Vandaag verlieten we de Schengenzone en moesten we de klokken een uur vooruit zetten. Langs Sannicolau Mare -- waar Béla Bartók geboren werd -- bereikten we het NH-hotel in de grote stad Timisoara. 's Namiddags slenterden we langs het riviertje, aten en dronken wat en bezochten de orthodoxe kathedraal, mét museum en crypte.
Aan Hongarije's tweede grootste rivier de Tisza ligt de stad Szeged, waarvan het centrum na de rampzalige overstroming van 1879 grotendeels in art-nouveau-stijl herbouwd werd. We slenterden door de loeihete straten en pleinen en bezochten de bekende salami- en paprikafabriek Pick.
Vandaag eerst een lange rit over goede snelwegen naar Kecskemét, een stadje met mooie art-nouveau-gebouwen rond de groene pleinen in het centrum. Daarna brachten we enkele mooie uurtjes door in Ópusztaszer, het "Nationaal Herinneringspark" waar de geschiedenis van de Hongaren vanaf de aankomst van Árpád met zijn Aziatische nomaden in 856 heel aanschouwelijk voorgesteld wordt, met een paardenshow, een openluchtmuseum en een panopticum (helaas geen foto's) incluis. We kwamen 's avonds goed aan in Maya Panzió in Szeged, net vóór het lang verbeide onweer losbarstte ...
Vandaag namen we stadsbus 39 naar het centrum van Pécs. In Hongarije is het plaatselijk en regionaal openbaar vervoer kostenloos voor 65+ers en we hoefden dus enkel maar onze identiteitskaart te tonen. We liepen rond in de mooie binnenstad en bezochten onder andere de ex-moskee-kerk -- Hongarijes grootste gebouw van Turkse oorsprong -- en de kathedraal, en het cultureel gebouwencomplex Zsolnay in een gewezen fabriekssite.
We zijn nu goed aangekomen in het Ezelsput-pension in Pécs! We reden vandaag langs de Zuidoever van het Balatonmeer, en dan stopten we even in het stadje Kaposvár, we bezochten het kleine maar zeer aangename openluchtmuseum in Szenna met zijn gereformeerde kerkje en tenslotte brachten we enkele hete uurtjes door in Szigetvár met zijn Turkse gebouwen en reusachtige burcht.
Vandaag reden we eerst naar het mooi gelegen dorpje Tihany aan de Noordoever van het Balatonmeer met zijn aloude abdij waar o.a. koning András uit de elfde eeuw begraven ligt. Daarna maakten we in het wijndorp Badacsony een pittige wandeling rond één van de daar aanwezige heuvels van vulkanische oorsprong. 's Namiddags wandelden we wat rond in het beroemde (en sjieke) kuuroord Hévíz om tenslotte wat uit te rusten bij het molenvijvertje van het kleine stadje Tapolca.
Veszprém was eeuwenlang de stad waar de koninginnen van Hongarije gekroond werden. We bezochten er de "burcht", zoals de binnenstad op de heuvel heet, en brachten enkele leuke uurtjes door in de dierentuin waar van kleine tot héél grote beesten een thuis hebben. 's Avonds vierden we Cecilia's verjaardag, en niet met een of ander stoofpotje ...
Székesfehérvár was in de middeleeuwen de Hongaarse hoofdstad, waar sinds de "stichtende koning" Sint-Stefaan de Hongaarse koningen gekroond werden -- iets wat na de 150 jaren Turkse bezetting gedaan was. We maakten er een processie mee die het katholieke en patriottische karakter van een heel deel van de bevolking weergeeft. We aten ook Zimbabwaans gebak en dronken Botswaanse sinaaskoffie.
