geen antwoord, maar reikte hem zijn mantel aan.

Hij vroeg hem: "Waarom geeft u me uw mantel? Of denkt u dat op die manier uw geloof op mij overgaat?" Johannes antwoordde: "Leg deze mantel over de twee lijken en zeg erbij: 'De apostel van Christus zendt mij naar u toe om u te doen verrijzen in naam van Christus!'" Aristodemus deed het en onmiddellijk stonden de twee doden op. Daarop mocht de apostel de hogepriester dopen tezamen met de proconsul en geheel diens familie. Later richtten deze gelovigen daar een kerk op ter ere van Sint Jan.

Volgens de overlevering werd Johannes op last van keizer Domitianus [81-96] gearresteerd vanwege zijn geloof in Christus. Vervolgens werd hij naar Rome overgebracht en voor de Latijnse Poort in kokende olie geworpen. Dit wordt door Jacobus de Voragine als volgt verteld in zijn 'Legenda Aurea'.

Vertaling: Broeder Joseph

11. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 51]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Twee dagen te Nazara en Endor

Jezus te Nazareth

16 september. Vroeg in de morgen bij hun aankomst [zij hadden dus een groot deel van de nacht gegaan], vonden Jezus en Eliud bij het huis van de laatste, vele mensen verzameld, de overige Essenen, de vijf leerlingen, die allemaal het doopsel wilden ontvangen. Jezus onderrichtte hen. Ook van de tollenaars waren er in Nazareth aangekomen, die naar de doop wilden, terwijl andere groepen er reeds naar vertrokken waren. Later in de morgen hield Jezus zijn tweede toespraak en er kwamen daarop twee.

Er waren Farizeeërs uit Nazareth, die Hem vriendelijk uitnodigden hen naar de school in Nazareth te willen volgen [school = synagoge zelf of een zijlokaal of bijgebouw].Zij zeiden dat zij veel over zijn leer, die Hij in de omstreken verspreidde, gehoord hadden. Het betaamde dat Hij ook hun, zijn stadsgenoten, de profeten kwam verklaren. Jezus ging met hen mede. Zij brachten Hem in het huis van een Farizeeër waar nog vele van hun collega's bijeengekomen waren. Zijn vijf leerlingen waren Hem gevolgd. De toehoorders en de Farizeeërs waren zeer hoffelijk en Hij sprak in zulke schone parabelen tot hen, dat zij in zijn leer groot behagen schenen te nemen en Hem naar de synagoge leidden. Hier waren vele mensen verzameld en Hij handelde over Mozes en legde voorzeggingen over de Messias uit. Doch daar Hij zó sprak, dat zij het vermoeden kregen dat Hij zichzelf daarmede bedoelde, ergerden zij zich aan Hem. Desniettegenstaande vereerden zij Hem na de sy­nagoge met een maaltijd bij een Farizeeër. Met zijn vijf leerlingen sliep Jezus in een herberg dicht bij de school [Tot vele synagogen behoorde zo wel een herberg voor reizende leraren als een school. Waarschijnlijk dus ook te Nazareth].

17 september. Jezus onderrichtte heden weer een schare tollenaars die naar de doop wilden. Hij leerde ook weer in de synagoge en wel over het tarwekorreltje dat in de aarde moet sterven. Maar spoedig ergerden de Farizeeën zich opnieuw aan Hem en begonnen wederom van de zoon van Jozef, de timmerman, te spreken. Zij maakten Hem ook een verwijt over zijn omgang met de tollenaars en zondaars, doch Hij stond hun zeer raak en zeer streng te woord [cfr Mt.9:11].

12. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 11

Pas dan zullen ze hun God aanroepen, maar Hij zal hen niet willen horen. Men zal naar de dood verlangen, maar deze zal niet komen, noch zal de nacht rust geven aan hun angst, noch zal de slaap hun ogen niet benaderen, maar angst en slapeloosheid zal de zielen van de mensen verteren en de levenden betreuren.

Vertaling: Chris De Bodt

13. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 79: Gens Perversa [Een boos geslacht]

Paulus V [1605-1621]

Echte naam: Camillo Borghese [Rome, 17 september 1552 - Rome, 28 januari 1621]

Paulus V kon de Middeleeuwen maar niet vergeten. Hij was nog maar net gekroond of hij liet een zekere Piccinardi da Cremona ter dood veroordelen. Hij had Clemens VIII durven vergelijken met de wrede Tiberius. Paulus V dacht ook dat hij zich mocht mengen in aangelegenheden die helemaal buiten zijn bevoegdheid lagen. Venetië liet zijn ongenoegen hierover goed voelen.

De paus voelde zich diep gekrenkt, deed de Dogensenaat in zijn geheel in de ban en sprak het interdict uit over de stad. Venetië deed alsof er niets gebeurd was: de klokken bleven luiden en de geestelijkheid bleef erediensten verzorgen. Alleen de religieuzen, jezuïeten, kapucijnen en theatijnen leden eronder. Ze dachten dat ze uit trouw aan de Heilige Vader verplicht waren de lagune te verlaten. Daarna volgde een epistolaire polemiek tussen de partijgenoten van Paolo Scarpi, die trouw was aan de Dogen, en die van Bellarmin. Deze polemiek werd de 'pennenoorlog' genoemd.

Dank zij het gezond verstand van Hendrik IV werd een compromis bereikt waardoor de antagonisten, zonder gezichtsverlies, de strijdbijl konden begraven. In feite was de paus de grote verliezer. Hij besefte maar al te goed dat niemand zich nog liet intimideren door een interdict, in tegenstelling tot vroeger, toen stad en platteland hier angstig voor terugdeinsden. Het pausdom borg zijn anachronistisch afschrikmiddel dan maar definitief op.

Chris De Bodt

14. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3461 van 29/3/2011

Lieve zonen en dochers, leef naar het paradijs toe, de enige plaats waarvoor u geschapen bent. U bent in de wereld, maar bent niet van deze wereld. U behoort tot de Heer en zou enkel Hem moeten dienen en volgen. Mijn Jezus verwacht zoveel van u. Doe uw best in de opdracht die u is toevertrouwd. Zeg neen tegen de zonde en omhels de genade die Mijn God u schenkt. Nu zijn de tijden die door Mij voorspeld zijn. De mensheid zal een zwaar kruis te dragen hebben en Mijn arme kinderen zullen momenten van angst beleven. Tena zal om hulp roepen en de pijn zal groot zijn voor Mijn kinderen. Bid, bid, bid. Een schrikwekkende gebeurtenis zal geschieden in Page en zich herhalen in Maranhao. Vertel aan iedereen dat ik niet voor de grap uit de hemel kom. Keer terug, want de Heer wacht op u met de immenselijke liefde van de Vader. Moed. Wie met de Heer is zal nooit het gewicht van de nederlaag ervaren. Voorwaarts. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

15. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

17 december 2010

Reeds de hele maand december leed ik pijn in geheel mijn lichaam. Ik dacht dat, nu de maand november was beëindigd, die wordt opgedragen aan de Heilige Zielen in het Vagevuur, die zielen zouden worden toegelaten in de Hemel en dat de dingen wat draaglijker zouden worden voor mij. Maar integendeel, de maand december bracht enkel meer lijden.

Vele keren verscheen de Heer Jezus op een aangename wijze en smeekte Hij mij om dit lijden met liefde te aanvaarden. Hij zei: "Vele zielen verlangden naar de overstap naar de Hemel op Kerstmis." Hij gaf dikwijls dergelijks zaken te weten, en ik voelde bij mezelf, "hoe kan ik hierop neen zeggen?"

De Engel kwam om mij eraan te herinnen om mijn gebeden niet op te drijven. Het was tijdens een nacht dat ik niet kon inslapen en dat ik vele gebeden bad. Om zeven uur ’s ochtends kwam de Heilige Maria met een Engel. Zij groette mij: "Vrede zij met u, Mijn dochter."

"Het spijt mij dat u een slapeloze nacht hebt gehad, maar wij waren u aan het voorbereiden op Onze komst." Onze Gezegende Moeder leek mij heel bedroefd. Ik kon zien aan de smart op haar heilig Gelaat dat zij mij een slechte boodschap zou overmaken.

"Mijn dochter, Ik kom om u te zeggen dat uw land binnenkort een gruwelijke ramp zal ervaren met een zondvloed aan water dat een groot deel van Queensland zal overstromen. We hebben u deze plaats reeds lang geleden aangetoond, maar de mensen sloegen geen acht op deze profetie. Integendeel, de voorspelling werd door iedereen belachelijk gemaakt. Hier toon Ik u nu, Mijn kind, een visioen van razend water en modder."

Het was gruwelijk om aan te zien. "Mijn Moeder," zei ik, "Het is zoals het verhaal van ark van Noach. Het is zo schrikwekkend. O, de arme mensen."

Maria zei: "O ja, het zal een grote ramp zijn. Als de mensen willen bidden, kan het stoppen, maar niet deze keer. De stank van de zonde en beledigingen reiken reeds tot de Hemel."

Op hetzelfde ogenblik dat mij deze profetie werd gegeven; keek ik op naar de Hemel. De Hemel was geheel rood met een dikke laag bloed. Ik kon echter door dit alles een heel groot persoon waarnemen die zich door deze rode laag bewoog.

Plots verscheen de Heer Jezus, ook gekleed in het rood. Zijn heilig gelaat was zeer bedroefd terwijl hij neerkeek op de aarde.

Ik voelde me heel verdrietig en wist niet langs welke kant ik mij moest draaien. Ik wist dat er iets verschrikkelijks zou gebeuren. Ik begon te wenen en het visioen verdween. Deze droefheid ontnam mij de vreugde om mij voor te bereiden op Kerstmis.

Heer, wees genadig voor de hele wereld.

Vertaling: Chris De Bodt


08-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.8 april 2011
8 april 2011

1. Nieuwe, zware aardbeving treft Japan

Japan is opnieuw getroffen door een zware aardbeving. De schok had een kracht van 7,1. Dat is ongeveer even zwaar als de aardbeving die Haïti vorig jaar getroffen heeft. Er werd ook opnieuw een tsunami-alarm afgekondigd, maar dat is inmiddels opgeheven. Mensen in de gevarenzone kregen de raad naar hoger gelegen gebieden te vluchten. Zelfs de gebouwen van de hoofdstad Tokio trilden opnieuw.

De aardbeving treft opnieuw het geteisterde noorden van Japan. De schok zou zich op 40 kilometer van de kust hebben voorgedaan. Met 7,1 is dit meteen de zwaarste aardbeving sinds 11 maart, toen de grond trilde met een kracht van 9,0 en een metershoge tsunami de kust overspoelde. Sindsdien waren er wel meerdere krachtige naschokken. De aardbeving van vandaag had aanvankelijk een kracht van 7,4 opgestempeld gekregen, maar dat werd intussen herzien.


De schok gebeurde eigenlijk precies op de plaats die vorige maand zo zwaar getroffen werd, voor de kust van Sendai, waar de vloedgolf toen tien meter hoog was. De bevolking in de regio Miyagi is opgedragen om naar hoger gelegen gebieden te vluchten. Het tsunami-alarm werd inmiddels opgeheven. Er werd een tijdje gevreesd voor golven tot twee meter hoog.

Probleem Fukushima dreigt eindeloos aan te slepen

Ook in Fukushima is de schok gevoeld. Tepco liet weten momenteel te onderzoeken of de aardbeving nieuwe schade heeft aangericht aan de kerncentrale waar al weken crisis heerst. Voorlopig zijn er geen onrustwekkende signalen. Het personeel werd kortstondig geëvacueerd, maar de werkzaamheden zijn inmiddels hervat. Er zouden volgens Tepco geen gewonden gevallen zijn.

Ondertussen blijjt uit een "vertrouwelijk" rapport van de Amerikaanse Nuclear Regulatory Commission over de nucleaire ramp in Fukushima dat de New York Times kon inkijken, dat de Amerikanen niet optimistisch zijn over de situatie in de centrale. Het rapport is ook erg kritisch over de Japanse aanpak. Die heeft volgens de Amerikanen geleid tot nieuwe, bijzonder ernstige problemen die "eindeloos dreigen aan te slepen". Ondertussen is uitgekomen dat de task force van de overheid die zich bezighoudt met de nucleaire crisis in Fukushima geknoeid heeft met het logboek van wat er zich in de centrale afspeelt. En het fameuze lek, waaruit 7.000 liter hoogradioactief water direct in zee liep, is gisteren niet echt gestopt: blijkt nu dat dat water ergens anders wegloopt, en uitbater Tepco vindt niet waar. Regeringswoordvoerder Yukio Edano heeft vandaag gezegd dat de overheid toch ernstig overweegt om de evacuatiezone rond de rampcentrale uit te breiden. "De bestaande richtlijnen gaan uit van een korte termijn-blootstelling aan straling, en niet met een blootstelling over een langere termijn", geeft Edano toe.

Het rapport is van de hand van de experts die Obama naar Japan stuurde om er te helpen de crisis te bestrijden. Naast een analyse van de problemen waar de Japanners nog mee te kampen hebben, geeft het ook een veel gedetailleerder beeld van wat er echt gebeurd is in Fukushima dan wat de regering in Tokio en uitbater Tepco tot nu hebben gelost.

Zo is er sprake van dat een deel van reactor nummer twee in de grond is gesmolten, en dus door het reactorvat. Het zou gaan om een "creep rupture" waarbij gesmolten splijtstof een steeds groter gat maakt in de 16 centimeter dikke stalen koepel rond de reactorkern. Wanneer het gesmolten goedje in contact komt met beton, leidt dat tot een explosie, waarbij flink wat radioactief materiaal in de lucht wordt verspreid. Bij zo'n scenario is de volgende stap een vernieuwe kettingreactie.

Het verklaart ondermeer waarom er met grote haast begonnen is met het injecteren van stikstof, een maatregel waar de Amerikanen al op 26 maart op aandrongen zo blijkt uit het rapport. Tepco spreekt overigens officieel tegen dat het reactorvat van nummer twee lek zou zijn. Maar een woordvoerder van het Japanse atoomagentschap zei tegen de New York Times dat "het inderdaad goed mogelijk is dat materiaal uit de reactorkern naar buiten is gelekt."

Uit het rapport blijkt ook dat het gebruiken van zeewater om de ractoren te koelen meer kwaad dan goed heeft gedaan. Het zout heeft essentiële onderdelen stukgemaakt of geblokkeerd, waardoor het koelen van reactor 1 bijvoorbeeld quasi onmogelijk is geworden. Volgens het rapport is er dan ook "virtueel geen water meer rond de reactorkern". Ook in reactoren 2 en 3 heeft zeewater essentiële koelingsystemen geblokkeerd.

Margaret Harding, lid van het team en voormalig ontwerpster van reactoren bij General Electric, de bouwer van de reactoren in Fukushima, noemt in het rapport de strategie van de Japanners om zoveel mogelijk water in de reactorbehuizingen te pompen en zo te koelen "ondoordacht". Zij waarschuwt ervoor dat door het gewicht van al dat water de structuren onder enorme stress komen te staan, terwijl niemand er enig benul van heeft hoe erg die al beschadigd zijn. "Bij een ernstige naschok bijvoorbeeld moet je de factor van het gewicht van al dat water beginnen meerekenen."

Het pompen van water in de reactorkern zonder te weten hoe groot de schade is aan de splijtstofstaven is een ander risico. Straling uit kapotte splijtstofstalen kan watermolucules in twee splitsen en zo voor waterstof zorgen die kan reageren met zuurstof en ook op die manier voor een ontploffing kan zorgen.

Volgens de Amerikanen is er ook wel degelijk al een ontploffing geweest in één van de baden met gebruikte splijtstof. Stukken van de staven werden daarbij volgens het rapport "meer dan een mijl" weggeslingerd. Volgens het rapport is de schade aan die baden met gebruikte splijtstof "groter dan tot nu toe is bekendgemaakt".

"Er is een grote waaier van nieuwe gevaren en die kunnen eindeloos aanslepen", waarschuwt het rapport, "en in een aantal gevallen moeten we er van uitgaan dat de maatregelen die nu getroffen worden om de reactoren stabiel te houden die gevaren alleen maar groter maken."

De New York Times liet het rapport ook lezen aan Davis Lochbaum, de nucleaire ingenieur die meewerkte aan de ontwikkeling van de reactoren voor Fukushima, en die al een aantal keer ontwikkelingen voorspelden voor Fukushima die jammer genoeg allemaal bleken te kloppen. Zijn oordeel: ""I thought they were, not out of the woods, but at least at the edge of the woods. This paints a very different picture, and suggests that things are a lot worse."

Ondertussen is uitgekomen dat de task force van de overheid die zich bezighoudt met de nucleaire crisis in Fukushima geknoeid heeft met het logboek van wat er zich in de centrale afspeelt. Zo zijn tijdstippen veranderd, ondermeer van het moment waarop in Fukushima werd begonnen met het lossen van radioactieve stoom. Volgens Hironombu Unesaki, professor aan het Kyoto University Research Reactor Institute, gaat het om belangrijke informatie die relevant is om vast te stellen aan hoeveel straling de bevolking is komen bloot te staan.

En persbureau Kyodo sprak met een 44-jarige Tepco-werknemer, die zei dat hij niet mocht vertellen aan hoeveel straling hij al heeft blootgestaan in Fukushima.

Er is ook slacht nieuws over het gestopte lek waaruit 7.000 liter erg radioactief water recht de zee in liep. Dat lek werd gisteren gedicht, en hoewel dat aanvankelijk leidde tot een stijging van het waterniveau in het afvoerkanaal, zakte dat erg snel weer weg. Met andere woorden: het hoogradioactieve water heeft een andere weg gevonden.

Uit metingen van  de lucht blijkt dat in Ibaraki, de streek tussen Tokio en de rampcentrale, de straling nog steeds 15 keer hoger ligt dan normaal. In Fukushima City, op 40 kilometer van de centrale, is dat 56 keer.

Regeringswoordvoerder Yukio Edano heeft vandaag gezegd dat de overheid toch ernstig overweegt om de evacuatiezone rond de rampcentrale uit te breiden. Tot nu hielden de Japanners hardnekkig vast aan een evacuatiezone van 20 kilometer ronde de centrale, en vroegen ze iedereen in een straal van 30 kilometer om binnen te blijven. Maar, zegt Edano nu, de bestaande richtlijnen gaan uit van een korte termijn-blootstelling aan straling, en niet met een blootstelling over een langere termijn. 

2. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 44]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Een vreemde ervaring

Janice: Vicka, vandaag gebeurde er iets vreemds in de H. Mis.
Vicka: Welke H. Mis?

Janice: De Duitse mis was om 9 u ’s morgens. Als we de kerk [St. Jacob] binnen stapten, was het volledig heiligdom gevuld met een waas. We konden enkel het topje van de hoofden van de priesters zien die de H. Mis concelebreerden. Het was helemaal ongewoon. In feite was er een mystieke realiteit rond de H. Mis. Het was alsof er een wolk was op de vloer van het heiligdom en al degenen die in het heiligdom stonden, stonden in de wolk. Weet u daar iets over?
Vicka: Zag u dat met uw ogen?

Janice: Ja.
Vicka: U had de "sluier" van over uw ogen opgeheven gedurende de H. Mis. De "wolk" die u zag was echt de pracht van al de engelen die altijd rond het altaar staan als de H. Mis wordt opgedragen.

Janice: Vicka, hoe weet u dat?
Vicka: Iedereen weet dat! De engelen maken heel veel deel uit van onze dagdagelijkse wereld. Ze begrijpen de heiligheid van de eucharistieviering beter dan wij. De engelen weten wie aanwezig is. We kunnen dat slechts weten door het geloof.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

3. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 29]

Mijn dienaar Petrus, neem opnieuw de gouden draad...

Toen zag ik weer St. Pieter. Er kwam een man aangelopen met een baard en een lang kleed aan. Over zijn schouder had hij een soort mantel geslagen. Het was een figuur uit vroeger eeuwen. Hij bleef voor een grote bronzen deur staan. Vanuit de lucht kwam aan een gouden draad een heel grote gouden sleutel voor hem hangen.

Vanuit de hoogte klonk de Stem: "Mijn dienaar Petrus, neem opnieuw de gouden draad en open met deze sleutel de deur." Toen zag ik die persoon de deur openmaken; deze was wel 10 tot 15 cm dik. De persoon die Petrus werd genoemd draaide zich om en ik zag een lange, lange rij priesters achter hem staan. De Stem sprak: "Komt, volgt hem..."

De hemel opende zich en voor mijn ogen zag ik een beeld van het Kruis en de M van de Maagd Maria. Rond beiden waren vier kruisjes. Ik hoorde hemelse muziek en zag de bewoners van de hemel opzien naar deze twee figuren. Dan kwamen vanaf het kruis met de vier kruisjes eromheen prachtige hemelse stralen, die over de M met de vier kruisjes heen straalden. Al die stralen vormden dan een prachtige kroon, boven op die M met de vier kruisjes. Het maakte een geweldige indruk op me. Het is niet na te vertellen hoe mooi dit alles was. Langzaam ging dan alles voor mijn ogen weg. Ik heb de Heer met hart en ziel bedankt. [31 mei 1978]

Met dank aan Pater Peter Klos

4. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 96]

Schrift 1

159. Heil’ge Hostie, in gouden kelk bevat,
zend mij heel zuiver, rein en onbevlekt,
door de woestijn, het wijde ballingsoord,
dank zij Uw liefdekracht in mij verwekt.

Heil’ge Hostie, daal in mijn ziele neer,
Gij, allerreinste liefde van mijn hart,
Uw schittering verdrijft mijn duisternis,
weiger Uw gaven niet aan 't nederig hart.

Heil’ge Hostie, hemelse zaligheid,
ook al verbergt Gij hier Uw heerlijkheid
en al biedt Gij ons slechts een kruimel brood,
ons sterk geloof schouwt Uw aanwezigheid.

160. + De dag van de kruistocht [16], de vijfde dag der maand, viel samen met de eerste vrijdag. Vandaag is het mijn dag om de erewacht bij Jezus te houden. Deze dag is het mijn plicht alle beledigingen en oneerbiedigheden tegenover de Heer te herstellen, en te bidden dat die dag geen enkele heiligschennis begaan wordt. Mijn geest was die dag ontvlamd in een bijzondere liefde tot de Eucharistie. Ik meende in een smeltoven veranderd te zijn. Toen ik tot de heilige Communie naderde en de priester mij Jezus gaf, bleef een tweede hostie aan zijn mouw hangen, en ik wist niet welke van de twee ik moest ontvangen. Toen ik een ogenblik nadacht, deed de priester mij ongeduldig met de hand een teken de Hostie te ontvangen. Toen ik de Hostie ontving die hij vóór mij hield, viel de andere in mijn handen. De priester ging door de heilige Communie te geven tot het eind van de Communiebank en al die tijd hield ik Jezus in mijn handen. Toen de priester terugkwam, gaf ik hem de Hostie opdat hij ze terug in de ciborie zou leggen, want voordien, terwijl ik Jezus ontving, kon ik niet spreken om te zeggen dat de andere gevallen was, maar pas nu nadat ik gecommuniceerd had. Maar gedurende de hele tijd dat ik de Hostie in mijn handen hield, voelde ik zo'n krachtige liefde dat ik de hele dag niet kon eten en ook niet tot klaar bewustzijn kon komen. Uit de Hostie hoorde ik deze woorden: "Ik wou op uw handen rusten, niet enkel in Uw hart," en plots op hetzelfde moment zag ik de kleine Jezus, maar toen de priester naderde, zag ik alleen nog de Hostie.

[16] Elke maand, op een door de meesteres vastgestelde dag, had iedere novice een dag van ingetogenheid en erewacht bij het Heilig Sacrament. Ze vroeg dan aan de meesteres haar een versterving op te leggen en droeg al haar werk, gebed en lijden op tot uitboeting voor de zondaars. Sommige zusters deden dat verder ook na het noviciaat.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

Bron
: Janice T. Connell

5. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 96]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Tenslotte wordt het laatste oordeel algemeen genoemd omdat het definitief en onherroepelijk is.

Dit oordeel is onherroepelijk omdat er geen graad van hogere rechtspraak is dan Gods rechtspraak en dat vanuit het absolute recht er geen beroep kan gedaan worden op een relatief en beperkt recht. Er zal noch eerherstel, noch gedeeltelijke of totale amnestie komen. Het goddelijk vonnis is onherroepelijk en Hij, die alles ziet en die de knoop en het einde van het menselijk lot in de eeuwige decreten van de voorbeschikking heeft voorzien, is geen wezen dat van mening verandert. Wat Hij gezegd heeft zal Hij uitvoeren, wat Hij gedaan heeft zal Hij bevestigen. Wat Hij eens gewild heeft zal eeuwig blijven, want hemel en aarde zullen vergaan maar Gods woord zal vergissing noch verandering ondergaan: Caelum et terra transibunt, verba autem mea non proeteribunt [Mt 24,35].

Deze grote waarheden maken weinig indruk op ons omdat de dag van hun vervulling veraf ligt en dat we tot dan denken de strengheid ervan af te buigen. In feite is het debat over die Assisen nog uitgesteld, maar het onderzoek is begonnen en loopt door. Er staat geschreven: "Gods gezicht is gericht op dat van de boosdoener. De Heer bespiedt zorgvuldig de rechtvaardige en de goddeloze... en hij die het kwaad liefheeft is de moordenaar van zijn ziel" [Ps 33,16 - Ps 10,6].

Zoals vandaag de telegraaf een wonderbaar communicatiemiddel tussen mensen is geworden dat bliksemsnel onze bevelen en uitspraken doorseint, zo ook is er een goddelijke telegraaf: elk van onze gedachten eens ontworpen, elk van onze uitspraken eens verwoord, is onmiddellijk in onuitwisbare letters omgezet en met een afschrikkende waarheid neergeschreven in het grote boek waarvan sprake in de gewijde liturgie: Tunc liber scriptus proferetur, in quo totum continetur, unde mundud judicetur [Brevier voor de overledenen].

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

6. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [3/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimgie periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrame is ingesproken door Christopher Plummer. Het drame is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


7. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 5]

Hoofdstuk 1: Regionale en familiale omgeving van Benoîte

Regionale omgeving van dit verhaal

Alle gebeurtenissen uit het leven van Benoîte spelen zich af in een brede bergachtige driehoek van de zuidelijke Alpen, gaande in het noorden van de baan Gap-Embrun, in het zuiden tot aan de Durance en in het westen tot aan de kleine vallei van de Avance die van noord naar zuid versmalt.

De rivier kronkelde tussen moerassen vol riet alvorens de Durance te bereiken 5 km buiten Saint-Etienne d’Avançon, de streek van Benoîte. Tussen heuvels geklemd die snel steil worden en die 2000 meter bereiken zette deze rivier dikwijls de vallei onder water, want de stortregens werden door de diep uitgeholde mergelachtige flanken niet opgevangen. Sinds twee eeuwen zorgt een geordende herbebossing voor stevige humus die vruchtbare velden en weelderige weiden in het dal toelaat.

De ernstige enquête van magistraat du Périer uit 1632 leert ons dat er in 1632 180 inwoners waren in Saint-Etienne, waarvan slechts werkbekwame 30 mannen. "Ze hadden slechts 2 ossen om te ploegen en bezaten maar 1/5 van de grond, de overschot was verhuurd aan inwoners van de nabije dorpen [vooral Remollon], of braakgelaten vanwege de schade door de bergstromen sinds 30 jaar aangericht." Deze grond, opgedeeld in heel kleine perceeltjes van enkele aren opgemeten in porties sestertie [34 aren], lag verspreid voor eenzelfde eigenaar en voedde maar enkele tientalles schapen of geiten. De diepe vallei was voorbehouden voor koren, gerst, wat groenten en vele hennepakkers waarvan de hennep gedeeltelijk ter plaatse gesponnen en geweven werd.

Vertaling: Broder Jozef

8. Jezus' tijdgenoten [aflevering 225]

Johannes de apostel

Zijn verdere levensloop.

Later bracht zijn prediking hem naar Efese in Klein-Azië en de steden rondom, zoals Smyrna, Filadelfia en Laodicea.

Hoewel aan Paulus de stichting van de christengemeente te Efese wordt toegeschreven, schijnt de apostel Johannes vooral de omgeving te zijn rondgetrokken om het evangelie te verkondigen. Hoe de verhouding tussen beide apostelen lag, wordt nergens duidelijk.

Hij zou volgens een oude traditie rond het jaar 39 hierheen gekomen zijn. In zijn gezelschap bevond zich Jezus' moeder Maria. Johannes zou voor haar in de nabijheid van de stad een huisje gebouwd hebben, waar zij tot aan haar dood heeft gewoond.

In de tijd die hierop volgt moet de legende van de gifbeker geplaatst worden. Uit: Legenda Aurea: over de apostel Johannes: vijfde legende. Deze legendenbundel werd geschreven door de dominicaan Jacobus de Voragine [† 1298 - feest 13 juli], waarschijnlijk handboek voor predikanten.

Vertaling: Broeder Joseph

9. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 51]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Twee dagen te Nazara en Endor

In de namiddag keerde Jezus met Eliud naar de synagoge terug om de sabbat te sluiten. De Joden hadden zijn bezoek te Endor zeer kwalijk genomen, maar Hij verweet hen hun hardvochtigheid jegens die verlaten mensen zeer streng, wees hen op hun plicht menslievend jegens hen te zijn en hen mede te nemen naar de doop. Zij hadden immers, ten gevolge van zijn onderricht, besloten hem te gaan ontvangen. Zij waren Jezus na zijn onderricht nog meer genegen geworden.

Tegen de avond keerde Jezus met Eliud naar Nazareth terug en op de weg van Endor naar deze stad zag ik hen weer, zoals altijd, in intiem gesprek. Af en toe bleven zij onder het spreken staan. Eliud vertelde wederom veel over de vlucht naar Egypte en weer werd mij alles in bijvisioenen getoond. Hij kwam op dit onderwerp naar aanlei­ding van zijn vraag aan Jezus of dan zijn Rijk zich ook niet over de goede mensen in Egypte zou uitstrekken. Hij bedoelde hen die tijdens zijn verblijf aldaar door Hem in een goede gesteltenis gekomen waren. Bij deze gelegenheid zag ik nogmaals dat de reis, die Jezus na de opwekking van Lazarus door het heidense Azië tot in Egypte deed en die ik vroeger reeds gezien heb, geen droom van mij was, want Jezus zei hem: "Overal waar Ik gezaaid heb, wil Ik voor mijn einde, de zeldzame halmen [die opgeschoten zijn] verzamelen."

Eliud wist ook van Melchisedek en van het brood en de wijn, die hij gezegend had, maar hij kon zich geen klaar denkbeeld van Jezus vormen en hij vroeg Hem of Hij dan wellicht iemand was zalals Melchisedek. Jezus zei: "Deze moest mijn offer voorbereiden [voorafbeelden], maar Ik zal het offer zelf zijn."

In dit gesprek hoorde ik ook weer dat Maria's lerares in de tempel, Noèmi, een tante van Lazarus was, een zuster van Lazarus' moeder. Lazarus' vader was de zoon van een Syrische koning. Hij had in de oorlog gediend en vele goederen bekomen. Zijn vrouw was een voorname Jodin te Jeruzalem uit het priesterlijk geslacht van Asiron en door Manasse met Anna verwant. Zij hadden drie kastelen: te Betanië, bij Herodium, zes kilometer ten zuidoosten van Betlehem en te Magdalum aan het Meer van Galilea, niet ver van Tiberias en Gabara. In de streek van Magdalum stond ook het kasteel van Herodes. Zij spraken ook van de ergernis en oneer die Magdalena aan haar familie veroorzaakte, enz...

Te Nazareth nam Jezus nog eens zijn intrek bij Eliud, bij wie ook reeds de vijf leerlingen, alle overige Essenen en tal van mensen, die het doopsel wilden gaan ontvangen, verzameld waren.

10. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 10

En omdat niets zal gebeuren zonder het slechte van de mensen op aarde, zal de trompet gehoord worden uit de hemel die de profetes op deze wijze zal voorspellen: de trompet uit de hemel zal zijn jammerklacht laten horen. En op dat bedroevende geluid zal de aarde hevig beven. Dan zal door de woede van God tegen de mensen die de rechtschapenheid niet wilden kennen, het zwaard en het vuur, de hongersnood en de ziekte regeren en boven alles zal er overal een hevige vrees zijn heersen.

Vertaling: Chris De Bodt

11. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 79: Gens Perversa [Een boos geslacht]

Paulus V [1605-1621]

Echte naam: Camillo Borghese [Rome, 17 september 1552 - Rome, 28 januari 1621]

Camillo’s loopbaan in de kerk was niet opvallend. In 1596 benoemde Clemens VIII hem tot kardinaal-vicaris van Rome. In Bologna genoot hij een opleiding van jurist en hij begon zijn kerkelijke loopbaan als legaat in Spanje.

Paulus V besteedde evenveel energie aan het hervormen van de Kerk als aan het verrijken van zijn familie. Hij lag aan de basis van de rijkdom van de Borghese-prinsen, waarvan het geslacht gesticht werd door Marcantonio, de zoon van de jonge broer van de paus. Zoals Leo X zei: "Wanneer God ons tot paus kroont, moeten we daarvan profiteren!"

Het nepotisme terzijde gelaten leidde Paulus V wel een onberispelijk leven. Hij steunde de nieuwe religieuze orden, herinnerde de bisschoppen aan hun plicht in hun bisdom te verblijven, publiceerde het nieuwe Romeinse rituaal en bood de missies van China, India en Canada daadwerkelijke steun.

Chris De Bodt

12. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3460 van 27/3/2011

Lieve zonen en dochers, lijden zal komen uit Coro, Canta en Alegria. Kniel neer in gebed en God zal u redden. Wees mannen en vrouwen van het gebed en geef overal getuigenis dat u van de Heer bent. Ontvlucht het kwade en open uw harten voor Jezus, want dit is de enige wijze waarop u hervormd zult worden. Ik ben uw Moeder en Ik kom uit de Hemel om u met moed, geloof en hoop te vullen. Zet geen stap achterwaarts omwille van uw moelijkheden. Gos is dicht bij u. Vertrouw op Hem die ziet wat verborgen is en weet wat u nodig hebt. U gaat een toekomst van grote beproevingen tegemoet, maar laat u niet ontmoedigen. Op het einde zal Mijn Onbevlekte Hart overwinnen en zult u een grote overwinning ervaren. De Heer zal uw tranen drogen en iedereen zal gelukkig leven. Voorwaarts zonder vrees. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

13. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

10 november 2010

Deze morgen, tijdens mijn gebeden, hoorde ik een stem binnen in mij: "U moet gaan en [T...] gaan opzoeken in de kliniek. Neem wat Wijwater en Gewijde Oliezalf mee."

Ik legde uit dat ik andere plannen had voor deze dag, maar een verlangen binnen mij smeekte me sterk om naar de kliniek te gaan. Ik maakte de Zalfolie en het Wijwater klaar en toen kwam [A...] mij vertellen dat de situatie van [T...] sterk aan het verslechteren was. Ik zei haar dat ik bereid mij had klaargemaakt om naar ginds te gaan [eerder had ik reeds met de familie naar ginds geweest met de auto] maar nu was ik niet zeker hoe ik daar zou geraken en nam ik de bus. In de bus sprak ik de bestuurder aan en vroeg hem welke richting ik na de halte nog moest uitgaan. Ik ging neerzitten om de Heilige Rozenkrans te bidden voor [T...]

Na de stopplaats stapte ik naar de hoofdlaan. Tijdens mijn wandelen hoorde ik een stem mijn naam roepen. Ik draaide mij om en zeg [B...] Zij was verrast om mij te zien, door haar tranen heen. "Wat doet u heer?" [B...] voelde het aan als een mirakel dat wij elkaar op dat punt ontmoetten. We gingen samen verder naar de kliniek. Bij onze aankomst zagen we [T...] sereen slapen. Men had hem kalmeermiddelen toegediend. Er bevond zich reeds iemand aan haar zijde om te bidden.

Terwijl [B...] tot haar praatte, zalfde ik het hoofd van [T...] en ook de handen en de borst met de olie. Hierbij maakte ik het teken van het kruis. De bezoekster ging heen terwijl [T...] nog sliep. Beiden begonnen we te bidden voor haar en ik troostte haar omdat ze begon in te zien dat haar toestand heel ernstig was. Zij vroeg mij om een priester te roepen toen ik weer thuis zou zijn, om haar te komen bezoeken.

Ik had besloten om weg te gaan toen [B...] vroeg of ik wat Gewijd Water had meegebracht. Ik toonde het haar en we zegenden elkaar en daarop zegenden we [T...] met een kruisteken.

Toen vroeg [B...] aan mij om wat wijwater rond de kamer te sprenkelen. Terwijl ik dat deed, voelde ik het koud rondom mij. Ik sprenkelde overvloedig water en zei: "In de naam van de Heer Jezus Christus, ga hier weg." [het koude aanvoelen was een teken van de aanwezigheid van slechte geesten]. Ik sprenkelde het water langs het deurgat en ook lang de gang. Toen nam ik afscheid van [B...] en ging ik weg.

Later die namiddag, om 17.30 uur, was ik de afwas aan het doen. Ik hoorde de stem van mijn overleden moeder die me smeekte om onmiddellijk een priester te roepen. Ik gehoorzaamde en de priester nam de telefoon op. Ik groette hem en vertelde hem dat [T...] zo spoedig mogelijk moest bezocht worden voor het laatste sacrament. Hij antwoordde: "Ik ga nu onmiddellijk." Ik bedankte hem overvloedig.

De volgende morgen ontvingen we het slechte nieuws dat [T...] was overleden tussen zeven en acht uur ’s morgens. Onmiddellijk belde ik de priester op om hem het nieuws te vertellen: "Vader, om u de reis te besparen naar de kliniek, bel ik u nu op, want [T...] is deze ochtend overleden."

Hij antwoordde: "Ik ben gisterenavond ginds geweest en [T...] was wakker en gelukkig. Ik diende hem de laatste sacramenten toe en nam de biecht af. We baden en praatten nog wat verder met elkaar."

Ik ging naar de mis en de priester offerde de mis op voor de ziel van [T...]. De dag ging voorbij en ik bad de Rozenkrans, terwijl ik mij heel gelukkig voelde omdat ik [T...] had kunnen helpen. Ik bedankte ook de Heer voor de priester, voor alles wat hij gedaan had.

Tijdens de nacht werd ik wakker en mijn kamer was vol van vreselijke wezens die mij uitscholden: "U had het recht niet om ons [T...] te ontnemen. U hebt zoveel Wijwater op ons gesprenkeld, dat het ons in brand zette en gedwongen waren om de kamer te verlaten."

Ik antwoordde: "Al goed, want u hoort daar niet te zijn. Het is niet mijn schuld dat u Gods liefde niet wou kennen terwijl u nog in leven was." Hierop zeiden ze: "U bent een krachtige vrouw. We hebben schrik van u. Laat ons."

Ik omschrijf deze wezens als donker en lelijk, bkleed met grijze houtskool. Op hun hoofden bevond er zich een gehoornde hoed die gans hun hoofd als zwart bedekte.

Onze Heer Jezus toonde mij alles wat ik ervoer zodat ik kan navertellen hoe belangrijk het is om gebeden op te offeren voor een stervende persoon. Deze slechte wezens wachten om een niet voorbereidde ziel te pakken te krijgen op het ogenblik van hun dood.

Nadat ik er in met wijwater geslaagd was om de demonen weg te jagen uit mijn kamer, verschijnen er drie oplichtende witte duiven. Zij vulden mijn kamer met licht. Ik dankte de Heer: "Dank U voor deze genade, wat het was schrikwekkend."

Onze Heer verscheen en zei glimlachend: "Vrees niet, ik ben steeds bij u. U bent Mijn voeten en u bent Mijn stem."

Toen bad ik voor alle zielen omdat ze veilig zouden zijn en offerde ben aan de Heer Jezus.

De volgende nacht verscheen mij een heel grote duivel, met een hele grote hond, zoals een Doberman, aan een leiband. Hij benaderde mij. Hij nam mij pijama vast aan de borststreek en schudde me door elkaar. Hij zei: "Ik kwam om u te doden. U doet ons nadeel aan. Laat ons met rust." schreeuwde hij.

Opnieuw zei ik: "In de naam van de Heer Jezus Christus, ga weg!" en bleef dit herhalen terwijl ik hem besprenkelde met wijwater en kruistekens maakte.

Vertaling: Chris De Bodt


07-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.7 april 2011
7 april 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic
[deel 42]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

De eerste boodschappen van de Gezegende Moeder

Janice: Denkt u dat de verschijningen van Onze Lieve Vrouw de laatste zijn voor deze regio, eerder dan voor de ganse wereld?
Vicka: De Gezegende Moeder zei dat deze verschijningen haar laatste zijn [op deze wijze].

Janice: Zijn er boodschappen voor de priesters?
Vicka: De Gezegende Moeder heeft verteld dat de priesters moeten waken over het geloof van de mensen en het beschermen. Ze zouden de rozenkrans met de mensen moeten bidden. Onlangs vroeg de Gezegende Moeder ons om te bidden voor roepingen voor het priesterschap omdat er een tekort aan priesters is.

Janice: Heeft de Gezegende Moeder iets gezegd over de situatie in Oost-Europa?
Vicka: De Gezegende Moeder heeft gezegd dat vrede er enkel kan komen door gebed en boete. Dankzij het gebed en het vasten kan zelfs een oorlog worden gestopt. Zo sterk kunnen het gebed en het vasten zijn. Ze zegt dat we boete uit liefde moeten doen, niet uit angst of uit dwang. De Gezegende Moeder waarschuwt ons dat als we te extreem in onze boete zijn, we niet in staat zullen zijn om daarin te volharden en daardoor vlug zullen stoppen. Ze zegt dat het beter is om onze boete traag te beginnen en trouw te blijven aan onze praktijk van boete. De Gezegende Moeder pleit er bij alle mensen op aarde voor om haar boodschappen trouw na te leven.

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 28]

Dat het water weer helder wordt...

Dan sprak de Stem weer: "Ziet en begrijpt..." En voor mij stond een fontein, maar ze spoot niet. Het water dat onder in de bak lag was vies, drassig en modderig. Dan zag ik daarnaast grote manden staan en daarin lagen brokken beschimmeld brood. Daarnaast stond een stenen offeraltaar met uitgedoofd vuur. En de Stem sprak: "Gij, mijn zonen, kent uw opdracht. Maakt dat het water weer helder wordt!" En ik zag ineens uit de fontein prachtig helder water spuiten.

Daarop zei de Stem: "Maakt het Brood weer rein..." En nu zag ik in de manden blanke heilige Hosties liggen, die Licht uitstraalden. Dan vervolgde de Stem: "En blaast het vuur weer aan ... houdt het brandend..." Nu zag ik op dat offeraltaar prachtige heldere vlammen omhoogstijgen. En de Stem zei tegen mij: "Zeg hen dat dit alles hersteld moet worden. Zeg dat het zo goed is..."

En ik kwam voor een groot water of meer te staan. Nu zag ik dat het water aan de linkerkant één grote dikke modderpoel was geworden. En vanaf de kant zag ik daar krokodillen, slangen, adders en andere kruipende dieren ingaan. Daarna staken zij hun koppen uit die modderpoel omhoog en het was alsof zij alles opzogen en opslokten wat ik daarin zag verdwijnen: mensen, gebouwen en kerken. Alles verdween in de diepte van die modderpoel. Alleen staken hier en daar nog een paar kleine spitsen van kerktorens er bovenuit.

De lichtende Gestalte sprak: "Dat is de droesem. Zo is het gegaan, maar ziet...!" En nu zag ik aan de rechterkant van het meer heel helder prachtig kabbelend water, alsof het kristal was. En ik hoorde de Stem zeggen: "Dit is het water van de herleving, luistert: Zoals de Bruid haar Zoon bracht tot de Vader, zo zult ook gij uw kleinen brengen bij Hem die is. Hij is het Begin en de Sluitsteen..."

Na de woorden "Hij is het Begin en de Sluitsteen," zag ik vanuit dat water aan de rechterkant een kerk en een gebouw omhoog komen. Het waren de St. Pieter en het Vaticaan. Terwijl ik een mond met een vinger ervoor zag, hoorde ik op een versluierde toon zeggen: "De strijd en het gevecht om de ware leer is nog steeds gaande. Past toch op, bewaart ze en verloochent ze niet...!" [15 augustus 1977 en 2 februari 1978]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 95]

Schrift 1

156. + Eens verlangde ik vurig de heilige Communie te ontvangen, maar ik had een zekere twijfel, en daarom ben ik niet gegaan. Ik leed er erg onder, het leek of mijn hart openbarstte van pijn. Toen ik bezig was met mijn werk, het hart vol bitterheid, stond Jezus plots naast mij en zei me: "Mijn dochter, laat de heilige Communie niet weg, behalve als ge weet dat ge zwaar gevallen zijt, daarbij mag geen enkele twijfel u tegenhouden u met Mij te verenigen in Mijn mysterie van Liefde. Uw geringe fouten zullen verdwijnen in Mijn liefde zoals een strohalm geworpen in een grote oven. Weet dat ge Mij zeer bedroeft als ge Mij in de heilige Communie voorbijgaat."

157. 's Avonds, toen ik de kleine kapel betrad, hoorde ik in mijn ziel deze woorden: "Mijn dochter, overweeg deze woorden: In doodstrijd getreden, bad Hij met nog meer aandrang." Toen ik dieper begon na te denken, werd mijn ziel overstroomt met veel licht. Ik begreep dat wij veel volharding in het gebed nodig hebben en dat ons heil dikwijls afhangt van zulk zeer moeilijk gebed.

158. + Toen ik in Kiekrz was om één van onze zusters tijdelijk te vervangen [14], ging ik op een namiddag door onze tuin en hield stil aan de oever van het meer, en lange tijd bleef ik daar mediterend denken over dit natuurelement. Plots zag ik Jezus naast mij staan en vol goedheid zeggen: "Dit alles heb Ik voor u geschapen, mijn bruid, maar weet dat al deze schoonheden niets zijn vergeleken met wat Ik u bereid heb in de eeuwigheid." Mijn ziel werd overstroomd met zo'n grote troost dat ik er gebleven ben tot de avond en het leek me maar een kort moment. Het was mijn vrije dag, bestemd voor mijn eendaagse recollectie [15], ik had dus de volledige vrijheid om in gebed te blijven. O, wat is God oneindig goed. Hij achtervolgt ons met Zijn goedheid. Meestal schenkt de Heer mij Zijn grootste genaden wanneer ik er mij helemaal niet aan verwacht.

[14] In 1930 was Z.F. tijdelijk te Kiekrz.
[15] In het begin van elke maand hadden de zusters een dag recollectie om zich in de geest van de congregatie te verdiepen. Die dag was er stilzwijgen en geen recreatie. Elke zuster deed een uur aanbidding, de kruisweg, een evaluatie van de maand en een half uur meditatie over de dood [zie Constituties van de Congregatie van de M.G.D.B.].


Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

Bron: Janice T. Connell

3. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 95]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Tenslotte, de derde groep mensen die een bijzondere aandacht op het oordeel zal genieten is deze van de zonen van Pilatus, de aanbidders van het gouden kalf en de kameleons van rijkdom en macht. Wolken zonder water, zoals Sint Juda hen noemt, die stuurloos dwalen tussen opinie en doctrine zonder ander godsdienstige of politiek kompas dan hun eigen ambitie, steeds bereid om hun geweten en principes onder de voet te lopen en Christus overleveren als de Romeinse lener om de eer en de toegevendheid van de heer van de dag af te kopen.

Dit lelijke en walgelijk wezen plant zich altijd voort met hetzelfde karakter en gelijke trekken in elk tijdperk van crisis en sociale opschudding. Sint Jan in zijn Evangelie heeft dit model van leugen en lafheid verspreid onder de vorm van een voorgoed populaire en levendig figuur waarin iedere wetgevende en heersende Pilatus van bij ons zich kan herkennen en die de Rechtvaardige verkopen om de gunst en de voordelige waardigheden te veroveren. Die zullen op het oordeel leren dat het niet past twee heren te dienen. Ze zullen de avontuurlijke Caesars vervloeken aan wie ze gaven wat God toekwam en uitroepen: ‘Ergo erravimus: Dus, we hebben ons vergist’.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

4. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [2/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


5. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 4]

Kenmerken van de auteurs van de handschriften

François GRIMAUD (1620-1703), advocaat en procureur des Konings in Gap, Rechter in de vallei van de Avance: hij verhaalt eind 1666 de grote verschijning op 29 augustus 1664 en de eerste gebeurtenissen rond de bedevaart. Hij was consul in Gap in 1673.

Jean PEYTIEU (1640-1689), doctor godgeleerdheid, twintig jaar kapelaan in Laus. Zijn verhaal over het begin van de bedevaart, in 1671 geschreven voor de nieuwe aartsbisschop van Embrun, en zijn schrift met Nota’s die Memoires heten en in 1688 werden gebundeld, zijn nauwkeurig en overtuigend.

Pierre GAILLARD (1621-1715), aartsdiaken van Gap, vicaris generaal en official, doctor godgeleerdheid en licentiaat kerkelijk recht, nam vanaf 1665 deel aan de gebeurtenissen in Laus. Hij ontving vanaf 1696 alle nuttige getuigenissen voor zijn uitgebreide Geschiedenis van Laus, geschreven tussen 1707 en 1711.

François AUBIN (1650-1733), eremijt vanaf 1680 in de bergen nabij Laus, nam nota’s over zijn gesprekken met Benoîte en maakte die over aan M. Gaillard die hij in zijn werk bijstond.

Verder, Raymond JUVENIS (1628-1703), procureur des Konings in het baljuwdomein van Gap, verslaggever op de hoogte van de toenmalige gebeurtenissen, gaf een vervolg aan de uitgebreide ‘Geschiedenis van de Hautes-Alpes’ door de jezuïet Fornier aangaande de periode 1643-1680. Hij geeft verslag over de gebeurtenissen op Laus met enkele details.

7. Jezus' tijdgenoten [aflevering 224]

Johannes de apostel

Johannes in Jeruzalem

Op de pinksterdag werd ook Johannes gedoopt in de Heilige Geest en onderging hij een dramatische verandering. In Hand.3 genas hij samen met Petrus de verlamde bedelaar, die bij een ingang van de tempel zat. Vervolgens werden zij gearresteerd, maar weigerden toe te geven aan de dreiging van het sanhedrin [Hand.4:19-20]. In Hand.8 ging Johannes samen met Petrus naar Samaria als vertegenwoordigers van het geestelijke leiderschap in Jeruzalem [Hand.8:14] en daar bracht hij het vuur van de Heilige Geest i.t.t. het vuur van oordeel zoals hij dat in Luc.9:54 had willen doen. In Hand.12:2 werd zijn broer Jacobus geëxecuteerd, waarmee Jacobus de eerste martelaar werd van de twaalf apostelen, maar Johannes raakte daardoor niet verbitterd of ontmoedigd en ging vastberaden verder in het werk voor de Heer. Uiteindelijk overleefde hij de hele groep van apostelen en als enige van hen stierf hij een natuurlijke dood. Later omschreef Paulus hem als een steunpilaar van de gemeente te Jeruzalem [Gal.2:9]. Zo zien we dat hij door het onderwijs van Jezus en door de werking van de Heilige Geest veranderde in een geestelijk volwassen leider.

Vertaling: Broeder Joseph

8. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 50]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Twee dagen te Nazara en Endor

15 september. Sabbat. Heden ging Jezus met Eliud nogmaals van de voorwijk Nazara naar Endor. Dit was dus maar een sabbatweg [een afstand die men op een sabbat mocht afleggen] van de herberg verwijderd. Hij onderrichtte er deze mensen die Kanaanieten waren, en wel, naar ik meen, uit Sikem, want ik hoorde heden eens de naam "Sikemiet."

Zij hielden in een ruime krocht onder de aarde een afgodsbeeld verborgen [Bij Endor zijn vele grotten]. Drukte men op een knop, dan steeg het beeld aanstonds op een versierd altaar uit de grond op, en het zonk er op dezelfde manier weer in neer. Het was het beeld van een godin dat zij uit Egypte gekregen hadden. De godin heette Astarte. De naam had ik gisteren als Ester verstaan. Dit beeld had een rond aangezicht als een maan en het hield de armen vóór zich en daarop lag iets dat lang en omwikkeld was als een vlinderpop, in het midden dikker en naar beide einden spits uitlopend. Het zou ook wel een vis kunnen geweest zijn. Aan de rug van het beeld hing een soort voetstuk vast waarop een hoge schepel of kuip stond, die boven het hoofd uitstak. Er was iets in gelijk aren die uit de halmen komen en nog andere groene bladeren en vruchten. Het beeld stond met de voeten tot aan het onderlijf in een vat en er stonden potten met levende planten rond.

Zij hielden hun afgodendienst verborgen en in zijn rede bestrafte Jezus hen daarover. Voortijds hadden zij aan de godin misvormde kinderen geofferd. Bij deze godin hoorde de god Adonis,die zij, meen ik, als haar gemaal beschouwden.

Dit volk had in deze omstreken met zijn aanvoeder Sisara de nederlaag geleden en was tot slavendienst veroordeeld en over het land verdeeld. Zij werden nu zeer verdrukt en veracht, nog meer dan voorheen, omdat zij bij het kasteel van Herodes hier in Galilea onlusten verwekt hadden.

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 9

Dan zullen de jaren verkorten, alsook de maanden. De dagen zullen niet lang duren en de sterren zullen in grote getale uit de hemel vallen, zodat de hemel donker zal zijn, zonder enig licht. De hoogste bergen zullen vallen en vlakten worden en de zeeën zullen onbevaarbaar worden.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 78: Undosus Vir [Een golvende man]

Leo XI [1605]

Echte naam: Alessandro Ottaviano de' Medici [Florence, 2 juni 1535 - Rome, 27 april 1605]

Leo XI was paus van 1 april 1605 tot 27 april 1605 en staat daarmee in de lijst van de kortste pontificaten op de achtste plaats.

Zijn vader was Ottaviano de' Medici [14 juli 1482 - 28 mei 1546], van een minder dominante tak van de Medici-familie. Zijn moeder daarentegen was Francesca Salviati, een kleindochter van Lorenzo de' Medici Il Magnifico, een nicht van paus Leo X en tante van Cosimo I de' Medici, groothertog van Toscane.

Aessandro Ottaviano de' Medici was priester en daarom door groothertog Cosimo I als ambassadeur naar paus Pius V gezonden. Hij verbleef 15 jaar in Rome. In 1573 maakte paus Gregorius XIII hem bisschop van Pistoia, en vervolgens aartsbisshop van Florence in 1574. Hij werd benoemd tot kardinaal in 1583.

Op verzoek van paus Clemens VIII verbleef hij rond 1600 in Frankrijk waar Maria de' Medici koningin was.

Malachias verklaring is hier één der moeilijkste, maar waarschijnlijk doelde hij op de tijd dat hij bisschop was van Palestrina. Palestrina is een stad in Italië, 25 kilometer ten oosten van de hoofdstad Rome. De oude naam van de stad, die al in de Romeinse tijd werd gebruikt, is Praeneste of Preneste. Telegonus, de zoon van Odysseus en Circe, wordt wel als stichter van de stad genoemd.

Chris De Bodt

11. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3459 van 27/3/2011

Lieve zonen en dochters, Ik ben uw bedroefde Moeder en Ik lijd om mijn arme kinderen. Ik kom uit de Hemel om u naar een oprechte bekering te lijden. Wees volgzaam. Blijf niet in de zonde, maar keer terug tot Hem die uw ware Weg, Waarheid en Leven is. Ik wens u niet te dwingen, maar Ik vraag u om Mijn oproepen met vreugde te beleven. Nu is het de tijd van pijn voor de mensheid. Saltillo en Dodorna zullen de angst lijden van een veroordeelde. Kniel neer in gebed. Mijn arme kinderen zijn zo blind dat ze de blinden volgen en zullen in een grote afrond geleid worden. Vertel aan iedereen dat God gehaast is en dat het nu de tijd is voor uw rerugkeer. Voorwaarts. Stel niet uit tot morgen wat u vandaag moet doen. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

30 oktober 2010

Deze ochtend tijdens het gebed verscheen mij een visioen. Ik was opgeheven ten Hemel. Onze Heer Jezus wandelde met een groep heiligen die er allen jong en vreugdevol uitzagen.

Zij stopten en Jezus ging neerzitten op een met gras bedekt heuveltje. Niet ver van Hem zag ik een mooie, majestueuze, Koninklijke Toon.

Ik dacht: "Waarom zit de Heer op het gras in plaats van op de mooie troon?"

Toen richtte Hij zich glimlachend tot mij en zei iets tot de Heiligen. Toen zei hij: "Weet u," terwijl hij naar mij duidde, "als Valentina naar ons komt hier in de Hemel, zal ik eens een grap uthalen met haar. Ik ga tot haar zeggen: neen, niet u opnieuw." Iedereen lachte.

Ik lachte ook en zei: "Dat zou juist zijn. Heer, weet u dat er een priester was die ik kende die hetzelfde zei als u zegt tot uw gezellen: weet u dat Valentina een gevaarlijke vrouw is?"

Toen lachte het Hemelse gezelschap opnieuw.

Onze Heer doet altijd iets op mij op te vrolijken als ik me wat minder voel.

Dank u, Mijn Heer, omdat u ons zoveel lief hebt. Heer, Ik hou van u en loof u.

Vertaling: Chris De Bodt


06-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.6 april 2011
Volgende week, ter voorbereiding van de Goede Week, een bijzondere vijfdelige reeks over de biecht

6 april 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 41]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

De eerste boodschappen van de Gezegende Moeder

Janice: Kunt u ons vertellen over de tuchtigingen?
Vicka: Met gebed en boete kunnen ze substantieel worden verminderd.

Janice: Wat betreft de mensen die ongeneeslijk ziek zijn, is er een boodschap van de Gezegende Moeder voor hen?
Vicka: Ja. Als God ons een groot lijden geeft, zouden we het met liefde moeten aanvaarden. De Gezegende Moeder zegt dat God de reden kent waarom hij een bepaald lijden geeft aan een persoon. Hij weet aan wie hij dit schenkt; Hij weet wanneer hij het lijden zal wegnemen. Het enige wat Hij van ons vraagt is geduld. Daarom zouden we nooit mogen vragen, "Waarom ik?" We zouden het lijden moeten aanvaarden als een geschenk, en uit liefde aan God vragen of er iets meer is dat we voor Hem kunnen doen.

Janice: Hoelang zal de Gezegende Moeder blijven verschijnen in Medjugordje?
Vicka: Ik weet het niet. Ze heeft gezegd dat dit haar laatste verschijningen op aarde zijn. Ze heeft niet verteld wanneer de verschijningen zullen stoppen [na dit interview heeft de Heilige Moeder aan Vicka verteld dat ze aan één van de zieners zal blijven verschijnen nà het blijvende teken].

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 27]

Gij zult de opbloei beleven...

Ik hoorde: "Kom, volg mij..." Dan stond ik ineens voor een grote poort, hij leek me van brons. De Stem sprak: "Deze wordt nog niet ontsloten, maar ... een groot gebeuren staat te wachten voor de Kerk..." En het was alsof ik daar achter die poort verschuivingen en bewegingen zag en voelde. Het prachtige Licht ging verder voor mij uit totdat ik weer voor een donkere poort stond en de Stem klonk: "Ook voor jouw land en andere landen staat een gebeuren te wachten. Onthoud dit goed!"

De poort ging langzaam open en ik hoorde: "Treed nu binnen, gij mensenkind, in je eigen tijd. Het is dezelfde maalstroom als voorheen. Ik heb je de beelden laten zien van verderf, strijd, tweedracht en dood..."

Dan zag ik alle volkeren der wereld en boven dit alles een borstbeeld van een paus. En vanuit de lucht klonk de Stem: "Dit is mijn opdracht aan u... verzamel dezen! Het is een zware taak die gij op uw schouders krijgt, maar ik heb mijn gouden draad aan u gegeven. Aanvaard haar en u zult de opbloei beleven..." [31 mei 1977]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboek van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 94]

Schrift 1

153. Zekere dag zag ik twee wegen: één brede, bedekt met zand en bloemen vol vreugde, muziek en alle soorten genoegens. De mensen gingen al dansend op die weg en vermaakten zich. Ze kwamen aan het einde zonder het te merken dat de weg afbrak. Maar op het einde gaapte een vreselijke diepte, namelijk de afgrond van de hel. Deze zielen vielen blindelings in deze jammerpoel, zoals ze stapten, zo vielen ze erin. En ze waren zo talrijk dat men ze niet kon tellen. En ik zag de tweede weg, of eerder, een pad, want het was smal, bezaaid met doornen en stenen en de mensen die voortgingen op deze weg hadden de tranen in de ogen en alle slag van lijden was hun deel. De enen vielen over de stenen, maar ze stonden dadelijk weer op en gingen verder. Op het eind van de weg was er een prachtige tuin, vol met alle soorten geluk en al deze zielen gingen er binnen. Ze vergaten onmiddellijk hun lijden.

154. Eens was er aanbidding bij de Zusters van de Heilige Familie [13] met één van onze zusters ben ik er heengegaan. Van zodra ik de kapel betrad, vervulde de aanwezigheid van God mijn ziel. Zoals sommige momenten bad ik zonder woorden te vormen. Plots zag ik de Heer die me zei: "Weet wel, als ge het schilderen van deze Beeltenis nalaat en geheel het werk van de Barmhartigheid, dan zult gij op de dag van het oordeel verantwoording moeten afleggen voor een groot aantal zielen." Op deze woorden van de Heer vervulde vrees, een soort alarm, mijn ziel. Ik kon mezelf niet bedaren. In mijn oren klonken die woorden: zo zal ik me niet alleen voor mezelf moeten verantwoorden op de dag van Gods oordeel maar ook voor andere zielen. Deze woorden drongen diep door in mijn hart. Terug thuis ben ik naar de Kleine Jezus [de kleine binnenhuis kapel] gegaan, ik ben neergevallen vóór het Allerheiligste Sacrament, het gezicht op de grond, en ik heb gezegd aan de Heer: "Ik zal alles doen wat Gij in mijn vermogen legt, maar ik smeek U wees altijd met mij en geef mij de kracht Uw heilige Wil te volbrengen, want Gij kunt alles en ik kan niets uit mezelf.

155. + Sinds enige tijd gebeurt het dat ik in mijn ziel ervaar wanneer iemand voor mij bidt, ik word het onmiddellijk in mijn ziel gewaar. En hetzelfde gebeurt wanneer een ziel me om gebed vraagt, zelfs zonder dat ze me erover spreekt, dan voel ik het ook in mijn ziel. Ik merk dat op deze wijze : ik ervaar een zekere onrust, alsof iemand me roept, wanneer ik bid, bekom.

[13] De Franciskanessen van de heilige Familie, in de volksmond "Rodziniarki" genoemd naar het Pools "rodzina", familie, hadden een huis in de nabijheid van het generaalhuis van de congregatie van de M.G.D.B.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 94]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Er zijn waarschijnlijk mensen verstrakt in hun kwaad en die niet door die vreselijke verkondiging getroffen zijn. Met de misdaad vertrouwd is deze voor hen een onderwerp van vermaak en glorie. Waarschijnlijk maken ze zich sterk om het oordeel schaamteloos te behandelen en Gods majesteit en het menselijk geweten uit te dagen door een cynische en uitdagende houding. Loze hoop! De zonde zal niet meer afgewogen worden volgens de waardering van de lijfelijke mensen die gemakkelijk het grofste gedrag goedkeuren van zodra de naaste niet in zijn bezittingen of zijn leven getroffen wordt. De gemeenheid en de wanorde van de zonde zullen duidelijk worden in Gods onuitsprekelijk licht. De zonde, zegt Sint Thomas, zal beoordeeld zoals God zelf ze oordeelt: Tunc confusio respiciet oestimationem Dei quae secundum veritatem est de peccato.

Drie voorname groepen van mensen zullen de aandacht trekken.

De eerste van die groepen zal deze van de zonen van rechtvaardigheid en licht zijn, waarvan de verdienste en de goede werken in het volle licht zullen geplaatst worden en goedkeuring en openbaar lof genieten vanwege de onfeilbare en scherpzinnige Rechter waarvan het getuigenis zonder vergissing noch tegenspraak is.

De tweede van die groepen mensen zal deze van de zonen van Voltaire zijn, coryfeeën van de vrijdenkerij en de Revolutie die nu duistere en heiligschennende complotten tegen Jezus Christus en zijn Kerk opzetten. Ze zullen beven van angst en rillen van nameloze huivering bij het aanschouwen in al zijn glorie en zijn almacht van Hem die ze hadden willen verpletteren, die ze aangeklaagd hadden als de vijand, de onredelijke, de schandelijke. Die zullen een laatste kreet van woede en vervloeking uitstoten, zoals Juliaan de Afvallige: Je hebt overwonnen, Galileër!

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Docudrama: Het Evangelie volgens Johannes [1/22]

Het Evangelie van de apostel Johannes is het meest geliefde Evangelie van de vier. Het Evangelie wordt hier mooi naar voor gebracht in een getrouw en krachtig docudrama van de Bijbelse tekst. Het Evangelie van Johannes reconstrueert nauwgezet en trouw het tijdperk van Jezus tijdens een onstuimige periode dat de loop van de geschiedenis zou veranderen. Henry Ian Cusick speelt de rol van Jezus en het docudrama is ingesproken door Christopher Plummer. Het drama is geregisseerd door Philippe Saville, dateert uit 2003 en duurt 4 uur.


6. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 3]

Inleiding

Vooraleer dit werk te doorlopen dient de lezer ingelicht over de ware inhoud. Hij zal er het woelige bestaan van Benoîte, herderin van Laus, in ontdekken, nu voor het eerst beschreven in de sociaal-politieke context van de streek in de XVIIe eeuw. De voornaamste personages worden er in de verf gezet, alsook de invloed van de gebeurtenissen van Laus op het kerkelijk leven in de bisdommen Gap en Embrun.

Dit verhaal is als doorweven met getuigenissen van tijdgenoten, in kostbare Handschriften bewaard, die tijdens het leven zelf van de herderin werden samengesteld door notabelen uit de streek en waardevolle getuigen van de aangehaalde feiten. De auteur van dit werk heeft zorgvuldig elke persoonlijke beoordeling vermeden om alleen de waarachtige Documenten aan het woord te laten met hun oorspronkelijke tint die de religieuze sfeer uit die tijd weergeeft alsook het diepe geloof van de getuigen.

Deze Handschriften werden tot nu toe weinig uitgebaat. In vier Boekdelen gebonden en gedeponeerd in het Archief van het Heiligdom Laus, bezorgen ze een stevige historische basis aan het verhaal dat volgt en dat in verre de stof niet uitput noch alle rijkdom ervan uitdrukt.

De lezer wordt soms verrast door de overvloed aan bovennatuurlijke fenomenen die in heel het leven van Benoîte, gezante van Maria, voorkomen. Ze moeten niet letterlijk begrepen worden in de stijl van de XVIIe eeuw. In dit uitsluitend historisch werk is hun mystieke betekenis niet ontkend: hier wordt enkel de waarachtige tussenkomst van de Maagd aangegeven. De evaluatie volgens modern inzicht zal een taak zijn voor bekwame experts en onder wie er al enkele van op de hoogte zijn.

Bij het overlopen van het nederige bestaan van Benoîte kan de lezer misschien meer respect en achting krijgen voor haar vijftig jaar lange heldhaftig en vruchtbaar apostolaat en kan hij zich verbazen dat het tot op heden bijna onbekend bleef.

R. de Labriolle

Vertaling: Broeder Jozef

7. Jezus' tijdgenoten [aflevering 223]

Johannes de apostel

Zijn houding tijdens de laatste dagen van Jezus

Johannes had samen met Petrus het Pascha mogen voorbereiden [Luc.22:8], maar hij had totaal niet in de gaten welke diepe betekenis deze maaltijd voor Jezus had. Toch lag hij naast Jezus aan tafel [Joh.13:23], en deelde Jezus zelfs met hem het geheim dat Judas de verrader van Jezus was. Hij werd in Gethsemane speciaal door Jezus uitgenodigd om verder dan de anderen mee te gaan en voor Jezus te bidden, maar hij viel tot drie keer toe in slaap. En ook hij vluchtte weg toen de soldaten Jezus kwamen arresteren [Mc.14:50], hoewel ook hij, net als de rest, met grote stelligheid had beweerd dat hij Jezus nooit zou verloochenen [Mc.14:31].

Bij het kruis stond Johannes naast Maria, de moeder van Jezus, en daar ontving hij van Jezus de opdracht om voortaan voor Maria te zorgen [Joh.19:26-27] en dat heeft hij waarschijnlijk met heel zijn hart gedaan. Als laatste lezen we nog dat hij samen met Petrus na de kruisiging van Jezus naar het graf ging [Joh.20:1-10] om tot de ontdekking te komen dat het graf leeg was.

Vertaling: Broeder Joseph

8. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 50]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Twee dagen te Nazara en Endor

Deze mensen stonden elkander liefdevol bij en waren milddadig. Zij droegen kle­dij met gordels en spitse kappen die de oren bedekten, zoals oude kluizenaars. Met de Joden hadden zij geen gemeenschap, maar zij mochten hun kinderen naar joodse scho­len zenden. Deze werden daar echter zo geminacht, geplaagd en verdrukt, dat zij verko­zen om ze er niet naar te zenden. Jezus had veel medelijden met hen en Hij liet ook de zieken bij zich brengen. Zij zaten op een soort van bedden zoals mijn leunstoel, waar ik onmiddellijk aan dacht. Onder de beweegbare leuningen waren steunstaven. Wanneer men de leuning neerliet en op de steunpoten liet rusten, vormde de stoel een soort bed.

Toen Jezus van de doop en de Messias sprak en hen hiertoe aanzette, waren zij zeer schuchter en gaven hun vrees te kennen daar geen aanspraak op te kunnen maken, omdat zij verstotelingen waren, het slachtoffer van discriminatie. Dan onderwees Je­zus hen de parabel van de onrechtvaardige huishouder [Lc. 16: l-9]. Ik ben de uit­leg die ik goed begrepen had, weer vergeten, hoewel ik er de gehele dag mee bezig ben geweest, maar ik zal mij die nog wel herinneren.

Ook vertelde Hij de parabel van de Zoon die door Zijn Vader gezonden wordt om de wijnberg in bezit te nemen. Deze ver­telde Hij telkens en telkens weer bij verlaten heidenen [Mt.21: 33-46].

Deze mensen richtten voor Jezus een maaltijd onder de blote hemel aan, maar Hij nodigde er de armen en zieken op uit en met Eliud diende Hij hen aan tafel. Zij waren er zeer door getroffen.'s Avonds ging Jezus met Eliud terug naar de synagoge in de voorwijk. Na hier de sabbatoefening gevierd te hebben, bleven zij er ook slapen.

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 8

Bovennatuurlijke verschijnselen en tekenen aan de hemel zullen de geesten van de mensen in de war brengen, samen met de grootste verschrikkingen. Een trein van kometen, de duisternis van de zon, de kleur van de maan en het glijden van de vallende sterren. Ook zullen deze tekenen niet gebeuren op de gebruikelijke wijze, maar zullen er plots ongekende sterren, nog nooit gezien door menselijke ogen, verschijnen. De zon zal blijvend verduisterd zijn, zodat er bijna geen onderscheid meer zal zijn tussen dag en nacht en dan zal de maan veranderen, niet voor zo’n drietal uren, maar overdekt met blijvend bloed, zal zij buitengewone bewegingen maken zodat het voor de mensen niet gemakkelijk zal zijn om de koersen van de hemellichamen, noch de tijd te bepalen en er zal winter in de zomer zijn en zomer in de winter.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 77: Crux Romulea [Kruis van Romulus, Rome]

Clemens VIII [1592-1605]

Echte naam: Ippolito Aldobrandini [Fano, 24 februari 1536 - Rome, 3 maart 1605]

Aan het eind van zijn leven werd hij getroffen door jicht. Hij bracht zijn laatste jaren grotendeels in bed door en overleed op 69-jarige leeftijd.

De militaire en diplomatieke successen van Clemens VIII zijn op het Pausgraf Clemens VIII uitgebeeld.

Malachias’ uitdrukking kan verwijzen naar het wapen van Clemens VIII, een balk met verschillende dwarsbalken, en als men goed kijkt zijn het in feite opeenvolgende kruisen. Als kardinaal had hij als titelkerk deze van de Heilige Pancratius, een jongen uit Phrygië, die op 14-jarige leeftijd, op 12 mei 304, in Rome martelaar werd. In een uiterste poging om het christendom voorgoed te vernietigen eisten de keizers Diocletianus en Maximianus dat iedereen verplicht was om te offeren aan de Romeinse goden. Bij weigering hiervan volgde de doodstraf. Pancratius weigerde. Paus Symmachus bouwde een kerk over het graf van deze martelaar: de San Pancrazio. een eed, afgelegd in deze kerk, gold als bijzonder heilig in de middeleeuwen. Pancratius genoot in de middeleeuwen over heel Europa bijzondere verering. Hij is een van de vier ijsheiligen, samen met Sint-Mamertus, Sint-Servatius en Sint-Bonifatius. Zijn naamdag is 12 mei.

Chris De Bodt

11. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3458 van 26/3/2011

Lieve zonen en dochters, verwijder u niet van Mijn Zoon Jezus. Hij is uw alles en u kunt niets doen zonder Hem. Verwijder u niet van de weg die ik u heb aangeduid tijdens deze jaren. Ik kom uit de Hemel en lijdt u naar de eeuwigheid. Open uw harten. Ik wens u niet te verplichten, maar wat ik zeg dient ernstig te worden genomen. Blijf stevig in het geloof. Enkel door het gebed bent u bekwaam om geestelijk te groeien. Het gebed is de sterkte van de zwakke. Bid altijd. De mensheid is ziek en de tijd is gekomen voor een groot geestelijk mirakel. Heb berouw en wees verzoend met de Heer. Zoek sterkte in de Eucharistie en in de woorden van Mijn Zoon Jezus, want dit is de enige wijze waarop u groot in geloof zult zijn. De dood zal door Musoma gaan en Mijn arme kinderen zullen een zwaar kruis te dragen hebben. Ik lijd om wat er op u afkomt. Keer vlug terug. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

13 oktober 2010

Deze ochtend, tijdens het gebed, kwam onze Heilige Moeder tot mij. Zij zei: "Ik kom bij u, zo vlug als ik kan." We omhelsden elkaar als moeder en dochter.

De Heilige Maria zei: "Vandaag neem Ik u met Mij mee om u een plaats te tonen waar vele zielen voor een lange tijd hebben geleden." De plaats leek op een landelijk gebied, eerder afgezonderd. Ik vroeg: "Waar zijn allemaal de mensen?" Ze glimlachte en zei me: "Met uw hulp en uw lijden die Mijn Zoon u heeft toegestaan, reinigt en zuivert u deze plaats en wast u alle vuil weg, maar er is nog een kleine smet achtergebleven."

Op deze bijzondere dag, 13 oktober [Fatima], worden vele zielen in de Hemel toegelaten en gebeuren er vele mirakelen in de wereld. De mensen denken niet aan de arme zielen omdat ze niet genoeg bidden voor hen, noch zien hoe ze wenen om de genade van Mijn Zoon..." en ik merkte op: "Het is hier zeker vredig en het maakt me gelukkig om te weten dat ze naar een mooie plaats in de Hemel zijn gegaan."

"Iets anders," zei de Heilige Moeder. "Door de grootsheid van God en de volheid van Zijn goedheid en liefde is er een andere mirakel gebeurd in Chili. Hij beschermde de mensen en redde hen allen uit deze diepe plaats. De hele wereld kon het gebeuren volgen en het zal de Chilenen voor altijd veranderen. De mensen weten dat Gods hand daar was om hen te beschermen."

"Mijn kinderen, bedank God en prijs Hem voor zijn vriendelijkheid en goedheid. Zing lofzangen voor Zijn Glorie." Toen zei de Heilige Maria: "Hoezeer is Mijn wens dat Ik de hele mensheid kon redden, maar ongelukkiglijk willen ze niet ten goede veranderen omdat de tijden die gaan komen van groot belang zijn en slecht zullen zijn voor de wereld. Ik zou me willen terugtrekken, maar ik moet nog naar deze wereld komen voor nog 1.240 dagen om Mijn kinderen te helpen."

Ik begreep niet wat dit aantal dagen betekende toen de Heilige Moeder me dit vertelde. Ik was bezorgd en ongerust. Ik begreep dat ik moet doorgaan met mijn lijden voor de zielen om gezuiverd te worden van alle smet.

Opmerking: Tussen 13 oktober 2010 en 6 maart 2014 verlopen 1.240 dagen.

Vertaling: Chris De Bodt


05-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.5 april 2011
5 april 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic
[deel 40]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

De eerste boodschappen van de Gezegende Moeder

Janice: Hebben de verschijningen nog altijd dagelijks plaats?
Vicka: Ja. Om twintig voor zes ’s avonds in de winter en om twintig voor zeven in de zomer.

Janice: Zult u iets zeggen over de geheimen?
Vicka: De Gezegende Moeder heeft beloofd een permanent teken achter te laten op de Verschijningsberg. Dit is het derde geheim.

Janice: Weet u wanneer dat zal gebeuren?
Vicka: Ja. De Gezegende Moeder heeft mij dat verteld. Ik mag er niets over zeggen.

Janice: Kan u iets zeggen over de andere geheimen?
Vicka: Het zevende geheim werd getemperd/tenietgedaan door onze gebeden. Daarom smeekt de Gezegende Moeder om onze gebeden, vasten, en boete zodat andere tuchtigingen zouden worden verminderd.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 26]

Keert terug tot uw ware leer en de ware kerk...

Ineens was ik op een grote vlakte en daar middenin stond een tempel uit de oudheid. De pilaren waren hier en daar afgebrokkeld. Boven op die pilaren, aan de voorkant, was een driehoek met allerlei figuren erop. Grote stenen trappen lagen voor die tempel en binnenin zag ik een tegelvloer. Vanuit de wolken die erboven hingen, klonk de Stem op klagende toon: "Achab, Achab...!"

Dan ging dat beeld voor mijn ogen weg en zag ik in plaats van die tempel de St. Pieter staan. Vóór de St. Pieter werd door een spin een groot spinnenweb geweven, zodat de voorkant van de St. Pieter helemaal werd omsloten. In de lucht daarboven hingen zware wolken en vanuit die wolken klonk de Stem op nog meer klagende toon, als van een stervende: "Mijn zonen, mijn zonen, waarom hebt ge Mij verlaten? Mijn volk, mijn volk, waarom hebt ge Mij verlaten? Keert terug tot uw ware leer en de ware kerk..."

Terwijl ik dit hoorde kreeg ik een grote droefheid over mij. Dan was het alsof er in het Vaticaan iets gebeurde; ik kon niet zien wat het was. Ineens verdween voor de St. Pieter het spinnenweb en kwam erboven een prachtige regenboog te staan, in schitterende kleuren. En ik slaakte een zucht van verlichting. [2 februari 1977]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboeken van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 93]

150. + Ik wil een droom neerschrijven die ik van de heilige Theresia van het Kindje Jezus had. Ik was nog novice en ik had bepaalde moeilijkheden die ik niet te boven kwam. Het waren innerlijke moeilijkheden, maar ook uiterlijke waren ermee verbonden. Ik deed novenen tot verscheidene heiligen, maar het werd altijd maar erger. Mijn lijden hierdoor werd zo erg dat ik niet meer wist hoe verder te leven, en plots kwam het idee in mij op te bidden tot de heilige Theresia van het Kindje Jezus. Ik begon een noveen tot haar want vóór ik intrad in het klooster had ik voor haar een grote verering. Ondertussen had ik haar wat verwaarloosd, maar in deze nood herbegon ik vurig tot haar te bidden. De vijfde dag van de noveen droomde ik van de heilige Theresia, maar ze leek me nog op de aarde te zijn. Ze verborg voor mij dat ze een heilige was en begon mij te troosten, dat ik me deze zaak niet zo zeer moest aantrekken, maar meer op God vertrouwen. Ze zei me: "Ik heb ook veel geleden" - ik geloofde zo maar niet dat ze veel geleden had en zei haar dat ik de indruk had dat ze helemaal niet geleden had. Toch antwoordde de heilige Theresia op overtuigende wijze dat ze veel geleden had en ze zei: "Zuster, weet dat binnen drie dagen deze zaak goed zal eindigen." Toen ik haar niet wou geloven, gaf ze mij te kennen dat ze een heilige was. Onmiddellijk werd mijn ziel van vreugde vervuld en ik zij: "Gij zijt Heilig!." Ze antwoordde: "Ja, ik ben heilig. Vertrouw er op dat ge deze zaak binnen drie dagen zult afhandelen". En ik zei haar: "Heilige Theresia, zeg mij, zal ik in de hemel komen?" Zij antwoordde: "Ge zult in de hemel zijn." "En zal ik heilig zijn?" Ze heeft me geantwoord: "Ja, ge zult heilig zijn." "Maar Thereseke, zal ik heilig zijn zoals gij, op de altaren?" En ze antwoordde: "Ja, ge zult heilig zijn zoals ik, maar ge moet vertrouwen hebben op de Heer Jezus." En ik vroeg haar of mijn vader en mijn moeder in de hemel gingen zijn, of... [9]

Zij antwoordde: "Ze zullen er zijn". "En mijn broers en zusters, zullen zij in de hemel zijn?" Ze zei mij van veel voor hen te bidden, maar ze gaf mij geen zeker antwoord. Ik begreep dat ze veel gebed nodig hebben.

Het is een droom, en zoals het spreekwoord zegt: "Dromen zijn bedrog, maar God is geloof", maar ondertussen, zoals ze mij gezegd had, kon ik op de derde dag deze zaak heel gemakkelijk afhandelen. Wat die zaak betreft, speelde alles zich letterlijk af zoals ze gezegd had. Het is een droom, maar hij heeft zijn betekenis.

151. + Eens, toen ik in de keuken was met zuster N. [10], had ze zich wat geërgerd over mij en als straf deed ze mij op de tafel gaan zitten en zijzelf werkte hard, ze kuiste en schrobde en ik bleef op tafel zitten. De zusters kwamen en verwonderden zich, mij op tafel te zien zitten. Iedereen zei haar woordje, de ene dat ik een nietsnut was, een andere: "wat een buitenissige." Ik was toen postulante. Anderen zegden: "wat voor zuster wordt dat." Toch kon ik niet van de tafel af komen want de zuster had mij bevolen in naam van de gehoorzaamheid [11] te blijven zitten tot ze me zei eraf te komen. Waarlijk God alleen weet hoeveel akten van zelfverloochening ik toen deed. Ik dacht te verbranden van schaamte. Dikwijls liet God Zelf dergelijke zaken toe om mij innerlijk te vormen, maar Hij beloonde mij voor deze vernedering door een grote vertroosting. Tijdens de zegen zag ik Hem in een grote Schoonheid, Jezus bekeek me welwillend en zei: "Mijn dochter, vrees het lijden niet, Ik ben met u."

152. Eens toen ik nachtdienst had [12], was mijn ziel wegens het schilderen van de Beeltenis in zo een smart dat ik niet meer wist waaraan mij te houden: enerzijds het steeds mezelf overtuigen dat het een illusie was, anderzijds zei een priester mij dat God misschien juist door deze Beeltenis geëerd wilde worden en dat men moest proberen ze te laten schilderen. In elk geval was mijn ziel zeer vermoeid. Toen ik in de kleine kapel kwam, naderde ik met mijn hoofd het tabernakel, ik klopte en zei: "Jezus, zie welke grote moeilijkheden ik heb wegens het schilderen van die Beeltenis". Ik hoorde een stem uit het tabernakel komen: "Mijn dochter, uw pijnen zullen niet lang meer duren."

[9] Hier onderbreekt zuster Faustyna de zin.
[10] Z.F. was postulante en werkte in de keuken met zuster Marcienne Oswiecimska (1879-1979). Zekere dag vroeg zuster Marcienne na de maaltijd aan Z.F. de tafel af te ruimen en de afwas te doen. Deze begon onmiddellijk, maar de zusters die de een na de andere aankwamen, vroegen haar voortdurend hen op te dienen of een of andere dienst, wat Z.F. niet wou weigeren, zodat de afwas bleef staan. Toen zuster Marcienne terug kwam, meende ze dat Z.F. het werk verwaarloosd had. Voor penitentie moest ze op tafel zitten tot de afwas gedaan was [herinneringen van Zr Marcienne].
[11] Alleen wettige oversten kunnen in ernstige gevallen een bevel geven in naam van de gehoorzaamheid. Zuster Marcienne kon dat dus niet en heeft het wellicht ook niet gedaan. Als penitentie moest Z.F. op tafel zitten en zien hoe de zuster zelf de afwas deed. Toen Z.F. verwonderd aarzelde zei Zr Marcienne: "Is het zo dat Helena de gehoorzaamheid verstaat?" Die woorden interpreteerde Z.F. als een bevel in naam van de gehoorzaamheid [Herinneringen van Zr Marcienne].
[12] In sommige huizen van de Congregatie bestond de gewoonte dat enkele zusters 's nachts van dienst waren om het huis tegen dieven te bewaken. Ze deden de omtrek van de tuin en waakten vanuit het venster.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 93]

Derde Lezing: Over de verrijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Zoals in het theater, zegt Sint Jan Chrysostomus, wanneer een acteur van het toneel stapt, wordt hij niet bewonderd om de rol die hij vertolkte, of het nu gaat om het personage van een koning of van een knecht of bedelaar, maar hij wordt geëerd vanwege zijn handigheid en de perfectie waarmee hij zijn rol speelde. Zo zal niemand op het laatste oordeel geëerd worden omdat hij koning, redenaar, minister of staatsman was. Al deze eretitels en onderscheidingen, die de wereld zo hoog schat, zullen waardeloos en zonder verdienste zijn. De mensen zullen maar geëerd worden vanwege hun deugden en goede werken: Opera enim illorum sequuntur illos [Apoc 14,13].

Ten tweede wordt dat oordeel algemeen genoemd omdat het alle misdaden en delicten betreft.

Het is slechts dan dat de menselijke geschiedenis begint. In de helderheid van Gods licht zullen duidelijk en gedetailleerd alle openbare en geheime misdaden die overal en in alle tijden voorvielen zichtbaar worden. Het leven van elk menselijk wezen zal geheel open geplooid worden. Geen enkele omstandigheid zal overgeslagen worden, geen enkele daad, geen enkel woord, geen enkel verlangen dat niet zal bekend gemaakt worden. We zullen herinnerd worden aan de verschillende tijdperken die we doorgemaakt hebben. Aan de zedelozen zullen wanorde en vrijdenkerij toegeschreven worden, aan die eerzuchtige zijn kronkelende en duivelse wegen.

Het oordeel zal alle zo handig gevlochten draden en omwegen van die kuiperij ontwarren, elke ommezwaai of laffe samenspanning die de mensen met openbare macht proberen te rechtvaardigen, hetzij voor staatsredenen hetzij met het masker van vroomheid of belangeloosheid, zal in het ware daglicht geplaatst worden. De Heer, zegt Sint Bernardus, zal al zijn vrijheden tonen die we voor onszelf verstopten, al deze onbekende wanorde of geplande misdaden waarvan alleen nog de uitvoering ontbreekt, deze listen die als deugden werden beschouwd, en deze vergeten, geheime zonden door het geheugen achtergelaten zullen plots verschijnen als vijanden die uit een valstrik springen: Prodient ex improviso et quasi ex insidiis.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Becket [15/15]

De heilige Thomas Becket [Londen, 21 december 1118 - Canterbury, 29 december 1170], aartsbisschop van Canterbury, was een Engelse katholieke geestelijke van Normandische afkomst.

Hij was de zoon van een te Londen gevestigde Normandische koopman. Hij studeerde theologie in Parijs en werd in 1154 aartsdiaken en in 1155 kanselier van koning Hendrik II van Engeland. Gedurende deze periode ontwikkelde er zich een vriendschap tussen Becket en de koning en mede daardoor werd hij in 1162 aartsbisschop van Canterbury. Toen de koning in 1164 te Clarendon Palace de Kerk aan zijn macht onderwierp met de Constituties van Clarendon, verklaarde Becket zich na enige aarzeling akkoord. Kort hierna kwam hij hier op terug. De koning ergerde zich hieraan. Hij zon op een manier om Becket als publiek figuur weg te krijgen en beschuldigde hem van financiële malversaties tijdens zijn kanselierschap. In 1164 werd hij gedagvaard, maar hij beriep zich op de paus: enkel de paus kon rechtspreken over een kardinaal. Becket vluchtte naar het vasteland, waar hij verbleef in de abdij van Pontigny, en kreeg inderdaad de steun van Paus Alexander III. Deze kon echter geen werkelijke steun verlenen, aangezien hij zelf in een moeilijke positie verkeerde wegens onmin met de Duitse keizer Frederik Barbarossa en de tegenpaus Paschalis III.

In 1170 nam paus Alexander wel stappen, toen de koning zijn zoon liet kronen door de aartsbisschop van York, en niet door Thomas, de aartsbisschop van Canterbury. De paus dwong Hendrik tot een compromis met Becket, die daarop kon terugkeren naar Engeland. In datzelfde jaar vatten vier Normandische ridders een verzuchting van de koning over Becket letterlijk op, reisden af en vermoordden Becket in de kathedraal van Canterbury. Een door Hendrik gestuurde ijlbode Nicolas de Camargue arriveerde te laat om het drama te voorkomen.

Becket viel onmiddellijk algemene verering ten deel als martelaar voor de vrijheden van de Kerk. Op Aswoensdag 21 februari 1173 werd hij door de paus heilig verklaard. Hendrik II liet zich als boetedoening in 1174 in de crypte van de kathedraal door vier monniken geselen. Beckets graf bleef een van de drukst bezochte bedevaartsoorden, tot Hendrik VIII het schrijn in 1538 liet vernietigen. De kerkelijke feestdag van Thomas Becket is 29 december.

Deze film dateert uit 1964 en duurt 148 minuten. Regisseur is Peter Glenville. Acteurs zijn Richard Burton [Thomas Becket], Peter O'Toole [Koning Hendrik II], John Gielgund [Koning Lodewijk van Frankrijk], Paolo Stoppa [Paus Alexander III], Gino Servi [kardinaal Theobald] en Donald Wolfitt [Bisschop Folliot].


6. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 2]

Voorwoord

Weldra twintig jaar zijn verlopen sinds mijn voorganger Mgr. Chagué de eerste uitgave inleidde van het werk van kanunnik de Labriolle: ‘Benoîte de herderin van Notre-Dame-du-Laus’. Ik heb beide mensen niet gekend en nochtans ben ik hen zo nabij door mijn banden met Benoîte Tencurel en het heiligdom van Laus vanaf de dag dat ik naar het bisdom Gap kwam en bisschop gewijd werd in het domein Laus.

Laus heeft vele veranderingen ondergaan de laatste twee decennia: De personen komen en gaan, de muren worden afgebroken, verbouwd en veranderd. Maar nu zoals voorheen en meer zelfs ontvangt Laus jaarlijks duizenden pelgrims, retraitanten of enkelingen die de stilte, de ingetogenheid en de rust opzoeken. Hoeveel vergaderingen, sessies, congressen of studiedagen zijn er waarop wordt nagedacht en gedeeld. Wat een volkstoeloop ook tijdens de grote jaarlijkse bedevaarten of de bisdomfeesten. Gisteren en vandaag trekt de Maagd van Laus de licht- en Godzoekers aan in deze zonovergoten bergen. Gisteren en vandaag neemt de stralende figuur van Benoîte de kinderen en jongere, ouders en grootouders, priesters en religieuzen op sleeptouw. Nadat Mgr. Chagué opnieuw de aanvraag voor zaligverklaring van Benoîte indiende en dankzij het werk van kanunnik de Labriolle zijn andere in gang gekomen, zodat de aanvraag vandaag goed is gevorderd. Allen worden uitgenodigd te bidden opdat ze nu vlug een goede afloop zou genieten.

Zoals de talrijke werken die de laatste twintig jaar verschenen over Benoîte en Laus, is de heruitgave van het boek van kanunnik de Labriolle relevant voor de interesse die de oorsprong, de geschiedenis en het leven van dit heiligdom opwekt. Dankzij deze pagina’s die, ongeacht het enorme werk dat eraan voorafging, een gewone en klare stijl behouden, zullen nieuwe lezers Benoîte Rencurel beter leren kennen, begrijpen en beminnen in haar historische waarheid zowel als in de vervoering waarvan dit werk getuigt.

Dit geeft me de gelegenheid om ieder die op een of andere manier, soms in een verborgen en onbarmhartige taak, Laus verder uit te bouwen tot een plek van onthaal en gebed, te bedanken, in het bijzonder degenen die aan de heruitgave van dit boek deelnamen. Ook, vanzelfsprekend, ieder uitnodigen die in de stappen van Benoîte wil meegaan om naar Laus te komen en er met haar de boodschap van barmhartigheid en bekering die Maria toevertrouwt te beluisteren en bezinnen. Zo, het derde millennium nabij, zal Laus steeds beter de wens van Maria beantwoorden door altijd beter, samen met alle Maria-oorden, een plek van kerstening en bezinning te zijn, kortom een ontmoetingspunt met de Verlosser der aarde door bemiddeling van zijn heilige Moeder.

+ Georges LAGRANGE
Bisschop van Gap
1 maart 1996

Vertaling: Broeder Jozef

7. Jezus' tijdgenoten [aflevering 223]

Johannes de apostel

Karakteristieke gebeurtenissen.

Luc. 9: 54: Toen de leerlingen Jacobus en Johannes merkten dat Jezus niet welkom was, vroegen ze: Heer, wilt U dat wij vuur uit de hemel afroepen dat hen zal verteren?

In dit gedeelte blijkt hoezeer Jacobus en Johannes hun bijnaam ‘zonen van de donder’ eer aandeden. Zij hadden nog een zeer extreem harde mentaliteit, en ze wilden net als Elia vuur uit de hemel laten dalen [2 Kon.1:10-12]. Maar deze zelfde Elia had net in Luc.9:31 met Jezus over het kruis gesproken, hoewel Johannes net als Petrus en Jacobus in slaap gevallen was. Was Johannes dit alweer vergeten? Maar Jezus draaide Zich naar hen om en wees hen streng terecht: gelukkig maar. Toch was Johannes bijzonder hardleers en drong het onderwijs van Jezus nog niet erg diep tot hem door. Dat blijkt wel uit de volgende gebeurtenis waarbij Jacobus en Johannes met een speciaal verzoek bij Jezus kwamen.

Marc. 10: 35-37: Jakobus en Johannes, de zonen van Zebedeüs, kwamen bij Hem en zeiden: Meester, we willen dat U voor ons doet wat we U vragen. Hij vroeg hun: Wat willen jullie dan dat Ik voor je doe? Ze zeiden: Wanneer U heerst in Uw glorie, laat één van ons dan rechts van U zitten en de ander links.

Opnieuw blijkt hier wat voor natuurlijke mentaliteit Johannes in feite bezat, want hij stelde deze vraag vlak nadat Jezus voor de vierde keer Zijn lijden en sterven had aangekondigd. Johannes wilde niet alleen de nummer één van de twaalf zijn, maar zelfs de nummer één van de hele mensheid. Alle andere leerlingen [zelfs Judas!], waren zeer woedend [vers 41]. Johannes demonstreerde een natuurlijk karakter van onvoorstelbare arrogantie en trots. Hij bezat een zeer hoogmoedige geest. Maar Jezus wist precies hoe Hij deze trotse volgeling moest ombuigen tot een zeer nederige leider die aan het eind van zijn leven bekend zou staan als de apostel der liefde.

Vertaling: Broeder Joseph

8. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 49]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Twee dagen te Nazara en Endor

Jezus ging met Eliud in zulk een gebouw. Men waste Hem de voeten en vergastte Hem. Hierna onderrichtte Hij die mensen op de open plaats van op de verheven leer­stoel die men er voor Hem opgericht had. De vrouwen, die afzonderlijk in een van de vleugels woonden, namen plaats op de achtergrond.

Deze mensen waren geen eigenlijke Joden, maar een ras van uitgestoten slaven, die van de vruchten die zij wonnen, schatting moesten betalen. Na een zekere oor­log waren hun voorouders in deze stad gebleven. Ik meen te weten dat hun aanvoerder Sisara was en dat hij niet ver van deze stad verslagen werd en op zijn vlucht door een vrouw gedood werd.

Dit ras was over het gehele land als slaven verdeeld. Hier waren er nog zowat vierhonderd. Dit volk had vroeger onder David en Salomon stenen voor de tempelbouw moeten houwen. Zij werden altijd voor zulke arbeid gebruikt. Voor de overleden koning Herodes moesten zij een waterleiding van verscheidene uren lang helpen bouwen. Ze moest water uit het zuiden naar de Berg Sion leiden.

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 7

De atmosfeer zal bedorven, onzuiver en dodelijk zijn, de ene keer door abnormale regen, de andere keer door de dorre droogte, eens bij koude en dan door uiterste hitte. De aarde zal geen vruchten meer schenken aan de mensen: geen veld, boom of wijnrank zal nog iets voortbrengen, want na de grote verwachtingen in hun bloei zullen ze falen in het voortbrengen van vruchten. Fonteinen zullen opdrogen, samen met de rivieren, zodat er onvoldoende voorraad zal zijn om te drinken. Het water zal veranderen in bloed of bitterheid en daarenboven zullen de dieren sterven op het land, de vogels in de lucht en de vissen in de zee.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 77: Crux Romulea [Kruis van Romulus, Rome]

Clemens VIII [1592-1605]

Echte naam: Ippolito Aldobrandini [Fano, 24 februari 1536 - Rome, 3 maart 1605]

Clemens VIII was paus van 30 januari 1592 tot aan zijn dood. Hij kende een schitterende loopbaan en werd in 1585 kardinaal en in 1588 Legaat van Polen. Zijn geestelijke leidsman was Filippus Nerius geweest, die meer dan dertig jaar lang zijn biechtvader bleef. Toen hij paus werd, nam hij Baronius tot biechtvader.

Hij had een enorme werklust en was een bekwaam jurist en diplomaat. Al in het eerste jaar van zijn pontificaat nam hij het Quirinaal in gebruik als zomerpaleis.

Een belangrijke doelstelling van zijn beleid was het verminderen van zijn afhankelijkheid van Spanje. Hij herriep de excommunicatie van Hendrik IV van Frankrijk na diens bekering tot het katholicisme in 1593 en bracht in 1598 tussen Frankrijk en Spanje de Vrede van Vervins tot stand. Dankzij de aldus verkregen machtige Franse bondgenoot kon hij het hertogdom Ferrara beroven van haar hoofdstad Ferrara en bij de Kerkelijke Staat inlijven. Andere opmerkelijke aspecten van zijn pontificaat waren het goedkeuren van koffie voor gebruik door christenen [koffie werd tot dan toe als een typische Turkse en islamitische drank beschouwd, die voor moslims het gemis van alcohol moest goedmaken], de terechtstelling van de vrijdenker Giordano Bruno in 1600, en het uitvaardigen van diverse anti-joodse maatregelen, die tegenwoordig als antisemitisme kunnen worden opgevat. In 1601 stelde hij de Litanie van Loreto vast.

Chris De Bodt

11. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3457 van 22/3/2011

Lieve zonen en dochters, Ik hou van u zoals u bent en Ik kom uit de hemel om u aan te moedigen en u tot Mijn Zoon Jezus te leiden. Ik vraag u om mannen en vrouwen van gebed te zijn en overal te zoeken om getuigenis van uw geloof te geven. Blij niet in de zonde. Wees bekeerd en keer terug tot Hem die uw Weg, Waarheid en Leven is. De mensheid heeft de vrede verloren omdat de mensen God hebben laten vallen. Ik ben uw bedroefde Moeder en Ik lijd om wat er over u gaat komen. Zoek sterkte in de Eucharistie en in de woorden van Mijn Zoon Jezus. Laat de dingen van de wereld u niet wegnemen van de waarheid. U behoort tot de Heer en zou enkel Hem moeten dienen en volgen. Sonora zal uit de bittere beker van het lijden dringen en Mijn arme kinderen zullen een zwaar kruis te dragen hebben. Kniel neer in gebed. Uw overwinning is in de handen van de Heer. Open uw harten voor Hem die ziet was verborgen is en u kent bij naam. Moed. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

26 augustus 2010

Deze ochtend, terwijl ik bad, verscheen de Heer Jezus aan mij met de woorden: "Vrede zij met u, Mijn kind."

"Mijn kind de vrede is essentieel en belangrijk, u moet er allen de gewoonte van maken om vredevol te zijn. Het is erg bedroevend dat de wereld zo verward is en vol van het slechte. De mensen vragen niet om vrede. Zij zouden nog liever elkaar bevechten en doden. Vraagt u zich dan af waarom er zoveel rampen zijn in deze wereld vandaag?

Mijn kinderen. Dit zijn lessen die u moet leren om onder elkaar en de naties broederlijke liefde te schenken, in plaats van elkaar te haten. Deze rampen zullen blijven aanhouden tot u zult geleerd hebben dat de vrede van God komt en niet van de mensen. Enkel Ik kan vrede schenken.

Kijk naar Australië. Deze mensen kunnen niet beslissen wie dit land moet regeren. Bij rechte zou het Tony Abbott moeten zijn, daar hij Christen en Katholiek is, maar binnen de regering en de oppositie erkennen ze zijn leiderschap niet.

Er heerst overal zoveel kwaad. Bid, Mijn kinderen, bd opdat deze barrière zou doorbroken worden.

Valentina, wenst u graag te weten wat de mensen over u zeggen deze dagen? Zij zeggen dat uw boodschappen niet langer enige waarde hebben. Zij is geen echte zienster. Sedert u aan sommige mensen hebt gezegd dat u een ontmoeting zult hebben met de Bisschop, denken ze dat hij u heeft verteld om de boodschappen te verwijderen. Niet al uw vrienden zijn uw waarheidsgetrouw. De meesten onder hen zijn louter nieuwsgierig. Hen noem ik nieuwsgierige kinderen.

Valentina, Mijn kind, zeg hen dat u mijn ware profetes bent en Ik zal u sterker maken dan ooit. Wat u ook voorzegt, het komt rechtstreeks van Mij. Hoe kunnen ze u wegsturen terwijl u Mijn dagelijkse wil volbrengt? Om Mij te troosten zouden ze zich tot Mij moeten richten over uw kennis. Dat is de juiste manier van werken.

U offert uw lijden op, wat ik voor u toesta en dit voor alle Heilige Zielen. U brengt hen het licht. Dat behaagt Mij als u hen tot het licht brengt en hen helpt.

Weinigen beseffen dat er zijn die zichzelf opofferen voor de verademing van de Zielen.

Hij glimlachte en gaf mij de zegen.

Wees in vrede, Mijn kind, niemand kan u kwaad doen. Ik ben steeds bij u. Vertrouw volledig op mij.

Dank u, Mijn Heer Jezus, voor alle genaden die U mij schenkt en de lessen die U mij leert. Ik hou van u.

Vertaling: Chris De Bodt


04-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.4 april 2011
4 april 2011

1. Jordanië claimt mogelijk oudste christelijke vondst

Jordanië heeft de mogelijk oudste christelijke vondst geclaimd. De vondst bestaat uit zeventig boeken met Hebreeuwse tekens die ruim 2000 jaren in een Jordaanse grot hebben gelegen. Mogelijk wordt deze vondst nog belangrijker dan deze van de Dode Zeerollen in 1947 en kan voor gelovige geleerden en geschiedkundigen de waarde ervan niet worden geschat.

De boeken bestaan uit zo'n vijftien loden platen die door ringen worden bijeengehouden. Qua grootte zijn de platen ongeveer vergelijkbaar met een kredietkaart. De boeken werden tussen 2005 en 2007 door een Jordaanse Bedoeïen ontdekt in een verlaten vallei in Noord Jordanië. Het gaat om "extreem vroege overblijfselen van het vroege christendom." aldus de Jordaanse regering.

Deze oude verzameling van 70 uiterst kleine boeken kan heel wat onthullen over de vroege dagen van het Christendom.

Voor het moment zijn academici nog verdeeld over hun authenticiteit, maar iedereen is het erover eens: eens dit is opgeklaard, zullen ze van even groot of zelfs groter belang zijn als de ontdekking van de Dode Zeerollen in 1947.

Op bladzijden, die niet groter zijn dan een kredietkaart, bevinden zich afbeeldingen, symbolen en woorden die blijken te verwijzen naar de Messias en mogelijk zelfs de kruisiging en de verrijzenis.


Waarschijnlijk de oudste afbeelding van de Messias

Bovenop dit boeiend gegeven, zijn vele van de boeken nog verzegeld.

De boeken werden vijf jaar geleden ontdekt in een grot, in een weinig toegankelijk gebied te Jordanië, waarvan is geweten dat Christenen erheen zijn gevlucht na de val van Jeruzalem in 70 na Christus. Belangrijke documenten uit dezelfde periode zijn er reeds eerder gevonden. De boeken zijn gevonden nadat ze aan de oppervlakte kwamen, na een vloedgolf.


Grot waar de boeken werden gevonden

De eerste metaaltesten tonen aan dat de boeken kunnen dateren uit de eerste eeuw.

Deze schatting is gebaseerd op de soort corrosie waaronder ze onderhevig waren, waardoor deskundigen eveneens geloven dat het onmogelijk is dat de boeken vervalsingen zouden zijn.

Eenmaal de datum is bevestigd, behoren de boeken tot de vroegste christelijke documenten, eerder nog dan de schriften van Sint Paulus.

Het vooruitzicht dat ze verslagen bevatten uit de laatste jaren van het leven van Christus, doet geleerden dromen, alhoewel hun enthousiasme eerder al dikwijls is getemperd omdat ze door prachtige vervalsingen voor de gek werden gehouden.

David Elkington, een Brits geleerde in de oude godsdienstige geschiedenis en archeologie en een van de weinigen die de boeken reeds heeft mogen onderzoeken, zegt dat dit de "hoofdontdekking uit de Christelijke geschiedenis" kan worden.

"Het is een adembenemende gedachte we deze voorwerpen hebben mogen bekijken die de vroege heiligen van de Kerk in hun handen hebben gehad," zegt hij.

Maar de mysteries rond hun oudheid zijn niet de enige raadsels van de boeken. Vandaag is hun verblijf ook zoiets als een raadsel. Na hun ontdekking door een Jordaanse Bedoeïen, was de verzameling hierop gekocht door een Israëlische Bedoeïen, die zegt die hij ze illegaal heeft over de grens met Israël heeft gesmokkeld, waar ze nu verblijven.

Volgens Ziad al-Saad, de directeur van het Jordaanse departement van Oudheden, zijn de boeken waarschijnlijk gemaakt door volgelingen van Jezus, in de periode direct na zijn kruisiging. "De boeken zijn mogelijk nog belangrijker dan de Dode Zeerollen," aldus Ziad al-Saad.

De Jordaanse regering is nu dan ook aan het proberen om de verzameling terug te krijgen en te bewaren. Philip Davies, professor emeritus in het Bijbels onderzoek aan de Universiteit van Sheffield, zegt dat er een krachtig bewijs is dat de boeken een christelijke oorsprong hebben in platen gegoten in een kaart van de Heilige Stad Jeruzalem.

"Van zodra ik dit zag, was ik stomverbaasd," zegt hij. "Het greep mij allemaal zo aan omdat dit overduidelijk een christelijke afbeelding is. Er staat een kruis op de voorgrond, met daarachter wat verondersteld wordt de graftombe van Jezus Christus te zijn, een klein bouwwerk met een opening, en daarachter de muren van de stad. Er bevinden zich ook afbeeldingen van muren op andere bladzijden van deze boeken en deze verwijzen bijna met zekerheid naar Jeruzalem. Het is een kruisiging van een christen, die plaatsvindt achter de muren van de stad."

Het Britse team dat het onderzoek over de ontdekking leidt, vreest dan de huidige Israëlische eigenaar zal zoeken naar iemand die de boeken koopt op de zwarte markt, of nog erger, ze vernietigt, maar de eigenaar ontkent deze vrees.

Dr. Margaret Barker, de voormalige voorzitster van de "Society for Old Testament Study" zegt: "Het Boek der Openbaringen vertelt van een verzegeld boek dat enkel door de Messias werd geopend. Overige teksten uit deze periode maken melding van verzegelde boeken over wijsheid en van een geheime traditie die door Jezus is doorgegeven aan zijn voornaamste discipelen. Dat is de context van de ontdekking."


Loden bladzijden en metalen ringen

Professor Davies zegt: "De mogelijkheid van een Hebreeuws-Christen oorsprong wordt zeker verondersteld door de tekeningen en, indien zo, zullen deze boeken zeker en vast een dramatisch nieuw licht werpen in ons begrip over een zeer betekenisvolle, maar tot op heden zo weinig begrepen periode uit de geschiedenis."

David Elkington, die de Britse pogingen leidt om de boeken naar Jordanië terug te brengen, zegt: "Het is van vitaal belang dat de verzameling intact kan worden herwonnen en bewaard in de best mogelijke omstandigheden, en dit is zowel in het voordeel van de eigenaars en voor een groot aantal internationale nieuwsgierigen."

De fase waarin het onderzoek zich op dit moment bevindt is nog te pril om harde conclusies te kunnen trekken, maar dat het goed mogelijk is dat het om een bijzondere christelijke vondst gaat staat buiten kijf. Hopelijk kunnen de onderzoekers snel de precieze oorsprong van de boeken achterhalen.

Vertaling: Chris De Bodt

2. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 39]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

De eerste boodschappen van de Gezegende Moeder

Janice: Wat zijn de oorspronkelijke boodschappen van Onze Lieve Vrouw?
Vicka: De eerste boodschappen van Onze Lieve Vrouw zijn gebed, bekering, vasten, boetedoening, en vrede. Ze zet ons aan om elke dag de vier mysteries van de Rozenkrans te bidden: de blijde, de droevige, de glorierijke mysteries en de mysteries van het Licht. Te vasten op water en brood elke vrijdag en, als het mogelijk is, op woensdag ook. De Gezegende Moeder wil dat we ons ontdoen van die dreiging waarvan we het meest houden. Ze zou persoonlijk zeer gelukkig zijn als ieder van ons zou stoppen met het begaan van zonden.

Janice: Ze zegt voortdurend deze dingen al gedurende 25 jaar, nietwaar?
Vicka: Ja. De Gezegende Moeder beveelt aan dat de eucharistieviering de eerste plaats in ons leven inneemt. Dat is absoluut het heiligste moment.

Janice: Kunt u verklaren waarom, Vicka?
Vicka: Op dat moment komt Jezus op een fysische manier tot ons. Hij is levend. Dit is waarom we ons moeten voorbereiden zodat we Jezus met liefde en op een eerbiedvolle manier kunnen ontvangen. Ook raadt de Gezegende Moeder aan iedereen aan om maandelijks een heilige biecht te doen. Wederom hangt dat van ons af. Ze zegt dat we niet moeten biechten om van onze zonden af te geraken en dan ons zondig leven verder zetten. We moeten onszelf veranderen. We zouden nieuwe mensen in Jezus moeten worden. De Gezegende Moeder beveelt tevens aan iedereen op aarde aan om met een speciale intensiteit te bidden voor de jeugd. Ze bevindt zich in een zeer ernstige en zeer moeilijke situatie. We kunnen onze jeugd slechts helpen met onze liefde en met gebeden die uit ons hart komen.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

3. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 25]

Kefas, mijn Kefas...

Ik stond midden op het St. Pietersplein te Rome en zag overal in het rond visnetten hangen, die aan stokken hingen te drogen. Ze zaten vol gaten en scheuren. Hier en daar hing in zo’n gat nog een spartelende vis die trachtte eruit te komen.

Waar ik stond was een groot rotsblok en zware dikke wolken hingen erboven. Van daaruit hoorde ik de Stem op klagende toon roepen: "Kefas, mijn Kefas, zie toe wat geschiedt!" Toen moest ik naar de netten kijken en zag boven elk visnet een mijter zweven, de ene groter dan de andere. En ik voelde me als gevangen in al die netten. Weer klonk de Stem op klagende toon: "Kefas, mijn Kefas, kijk naar die gaten en scheuren. Daardoor is het gekomen dat veel vis verloren is gegaan..."

Dan kwam vanuit de wolken een draad naar beneden, het leek me een gouden draad. Intussen werd er voor dat rotsblok een geheel ander, groot visnet uitgespreid. Het was door die draad geheel hersteld, er waren geen gaten en scheuren meer in. Het kwam vol spartelende vissen en werd met die gouden draad stevig dichtgebonden.

Toen kwam er vanuit de wolken een staf naar beneden en deze sloeg tot driemaal toe tegen die rots. Het klonk als staal zo hard. Terwijl dit alles gebeurde zag ik die rots steeds groter en groter worden tot het één grote zuil was. Het net met de vissen hing er bovenin. Dit alles leek mij werkelijkheid toe. Het was drie uur in de nacht. [30 oktober 1976]

Met dank aan Pater Peter Klos

4. Dagboeken van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 92]

148. + Een edele en fijngevoelige ziel, het kan zelfs de eenvoudigste zijn, maar met een fijne gevoeligheid, ziet God in alles, vindt Hem overal en kan God zelfs vinden in de meest verborgen dingen. Ze vindt alles belangrijk, ze waardeert alles en dankt God voor alles, ze haalt uit alles geestelijk voordeel en geeft alle eer aan God. Ze vertrouwt op Hem en is niet verstoord als de tijd van de beproeving aanbreekt. Zij weet dat God de beste Vader is en trekt zich weinig aan van wat de mensen denken. Ze volgt trouw de minste zucht van de Heilige Geest, ze verheugt zich over deze geestelijke Bezoeker en houdt zich dicht bij Hem als een kind bij haar moeder. Waar andere zielen stoppen en schrik hebben, daar gaat zij voort zonder vrees voor moeilijkheden.

149. Wanneer de Heer zelf dicht bij de ziel wil verwijlen en haar leiden, verwijdert Hij alles wat uiterlijk is. Toen ik ziek werd en men mij naar het ziekenkwartier bracht, had ik daardoor veel onaangenaamheden. We waren met twee zusters in de ziekenafdeling. De zusters kwamen zuster N. bezoeken, naar mij keek niemand om. Het is zo dat elk haar cel had in dezelfde ziekenkamer. De winteravonden waren lang. Zuster N. had licht en een radio ontvangen, maar ik kon wegens gebrek aan licht zelfs mijn meditatie niet voorbereiden.

Dat duurde bijna twee weken en toen beklaagde ik mij op een avond bij de Heer dat ik veel leed en wegens gebrek aan licht zelfs mijn meditatie niet kon voorbereiden, en de Heer zei me dat Hij elke avond zou komen om de punten voor de meditatie van de volgende dag aan te duiden. Deze punten betroffen altijd Zijn smartelijk lijden. Hij zei me: "Overweeg Mijn lijden vóór Pilatus." En zo tijdens de ganse week overwoog ik punt voor punt Zijn smartelijk lijden. Van dan af doordrong een grote vreugde mijn ziel en ik verlangde geen bezoek meer noch licht. Jezus was mij genoeg in alles. De zorg van de oversten voor de zieken was zeer groot, nochtans had de Heer er zo over beschikt dat ik me verlaten voelde. Om zelf te kunnen werken verwijderde deze onvergelijkbare Meester al het geschapene. Soms beleefde ik zoveel vervolgingen en pijnigingen van alle soort dat zelfs Moeder M. me zei: "Op uw weg, zuster schiet het lijden op uit de grond. Ik zie u, zuster, als een gekruisigde, nochtans heb ik gemerkt dat Jezus er voor iets tussen zit. Wees trouw aan de Heer".

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

5. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 92]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Wat de manier van de tweede komst betreft, die zal gelijken op de eerste: Sic veniet quemadmodum vidistis eum euntem in caelis. Het zal dezelfde Christus en dezelfde mens zijn, met dezelfde trekken en gelijkenis van zijn sterfelijk leven. Voor degenen die met hem leefden en spraken is het voldoende hun blik op zijn persoon te richten om Hem te herkennen. Maar deze tweede openbaring zal niet meer gebeuren in gebrekkigheid en vernedering, maar met majesteit en glorie. ‘Voorwaar’, staat er in Mattheus ‘ik zeg u dat u de Mensenzoon aan de rechterkant van Gods macht zult zien zitten en op wolken komen’ [Matth 26,64]. Met andere woorden, Jezus Christus zal verschijnen midden het apparaat en de luister van een goddelijke vorst. De verheerlijkte uitverkorenen en de ontelbare engelen zullen rond zijn troon een zo stralend hof vormen dat niemand zich dat kan inbeelden. Degenen die het duurzaamst gestreden zullen hebben, die Hem in de arena van zijn lijden van nabij zullen gevolgd hebben, zullen ook het dichtst bij zijn persoon staan: het boek Wijsheid zegt: ‘Ze zullen verschijnen met rustig en opgeheven voorhoofd, vastberaden tegenover degenen die hen tijdens hun leven op tirannieke wijze verdrukt hebben’.

De spijt en de wanhoop van de verdoemden, die de ingegeven auteur beschrijft, is gemakkelijk te begrijpen. Door spijt beroerd en met door angst gebroken hart zullen ze uitroepen: ‘Dat waren dus degenen waarmee we spotten en die waardig achtten voor alle smaad, waarvan we zeiden dat ze leefden in gekheid en stierven in oneer. En zie, nu zijn ze verheven tot kinderen Gods en ze delen het leven van de heiligen. We hebben dus gedwaald op de weg van de waarheid. Het licht van de gerechtigheid heeft niet voor ons geschenen en de zon van het verstand is niet voor ons opgegaan.’

De apostelen, de martelaren, de dokters, de duizenden rechtvaardigen die voor Gods eer en het belang van het geloof gestreden hebben zullen zich achter hun leider scharen om de waarheid van zijn vonnissen en de gerechtigheid van zijn oordelen te verkondigen.

Dat oordeel wordt terecht algemeen genoemd omdat het zich uitoefent over alle leden van de mensheid, omdat het alle misdaden en delicten behandelt en onherroepelijk en afdoend zal zijn.

Ten eerste zal het laatste oordeel zich over alle leden van de mensheid uitoefenen.

De mensen van alle naties, stammen en talen zullen ervoor verschijnen. Er zal geen verschil van rijkdom, afstamming of rang meer bestaan. De genaamde Alexander, Caesar of Diocletianus zullen dooreen verward worden met de herders die momenteel de schapen hoeden op onbekende en verlaten stranden waarop het as van deze meesters der aarde verspreid liggen. De mensen zullen dan met andere belangen bezig zijn dan deze van nieuwsgierigheid en loze bewonderring. Veel ernstigere taferelen zullen hun aandacht en hun blik aantrekken. Het gezicht van de wereld zal vervaagd zijn en de overwinningen van de grote kapiteins, de werken door de genie uitgedacht, de ondernemingen en grote ontdekkingen zullen maar geschat worden als nabootsing en kinderspel.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

6. Becket [14/15]

De heilige Thomas Becket [Londen, 21 december 1118 - Canterbury, 29 december 1170], aartsbisschop van Canterbury, was een Engelse katholieke geestelijke van Normandische afkomst.

Hij was de zoon van een te Londen gevestigde Normandische koopman. Hij studeerde theologie in Parijs en werd in 1154 aartsdiaken en in 1155 kanselier van koning Hendrik II van Engeland. Gedurende deze periode ontwikkelde er zich een vriendschap tussen Becket en de koning en mede daardoor werd hij in 1162 aartsbisschop van Canterbury. Toen de koning in 1164 te Clarendon Palace de Kerk aan zijn macht onderwierp met de Constituties van Clarendon, verklaarde Becket zich na enige aarzeling akkoord. Kort hierna kwam hij hier op terug. De koning ergerde zich hieraan. Hij zon op een manier om Becket als publiek figuur weg te krijgen en beschuldigde hem van financiële malversaties tijdens zijn kanselierschap. In 1164 werd hij gedagvaard, maar hij beriep zich op de paus: enkel de paus kon rechtspreken over een kardinaal. Becket vluchtte naar het vasteland, waar hij verbleef in de abdij van Pontigny, en kreeg inderdaad de steun van Paus Alexander III. Deze kon echter geen werkelijke steun verlenen, aangezien hij zelf in een moeilijke positie verkeerde wegens onmin met de Duitse keizer Frederik Barbarossa en de tegenpaus Paschalis III.

In 1170 nam paus Alexander wel stappen, toen de koning zijn zoon liet kronen door de aartsbisschop van York, en niet door Thomas, de aartsbisschop van Canterbury. De paus dwong Hendrik tot een compromis met Becket, die daarop kon terugkeren naar Engeland. In datzelfde jaar vatten vier Normandische ridders een verzuchting van de koning over Becket letterlijk op, reisden af en vermoordden Becket in de kathedraal van Canterbury. Een door Hendrik gestuurde ijlbode Nicolas de Camargue arriveerde te laat om het drama te voorkomen.

Becket viel onmiddellijk algemene verering ten deel als martelaar voor de vrijheden van de Kerk. Op Aswoensdag 21 februari 1173 werd hij door de paus heilig verklaard. Hendrik II liet zich als boetedoening in 1174 in de crypte van de kathedraal door vier monniken geselen. Beckets graf bleef een van de drukst bezochte bedevaartsoorden, tot Hendrik VIII het schrijn in 1538 liet vernietigen. De kerkelijke feestdag van Thomas Becket is 29 december.

Deze film dateert uit 1964 en duurt 148 minuten. Regisseur is Peter Glenville. Acteurs zijn Richard Burton [Thomas Becket], Peter O'Toole [Koning Hendrik II], John Gielgund [Koning Lodewijk van Frankrijk], Paolo Stoppa [Paus Alexander III], Gino Servi [kardinaal Theobald] en Donald Wolfitt [Bisschop Folliot].


7. Benoite, de herderin van Notre-Dame du Laus [Aflevering 1]

Toelichting

Sinds drie eeuwen zijn talrijke pelgrims naar Notre-Dame du Laus gekomen om de Heer te ontmoeten, geleid door Maria de ‘bemiddelaarster van de zondaars’.

Zoals Bernadette in Lourdes Gods instrument was om al die menigten in gang te zetten naar de bekering van het hart, was de nederige herderin Benoîte en is nog steeds een discrete maar efficiënte gids. Velen kennen al de geschiedenis van de bedevaart van Notre-Dame-du-Laus. Nochtans was het belangrijk, vanuit al het zorgvuldiger bestudeerd archief, om ons tijdgenoten te helpen ontdekken wat er gebeurd is in dit dal en zich nog afspeelt.

Kanunnik de Labriolle brengt ons nu dit werk na hardnekkig en onverpoosd doorzetten. Deze kwieke en levendige pagina’s zijn het eindresultaat en de samenvatting van een belangrijke voorbereiding. De vorsers zullen het basiswerk dat hier gebundeld werd kunnen raadplegen. Het zal hen de gebeurtenissen van dit tijdperk [1664-1718], de religieuze psychologie van de Eerbiedwaardige Benoîte en de mystieke verschijnselen van de 54 jaar dat de herderin in dienst van de bedevaart doorbracht openbaren. Ook zullen ze het licht dat het verhaal werpt op de religieuze geschiedenis van de Haute-Provence tijdens het tweede deel van de XVIIe en het begin van de XVIIe eeuw ontdekken. Ze zullen nieuwe verhalen opmerken, tot op heden nooit gepubliceerd.


Voor de pelgrims die hun geloof willen uitdiepen en levendiger leden van de Kerk wensen te worden, ze zullen door dit werk geholpen worden om de rol van Maria, Moeder van de Kerk, beter te begrijpen, alsook het belang van het nederig christelijk leven in dagelijkse trouw aan het Evangelie, door Maria beleefd en nog steeds door haar aan ons voorgesteld. Geduldige opvoedster van het geloof van Benoîte leert de Maagd ons steeds ons geloof te beleven vol vreugde te midden van de beproevingen en in de fijngevoeligheid van het geweten ten overstaan van het hedendaagse materialisme.

De geschiedenis van de bedevaart van Notre-Dame-du-Laus, waar heden ‘Godzoekers’ heengaan die daarboven vrede en eenvoud vinden, is een teken dat God steeds onder ons aanwezig is en dat zijn Moeder altijd het arme en biddend hart bijstaat. Ze helpt hen Hem te ontmoeten opdat ze door hun leven en hun woord heel het Godsvolk zouden aantrekken om de Blijde Boodschap van het evangelie te verkondigen aan de hedendaagse mens.

Met dank aan Pater de Labriolle om ons beter Notre-Dame-du-Laus te doen beminnen, dit centrum waar je gekerstend bent om kerstenende te worden.

Nihil obstat
6 februari 1977
H. BON

Imprimatur
+7 februari 1977
Mgr. Pierre Chague
Bisschop van Gap

Vertaling: Broeder Jozef

8. Jezus' tijdgenoten [aflevering 222]

Johannes de apostel

Karakteristieke gebeurtenissen.

Luc.9:46: Ze begonnen onderling te redetwisten over wie van hen de belangrijkste was.

Dit is een heel opmerkelijk moment in het leven van Johannes, want Jezus had zojuist voor de derde keer Zijn lijden en sterven aangekondigd [Mt.17:22-23], maar de betekenis van Jezus’ woorden ontging Johannes volledig. Het drong niet tot Johannes door dat Jezus zojuist gezegd had dat Hij, de Zoon van God, Zijn leven zou afleggen in de dood. Jezus was zonder meer de belangrijkste van hen allemaal maar Hij nam de laagste positie in.

Johannes echter besefte totaal niet wat Jezus zei, en vlak daarna deed hij volop mee in de discussie over wie van de twaalf apostelen de belangrijkste was. Het was voor hem blijkbaar niet genoeg om één van de twaalf belangrijkste mensen van de wereld te zijn, want hij wilde ook nog eens de belangrijkste van deze top-twaalf zijn. Hoezo hoogmoedig? Let maar eens op de volgende gebeurtenis.

Luc.9:49: Daarop zei Johannes: Meester, we hebben iemand gezien die in Uw naam demonen uitdreef en we hebben geprobeerd hem dat te beletten, omdat hij U niet samen met ons volgt.

Jezus had net de vorige discussie afgesloten door duidelijk te maken dat Zijn leerlingen nederig moesten worden als een kind, omdat de kleinste onder hen in feite de grootste was. De betekenis van dit onderwijs ontging Johannes helemaal en hij demonstreerde vervolgens een geest van exclusiviteit. Hij wilde iemand van zijn zalving beroven, omdat deze persoon geen deel uitmaakte van hun groep. In zijn natuurlijke trots vond Johannes zichzelf enorm belangrijk omdat hij een volgeling van Jezus was; maar in die houding vond hij alle andere mensen die Jezus niet volgden onbelangrijk, en daarom wilde hij deze man van zijn zalving beroven. Was het uitdrijven van demonen dan niet belangrijk? Was het niet belangrijk om mensen te bevrijden van de boeien van de duisternis? Jezus had hen Zelf geleerd dat het uitdrijven van demonen een kenmerk was van het koninkrijk van God [Matt.12:28] en Hij had de twaalf apostelen erop uitgestuurd om demonen uit te drijven [Matt.10:1]. De volgende gebeurtenis was helemaal bizar.

Vertaling: Broeder Joseph

9. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 49]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Twee dagen te Nazara en Endor

Eliud bracht het gesprek ook op Jezus' bloedverwant, Johannes de Doper, maar hij had hem nog niet gezien en was nog niet gedoopt. Beiden overnachtten in de herberg bij de synagoge.

14 september. Uit de herberg bij de synagoge wendde Jezus zich deze morgen met Eliud om het kleine Hermongebergte. Dit gebergte is niet de Hermon waar Joachim weilanden had. Zij gingen in de bij­na verwoeste stad Endor. Reeds bij de wijk waar hun herberg stond, zag men nog stukken muren die de berghelling opliepen en die breed genoeg waren om met wagens bere­den te kunnen worden. Endor lag verspreid, vol ruïnes, met daartussen bewerkte tuinen. Aan de ene zijde stonden prachtige gebouwen als paleizen. Op andere plaatsen lag de stad woest, door oorlog vernield. Het scheen mij dat hier een ras van mensen woonde, dat zich van de Joden afgezonderd hield.

Jezus ging in geen synagoge. Hier was er overigens geen. Hij betrad met Eliud een grote plaats waar een vijver was. Deze was aan drie zijden door vleugels of ge­bouwen met kamertjes omringd. Rond de vijver was een groene grond en op de vijver dobberden kleine badschuiten. Ook een pomp behoorde bij deze vijver. Het scheen hier een badplaats voor zieken, een soort gesticht te zijn voor zieken. Deze woonden in de kamertjes die de vijver omringden, die waarschijnlijk tegen een ringmuur aangebouwd waren: dus een inrichting gelijk de vijver Bethesda, te Jeruzalem.

10. Ongeschonden lichamen: Paus Pius IX [13 mei 1792 - 7 februari 1878]

Wetenswaardigheden

Familie Pacelli

Een markante naam binnen het gevolg van Pius IX was die van Marcantonio Pacelli, de grootvader van de later tot paus Pius XII verkozen Eugenio Pacelli. Marcantonio was al onder paus Gregorius XVI verbonden als juridisch adviseur aan het Vaticaan. Door zijn trouw aan de paus en het verzet tegen de eenwording van Italië [onder wereldlijke macht] werd Marcantonio’s familie door Pius IX in 1853 in de adelstand verheven en werd Marcantonio zelf onderminister van binnenlandse zaken tot aan het definitieve einde van de Kerkelijke Staat in 1870. In 1861 gold hij ook als één van de initiatiefnemers tot de oprichting van "L'Osservatore Romano," de dagelijkse krant van het Vaticaan die een tegenwicht wilde bieden aan de in de ogen van het Vaticaan antiklerikale pers.

Volkslied

Ter ere van het 50-jarig priesterjubileum van paus Pius IX componeerde de Franse componist Charles Gounod de Pauselijke Mars, die voor het eerst op 11 april 1869 werd opgevoerd. Paus Pius XII besloot dat ter gelegenheid van het Heilig Jaar 1950 deze mars het nieuwe volkslied van de staat Vaticaanstad werd. Hierdoor werd het oude volkslied "Gran Marcia Trionfale," gecomponeerd door de Oostenrijker Vittorino Hallmayr in 1857, vervangen. Twee regels van de mars, die de titel "Inno e Marcia Pontificale" [Pauselijke mars en hymne] kreeg, worden gespeeld tijdens plechtige vieringen op het Sint-Pietersplein, samen met de eerste twee regels van het Italiaanse volkslied "Fratelli d’Italia."

Tiara’s als geschenk

Tijdens zijn bijna 32 jaar durende pontificaat ontving Pius IX ter gelegenheid van verschillende vieringen in totaal zeven tiara’s. In 1854 ontving hij van koningin Isabella II van Spanje de driekroon die hij zou dragen tijdens de uitvaardiging van het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis. Twee andere tiara’s werden geschonken door de Palatijnse Garde.

In 1871 schonken de dames van het Belgisch koninklijk huis Pius de Belgische Tiara ter gelegenheid van zijn 25-jarig pontificaat. Deze tiara, waarvan niet bekend is of zij ooit gedragen is, is opvallend doordat op elk van de kronen een tekst is aangebracht:
  • Bovenste kroon: Iesu Christi Vicario Infallibili [aan de onfeilbare vicaris van Jezus Christus]
  • Middelste kroon: Orbis Supremo in Terra Rectori [aan de opperste gouverneur van de wereld op aarde]
  • Onderste kroon: Regum Atque Populorum Patri [aan de Vader van de Landen en Koningen]
Vertaling: Mario Lossie

11. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 6

Hij zal alles verontreinigen, plunderen, beroven en ter dood brengen. Nadat de naam zal gewijzigd zijn en de regering overgeplaatst, zal er verwarring en opschudding onder de mensen volgen. Dan zal er waarachtig een walgelijke en afschuwelijke tijd komen waarbij het leven voor niemand aangenaam zal zijn. Steden zullen volledig worden omvergeworpen en verdwijnen, niet enkel door het vuur, maar ook door het zwaard, maar eveneens door ononderbroken aardbevingen en watervloeden en door herhaaldelijke ziekten en hongersnood.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 76: Pia Civitas in Bello [De vrome stad in oorlog]

Innocentius IX [1591]

Echte naam: Giovanni Antonio Facchinetti [Bologna, 20 juli 1519 - Rome, 30 december 1591]

Innocentius’ pontificaat hoorde tot de kortste. Hij was paus van 29 oktober 1591 tot 30 december 1591. Giovanni werd aanvankelijk secretaris van een Romeinse kardinaal. In 1560 werd hij bisschop en in 1575 werd hij tot patriarch van Jeruzalem benoemd. In 1583 werd hij kardinaal met als titelkerk de Kerk van de Vier gekroonde Martelaren. Tijdens de regering van Gregroius XIV rustte er een groot gedeelte van de last van de pauselijke administratie op zijn schouders en na diens dood werd hij verkozen tot zijn opvolger.

De spreuk van Malachias slaat duidelijk op de stad Jeruzalem, waarvan hij de kardinaal patriarch was.

Chris De Bodt

13. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3456 van 21/3/2011

Lieve zonen en dochters, Ik kom uit de hemel om u te zeggen dat u geliefd bent, ieder van u, door de Vader, in de zoon, door de Heilige Geest. Ik ben uw Moeder en Ik kom uit de hemel om u te helpen. Heb moed, geloof en hoop. Niets is verloren. Wees instrumenten van liefde. Liefde, want de liefde is sterker dan de dood en krachtiger dan de zonde. Ik ken uw noden en Ik zal tot Mijn Jezus voor u spreken. Ga niet achteruit. De mensheid heeft zichzelf verdorven met de zonde en dient te worden geheeld. Keer tot Jezus terug. Uw redding is in Hem. Open uw harten en aanvaard de wil voor uw levens. Chendu [China] zal ogenblikken van smart en grote pijn voor Mijn arme kinderen beleven. Bid, bid, bid. Ik lijd om wat er over u komt. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

14. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

5 augustus 2010

Deze morgen verscheen de Heer aan mij als een klein kind met een kleine lelie in Zijn Hand. Naast hem bevond zich een bruine standaard van zo’n anderhalve meter hoog, met een gouden kelk op de top.

Hij zei me: "Plaats uw vinger erin en zegen uzelf zoals u dit in de kerk doet." Ik gehoorzaamde en dacht dat het Heilig Water zou zijn, maar het bleek zalfolie te zijn.

Hierop zei de Heer tot mij: "Zegen nu uzelf op dezelfde wijze als u anderen zegent in Mijn Heilige Naam." Ik doe dat door met mijn duim een kruisteken te maken op het voorhoofd.

Onze Heer keek toe en glimlachte. De Heilige Maria stond achter onze Heer. Daarop plaatste Hij de lelie naast Haar en ging daarop in Haar armen liggen.

Ik begrijp niet waarom ik gezegend ben met de Heilig Oliesel. Misschien deed Hij dat omdat ik mij niet te goed voelde na dat lijden voor de Heilige Zielen.

Die dag in de Mis zei de Heer tot mij: "U bent Mijn uitverkorene, die Ik zalf. U behaagt mij zeer. U behoort Mij toe. Dank u en heb me lief. Wat u ook doet en weet, het komt van Mij."

Hij glimlachte en zei: "zie hoe vreugdevol u bent in Mijn Heilige Aanwezigheid. U zwemt als een vis rondom Mij, steeds in rondjes en wil Mij nooit verlaten. Ik wou dat al Mijn kinderen zo waren, maar in plaats hiervan komen ze enkel tot Mij voor een ogenblik, maar ze worden verstrooid door de aardse dingen en ze zitten vast in de modder dat hen dieper doet zakken. Hoe bedroefd is het om dit alles te zien."

Onze Heer Jezus wil dat we minder afhankelijk zijn van de wereldse dingen. Modder is de zonde die ons naar beneden haalt, omdat we slechts weinig biechten. Hij wil dat Zijn kinderen meer spiritueel verenigd zouden zijn met Hem en Hem zouden vertellen hoezeer ze elke dag van Hem houden en op Hem vertrouwen.

Heer, laat Uw prachtige Aanwezigheid steeds onder ons zijn.

Vertaling: Chris De Bodt


02-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.2 april 2011
2 april 2011

Maandelijkse boodschap van Maria aan Mirjana Dragicevic voor hen die Gods liefde nog niet kennen:

"Lieve kinderen, met moederlijke liefde wens ik het hart van ieder van u te openen en u individuele eenheid met de Vader te onderrichten. Om dit te aanvaarden dient u te begrijpen dat u belangrijk bent voor God en dat Hij u persoonlijk roept. U moet begrijpen dat uw gebed een gesprek is van een kind met de Vader. Die liefde is de weg waarop u zich dient te begeven: liefde voor God en voor uw naaste. Dat is, Mijn kinderen, de liefde die geen grenzen heeft, dat is de liefde die straalt uit de waarheid en gaat tot het einde. Volg Mij, Mijn kinderen, zodat ook anderen, in het herkennen van de waarheid en de liefde in u, u zouden volgen. Dank u."

Andermaal vroeg Onze Lieve Vrouw om te bidden voor de herders, onze priesters: "Zij hebben een bijzondere plaats in Mijn hart. Zij vertegenwoordigen Mijn Zoon."


Chris De Bodt
www.bloggen.be/medjugorje

01-04-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.1 april 2011
1 april 2011

1. Medjugorje:
statistieken februari

Aantal uitgedeelde communies: 26.900
Aantal concelebrerende priesters: 780 [27/dag]

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic [deel 38]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Vagevuur en hel

Janice: Hoe kunnen we terugkeren?
Vicka: Zolang als we op aarde leven, kunnen we altijd terug keren naar God door het berouw over onze zonden.

Janice: Hoe geraken we tot het punt dat we berouw voelen over onze zonden?
Vicka: Gods genade.

Janice: Hoe ervaren we Gods genade?
Vicka: Door Zijn genade.

Janice: En hoe bekomen we Gods genade?
Vicka: Door ze te vragen.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 24]

Ik zal u de ogen ontsluiten...

Ik hoorde de Stem zeggen: "Zie toe en begrijp goed..." En ineens stond ik in een woestijn waar in het midden een groep mensen stond, die zwart geblinddoekt waren. Ik hoorde de Stem zeggen: "Volkeren ziet toe... Ik zal u de ogen ontsluiten..."

Plotseling vielen alle blinddoeken af. Dan zag ik midden in die woestijn een groot kruis staan en daarvoor een altaar, beiden van donkerbruin hout. De mensen schaarden zich daaromheen. Toen hoorde ik op klagende toon luid roepen: "Efraim, Efraim!" Dan kwamen het kruis en het altaar veel dichter naar mij toe. En weer klonk de Stem: "Volkeren, het zal weer het ófferaltaar moeten zijn..."

Naast dat altaar verhief zich toen een prachtige, crèmekleurige toren, geheel bewerkt. Het leek me ivoor. Heel hoog stak deze boven alles uit. Om de top van die toren heen kwamen schitterende sterren, als in een verticale cirkel. Ik telde er twaalf. Weer klonk de Stem "Volkeren, luistert! Naast het offeraltaar staat Zij, door de wil van de Vader..." [8 september 1976]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboeken van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 91]

146. Het gebed. Door het gebed wapent de ziel zich voor elke soort strijd. In welke staat ze ook is, ze moet bidden. Een zuivere en schone ziel moet bidden, anders verliest ze haar schoonheid. Een ziel die naar zuiverheid streeft, moet bidden, anders geraakt ze er niet. De pas bekeerde ziel moet bidden, anders valt ze opnieuw. Een zondige, in zonde verzonken ziel, moet bidden, anders kan ze niet opstaan. Zo is er geen ziel die niet verplicht is te bidden, want iedere genade daalt op haar neer door het gebed.

147. Ik herinner mij het meest licht ontvangen te hebben gedurende de aanbidding die ik tijdens de vasten dagelijks een half uur lang deed, op de grond met de armen in kruisvorm, voor het Allerheiligste Sacrament. Ik verdiepte dan de kennis van mijzelf en van God. Hoewel ik de toestemming van de oversten had, waren er veel moeilijkheden om zo te bidden. De ziel moet weten dat om zo te bidden en te volharden in het gebed, ze zich moet wapenen met geduld en dapper alle innerlijke en uiterlijke moeilijkheden te boven komen - innerlijke moeilijkheden: ontmoediging, dorheid, zwaarte, bekoringen; uiterlijke moeilijkheden: het menselijk opzicht,  en het vrijmaken van de momenten bestemd voor het gebed. Ik heb het zelf ervaren dat, als ik mijn gebed niet op de vastgestelde tijd deed, ik het verwaarloosde omdat mijn verplichtingen het later niet toelieten, en zelfs wanneer ik het dan toch deed, was het met de grootste moeite, want mijn gedachten vluchtten steeds naar mijn plichten. Ik had ook een andere moeilijkheid: wanneer de ziel haar gebed goed verricht heeft, en het gebed verliep innerlijk diep ingetogen, dan verzetten andere mensen zich tegen haar ingetogenheid, dan moet ze geduld opbrengen om te volharden in het gebed. Het gebeurde vaak dat, wanneer mijn ziel heel diep in God verzonken was en meer vrucht uit het gebed haalde en Gods aanwezigheid mij gedurende de dag vergezelde en op het werk er ook meer ingetogenheid, nauwkeurigheid en meer inspanning was in de taken, dan juist overkwamen mij de meeste verwijten dat ik niet plichtsgetrouw was en onverschillig aan alles, want de minder ingetogen zielen willen dat de anderen gelijk hen blijven want ze zijn voor hen een voortdurende wroeging.

148. + Een edele en fijngevoelige ziel, het kan zelfs de eenvoudigste zijn, maar met een fijne gevoeligheid, ziet deze God in alles, vindt ze Hem overal en kan ze God zelfs vinden in de meest verborgen dingen. Ze vindt alles belangrijk, ze waardeert alles en dankt God voor alles, ze haalt uit alles geestelijk voordeel en geeft alle eer aan God. Ze vertrouwt op Hem en is niet verstoord als de tijd van de beproeving aanbreekt. Zij weet dat God de beste Vader is en trekt zich weinig aan van wat de mensen denken. Ze volgt trouw de minste zucht van de Heilige Geest, ze verheugt zich over deze geestelijke Bezoeker en houdt zich dicht bij Hem als een kind bij haar moeder. Waar andere zielen stoppen en schrik hebben, daar gaat zij voort zonder vrees voor moeilijkheden.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 91]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Daarenboven, als we de zaken bekijken op onze manier van ze aan te voelen, moet de rechter dan niet gezien worden door alle mensen die aan de balie verschijnen? Maar, met zijn menselijke gedaante zal Jezus Christus tegelijk zichtbaar zijn voor goede en kwade mensen, en met zijn goddelijk wezen kan hij slechts door de uitverkorenen ontwaard worden. ... Tenslotte heeft God de Vader het oordeel aan Jezus Christus toevertrouwd in zijn mens-zijn en in een beweging van goedheid om de glans van zijn gevreesde openbaring te temperen en er de strengheid van te verzachten, want de Kerk zegt ons in haar liturgie:

Quantus tremor est futurus
Quando judex est venturus
Cuncta stricte discussurus.

Als Jezus Christus zou verschijnen onder een hogere en hemelse gedaante, welk menselijk wezen zou aan de zwaarte van zijne majesteit en het vuur van zijn blik weerstaan? Maar Hij zal zich tonen met het gelaat en de trekken van zijn sterfelijk leven, hij zal voorafgegaan worden door zijn kruis en de andere tekenen van zijn vernedering, Hij zal de littekens van zijn kwetsuren op handen en voeten laten zien: Videbunt in quem transfixerunt. Dan zullen de verdoemden zijn gerechtigheid niet meer in twijfel durven trekken en ook de rechtvaardigen zullen zich op hun beurt door hem met groter vertrouwen aangetrokken voelen. Sint Paulus hart liep over van vreugde en hoop: aangezien Christus zijn rechter moest zijn voelde hij al zijn angsten en wantrouwen wegkwijnen: "Wie zal deze uitverkorenen beschuldigen, zei hij? God die ze rechtvaardigt. Wie zal hen veroordelen? Christus Jezus hijzelf die niet alleen gestorven is maar ook verrezen, en aan de rechterhand van de Vader zit en die voor ons ten beste spreekt" [Rom 8,33-34].

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Becket [13/15]

De heilige Thomas Becket [Londen, 21 december 1118 - Canterbury, 29 december 1170], aartsbisschop van Canterbury, was een Engelse katholieke geestelijke van Normandische afkomst.

Hij was de zoon van een te Londen gevestigde Normandische koopman. Hij studeerde theologie in Parijs en werd in 1154 aartsdiaken en in 1155 kanselier van koning Hendrik II van Engeland. Gedurende deze periode ontwikkelde er zich een vriendschap tussen Becket en de koning en mede daardoor werd hij in 1162 aartsbisschop van Canterbury. Toen de koning in 1164 te Clarendon Palace de Kerk aan zijn macht onderwierp met de Constituties van Clarendon, verklaarde Becket zich na enige aarzeling akkoord. Kort hierna kwam hij hier op terug. De koning ergerde zich hieraan. Hij zon op een manier om Becket als publiek figuur weg te krijgen en beschuldigde hem van financiële malversaties tijdens zijn kanselierschap. In 1164 werd hij gedagvaard, maar hij beriep zich op de paus: enkel de paus kon rechtspreken over een kardinaal. Becket vluchtte naar het vasteland, waar hij verbleef in de abdij van Pontigny, en kreeg inderdaad de steun van Paus Alexander III. Deze kon echter geen werkelijke steun verlenen, aangezien hij zelf in een moeilijke positie verkeerde wegens onmin met de Duitse keizer Frederik Barbarossa en de tegenpaus Paschalis III.

In 1170 nam paus Alexander wel stappen, toen de koning zijn zoon liet kronen door de aartsbisschop van York, en niet door Thomas, de aartsbisschop van Canterbury. De paus dwong Hendrik tot een compromis met Becket, die daarop kon terugkeren naar Engeland. In datzelfde jaar vatten vier Normandische ridders een verzuchting van de koning over Becket letterlijk op, reisden af en vermoordden Becket in de kathedraal van Canterbury. Een door Hendrik gestuurde ijlbode Nicolas de Camargue arriveerde te laat om het drama te voorkomen.

Becket viel onmiddellijk algemene verering ten deel als martelaar voor de vrijheden van de Kerk. Op Aswoensdag 21 februari 1173 werd hij door de paus heilig verklaard. Hendrik II liet zich als boetedoening in 1174 in de crypte van de kathedraal door vier monniken geselen. Beckets graf bleef een van de drukst bezochte bedevaartsoorden, tot Hendrik VIII het schrijn in 1538 liet vernietigen. De kerkelijke feestdag van Thomas Becket is 29 december.

Deze film dateert uit 1964 en duurt 148 minuten. Regisseur is Peter Glenville. Acteurs zijn Richard Burton [Thomas Becket], Peter O'Toole [Koning Hendrik II], John Gielgund [Koning Lodewijk van Frankrijk], Paolo Stoppa [Paus Alexander III], Gino Servi [kardinaal Theobald] en Donald Wolfitt [Bisschop Folliot].


6. Jezus' tijdgenoten [aflevering 222]

Johannes de apostel

Zijn natuurlijke karakter

Johannes kreeg de bijnaam ‘zoon van de donder’ niet zomaar. Het was een opmerkelijk terechte omschrijving van zijn natuurlijke identiteit. Maar Jezus zou Jezus niet zijn als Hij deze natuurlijke identiteit van Johannes niet zou ombuigen tot een geestelijke identiteit waarin hij een hemelse zoon van de donder zou worden. Johannes ontving in een serie visioenen de inhoud van het boek Openbaring en dat schreef hij op. Dit boek heeft het geestelijke karakter van een donderslag bij heldere hemel wanneer de oordelen van God in de eindtijd volledig in vervulling zullen gaan. Zo schreef Johannes ook zijn drie brieven met woorden die in hun effect niet onderdoen voor de kracht van donderslagen. En aan het eind van zijn leven schreef hij het Johannes-evangelie.

Het is zeer opvallend dat in het Nieuwe Testament het begrip ‘donderslag’ alleen voorkomt bij Johannes, namelijk in de betekenis van zijn naam [Marc.3:17], in zijn evangelie [Joh.12:29] en verder negen keer in het boek Openbaring. Hij is blijkbaar de enige in het Nieuwe Testament die affiniteit heeft met het begrip ‘donderslag’.

Vertaling: Broeder Joseph

7. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 48]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Wandelingen en gesprekken met Eliud

Over deze familie zei Jezus tot Eliud dat Martha goed en godvruchtig was en Hem met haar broer zou volgen. Over de vermeende krankzinnige zei Hij: "Zij heeft een grote geest, een scherp verstand, maar tot haar zaligheid is zij [voor het dagelijks gebruik] er van beroofd. Zij leeft steeds in beschouwing en is niet bestemd voor de wereld. Haar roeping is de beschouwing. Zij kent geen zonde. Indien Ik haar over de meest verborgen geheimen wilde spreken, zou zij het verstaan. Zij zal niet lang meer leven. Zij zal sterven wanneer Lazarus en zijn zusters zich definitief bij Mij aansluiten en al hun bezittingen voor de Gemeente ten beste zullen geven. De jongste zuster Maria is verdwaald, maar zij zal terugkeren en zich hoger verheffen dan Martha.

Reeds heeft de zienster, wanneer zij Jezus vroeger eens in de nabijheid van Magdalum zag, een visioen over Magdalena gehad en dit toen beschreven als volgt:

Kijk eens! Daar zie ik Magdalena op haar kasteel staan. Achter haar verschijnt een licht als een maan, doch voor haar is het als een zwarte berg die is het welke zij onder de voet moet krijgen. Dan is zij gered! Zij is onvruchtbaar want anders had het donkere in haar een groter uitbreiding gekregen. Het zou haar vastgehouden hebben aan de wereld. Doordat zij Jezus erkent en boete gedaan heeft, heeft zij vele kinderen gebaard naar de geest.

Zie daar ook de Moeder van God. Deze trapt de zwarte berg neer die vóór Magda­lena oprijst. Daar staat Magdalena nu geheel in het licht van de maan. Zij is helder geworden en op de maan staat de Moeder van God. De maan betekent zeer veel! Zij hangt met veel kwaad in ons tezamen, maar dit is zo ingewikkeld, dat ik het nu niet kan uiteendoen. Toen de Moeder Gods kwam, trad zij het donkere kwaad onder de voeten en is er meester over geworden. Ik kan het nu niet grondig verklaren en daarom wordt zij ook afgebeeld, staande op de maan met de slang onder haar voeten. Dit is een waarheid die in dat beeld gestalte krijgt.

8. Ongeschonden lichamen: Paus Pius IX [13 mei 1792 - 7 februari 1878]

Wetenswaardigheden

Speculaties rond zijn persoonlijk leven

Verschillende biografieën over paus Pius IX willen duidelijk maken dat Giovanni zich al in een vroeg stadium aangetrokken voelde tot een kerkelijke carrière. De in 1861 uitgebrachte publicatie "Paus Pius IX: Een naar het leven geschetste biografie," onthulde echter dat Giovanni vanaf zijn 17e jaar omgang had met diverse vrouwen, die met naam en toenaam werden genoemd. Onder hen Lena Mastai en prinses Helena Albani. Uit brieven van de In diezelfde periode zou Giovanni ook in het geheim toegetreden zijn tot de vrijmetselarij, maar na zijn aantreden als paus zou hij uit de loge gezet zijn, omdat hij zich meerdere malen schuldig zou hebben gemaakt aan het niet nakomen van zijn verplichtingen ten opzichte van de loge. Tijdens zijn latere pausschap zouden de vrijmetselaars en andere "sektarische genootschappen" door Giovanni ervan beschuldigd worden aanstichters te zijn van de grote politieke en sociale onrust binnen de Italiaanse gebieden.

Epilepsie

Pius IX leed aan een vorm van epilepsie die zijn oorsprong zou hebben gehad in een aangeboren beschadiging van het centraal zenuwstelsel en een ongeluk tijdens zijn jeugd, toen hij bijna verdronken was. Onderzoekers van de Mayo Clinic te Phoenix, Arizona, [Verenigde Staten], in samenwerking met die van de "Library of Congress" en de Bibliotheek van het Vaticaan, hebben onderzocht in welke mate epilepsie een rol heeft gespeeld bij de besluitvorming en het optreden van paus Pius IX. Zij baseerden zich daarbij op overgeleverde verhalen en onderzoek van fotomateriaal, daar het ontbreekt aan medische dossiers. Sommige conclusies daarbij zijn opmerkelijk: Epilepsie zou Pius naar het pausschap hebben geleid en zou tevens van invloed zijn geweest op de totstandkoming van het dogma van de Onbevlekte Ontvangenis van Maria: uit dankbaarheid voor haar hulp bij zijn "genezing" van epilepsie.

Dat Pius IX medicijnen gebruikt zou hebben tegen epilepsie werd door de onderzoekers niet bevestigd. Zij wezen er wel op dat het in die tijd populaire anti-epileptische middel kaliumbromide eventueel een bijdrage geleverd zou kunnen hebben bij de conservering van het lichaam van Pius IX, dat bij zijn opgraving nagenoeg intact was.

In het Epilepsie Museum in Kork [Kehl, Duitsland] is Pius IX opgenomen in de lijst van beroemde personen die leden aan epileptische aanvallen.

Verschijningen

Verschillende door de Rooms-katholieke Kerk erkende verschijningen van de Maagd Maria droegen bij aan Pius’ mening dat hij een goddelijke taak vervulde ter bescherming van het geloof en het kerkelijk instituut.

Naar verluidt zou op 8 december 1634 aan Mariana de Jesus Torres, een uit Spanje afkomstige non, werkzaam in de Ecuadoriaanse hoofdstad Quito, Maria vergezeld van drie aartsengelen verschenen zijn. Zij zou de volgende boodschap verkondigd hebben: "Dit symboliseert het meest plechtige sacrament van de Eucharistie, die wordt uitgereikt door mijn katholieke priesters aan hun gelovige christen behorend tot de heilige Rooms-katholieke en apostolische Kerk, waarvan de paus aan het hoofd staat, de koning van het Christendom. Zijn pauselijke onfeilbaarheid zal worden afgekondigd als een dogma van het geloof door dezelfde paus die gekozen werd om het dogma van het mysterie van mijn Onbevlekte Ontvangenis te verkondigen. Hij zal worden vervolgd en gevangengenomen in het Vaticaan door de onrechtmatige inname van de Kerkelijke Staat door de zonde, afgunst en hebzucht van een wereldlijke vorst."

Een andere voorspelling dateerde uit 1846: Mélanie Calvat, één van de twee herderskinderen uit het Franse La Salette, beweerde dat aan haar werd geopenbaard dat "Rome haar geloof zou verliezen en de zetel van de antichrist zou worden." Ook zou Maria in een van haar andere uitspraken het begrip "onfeilbaar" hebben gebruikt in relatie tot de paus.

Deze openbaringen, alsook een visioen van de Maagd Maria dat Pius IX zelf zou hebben gehad en het visioen van Giovanni Bosco op 5 januari 1870 bevestigden Pius in zijn voornemen het dogma van de pauselijke onfeilbaarheid goed te laten keuren, terwijl hij ook zijn eerder afgekondigde dogma over de Onbevlekte Ontvangenis onderschreven zag.

Vertaling: Mario Lossie

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 5

Dan zal er plotseling een zeer krachtige vijand opstaan tegen hem, vanuit de uiterste grenslijnen van de noordelijke streek, die, na drie van dat aantal te hebben vernietigd, zal beschikken over Azië en zal toegelaten worden om verbonden met anderen te sluiten en hij zal worden aangesteld als de prins van allen. Hij zal de wereld kwellen met een onverdraaglijke wreedheid. Hij zal de menselijke en goddelijke dingen vermengen en er respectloze en walgelijke dingen aan verbinden. Hij zal nieuwe ontwerpen in zijn borst bedenken zodat hij de regering voor zichzelf kan oprichten, de wetten kan veranderen en zijn eigen wetten kan vastleggen.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 75: Ex Antiquitate Urbis [Uit de oude Stad]

Gregorius XIV [1590-1591]

Echte naam: Niccolò Sfondrati [Varese, 11 februari 1535 - Rome, 16 oktober 1591]

Niccolò werd in 1533 geboren te Varese, nabij Milaan. Zijn vader heette Franciscus en was een Milanese senator die kort na de dood van zijn vrouw door Paus Paulus III, in 1544, tot kardinaal werd benoemd.

Zelf studeerde hij in Perugia en in Padua, waarna hij in 1560 tot priester werd gewijd. In het zelfde jaar volgde zijn wijding tot bisschop van Cremona. Dat gaf hem de gelegenheid om tussen 1561 en 1563 deel te nemen aan het Concilie van Trente.

In 1583 werd hij door Paus Gregorius XIII bevorderd tot kardinaal. Bij het Conclaaf van 1590 speelde Philips II een belangrijke rol. Hij liet een lijst opstellen van 7 kardinalen die wat hem betreft papabile waren. Sfondrati was een van hen. Na twee maanden conclaaf werd hij uiteindelijk gekozen. Meteen na zijn verkiezing vaardigde hij een bul uit waarin hij excommunicatie stelde op weddenschappen die werden afgesloten op de uitkomst van een conclaaf. Tijdens zijn korte pontificaat nam hij het op voor de katholieken die in Frankrijk verwikkeld waren in een strijd met de hugenoten. In dat kader excommuniceerde hij de Franse koning Hendrik IV, die zich opwierp als leider van de hugenoten.

Hij benoemde vijf kardinalen, waaronder een neef, die dienst deed als zijn staatssecretaris.

Hij overleed aan een galsteen die, volgens de overlevering, zeventig gram woog.

De profetie van Malachias kan zowel uitgelegd worden door zijn afkomst uit het Hertogdom Milaan, een oude stad, die gesticht is in het jaar 400 voor Christus, als op zijn vader, die senator was. Het woord senator is afgeleid van het Latijnse woord "senex" en betekent "oude man."

Chris De Bodt

11. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3455 van 20/3/2011

Lieve zonen en dochters, Moed. Mijn Jezus is met u. Uw leven hier is in waarheid een voortdurende opvolging van ontmoetingen met Jezus. U ontmoet Jezus in de sacramenten die de kanalen zijn van Zijn genadevolle en reddende daden: in zijn opvolgers en al hen die we dag na dag ontmoeten. Laat de gelegenheden niet voorbijgaan die de Heer u verleent. De dag zal komen wanneer velen berouw zullen hebben over een voorbije leven zonder God, maar voor velen zal het te laat zijn. Blijf niet stilstaan. Laat niet wat u morgen hebt te doen. God is gehaast. Wees bekeerd en neem uw taak als ware christenen aan. Ik ben uw moeder en ik weet wat er op u afkomt. Kniel vóór het Kruis neer in gebed en smeek de genade van Mijn Jezus af voor uw levens. Nu is het de tijd van onheil voor de hele mensheid. U zult opnieuw gruwelen zien op aarde. Kerman zal schreeuwen om hulp en Mijn arme kinderen zullen een zwaar kruis dragen. Wees volgzaam en nederig van hart en doe uw best in de opdracht die de Heer u heeft toevertrouwd. Voorwaarts. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

3 augustus 2010

Na heel wat pijn en lijden voor de Heilige zielen, verscheen mij de volgende dag een engel met een boek in zijn hand. Op de kaft van het boek was er een kruis gegraveerd.

Hij overhandigde het aan mij en zei: "Dit is van de Heer Jezus. Hij zendt het naar u. Ik zeg u dat er amper een aantal zijn die dit geschenk ontvangen. Waardeer het en wees dankbaar omdat u hierdoor vele genaden en aflaten verdient."

Ik zei: "Ik heb gehoord over genaden en aflaten en ik heb erover geschreven, maar ik nam het niet ernstig omdat ik geloof dat ik deze niet verdien."

De engel glimlachte en zei: "De Heer weet alles, ook de genaden die u krijgt, maar niet ernstig neemt. Ze komen u echter nog steeds toe. Dank de Almachtige God voor alles wat Hij u schenkt en bemin hem."

Vertaling: Chris De Bodt

31-03-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.31 maart 2011
31 maart 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic
[deel 37]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Vagevuur en hel

Janice: Bedoelt u dat we ofwel Gods kinderen zijn ofwel satans leenmannen?
Vicka: Inderdaad. We zijn ofwel voor God, met God en in God ofwel slachtoffers van satan. We kiezen om één van hen te zijn.

Janice: Is er geen middenweg?
Vicka: Neen.

Janice: En wat met de mensen die zondigen?
Vicka: Wij zondigen allen. Daarom roept de Gezegende Moeder ons nu op om ons te verzoenen met God en onze broeders en zusters. Hoe meer we rebelleren tegen Gods wil, hoe verder we ons van Gods koninkrijk verwijderen.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 22]

Een nieuw tijdperk gaat aanbreken...

Ik kreeg een hemelse aanschouwing en de Stem sprak tot mij: "Juicht volkeren en weest dankbaar. Een nieuw tijdperk gaat aanbreken. Maar ziet wat geschiedt. Ze hebben zich een valse geest gekozen. Ziet en begrijpt..."

Nu zag ik allemaal stenen beelden op voetstukken voor mijn ogen voorbij trekken. Het eerste was een wolf, dan een kalf, een havik, een gier, een krokodil, een schorpioen, een hyena, adders en slangen kronkelend door elkaar. En tenslotte een oneindige massa grafstenen. Dit alles waren beelden van steen. Dan klonk een roep vanuit het luchtruim over dit alles: "En het Leven hebben zij willen doden. Ik ben het Leven en wil u dagelijks daarvan laten smaken. Komt volkeren, dan alleen zult gij weer rust en vrede ontvangen en de ware Geest zal u begeleiden..."

Terwijl dit alles gezegd werd zag ik boven het altaar een prachtige stralende heilige Hostie staan. Dan zag ik het Vaticaan. De muren waren afgebrokkeld en beschadigd. Ik hoorde: "Past op volkeren..." En ik zag een rode vloedgolf over de wereld gaan. Dan zag ik de Vrouwe, geheel verheerlijkt, en ik hoorde: "Zij zal overwinnen indien gij doet wat de wil is van de Vader, de Zoon en de heilige Geest. Roept Haar uit tot de Vrouwe van alle Volkeren. En dan..."

Nu zag ik weer het Vaticaan. De muren werden bepleisterd en er kwamen nieuwe grote blokken steen tegenaan. En ik hoorde: "Dit is het nieuwe tijdperk dat komen gaat..." [15 augustus 1976]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboeken van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 90]

144. Later gaf Jezus mij een andere priester [7] voor wie Hij mij beval mijn ziel te ontvouwen. Hoewel ik het aanvankelijk met wat aarzeling deed, bracht de strenge vermaning van Jezus in mijn ziel een diepe nederigheid teweeg. Onder zijn begeleiding maakt mijn ziel snel vorderingen in liefde tot God, en werden de talrijke verlangens van de Heer uiterlijk vervuld [8]. Dikwijls heb ik over zijn moed en zijn diepe deemoed nagedacht.

145. O, hoe ellendig is mijn ziel die zoveel genaden verspil heeft. Ik liep weg van God en Hij achtervolgde mij met zijn genaden. Meestal ontving ik de genaden van God wanneer ik mij er het minst aan verwachtte. Sinds de Heer mij een geestelijke begeleider heeft gegeven, ben ik getrouwer aan de genade. Het is dank zij deze begeleider, dank zij zijn waakzaamheid over mijn ziel, dat ik ervaren heb wat geestelijke leiding is en hoe Jezus dat opvat. Jezus waarschuwde mij voor de kleinste fout en toonde mij dat Hij het was die besliste in elke zaak die ik aan mijn begeleider voorlegde, en dat: alle overtredingen tegen hem, Mijzelf treffen. Toen onder deze begeleiding mijn ziel een diepe ingetogenheid en vrede begon te smaken, hoorde ik dikwijls deze woorden: Sterk u voor de strijd, dikwijls meermaals herhaald.

+ Jezus laat mij vaak weten wat Hem in mijn ziel mishaagt en soms heeft Hij mij vermaand voor schijnbaar kleinigheden, maar die echt een grote betekenis hebben. Hij waarschuwde mij en tuchtigde mij als een Meester. Gedurende vele jaren is het Hij zelf die mij heeft opgevoed tot het moment dat Hij mij een geestelijke begeleider gaf. Vroeger legde Hij zelf uit wat ik niet begreep en nu beveelt Hij mij om mijn biechtvader over alles te ondervragen en zegt Hij mij dikwijls: "Ik antwoord u door zijn mond, wees gerust." Het is mij nooit overkomen dat ik voor wat ik aan de begeleider voorlegde, een antwoord ontving dat tegengesteld was aan wat de Heer van mij vereiste. Soms gebeurt het, maar dikwijls niet, dat Jezus mij bepaalde dingen aanbeveelt en niemand er iets van weet en dat wanneer ik de biechtstoel nader, mijn biechtvader mij hetzelfde aanbeveelt.

+ Wanneer de ziel langere tijd verlichtingen en vele ingevingen gekregen heeft en haar biechtvaders de oorsprong van haar ingevingen en ook de vrede van de ziel bevestigd hebben, wanneer haar liefde groot is, geeft Jezus haar te kennen, dat het tijd is, de ontvangen gaven in daden om te zetten. De ziel geeft er zich rekenschap van dat de Heer op haar rekent en dit bewustzijn vermeerdert haar krachten; ze weet dat, om trouw te blijven, ze menige moeilijkheid op zich zal moeten nemen, maar zij heeft vertrouwen in God en dank zij dit vertrouwen komt ze daar waar God haar roept. De moeilijkheden schrikken haar niet af, ze zijn als het ware haar dagelijks brood. Zij verschrikken haar niet, noch ontmoedigen ze haar, zoals het lawaai van kanonnen de ridder die voortdurend in de strijd is niet verschrikt. Ver van verschrikt te zijn, hoort ze toch, uit welke richting de vijand aanvalt, om zo de overwinning te behalen. Ze doet niets blindweg, maar ze onderzoekt, denkt diep na en rekent niet op zichzelf, maar bidt vurig en vraagt raad aan andere ervaren en wijze ridders. Als de ziel op deze wijze handelt, overwint ze bijna altijd.

Er zijn aanvallen die de ziel geen tijd laten om na te denken, raad in te winnen of iets anders te doen; dan moet ze strijden op leven en dood. Het is menigmaal goed, zonder een woord gezegd te hebben, te schuilen in de wonde van het Heilig Hart van Jezus: daardoor alleen al is de vijand verslagen.

In vredestijd doet de ziel ook inspanningen zoals op het ogenblik van de strijd. Ze moet zich oefenen en goed oefenen anders heeft ze geen kans om te overwinnen. Ik beschouw de vredestijd als de tijd van voorbereiding op de overwinning. De ziel moet altijd waakzaam zijn; waakzaamheid en nog eens waakzaamheid. Een ziel die nadenkt, ontvangt veel licht. De verstrooide ziel stelt zichzelf bloot aan de val, en moet niet verbaast zijn als ze valt. O Geest van God, Bestuurder van de ziel, wijs is die Gij hebt getraind. Maar de voorwaarde voor de werking van Gods Geest, is stilte en ingetogenheid.

[7] Z.F. spreekt hier over E.H. Sopocko.
[8] Z.F. bedoeld hier het schilderen van de Beeltenis met de witte en rode stralen, en het onderschrift "Jezus ik vertrouw op U". Ook de openbare verering, het verspreiden van de Rozenkrans van de Goddelijke Barmhartigheid en de Noveen tot de Goddelijke Barmhartigheid. Dit alles dank zij de tussenkomst van E.H. Sopocko.


Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 90]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Door wie zal het oordeel geveld worden? Door Christus Jezus, niet bepaald door Jezus Christus, in zoverre hij God is, dat Hij dezelfde substantie en hetzelfde leven met zijn Vader deelt, maar door Christus Jezus in zoverre dat hij vlees geworden is in de tijd en de Mensenzoon genoemd wordt. Er staat in Sint Jan hoofdstuk 5: "De Vader oordeelt niemand, maar heeft alle oordeel aan zijn Zoon overgemaakt opdat iedereen de Zoon zou eren zoals de Vader. En Hij heeft Hem de macht gegeven te oordelen omdat hij de Mensenzoon is."

Als God is Jezus Christus inderdaad de gelijke van zijn Vader, de uitdrukking en de beeltenis van zijn opperste macht en bezit hij, als gelijke natuur met de twee andere goddelijke personen, het recht van oordelen dat deze bezitten. Vanuit dat standpunt hoeft Jezus Christus geen tweede bevestiging te krijgen en het is slechts door Hem als mens te beschouwen dat Sint Jan kon zeggen dat Hij door iedereen geëerd zou worden vanwege de oordelende kracht die zijn Vader Hem schonk.

In het volgende vers leert Sint Jan ons dat Jezus Christus de macht heeft gekregen om de doden te doen herleven. "Het uur komt waar allen die begraven liggen de stem van Gods zoon zullen horen" [Joh 5,25].

Uit die passage kan afgeleid worden dat de macht aan de Mensenzoon gegeven om te verrijzen een gevolg is van zijn functie als rechter: het is inderdaad onontbeerlijk voor het uitoefenen van het rechterschap dat, degene die ermee gelast is, ook in staat is schuldigen voor het gerecht te dagen. Het oordeel, merkt Sint Thomas op, betreft mensen en moet zich schikken naar hun mogelijkheden en aangepassen op de eisen en de neigingen van hun natuur. Maar de mens bestaat uit ziel en lichaam, hij voelt de spirituele en onzichtbare dingen maar door middel van voelbare dingen: dus, is het niet noodzakelijk dat een mens door een mens beoordeeld wordt, door een lichamelijk zichtbaar wezen waarvan het gezicht te zien is en de stem te horen? En Sint Jan zegt ons met reden: Omne judicium dedit filio, qua filius hominis est.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Becket [12/15]

De heilige Thomas Becket [Londen, 21 december 1118 - Canterbury, 29 december 1170], aartsbisschop van Canterbury, was een Engelse katholieke geestelijke van Normandische afkomst.

Hij was de zoon van een te Londen gevestigde Normandische koopman. Hij studeerde theologie in Parijs en werd in 1154 aartsdiaken en in 1155 kanselier van koning Hendrik II van Engeland. Gedurende deze periode ontwikkelde er zich een vriendschap tussen Becket en de koning en mede daardoor werd hij in 1162 aartsbisschop van Canterbury. Toen de koning in 1164 te Clarendon Palace de Kerk aan zijn macht onderwierp met de Constituties van Clarendon, verklaarde Becket zich na enige aarzeling akkoord. Kort hierna kwam hij hier op terug. De koning ergerde zich hieraan. Hij zon op een manier om Becket als publiek figuur weg te krijgen en beschuldigde hem van financiële malversaties tijdens zijn kanselierschap. In 1164 werd hij gedagvaard, maar hij beriep zich op de paus: enkel de paus kon rechtspreken over een kardinaal. Becket vluchtte naar het vasteland, waar hij verbleef in de abdij van Pontigny, en kreeg inderdaad de steun van Paus Alexander III. Deze kon echter geen werkelijke steun verlenen, aangezien hij zelf in een moeilijke positie verkeerde wegens onmin met de Duitse keizer Frederik Barbarossa en de tegenpaus Paschalis III.

In 1170 nam paus Alexander wel stappen, toen de koning zijn zoon liet kronen door de aartsbisschop van York, en niet door Thomas, de aartsbisschop van Canterbury. De paus dwong Hendrik tot een compromis met Becket, die daarop kon terugkeren naar Engeland. In datzelfde jaar vatten vier Normandische ridders een verzuchting van de koning over Becket letterlijk op, reisden af en vermoordden Becket in de kathedraal van Canterbury. Een door Hendrik gestuurde ijlbode Nicolas de Camargue arriveerde te laat om het drama te voorkomen.

Becket viel onmiddellijk algemene verering ten deel als martelaar voor de vrijheden van de Kerk. Op Aswoensdag 21 februari 1173 werd hij door de paus heilig verklaard. Hendrik II liet zich als boetedoening in 1174 in de crypte van de kathedraal door vier monniken geselen. Beckets graf bleef een van de drukst bezochte bedevaartsoorden, tot Hendrik VIII het schrijn in 1538 liet vernietigen. De kerkelijke feestdag van Thomas Becket is 29 december.

Deze film dateert uit 1964 en duurt 148 minuten. Regisseur is Peter Glenville. Acteurs zijn Richard Burton [Thomas Becket], Peter O'Toole [Koning Hendrik II], John Gielgund [Koning Lodewijk van Frankrijk], Paolo Stoppa [Paus Alexander III], Gino Servi [kardinaal Theobald] en Donald Wolfitt [Bisschop Folliot].


6. Jezus' tijdgenoten [aflevering 221]

Johannes de apostel

Zijn relatie met Jezus in een vroeg stadium

Johannes behoorde temidden van een grote menigte volgelingen tot de kleinere kring van de twaalf apostelen van Jezus, maar binnen deze kring behoorde hij ook nog eens tot de groep van drie meest intieme vrienden van Jezus, die door Hem op speciale momenten werden meegenomen. Jezus nam Petrus, Johannes en Jacobus mee toen Hij de dochter van Jaïrus uit de dood opgewekte en weer tot leven bracht [Mc. 5:37]. Ook nam Jezus deze drie mannen mee naar een berg waar door een hemelse openbaring de echte identiteit van Jezus als Zoon van God onthuld werd [Mt.17:1]. En de derde keer dat Jezus deze drie mannen apart van de rest van de groep leerlingen meenam was in de tuin van Gethsemane, waar Jezus later in de die nacht gearresteerd zou worden [Mt.26:37].

Vertaling: Broeder Joseph

7. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 47]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Wandelingen en gesprekken met Eliud

Jezus vertelde hem ook enige bijzonderheden die hij niet wist en Hij knoopte aan zijn verhalen allerlei diepzinnige beschouwingen en verklaringen vast. Het was een omgang, zo ongedwongen en eenvoudig als het gesprek van een minzame grijsaard met een teergeliefde jongeling. Naar gelang Eliud de feiten verhaalde, zag ik al die taferelen in bijvisioenen en ik was zeer gelukkig te kunnen vaststellen dat alles overeenstemde met hetgeen ik vroeger reeds gezien had, maar weer vergeten was. Ik heb zeer veel gezien en gehoord naar aanleiding van hun gesprek, maar helaas ... door storingen ben ik het meeste weer vergeten.

Jezus sprak ook met Eliud van zijn reis naar de doop. Hij had vele mensen bijeen doen komen en naar de woestijn bij Qfra gezonden. "Wat Mij betreft," zei Jezus, "Ik wil er alleen naartoe reizen. Ik zal de weg over Betanië nemen, omdat ik Lazarus daar moet spreken." Hij noemde hem bij een andere, een algemene naam, die ik vergeten ben. Hij sprak over Lazarus' vader, die iets geweest was in de oorlog. Hij zegde dat Lazarus en zijn zusters rijk waren, maar hun ganse bezit ten offer zouden brengen ten dienste van het heilswerk.

Lazarus had drie zusters: de oudste was Martha en de jongste Maria Magdalena en de middelste in leeftijd heette eveneens Maria, maar deze leefde in volkomen afzondering, was stil en schijnbaar krankzinnig en werd daarom de stille of zwijgzame Maria genoemd.

8. Ongeschonden lichamen: Paus Pius IX [13 mei 1792 - 7 februari 1878]

Zaligverklaring en visies op zijn pontificaat

Het onderzoek voor het proces tot zaligverklaring van Pius IX werd door paus Pius X op 11 februari 1907 gestart. Hoewel het Vaticaan het proces op korte termijn wilde afronden, stuitte het voornemen op veel weerstand. In 1962 werd, tegen de zin van paus Johannes XXIII in, opnieuw besloten de zaligverklaring uit te stellen omdat verder historisch onderzoek naar Pius’ leven en optreden noodzakelijk zou zijn. Johannes was van mening dat Pius IX een 'bewonderenswaardige herder' was geweest, wiens zaligverklaring een symbool zou zijn voor de doelstellingen van het Tweede Vaticaanse Concilie.

Ook Paulus VI was duidelijk over de voorgenomen zaligverklaring. In een toespraak ter gelegenheid van de honderdste sterfdag van Pius IX prees hij zijn voorganger en beschreef hij de nieuwe dogma’s die voortgekomen waren uit het Eerste Vaticaanse Concilie als "vuurbakens in de duizendjarige ontwikkeling van de theologie." Dat er omtrent de persoon Pius IX nog steeds sprake was van verschil in mening kwam in de ogen van Paulus VI voort uit de nog korte tijd die verstreken was tussen het einde van het Concilie en de nieuwe tijd.

Uiteindelijk werd het proces in 1986 afgerond, waarbij ook het onderzoek naar een aan Pius IX toegeschreven wonder was voltooid: een non, Marie-Thérèse de St-Paul, zou op voorspraak van Pius zijn genezen van artrose in haar knie, wat op medische grond niet verklaard kon worden. Doordat paus Johannes Paulus II niet gerust was op de reactie, met name uit Italië, die zou volgen op de afkondiging, vroeg hij de bisschoppen, historici en politici om advies: zij gaven aan dat het gevreesde verzet niet bestond.

Toen bekend werd gemaakt dat de zaligverklaring toch voltrokken zou worden, barstte de kritiek van verschillende kanten los. Kerkhistorici, bijeengekomen in Innsbruck, verweten het Vaticaan dat bij het onderzoek van Pius IX belangrijke bevindingen genegeerd waren, waarin de "menselijke en geestelijke defecten" van Pius IX naar voren kwamen. Bij de analyse van de gebeurtenissen in zijn tijd had Pius slechts het werk van God of dat van de duivel gezien waardoor hem een "gebrek aan intelligentie" werd verweten, waardoor van een zaligverklaring geen sprake kon zijn.

Anderen wezen erop dat door het besluit het Vaticaan zich opportunistisch opstelde:  hadden de pausen Johannes Paulus II en Johannes XXIII geleefd in de tijd van Pius IX, dan waren zij zeker om hun ideeën en woorden veroordeeld geweest. Pius zou door zijn halsstarrige optreden tegen democratische hervormingen, de rooms-katholieke aanhang vervreemd hebben van moderne, maatschappelijke ontwikkelingen, waardoor indirect de basis voor het fascistische [absolute] regime gelegd zou zijn.

De meeste kritiek was echter afkomstig vanuit Joodse hoek. Pius IX wordt door vele Joodse organisaties gezien als de vertegenwoordiger van het kerkelijk anti-judaïsme, waarbij gewezen werd op zijn optreden in de Edgardo Mortara-zaak, maar ook hoe hij de Joden veroordeelde tot het leven in getto’s en hoe hij de joden van Rome omschreef als "jankende honden," waarvan hij hoopte dat ze zich ooit zouden bekeren.

Opmerkelijk daarbij is dat de zaak-Edgardo Mortara bij het onderzoek geen rol van betekenis speelde, omdat het volgens een woordvoerder van het Vaticaan destijds de gewoonte was Joden te dopen en katholiek op te voeden. Edgardo Mortara’s getuigenverklaring werd daarentegen wel meegenomen tijdens het onderzoeksproces. Mortara gaf daarin aan dat hij vurig hoopte op de zaligverklaring en heiligverklaring van Pius IX en onderstreepte dat Pius veel voor de Joodse gemeenschap had betekend.

Het moment van zaligverklaring, 3 september 2000, was in de ogen van Joodse organisaties ook ongelukkig gekozen, omdat de plechtigheid samenviel met de viering van de Europese, Joodse cultuurdag.

Vanuit diverse Joodse organisaties werd de vrees geuit dat de ondernomen toenaderingspoging van het Vaticaan ten aanzien van de Joden opnieuw onder druk zou komen te staan. Sympathisanten van Pius IX omschreven hem als een vriendelijk en charmant man, wiens optreden tegen nieuwe ideeën gerechtvaardigd werd doordat Pius zich verzette tegen een antiklerikale en antireligieuze stemming.

Op 3 september 2000 werd Pius IX tegelijk met Johannes XXIII en drie andere kandidaten zalig verklaard. In zijn homilie tijdens de plechtigheid omschreef Johannes Paulus het pontificaat van Pius IX als een moeilijke periode, waarin "hij veel te lijden had om zijn missie in dienst van het Evangelie te vervullen. Het was echter precies tijdens deze conflicten dat het licht van zijn deugden het helderst scheen."

Op 4 september 2000 verdedigde de paus het besluit om Pius IX zalig te verklaren. Hij benadrukte dat de wereld Pius niet begrepen zou hebben: de hosanna’s aan het begin van zijn ambtsperiode waren al snel veranderd in beschuldigingen, aanvallen en lasterpraat. Ondanks dat zou Pius IX zich echter altijd lankmoedig hebben opgesteld, zelfs ten aanzien van zijn vijanden. Op 5 september 2000 voegde paus Johannes Paulus II daaraan toe dat bij een onderzoek "niet zozeer gekeken wordt naar de historische keuzes die een kandidaat-zalige heeft gemaakt, maar veeleer naar bepaalde eigenschappen die voor de gelovigen als voorbeeld en verering dienen."

Vertaling: Mario Lossie

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 4

Maar, omdat niet één persoon zou denken dat dit onmogelijk is, zal ik aantonen hoe het zal verlopen. Eerst zal het koninkrijk worden uitgebreid en zal de opperste macht, verspreid en verdeeld onder velen, afnemen. Dan zal er bestendige burgeronrust worden gezaaid en zal er ook geen gebrek zijn aan dodelijke oorlogen, tot er tegelijkertijd tien koningen zullen opstaan die de wereld zullen verdelen, niet om er over te regeren, maar om deze te verteren. Dan, bij de toename van hun macht tot een enorme omvang en na al het bewerken van de velden te hebben verlaten, wat de aanvang zal zijn van de omverwerping en de vernietiging, zal alles verwoest, gebroken en opgebruikt zijn.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 74: De Rore Coeli [Van de hemelse dauw]

Urbanus VII [1590]

Echte naam: Giambattista Catagna [Rome, 4 augustus 1521 - Rome, 27 september 1590]

Urbanus VII was paus van 15 september 1590 tot 27 september 1590. Zijn pontificaat duurde slechts twaalf dagen en is het kortste pontificaat uit de geschiedenis. Binnen twee weken na zijn verkiezing stierf hij aan malaria.

Giambattista werd te Rome in 1521 geboren en was een neef van kardinaal Jacovazzi. Hij studeerde burgerlijk en kerkelijk recht en doctoreerde in beide. In 1553 werd hij aangesteld tot aartsbisschop van Rossano en in 1555 stuurde Julius III hem als gouverneur naar Fana. In 1573 deed hij afstand van zijn zetel, waarna Gregorius hem als nuntius naar Venetië zond. In 1583 werd hij tot kardinaal benoemd. Drie jaar later werd hij Inquisiteur-generaal van het Heilig Officiie. Hij was op 15 september 1990 tot paus gekozen.

Hij gaat voornamelijk de geschiedenis omdat hij 's werelds eerste bekende rookverbod in publieke ruimten [op zijn naam heeft staan. Hij dreigde iedereen te excommuniceren die hetzij in de zuilengalerij, hetzij in de kerk, tabak consumeerde.Dat gold voor zowel pijptabak, pruimtabak als voor snuiftabak.

Urbanus VII was bisschop van Rossano in Calabrië geweest, waar manna wordt verzameld, dat "hemelsdauw" heet. Manna is een zoete afscheiding van vele bomen.

Chris De Bodt

11. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3454 van 19/3/2011

Lieve zonen en dochters, laat de dingen van deze wereld u niet wegleiden van God. U behoort tot de Heer en Hij alleen is uw ware geluk. U bent in deze wereld, maar u behoort niet tot de wereld. Liefde is de waarheid. Wees eerlijk in uw daden. Misleid niemand. God kent uw harten en zal ieder van u begenadigen naar zijn of haar werken. Wees eerlijk. Ik ben uw bedroefde Moeder en Ik lijd om wat er over u gaat komen. Azerbedjan en Yantaii: de dood zal komen en Mijn arme kinderen zullen wenen en jammeren. Kniel neer in gebed. De mens is geestelijk zwak geworden omdat de mensen Zijn Schepper in de steek gelaten heeft. Keer terug. Mijn Heer wacht op u met vreugde. Voorwaarts. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

30 juli 2010

Tijdens het bidden kwam de Heer Jezus tot mij.

Hij zei: "Valentina, Mijn kind, wat u ook schrijft en wat u ook weet, hebt u niet geleerd van de wereld, maar van Mij die u onderricht. Waardeer wat Ik voor u doe en zeg: Mijn Heer en mijn God, mijn leraar, mijn leven en mijn alles. Ik ben niets zonder u. U bent alles voor mij. Ik hou van U en ik prijs U tot Uw glorie."

Nadat onze Heer was verdwenen was ik zo verbaasd over wat Hij me had verteld dat ik niet kon vragen om een meer volmaakte en allermooiste leraar, dan onze Heer Jezus.

Op een dag in juli, kwam onze Heer tot mij en vroeg mij om Zijn Dierbaar Bloed te eren.

Hij zei: "Het zou mij behagen als Mijn Bisschoppen en Priesters aan de gelovigen in de kerken zouden mededelen dat de maand Juli is toegewijd aan Mijn Dierbaar Bloed. U hebt geen idee van de kracht hiervan. Een druppel van Mijn Dierbaar Bloed kan de wereld redden."

Vertaling: Chris De Bodt


30-03-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.30 maart 2011
30 maart 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic
[deel 36]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Vagevuur en hel

Janice: Zij branden hun eigen persoonlijk beeld en gelijkenis met God weg door hun keuze?
Vicka: Inderdaad. Zij kiezen ervoor om hun eigen schoonheid en goedheid te vernietigen. Zij kiezen ervoor om lelijk en vreselijk te zijn. Mensen doen dit constant. Elke keuze tegen God, Gods geboden, Gods wil, verschroeit Gods beeld in ons.

Janice: Is het daarom dat Mirjana zei dat veel mensen hier op aarde kiezen voor de hel?
Vicka: Ja. Zij worden één met de hel zelfs terwijl ze nog hun lichaam hebben. Bij de dood doen zij voort zoals ze bezig waren toen ze nog een lichaam hadden.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 21]

Het zal verwateren...

Ik zag een enorm groot licht waaruit een grote, geestelijke Duif te voorschijn kwam. Ik hoorde: "Volg Mij..." De witte duif vloog voor mij uit totdat we op een vlakte kwamen. Toen vloog de duif omhoog en bleef ze in de lucht zweven. Midden in die vlakte stond een kerk met een spitse toren. Vanuit de hemel hoorde ik de Stem roepen: "Zie toe, mijn getrouwen, wat geschiedt!"

Dan zag ik de hemel opengaan en er kwam en groot zwaard naar beneden. Dat zwaard kapte die kerk verticaal precies in twee helften. En ik zag die twee helften uit elkaar gaan. Het waren twee open gedeelten, zodat ik erin kon kijken. In het rechtergedeelte zag ik mensen en ook in het linkergedeelte. Dan ineens kwamen er boven het linkergedeelte van die kerk letters te staan in een eigenaardige vorm. En het vormde een woord, "Efraim." Dat moest ik hardop zeggen. Boven het rechtergedeelte kwam een borstbeeld van een paus met de twee vingers opgestoken en op de achtergrond zag ik de St. Pieter. Dan sprak de Stem weer: "Ziet toe..."

Nu was het alsof ik door een glas keek naar het linkergedeelte van die kerk. Over dat glasraam kwam allemaal water, alsof het helemaal water werd. De Stem sprak: "Kijkt toe, het zal verwateren..." Dan zag ik golven aan komen spoelen en de linkerhelft van die kerk werd daarmee weggespoeld. De rechterhelft van die kerk stond nog in die vlakte en werd voor mijn ogen één gehele kerk.

Dan kwam vanuit de hemel de afbeelding van de Vrouwe met Kruis en aardbol. Geen schapen zag ik. Deze afbeelding zweefde rondom die ene kerk heen. Dan ineens bleef de afbeelding naast die kerk staan. Dan zag ik de hele kudde aan komen hollen en ik kreeg in mij: "ze waren verdwaald en verstrooid." [8 december 1975]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboeken van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 89]

141. + Maar mijn pijnigingen gaan al ten einde. De Heer geeft mij de beloofde hulp, ik zie haar in de persoon van twee priesters: Pater Andrasz en prof. Sopocko. Tijdens de retraite vóór de eeuwige geloften [4] werd ik voor de eerste maal volledig gerustgesteld [5]. Later werd ik door professor Sopocko in dezelfde richting geleid. Zo voltrok zich de belofte van de Heer.

142. Toen ik gerustgesteld was en onderricht hoe ik Gods wegen zou bewandelen, verheugde mijn geest zich in de Heer en ik had de indruk niet te stappen maar te lopen. Mijn vleugels werden opengespreid voor de vlucht en ik begon te zweven in volle zon en ik kwam niet naar beneden tot ik rustte in Wie mijn ziel zich voor eeuwig verliest. Ik gaf me volkomen aan de invloed van de genade over. Diep zijn Gods nederdalingen tot mijn ziel. Ik wijk niet, noch weersta ik, maar verlies mij in Hem als in mijn enige schat. Ik ben één met de Heer, de afgrond die ons scheidt, Schepper en Zijn schepsel, schijnt verdwenen. Gedurende enkele dagen leefde mijn ziel als in een voortdurende extase. De aanwezigheid van God verliet mij niet één moment. En mijn ziel verbleef in een voortdurende liefdesvereniging met de Heer. Ondertussen verhinderde dit mij niet mijn plichten te volbrengen. Ik voelde dat ik in liefde omgevormd werd, ik was geheel in brand zonder schade. Ik was voortdurend in God verloren, God trok mij naar Zich toe met zulk een liefde en zo'n macht dat ik sommige momenten niet besefte dat ik op aarde was. Zo lang had ik de goddelijke genade tegengehouden en gevreesd, nu verwijderde God zelf, door Pater Andrasz, alle moeilijkheden. Mijn geest werd naar de zon gekeerd en bloeide in haar stralen alléén voor Hem open, Ik versta niet... [6]

143. + Ik heb veel Goddelijke genades verspild want ik vreesde altijd door een illusie misleid te worden. God trok mij tot Zich met zo'n kracht dat het dikwijls niet in mijn vermogen lag zijn genade te weerstaan; wanneer ik plots in Hem gestort werd en Jezus me op deze momenten met zo'n vrede vervulde, kon ik me naderhand, zelfs indien ik het wilde, niet meer verontrusten. Dan hoorde ik in mijn ziel de woorden: Opdat Gij verzekerd zoudt zijn dat Ik de Bewerker ben van al deze opdrachten, zal Ik u zo'n diepe vrede geven dat zelfs wanneer ge u ongerust of angstig wou maken, het vandaag niet in uw macht zal zijn; maar de liefde gaat uw ziel overstromen tot zelfvergetelheid toe.

[4] Het is gebruikelijk in de congregatie dat, zoals in de Constituies bepaald is, de generale overste met haar raad, na vijf jaar tijdelijke geloften, de kandidaten tot de eeuwige geloften toelaat of wegstuurt.
[5] Z.F. werd gedurende de retraite, van 20 tot 30 april 1933, volledig gerustgesteld door pater Andrasz.
[6] De zin werd hier afgebroken.


Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 89]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Daarom roept de profeet Joel in hoofdstuk 3 uit: "De Heer zal brullen vanuit Sion en zijn stem zal vanuit Jeruzalem weerklinken." En in hetzelfde hoofdstuk zegt hij nog: "Ik zal alle naties verzamelen, Ik zal naar de vallei van Josaphat leiden waar ik met hen het groot gesprek zal voeren" [Joel 3]. Het is dus een onbetwistbare waarheid dat het oordeel zal doorgaan in de vallei van Josaphat.

Tevergeefs zal opgeworpen worden dat ons bewering geen steek houdt en het voldoende is deze ene overweging te uiten dat de vallei van Josaphat een engere en smallere ruimte biedt dan de meeste valleien uit de Alpen en dat ze onmogelijk miljarden en miljarden menselijke wezens kan bevatten die de aarde hebben gevuld en nog zullen bezetten.

Sint Paulus in zijn brief aan de Thessalonicenzen lost deze moeilijkheid op en verlicht ze: hij herinnert ons dat, op de dag van het oordeel, de verrezen uitverkorenen niet op aarde zullen samenkomen "maar dat ze zullen opstijgen in de lucht Jezus Christus tegemoet." Onze Heer Jezus Christus zal in de lucht neerdalen in de streek boven de vallei van Josaphat en daar, door zijn engelen omringd, op de troon van zijn Majesteit plaatsnemen. Inderdaad, past het niet dat de rechter vanwege zijn waardigheid, boven allen verheven wordt op een hoge plek vanwaar hij door iedereen gezien en gehoord kan worden? Is het niet billijk dat, gezien hun verdienste en volmaaktheid, een eervolle en naaste plek bij de Opperste Rechter wordt voorbehouden aan de uitverkorenen die de zwaartekracht ontgroeid zijn en met hun verheerlijkte en fijn lichaam niet meer op de aarde moeten steunen? Alleen de verdoemden zullen op aarde weerhouden worden, maar, zoals Suarez opmerkt, zou het fout zijn ze te aanzien als omgrensd en opgesloten in de enge afmetingen van de vallei van Josaphat. Hun menigte zal zich verspreiden, in de mate van het nodige, in de omgeving op de Olijfberg, op de berg Sion, op de plek waar Jeruzalem gevestigd was en misschien nog veel verder weg. En als gezegd wordt dat het oordeel in de vallei van Josaphat zal doorgaan, dan is dat omdat Jezus Christus zijn troon boven haar zal vestigen en dat die vallei de plek zal zijn waar de mensen zich zullen beginnen te verzamelen.

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Becket [11/15]

De heilige Thomas Becket [Londen, 21 december 1118 - Canterbury, 29 december 1170], aartsbisschop van Canterbury, was een Engelse katholieke geestelijke van Normandische afkomst.

Hij was de zoon van een te Londen gevestigde Normandische koopman. Hij studeerde theologie in Parijs en werd in 1154 aartsdiaken en in 1155 kanselier van koning Hendrik II van Engeland. Gedurende deze periode ontwikkelde er zich een vriendschap tussen Becket en de koning en mede daardoor werd hij in 1162 aartsbisschop van Canterbury. Toen de koning in 1164 te Clarendon Palace de Kerk aan zijn macht onderwierp met de Constituties van Clarendon, verklaarde Becket zich na enige aarzeling akkoord. Kort hierna kwam hij hier op terug. De koning ergerde zich hieraan. Hij zon op een manier om Becket als publiek figuur weg te krijgen en beschuldigde hem van financiële malversaties tijdens zijn kanselierschap. In 1164 werd hij gedagvaard, maar hij beriep zich op de paus: enkel de paus kon rechtspreken over een kardinaal. Becket vluchtte naar het vasteland, waar hij verbleef in de abdij van Pontigny, en kreeg inderdaad de steun van Paus Alexander III. Deze kon echter geen werkelijke steun verlenen, aangezien hij zelf in een moeilijke positie verkeerde wegens onmin met de Duitse keizer Frederik Barbarossa en de tegenpaus Paschalis III.

In 1170 nam paus Alexander wel stappen, toen de koning zijn zoon liet kronen door de aartsbisschop van York, en niet door Thomas, de aartsbisschop van Canterbury. De paus dwong Hendrik tot een compromis met Becket, die daarop kon terugkeren naar Engeland. In datzelfde jaar vatten vier Normandische ridders een verzuchting van de koning over Becket letterlijk op, reisden af en vermoordden Becket in de kathedraal van Canterbury. Een door Hendrik gestuurde ijlbode Nicolas de Camargue arriveerde te laat om het drama te voorkomen.

Becket viel onmiddellijk algemene verering ten deel als martelaar voor de vrijheden van de Kerk. Op Aswoensdag 21 februari 1173 werd hij door de paus heilig verklaard. Hendrik II liet zich als boetedoening in 1174 in de crypte van de kathedraal door vier monniken geselen. Beckets graf bleef een van de drukst bezochte bedevaartsoorden, tot Hendrik VIII het schrijn in 1538 liet vernietigen. De kerkelijke feestdag van Thomas Becket is 29 december.

Deze film dateert uit 1964 en duurt 148 minuten. Regisseur is Peter Glenville. Acteurs zijn Richard Burton [Thomas Becket], Peter O'Toole [Koning Hendrik II], John Gielgund [Koning Lodewijk van Frankrijk], Paolo Stoppa [Paus Alexander III], Gino Servi [kardinaal Theobald] en Donald Wolfitt [Bisschop Folliot].


6. Jezus' tijdgenoten [aflevering 220]

Johannes de apostel

Een van hen, de leerling van wie Jezus veel hield, lag naast Hem aan tafel aan [Joh. 13,23]

Zijn achtergrond en zijn roeping

Johannes was een van de twaalf leerlingen van Jezus. Hij was een jongere broer van Jacobus de Meerdere die ook een volgeling van Jezus was. Zij waren twee zonen van hun vader Zebedeüs, die het zich kon permitteren om dagloners in dienst te nemen [Mc.1:20]. Hun moeder was Salomé [Mt.27:56, Mc.15:40], die later ook bij de kruisiging aanwezig was en daar de zuster van Maria, de moeder van Jezus, genoemd wordt [Joh.19:25], waaruit zou kunnen blijken dat Johannes en Jacobus neven van Jezus waren.

Johannes was waarschijnlijk een leerling van Johannes de doper [Joh.1:35-37] en het was Johannes de doper die hem op Jezus wees als het Lam van God. Daarna ging hij voor het eerst samen met Andreas, de broer van Petrus, achter Jezus aan. Na de wonderbaarlijke visvangst in Lucas 5:1-11, werd Johannes definitief geroepen om Jezus te volgen. Hij kreeg samen met zijn broer Jacobus de naam ‘Boanerges’ wat een samenstelling is van twee Aramese woorden ‘ben’ en ‘regaz’, dat is ‘zonen van de donder’ [Mc.3:17]. Het woord ‘donder’ [regaz] heeft de betekenis van ‘woedende toorn’ [Dan.3:13, Ezra 5:12]. Ook uit het levensverhaal van Johannes kunnen we bijzondere lessen leren over het ware karakter van onze identiteit in Christus.

Vertaling: Broeder Joseph

7. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 46]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

Wandelingen en gesprekken met Eliud

In de morgen van dertien september zag ik Jezus met Eliud uit Nazareth gaan. Zij gingen naar het zuiden op de Jeruzalemse weg. Men noemt de streek het dal Esdrelon. Na een weg van ongeveer twee uren gingen zij over de Kisonrivier en bereikten een dorp dat uit een synagoge, een herberg en slechts enige huizen bestond. Het is, meen ik, een voordorp of -wijk van het naburige Endor. Niet ver van hier is er een beroemde bron.

Jezus nam zijn intrek in de herberg. De inwoners waren hier koel gezind, zonder Jezus bepaald vijandig te zijn. Eliud genoot bij hen geen bijzondere achting, want zij hielden het meer met de Farizeeërs. Jezus zegde tot de Overste van de plaats dat Hij hier in de synagoge onderricht wilde geven. Zij antwoordden dat vreemden dit hier nooit kwamen doen, maar Hij verklaarde dat Hij opdracht daartoe had. Hierop trad Hij de school [synagoge of bijgebouw er van] binnen en sprak over de Messias, wiens Rijk niet van deze wereld is. De Messias zelf overigens zou nederig zijn en wars van wereldse pracht. Hij sprak van de doop van Johannes en wekte hen er toe op. De priesters van de synagoge waren Hem niet genegen. Hij liet zich hier schriftrollen geven. Hij sloeg ze open en las er allerhande profetieën uit voor, die Hij ook verklaarde.

Nogmaals ontroerde mij diep het vertrouwelijk gesprek van Jezus met de bejaarde Eliud, die zijn zending, zijn bovennatuurlijke oorsprong kende en geloofde en toch er geen vermoeden van scheen te hebben, dat Hij God zelf was. De man vertelde Jezus op een heel natuurlijke wijze, terwijl zij zijde aan zijde wandelden, tal van bijzonderheden uit Jezus' jeugd, die de profetes Hanna hem medegedeeld had en die zijzelf, na de terugkeer van de Heilige Familie uit Egypte, van Maria vernomen had, wanneer deze haar enige malen een bezoek te Jeruzalem bracht.

8. Ongeschonden lichamen: Paus Pius IX [13 mei 1792 - 7 februari 1878]

Overlijden

In 1877 werd het 50-jarig bisschopsjubileum van Pius IX gevierd. Kort na de viering besloot Pius, op verzoek van de Concilievaders, de heilige "Franciscus van Sales" uit te roepen tot kerkleraar, wat bevestigd werd in de apostolische brief "Dives in misericordia Deus" van 16 november 1877. Tevens werd van Sales uitgeroepen tot beschermheilige van de katholieke pers.

Tijdens één van zijn laatste publieke audiënties voor een groep pelgrims gaf Pius IX opnieuw zijn visie duidelijk weer over het verlies van de Kerkelijke Staat: "U bent hier gekomen om de graftombe van de heilige Petrus te bezoeken en de gevangenis van zijn opvolger die in de stad Rome woont, de hoofdstad en het centrum van het katholicisme, maar nu omgevormd tot de hoofdstad van de chaos."

Hoewel Pius zelf kampte met zijn gezondheid, probeerde hij toch begin januari 1878 een verzoeningspoging te ondernemen met koning Victor Emanuel II van Italië die stervende was. Pius’ toenadering via monseigneur Francesco Marinelli werd echter door het hof geweigerd en op 9 januari overleed de koning.

Op 5 februari 1878 kreeg Pius een bronchitisaanval, gevolgd door zware koorts. Op 6 februari werd duidelijk dat de ziekte voor de 85-jarige paus onomkeerbaar was, en in de vroege ochtend van 7 februari werden hem de laatste sacramenten toegediend. Hij overleed diezelfde dag nog na een pontificaat van 31 jaar en 236 dagen. Met zijn dood kwam een einde aan het langste pontificaat in de geschiedenis.

Op 13 februari 1878 vond in de Sint-Pietersbasiliek zijn begrafenis plaats, waarbij Pius’ lichaam tijdelijk werd bijgezet in een sarcofaag binnen de basiliek. In zijn testament uit maart 1875, gepubliceerd in de "Populo Romano" op 26 mei 1878, had Pius echter aangegeven dat hij begraven wilde worden in de basiliek "Sint-Laurens buiten de Muren." Op 13 juli 1881 werd tegen de nacht het lichaam overgebracht naar de laatste rustplaats. De keuze voor het late uur kwam voort uit de vrees voor eventuele rellen. Toch kon niet voorkomen worden dat de begrafenisstoet door een bende antikatholieke Nationalisten met modder werd bestookt en er werd zelfs geprobeerd om het lichaam van de overleden paus in de Tiber te gooien.

Tijdens het conclaaf volgend op de dood van Pius IX werd na drie stemrondes gekozen voor kardinaal Gioacchino Pecci, die de naam Leo XIII aannam. Pecci was ruim dertig jaar aartsbisschop van Perugia geweest, tot hij in 1877 tot camerlengo [kamerheer] van de paus werd benoemd.

Op initiatief van onder meer graaf Giovanni Acquaderni [één van de oprichters van de Katholieke Actie] en conform het testament van Pius IX, werd een grafmonument geplaatst. Het opschrift verwijst naar zijn pontificaat van 31 jaar, 7 maanden en 22 dagen.

Bij Pius’ zaligverklaring in 2000 werd het lichaam, dat nog goed intact was, in een reliekschrijn in de kerk geplaatst.

Vertaling: Mario Lossie

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 3

Alle rechtvaardigheid en ook de wetten zullen worden vernietigd. Niemand zal dan iets bezitten, behalve wat verworven en verdedigd wordt door de hand: de schaamteloosheid en gewelddadigheid zal over alle dingen heersen. Er zal geen geloof meer zijn onder de mensen, noch vrede, noch vriendelijkheid, noch schaamte, noch waarheid en aldus zal er ook geen veiligheid meer zijn, geen regering, noch enige rust van het het kwade. Want de hele wereld zal in tumult zijn er overal zullen er oorlogen heersen. Alle naties zal bewapend zijn en elkaar tegenwerken. Buurlanden zullen met elkaar in strijd leven.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 73: Axis in Medietate Signi [Balk in het midden van het Wapen]

Sixtus V [1585-1590]

Echte naam: Felice Peretti di Montalto [Grottomare, Montalto, Ancona, 13 december januari 1521 - Rome, 27 augustus 1590]

Op 15 november 1566 wordt hij benoemd als bisschop van het bisdom Sant'Agata dei Goti bij Benevento in Italië. Op 17 mei 1570 maakt paus Pius V hem tot kardinaal. Hij is daarna in Italië bekend als "Cardinale di Montalto." In 1571 wordt hij bisschop van het Aartsbisdom Fermo.

Het conclaaf kiest Felice Peretti op 24 april 1585, na vier dagen, als nieuwe paus. Een van zijn eerste ambtshandelingen als nieuwe paus was de benoeming van zijn achterneef Alessandro Damasceni tot kardinaal. Als paus bestrijdt Sixtus V de bandieten in zijn kerkstaat met ijzeren hand. Zo laat hij meteen op de dag van zijn kroning, ter gelegenheid van de heuglijke dag, opgepakte bandieten terechtstellen en stelt hij hun lijken aan de brug voor de Engelenburcht ten toon. Verder vergeldt hij verschillende vergrijpen met draconische straffen, zo stelt hij bijvoorbeeld op echtscheiding, homoseksualiteit, incest, etc. de doodstraf in.

De financiële situatie van de kerkstaat saneert Sixtus V door bezuinigingsmaatregelen en het verhogen van veel belastingen. Sixtus V verzamelde in zijn relatieve korte pontificaat een enorm vermogen in de Engelenburcht. Tegen het einde van zijn pontificaat was Sixtus V een van de rijkste Europese vorsten.

Met zijn pauselijke bul "Postquam verus" van 3 september 1586 bracht hij het aantal leden van het college van kardinalen op maximaal 70. Pas in 1958 verhoogt paus Johannes XXIII het aantal kardinalen tot boven de 70.

"Axis in Medietate Signi" verwijst naar de balk die het wapen van de paus doorkruist.

Chris De Bodt

11. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3453 van 15/3/2011

Lieve zonen en dochters, Ik ben uw Moeder en Ik kom uit de hemel om u te zeggen dat het nu de tijd van Genade is. Laat de armen niet hangen. Leef dicht bij Mijn Zoon Jeuzs. U gaat een toekomst vol beproevingen tegemoet. God is aan uw zijde en Ik vraag u om trouw te zijn aan de Heer. Ik kom niet uit de Hemel om u te verplichten, maar wat ik zeg dient ernstig te worden genomen. De mensheid heeft zichzelf besmet met de zonde en Mijn arme kinderen wandelen op het pad van de zelfvernietiging dat ze met hun eigen handen hebben voorbereid. Wees bekeerd. Vlucht de zonde. Vul uzelf met de liefde van Heer, want de liefde is sterker dan de dood en krachtiger dan de zonde. Laat het gebed niet. Enkel door het gebed kunt u de vrede bekomen. Aanvaard het Evangelie van Mijn Zoon Jezus. Laat de woorden van Mijn zoon u hervormen. Uw volledig geluk ligt bij Jezus. Niet achterwaarts. Het hart van het Noorden zal schudden. Wees aandachtig. Bid. Ik lijd om wat over u gaat komen. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

25 juli 2010

De Eeuwige Vader verscheen aan Mij en zei me: "Mijn dochter, vandaag kom Ik om u te onthullen dat er vele rampen over u zullen komen, Mijn kinderen, over vele verschillende delen van de wereld. Deze rampen nemen toe en u zult zich afvragen: waarom gebeuren deze."

"Reeds voor vele jaren probeer Ik Mijn kinderen te waarschuwen dat deze rampen over hen zullen komen, maar Ik werd weggehoond en opzij geschoven. Hoe groot is Mijn wens dat Mijn kinderen naar hun Vader en Schepper zouden luisteren, die zoveel van hen houdt. Mijn dochter, Ik moet u iets vertellen en tonen wat wordt verondersteld nu te gebeuren."

Hij strekte Zijn hand uit en toonden mij een zeelandschap. Ik zag een enorme brug over het water gespannen [Ik voelde tijdens het visioen dat dit in het D.S.A. was].

De Eeuwige Vader zei daarop: "Zie, als ik toelaat dat deze ramp zou geschieden, zal deze brug in kleine stukken uiteenspatten, tot niets."

Toen glimlachte Hij en zei: "Ik heb deze gruwelijke ramp, die op het punt stond plaats te vinden, afgewonden omdat Mijn toegewijde kinderen tot Mij baden en ik medelijden voelde om hen niet te straffen. Zeg tegen Mijn kinderen dat dit echter een tijdelijke afwending is. Ik kan het te allen tijde opnieuw oproepen als de mensheid niet verandert."

Hij kwam nader tot mij en zei: "Mijn kind, er zijn vele valse profeten in deze wereld. Zij voorspellen valse boodschappen die niet van Mij komen. Ik spreek nooit tot hen. Wees dus voorzichtig. Vertrouw niet op iedereen, Mijn kind."

Terwijl Hij mij die mededeelde, zei Hij: "Mijn kind, wees niet bevreesd. We zijn steeds bij u om u te beschermen."

Op dat ogenblik verscheen de Heilige Moeder, vergezeld van een Engel. Zij was heel vreugdevol. Zij omhelsde mij en zei: "Ik hoor dat velen u veroordelen, maar ik kan deze onrechtvaardigheid niet aanhoren. Als het moet zal Ik tot hen zelf verschijnen om hen te zeggen dat zij naar u moeten luisteren. Zij kunnen u beschuldigen omdat u maar een kleine misdienaar bent rond de tafel van Mijn Zoon in de Hemel." [Terwijl Onze Lieve Vrouw mij vasthield, dacht ik: "Welke misdienaar? Ik ben geen misdienaar!"]

Zij wist wat ik dacht en zei: "Mijn dochter, wat u niet met uw ogen kunt zien is dat wat Mijn Zoon u schenkt. Hier zien we dit geestelijk en op een dag zal het u onthuld worden en zult u Mij meer en meer waarderen."

Toen verliet de Heilige Maria mij.

Ik bedankte hen voor alle genaden die ik heb ontvangen van onze Heer, onze Schepper en van onze Mooie, meest Heilgie Moeder Maria.

Vertaling: Chris De Bodt


29-03-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.29 maart 2011
29 maart 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic
[deel 35]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Vagevuur en hel

Janice: U zag de hel, nietwaar?
Vicka: Ja. Het is een uitgestrekte vuurzee in de hel. Ik zag mensen vervuld van haat die het vuur binnenkwamen. Als ze uit het vuur kwamen, was het alsof ze nooit een menselijk wezen waren geweest.

Janice: U beschreef een mooie jonge vrouw die vol van haat was en die het vuur binnentrad. U zei dat wanneer ze terug te voorschijn kwam, ze geleek op een onmenselijk type, dat ze zo lelijk was dat u haar nauwelijks kon aankijken. Betekent dat dat mensen hun voorstelling en gelijkenis van God, waarmee ze geboren worden, verliezen als ze het vuur binnenkomen?
Vicka: Misschien.

Janice: Wat is daar de oorzaak van?
Vicka: Mensen keren zich weg van God door de keuzes die ze maken. Op die manier kiezen zij om het vuur van de hel binnen te gaan waar alle bindingen met God worden weggebrand. Daarom is het dat zij nooit meer terug kunnen keren naar God. Het vereist Gods genade om naar God te gaan. In de hel hebben zij niet langer toegang tot Gods genade.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 20]

Juicht volkeren der aarde...

Ik kwam in een oneindig grote, kale vlakte, onafzienbaar. En ik hoorde de Stem vanuit de zware donkere wolken boven die vlakte roepen: "Ziet volkeren, naar uw akkers en velden. Ze zijn dood en verdorven!"

Dan wachtte de Stem even en vervolgde: "Het zaad is gestorven in de aarde. De volkeren klagen ach en wee. Luistert!" En ik hoorde een vreselijk klagen, terwijl ik niets dan één grote kale verdorde vlakte voor mij zag. Ineens kwam er een diepe stilte overheen. Ik voelde die stilte. Dan sprak de Stem weer: "Begrijpt goed, daarom heb Ik Haar, de Vrouwe van alle Volkeren, uw Moeder, gezonden. Ziet toe..."

Er kwamen nu over die verdorde vlakte vanuit de lucht prachtige hemelse stralen. En vanuit die kale grond zag ik nu de prachtigste bloemen en groen omhoog komen. Middenin kwam een twijg omhoogschieten. Terwijl ik ernaar keek werd het een prachtige grote boom. Het was één hemelse tuin geworden. Ik hoorde de Stem zeggen: "Juicht volkeren der aarde, het uur heeft geslagen!" En ik hoorde een geweldig gejuich opstijgen over die vlakte. [15 augustus 1975]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboeken van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 88]

138. Na de aanbidding kwam ik buiten en bekeek vredig alles in de ogen waar ik vroeger zo'n vrees voor had.

In de gang kreeg ik door een bepaalde persoon onmiddellijk een groot lijden en vernedering te verduren. Ik aanvaardde het in onderwerping aan een hogere wil en ik heb mij nauw tegen het Heilig Hart van de Heer Jezus gedrukt, en toonde zo dat ik bereid was tot alles waarvoor ik mij geofferd had. Het lijden leek onder mijn voeten op te rijzen, zelfs Moeder Margareta was er verbaasd over. Bij anderen gaat veel onopgemerkt voorbij, want het is inderdaad niet de moeite er aandacht aan te besteden, maar bij mij wordt niets onopgemerkt gelaten, elk woord wordt ontleed, elke pas nagegaan.

Een zuster zei mij: "Bereid u voor, mijn zuster, om een kruisje te ontvangen dat moeder overste u bereidt, ik heb zo'n medelijden met u, mijn zuster". En ik, ik verheugde me in mijn ziel en ik ben er al lang klaar voor. Toen ze mijn moed zag, was ze verwonderd. Ik zie nu dat de ziel niet veel vermag uit zichzelf, maar met God kan ze alles. Zie-daar wat de genade van God tot stand brengt. Weinig zielen blijven altijd aandachtig voor de ingevingen van God, en nog minder volgen trouw deze ingevingen.

139. Nochtans kan de ziel die trouw is aan God deze ingevingen niet alléén onderscheiden, ze moet ze aan het oordeel van een zeer onderlegd en wijs priester onderwerpen, en zolang ze geen zekerheid heeft verworven, moet ze ongelovig blijven. Dat ze zich niet op haar eentje toevertrouwt aan deze ingevingen en aan al deze hogere genaden, want ze kan zich blootstellen aan groot verval.

Ook al onderscheidt de ziel onmiddellijk de valse ingevingen van die van God, toch weze ze voorzichtig, want er zijn veel onzekere zaken. God houdt er van en verheugt er Zich over dat de ziel, alleen om Zijnentwille, zelfs Hem niet vertrouwt; omdat ze Hem bemint is ze voorzichtig en vraagt ze hulp en zoekt voor zichzelf uit te maken of het werkelijk God is die in haar werkt. En als een verlicht priester het haar bevestigt, dat ze dan gerust weze en zich toevertrouwe aan God volgens Zijn aanwijzingen, dat wil zeggen, volgens de aanwijzingen van de biechtvader.

140. Zuivere liefde is in staat tot grote daden, en geen moeilijkheden noch tegenkantingen kunnen haar breken. Zoals de liefde sterk is midden grote moeilijkheden zo is zij ook standvastig in het grijze, vervelende en alledaagse leven. Ik weet dat er om God te behagen maar één ding nodig is, de kleinste dingen doen met een grote liefde, liefde en altijd liefde.

Zuivere liefde dwaalt niet af. Zij heeft wonderlijk veel licht en doet niets dat God zou kunnen mishagen. Ze is vindingrijk in het doen van wat God het allermeest bevalt, en niemand kan haar evenaren. Ze is gelukkig als ze zich kan ontledigen en als een zuiver offer kan branden. Hoe meer ze zichzelf geeft, hoe gelukkiger ze is. Maar niemand kan als zij, van ver de gevaren aanvoelen: ze weet hoe ze te ontmaskeren en met wie ze te maken heeft.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 88]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Tenslotte is een derde reden door Sint Thomas aangehaald dat God de mensen bestuurt met middelen aangepast aan zijn natuur, en dat Hij ze zal beoordelen volgens de gedane beloften en de hoop die Hij in hen heeft opgewekt door te belonen of te straffen. Hij is het zijn wijsheid verplicht de wetten en verhoudingen van de verdelende rechtvaardigheid die Hij hier bepaalde te handhaven. Maar Sint Paulus noemt zelf het huidige leven een stadion, een wedstrijd, een arena [I Cor 9,26 en Tim 2], hij stelt ons de mens voor als reiziger op aarde, als soldaat of atleet die afrent op zijn kroon, hij stelt ons het eeuwig Leven voor door ze ‘palm, trofee, rechtvaardige kroon, kroon van leven en glorie’ te noemen. Opdat de beloning werkelijk evenredig zou zijn met de belofte is het nodig dat ze openbaar wordt toegekend, plechtig en met luister die past bij degene die ze uitreikt en in het bijzijn van allen die aan de strijd deelnamen, van alle vijanden die de heiligen overwonnen zoals het antieke Rome en Griekenland gewoon waren te handelen tegenover hun winnende krijgers en helden.

Op welke plek zal het laatste oordeel doorgaan? Niemand weet het met zekerheid, maar algemeen denken de Kerkvaders en Sint Thomas dat het in de vallei van Josaphat zal gebeuren.

De heilige Schrift noemen zo de streek waar de rivier Cedron loopt die in haar kronkels de stad Jeruzalem, de Calvarieberg en tot aan de Olijfberg omhelst. Past het inderdaad niet dat Jezus Christus zich in zijn glorie openbaart op de plek waar hij zijn doodstrijd onderging, waar hij verscheen in zijn lijden en vernedering? Dat is waar de engelen op zinspeelden bij de leerlingen toen ze zeiden: Hic Jesus qui assumptus est a Vobis sic veniet. Past het ook niet dat het deel van de aarde waarop de eerste mens werd geschapen, waarop Gods Zoon de Verlossing en het heil van de mensen heeft volbracht ook deze is waarop de heiligen de voltallige vruchten van zijn Lijden en zijn Dood zullen ontvangen, waar ze zullen deelnemen aan zijn glorierijke Tenhemelopneming en waarop Jezus Christus een rechtvaardige wraak zal vinden op zijn vervolgers en op al degenen die geweigerd zullen hebben hun ziel te wassen in de onmetelijke deugd van Zijn bloed?

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: [Broeder Joseph]

5. Becket [10/15]

De heilige Thomas Becket [Londen, 21 december 1118 - Canterbury, 29 december 1170], aartsbisschop van Canterbury, was een Engelse katholieke geestelijke van Normandische afkomst.

Hij was de zoon van een te Londen gevestigde Normandische koopman. Hij studeerde theologie in Parijs en werd in 1154 aartsdiaken en in 1155 kanselier van koning Hendrik II van Engeland. Gedurende deze periode ontwikkelde er zich een vriendschap tussen Becket en de koning en mede daardoor werd hij in 1162 aartsbisschop van Canterbury. Toen de koning in 1164 te Clarendon Palace de Kerk aan zijn macht onderwierp met de Constituties van Clarendon, verklaarde Becket zich na enige aarzeling akkoord. Kort hierna kwam hij hier op terug. De koning ergerde zich hieraan. Hij zon op een manier om Becket als publiek figuur weg te krijgen en beschuldigde hem van financiële malversaties tijdens zijn kanselierschap. In 1164 werd hij gedagvaard, maar hij beriep zich op de paus: enkel de paus kon rechtspreken over een kardinaal. Becket vluchtte naar het vasteland, waar hij verbleef in de abdij van Pontigny, en kreeg inderdaad de steun van Paus Alexander III. Deze kon echter geen werkelijke steun verlenen, aangezien hij zelf in een moeilijke positie verkeerde wegens onmin met de Duitse keizer Frederik Barbarossa en de tegenpaus Paschalis III.

In 1170 nam paus Alexander wel stappen, toen de koning zijn zoon liet kronen door de aartsbisschop van York, en niet door Thomas, de aartsbisschop van Canterbury. De paus dwong Hendrik tot een compromis met Becket, die daarop kon terugkeren naar Engeland. In datzelfde jaar vatten vier Normandische ridders een verzuchting van de koning over Becket letterlijk op, reisden af en vermoordden Becket in de kathedraal van Canterbury. Een door Hendrik gestuurde ijlbode Nicolas de Camargue arriveerde te laat om het drama te voorkomen.

Becket viel onmiddellijk algemene verering ten deel als martelaar voor de vrijheden van de Kerk. Op Aswoensdag 21 februari 1173 werd hij door de paus heilig verklaard. Hendrik II liet zich als boetedoening in 1174 in de crypte van de kathedraal door vier monniken geselen. Beckets graf bleef een van de drukst bezochte bedevaartsoorden, tot Hendrik VIII het schrijn in 1538 liet vernietigen. De kerkelijke feestdag van Thomas Becket is 29 december.

Deze film dateert uit 1964 en duurt 148 minuten. Regisseur is Peter Glenville. Acteurs zijn Richard Burton [Thomas Becket], Peter O'Toole [Koning Hendrik II], John Gielgund [Koning Lodewijk van Frankrijk], Paolo Stoppa [Paus Alexander III], Gino Servi [kardinaal Theobald] en Donald Wolfitt [Bisschop Folliot].


6. Jezus' tijdgenoten [aflevering 219]

Johannes de Presbyter [Oudste]

Identificering

De kerkelijk traditie schrijft rechtlijnig alle Johannesboeken van het Nieuwe Testament toe aan één enkele schrijver, de apostel Johannes. De mening die uiteengezet is door Eusebius , is niet onbetwist gebleven. De "catholic encyclopedia" stelt dat het onderscheid "geen historische grondslag" heeft. Om dit te ondersteunen worden vier argumenten aangehaald:
  • De getuigenis van Eusebius wordt betwist door zijn verklaring dat Papias zelf nooit de heilige apostelen heeft gehoord, noch gezien en wordt tegengesproken door een uittreksel uit Eusebius’ Kroniek, waar uitdrukkelijk in vermeld staat dat de apostel Johannes de leraar was van Papias.
  • De interpretatie van Eusebius kan verklaard worden, daar hij een tegenstander was van het "Chiliasme" en het "Boek der Openbaringen." Om het onderscheid te maken tussen de twee Johannes, kan Eusebius het boek in rang verlangd hebben door het toe te schrijven aan Johannes de Presbyter in plaats van de apostel Johannes om aldus Papias’ goede naam te ondermijnen als een leerling van de apostel.
  • In het gedeelte gebruikt Papias dezelfde woorden [presbyter of de oudste en de leerlingen van de Heer], beiden verwijzend naar de apostelen en de tweede Johannes. Het dubbel voorkomen van de naam Johannes wordt door Papias uitgelegd door zijn "bijzondere verhouding" met Johannes, van wie hij bepaalde dingen rechtstreeks en onrechtstreeks heeft geleerd.
  • Vóór Eusebius bestond er geen verwijzing naar een zekere tweede Johannes in Azië. In verband hiermee is in het bijzonder Ireneus van Lyon, als leerling van Polycarpus van Smyrna, opmerkenswaardig. In zijn werk "Adversus Haereses" [Tegen de Ketters], dat nog bestaat in de Latijnse versie, vermeldt Ireneüs: "Papias, de toehoorder van Johannes en gezel van Polycarpus" [Boek V, hoofdstuk XXXIII], zonder te zeggen dat dit een andere Johannes was dat "Johannes, de discipel van de Heer, die eveneens op zijn borst leunde en een Evangelie schreef tijdens de weerstand te Efeze in Azië." [Boek III, hoofdstuk I] In zijn brief aan Florinus, dat in fragmenten bewaard bleef, spreekt Ireneüs over "Polycarpus die informatie heeft ontvangen van de ooggetuigen van het Woord des Levens" en van Johannes als "de gezegende en apostolische presbyter."
Vertaling: Broeder Joseph

7. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 45]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

In Jozefs timmerwinkel

Tegen de avond zag ik Jezus met Kliud, uit diens woning naar Nazareth gaan. Nog vóór de muren van de stad, waar Jozef zijn timmerwinkel had, woonden verscheidene goe­de, arme lieden die bekenden van Jozef waren. Meerdere van hun zonen waren jeugdmakkers van Jezus geweest. Eliud bracht Jezus bij die mensen en men bood de vereerde gas­ten een stuk droog brood en een teug fris water aan. Te Nazareth was het water bij­zonder goed. Ik zag Jezus te midden van deze mensen op de grond neerzitten en hen aansporen tot de doop van Johannes. Zij waren verlegen in Jezus' tegenwoordigheid. Vroeger hadden zij Hem wel als huns gelijke gekend, maar nu werd Hij door Eliud, die hun raadsman en vertrooster en daarom hoogst eerbiedwaardig in hun ogen was, op zulk een plechtige wijze bij hen ingeleid. Ja, hij maande hen ook aan tot de doop [als had Hij gezag]. Zij hadden wel van een Messias gehoord, maar konden zich niet indenken dat Hij dit kon zijn.

8. Ongeschonden lichamen: Paus Pius IX [13 mei 1792 - 7 februari 1878]

Technische vernieuwing en restauratie van beschadigde kerken

Pius IX toonde een grote belangstelling voor de vernieuwingen op het gebied van de technologie. Zo gaf hij in 1856 opdracht tot verdere uitbreiding van het spoorwegnet binnen de Kerkelijke Staat. Op de plaats van het huidige Romeinse treinstation "Roma Termini," werd het eerste station binnen Rome gebouwd. In 1859 werd de eerste treinverbinding gerealiseerd tussen Rome en Civitavecchia officieel geopend door Pius IX zelf.

Door de verschillende revoluties en belegeringen van de stad Rome waren vele [kerkelijke] gebouwen en verkeersverbindingen zwaar beschadigd. Pius IX gaf daarom de opdracht deze vernielingen te herstellen, hoewel het de Kerkelijke Staat ontbrak aan het benodigde geld. Door dit geldgebrek werd bij de restauratie van kerken gezocht naar alternatieven, wat resulteerde in het met marmermotieven beschilderen van kerkinterieurs waarmee de toepassing van echt marmer werd gesuggereerd.

Voor het Sint-Pietersplein gaf Pius IX in 1847 de opdracht de daar aanwezige standbeelden van de apostelen Petrus en Paulus te vervangen door nieuwe. Deze nieuwe beelden waren in opdracht van paus Gregorius XVI gemaakt en oorspronkelijk bedoeld voor de basiliek "Sint-Paulus buiten de Muren.é De beelden [beide meer dan 10 meter hoog] waren door hun grootte volgens Pius meer in lijn met de grootte van de tempel van Petrus [=Sint-Pietersbasiliek], prins der apostelen", zoals aangegeven in een inscriptie op het voetstuk van de beelden.

Andere monumenten opgericht in opdracht van Pius IX zijn:
  • Een standbeeld ter ere van de martelaar Laurentius van Rome en geplaatst op een zuil voor de basiliek "Sint-Laurens buiten de Muren."
  • Een standbeeld van Petrus, die een zwaard overhandigt aan een middeleeuws ridder. Met dit beeld werd de overwinning van de [Franse] pauselijke troepen op de soldaten van Garibaldi in de "Slag bij Mentana" in 1867 herdacht. Het beeld bevindt zich momenteel op de begraafplaats "Campo Verano" te Rome.
  • Een standbeeld van Petrus, een kolossaal beeld ter herdenking van het Vaticaans Concilie. Het beeld zou oorspronkelijk geplaatst worden vóór de Romeinse kerk "San Pietro" in Montorio, maar door de annexatie van de stad Rome in 1870 werd het uiteindelijk in de Vaticaanse tuinen geplaatst.
Ter ere van Pius IX zelf werden tijdens en na zijn leven diverse monumenten opgericht. In 1871 werd ter viering van zijn 25-jarig pontificaat binnen de Sint-Pietersbasiliek een baldakijn [=troonhemel] geplaatst over het genadebeeld van Petrus waarboven een afbeelding van Pius IX werd aangebracht. Hiermee werd symbolisch aangegeven dat Pius IX de ambtstermijn van de eerste paus, Petrus, overschreden had.

In opdracht van Pius’ opvolger, Leo XIII, werd binnen de Bethlehemcrypte van de basiliek "Santa Maria Maggiore" [Maria de Meerdere] een standbeeld van Pius geplaatst dat de paus toont in aanbidding voor het in de crypte aanwezige relikwie. Het zou hierbij gaan om stukken hout van de kribbe van Jezus.

Andere standbeelden ter ere van Pius bevinden zich onder andere in de Sant’Ambrogiokerk te Milaan, in de Portugese plaats Penha en in het Nederlandse Oudenbosch.

Vertaling: Mario Lossie

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 2

Als het einde van de wereld nabij komt, zal de toestand van het menselijke handelen een grote verandering ondergaan en door de invloed van de verdorvenheid verslechteren, zodat onze tijden nu, waarin onrechtvaardigheid goddeloosheid zelfs tot de hoogste graad zijn toegenomen, gelukkig mogen worden geoordeeld en bijna als een gouden tijd in vergelijking met dat ongeneesbare kwaad. Want de oprechtheid zal zo verminderen, en goddeloosheid, gierigheid, verlangen en lust zullen in dergelijke mate vergroten dat, als er al een goede mens zou zijn dan, hij ten prooi zou vallen van de goddelozen en door hen van alle kanten zal worden gepest door de onrechtvaardigen, terwijl de goddelozen overvloed zullen kennen, maar de goeden zullen gekweld worden door alle laster en door armoede.

Vertaling: Chris De Bodt

10. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 73: Axis in Medietate Signi [Balk in het midden van het Wapen]

Sixtus V [1585-1590]

Echte naam: Felice Peretti di Montalto [Grottomare, Montalto, Ancona, 13 december januari 1521 - Rome, 27 augustus 1590]

Sixtus V was paus van 24 april 1985 tot aan zijn dood. Felice Peretti was de zoon van een arme boer. Hij groeit onder eenvoudige omstandigheden op. Hij schreef zelf over zijn jeugd dat hij de varkens moest hoeden.

In 1534 trad hij als novice in in het bij Montalto gelegen Franciscaner klooster. Zijn oom van moederskant Salvatore, was monnik in hetzelfde klooster. In 1540 begon Felice Peretti een studie filosofie in Ferrara, en kort daarop in 1543 een studie theologie in Bologna. In 1544 verwisselde hij Bologna voor Rimini en in 1546 verhuist hij naar Siena. Op 26 juli 1548 voltooit hij zijn studie bij de Magister der Theologie in Fermo.

In 1551 wordt Felice Peretti regent van het seminarium in Siena, nadat hij sinds 1548 aan het Franciscaner seminarium in Macerata lesgegeven heeft. Omdat hij een uitstekend prediker was, werd hij op voorspraak van kardinaal Carpi, de protector van de Franciscaner orde, in 1552 als vastenprediker naar Rome geroepen.

Hij nam in 1553 in Genua deel aan het generaal-kapittel van zijn orde en wordt nog in hetzelfde jaar regent van het seminarium in Napels. Begin 1560 wordt hij als inquisiteur naar Venetië gezonden. Op 16 juli 1560 wordt hij benoemd als consultant van de Roomse inquisitie. Hij nam als lid van zijn kloosterorde deel aan het Concilie van Trente.

Chris De Bodt

11. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3452 van 14/3/2011

Lieve zonen en dochters, Christus is uw hoop. Vertrouw op Hem die ziet wat verborgen is en u kent bij naam. Laat u niet ontmoedigen. Kniel neer in gebed en getuig overal dat u enkel tot de Heer behoort. Ik vraag u om moedig mij oproepen te beleven, want Ik wens u te leiden naar Hem die uw enige en ware Redder is. Doe uw best in de opdracht die Ik u hebt toevertrouwd. Weet dat de Heer u edelmoedig zal belonen voor alles wat u doet ten gunste van Mijn plannen. Ik lijd omwille van wat op u afkomt. Schrikwekkende dingen zullen gebeuren en de geleerden zullen verward zijn. Ik ben uw Moeder en Ik kom uit de hemel om u op te roepen tot bekering. Keer terug. Stel niet uit tot morgen wat u hebt te doen. U leeft in een tijd van grote geestelijke verwarringen. Wanneer een man zich zal voorstellen met drie namen, zal er grote verwarring heersen in het huis van God. Bid, bid, bid. Moed. Ik zal tot Mijn Jezus spreken voor u. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

12. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

25 juli 2010

De Eeuwige Vader verscheen aan Mij en zei me: "Mijn dochter, vandaag kom Ik om u te onthullen dat er vele rampen over u zullen komen, Mijn kinderen, over vele verschillende delen van de wereld. Deze rampen nemen toe en u zult zich afvragen: waarom gebeuren deze."

"Reeds voor vele jaren probeer Ik Mijn kinderen te waarschuwen dat deze rampen over hen zullen komen, maar Ik werd weggehoond en opzij geschoven. Hoe groot is Mijn wens dat Mijn kinderen naar hun Vader en Schepper zouden luisteren, die zoveel van hen houdt.

Mijn dochter, Ik moet u iets vertellen en tonen wat wordt verondersteld nu te gebeuren."

Hij strekte Zijn hand uit en toonden mij een zeelandschap. Ik zag een enorme brug over het water gespannen [Ik voelde tijdens het visioen dat dit in het D.S.A. was]

De Eeuwige Vader zei daarop: "Zie, als ik toelaat dat deze ramp zou geschieden, zal deze brug in kleine stukken uiteenspatten, tot niets."

Toen glimlachte Hij en zei: "Ik heb deze gruwelijke ramp, die op het punt stond plaats te vinden, afgewonden omdat Mijn toegewijde kinderen tot Mij baden en ik medelijden voelde om hen niet te straffen. Zeg tegen Mijn kinderen dat dit echter een tijdelijke afwending is. Ik kan het te allen tijde opnieuw oproepen als de mensheid niet verandert."

Hij kwam nader tot mij en zei: "Mijn kind, er zijn vele valse profeten in deze wereld. Zij voorspellen valse boodschappen die niet van Mij komen. Ik spreek nooit tot hen. Wees dus voorzichtig. Vertrouw niet op iedereen, Mijn kind."

Terwijl Hij mij die mededeelde, zei Hij: "Mijn kind, wees niet bevreesd. We zijn steeds bij u om u te beschermen."

Op dat ogenblik verscheen de Heilige Moeder, vergezeld van een Engel. Zij was heel vreugdevol. Zij omhelsde mij en zei: "Ik hoor dat velen u veroordelen, maar ik kan deze onrechtvaardigheid niet aanhoren. Als het moet zal Ik tot hen zelf verschijnen om hen te zeggen dat zij naar u moeten luisteren. Zij kunnen u beschuldigen omdat u maar een kleine misdienaar bent rond de tafel van Mijn Zoon in de Hemel." [Terwijl Onze Lieve Vrouw mij vasthield, dacht ik: "Welke misdienaar? Ik ben geen misdienaar!"]

Zij wist wat ik dacht en zei: "Mijn dochter, wat u niet met uw ogen kunt zien is dat wat Mijn Zoon u schenkt. Hier zien we dit geestelijk en op een dag zal het u onthuld worden en zult u Mij meer en meer waarderen."

Toen verliet de Heilige Maria mij.

Ik bedankte hen voor alle genaden die ik heb ontvangen van onze Heer, onze Schepper en van onze Mooie, meest Heilgie Moeder Maria.

Vertaling: Chris De Bodt


28-03-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.28 maart 2011
28 maart 2011

1. Medjugorje: Interview van Janice T. Connell met Vicka Ivankovic
[deel 34]

De Heer verleent grote gunsten aan de onwaardigen, om Zijn goedheid te laten zien

Vagevuur en hel

Janice: Wat was uw ervaring met het vagevuur?
Vicka: De mensen zijn daar hulpeloos. Zij lijden écht. Wij kunnen een beetje, zoals Jezus zegt, op vrijwillige basis boete doen voor de zielen in het vagevuur, speciaal voor hen die verlaten zijn door hun families op aarde.

Janice: Vicka, u zei dat u de aanwezigheid van de zielen in het vagevuur kunt "voelen," maar dat u ze niet zag. Wat betekent dat?
Vicka: Dat betekent dat ik hun aanwezigheid ervaar. Ik ben bewust van hun lijden. Ik ken iets van hun kwelling. Ik weet hoe wanhopig zij onze gebeden nodig hebben. Zij zijn zo eenzaam dat het voor mij bijna walgelijk was om mij de momenten te herinneren dat ik daar was. Het is echt een ware vreugde om voor de arme zielen boete te doen omdat ik nu besef hoeveel dat hen helpt.

Janice: Weet u zeker of onze geliefden die gestorven zijn onze gebeden horen?
Vicka: Natuurlijk. En verschillende van onze familieleden hebben onze gebeden broodnodig. De Gezegende Moeder zegt dat we dapper moeten bidden zodat ze naar de hemel zouden mogen gaan. Ze zijn machteloos om zichzelf te helpen.

Bron: Janice T. Connell

Vertaling: Henk

2. Bijzondere reeks: De Vrouwe van Alle Volkeren [aflevering 19]

Breng Mijn kudde weer tot de sacramenten...

Bij de consecratie, tijdens de opheffing, kreeg ik een hemelse aanschouwing van de Heer in al zijn pracht en heerlijkheid. Het was in één woord majestueus! Het is niet te omschrijven. Intussen hoorde ik: "Zo kom Ik telkens weer bij dit Offer als de verheerlijkte Heer. Draag dit uit, zodat ze tot inkeer komen..."

Ik kwam in een heel grote vallei. Middenin stond een grote grauwe rots. Ineens kwam vanuit de lucht een regen van vuile donkere stof, die alles verduisterde zodat ik niets meer zag dan stof. Toen zag ik dat die rots één grote stofberg geworden was. Rondom die stofberg lag het vol met lijken van mensen in zwarte kleding. Daaromheen weer in het rond lagen lijken van mensen met gekleurde kleding. Aan de voeten van die rots zag ik de wereldbol in stukken gebroken, met daaromheen ruines van kerken en torens. Over dit geheel brak een vreselijk onweer los met donder en bliksem. Vanuit de hemel klonk als een roep de Stem: "Ziet toe, wat hebben ze met mijn kudde gedaan? Dood en verderf. Dit is mijn laatste waarschuwing. Keert terug tot de ware liturgie. Brengt mijn kudde weer tot de sacramenten!"

Boven dit alles zag ik de koepel van de St. Pieter.

Ineens kwam een geweldige storm opzetten, die alle stof van de berg wegwaaide. Alles verdween met die storm, alleen de rots bleef. Ik voelde die storm over mij heengaan.

De vallei werd nu prachtig mooi. Een grote blinkende rots stond nu in het midden, alsof hij van kristal was, zo zuiver en schitterend. Vanuit het midden van die rots vloeide water, prachtig, kristalhelder. Plotseling kwam vanuit de hemel een regen van vuur. De vuurdruppels drongen rondom die rots diep in de aarde. Daarboven was het een en al Licht.

Ineens kwam vanuit de verte een geweldig grote kudde schapen aan met lammeren, zwarte en witte, die veranderden in mensen van allerlei soort. En ik hoorde hemelse muziek, het was een en al jubel. Ik zag nu de wereldbol weer in zijn geheel. Vanuit de hemel klonk nu luid als een roep over die vallei: "Ziet toe, de heilige Geest, de Geest van Waarheid en Leven, en Zij die Ik gezonden heb, de Vrouwe, uw Moeder, is daar!" En ik kreeg een diepe ontroering over mij. [25 maart en 31 mei 1975]

Met dank aan Pater Peter Klos

3. Dagboeken van de H. Zr. Faustina Kowalska [aflevering 87]

Schrift 1

135. Tijdens de derde proeftijd liet de Heer mij verstaan dat ik mij aan Hem moest opofferen, zodat Hij met mij kon doen wat Hem beviel. Ik moest vóór Hem blijven staan als een slachtoffer. Eerst schrok ik, want ik voelde mij een eindeloze ellende en mijzelf kennende, heb ik nog eens aan de Heer geantwoord: "Ik ben de ellende zelf, hoe kan ik een gijzelaarster zijn?" "Gij verstaat dit niet vandaag. Morgen zal Ik het u, tijdens de aanbidding, te kennen geven." Mijn hart sidderde en ook mijn ziel, zo diep zonken deze woorden in mijn ziel. Het Woord van God is levend. Toen ik in de aanbidding kwam, voelde ik in mijn ziel dat ik was binnengetreden in de tempel van de levende God, wiens majesteit groot en onvatbaar is. God gaf mij te kennen wat zelfs de zuiverste geesten zijn in vergelijking met Hem. Hoewel ik uiterlijk niets zag, doordrong de goddelijke aanwezigheid mij tot in het diepst van mijn wezen. Op dat moment werd mijn verstand op een bijzondere wijze verlicht. Voor de ogen van mijn ziel speelde zich een visioen af, als voor Jezus in de hof van Olijven. Eerst het lichamelijk lijden en de omstandigheden die het vermeerderden. Het geestelijk lijden in heel zijn uitgestrektheid en ook dit lijden waar nooit iemand van zal weten. Alles kwam in dit visioen: onrechtvaardige vermoedens, verlies van goede naam. Ik heb het samengevat opgeschreven, maar deze kennis was zo duidelijk dat, wat ik later meemaakte, in niets verschilde van het ogenblik waarop ik het zag. Mijn naam moest zijn: "offer". Toen dit visioen voorbij was, liep het koud zweet van mijn voorhoofd.

136. Jezus gaf mij te kennen, dat ook als ik niet zou toestemmen in dat alles, ik toch nog zou kunnen gered worden, en Hij mij niet minder zou begenadigen en met mij dezelfde diepe omgang zou behouden, zodat, zelfs als ik met dit offer niet instemde, Hij zijn mildheid niet zou verminderen.

Ook gaf de Heer mij te kennen dat gans het mysterie van mij afhangt, van mijn vrijwillige toestemming tot het offer in volle kennis van mijn geest. In deze vrijwillige en bewuste daad bevindt zich in de ogen van Zijne Majesteit alle macht en waarde. Zelfs als geen van die dingen, waarvoor ik mij geofferd heb, zou plaats grijpen, dan geldt toch alles voor de Heer als was het reeds voltrokken.

Op dat moment erkende ik dat ik een band aanging met de onvatbare Majesteit. Ik voelde dat God wacht op mijn woord, mijn toestemming. Toen stortte mijn geest zich in de Heer en ik zei: "Doe met mij zoals het U belieft, ik geef mij over aan Uw Wil. Uw heilige Wil is vanaf nu mijn voedsel. Ik zal trouw zijn aan Uw eisen met de hulp van Uw genade. Doe met mij wat U belieft. Ik smeek U, Heer, wees mij elk ogenblik van mijn leven nabij".

137. Dan, toen ik met heel mijn wil en gans mijn hart ingestemd had tot het offer, doordrong mij de aanwezigheid van God. Mijn ziel verzonk in God, overstroomd met zo'n geluk dat ik het niet kan beschrijven, zelfs niet gedeeltelijk. Ik voelde dat Zijn Majesteit mij omgaf. Ik was op bijzondere wijze met Hem verenigd. Ik zag Gods grote welwillendheid in mij en wederkerig sluimerde mijn geest in Hem. Bewust van deze vereniging met God, voelde ik dat ik bijzonder bemind werd en op mijn beurt beminde ik Hem met heel de kracht van mijn ziel. Tijdens deze aanbidding voltrok zich een groot mysterie, een mysterie tussen mij en de Heer. Het leek mij dat ik onder Zijn blik ging sterven van liefde. Ik sprak veel met de Heer, zonder één woord. En de Heer zei tot mij: "Gij zijt de zaligheid van Mijn Hart; van vandaag af zal elk van uw daden, zelfs de kleinste, welbehagen vinden in Mijn ogen, wat ge ook doet." Op dat ogenblik voelde ik mij omgevormd. Het lichamelijk omhulsel blijft hetzelfde, maar de ziel is anders, God woont erin met al Zijn welbehagen. Geen gevoel maar een bewuste werkelijkheid, die door niets kan verduisterd worden, is dat.

Vertaling: Pater Alfons J. Smet en Geertrui Schonken

4. Fin du Monde présent et mystères de la vie future [aflevering 87]

Derde Lezing: Over de verrzijzenis van het vlees en het universeel oordeel

Deel 2

Aan die teksten uit de Schrift kan het getuigenis worden toegevoegd van Sint Thomas die ons drie theologische redenen geeft over de geschiktheid en de gepastheid van een algemeen oordeel.

De eerste van deze redenen bestaat in het feit dat de goede of slechte daden van de mens niet altijd afzonderlijke en voorbijgaande daden zijn. Meestal, als het de leiders der naties of degenen die een openbaar gezag uitoefenen betreft blijven ze bestaan eens volbracht, hetzij in het geheugen van de andere mensen, hetzij in de openbare faam, vanwege de weerklank die ze bezaten of door het berokkend schandaal. Zo schijnt deze, op het eerste zicht geheime misdaad een persoonlijke private daad te zijn, maar wordt het maatschappelijk vanwege het effect. Het is misschien geloofwaardig dat er een bijzonder oordeel bestaat en dat elke mens, bij zijn laatste zucht, voor Gods gerecht verschijnt om er zijn eeuwig vonnis te aanhoren. Maar dat oordeel kan niet volstaan, het moet noodzakelijk door een ander openbaar oordeel gevolgd worden waardoor God de daden niet afzonderlijk beschouwt, maar volgens hun effect tegenover de andere mensen, volgens de goede en kwade dingen die er uit voortvloeiden voor de families en de volkeren, kortom in de gevolgen die ze opbrachten en die de dader moest voorzien.

De tweede reden van dit openbaar betoog van de Engelachtige Dokter is dat van de valse oordelen en verkeerde inschattingen van de menselijke opinie. De meeste mensen, zelfs de meest verlichte en wijze, laten zich gemakkelijk bedriegen en misleiden. Ze onderscheiden het intiemste van de zielen niet en kunnen er het geheime en innerlijke niet in lezen: daardoor wordt hun oordeel meestal op schijn gebaseerd, op het zichtbare en het externe. Daaruit vloeit ook voort dat de mensen die goed doet dikwijls met onrechtvaardige strengheid behandeld, miskend en benadeeld worden in hun faam. Anderzijds blijft de boosheid van een groot aantal mensen genegeerd, ze genieten de waardering en het openbaar vertrouwen en de wereld kent hen aanzien en lof toe die slechts aan de rechtvaardigen toekomt. Er is dus nood aan een oordeel dat elke vermomming blootlegt, dat het masker van elke huichelarij aflegt en de verborgen listen en valse deugden meldt. Dit oordeel, zegt Sint Jan, zal niet plaatsvinden ‘volgens het vlees of volgens wat de ogen zien en oren ontwaren’, maar onder het stralende licht van God, met het doorzicht van alle bedoelingen en verwachtingen, met het volle voorgevoel voor het meest geheime en mysterieuze van de harten: corda omnium intuendo [Joh 8 ; Is 2 ; Kon 16].

Bron: Abbé Arminjon

Vertaling: Broeder Joseph

5. Becket [9/15]

De heilige Thomas Becket [Londen, 21 december 1118 - Canterbury, 29 december 1170], aartsbisschop van Canterbury, was een Engelse katholieke geestelijke van Normandische afkomst.

Hij was de zoon van een te Londen gevestigde Normandische koopman. Hij studeerde theologie in Parijs en werd in 1154 aartsdiaken en in 1155 kanselier van koning Hendrik II van Engeland. Gedurende deze periode ontwikkelde er zich een vriendschap tussen Becket en de koning en mede daardoor werd hij in 1162 aartsbisschop van Canterbury. Toen de koning in 1164 te Clarendon Palace de Kerk aan zijn macht onderwierp met de Constituties van Clarendon, verklaarde Becket zich na enige aarzeling akkoord. Kort hierna kwam hij hier op terug. De koning ergerde zich hieraan. Hij zon op een manier om Becket als publiek figuur weg te krijgen en beschuldigde hem van financiële malversaties tijdens zijn kanselierschap. In 1164 werd hij gedagvaard, maar hij beriep zich op de paus: enkel de paus kon rechtspreken over een kardinaal. Becket vluchtte naar het vasteland, waar hij verbleef in de abdij van Pontigny, en kreeg inderdaad de steun van Paus Alexander III. Deze kon echter geen werkelijke steun verlenen, aangezien hij zelf in een moeilijke positie verkeerde wegens onmin met de Duitse keizer Frederik Barbarossa en de tegenpaus Paschalis III.

In 1170 nam paus Alexander wel stappen, toen de koning zijn zoon liet kronen door de aartsbisschop van York, en niet door Thomas, de aartsbisschop van Canterbury. De paus dwong Hendrik tot een compromis met Becket, die daarop kon terugkeren naar Engeland. In datzelfde jaar vatten vier Normandische ridders een verzuchting van de koning over Becket letterlijk op, reisden af en vermoordden Becket in de kathedraal van Canterbury. Een door Hendrik gestuurde ijlbode Nicolas de Camargue arriveerde te laat om het drama te voorkomen.

Becket viel onmiddellijk algemene verering ten deel als martelaar voor de vrijheden van de Kerk. Op Aswoensdag 21 februari 1173 werd hij door de paus heilig verklaard. Hendrik II liet zich als boetedoening in 1174 in de crypte van de kathedraal door vier monniken geselen. Beckets graf bleef een van de drukst bezochte bedevaartsoorden, tot Hendrik VIII het schrijn in 1538 liet vernietigen. De kerkelijke feestdag van Thomas Becket is 29 december.

Deze film dateert uit 1964 en duurt 148 minuten. Regisseur is Peter Glenville. Acteurs zijn Richard Burton [Thomas Becket], Peter O'Toole [Koning Hendrik II], John Gielgund [Koning Lodewijk van Frankrijk], Paolo Stoppa [Paus Alexander III], Gino Servi [kardinaal Theobald] en Donald Wolfitt [Bisschop Folliot].


6. Jezus' tijdgenoten [aflevering 218]

Johannes de Presbyter [Oudste]

De toeschrijving van Hiëronymus van de tweede en de derde brief van Johannes aan "de Oudste," vindt zijn oorsprong in de tekst van deze boeken, waarin de schrijver verwijst naar zichzelf als "ho presbyteros," wat kan vertaald worden als "de presbyter," of de "oudste," hetzelfde woord dat door Papias wordt gebruikt.

Alhoewel het dateert uit een latere tijd, volgt het "Decretum Gelasianum," verbonden aan Paus Gelasius I, de mening van Hiëronymus door te aanvaarden dat de ene brief van de hand is van de apostel Johannes, en de twee overige brieven van de "andere Johannes, de oudste."

Tegenwoordig herleeft dit onderscheid regelmatig, hoofdzakelijk, en duidelijk in tegenstelling tot Eusebius’ mening, "om de ontkenning te ondersteunen van de apostolische oorsprong van het vierde evangelie," wiens "schoonheid en rijkdom" zo prachtig is, dat sommige geleerden het moeilijk hebben om dit Evangelie toe te wijzen aan een "eenvoudige visser uit Galilea."

Vertaling: Broeder Joseph

7. A.C. Emmerich: Het openbaar leven van Jezus [aflevering 45]

Hoofdstuk 1: Vanaf de dood van de H. Jozef tot het doopsel van Jezus in de Jordaan

In Jozefs timmerwinkel

Tegen de avond zag ik Jezus met Kliud, uit diens woning naar Nazareth gaan. Nog vóór de muren van de stad, waar Jozef zijn timmerwinkel had, woonden verscheidene goe­de, arme lieden die bekenden van Jozef waren. Meerdere van hun zonen waren jeugdmakkers van Jezus geweest. Eliud bracht Jezus bij die mensen en men bood de vereerde gas­ten een stuk droog brood en een teug fris water aan. Te Nazareth was het water bij­zonder goed. Ik zag Jezus te midden van deze mensen op de grond neerzitten en hen aansporen tot de doop van Johannes. Zij waren verlegen in Jezus' tegenwoordigheid. Vroeger hadden zij Hem wel als huns gelijke gekend, maar nu werd Hij door Eliud, die hun raadsman en vertrooster en daarom hoogst eerbiedwaardig in hun ogen was, op zulk een plechtige wijze bij hen ingeleid. Ja, hij maande hen ook aan tot de doop [als had Hij gezag]. Zij hadden wel van een Messias gehoord, maar konden zich niet indenken dat Hij dit kon zijn.

8. Ongeschonden lichamen: Paus Pius IX [13 mei 1792 - 7 februari 1878]

Zalig- en Heiligverklaringen

Gedurende zijn pontificaat verklaarde Pius IX in totaal 329 personen zalig, onder wie de Nederlandse Jezuïet Petrus Canisius, de Vlaamse Jezuïet Jan Berchmans en twee van Pius’ voorgangers: de pausen Urbanus V en Eugenius III.

In totaal werden 63 personen heilig verklaard, bijna evenveel als tijdens de 17e en 18e eeuw samen. Onder hen de uit Spanje afkomstige inquisiteur Pedro de Arbués, de Pool Josafat Kuncewycz, de eerste door de Katholieke Kerk erkende heilige van de oosterse ritus, en de 19 Martelaren van Gorcum. Deze, in 1572 door de Watergeuzen vermoorde groep Franciscanen, werd op voorspraak van hun orde en op initiatief van Pius IX zelf verheven tot het altaar. De Nederlandse bisschoppen zelf zouden niet zo happig geweest zijn op deze heiligverklaring, omdat zij vreesden de protestanten voor het hoofd te stoten.

Vertaling: Mario Lossie

9. Diverse profetieën: Firmanius Lactantius, vroegchristelijke schrijver [260-325]

Profetie 1

God schiep de wereld en de voortreffelijke eigenschappen ervan in een tijdspanne van zes dagen, zoals vervat in de geheimen van de Heilige Schrift. Hij zegende de zevende dag, waarop Hij rust nam. Dit is de sabbatdag die, in de taal van de Hebreeën, zijn naam kreeg door het getal zeven, het legitieme en volledige nummer. Want er zijn zeven dagen waarop de cycli der jaren zijn gebaseerd en er zijn zeven sterren die niet ondergaan en zeven lichten die planeten worden genoemd, waarvan wordt aangenomen dat hun verschillende en ongelijke bewegingen de verscheidenheid van omstandigheden en tijden veroorzaken. Daar alle werken van God zijn volbracht in zeven dagen, moet de wereld in haar huidige staat, verder gaan door zes jaren, dat is, zesduizend jaren. Want de grote dag van God wordt begrensd door een cyclus van duizend jaren, zoals de profeet aantoont die zegt: "In Uw zicht, O Heer, zijn duizend jaren als een dag." En terwijl God in deze zes dagen van schepping zo’n grote werken verrichtte, zo moeten Zijn godsdienst en waarheid werken tijdens deze zesduizend jaren, terwijl verdorvenheid de overhand krijgt en de regel wordt. En opnieuw: daar God Zijn werken had volbracht, rustte Hij op de zevende dag, die Hij zegende. Op het einde van deze zesduizend jaren moet alle kwaad van de aarde worden vernietigd en zal de rechtschapenheid voor duizend jaar regeren en zal er kalmte en rust zijn voor de werken die de wereld zolang heeft moeten ondergaan.

Vertaling: Chris De Bodt

11. Malachias: De 111 profetieën over de Pausen

Profetie 72: Medium Corpus Pilarum [Half lichaam der schijven]

Gregorius XIII [1572-1585]

Echte naam: Ugo Buoncompagni [Bologna, 7 januari 1502 - Vaticaanstad, 10 april 1585]

Na zijn terugkeer in Rome werd hij in 1564 benoemd tot kardinaal van San Sisto. In hetzelfde jaar werd hij als legaat naar Spanje gestuurd om onderzoek te doen naar de aartsbisschop van Toledo. Deze was door de Inquisitie gevangengenomen op beschuldiging van ketterij. Tijdens het onderzoek, dat twee jaar duurde, volgde een nieuwe benoeming: die van secretaris van de apostolische brieven. Na de dood van paus Pius V werd Ugo, vooral dankzij de invloed van kardinaal Granvelle, gekozen tot paus en nam hij de naam Gregorius XIII aan.

Op 5 oktober 1582 liet hij met de bul "Inter gravissimas" de Gregoriaanse kalender invoeren, de kalender die wij vandaag de dag nog hanteren. Door een fout in de Juliaanse kalender liep deze inmiddels tien dagen achter. Om dit te compenseren sloeg men na 4 oktober tien dagen over, waardoor het na 4 oktober 1582, 15 oktober 1582 werd.

De schijven in het motto refereren naar Paus Pius IV, die Gregorius tot kardinaal had benoemd, en die zes schijven in zijn wapen had. Paus Gregorius had een draak in zijn wapen, met een half lichaam.

Chris De Bodt

12. Onze Lieve Vrouw van Anguera: vervolg van de boodschappen

Boodschap 3451 van 13/3/2011

Lieve zonen en dochters, Ik kom uit de hemel om u allen te zegenen en u te zeggen dat het nu de gepaste moment is voor uw bekering. Laat de armen niet hangen. Laat de duisternis van de zonde u niet wegleiden van het pad dat u zal leiden tot Mijn Zoon Jezus. U leeft in een tijd die erger is dan ten tijde van de zondvloed. Kniel neer in gebed, want dit is de enige wijze waarop u kunt bijdragen tot de uiteindelijke overwinning van Mijn Onbevlekt Hart. Ik lijd om wat er op u afkomt. De mensen verwijderen zich van God en aan de schepping wordt meer waarde gehecht dan aan de Schepper. Mijn arme kinderen zijn zo blind dat ze de blinden volgen. Bekeer u en keer terug tot Jezus. Hij is uw alles en u bent zonder Hem tot niets in staat. Mijn arme kinderen moeten de liefde van God aanvaarden, want dit is de enige wijze waarop u vrede zult kennen. U bent belangrijk voor de verwezenlijking van Mijn plannen. Verschrikkingen zullen in Noord-Korea geschieden en Mijn arme kinderen zullen een groot kruis te dragen hebben. Moeilijke dagen zullen aanbreken voor India en Pakistan. Bid. Enkel door het gebed zult u de sterkte vinden om het gewicht van het kruis te dragen. Moed. Zet geen stap terug. Dit is de boodschap die Ik u vandaag doorgeef in de naam van de meest Heilige Drievuldigheid. Dank u dat u Mij hebt toegelaten om u hier opnieuw bij elkaar te roepen. Ik zegen u in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen. Wees in vrede. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

13. Valentina Papagna: vervolg van de boodschappen

24 mei 2010: Feest van Onze Lieve Vrouw, hulp der Christenen

Onze Heilige Moeder sprak: "Mijn lieve kinderen, de meesten onder u vieren Mijn feest vandaag, Onze Lieve Vrouw, hulp der Christenen. Deze titel werd Mij toevertrouwd door Mijn Zoon om Mijn christen kinderen te helpen. Ik ben heel gelukkig dat Ik Mijn kinderen kan leiden en hen helpen, vooral zij die Mijn feest vieren in dit land [Australië]."

Zij keek mij glimlachend aan en zei daarop: "Weet u dat dit land ooit heel christelijk was, maar sedertdien hebben vele landen, met een verschillende achtergrond, heel wat atheïsme met hen meegebracht en is Australië een atheïstisch land geworden voor minstens twee derden van de bevolking. U ziet de kaarsen in de kerk. Wanneer u een kaars aansteekt, dan vertegenwoordigt dit uw geloof dat levend is. Als de kaars op is, dooft de vlam en wordt alles donker en tenzij men de kaars steeds opnieuw door het geloof aansteekt, zal de vlam geen licht meer geven.

Het spijt mij, mijn kinderen, dat u tussen al deze ongelovigen moet leven. De regering probeert de maatschappij te begrenzen, zonder God hierbij te willen kennen. Als het niet aan God lag, zou er niet eens iets bestaan. Mijn kinderen, God houdt zoveel van u maar het bedroeft Zijn Hart als hij de mensen aanschouwt die vluchten van het ware geloof. Troost Hem met gebed en moedig de mensen aan om tot God terug te komen.

Ik zegen u allen op deze heel bijzondere dag."

Onze Lieve Vrouw vertrok in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. Amen.

Vertaling: Chris De Bodt

25-03-2011
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.25 maart 2011
25 maart 2011

Maandelijkse boodschap van Onze Lieve Vrouw aan Maria Pavlovic voor de hele wereld:

"Lieve kinderen! Vandaag wens Ik u op een bijzondere wijze op te roepen tot bekering. Dat, vanaf vandaag, een nieuw leven mag beginnen in uw hart. Kinderen, Ik wens uw "ja" te zien en dat uw leven een vreugdevol beleven van Gods wil mag zijn op elk ogenblik van uw leven. Vandaag zegen ik u op een bijzondere wijze met Mijn moederlijke zegen van vrede, liefde en eenheid in Mijn hart en in het hart van Jezus. Dank om aan Mijn oproep gehoor te hebben gegeven."

Chris De Bodt
www.bloggen.be/medjugorje



Foto




Weetjes over Medjugorje

Geografie

Kroatië

Bosnië en Herzegovina

Godsdienst

Wetenschap

Portret van de zieners

Maria's uiterlijk

De 5 pijlers van het geloof

Vragen en antwoorden

Standpunt van het Vaticaan

Ratzinger bezocht ooit Medjugorje "incognito"

1e onderzoekscommissie

2e onderzoekscommissie

3e onderzoekscommissie

4e onderzoekscommissie

De kwestie Herzegovina 1

De kwestie Herzegovina 2

De kwestie Herzegovina 3

Profetieën nemen hun tijd

Mirjana meer en meer op de voorgrond

Bestemming van de ziel

De Podbrdo [Verschijningsberg]

De Krizevac [Kruisberg]

Het Votiefkruis

Parochiekerk Jacobus de Meerdere

Uitbreiding biechtgelegenheid

Kapel der Twee Harten

Oasi delle Pace

Verrezen Christus

Cumunità Cenacolo

Mother's Village

Vr. Slavko Barbaric

Vr. Jozo Zovko

Vr. Pétar Ljubicic

Ratko Perics toorn

Heeft Zanic Medjugorje verraden?

Vr. Amorthe betreurt apathie

Siroki Brijeg

Retraîtekasteel

Zr. Emmanuel Maillard

Ivans gebedsgroep

Nedjo Brecic

Christoph Schönborn

St. Stephansdom, Wenen 2012

Scalambra & Casale Monferetto

Madonna van Civitavecchia

Little Audrey Santo

Maria's verjaardag

Medjugorje en Moederdag

De IIPG [1]

De IIPG [2]

De IIPG [3]

De IIPG [4]

De IIPG [5]

De weide van Gumno

De priester die verdween

Nieuwe taksen op logies

Mirakel van de Maan

Documentaire 1983

BBC Documentaire 2010

Documentaire Mary TV

The Miracle of Medjugorje


Interviews Medjugorje

Mirjana Dragicevic [2008]

Mirjana Dragicevic [1998]

Mirjana Dragicevic [1983]

Mirjana Dragicevic [1989]

Mirjana Dragicevic [1]

Mirjana Dragicevic [2]

Mirjana Dragicevic [2009]

Vicka Ivankovic [2008]

Vicka Ivankovic [1983]

Vicka Ivankovic [2007]

Vicka Ivankovic [1988]

Vicka Ivankovic

Ivan Dragicevic [2003]

Ivan Dragicevic [2004]

Ivan Dragicevic

Ivanka Ivankovic [1983]

Ivanka Ivankovic [1989]

Ivanka Ivankovic

Pétar Ljubicic [2004]

Pétar Ljubicic [2006]

Pétar Ljubicic [2008]

Slavko Barbaric [1987]

Gabriele Amorth [2002]

Jakov Colo

Jakov Colo

Jakov Colo [2007]

Marija Pavlovic [2008]

Marija Pavlovic [1989]

Marinko en Dragico Ivankovic [1983]

Damir Coric [1983]

Marica Kvesic [1983]

John en Andja Setka [1983]

Jelena Vasilj [2002]

Jelena Vasilj en
Marijana Vasilj [1]

Jelena Vasilj en
Marijana Vasilj [1]

Zlatko Zudac [1999]

Bisschop Hnilica [2004]





Overige Weetjes

Bestemming van de Ziel

Theresia van Lisieux
over het Vagevuur

Maria Simma

De invloedrijkste vrouw

Engelen

Twaalf stappen voor een gelukkig heengaan

Twaalf fabels over het Katholieke geloof

Pater Pio en Karol Woijtyla

San Nicolàs de los Arroyos

La Madonna del Ghisallo

O.L.V. Van den Oudenberg

Fatima:
Reeds eeuwen Mirakels

Jacinto Marto uit Fatima
door Fr. Robert J. Fox

Profetieën nemen hun tijd

Jacinto Marto uit Fatima
door Zr. Lucia Dos Santos

Ingrid Betancourt

Dikwijls gewichtige feiten
nà verschijningen

satans opzet

De Graal van Valencia

Notre-Dâme du Laus

Kibeho, Rwanda

Esther en Mordechai

Monte Cassino

Gods adres

Jezus' geboortekerk [1]

Jezus' geboortekerk [2]

De Komeet Lulin

De Komeet Elenin

De Komeet Honda

Samuel Alexander Armas

De Geur van Regen

Jaar van de Priesters

Dr. Gloria Polo's terugkeer

Ian McCormack: Een blik
in de eeuwigheid

Middel tegen komende pandemie

Kim Phuc

Michael Anderson

Zeven kenmerken
van een goede vader

O.L.V. van Las Lajas

Vaders Liefdesbrief

O.L.V. van Ocatlàn

Elena Desserich

Rom Houben

Overlijden Mari-Loli Mazon

Advent

Gered door een engel?

Kerst in de loopgraven

Mgr. Peter Savelbergh

Ontdekking v/d sarcofaag v/d H. Philomena

De Heilige Mis

Petrus Lombardus

Oscar, de kat

Tieners, geef hen nooit op!

Ontdekking te Nazareth

Efeze: Maria's Huis

Wonderdadige Medaille

De rivier Kwai

De Exodus

Valentino Mora

Het vijfde Maria Dogma

Elizabeth Kindelmann

H. Louis de Montfort

H. Clelia Barbieri's
miraculeuze stem

Steven en Djaingo

Het wonder van San José

Aalst, België's 9/11

Het getal 11

Maria en het getal 101

Sterven op 33

Is dit St. Jozef's graf?

Het Kerstverhaal
en Koning Herodes

De Kardinale Climax

Winterzonnewende 2010

En de maan werd rood

Schoonheid van Wijwater

De dag die ontbrak

Het celibaat

De vierde ruiter van de Apocalyps

De maagdelijke geboorte

Jordanië claimt oudste christelijke vondst

Colton Burpo versus Stephen Hawking

H. Gelaat van Manoppello

Padre Pio: under investigation

Grace

Michael Browns retreat

7 niveau's van het liegen

De dood van Sint Jozef

De dood van Maria

Betekenis van Maria's naam

Het Aramees in opmars

De Bosnische pyramiden

Brugge, het Jeruzalem van het Noorden

Wonder te Skopje


Diverse Profetieën
Miscellanous Prophecies

Profetieën nemen hun tijd

Is dit de tijd waarover ze spraken?

Garabandal [1961-65]

Israël en Bijbelse Profetie

Pinksterprofetieën 1975

Quito [17de eeuw]

Kenmerken v/d antichrist

A.C. Emmerich [1]

A.C. Emmerich [2]

De Kremna Profetieën

Hildegard van Bingen

Belpasso [1986-88]

2 Noorse profetieën

La Salette [1846]

Anna Maria Taigi

Diversen

Heilige Mechtildis

Non van Tours

Heilige Nilus

Bernardine Von Busto

Non van Bellay

Kloosterling Hilarion

Don Giovanni Bosco

Elizabeth Canori Mora

Judah Ben Samuel

Jeanne Le Royer

Giacchino di Fiore

Bartholomeüs Holzhauser

Madeleine Porsat

De profeet Daniël

Kibeho, Rwanda

Ida Peerdeman

H. Ireneüs van Lyon

Methodius van Olympus

H. Hippolytus van Rome

Firmanus Lactantius

De Berkenboomprofetieën

Dr. Arnold Fruchtenbaum

H. Ephraïm de Syriër

H. Cesarius van Arles

Columba van Ierland

Elena Aiello

Beda, de eerbiedwaardige

Odilia van de Elzas

Johannes Damascenus

Adso, de Monnik

Anselmus van Canterbury

H. Vincent Ferrer

Joachim van Fiore

Johannes Friede

Thomas van Aquino

John of the Cleft Rock

Franciscus van Paola

H. Birgitta van Zweden

Robertus Ballarminus

Dionysus van Luxemburg




















Het Laatste Geheim

1. Een enorm mysterie

2. Sterk en zedig

3. Dagen van duisternis

4. Moeder van de Heer

5. Boven de zon

6. Gog en Magog?

7. Door de straten van de stad

8. Vanop de hoogste bergen

9. Kleine geheimen

10. Klokslag twaalf

11. Lichten, geluiden, graven

12. De klokken luiden

13. Donderslag in de verte

14. Geheime aanwezigheid

15. Vuurzuil

16. Geheimen van de Rozenkrans

17. Het voorteken

18. De zeven

19. Het voorgevoel

20. Signalen en vloeken

21. Afschuwelijke wonderen

22. De kastijding

23. Naschok

24. Waar duivels beefden

25. Geheime Martelaren

26. Geheim van de gehoorzaamheid

27. Geheim van het vertrouwen

28. Ik wacht op u

29. De geest van opstand

30. Genade en rechtvaardigheid

31. De Profetie

32. Voorbij de grenzen
van de kennis

33. Geheimen in
Amerika en Europa

34. Geboren in de hel

35. Cathérina's geheim

36. Geleende tijd

37. Ik zal uw Moeder zijn

38. Het grote Teken

39. Koningin van de Eeuwigheid











Thomas à Kempis
De navolging van Christus

Boek 1.1

Boek 1.2

Boek 2

Boek 3.1

Boek 3.2

Boek 3.3

Boek 4.1

Boek 4.2



Novenen

Maria Onbevlekte Ontvangenis

OLV van Lourdes

OLV Van Fatima

OLV Van Banneux

OLV van de Berg Carmel

OLV Hemelvaart

H. Maagd van de Wonderdadige Medaille

Maria Lichtmis

Don Bosco

Maria Boodschap

Sint Jozef

Heilige Familie

Goddelijke Barmhartigheid

Heilige Geest

Kindje Jezus

Engelbewaarder

Aartsengel Michaël

Aartsengel Gabriël

Franciscus van Assisi

Antonius van Padua

Pater Pio

Heilige Benedictus

Heilig Hart van Jezus

Heilige Rita

Sint Valentijn

OLV van Altijddurende Bijstand

Jean Marie Vianney

Theresia van Lisieux

Maria, die de knopen ontwart

OLV van de Bezoeking

Zielen in het Vagevuur

Kracht van het Kruis
tegen het kwade

H. Gelaat van Jezus

Hart van Jezus en Maria

Kindje Jezus van Praag

OLV van Genezing

Miraculeuze Maagd

Pater Damiaan

Heilige Anna

H. Maria Goretti

Heilige Peregrinus

Heilige Expeditus

Sint Joris

H. Margareta van Cordoba



Films

Padre Pio

The Miracle of Our Lady of Fatima

The 13th Day

Het Lied van Bernadette

One Night with the King

Faustina

Docu: Faustina Kowalska

Docu: Mariaverschijningen

Docu: OLV van Guadalupe

Vincentius a Paolo

Sint Paulus

Sint Petrus

Docu: Pater Damiaan

Passion de Jeanne d'Arc

Story of Father Damien

Docu: Garabandal

Exorcism of Emily Rose

The Nativity Story

Don Johannes Bosco

The Passion of The Christ

King David

Romero

Jean de Florette

Manon des Sources

Abraham

Mozes

Solomon

Jacob

Francesco

A man for all seasons

The Apocalypse

Docu: H. Maria Goretti

Docu: The birth of Israël

Docu: The six-day war

Docu: Ghosts of Rwanda

Becket

Gospel of Luke

Gospel of Matthew

Gospel of John

Acts

Unsolved mysteries

Joseph

Samson and Delilah

H. Rita van Cascia

Thérèse de Lisieux

Isaak, Jacob & Esau

Fray Martin de Porres

Lourdes [2000]

Clara & Francisco

Maria Goretti

Mother Theresa




Astronomische verschijnselen

28/11/2011



Blog tegen de wet? Klik hier.
Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs

 

Real Time Web Analytics

Page Content

Page Content